zondag 27 augustus 2017

Van reizen word je mooier

We travel, some of us forever, to seek other places, other lives, other souls.
- Anaïs Nin

Dat je van reizen gelukkig wordt, weet je natuurlijk allang. Onze roadtrip van een maand door Kroatië heeft me heel blij gemaakt. Een gelukzalig gevoel. Op de momenten zélf, zoals sommige spectaculaire zons op- en ondergangen, het snorkelen en dan óók nog een parelmoerschelpje vinden of de dolfijn die een geweldige sprong boven het water uitmaakte. Maar nu ook nog, na thuiskomst. Nu, op het moment dat ik dit schrijf, voel ik me gezegend. Of wanneer ik met ons fotoalbum bezig ben. Ook als we met het gezin herinneringen ophalen. Waarom worden we eigenlijk zo gelukkig van reizen? Op vakantie lees je meer boeken (ik heb er vijf uitgelezen), geniet je met meer aandacht en geniet je van het eindeloos helemaal niets doen. Ook kijken we onze geliefde weer eens diep in de ogen… De daadwerkelijke reden waarom reizen ons gelukkig maakt zit echter veel dieper. Uit onderzoek blijkt keer op keer dat je gelukkiger wordt van ervaringen dan van spullen. En reiservaringen worden ook alleen maar beter: het is leuk vanwege de voorpret, het is leuk als het gebeurt en het allerleukst is het in je herinnering. De dopamine in je bloed komt steeds weer terug. Zelf vind ik het bijvoorbeeld heerlijk om onze fotoreisboeken door te bladeren. Deze stapel fotoalbums ligt op een plek in de huiskamer om zo te grijpen. Je bent wat je doet, niet wat je hebt. Reizen verrijkt trouwens ook je geest. Door de nieuwe mensen die je ontmoet en de dingen die je meemaakt word je flexibeler, gastvrijer en hulpvaardiger. Ook minder angstig, minder materialistisch en zeker minder gehaast. Reizen maakt dus een leuker mens van je! Met meer inlevingsvermogen en meer geduld.

Wereldreizigers vertrouwen de wereld meer, omdat ze de wereld beter kennen. Dat gevoel herken ik wel. Waarom je ook gelukkig wordt van reizen is omdat het je dankbaar maakt voor alles wat je thuis hebt. Na een maand met een oude hippiebus rond te trekken als zigeuners, ben ik heel blij met onze grote koele slaapkamer met een ruim bed, drinkwater uit de kraan, kasten vol schone, gestreken kleding, de grote koelkast en vriezer vol ijsblokjes. En natuurlijk de afwas- en wasmachine. Al heeft het zéker z’n charme om samen alles met de hand te doen. Met aandacht. Mindful. De belangrijkste reden waarom je écht gelukkig wordt van reizen is uiteindelijk de verwondering. Om je heen kijken alsof je alles voor het eerst ziet. Je routines doorbreken, nieuwe dingen doen. Nieuwe gerechten proberen. Misschien is dat ook de reden dat deze reis voor ons zo bijzonder lang voelt. We hebben op bijna tien verschillende campings geslapen. Telkens een nieuw stekkie, een nieuw uitzicht, een nieuw loopje naar het toilet. Thuis kun je natuurlijk ook je routines verbreken. Een nieuwe baan starten (zoals ik!) of een andere route naar je werk fietsen. Als je een avontuur maakt van je dagelijks leven hoef je eigenlijk niet eens meer op reis. Toch wil ik nog wel een keer terug naar dit wondermooie land. Voorlopig gaan we echter nergens heen met onze Volkswagen. Veertig kilometer voor de Nederlandse grens stopte het oude besje ermee. Hij spuugde nog wat olie uit en toen stopte hij ermee. Toen we in de sleepauto, met achterop de stoere bus, Breda binnen reden slikten we alle vier wel even. Zó hadden we niet verwacht thuis te komen. Er wordt overigens goed voor hem gezorgd. Volgende zomer willen we absoluut niet zonder onze kameraad op reis. Ergens naar een zee van rust en ruimte.

maandag 21 augustus 2017

Zeestorm en windvlagen

When you do something noble and beautiful and nobody noticed, do not be sad. For the sun every morning is a beautiful spectacle and yet most of the audience still sleeps.
- John Lennon

Een nachtelijke dodemansrit van zesentwintig kilometer over het Kroatische eiland Cres. Om vier uur ’s nachts stonden we op om de boot van zes uur te halen naar het vasteland. Het tentje moest opgeruimd worden en ons bed ingeklapt. We duwden de bus over de slapende camping. Er was die nacht een flinke zeewind op komen zetten. In onze kampeerbus voelden we de windvlagen enorm. Toch had ik lekker en zorgeloos geslapen. Als ik toen toch geweten had wat me te wachten stond! De hemel was die nacht bezaaid met sterren. Een klein sikkelmaantje gaf nauwelijks licht. We reden over de onverlichte, smalle bergweggetjes. Haarspeldbochten, bochten zonder vangrail en veel kuilen en hobbels in het asfalt. We reden langs zwarte afgronden en over viaducten waar onze hoge kampeerbus plots veel wind ving. Elke spier in mijn lijf was aangespannen. Mijn hand verkrampt om de deurgreep. Mijn adem ingehouden. Ik heb hoogtevrees en kreeg angstvisoenen. Wat als de oude rem het begeeft? Wat als de wind grip krijgt op onze hoge bus? Bovendien zagen we onderweg zes herten, een konijn en twee schaapjes op de donkere weg. Niet echt een ontspannen ritje op de smalle weg waar sommige stukken zelfs eenbaansweg waren of zonder witte strepen. Mijn lief had deze nacht heldhaftig gereden en we kwamen ruimschoots op tijd, én als eerste, aan bij de veerboot. Zo zagen we onderweg de koperen zon opkomen die we gisteravond op een picknickkleedje op het strand spectaculair in een oranje gloed achter een eilandje zagen zakken. Een thermoskan thee, een reep chocola en brandende kaarsjes om ons heen.

Ingetogen, maar vrolijk zingen we “Er is er één jarig hoera, hoera!” op een vol terras op 1520 meter hoogte. We zijn in de Oostenrijkse Alpen en vieren de zeventiende verjaardag van onze mooie dochter. Twee nachten staan we naast een volle appelboom op een groen, sappig grasveld. Met volle teugen ademen we de frisse, stofvrije zuurstof in. Om ons heen de grillige toppen van de Alpen. We zijn aan het mooie Wolfgangsee. Twee zonovergoten dagen. De jarige job mag vandaag kiezen hoe we haar verjaardag vieren. Op fietsen rijden we langs het bergmeer naar de Seilbahn in een naburig dorp. We gaan met een gondeltje naar de Zwölferhorn. Adembenemend uitzicht op vele, knalblauwe bergmeren! Geklingel van koeienbellen op de achtergrond. Dit ís Oostenrijk ten voeten uit. We eten gebakjes met voor de jarige job twee brandende kaarsjes er in. We zingen niet te luid, want ze wil niet de aandacht van het volle terras. Toch voelt ze zich erg jarig op deze vakantiedag. Zoals ze zich ook telkens jarig voelde op al die andere reisplekjes op aarde waar we haar geboortedag vierden. Traditioneel noemen we het indrukwekkende lijstje maar weer eens op. Na de bergwandeling lunchen we in St. Gilgen en fietsen we langs het meer weer terug naar de camping. In de nacht die volgde kwamen flinke windvlagen van over het meer die het kleine tentje zowat de lucht intilde. De meiden lagen bang tegen elkaar aan. Handen van grote zus op de oren van kleine zus. De jongste huilde van angst. Hun papa heeft in de storm snel alle haringen in de grond getikt om de tent goed vast te zetten. Mijn grote rol was de zaklamp vasthouden. Toen de storm halverwege de nacht ging liggen begon de regen die ons op de terugreis tot halverwege de dag heeft vergezeld.

Würstburg(D), 19 augustus 2017

woensdag 16 augustus 2017

Tuimelaars en een catamaran

I felt my lungs inflate with the onrush of scenery – air, mountains, trees, people. I thought, “This is what it is to be happy.”
- Sylvia Plath

We zijn eigenlijk puur alleen naar het eiland Cres (spreek uit Sres) gekomen vanwege het dolfijnenreservaat. Via een brug naar Krk eiland gereden en vanaf daar de bus op een veerboot naar het daarachter gelegen eiland Cres. Dit eiland is maar schaars bewoond en maakt deel uit van het Kvarner eilanden archipel. Er is hier al cultuur terug gevonden vanaf het Stenen Tijdperk. Natuurlijk hebben de Romeinen ook hier flink hun sporen nagelaten in het stadje Cres. De verborgen witte strandjes zijn pareltjes. Dit deel van de Adriatische Zee wordt beschermd door Losinj Dolphin Reserve. Vandaag hebben we gedaan wat een van de highlights van deze rondreis moest worden: tuimelaars spotten. De aardige kapitein vertelde me eerder dat het zicht op dolfijnen op deze winderige, lichtbewolkte dag beduidend minder zou zijn... Ik vroeg hem daarop hoe het in z’n werk zou gaan. Als hij dolfijnen zou zien zou hij met z’n catamaran de achtervolging inzetten. Toen de zon al hoog aan de hemel stond en ik vooraan op de boot over zee stond te turen, terwijl ik mijn bikini liet drogen, spotte ik plots twee dolfijnen. Ik waarschuwde eerst onze meiden en tikte daarna op de deur van de kapitein. Hij draaide meteen aan het stuurwiel om ze te benaderen. “Waarom riep je me niet metéén, señora?” riep hij me plagend toe. Een half uur lang hebben we de groep van zo’n zes tuimelaars aanschouwd. Het allermooiste moment was toen één een sprong van anderhalve meter boven het water maakte. Tot tranen toe geroerd. “Moet je nu echt huilen?” vroeg middelste kind. De kapitein zei me later dat dit speciale moment écht een unicum was. Later zwommen ze ook nog voor de catamaran uit waarbij ze speels hun witte buikjes lieten zien. De dag werd helemaal onvergetelijk toen we de boot vlak voor een onbeduidende ingang tot een grot aanlegden. We sprongen het water weer in en zwommen erin. In de pikdonkere grot sijpelde zonlicht door een onderwater opening naar binnen waardoor het water in ‘neonachtig’ blauw licht baadde... Sprookjesachtig als in een ijspaleis. Het water in de grot was ijs- en ijskoud, omdat het van een bergmeer afkomstig was en via een grottenstelsel van zeven kilometer naar zee stroomde. Om de grot te verlaten moesten we een meter onderwater naar het daglicht zwemmen. Heel avontuurlijk en spannend vanwege het grillige, scherpe steen waar we onderdoor moesten zwemmen. Ondanks de zeer luidruchtige en bijna onuitstaanbare Italianen (vooral toen ze flink wat wijn en bier op hadden) was het een dag met een gouden randje. De kapitein en ik wisselden bedankjes heen en weer uit. “Ciao, señora!” wuifde hij vanaf de boot naar de kade waar deze boottocht voor ons eindigde.

Elke ochtend wanneer ik vlak na zes uur wakker word hoor ik schaapjes blaten. Het zijn semi-wilde Tramuntana schapen die al meer dan duizend jaar uniek zijn op dit eiland. Tientallen jaren terug hebben de Kroaten wilde zwijnen naar dit eiland gebracht om te jagen en door hun flink groeiende aantal is het aantal schapen van 100.000 naar 15.000 gezakt. Schaapjes en lammeren zijn namelijk prooi van zwijnen. De gevolgen zijn best groot. Minder wol en inkomsten voor de bewoners, de oorspronkelijke grassen en wilde bloemen zijn vervangen door andere vegetatie waardoor de schapen bijgevoederd moeten worden. Ook de typisch stenen muurtjes - gromace - die als windbrekers dienen en om de schapen bij elkaar te houden, worden niet meer door de boeren verzorgd waardoor ze afbrokkelen. Toch hoor ik dagelijks het geblaat als de zon opkomt. Mooi moment voor yoga oefeningen aan zee. Ik spreid mijn yogamatje op een plateau op de rotsen, of ik ga een flink rondje hardlopen over een aangelegd wandelpad langs het water. We staan vijf nachten op deze strandcamping waar we echt een heel grote plek hebben gekregen tussen oude olijfbomen en zelfs een vijgenboom. De hangmat hangt in de schaduw. Een rustplek. Eega en ik hebben wederom van een massage genoten. We lezen veel. De temperatuur is hier een koele dertig graden waardoor we heerlijk slapen. Het zeebriesje maakt dat het hier de hele dag goed vertoeven is. Het havendorpje Cres is in de 16e eeuw gesticht toen bewoners van een andere stad geplaagd werden door de pest. Pastelkleurige huizen met witte luiken liggen vredig rond de haven. Een mooie laatste kampeerplek om onze Kroatische roadtrip af te sluiten. Hierna rijden we via een paar dagen Oostenrijk terug naar huis.

Cres, 15 augustus 2017

zaterdag 12 augustus 2017

Travel for travel's sake

For my part, I travel not to go anywhere, but to go. I travel for travel’s sake. The great affair is to move.
- Robert Louis Stevenson

“Oh la la mama!” wordt er me na geroepen. Mensen stoppen om hun mobieltje te pakken om een foto te maken. Een uur eerder zijn we van onze camping weg gereden. Eigenlijk meteen sluiten we aan in de file om over de oude brug naar Trogir te komen. We hebben de afgelopen dagen alles te voet, per boot of op de fiets gedaan. Nu rijden we stapvoets in onze bus over een smalle, bochtige weg naar het Middeleeuwse stadje. Gebouwd in de tijd dat er geen auto’s, laat staan megagrote campers!, bestonden. Bij elke bocht oponthoud. Bij zulke hoge temperaturen trekt onze luchtgekoelde retrobus het niet meer. De motor slaat om de tweehonderd meter af. Ik heb de motorklep aan de achterkant al open gezet. Gek hoe een mensenbrein werkt. Ik herinner me uit mijn jeugd zoiets onbelangrijks als dat zulke bussen bij warm weer met de achterklep open rondreden. We knijpen ‘m steeds meer als we in het superdrukke centrum komen. En ja hoor, bingo! Bovenop de oude stadsbrug kán de oude motor de hitte niet meer aan. Hij heeft z’n stinkende best gedaan. Ik reageer snel. Ik spring uit de bus, waar we een uur eerder in onze natte badkleding ingestapt waren, en begin met duwen. De meiden komen er meteen achteraan. Zo ‘rijden’ we stapvoets in de lange rij auto’s door de stad. Waar toeristen rond slenteren, de terrasjes vol zitten, de veerboten aangelegd liggen en de filerijders zo snel mogelijk de hete, drukke stad uit willen geraken. Jongste en ik in niks anders gekleed dan onze bikini’s en slippers. Middelste had snel een jurkje aangeschoten.. Een fotogeniek plaatje. Wellicht waart er nu ergens een foto rond van een antieke VW op Facebook met drie gebruinde, schaars geklede dames erachter om te duwen. De vader van het gezin bezweet achter het stuur. In het decor van een oude brug over een azuurblauwe zee in het zonnige Middeleeuwse Trogir. De motor slaat gelukkig niet veel later weer aan en met de motorklep open rijden we in nog geen uur, via een prachtige kustroute, naar ons nieuwe stekkie bij National Park Krka. We zijn alle vier zo trots op onze auto die ons nooit in de steek laat. Zo stoer, zo sterk en zó charmant!

Na zo’n flinke tijd aan zee vertoefd te hebben is het heerlijk om in het binnenland, in een klein pijnbomenbos, te kamperen. Een campinkje zonder nachtverlichting, zonder winkel en zonder felverlichte, drukke doucheruimten. Wel met een heerlijk klein zwembad met ligbedjes. De tweede dag hebben we onszelf verwend met een VIP tour. In een nieuwe luxe minibus mét airco lieten we ons met nog zes mensen rondrijden door het 109 vierkante kilometer grote natuurpark met een diepe gorge, de lichtblauwe Krka rivier en mooie watervallen. Een superverzorgde dag waarbij we alle highlights en verborgen uitzichtpunten te zien kregen. We zwommen bij de drukbezochte watervallen toen het er nog rustig was. We hadden een voortreffelijke lunch bij een eeuwenoude watermolen. Deze bodega had een heel bijzondere vibe. Drie grote eettafels stonden met hun poten in laag stromend water van een waterval. Overal koude jacuzzi’s onder de watervalletjes. Uniek! Aan de tafel naast ons kwam een gitaar tevoorschijn en zongen vier Kroatische pensionada’s spontaan de sterren van de hemel. Daarna relaxen aan de oever van de Krka rivier en nog later zagen we de beroemde zestig meter hoge watervallen. Het voelde vooral heel luxe om op zo’n snikhete dag (wederom veertig graden) de hele dag rondgereden te worden in een koelkast!

Lozovac, 9 augustus 2017

dinsdag 8 augustus 2017

Travel experiences

To my mind, the greatest reward and luxury of travel is to be able to experience everyday things as if for the first time, to be in a position in which almost nothing is so familiar it is taken for granted.
- Bill Bryson

Uitgeteld lagen we na onze lunch op ons rug in het gras. In een stadspark in Split. De thermometer had net veertig graden aangetikt. In de schaduw! Nauwelijks een zuchtje wind en de hitte benam je adem. Er lagen meer uitgetelde toeristen maar ook een zigeunergezin. Eerst zag ik twee kleine kindjes in een berg lege plastic flessen en blikjes zitten. Later zag ik steeds meer kinderen met armen vol lege flessen terug bij hun ouders komen. Vijf vieze kinderen met hun handen in de vuilnisbakken graaiend naar flessen. Als er nog een restje in zat gooiden ze het leeg over het grasveld waar ze zaten. Papa en mama lagen op een groot kleed met één hoofdkussen. Mama zocht naar luizen in papa’s haar. De baby van nog geen jaar in een romper zonder luier graaide met z’n vieze handjes vrolijk naar de rode bierblikjes en stopte alles in zijn mond. Zijn zusje van amper drie jaar met een veel te zware, volle luier deed hetzelfde. Waar zouden ze slapen? Die ochtend hadden we de veerboot naar Split gepakt. Een uur later stonden we aan de gouden poort van het enorme paleis van Romeinse keizer Diocletianus, maar ook meteen het levende hart van Split. Het paleis is in de vierde eeuw gebouwd waarbij niets teveel was – zelfs een zwart granieten sfinx werd er uit Egypte gehaald. Nu wonen er nog steeds zo’n drieduizend mensen in de verzengende, bedompte lucht binnen de stadse paleismuren. Ook de Sint-Domnius kathedraal is er gehuisvest met een prachtige Byzantijnse inrichting. We hebben zelfs helemaal naar de kerkklok geklommen wat heel erg eng was voor iemand met hoogtevrees zoals ik. Door de extreme hitte bewogen we ons van ijskoude smoothies naar een lunch met glazen vol ijsblokjes en van romig Italiaans ijs naar het stadspark met drie liter water in onze rugzak. Hoe houdt zo’n zigeunergezin het dagelijks vol in de hitte?

Eén van mijn hobby’s is snorkelen in zee. In een azuurblauwe, warme zee. Gisteravond laat zagen we op de kade van Trogir een leuke dagtrip ‘snorkelen in de Blue Lagoon’ aangeboden. Ik moest mijn lief wel even overtuigen, snorkelen is niet echt zijn ding, maar vanmorgen stapten we met velen tegelijk op de boot. Halverwege de ochtend dobberden we al in de Blue Lagoon. Superhelder blauw water waar mooie vissen te zien waren. Ik moest daarvoor wel even van de groep en de boot weg zwemmen. Het heldere water had een enorme aantrekkingskracht op ons. Springen vanaf de rand van de boot, zwemmen en snorkelen natuurlijk. Na een eenvoudige lunch (kip of vis) aan boord legden we aan op het piepkleine eilandje Solta. Mijn lief meteen op een terrasje verwend met een ijskoude cola vanwege zijn opoffering en daarna naar een strandje met een idyllisch uitzicht op groen beboste eilanden in een azuurblauwe zee. We hadden geluk. De flinke zeewind die op kwam zetten zorgde voor spectaculaire golven. Naast snorkelen genoten we ook van de hoge golven die we hier in Kroatië niet eerder gezien hadden. Eind van de middag voeren we over een ruige zee weer terug naar de haven van Trogir. Voor mij en de meiden een fantastische dag op de Adriatische Zee. Eega had wat meer moeite met het vinden van z’n draai. Morgen rijden we op ons gemak weg van de kust naar National Park Krka waar we een aantal dagen verfrissing zullen vinden onder de vele watervallen.

Trogir, 7 augustus 2017

vrijdag 4 augustus 2017

Als je er de tijd voor neemt

Dingen die je alleen kunt ziet als je er de tijd voor neemt.
- Haemin Sunim

Rode zeesterren, platte zandkleurige vissen, scholen zilveren visjes en prachtig gekleurde vissen. Ook hebben jongste kind en ik een aantal glanzende parelmoer schelpen opgedoken. Net als in mijn jeugd. In mijn herinneringen zijn mijn zus en ik de hele dag niets anders aan het doen dan schelpen aan het opduiken. Destijds in Joegoslavië. Ook nu heeft de jongste haar voet in een zee egel gezet zoals ik dat ook deed op haar leeftijd. De tijd herhaalt zich. De tijd is loom hier. Speciaal op dit eiland omdat we hier vijf nachten achtereen verblijven. Vijf nachten en dagen pal aan zee. Onder ons campingplekje, op een voormalige olijvenboomgaard, strekt zich de zee uit. Via rotsen klimmen we naar een toegang tot de zee. Het stikt van de zee egels tussen de stenen. Het water is vierentwintig graden. Als mijn lief en ik in de vroege ochtend hard gelopen hebben springen we vanaf een houten steiger bezweet met onze sportkleding nog aan (alleen hardloopschoenen natuurlijk uitgetrokken) de zee in. De nacht tovert de hemel vol sterren. Het leven is hier zoet en aangenaam. De zon zakt recht voor onze campingtafel de zee in. Op de achtergrond het silhouet van een eilanden archipel. Een magisch schilderij vol warme kleuren. Hier kunnen we onszelf opladen in de diepste zin van het woord. Eega en ik hebben beiden een massage ondergaan. We zwemmen een rondje rond het eilandje voor ons gelegen. Ik doe mijn yoga oefeningen op mijn matje uitkijkend op zee. Een fris zeebriesje zorgt voor verkoeling. Hier vinden we kalmte.

Er komt langzaam een bezwete, zongebruinde arm tussen de voorstoelen in de bus tevoorschijn. ”I need air…” wordt er bij gekreund. Ik kijk om en zie een rood verhit gezicht van ons kind. Daarachter nog een paar smekende ogen. Ze smelten achterin de bus als we in een uurtje naar het eiland Ciovo rijden. Het kwik zal net geen veertig graden aantikken. Achter kunnen de ramen niet open. De ‘oortjes’ voorin staan wijd open, maar er stroomt alleen maar heel warme lucht naar binnen. De twee ventilatortjes achterin kunnen het niet aan. De meiden smoren bijna… We worden er melig van. Deze ochtend hebben we vroeg ons boeltje weer opgepakt en hebben we onderweg de stad Sibenik bezocht. Deze oude stad is in de elfde eeuw door de Kroatische koning Petar IV gesticht. Daarna van 1116 tot 1797 is de stad in handen van Venetië geweest. Die invloed is duidelijk te zien: smalle, oplopende steegjes, hoge huizen met houten luiken voor de ramen, de schaduwen van de huizen en verkoop van heerlijk, authentiek Italiaans ijs. Ook het accent dat ze hier spreken klinkt mij Italiaans de oren. In de St. James kathedraal uit 1431 krijgen we witte doeken aangeboden. Ik om mijn blote schouders te bedekken en de meiden mogen de doek om hun blote benen wikkelen. Op het orgel speelt luide, dramatische muziek. Deze kathedraal is uniek in Europa, omdat ze helemaal uit steen opgetrokken is. Zonder gebruik van bakstenen en hout. Boven op de berg staat het dertiende eeuwse fort van St. Michael. De klim ernaar toe is zwaar onder de felle zon. Het uitzicht vanaf het fort op de witte, Middeleeuwse stad aan de azuurblauwe zee is echter magnifiek.

Okrug Donji, 3 augustus 2017