dinsdag 31 oktober 2023

Unexpected concert last week of Danny Vera!
EEN CONCERT CADEAU
‘Here we go
On this roller coaster life we know

I can travel all the road, you see

'Cause I know you're there with me

'Cause I know, oh I know

You're there with me’

- Danny Vera


Plots krijg ik midden op de dag een bericht op mijn telefoon dat er twee tickets te koop zijn. Voor vanavond! Ik probeer al een week lang via een website, die concertkaartjes doorverkoopt van mensen die er vanaf willen, twee kaartjes te kopen voor de concertreeks van Danny Vera in de Oostkerk. In Middelburg. Deze kaarten voor een serie van twaalf concerten waren in april binnen drie minuten uitverkocht. Het enige dat ik kon doen was tot kort van tevoren afwachten of er kaartjes aangeboden werden. Afgelopen week vond het eerste concert van de reeks in een koepel van een kerk in zijn woonplaats plaats. Heel klein. Danny met zijn gitaar, kleine liedjes en persoonlijke verhalen. In een kleine sfeervolle kerk. Middelburg is een uur rijden vanaf Breda. We kennen Middelburg een beetje, omdat onze dochter er drie jaar gestudeerd heeft. We kamperen daar zomers wel eens met onze hippiebus op een boerderijcamping. We kwamen Danny daar ook een keer tegen toen hij op de fiets met zijn dochtertje in een zitje aan het stuur naar het strand fietste, en wij net terug kwamen. Hij zei spontaan gedag. Danny Vera geeft met zijn orkest na de zomer van 2025 ook een concert in Ziggo Dome in Amsterdam, dat vind ik persoonlijk veel te massaal. Ik dacht zelf meer aan Poppodium013 in Tilburg waar hij in december zijn nieuwe plaat promoot. Een concertzaal waar maar een paar honderd man in kan. Klein. Intiem. Ook uitverkocht… Vandaag is het na een week steeds berichtjes te ontvangen van beschikbare kaartjes waarbij ik telkens te laat was, tóch gelukt in de Oostkerk. Wat een cadeau!


Mijn lief en ik rijden dezelfde dag na het eten naar Middelburg, raken de auto makkelijk kwijt en lopen naar de bijna drie eeuwen oude protestantse kerk. Gebouwd in de gouden eeuw toen Middelburg, na Amsterdam, de machtigste VOC stad was. Nu wordt het rijksmonument gebruikt als cultuurkoepel. We sluiten aan in de lange rij buiten op straat. Een monumentaal straatje met kinderkopjes en mooie historische panden. De kerkdeur is net geopend. Er kunnen zo’n vierhonderd mensen in het majestueuze bouwwerk en volgens mij staan die nu allemaal buiten. Voor ons in de rij. We hebben geen aangewezen plaatsen dus het verrast ons dat we op de tweede rij terecht komen. Weer een cadeau! Mijn lief haalt thee. Danny zingt eerst wat uit z’n repertoire en vertelt wat leuke anekdotes rondom zijn liederen. Hij kijkt iedereen aan. Het voelt heel intiem. Rock zonder glitters. De ambiance is zo stijlvol. Een bijzondere kroonluchter aan het hoge plafond. Eikenhouten kerkbanken langs de zijkant waar ook gasten zitten. Onze avond blijkt het eerste optreden in de reeks van twaalf te zijn. Hij is wat zenuwachtig. Hij vraagt om een glas bubbels en als de assistent met een glas spa rood aankomt geeft hij aan dat hij die ándere bubbels bedoelt. Na wat liedjes van zijn setlist vraagt hij om verzoeknummers uit het publiek. Dat hoeven niet zijn eigen songteksten te zijn. Zelfs liever niet zijn heel oude songs, want die kan hij wel eens zijn vergeten. Soms is hij inderdaad de tekst vergeten van zo’n verzoeknummer en dat maakt hem heel menselijk en toegankelijk. Hij zingt zelfs een Nederlandstalig lied van Koos Albers op zijn eigen manier. Het is echt een heel fijne avond. De akoestiek is voortreffelijk. Het lied Roller Coaster, zijn enorme doorbraak, heeft voor mij een bijzondere betekenis gekregen het afgelopen jaar. Ik ben niet alleen zingt hij maar zeker ook door de zin ‘I will find my way back home where magnolia grows’. Bij ons thuis groeit een oude, kromme magnolia voor het huis. Toen ik thuis kwam uit het ziekenhuis een jaar geleden gaf juist dat uitzicht vanaf de bank uit het voorraam mij de rust die ik zo miste in het ziekenhuis. Danny vertelt die avond dat dit lied niet meer van hem is, mensen hebben er allemaal hun eigen betekenis aan gegeven. Ik ook. Daarna zingt hij nog één lied als afsluiter en geeft dan aan dat hij nog even gezellig blijft en wel een praatje wil maken na afloop. Of een ‘lelijke’ selfie maken grapt hij. Ik ga voor het laatste en neem me voor hem te vertellen dat we hem van de zomer op de fiets tegenkwamen. Die kans krijg ik niet. Wanneer we aan de beurt zijn stel ik hem voor dat hij in het midden staat van ons drietjes voor de foto en ik duik al onder zijn arm door wanneer hij zegt dat ík juist in het midden moet staan. Hij maakt namelijk de selfie. Hartstikke ontspannen moment. Een geschikte vent. 

dinsdag 24 oktober 2023

I recently received this picture - my parents in 1968
VROUWENLIJN
‘In every conceivable manner, the family is link to our past, bridge to our future.’ 
Alex Haley


De wijze vrouwen die voor mij kwamen: mijn moeder, mijn grootmoeder, mijn overgrootmoeder en verder terug zijn mijn vrouwenlijn. Al mijn voormoeders hebben er samen voor gezorgd dat ik geboren kon worden. Ik vind het bijzonder om te bedenken dat de eicel waaruit ik ben ontstaan al in mijn moeder zat toen zij nog in de buik van mijn grootmoeder zat! Of, de eicellen waaruit onze dochters zijn ontstaan in mijn babylijfje zaten in de baarmoeder van mijn moeder. Bizar. Het kan dan ook niet anders dat de levens van mijn vrouwenlijn in mijn DNA, in mijn bloed zitten. Hun talenten, kwaliteiten, hun vuur, hun doorzettingsvermogen, hun avontuurlijke inborst en hun reislust ook. Er is natuurlijk ook een andere kant. Ik heb niet alleen hun kracht - en krachtig waren ze! - maar zeer waarschijnlijk ook hun trauma’s geërfd. Mijn moeder, en zeker mijn grootmoeder en overgrootmoeder hadden geen gemakkelijk leven. Mijn geëmancipeerde overgrootmoeder Helena (geboren in 1876) leefde gescheiden van haar echtgenoot. Zij moest zichzelf financieel bedruipen (sterke vrouw!) en had een klein kruidenierswinkeltje in Den Helder. Het bijzondere is dat de oma van mijn lief mijn overgrootmoeder en haar kinderen kende. Een zoon van mijn overgrootmoeder, Jozef genaamd, had een oogje op haar en gooide in de avond steentjes tegen haar raam. Als ze dan voor het slaapkamerraam tevoorschijn kwam ging hij uitsloverig rondjes draaien om de lantaarnpaal. Dat heeft een eeuw geleden plaatsgevonden. Was er toen al een vonkje tussen onze twee families? Mijn grootmoeder Marie (geboren in 1906) was niet getrouwd met haar grote liefde. Haar liefde had een wat hogere functie bij de marine en zij was niet goed genoeg bevonden door zijn ouders. Daarvoor in de plaats is ze met mijn grootvader Arie getrouwd die een iets lagere rang bij de marine had. Tot de avond voor haar bruiloft heeft ze nog getwijfeld. Dat waren tijden waarin vrouwen nauwelijks rechten hadden. De kerk drukte in die tijd ook een stempel op vrouwenlevens. Oorlogstrauma was er ook in de generaties voor mij. Mijn grootvader vertrok in 1940 vanuit Rotterdam met een onderzeeër naar Engeland. Het zou vijf jaar duren voordat hij terug zou keren naar Den Helder. Mijn grootmoeder heeft het net als haar moeder lang alleen moeten rooien. Na het bombardement van Rotterdam heeft ze op diverse plekken in Amsterdam bij familie en kennissen ingewoond. Later verhuisde ze met twee kinders aan de hand terug naar Den Helder. Haar oudste dochter van vijftien moest met een fiets de boer op, voornamelijk in Julianadorp, om eten bij elkaar te sprokkelen. Van de marine kreeg het gezinnetje wekelijks wat toegestopt. Nog later had ze (zonder ausweis)  haar woning in het bezette Den Helder moeten verlaten. Mijn grootmoeder (sterke vrouw!) is toen - na weer ingewoond te hebben met haar twee dochters - met een geleend ausweis tóch stiekem terug naar Den Helder gekeerd. De ramen van haar huis dichtgespijkerd met planken. Het huwelijk van mijn grootouders heeft enorm onder deze tragedies geleden. Hun drie dochters, waaronder mijn moeder (geboren in 1946), ook. Dit wordt ook wel de ‘moederwond’ genoemd. De moederwond betekent zoiets als de pijn van het vrouw-zijn die van generatie op generatie is doorgegeven. Het betekent alle trauma die je als vrouw met de paplepel ingegoten krijgt van de vrouwen voor je. Vrouwen met een moederwond cijferen zichzelf makkelijk weg en kunnen voor iedereen goed zorgen, behalve voor zichzelf. Ik ben sowieso de dochter, kleindochter en achterkleindochter van vrouwen die niet gehoord werden. Mijn ouders zijn ongepland zwanger geraakt van mij. Ze hadden eind jaren ’60 verkering en brachten stiekem samen tijd door in de Kennemerduinen. Daar reden ze met mijn vader’s brommer naartoe. Met diezelfde brommer hebben ze mij als foetus geprobeerd kwijt te raken door al bonkend van trappen af te rijden. Ze moesten van mijn grootvader verplicht trouwen en mijn moeder heeft dertien jaar later (sterke vrouw!) zelf de scheiding aangevraagd. Door mijn eigen vrouwenlijn te helen, help ik niet alleen mezelf maar ook onze drie dochters krachtiger te worden.

Om die lijn te helen is het belangrijk dat ik de moeders die voor mij kwamen leer kennen. Ik ken hun namen en heb hun zwart-foto’s waarvan ik ‘toevallig’ onlangs een aantal erbij gekregen heb van twee tante’s. Ik ken hun woon- en of geboorteplaats Den Helder, ik bezocht hun familiegraf regelmatig waar ook het as van mijn moeder uitgestrooid is en ik ken hun posities in de maatschappij als gescheiden vrouw of als marinevrouw. Ik heb geërfde familiestukken van hen in huis en ook ‘toevallig’ onlangs nog wat erfstukken ontvangen die van mijn overgrootmoeder zijn geweest. Ik weet in grote lijnen waarmee ze het moeilijk hebben gehad in hun levens. Zoals de eenzaamheid in het ongelukkige huwelijk van mijn overgrootmoeder, mijn grootmoeder en mijn moeder. Zoals het afscheidsverdriet van mijn overgrootmoeder, grootmoeder en moeder omdat hun dochters in den vreemden gingen wonen. Elke moeder heeft haar kind het grootste cadeau gegeven wat er bestaat, het leven. Verder heeft elke voormoeder zeer waarschijnlijk ook een heleboel niét gegeven wat een kind wel nodig had. Dat samen is mijn lot. De mate waarin ik me kan verbinden met die lijn van vrouwen bepaalt de mate waarin ik voor mezelf durf te kiezen. Ik heb me altijd aangepast aan anderen. Je past je aan, maar je doet jezelf tegelijkertijd tekort. Je wijst liever jezelf af dan dat anderen dat doen. Het gemak waarmee ik aan mijn eigen verlangens voorbij ging… Je krijgt meer zelfvertrouwen als je je eigen voorgeschiedenis leert kennen, en je unieke plek daarbinnen. Ik sta op de schouders van mijn voormoeders. Er is een mysterieus soort ‘familiekarma’ dat ik op een onbewust niveau met me meedraag. Ik zie mijn moeder voor wie zij was, met het mooie én het lelijke. Ik ben dankbaar voor alles wat ik van haar gekregen heb. Ook al is ze er maar relatief kort voor mij geweest. 

dinsdag 17 oktober 2023

Walking in the dunes of Zandvoort, with wild deer
JE ENIGE LEVEN
Tell me, what is it you plan to do with your one wild and precious life?
- Mary Oliver


Het begint te regenen. In mijn schoudertas zit mijn dikke leesboek ‘Het achtste leven’ wachtend op dit moment. Ik stap een koffietentje binnen in deze voor mij onbekende stad. Aan het raam staat een klein tafeltje met twee stoelen. Eentje heeft een okergele deken over de leuning hangen. Ik ga op de andere stoel zitten. Plof mijn tassen op de stoel naast mij. Ik ben in Winschoten in het noorden van het land. Vlakbij de Duitse grens. Dat kan mij niet ontgaan, er wordt hier veel Duits om me heen gesproken.  Ik bestel een warme chocolademelk en een stukje appeltaart. Ik leg mijn dikke boek uitnodigend voor me op tafel. Onze kinderen doen dit regelmatig. Ergens een kop koffie bestellen en daar terplekke studeren of lezen. Ik laat deze dag helemaal over me heen komen. Geen planning. Gisteren vertelde mijn lief dat hij vandaag helemaal naar de provincie Groningen moest rijden voor een vergadering. Drie uur heen en drie uur terug in de auto. Ik heb in deze provincie mijn jeugd doorgebracht dus stelde ik voor om mee te rijden. Het leek me wel leuk om weer die nuchtere noordelingen om me heen te hebben. Ik heb hem bij de fabriek afgezet en ben door het stadje gaan struinen, en uiteindelijk gaan winkelen. Een paar dagen ervoor hadden we als gezin lootjes getrokken voor Pakjesavond en ik was door het grijze weer best geïnspireerd om wat leuke Sinterklaaspakjes te vinden. Ik voelde me goed en had deze dag alle tijd van de wereld. Vorig jaar rond deze tijd was mijn situatie heel anders. Precies deze week vond de zware en langdurige operatie plaats. Er is inmiddels veel veranderd. Kijk waar ik nu ben. Ik ben gezond. Vragen die ik eerst niet stelde, stel ik nu. Dingen die ik eerst niet voelde, voel ik nu. Dingen die ik voorheen niet zag, zie ik nu. De zegen van mijn realiteit is dat ik kan zien wie ik nu ben en waar ik nu ben. Ik heb mijn blik vooruit. Deze onverwachtse dag in het noorden van het land is een cadeautje. Ik heb de tijd voor mezelf. Ik kijk om me heen. In het koffietentje pik ik allerlei gesprekken op. Ik ben altijd geïnteresseerd in wat mensen beweegt. Vlakbij zit een jongeman en een senioren echtpaar bij elkaar. Ze zijn vanmorgen naar een lezing geweest. Het is kennelijk regenboogweek gewijd aan seksuele diversiteit. Gisteravond hadden ze een film bezocht over dit thema. De jongeman in het gezelschap vertelt vol vuur over de geschiedenis van homoseksualiteit tussen mannen in het oude Perzië dat het destijds veel breder geaccepteerd werd dan tegenwoordig. Zo ook in het oude Romeinse rijk waar homoseksualiteit tussen mannen helemaal geen taboe was. Het vrijzinnige echtpaar luistert aandachtig en staat open voor zijn denkbeelden. Ze stellen doordachte vragen. Ik luister aan de zijlijn mee. Ik geniet van het voordeel van het alleen in een caféetje zitten. Als een vlieg op de muur. Achter mij zitten dames te klagen over het Martini ziekenhuis in Groningen. Ik begrijp uit het gesprek dat doktersafspraken dit jaar niet meer door kunnen gaan. Hoe erg. Het heeft te maken met het financiële plaatje van de verzekeringen. De dames kennen allemaal iemand die hier de dupe van is en verhalen daarover. Ze zijn verontwaardigd en uiten dat op z’n Gronings. Afhankelijk van je zorgverzekering kun je geen afspraken meer maken in het ziekenhuis. Het budget van specifieke zorgverzekeringen is niet toereikend meer om alle zorg tot het einde van het jaar te blijven leveren. Dat is inderdaad heel zuur voor die Groningse patiënten. Ze kunnen volgens mij nog wel terecht bij andere ziekenhuizen. Ik heb me natuurlijk wel even nieuwsgierig omgedraaid om te kijken wie deze gesprekken nou voeren. Ik vind mensen en hun verhalen oprecht interessant. Ik kreeg vandaag een klein kijkje in het leven van vreemden terwijl ik van mijn appeltaartje genoot. Ik hoefde er niks mee. Er werd geen verantwoorde reactie van mij verwacht. Ik kreeg wel inzichten cadeau. Uiteindelijk heb ik maar een paar bladzijden van mijn boek gelezen voordat ik uiteindelijk weer opstond om naar buiten te gaan. 


Mijn lief belde toen ik aan het struinen was in een kringloopwinkel. Hij was klaar en ik haalde hem weer op van het bedrijventerrein. Tijd voor een late lunch samen. Ik had online een hotel met restaurant niet ver van de snelweg gevonden. De batterij van de elektrische auto was echter bijna leeg en opladen had voorrang. Rijdend op een rotonde zagen we een viskraam staan met tafeltjes en bankjes uitgestald en flink wat aanloop. Fietsen en auto’s stonden geparkeerd. Zullen we? We twijfelden te lang. Ik reed nóg een rondje over de rotonde en we besloten voor de verse vis te gaan. Op de terugweg naar Breda zagen we dat we, via deze nieuwe route, vlak langs het huis van mijn zus reden. Eén telefoontje, zus vertrok vroeg van werk en zorgde dat de thee voor ons klaar stond. Haar gezin druppelde langzaam binnen en na een gezellige eind-van-de-middag stapten we weer in de auto. In het vroege donker van de herfst reden we door de spitsdrukte rond Utrecht en besloten we spontaan maar wat te gaan eten. Genietend van de voor ons nog nieuwe vrijheid van een vijftig-plus-stel zonder thuiswonende kinderen.  

dinsdag 10 oktober 2023

So many of them in autumn to make sweet syrup!
LIMONADES ZIJN HIP
“On this Mother's Day and every day before and after, I thank you God for the precious gift of my three children. I love them unconditionally.” 
- Ana Monnar


Achterin de collegezaal zit ik te luisteren naar een docent beneden bij het projectiescherm. Ik ben op de universiteit van Maastricht. Om precies te zijn op de faculteit Health, Medicine and Health Sciences. Ons jongste kind studeert daar voor het tweede jaar Medische Wetenschappen. Ik zat die vroege middag naast haar en daarnaast wat van haar vriendinnen. Het verbaasde me dat zij zonder enkele schroom bij ons wilden zitten. Ik ben tenslotte een moeder, niet meer zo piepjong. Ik heb zelf ooit in Amsterdam Biochemie gestudeerd en die vakken komen erg overeen met dochter’s vakken. Ik voelde me er gewoon een beetje bijhoren ondanks mijn leeftijd. Ik herkende mezelf in onze studentendochter. Ik zou een dag in haar stad doorbrengen. Ze vond de weekends thuis te snel voorbij gaan en opperde daarom dat ik eens een dag bij haar kwam besteden. Wat een leuk idee! Mijn vouwfietsje in de achterbak van de Tesla en na mijn yogales vertrok ik naar Maastricht. Eerst een kopje thee in haar gezellige keuken. Daarna samen op de fiets naar de uni. In de mensa zag ze al bekenden en we schoven bij hen aan tafel. Tijdens het college kwamen ze gezellig bij ons zitten. Een andere vriendin uit Breda, die wel eens bij ons thuis over de vloer kwam, schoof ook aan. Na het college kwamen nog meer medestudenten op ons aflopen (die ook wel eens bij ons thuis op een feestje waren geweest). Ze vroegen geïnteresseerd hoe het met me ging. Toch een gek gevoel en ook heel leuk om met zoveel ‘bekende' jongeren buiten de collegezaal te staan kletsen. Dochter en ik pakten onze fietsen weer uit de volle, rommelige fietsenstalling en gingen samen lekker lunchen op een terras aan de Maas. Gewinkeld, nóg een terrasje. Op elk terras dronken we de heerlijkste verse limonades. Limonades zijn hip. Passievrucht, meloen, citroen, komkommer, aardbei, gember, lychee, lavendel, munt. Alles wordt gemengd tot heerlijke frisse limonades. Uiteindelijk had ik eind van de dag drie verschillende, verrassende limonadesmaken geproefd. Alledrie zalig. Daar kan ik misschien wel wat mee met mijn plan voor de rozenbottels… Middelste dochter kwam begin van de avond aan op het station en met z’n drietjes gingen we nog wat eten in hun lievelingsrestaurant. Toen we terug kwamen fietsen stond er pal voor het studentenhuis een flinke groep omstanders op straat. Ramen open van huizen waar mensen uit hingen te kijken. We schrokken ons rot. Rooklucht. Zwaailichten. Onderweg was een ambulance ons al voorbij gescheurd. Brandweerwagens met sirenes ook. Nu we dichterbij kwamen zagen we precies bij het studentenhuis van dochter de brandweerwagens de bocht om scheuren. Precies daar waar mijn Tesla zo mooi op het hoekje geparkeerd stond. We renden naar het raam van het studentenhuis waar haar huisgenoten uit hingen om te vragen of alles goed was. Dochter maakte zich zorgen om haar zolderkamer. De brand bleek gelukkig een klein eindje verderop in de straat. Mijn auto stond inderdaad pontificaal in de weg. Politieagenten waren de straat aan het afzetten. Ik vroeg aan een agent of ik mijn auto er nog snel uit mocht rijden. Dat kon eigenlijk niet meer. Na overleg mocht ik voorzichtig achteruit onder het lint door rijden. Jongste dochter was nog even naar binnen gegaan, fiets in de schuur gezet en spullen ingepakt. Ik had ’t vouwfietsje ingeklapt en snel stapten we in om naar huis te rijden. Middelste dochter reed. In het donker. Ik was echt te moe.


Het was zover. De rozenbottels waren knalrood en rijp genoeg om geplukt te worden. Althans, de rozenbottels aan een grote rozenstruik ergens in het groen van de gemeente. Mijn lief en ik wandelden er samen op een zonnige middag met een lege plastic zak naar toe. Gewapend met twee snoeischaren. De struik was al bijna leeg geplukt. We konden er nog een paar rozenbottels afknippen. Beetje gedesillusioneerd wilden we terug lopen toen mijn lief een rozenstruik op een groene heuvel zag. Helemaal vol donkerrode rozenbottels! We klommen de heuvel op en knipten zoveel mogelijk trosjes af. Met een halfvol gevulde plastic zak vol vruchten wandelden we terug. Ook thuis aan de buitenmuur waren de rozenbottels roder geworden. Deze waren lang niet zo bloedrood als de kleine rozenbottels. Toch rijp. De donkerrode kleintjes leken precies op het etiket van Roosvicee. Het bleek monnikenwerk om de bottels met een scherp mes van de afgeknipte takjes te snijden, het achterkantje eraf te snijden en vervolgens in twee helften te snijden. Met het puntje van mijn mes pulkte ik de zaden eruit. Nogal veelomvattend werk. Ik zat lekker langs het huis in de ochtendzon naast een pan gevuld met water waar de ontpitte schillen in terechtkwamen. Na een uurtje heel zen mijn taakje te hebben gedaan heb ik het gelaten voor wat het was. Last van mijn pols. In de middag heb ik het klusje weer opgepakt. Dit keer aan de tuintafel in de achtertuin. Onze kater Salvador vond het reuze interessant. Met zijn pootje pakte hij steeds trosjes rozenbottels en legde ze voor me op tafel. Heel behulpzaam. De opbrengst in de pan vond ik voldoende om eens te kijken wat er gebeurt wanneer je alles wast, kookt, zeeft en nogmaals kookt met suiker erbij. Er bleef een bruine, dunne siroop over. Zo’n driehonderd milliliter siroop van een halve kilo gehalveerde rozenbottels. Het leek me niet zo’n hoge opbrengst. Ik vroeg me echt af hoe ze dat in de Roosvicee fabriek vroeger deden? Tot 1980 werden ze daar met de hand geplukt in speciaal aangelegde tuinen. Dat is trouwens ook het jaar dat Roosvicee de legendarische reclame uitzond op televisie. Die met het meisje op het fietsje  ‘Mama, mag ik pompen?’. De smaak van mijn ambachtelijke siroop was echt lekker. Inmiddels heb ik een nog grotere portie bereid. Dit keer met wat meer hulp dan alleen dat van kater Salvador.

dinsdag 3 oktober 2023

Already twenty years our happy home! (with bats?)
VLEERMUIS
Her father sagged as relief spread through him. ‘I thought 
something awful was happening.’ She frowned. ‘Something awful was happening. It could have got stuck in my hair.’ 
- Derek Landy


Middelste dochter heeft een enorme fascinatie voor vleermuizen. Dat was vroeger toen ze klein was helemaal niet zo. De aanleiding was dat ze een keer flink is gebeten door vampier vleermuizen. In Suriname. Ze was toen vijftien jaar oud. We maakten die zomer een lange rondreis van een maand door Suriname en Trinidad & Tobago. Ergens in het regenwoud langs de Surinamerivier werd ze gebeten. In het diepst gelegen dorpje van die reis destijds. Apiapaati. De bedoeling was dat we in een resort zouden logeren. Het bleken echter donkere hutjes met een dak van gedroogde bladeren. Het toilet in een bijgebouwtje spoelde je door met bruin rivierwater uit een emmer. Boven elk bed hing een klamboe. Niet de nieuwste dat kon je zien. We waren wel een beetje teleurgesteld. Op de bewuste ochtend van de vampierbeten kwam dochterlief slaperig uit haar hut. Ze had hapjes uit haar vinger, uit haar arm en uit haar hoofdhuid. Opgedroogd bloed eromheen. De vampier vleermuis spoot namelijk antistolling in de wondjes. De beheerder van het resort, gekleed met een typisch Surinaamse, vrolijk gekleurde omgeslagen doek van ruitjesstof, maakte de wondjes schoon met waterstofperoxide. We voeren voor de zekerheid toch maar even in een smalle korjaal naar de dichtstbijzijnde zendelingenpost in Djoemoe. Voor een eventuele tetanusprik maar die van dochter bleek nog geldig. Daar is haar angst en tegelijkertijd haar fascinatie ontstaan. Op het kleine eilandje Maratua in de Celebeszee zagen we deze zomer rond zonsondergang enorm grote vleermuizen fladderen. De flying fox is een megagrote vleermuis die niet navigeert op sonar zoals alle andere vleermuizen maar navigeert met z’n ogen. Dochter bleef maar wijzen naar elke grote vleermuis die in het donkerte spookachtig en snel voorbij scheerde. Feilloos bomen ontwijkend. Overdag hingen ze op hun kop in hoge takken te slapen. Nu lijkt het zo te zijn dat wij in de spouwmuren van ons huis in Breda ook vleermuizen hebben wonen. We wonen tegenover een stukje hoge bomen bos. Het zou me niet verbazen. Voordat we vandaag de spouwmuren laten isoleren kwam er een week geleden een controleur langs die onderzoek deed. Hij maakte gaten in de voegen van ons huis. Hij keek niet eens of er vleermuizenpoep op de grond lag om ons huis. Hij ging er al vanuit dat we de vliegende zoogdieren in huis hebben. 


Dat zou zéker kunnen. Dochterlief ziet ze namelijk bij zonsondergang rond haar slaapkamerraam vliegen aan de voorkant van ons huis. De buurman ziet ze juist achter in de tuin vliegen. De controleur maakte openingen van anderhalve centimeter bij twee centimeter in de voegen. Net groot genoeg om de vleermuizen die er vorige week nog woonden eruit te kunnen laten vliegen. Door hun beweeglijke skelet kunnen ze door heel nauwe kieren kruipen. Maar ze konden afgelopen week niet terug, omdat de controleur doorzichtige plastic kapjes op de gaten gezet had. Dat leek mij eigenlijk wel zielig voor die gezinnetjes vliegende muizen in ons huis. Ze maken namelijk niks kapot, maken geen nesten, knagen nergens aan. Ze hangen alleen maar op z’n kop. Het blijkt gelukkig dat de meeste dwergvleermuizen regelmatig verhuizen. Ze zoeken steeds een plekje met een meer gunstige temperatuur. Soms wonen ze op een plek een maand, soms een week en soms slechts een paar dagen. Daar kan ik al beter mee leven toen we ze vorige week wegjoegen uit onze spouwmuren. Na elke zonsondergang vangen vleermuizen al vliegend hun voedsel, nachtelijke insecten. Ze zijn de meest doeltreffende jagers van de nacht. Na een week niet meer terugkeren is onze spouw nu wel verlaten. Vandaag worden de spouwen van ons huis gevuld met inblaaswol en dan kunnen ze er echt niet meer uit. Er is in elke muur heel hoog nog een gaatje gemaakt dat van binnen afgezet is met een soort rond borsteltje. Daar kan straks geen inblaaswol komen en daar zouden ze dus, als ze per se willen, terug kunnen komen. Wij zouden ze ook een alternatieve woonruimte kunnen aanbieden in de vorm van een vleermuiskast. De vleermuis is in Nederland een beschermd dier. In Azië staat het beestje bekend als symbool voor rijkdom, geluk en een gezegende ouderdom. Vooral in de winter is de kans groot dat je ze in de spouwmuren aantreft. Op hun kop aan hun achterpoten. In hun winterslaap. Ze maken hetzelfde piepende geluid als gewone muizen zonder vleugels. We hebben dat nooit gehoord. Ik vind het heel mooi natuurlijk dat we de muren isoleren ná hun kraamperiode van april tot juli. De vrouwtjes in de kraamkolonie worden in die periode zwanger, baren een jong, zogen het een poosje totdat deze mee kan vliegen. Zodra de jonkies zelfstandig zijn valt de kraamkolonie uit elkaar. De allerbeste tijd om te isoleren blijkt dus oktober: voor hun winterslaap en na de kraamperiode. Komt dat even goed uit!