dinsdag 26 september 2023

Me in Indonesia last month
IK BEN ER WEER
En dan de twijfel, hoort dit?
Kan dit kwaad?

We ademen uit en proberen
niet meteen in paniek te raken.
Maar we kennen de verhalen van
de buurvrouw, de vriendinnen,
de moeders, zussen.

Hoe velen van ons
met bonzend hart in wachtkamers zitten.
Verlamd in stoelen in spreekkamers.
Niet meer in staat om een woord te zeggen, te bewegen,
wetende dat we plaats moeten maken voor de volgende.

Hoe we onze vingers kruisen,
bidden, hopen
dat we de goede dokter treffen,
dat we de juiste diagnose krijgen.
Dat we niet slechts een
dossiernummer worden
maar worden gezien voor wie we zijn.

Babs Gons


Het was een doordeweekse ochtend toen ik een berichtje van onze dochter kreeg doorgestuurd op mijn mobiel. Een klasgenootje van haar lagere school kondigde op social media aan met z’n vrienden een halve marathon voor kankerbestrijding te gaan rennen. Tijdens de Singelloop aankomend weekend. Zijn moeder had een paar maanden terug de diagnose kanker gekregen, stond er in het bericht te lezen. Een fotootje van haar en haar zoon erbij. Wat een lief gebaar van hem. De opbrengst is voor kankeronderzoek. Ik stond op de overloop schone was te verdelen over de kasten toen ik het las. Zijn moeder heeft dus kanker. Tranen stroomden over mijn wangen. Brullen. Zoveel verdriet kwam onverwachts uit mij. Zoveel pijn voelde ik. Zijn moeder ken ik nu meer dan tien jaar. Geen vriendschap. We waren allebei hulpmoeder op de lagere school van onze kindjes. Het schoolgebouw versieren voor de komst van Sinterklaas, hulp bij sportactiviteiten op school, leesmoeder op de gang, vergaderen, dat soort dingen. Oppervlakkig maar leuk contact op school. Meer niet. Een zorgeloze tijd. We hadden geen idee wat de toekomst ons brengen zou. Ik voelde ineens zóveel verdriet voor haar. Zóveel verdriet voor het traject waar ze nu in zit en wat haar nog te wachten staat. De paniek, de onwetendheid van hoe verder, de wachtkamers, de vele tranen, de fysieke pijn, het verdriet van je gezin, de ritjes naar het ziekenhuis, het verliezen van je zorgeloosheid, de uitslagen, angst, de onzekerheid over je toekomst, de afschuwelijke misselijkheid en de eindeloze moeheid. Het kwam er allemaal uit. In dikke tranen en een snotneus. Voor haar. Voor ons beiden. Voor alle mensen die hiermee te maken hebben. Medelijden. Verdriet. 


Toen de tranen opdroogden, nog steeds in m’n uppie staand naast mijn wasmand op de overloop, kwam het besef dat ik inmiddels een jaar verder ben. Een heel jaar. Dat ik veel van deze stappen en fasen al doorlopen heb. Ik heb geen fysieke pijn meer. Ik zie niet zoveel wachtkamers meer. Ik ben nauwelijks nog extreem moe. Ik ben herstellende. Mijn uitgevallen haar is alweer zo’n tien centimeter lang. Littekens vervagen langzaam. Zo ook het oedeem in mijn hals. Ik kan bijna weer normaal kauwen. Ookal eet ik echt wel in een langzamer tempo. Mijn stem wordt steeds meer de oude. Ik heb überhaupt weer een stem! Zo’n opluchting voelde ik daar terplekke op de overloop dat ik het ergste gehad heb, dat ik het gewoon gedaan heb. Het besef dat het achter me ligt. Dat ik er gewoon weer ben. En hoe! Er heeft veel tegengezeten het afgelopen jaar, maar er is ook heel veel meegevallen. Ik heb al mijn tanden en kiezen nog. Vaak worden tanden en kiezen verwijderd als ze er niet goed bij kunnen tijdens de operatie. Ik kan weer goed praten. Dat is zeker niet altijd zo. Ik zing sinds kort zelfs weer zonder dat mijn stem overslaat. Mijn hals ziet er echt mooi uit zeggen de artsen, ookal zie ik dat zelf soms anders. De allergrootste meevaller is natuurlijk dat ik weer gezond ben. Ik gun dat ook deze schoolpleinmoeder van toen. Ik gun haar net zo’n lieve kring mensen om haar heen als ik dat had. Net zoveel steun en liefde. Ik heb haar een klein berichtje gestuurd.

dinsdag 19 september 2023

Juice of grapes - homemade!
KNOEIEN IN DE KEUKEN
‘The table is a meeting place, a gathering ground, the source of sustenance and nourishment, festivity, safety, and satisfaction. A person cooking is a person giving: Even the simplest food is a gift.’ 
- Laurie Colwin


Elke dag mag ik duizenden beukennootjes en schilletjes van onze eeuwenoude koperbeuk van de oprit vegen. De schilletjes zijn best scherp. Wanneer we nu naar ons huis lopen kraakt het onder onze schoenen of wanneer we de tuin uit fietsen dan kraakt het onder onze fietsbanden. Dat geluid geeft een typisch herfstgevoel. Sowieso het opvegen van de duizenden nootjes ook. Ik heb er aan gedacht iets met de beukenvruchten te doen. Na de tweede wereldoorlog maakten ze een intense koffie van beukennootjes, en ze maakten ook meel dat ze vervolgens gebruikten voor brood en taarten. Je kunt de nootjes roosteren maar ook koken en dan in een salade gebruiken. Of persen tot een olie. Ook gewoon rauw eten maar niet teveel, dan zijn ze juist giftig. De nootjes zijn eigenlijk heel gezond en verrassend voedzaam. Ze zitten boordevol ijzer en zink, en hebben een hoog vetgehalte. Best jammer dat ze bij ons voor de deur zo in de biobak verdwijnen. Wat wél een goede bestemming heeft gekregen zijn de kleine druifjes uit de tuin van onze buren. Ze gingen afgelopen week op vakantie terwijl ze trossen rijpe witte druiven aan de ranken hadden groeien. Ik kreeg een flinke bak vol. Ik heb de druiven van de takjes gehaald, gekookt zodat het vel eraf viel en na het afkoelen heb ik ze door een fijne zeef gedrukt. Er bleef alleen lege velletjes over. Nog een keer door een zeef en toen in glazen literflessen gegoten. Ik had speciaal drie glazen literflessen met een rubbertje en een beugelsluiting gekocht bij IKEA en op internet gezocht hoe je de flessen moet steriliseren. Kokend water in gieten en nog tien minuutjes in een grote pan met water laten koken. Ik goot het kokende water erin en pats…de fles barstte meteen. Gelukkig hield ik twee liter druivensap over dus ik miste die ene fles niet. Eén fles sap nam ik zaterdag mee naar de boot van mijn zus in Friesland. Het was een voortreffelijke dag met veel zon op de Friese meren. Zo lekker, verse koude druivensap op zo’n warme dag! Nu ik de smaak van kokkerellen te pakken heb wil ik de rozenbottels aan de rozenstruik van mijn moeder gaan verwerken tot siroop. Ze zijn nog niet allemaal roodgekleurd dus ik moet nog even geduld hebben. Van de week wandelde ik met mijn lief op een avond in ons buurtje toen we struiken vol knalrode rozenbottels tegenkwamen. Ik ga binnenkort met een emmer terug die kant op en meng het met mijn eigen rozenbottels. Toen we nog jong waren hebben we allemaal rozenbottelsiroop van Roosvicee gedronken. Rozenbottels zijn beregezond. Ze zitten vol vitamine C en mineralen. Om siroop te maken zou er wel suiker bij moeten maar daar wil ik agavestroop voor gebruiken. Binnenkort dus aan de slag met rijpe rozenbottels waarbij het voor mij een extra tintje heeft vanwege de vruchten van mijn moeders rozenstruik. Toen zij, inmiddels achttien jaar geleden, overleed heb ik samen met mijn zus wat planten uit haar geliefde tuin verpot. Voor mij een klimroos waarvan de rode rozen langs het huis al meerdere jaren in een hartvorm bloeien. Heel bijzonder. Nu ga ik dus de vruchten verwerken tot een zoete siroop.


Ook nam ik destijds een kruisbessenstruikje mee waarmee ik weinig kan, omdat de vogels alle bessen er al uit pikken voordat ik er zelf aan toe kom. Dat geldt trouwens ook voor de kersen in de achtertuin. Wél hebben we eens kilo’s pruimen uit de achtertuin geplukt. Daar heb ik toen compote van gemaakt waarvan er nog steeds potjes in de kelder staan. Zo lijkt het me ook geweldig om van de magnoliaboom in de voortuin, die al minstens een halve eeuw oud is, in het voorjaar de bloemblaadjes te verzamelen om siroop te maken. Steel magnolias! Elk jaar kondigt deze prachtige boom in onze straat de lente aan. Na de bloei zorgen ze echter voor een zooitje op de oprit. Ik zou de bloemen dus moeten plukken voor ze vallen. Het recept is eenvoudig. Je vult een teil met magnoliabloemen. Door er een nacht koud water op te doen krijg je bloemenwater dat je zeeft. Met suiker (of agave) kook je het tot een siroop. Buiten dat de siroop heel lekker is van smaak zit de bloem ook vol met de gezonde stofjes zoals magnoliol en honokiol. Volgens de oude Chinese wijsheden kalmeren deze stofjes je bij angst en stress. Daarnaast stimuleert magnolia je immuunsysteem, zorgt voor een goede werking van de hersenen en staat de magnolia ook nog eens bekend als een goed antioxidant. Andere jaren heb ik er nooit aan gedacht om iets met de bloemblaadjes te doen. Magnoliatakken in de knop geef ik altijd weg. Misschien ben ik zo getriggerd door nieuwe smaken uit onze tuin doordat ik alles weer kan proeven. Een half jaar geleden was ik heel lang mijn smaak kwijt. Alles proefde hetzelfde naar bordkarton. Bovendien zat de binnenkant van mijn mond vol littekens en brandblaren. Eten en drinken was pijnlijk en smakeloos. Ik ben zo dankbaar dat ik alles weer proef! Het leven zonder smaak is grijs. Eten en drinken is een heel sociaal gebeuren. Het gaat eigenlijk om mensen. We eten en drinken met onze vrienden. We genieten van een lekkere maal met ons gezin. Je kunt je nauwelijks voorstellen wat het betekent wanneer je smaak wegvalt. De lol van eten en drinken en samenzijn was voor mij weg. Mezelf voeden werd een heel groot ding. Tegenstand. Afvallen. Zorgen. Ik ben nog lang niet terug op mijn oude gewicht, maar ik ben op een gezond gewicht en dus laat ik het zo. Tijdens onze maand reizen door Azië was ik zomaar twee kilo afgevallen. Dat vind ik wel spannend, maar mijn arts vond het helemaal niet zorgelijk. Extra genieten is het dan wanneer ik met ongewone producten uit onze eígen tuin heb mogen knoeien in de keuken tot er iets lekker zoets ontstaat.

dinsdag 12 september 2023

Enjoying the beach!
RITMISCHE GOLVEN
“They walked, and the long waves rolled and murmured rhythmically beside them; the fresh salty wind blew free and unobstructed in their faces, wrapped itself around their ears, and made them feel slightly numb and deliciously dizzy. They walked along in that wide, peaceful, whispering hush of the sea that gives every sound, near or far, some mysterious importance.” 
- Thomas Mann

Na een week van emotionele bergen en dalen is er voor mij en mijn lief niets heerlijkers dan een ontspannen bezoek aan het strand. Het strand is een magische plek voor ons. In elk seizoen trouwens. Nu is het toevallig nazomer. Na de grijze natte dagen volgde godzijdank een week met volop zonneschijn. Ik knap daar zo van op. Ookal zit ik na de zomer niet meer bij elke zonnestraal in de tuin. De schuifdeuren staan wel wijd open. De drie poezen zijn bijna de hele dag buiten. Het seizoensfruit smaakt veel lekkerder. Het fietsen is veel meer genieten met een knalblauwe lucht. Yogalessen met de zaaldeuren open. Als cadeautje strekte het tropische weer van doordeweeks zich uit over het weekend. Een afspraak in het weekend werd afgezegd vanwege de hoge temperaturen boven de dertig graden en een te hete achtertuin. Mijn lief en ik plannen spontaan een lange dag aan het Zeeuwse strand. Samenzijn is weer belangrijker geworden nu de kinderen vaker uit huis zijn. Coolbox vol fruit, water, ijsthee en snacks mee. Twee parasols en extra grote badhanddoeken die we een jaar terug in Sicilië gekocht hadden. Wat een luxe met z’n tweetjes. Een lange strandwandeling. De zilte lucht. Ritmische golven. Telefoon thuis gelaten. Voeten in het water. Het strand maakt me zen. Stapel tijdschriften en zaterdagkrantje mee.  Staren naar zee. Zwemmen in zee. Wel oppassen bij eb dat een kwal je niet aanraakt. Er zijn donkerblauwe die behoorlijk groot zijn. Ze lijken op een romantische zonnehoed met een paars rafelrandje aan de onderkant. Er zijn doorzichtige kompaskwallen met een heel mooie roestbruine mandala op hun rug. Er zijn echt heel grote doorzichtige kwallen met een paars randje - de zogenaamde zeepaddestoelen - en er zijn de doorzichtige kleine oorkwalletjes die net op drijvende stukjes plastic lijken met vier vakjes op hun rug. Helaas prikken de kwallen in de Noordzee. Net zoals vorige zomer in Sicilië waar oudste dochter en mijn lief meerdere keren gebeten werden door een lila kwalletje. Pijn. Op het vrijwel lege kiezelstrandje waren gelukkig Italianen die crème tegen een medusa prik hadden. Nog maar een paar weken geleden zwommen we nog met ons vijfjes met onze duikbrillen tussen lichtoranje gekleurde kwallen. Zij beten niet. In helder aquamarijn zeewater. Heel sprookjesachtig. Zo sierlijk zoals zij zich bewegen. Duizenden bij elkaar. Toch is het hier ondanks de kwallen lekker afkoelen in de grijsblauwe Noordzee. De zeetemperatuur is eenentwintig graden.  We lunchen bij een strandpaviljoen. We eten in de avond vis en sluiten af met het heerlijkste Italiaans ijs dat ik ken in Dishoek. Met warme chocoladesaus die uithardt. Het aller-allerheerlijkste ijs van Nederland blijft natuurlijk slagroomijs van bakker van der Linden in hartje Amsterdam. 


Rond etenstijd krijgen we een berichtje dat onze afspraak op zondag ook uitgesteld wordt. Om dezelfde reden. Te heet. We weten meteen wat we met de onverwacht vrije dag gaan doen. Wederom samen naar het strand! Tenslotte hebben we bijna alles al bij elkaar geraapt. Een strandtas gevuld met twee badlakens, zonnebrandcrème, leesvoer en parasols. Koelbox. We gaan iets eerder en we zullen ook eerder naar huis gaan om samen te eten met onze twee uitwonende meiden. Samen om daarna weer ieder onze weg te gaan. Op het strand aangekomen is het geen eb zoals gisteren maar begint juist vloed. We zien tijdens onze wandeling nauwelijks nog aangespoelde kwallen of zeewier. Lekker vrij zwemmen zonder op te letten. Alhoewel de kwallen die er wel zijn écht groot zijn.  Ik blijf het in de gaten houden. Mijn lief haalt verse vis en we hebben een pak verse koude gazpacho mee. Het leven is helemaal goed nu zoals het is. Onder onze parasols. Wat hadden wij dit nodig. Mijn lief slaapt het grootste gedeelte van de twee stranddagen. Hier rust hij uit. Het enige wat ik nog nodig zou kunnen hebben is een viskrukje. Om lekker aan de waterkant te zitten. Ik zie andere mensen dat doen. Met mijn voetjes in de koele golfjes. Een soort voetspa. We beloven elkaar dat we volgende keer krukjes uit onze kampeerbus meenemen. Oh, wat kan het leven weer goed zijn!

dinsdag 5 september 2023

Walking under the pajong | Soerabaja | 1932
PREDESTINED
How much of ME is my own and how much is stamped into my blood and bone, predestined?” 
- Thi Bui

Ruim een week zijn we nu thuis. Althans, oudste dochter is thuis in Singapore en wij zijn thuis in Nederland. Jongste is doordeweeks in haar thuis in Maastricht. Haar studentenleven is weer begonnen. Middelste verhuist deze week naar haar nieuwe thuis in Rotterdam. Volgens mij gaat dat praktisch betekenen dat mijn lief en ik van maandag tot en met woensdag met z’n tweetjes zijn. Elke donderdagavond komt middelste thuis eten om daarna naar een geliefde groepsles van de sportschool te gaan. Aansluitend gaat ze vrijdagochtend naar de colleges op de militaire academie in Breda. De weekends zijn dus gezellig druk met twee meiden in huis. Jongste komt vrijwel elke vrijdag thuis om haar vriendje te zien. Ons nieuwe leven. Ik leef de eerste week na thuiskomst nog steeds in een bubbel. Niet de avontuurlijke, blije, zonder mobiel, met z’n-allen-op-reis, sprookjesbubbel, maar de alleen-thuis-met-hoofd-vol-herinneringen bubbel waar veel wassen draaien bij hoort. In de regen. Geen wassen draaien op zonne-energie. Geen wassen buiten drogen aan de droogmolen. Zo deprimerend. Ik kwam vorige week zondag met een klap in de mistroostige realiteit toen ik hoorde dat Kees, mijn maatje op het bestralingstoestel van het Erasmus, het slechtste scenario had gekregen van twee opties. Hij had uitzaaiingen in zijn longen en hersenen. Het betere scenario zou zijn dat het nieuwe tumoren waren die dan behandeld hadden kunnen worden. Dat had voor hem wel betekend dat hij het hele pad opnieuw moest afleggen. Verschrikkelijk. De tumoren bleken echter uitzaaiingen en dan kan er blijkbaar niks meer gedaan worden. Hij had immers al chemotherapie en bestralingen gehad. Ongeneeslijk ziek. Ik schrok van dat nieuws. Kees stond voor de taak zichzelf los te maken van uiterlijkheden, het fysieke lichaam, ego en alles wat ooit als vertrouwd voelde, om ruimte te maken voor het onbekende. Heftig. We waren kort na elkaar ‘schoon’ verklaard. We hadden samen geluncht in zijn geboortedorp aan zee waar we met een high five bezegelden dat we gezond waren. Klus geklaard. Dit was voor de zomer. De zomer is nog niet eens voorbij en Kees is er niet meer. Nog geen week nadat ik het bericht over het slechte scenario ontving is hij in de vroege ochtend overleden. Ik vind het gewoon niet te bevatten. Het leven lijkt wel een kansspel. Wie heeft er kans oud te worden? Wie heeft er kans op ongeneeslijk ziekzijn? Wie heeft er kans om te genezen? Het leven is zo onvoorspelbaar. Veilig en geborgen ben je pas als je iets in jezelf vindt wat onaantastbaar en onbreekbaar is. Ook al verandert alles om je heen, al stort je hele wereld in, jij weet wie je bent en wat je waard bent. Daar ging toevallig mijn eerste terugkeer yogales na een maand reizen over. In de yogazaal werd ik verrast door de Amerikaanse yogaleraar Robert die leraar is van mijn juf. Overgevlogen uit Texas gaf hij deze les als verrassing en sprak erover dat dit leven een tijdelijke ervaring is en dat de dood je enige zekerheid is. Alles in dit leven is vergankelijk. Alles. Hij keek mij vaak recht in de ogen aan. Hij vertelde ook dat hij dingen voelt en dat je je niet kunt verstoppen voor hem. Is deze boodschap voor mij persoonlijk? Elke vriendschap, iedere liefde, elke emotie, alles valt uiteindelijk uit elkaar. Ik wist toen nog niet dat Kees een paar dagen later zou overlijden... Verandering is de enige constante factor in ons leven. Dat is een vast gegeven in de yoga. Als je dat kunt accepteren dan komt dat gevoel van vrijheid en veiligheid. Mijn eigen ervaring is dat yoga en meditatie liefdevolle ervaringen zijn die je in contact kunnen brengen met je innerlijke wereld. Rust. Vrede. Innerlijk weten. Kalmte. Volgens teacher Robert komt er een moment dat je tijdens een meditatie voelt dat je een wezen vol licht bent, dat je meer bent dan alleen je fysieke lichaam. Het doel van het leven is niet alles krijgen wat jij wilt. Het doel is liefde en schoonheid halen uit alles wat op jouw pad komt. Een mooie serene boodschap voor iedereen, zeker voor mij in deze weken van mijn leven. Deze week precies een jaar geleden begon de malle molen van onzekerheid en angst.


Mijn werkelijkheid is dus dat onze oudste dochter nu écht in Singapore woont. Dit wilde ze al heel lang. Ze is inmiddels begonnen met werken. Ze heeft al nieuwe aardige mensen ontmoet om leuke dingen samen mee te doen. Ze is gestart met paaldanslessen van de juf waar ze in Rotterdam ook les van had. Die juf verhuisde een paar weken voor onze dochter naar Singapore. Is dat toeval? Tijdens onze reis ervaarden we zó vaak dat we het zelf nooit beter hadden kunnen plannen dan dat het universum of toeval dat voor ons deed. Zo vaak dat we inmiddels steeds zeggen dat toeval niet bestaat. Zo kijk ik er ook tegen aan dat vier generaties vrouwen voor mij in mijn familielijn ons kikkerlandje hebben verlaten om het avontuur op te zoeken in tropische landen. Is dat patroon toeval? Ik schreef het al eerder, tot aan mijn overgrootmoeder gaat het fenomeen terug om afscheid te nemen van onze emigrerende dochters. Een paar dagen terug was ik bij de oudste zus van mijn moeder. Zij heeft twee keer een periode van vier jaar met haar ouders in Indië gewoond, en daarna een keer een periode van zes jaar met haar man. Zij was erg benieuwd naar mijn eerste indruk van Indonesië, en het achterlaten van onze dochter in Singapore. Haar fotoboeken kwamen op tafel. Zwart-wit foto’s van mijn vijfentwintigjarige oma in Singapore, al in 1932! Dezelfde stad waar nu onze vijfentwintigjarige dochter woont! Dochter’s overgrootmoeder was daar bijna honderd jaar geleden ook al! Ook fotootjes van mijn grootmoeder in Soerabaja, destijds haar woonplaats, op straat genomen. Het lokale leven daar. Ik vind de antieke zwart-witte familiefoto’s uit Indië en Singapore geweldig. Ik ga ze verwerken in ons reisalbum van Singapore en Indonesië waar ik nog steeds dagelijks mee bezig ben.