To say it was a beautiful day would not begin te explain it. It was that day when the end of summer intersects perfectly with the start of fall.
- Ann Patchett
Al redelijk vroeg voor ons doen waren we deze snikhete zondag, de aftrap van de hittegolf, op het Zeeuwse strand aangekomen. Voor mij voelde het absoluut als een allerlaatste vakantiedag. Misschien omdat het bijna september is, omdat de colleges weer beginnen of omdat het een van de laatste zomerse dagen kan zijn. Een laatste vakantiedag aan zee dus. Alledrie de meiden waren met ons mee voor een dagje loom zonnen, zwemmen in zee, beachball, beachvolley en om gezamenlijk de zomeravond af te sluiten met een etentje aan zee. Bikini aan en een vrolijk tropisch gekleurd strandjurkje er overheen aangetrokken. Dat had ik de afgelopen zomer nog niet gedaan. Een gelukselixer! Ik had écht zin in deze stranddag. Koelbox vol koude drank en fruit mee. Stapeltje tijdschriften, parasol en natuurlijk een flesje zonnebrand factor 50. Het was heerlijk om te zwemmen in zee (en dat doe ik niet zo snel), lekker om me heen te kijken op het strand en te genieten van de warmte op mijn huid. Blote voetjes met gelakte teennagels. Heerlijk! Kon het maar altijd een stranddag zijn… Na het dineren aan zee met een verkoelend zeebriesje en een steeds warmere kleur zonlicht brachten we middelste dochter terug naar haar studentenkamer op steenworp afstand, in Middelburg. School-, werk- en studieweken staan weer voor de deur voor de meiden. Gewoon weldadig zo’n dag - vrolijker en met meer energie thuiskomen. Ik heb vandaag genoten van de overvloed aan zon die ons geschonken werd. Nu dit lichtvoetige gevoel proberen vast te houden tot ver in de herfst.…
‘Gebruiken jouw dochters pilletjes?’ werd me plompverloren gevraagd toen ik verhalen aanhoorde van zonen die hun eindexamen niet gehaald hadden en deze zomer pilletjes gebruikt hadden. In Albu. Ik kende deze mensen helemaal niet. Ik had ze net leren kennen op een verjaardag van een yogavriendin. Ik was daar in mijn eentje in de feesttuin en had me me zomaar aangesloten bij het eerste groepje dat ik tegen kwam. Het waren behoorlijk kakkineuze mensen, beetje blassé als ik dat zo mag zeggen. Er werd flink opgeschept over de kinderen die gingen studeren en bij het studentencorps gingen. Er werd zelfs opgeschept over de zonen die gezakt waren. Er vertrok er eentje dit weekend naar Australië om te werken. Wat natuurlijk héél uitzonderlijk was omdat het om een korte periode van drie maanden ging en hij was officieel nog te jong. Eigenlijk was álles opschepperig wat ze vertelden. Tijdens de uitbundige examenfeesten van hun kinderen werd er bijvoorbeeld op de bar gedanst en flink doorgezopen toen de gordijntjes van de bar gesloten werden. Zo hadden hun jonge dochters ook allemaal dezelfde beurze plekken op hun onderbenen van de Dr. Adams schoenen die ze droegen. Ik heb dit later even op mijn mobieltje op gezocht en dat zijn zwarte motorlaarzen van honderdtachtig euro. Dit tuinfeestje was in het Ginneken, een elitair buurtje van Breda. Ik kon mijn nieuwsgierigheid niet bedwingen en vroeg aan elk van hen waar ze woonden. Allemaal in de buurt. In heel grote huizen. Eén moeder vertelde aanstellerig dat haar zoon (diegene die gezakt was) met allemaal fotomodellen het bed had gedeeld deze zomer in Albufeira. Er waren ook een aantal van die modellen naar Breda gekomen om hem op te zoeken. Uit Engeland en Italië. Allemaal bloedmooie meisjes waren het volgens zijn ouders. Ik kon gewoon niet geloven dat ik echt live bij zo’n snobistisch, vermakelijk gesprek stond! De verhalen waren zo over the top dat ik eerst dacht dat het gespeeld was. Niet echt. Ik keek naar mezelf en was blij dat ik een nieuwe blouse aangetrokken had en niet een verwassen T-shirtje. Ik wilde eerst op mijn slippertjes komen maar had op het laatste moment toch maar leren sandaaltjes aangetrokken. Daar was ik mezelf nu dankbaar voor. De een was zelfstandig interieurstyliste met zoveel werk dat ze opdrachten moest weigeren. De andere was zelfstandig coach van hoogopgeleide medici voornamelijk in ziekenhuizen. De enige man in het gezelschap was makelaar in professionele voetballers. Hij bleek zelf heel lang profvoetballer geweest te zijn bij AZ, FC Utrecht en in het buitenland. Allemaal leuke, originele beroepen vind ik. Ik heb geen last van jaloezie. Ik moest gewoon alleen maar lachen in mezelf. Eigenlijk net op het punt dat ik me om wilde draaien om weg te lopen kwam mijn lief de feesttuin in stappen. Ik stelde hem aan de dikdoenerige kakkers voor. Meteen werd hem gevraagd wat hij deed en kwam ons expat-leven ter sprake. Mijn zinvolle werk trouwens later ook. Zelfs mijn yogaschool kwam ter sprake alhoewel één van de dames natuurlijk thuis heel chique privéles kreeg, notabene van één van míjn yogaleraren. Hun kinderen hadden natuurlijk stuk voor stuk allemaal op het elitaire basisschooltje in het Ginneken gezeten. Ik ken de gruwelijke schoolverhalen van mijn vriendin waar moeders met Hummers en Defenders in hun merkkleding de kinderen dagelijks van school komen ophalen. In de loop van het gesprek bleken het best aardige mensen hoor, maar toen mijn lief later vroeg of ik niet liever in hún buurtje wilde wonen was mijn antwoord een expliciet nee. Ik vind het heerlijk om op mijn vrije dagen met mijn ongekamde, opgestoken haar in een oude joggingbroek in huis te niksen. Of op een warme dag mijn broek uit te trekken en met mijn benen omhoog in de tuin te zitten. Zonder de kans dat er een perfect uitziende buurvrouw onverwachts voor de deur staat. Heel gewoon dus. Dat kan in het verwaande Ginneken vast niet.
zaterdag 31 augustus 2019
zaterdag 24 augustus 2019
Witte koksmutsen
I'm shy, paranoid, whatever word you want to use. I hate fame. I've done everything I can to avoid it.
- Johnny Depp
Hartkloppingen krijgt ze ervan, zegt ze. In het gezellige restaurant waar we met ons gezin deze avond zitten te eten wordt al twee keer een vuurwerktaartje bij iemand op tafel gezet. Dan zingt bijna het hele restaurant hard mee. Hieperdepiep hoera! Ik stel voor dat ik het bedienend personeel inlicht dat wij ook háár verjaardag vieren deze avond. Dat wil ze niet. Als mijn eega zegt dat hij het al heeft gedaan. Kijkt ze beduusd. Is ze even stil. En als dan blijkt dat het maar een grapje is vertelt ze dat ze dat luid zingen voor haar persoonlijk helemaal niet leuk zou vinden. Ze kreeg bij het idee al hartkloppingen. Dat weten we natuurlijk allang. Geen spotlights voor haar. Al hebben we dat precies tien jaar geleden in Afrika onbedoeld wel een keer gedaan. Uit de keuken van de camping in Etosha National Park kwam steeds meer personeel. Luid zingend en swingend in een stoet van witte koksmutsen op haar af. Met een mégagrote taart voorop. Daarop brandende ‘happy birthday’ kaarsjes, meegebracht uit Holland. De taart was daar vers in de keuken bereid. Voor haar. Negen jaar oud. Of jaren later in de Peruviaanse hoofdstad Lima in een restaurant gelegen aan het eind van een houten pier in de Grote Oceaan. Allemaal Spaans zingend bedienend personeel om haar heen met voor haar op tafel een schoteltje met een klein taartje en een brandend kaarsje. Wat dat betreft is ze niet zoveel veranderd in de loop der jaren. Geen speciale aandacht voor haar. Wat andere dingen betreft is ze wel gegroeid. Aankomende week begint de introductieweek van haar universiteit en zij, als tweedejaars én chair van de sport activiteiten, zal de hele groep eerstejaars moeten toespreken door een megafoon. Daar heeft ze dan helemaal geen problemen mee, zegt ze. Ze is vandaag speciaal een dag langer thuis zodat we cadeautjes op het grote bed kunnen doen zoals we dat altijd doen. Ze houdt heel erg van rituelen. Als we thuis taart hebben gegeten staan onverwachts wat vriendinnen van de middelbare school voor de deur. Met een taart. Vertederend. Dat typeert haar, ze is heel trouw aan haar vrienden. Morgenochtend pakt ze de trein naar het kneuterige Middelburg. Ze houdt van die plek. Ze leent mijn grote backpack om al haar zomerkleding, verjaardagscadeaus en schoenen mee naar huis te torsen. Niet die hele grote rugzak van haar vader. Dan zou íedereen haar herkennen als dat meisje met die megagrote backpack. Uh, iedereen? In Middelburg lopen alleen maar studenten van haar uni op straat, zegt ze. Dénkt ze. Ook dat is weer typerend voor ons gevoelige, middelste kind. Negentien jaar nu.
We hadden een ongenode gast in huis. In de keuken welteverstaan. We kregen een van de laatste dagen van onze reis een berichtje van de huisoppassers. Er was een muis gesignaleerd. In ons straatje is deze zomer een overlast aan veldmuizen. Ik had Tossie, onze volwassen poes, al in de voortuin zien spelen met zo’n kleine muis. En de buurman zag ze volop in zijn achtertuin lopen. Eén veldmuisje was dus per ongeluk in onze keuken terecht gekomen. Een walhalla voor de muis! Elke dag een schaaltje met de heerlijkste verse kattenbrokjes en elke dag fris, koud water in een bakje ernaast. Eenmaal thuis van de roadtrip vond ik aangevreten theedoeken en handdoeken in de kast liggen. Ook een theedoek met een gele plas erin… Overal piepkleine keuteltjes tussen de spulletjes in de kast. Zelfs aangevreten vaatwasserblokjes… De muis leefde in ons keukenblok, zoveel was ons duidelijk. De volgende dag snel een doosje met muizengif geplaatst. En de inhoud van de kastjes verplaatst naar de bijkeuken. Kattenvoer die nacht in de voorkamer gezet en de schuifdeuren goed gesloten. We vonden de volgende ochtend toch nieuwe keuteltjes. De kittens snuffelden door de kastjes. Nog een dag later was er geen veldmuis meer te bekennen. Drie katten in huis en tóch een veldmuis die een paar dagen in de keuken kan overleven! De kleintjes kunnen nog niet jagen. Wellicht leren ze het ook nooit. Onze oude Woester - van hetzelfde ras - heeft nooit gejaagd in zijn leven. Sterker nog, hij was al bang voor een torretje! Tossie daarentegen kan heel erg goed jagen. Ze kan uren aan de overkant van de straat geconcentreerd naar muizen speuren. Ze vangt ze, bijt ze dood en legt ze dan als trofeeën op de deurmat. De kittens mogen echter niet aan de voorkant van ons huis buiten spelen. Ze zijn heel nieuwsgierig naar de oude poes die bij ze in huis woont, maar die ze nauwelijks ontmoeten. Ze zien haar door het voorraam op de tuinbank slapen, maar kunnen geen contact met haar maken. Mevrouw wil het nog steeds niet. Ze heeft een maand lang elke nacht buiten geslapen op een kussen in de vestibule. Nu slaapt ze weer gezellig vaak thuis. Met de huiskamerdeur hermetisch gesloten. Gezellig met z’n drieën jagen op een verdwaalde veldmuis in de keuken zit er voorlopig niet in …
- Johnny Depp
Hartkloppingen krijgt ze ervan, zegt ze. In het gezellige restaurant waar we met ons gezin deze avond zitten te eten wordt al twee keer een vuurwerktaartje bij iemand op tafel gezet. Dan zingt bijna het hele restaurant hard mee. Hieperdepiep hoera! Ik stel voor dat ik het bedienend personeel inlicht dat wij ook háár verjaardag vieren deze avond. Dat wil ze niet. Als mijn eega zegt dat hij het al heeft gedaan. Kijkt ze beduusd. Is ze even stil. En als dan blijkt dat het maar een grapje is vertelt ze dat ze dat luid zingen voor haar persoonlijk helemaal niet leuk zou vinden. Ze kreeg bij het idee al hartkloppingen. Dat weten we natuurlijk allang. Geen spotlights voor haar. Al hebben we dat precies tien jaar geleden in Afrika onbedoeld wel een keer gedaan. Uit de keuken van de camping in Etosha National Park kwam steeds meer personeel. Luid zingend en swingend in een stoet van witte koksmutsen op haar af. Met een mégagrote taart voorop. Daarop brandende ‘happy birthday’ kaarsjes, meegebracht uit Holland. De taart was daar vers in de keuken bereid. Voor haar. Negen jaar oud. Of jaren later in de Peruviaanse hoofdstad Lima in een restaurant gelegen aan het eind van een houten pier in de Grote Oceaan. Allemaal Spaans zingend bedienend personeel om haar heen met voor haar op tafel een schoteltje met een klein taartje en een brandend kaarsje. Wat dat betreft is ze niet zoveel veranderd in de loop der jaren. Geen speciale aandacht voor haar. Wat andere dingen betreft is ze wel gegroeid. Aankomende week begint de introductieweek van haar universiteit en zij, als tweedejaars én chair van de sport activiteiten, zal de hele groep eerstejaars moeten toespreken door een megafoon. Daar heeft ze dan helemaal geen problemen mee, zegt ze. Ze is vandaag speciaal een dag langer thuis zodat we cadeautjes op het grote bed kunnen doen zoals we dat altijd doen. Ze houdt heel erg van rituelen. Als we thuis taart hebben gegeten staan onverwachts wat vriendinnen van de middelbare school voor de deur. Met een taart. Vertederend. Dat typeert haar, ze is heel trouw aan haar vrienden. Morgenochtend pakt ze de trein naar het kneuterige Middelburg. Ze houdt van die plek. Ze leent mijn grote backpack om al haar zomerkleding, verjaardagscadeaus en schoenen mee naar huis te torsen. Niet die hele grote rugzak van haar vader. Dan zou íedereen haar herkennen als dat meisje met die megagrote backpack. Uh, iedereen? In Middelburg lopen alleen maar studenten van haar uni op straat, zegt ze. Dénkt ze. Ook dat is weer typerend voor ons gevoelige, middelste kind. Negentien jaar nu.
We hadden een ongenode gast in huis. In de keuken welteverstaan. We kregen een van de laatste dagen van onze reis een berichtje van de huisoppassers. Er was een muis gesignaleerd. In ons straatje is deze zomer een overlast aan veldmuizen. Ik had Tossie, onze volwassen poes, al in de voortuin zien spelen met zo’n kleine muis. En de buurman zag ze volop in zijn achtertuin lopen. Eén veldmuisje was dus per ongeluk in onze keuken terecht gekomen. Een walhalla voor de muis! Elke dag een schaaltje met de heerlijkste verse kattenbrokjes en elke dag fris, koud water in een bakje ernaast. Eenmaal thuis van de roadtrip vond ik aangevreten theedoeken en handdoeken in de kast liggen. Ook een theedoek met een gele plas erin… Overal piepkleine keuteltjes tussen de spulletjes in de kast. Zelfs aangevreten vaatwasserblokjes… De muis leefde in ons keukenblok, zoveel was ons duidelijk. De volgende dag snel een doosje met muizengif geplaatst. En de inhoud van de kastjes verplaatst naar de bijkeuken. Kattenvoer die nacht in de voorkamer gezet en de schuifdeuren goed gesloten. We vonden de volgende ochtend toch nieuwe keuteltjes. De kittens snuffelden door de kastjes. Nog een dag later was er geen veldmuis meer te bekennen. Drie katten in huis en tóch een veldmuis die een paar dagen in de keuken kan overleven! De kleintjes kunnen nog niet jagen. Wellicht leren ze het ook nooit. Onze oude Woester - van hetzelfde ras - heeft nooit gejaagd in zijn leven. Sterker nog, hij was al bang voor een torretje! Tossie daarentegen kan heel erg goed jagen. Ze kan uren aan de overkant van de straat geconcentreerd naar muizen speuren. Ze vangt ze, bijt ze dood en legt ze dan als trofeeën op de deurmat. De kittens mogen echter niet aan de voorkant van ons huis buiten spelen. Ze zijn heel nieuwsgierig naar de oude poes die bij ze in huis woont, maar die ze nauwelijks ontmoeten. Ze zien haar door het voorraam op de tuinbank slapen, maar kunnen geen contact met haar maken. Mevrouw wil het nog steeds niet. Ze heeft een maand lang elke nacht buiten geslapen op een kussen in de vestibule. Nu slaapt ze weer gezellig vaak thuis. Met de huiskamerdeur hermetisch gesloten. Gezellig met z’n drieën jagen op een verdwaalde veldmuis in de keuken zit er voorlopig niet in …
zaterdag 17 augustus 2019
Welke zwoele zomernachten?
“It always rains on tents. Rainstorms will travel thousands of miles, against prevailing winds for the opportunity to rain on a tent.”
― Dave Barry
Zwoele, zotte zomernachten hebben we de afgelopen vier weken niet beleefd in het hoge Noorden. Eerder koele of stormachtige nachten… De stormband voor de bustent hadden we in ieder geval niet voor niks aangeschaft. Onze roadtrip van een maand leidde ons helemaal ter hoogte van een derde van Noorwegen. De plek waar in de zomer bijna de zon niet onder gaat. De plek met torenhoge watervallen waar je ook maar kijkt. De plek waar de bergen hun eeuwige sneeuwmuts - zelfs hartje zomer! - nog op houden. Zó noordelijk in Europa dat er zelfs geen snelwegen meer zijn. Dat je soms, om de weg te vervolgen, een veerboot over een fjord moest nemen. Of door doodenge, smal uitgehakte en onverlichte tunnels moest rijden. Sowieso - om er überhaupt te komen - hebben we een veerboot moeten nemen waar we een nacht op geslapen hebben. Rust en ruimte. De bossen daar zijn zó diep, verlaten en stil dat we onderweg herten en zelfs een vos voor de auto zagen oversteken. En onze antieke kampeerbus heeft echt geen stille motor hoor! Dit land heeft twaalf sensationele autoroutes en daarvan hebben wij er een aantal met de oude Volkswagen gereden. Langs gletsjers en ijskoude, groenblauwe fjorden. Langs twaalf scherpe, steile haarspeldbochten… Heel overdonderend. Ons antieke hippiebusje heeft ons niet in de steek gelaten. Ook niet met het gewicht van vijf volwassen lijven, drie tenten en voor vijf personen bagage voor alle weertypen. Ze heeft ons er moedig doorheen geloodst.
In Noorwegen zijn plekjes in de natuur met veel dazen, wespen of muggen. Echt outdoor zullen we maar zeggen. Jeuk hoorde er tijdens de trip dus helaas ook soms bij. Regen ook. We hebben de eerste week het regenwater met bakken uit de lucht zien vallen en onder de tent door zien stromen. Zo erg dat wij met onze voeten in slippertjes in tien centimeter diepe regenplassen stonden. Ín de bustent! Toch hebben we de speciaal aangeschafte regenjassen uiteindelijk maar tijdens één wandeling aan hoeven trekken. Zelfs in de havenstad Bergen waar het 320 dagen per jaar regent hadden wij een zonovergoten dag. De zon reisde met ons mee. In het Noorse, sprookjesachtige landschap mag je overal wild kamperen. En nog veel spannender; je mag overal kampvuurtjes bouwen van sprokkelhout. Het buitenleven in de zomer is er fantastisch! Wandelen, fietsen, suppen, vissen, jagen, kanoën, barbecuen, roeien, wilde dieren spotten en kampvuur bouwen. Wij hebben genoten. De avonden zijn in het Noorden van Noorwegen vaak koud: dikke vesten, een bodywarmer, ons kacheltje en veel fleecekleden zijn geen overbodige luxe geweest om mee te slepen. We kookten vrijwel alle avonden in een grote algemene keuken op de camping. Meerdere fornuizen met ovens en grote eettafels. Veel comfortabeler dan buiten voor de bus op een gastelletje. Veel variatie in groenten is daar echter niet te vinden. Een paprika kostte daar zelfs 6,50 euro! De dagelijkse boodschappen zijn er heel erg duur. Restaurantjes zie je er buiten de stad amper. Geen strandpaviljoens, terrasjes of ijsjesverkopers gezien. Lange broeierige zomeravonden hebben we dus niet gekregen. Máár…dat zou me er echt nóóit van weerhouden om niet nóg een keer naar de overweldigende, ongerepte natuur in Noorwegen te rijden!
― Dave Barry
Zwoele, zotte zomernachten hebben we de afgelopen vier weken niet beleefd in het hoge Noorden. Eerder koele of stormachtige nachten… De stormband voor de bustent hadden we in ieder geval niet voor niks aangeschaft. Onze roadtrip van een maand leidde ons helemaal ter hoogte van een derde van Noorwegen. De plek waar in de zomer bijna de zon niet onder gaat. De plek met torenhoge watervallen waar je ook maar kijkt. De plek waar de bergen hun eeuwige sneeuwmuts - zelfs hartje zomer! - nog op houden. Zó noordelijk in Europa dat er zelfs geen snelwegen meer zijn. Dat je soms, om de weg te vervolgen, een veerboot over een fjord moest nemen. Of door doodenge, smal uitgehakte en onverlichte tunnels moest rijden. Sowieso - om er überhaupt te komen - hebben we een veerboot moeten nemen waar we een nacht op geslapen hebben. Rust en ruimte. De bossen daar zijn zó diep, verlaten en stil dat we onderweg herten en zelfs een vos voor de auto zagen oversteken. En onze antieke kampeerbus heeft echt geen stille motor hoor! Dit land heeft twaalf sensationele autoroutes en daarvan hebben wij er een aantal met de oude Volkswagen gereden. Langs gletsjers en ijskoude, groenblauwe fjorden. Langs twaalf scherpe, steile haarspeldbochten… Heel overdonderend. Ons antieke hippiebusje heeft ons niet in de steek gelaten. Ook niet met het gewicht van vijf volwassen lijven, drie tenten en voor vijf personen bagage voor alle weertypen. Ze heeft ons er moedig doorheen geloodst.
In Noorwegen zijn plekjes in de natuur met veel dazen, wespen of muggen. Echt outdoor zullen we maar zeggen. Jeuk hoorde er tijdens de trip dus helaas ook soms bij. Regen ook. We hebben de eerste week het regenwater met bakken uit de lucht zien vallen en onder de tent door zien stromen. Zo erg dat wij met onze voeten in slippertjes in tien centimeter diepe regenplassen stonden. Ín de bustent! Toch hebben we de speciaal aangeschafte regenjassen uiteindelijk maar tijdens één wandeling aan hoeven trekken. Zelfs in de havenstad Bergen waar het 320 dagen per jaar regent hadden wij een zonovergoten dag. De zon reisde met ons mee. In het Noorse, sprookjesachtige landschap mag je overal wild kamperen. En nog veel spannender; je mag overal kampvuurtjes bouwen van sprokkelhout. Het buitenleven in de zomer is er fantastisch! Wandelen, fietsen, suppen, vissen, jagen, kanoën, barbecuen, roeien, wilde dieren spotten en kampvuur bouwen. Wij hebben genoten. De avonden zijn in het Noorden van Noorwegen vaak koud: dikke vesten, een bodywarmer, ons kacheltje en veel fleecekleden zijn geen overbodige luxe geweest om mee te slepen. We kookten vrijwel alle avonden in een grote algemene keuken op de camping. Meerdere fornuizen met ovens en grote eettafels. Veel comfortabeler dan buiten voor de bus op een gastelletje. Veel variatie in groenten is daar echter niet te vinden. Een paprika kostte daar zelfs 6,50 euro! De dagelijkse boodschappen zijn er heel erg duur. Restaurantjes zie je er buiten de stad amper. Geen strandpaviljoens, terrasjes of ijsjesverkopers gezien. Lange broeierige zomeravonden hebben we dus niet gekregen. Máár…dat zou me er echt nóóit van weerhouden om niet nóg een keer naar de overweldigende, ongerepte natuur in Noorwegen te rijden!
vrijdag 9 augustus 2019
Starend naar zee
I like a good story and I also like staring at the sea - do I have to choose between the two?
- David Byrne
Ik heb net foto’s gemaakt van de twee jongste telgen in hun bikini springend in de hoge golven van de grijze, lauwe Noordzee. Eenmaal lezend op mijn handdoek op het witte strand trek ik steeds meer kledingstukken uit. Eerst alleen mijn lange broek. Ik heb toch een zwarte slip aan. Niemand die het opmerkt onder mijn zwarte t-shirtje. Niet veel later trek ik toch ook maar mijn t-shirt uit. De bewolkte lucht is helemaal opengebroken. De zon is hier krachtig aan de Deense kust. Ik draag een zwart BHtje dus liggend op mijn handdoek ziet dat er niet vreemd uit. Bovendien...zo druk is het hier helemaal niet. Er zijn ook geen strandpaviljoenen, parasols of ligbedjes op het strand. Heel natuurlijk allemaal. De tegenstelling met Noorwegen kan niet groter zijn. De bijna rimpelloze, ijskoude aquagroene Noorse fjorden waarvan het water te koud is om in te zwemmen. Geen witte, lange zandstranden maar kleine kiezelstrandjes of een houten pier. Rondom bergen. Dezelfde avond zitten we verscholen in een duinpan naar de zonsondergang in de Noordzee te kijken. Met z’n vijfjes zittend op een picnickleed en een fleecekleed over onze benen. We hebben een thermoskan thee mee en een pak koekjes. De zon zakt, maar er schuift een wolk voor en uiteindelijk zien we alleen mooi zachtroze-oranje zwemen licht over de hemel. Geen groen Noorderlicht. We zijn al helemaal afgezakt naar het midden van Denemarken. Jutland. We staan met de Volkswagenbus achter de met helmgras begroeide duinen. Er staat flink veel zeewind, daardoor trekt de lucht snel open. De eerste ochtend na onze aankomst waren we voorbereid op veel regen. Regenjassen lagen klaar toen we naar bed gingen voor het geval dat we in de nacht door de regen naar het toiletgebouw moesten. Verbaasd waren we toen we gewekt werden door zonnestralen! De zon blijft kennelijk met ons meereizen. We ontbijten en lunchen uiteindelijk de meeste dagen naast de bustent. In de luwte van de zeewind. We maken heerlijke strandwandelingen. Zeelucht. Mijn lief en ik fietsen zes kilometer op onze vouwfietsjes door ‘t zonnetje naar het dichtstbijzijnde dorp Hvide Sande. Een nietszeggend dorp aan zee met een behoorlijk grote haven waar net een grote houten driemaster aanlegt wat zorgt voor wat aanloop van toeristen. We zitten samen op een zonnig terras kijkend naar de bedrijvigheid op de kade onder het genot van een Deens taartje en een drankje. We hebben de verlaten, ruige natuur van Noorwegen achter ons gelaten. Op onze allerlaatste dag in Denemarken is het weer zeer onstuimig. Zomaar, tussen de zonnestralen door, plenst het ineens. Het stormt flink hard. Bijna veertig kilometer per uur. De afgelopen nacht ging de bustent flink tekeer. Ook onze hippiebus kraakte en piepte wat af. Ik sliep er lekker doorheen. Ondanks de vurigheid van de hoosbuien fietsen mijn lief en ik uren te midden van de Noordzee en een groot fjord. Fietstochten door de Deense duinen in plaats van wandeltochten door de Noorse bergen.
“Dat zag er prachtig uit!” zegt de Duitse vrouw op het strand. “Jullie in de zee met die zeehond in jullie armen. In het zachte licht van de ondergaande zon.” Mijn lief en ik stonden met onze lange broeken aan tot onze knieën in de Noordzee. Inderdaad, in onze armen lag een jonge zeehond. Ingerold in ons picnickleed. Mijn rugzakje, camera en onze schoenen lagen op het strand. De Duitse vrouw met de hond zou er een oogje op houden. Eerder kwam haar tienerzoon ons tegemoet toen we niet lang voor zonsondergang samen langs de vloedlijn aan het wandelen waren. Of we wilden helpen de zeehond in zee te dragen. Zijn moeder kon natuurlijk niet helpen vanwege de hond aan de lijn. Het diertje was bang dus om te voorkomen dat hij ons zou bijten rolden we hem in ons picnickleed. Op het moment dat we de zeehond uit het kleed het water in lieten glijden maakte hij weer rechtsomkeert naar het strand. Toen zagen we ook dat hij gewond was in zijn wang... De arme zeehond kruipt uit de zee het strand op. Op dat moment komt er een Duitse man het duin afrennen richting ons. We moeten de zeehond laten rusten. Als het beest er aan toe is zal hij zélf de zee weer opzoeken. Fair enough. Dus pakken we onze spullen weer op en lopen verder in onze natte broeken. Zou de jonge zeehond ‘t redden tot de nieuwe morgen?
Hvide Sande - 8 augustus 2019
- David Byrne
Ik heb net foto’s gemaakt van de twee jongste telgen in hun bikini springend in de hoge golven van de grijze, lauwe Noordzee. Eenmaal lezend op mijn handdoek op het witte strand trek ik steeds meer kledingstukken uit. Eerst alleen mijn lange broek. Ik heb toch een zwarte slip aan. Niemand die het opmerkt onder mijn zwarte t-shirtje. Niet veel later trek ik toch ook maar mijn t-shirt uit. De bewolkte lucht is helemaal opengebroken. De zon is hier krachtig aan de Deense kust. Ik draag een zwart BHtje dus liggend op mijn handdoek ziet dat er niet vreemd uit. Bovendien...zo druk is het hier helemaal niet. Er zijn ook geen strandpaviljoenen, parasols of ligbedjes op het strand. Heel natuurlijk allemaal. De tegenstelling met Noorwegen kan niet groter zijn. De bijna rimpelloze, ijskoude aquagroene Noorse fjorden waarvan het water te koud is om in te zwemmen. Geen witte, lange zandstranden maar kleine kiezelstrandjes of een houten pier. Rondom bergen. Dezelfde avond zitten we verscholen in een duinpan naar de zonsondergang in de Noordzee te kijken. Met z’n vijfjes zittend op een picnickleed en een fleecekleed over onze benen. We hebben een thermoskan thee mee en een pak koekjes. De zon zakt, maar er schuift een wolk voor en uiteindelijk zien we alleen mooi zachtroze-oranje zwemen licht over de hemel. Geen groen Noorderlicht. We zijn al helemaal afgezakt naar het midden van Denemarken. Jutland. We staan met de Volkswagenbus achter de met helmgras begroeide duinen. Er staat flink veel zeewind, daardoor trekt de lucht snel open. De eerste ochtend na onze aankomst waren we voorbereid op veel regen. Regenjassen lagen klaar toen we naar bed gingen voor het geval dat we in de nacht door de regen naar het toiletgebouw moesten. Verbaasd waren we toen we gewekt werden door zonnestralen! De zon blijft kennelijk met ons meereizen. We ontbijten en lunchen uiteindelijk de meeste dagen naast de bustent. In de luwte van de zeewind. We maken heerlijke strandwandelingen. Zeelucht. Mijn lief en ik fietsen zes kilometer op onze vouwfietsjes door ‘t zonnetje naar het dichtstbijzijnde dorp Hvide Sande. Een nietszeggend dorp aan zee met een behoorlijk grote haven waar net een grote houten driemaster aanlegt wat zorgt voor wat aanloop van toeristen. We zitten samen op een zonnig terras kijkend naar de bedrijvigheid op de kade onder het genot van een Deens taartje en een drankje. We hebben de verlaten, ruige natuur van Noorwegen achter ons gelaten. Op onze allerlaatste dag in Denemarken is het weer zeer onstuimig. Zomaar, tussen de zonnestralen door, plenst het ineens. Het stormt flink hard. Bijna veertig kilometer per uur. De afgelopen nacht ging de bustent flink tekeer. Ook onze hippiebus kraakte en piepte wat af. Ik sliep er lekker doorheen. Ondanks de vurigheid van de hoosbuien fietsen mijn lief en ik uren te midden van de Noordzee en een groot fjord. Fietstochten door de Deense duinen in plaats van wandeltochten door de Noorse bergen.
“Dat zag er prachtig uit!” zegt de Duitse vrouw op het strand. “Jullie in de zee met die zeehond in jullie armen. In het zachte licht van de ondergaande zon.” Mijn lief en ik stonden met onze lange broeken aan tot onze knieën in de Noordzee. Inderdaad, in onze armen lag een jonge zeehond. Ingerold in ons picnickleed. Mijn rugzakje, camera en onze schoenen lagen op het strand. De Duitse vrouw met de hond zou er een oogje op houden. Eerder kwam haar tienerzoon ons tegemoet toen we niet lang voor zonsondergang samen langs de vloedlijn aan het wandelen waren. Of we wilden helpen de zeehond in zee te dragen. Zijn moeder kon natuurlijk niet helpen vanwege de hond aan de lijn. Het diertje was bang dus om te voorkomen dat hij ons zou bijten rolden we hem in ons picnickleed. Op het moment dat we de zeehond uit het kleed het water in lieten glijden maakte hij weer rechtsomkeert naar het strand. Toen zagen we ook dat hij gewond was in zijn wang... De arme zeehond kruipt uit de zee het strand op. Op dat moment komt er een Duitse man het duin afrennen richting ons. We moeten de zeehond laten rusten. Als het beest er aan toe is zal hij zélf de zee weer opzoeken. Fair enough. Dus pakken we onze spullen weer op en lopen verder in onze natte broeken. Zou de jonge zeehond ‘t redden tot de nieuwe morgen?
Hvide Sande - 8 augustus 2019
maandag 5 augustus 2019
A world of mountains
“I just want to live in a world of mountains, coffee, campfires, cabins, and golden trees, and run around with a camera and notebook, learning the inner workings of everything real.”
– Victoria Erickson
Buiten op een campingstoeltje met een warme joggingbroek aan, een t-shirt met lange mouwen én een dik vest eroverheen. Dáároverheen voor het eerst deze reis zelfs een warme bodywarmer! Capuchon over mijn hoofd. En een warm fleecekleed over mijn benen die lekker op een krukje liggen. Heel comfy. Buiten op de camping. Het is laat en bijna donker. Ik lees mijn boek, maar kijk meer om me heen. Recht voor me kijk ik uit op een van de grootste bergmeren van Noorwegen. Tinnsjå. Een van de diepste meren van Europa. Een prachtig silhouet van diverse bergen tekent zich af in het blauw van de late avondschemering. Veel bedrijvingheid om me heen. Er worden kampvuurtjes op het kiezelstrand gemaakt zoals wij zelf ook een avond hebben gedaan. Van sprokkelhout. Men zit op houten bankjes gemaakt van omgezaagde boomstammen er omheen. Mensen maken voor hun kleine tentjes een barbecue om worstjes en kippenvleugeltjes te braden. Mensen in hun slaapzak op een stoeltje of liggend op een matje. Ondanks de koude wind van het water en de snel afkoelende temperatuur is iedereen buiten. Kaarsjes op tafel. Kop hete thee. Heel knus allemaal. Ik geniet ervan. Dit ritueel was elk van de vijf nachten hetzelfde. Overdag heel warm. Licht bewolkt. De zon is kennelijk steeds met ons mee gereisd. We hebben een paar stranddagen gepakt op deze sportieve camping, maar we hebben ook twee keer een mooie bergtop bereikt. Een keer met magnifiek uitzicht op het grote bergmeer en de omliggende bergen waarvan de zachte pieken en kammen naar de hemel golfden. Het was verschrikkelijk zweten om op de top te komen. We hebben de waterfles opnieuw gevuld met het koud stromende water uit een beek. Ik zag elandenkeutels op het pad en dacht er zelfs een te horen... Er was onderweg een uitzichtpunt wat er gevaarlijk glad en diep uitzag. Ik durfde zelf, vanwege mijn pijnlijk gekneusde ribweefsel, niet verder af te dalen voor een fotootje. Dus ging oudste dochter heel stoer het avontuurlijke pad naar beneden. Terwijl ik veilig achter een stevig gewortelde boom wachtte op haar terugkomst. Ik kon het niet laten om met haar mobieltje háár stiekem te fotograferen. Fraaie foto geworden!
We stappen in een knalrode, wiebelige cabine van een kabelbaan die uit 1929 dateert. We laten ons naar een kilometer hoogte brengen waar we uitstappen om de Solstein bergwandeling van ruim vier kilometer te gaan maken. Solstein betekent heel toepasselijk ‘pad van de zon’. Het is onze allerlaatste dag aan het grote imposante bergmeer. Elke dag zou er regen gaan vallen, en elke dag hebben we voortreffelijk weer gehad. Zo ook vandaag. Het dorp Rjukan waar de kabelbaan gelegen is heeft jaarlijks maar een half jaartje zonlicht. De rest van het jaar ligt het in de schaduw van de omliggende bergen. Dat hebben ze creatief opgelost door enorme spiegels in de bergen te plaatsen die de zonnestralen op het dorpse marktplein weerkaatsen. Onder het spiegelglas zitten zonnecellen verwerkt die energie leveren voor het draaien met de zon mee van de spiegels. Als we boven komen starten we het aantrekkelijke, hellende bergpad dat gemaakt is van leistenen treden. Zo stijgen we nog wat hoger op de berg. Boven komen we een leuke leistenen zonnewijzer tegen. En uitzicht op de hoge Haustatoppen en het indrukwekkende Hardanger national park waar we een tijdje terug doorheen gereden zijn om hier te komen. De wandeling eindigt weer bij de cabinelift, maar we gaan eerst lunchen. Jongste en ik maken zelf wafels waar we brunost op smelten, room erop en een zoet laagje bessenjam. Brunost is een Noorse geitenkaas die gecarameliseerd is en heel zacht van smaak is. Heel erg smullen, maar ook heel erg zwaar op de maag. Gelukkig hoeven we alleen nog maar met het wiebelende liftje de berg af....
Tinn Austbygd - 4 augustus 2019
– Victoria Erickson
Buiten op een campingstoeltje met een warme joggingbroek aan, een t-shirt met lange mouwen én een dik vest eroverheen. Dáároverheen voor het eerst deze reis zelfs een warme bodywarmer! Capuchon over mijn hoofd. En een warm fleecekleed over mijn benen die lekker op een krukje liggen. Heel comfy. Buiten op de camping. Het is laat en bijna donker. Ik lees mijn boek, maar kijk meer om me heen. Recht voor me kijk ik uit op een van de grootste bergmeren van Noorwegen. Tinnsjå. Een van de diepste meren van Europa. Een prachtig silhouet van diverse bergen tekent zich af in het blauw van de late avondschemering. Veel bedrijvingheid om me heen. Er worden kampvuurtjes op het kiezelstrand gemaakt zoals wij zelf ook een avond hebben gedaan. Van sprokkelhout. Men zit op houten bankjes gemaakt van omgezaagde boomstammen er omheen. Mensen maken voor hun kleine tentjes een barbecue om worstjes en kippenvleugeltjes te braden. Mensen in hun slaapzak op een stoeltje of liggend op een matje. Ondanks de koude wind van het water en de snel afkoelende temperatuur is iedereen buiten. Kaarsjes op tafel. Kop hete thee. Heel knus allemaal. Ik geniet ervan. Dit ritueel was elk van de vijf nachten hetzelfde. Overdag heel warm. Licht bewolkt. De zon is kennelijk steeds met ons mee gereisd. We hebben een paar stranddagen gepakt op deze sportieve camping, maar we hebben ook twee keer een mooie bergtop bereikt. Een keer met magnifiek uitzicht op het grote bergmeer en de omliggende bergen waarvan de zachte pieken en kammen naar de hemel golfden. Het was verschrikkelijk zweten om op de top te komen. We hebben de waterfles opnieuw gevuld met het koud stromende water uit een beek. Ik zag elandenkeutels op het pad en dacht er zelfs een te horen... Er was onderweg een uitzichtpunt wat er gevaarlijk glad en diep uitzag. Ik durfde zelf, vanwege mijn pijnlijk gekneusde ribweefsel, niet verder af te dalen voor een fotootje. Dus ging oudste dochter heel stoer het avontuurlijke pad naar beneden. Terwijl ik veilig achter een stevig gewortelde boom wachtte op haar terugkomst. Ik kon het niet laten om met haar mobieltje háár stiekem te fotograferen. Fraaie foto geworden!
We stappen in een knalrode, wiebelige cabine van een kabelbaan die uit 1929 dateert. We laten ons naar een kilometer hoogte brengen waar we uitstappen om de Solstein bergwandeling van ruim vier kilometer te gaan maken. Solstein betekent heel toepasselijk ‘pad van de zon’. Het is onze allerlaatste dag aan het grote imposante bergmeer. Elke dag zou er regen gaan vallen, en elke dag hebben we voortreffelijk weer gehad. Zo ook vandaag. Het dorp Rjukan waar de kabelbaan gelegen is heeft jaarlijks maar een half jaartje zonlicht. De rest van het jaar ligt het in de schaduw van de omliggende bergen. Dat hebben ze creatief opgelost door enorme spiegels in de bergen te plaatsen die de zonnestralen op het dorpse marktplein weerkaatsen. Onder het spiegelglas zitten zonnecellen verwerkt die energie leveren voor het draaien met de zon mee van de spiegels. Als we boven komen starten we het aantrekkelijke, hellende bergpad dat gemaakt is van leistenen treden. Zo stijgen we nog wat hoger op de berg. Boven komen we een leuke leistenen zonnewijzer tegen. En uitzicht op de hoge Haustatoppen en het indrukwekkende Hardanger national park waar we een tijdje terug doorheen gereden zijn om hier te komen. De wandeling eindigt weer bij de cabinelift, maar we gaan eerst lunchen. Jongste en ik maken zelf wafels waar we brunost op smelten, room erop en een zoet laagje bessenjam. Brunost is een Noorse geitenkaas die gecarameliseerd is en heel zacht van smaak is. Heel erg smullen, maar ook heel erg zwaar op de maag. Gelukkig hoeven we alleen nog maar met het wiebelende liftje de berg af....
Tinn Austbygd - 4 augustus 2019
vrijdag 2 augustus 2019
Bergen area
‘And I shall watch the ferry boats, and they’ll get high,
On a bluer ocean against tomorrow’s sky,
And I will never grow so old again,
And I will walk and talk, in gardens all wet with rain.’
- Van Morrison
We stappen de trein uit en stappen zo het zonnige centrum van het havenstadje Bergen in. Een van de highlights van deze rondreis. We slenteren een toeristisch marktje over en lopen dan naar de pier waar een mooi uitzicht op de oude werf is. Bryggen. De overbekende typisch gekleurde houten huisjes uit de zeventiende eeuw. De zon schijnt erop en dat is best uniek gezien de 320 regendagen per jaar hier! In de baai liggen enorme cruiseschepen. Aan de kade zien we vooral motorboten van toeristen. We slenteren over de vismarkt waar we ook walvis te koop zien. Noorwegen mag nog op walvis jagen vanwege research. Dit is niet de eerste keer dat we walvis te koop zien of op een menukaart zien staan. We halen wat te drinken en zitten lekker op de bankjes op de kade. Een stadsplattegrondje voor onze neus. We willen wat oude straatjes zien geplaveid met kinderkopjes. We slenteren door de knusse steegjes achter de werf. We ploffen neer voor een lunch op een zonovergoten terras op de Bryggen. Natuurlijk bestellen we Noorse zalm, Noorse garnalen en vissoep. We ontdekken een wat afgelegen superleuk kledingboetiekje met supersale waar we helemaal los gaan. We nemen de tijd. Mijn lief zit buiten op het terrasje dat erbij hoort. Tevreden met een tas vol aankopen halen we ijs en relaxen we in een parkje bij de haven. Een koel briesje komt van zee. Als we eind van de middag rond het fort gewandeld hebben maken we onze weg naar een jaren ‘50 rock ‘n roll dinner die we op de heenweg al gezien hebben. Jongste wilde heel graag milkshakes bestellen hier. Natuurlijk nemen we er hamburgers bij. Halverwege de avond zijn we weer terug op de boerderijcamping. Lekker zo‘n dagje in de stad als je al weken tussen het mooie groen bivakkeert.
Vlakbij deze boerderijcamping met aardbeivelden, schaapjes, kippen en twee paarden is het startpunt van een bergwandeling. Het is heel warm vandaag en eind van de dag zou het gaan regenen dus gaan we meteen na de lunch op pad. De twee jongste meiden willen deze keer niet mee. We parkeren de bus bij grote watervallen en een poel waar volop gezwommen en gespetterd wordt. Het doel is de redningshytten op de hoogste berg Gullfjelet hier in het gebied rondom het stadje Bergen. Wandelen is goed voor het herstel van mijn kneuzing, maar klimmen zie ik niet zitten. Het blijkt een geweldige keuze te zijn. We lopen op een rustig tempo door een droge rivierbedding naar boven. De route is goed aangegeven met houten bordjes. We wandelen tussen de schapen met bellen om hun nek. We doen er iets langer dan een uur over voordat we bij de berghut zijn. Geweldig uitzicht op de bergen rondom. De lucht betrekt. We drinken wat en eten de meegebrachte koekjes en dan gaan we gauw terug. Het begint te onweren. De wolken pakken zich steeds meer bijeen. Als we onderaan de berg zijn begint de motregen. Op de camping is het nog droog ookal zien we de mist van de bergtoppen naar beneden kruipen. De boer haalt zijn paarden van het land en waarschuwt ons dat er slecht weer op komst is. Heel spoedig. Ook wij ruimen alles op in de bus. Als we in de grote, gezellige keuken pannekoeken aan het eten zijn begint het. In no time staan onze twee tentjes in een enorme plas regenwater. We mogen de twee tentjes van de boer in zijn schuur zetten. De hele nacht regent het. De volgende ochtend pakken we de rest van onze spulletjes in en zakken we een dag eerder dan gepland af naar beneden. Voor het eerst tijdens deze roadtrip hebben we gedurende de prachtige route door national park Hardanger warme vesten aan, comfortabele dekens over de bank en zelfs het kacheltje aan in de bus.
Tinn Austbygd - 31 juli 2019
On a bluer ocean against tomorrow’s sky,
And I will never grow so old again,
And I will walk and talk, in gardens all wet with rain.’
- Van Morrison
We stappen de trein uit en stappen zo het zonnige centrum van het havenstadje Bergen in. Een van de highlights van deze rondreis. We slenteren een toeristisch marktje over en lopen dan naar de pier waar een mooi uitzicht op de oude werf is. Bryggen. De overbekende typisch gekleurde houten huisjes uit de zeventiende eeuw. De zon schijnt erop en dat is best uniek gezien de 320 regendagen per jaar hier! In de baai liggen enorme cruiseschepen. Aan de kade zien we vooral motorboten van toeristen. We slenteren over de vismarkt waar we ook walvis te koop zien. Noorwegen mag nog op walvis jagen vanwege research. Dit is niet de eerste keer dat we walvis te koop zien of op een menukaart zien staan. We halen wat te drinken en zitten lekker op de bankjes op de kade. Een stadsplattegrondje voor onze neus. We willen wat oude straatjes zien geplaveid met kinderkopjes. We slenteren door de knusse steegjes achter de werf. We ploffen neer voor een lunch op een zonovergoten terras op de Bryggen. Natuurlijk bestellen we Noorse zalm, Noorse garnalen en vissoep. We ontdekken een wat afgelegen superleuk kledingboetiekje met supersale waar we helemaal los gaan. We nemen de tijd. Mijn lief zit buiten op het terrasje dat erbij hoort. Tevreden met een tas vol aankopen halen we ijs en relaxen we in een parkje bij de haven. Een koel briesje komt van zee. Als we eind van de middag rond het fort gewandeld hebben maken we onze weg naar een jaren ‘50 rock ‘n roll dinner die we op de heenweg al gezien hebben. Jongste wilde heel graag milkshakes bestellen hier. Natuurlijk nemen we er hamburgers bij. Halverwege de avond zijn we weer terug op de boerderijcamping. Lekker zo‘n dagje in de stad als je al weken tussen het mooie groen bivakkeert.
Vlakbij deze boerderijcamping met aardbeivelden, schaapjes, kippen en twee paarden is het startpunt van een bergwandeling. Het is heel warm vandaag en eind van de dag zou het gaan regenen dus gaan we meteen na de lunch op pad. De twee jongste meiden willen deze keer niet mee. We parkeren de bus bij grote watervallen en een poel waar volop gezwommen en gespetterd wordt. Het doel is de redningshytten op de hoogste berg Gullfjelet hier in het gebied rondom het stadje Bergen. Wandelen is goed voor het herstel van mijn kneuzing, maar klimmen zie ik niet zitten. Het blijkt een geweldige keuze te zijn. We lopen op een rustig tempo door een droge rivierbedding naar boven. De route is goed aangegeven met houten bordjes. We wandelen tussen de schapen met bellen om hun nek. We doen er iets langer dan een uur over voordat we bij de berghut zijn. Geweldig uitzicht op de bergen rondom. De lucht betrekt. We drinken wat en eten de meegebrachte koekjes en dan gaan we gauw terug. Het begint te onweren. De wolken pakken zich steeds meer bijeen. Als we onderaan de berg zijn begint de motregen. Op de camping is het nog droog ookal zien we de mist van de bergtoppen naar beneden kruipen. De boer haalt zijn paarden van het land en waarschuwt ons dat er slecht weer op komst is. Heel spoedig. Ook wij ruimen alles op in de bus. Als we in de grote, gezellige keuken pannekoeken aan het eten zijn begint het. In no time staan onze twee tentjes in een enorme plas regenwater. We mogen de twee tentjes van de boer in zijn schuur zetten. De hele nacht regent het. De volgende ochtend pakken we de rest van onze spulletjes in en zakken we een dag eerder dan gepland af naar beneden. Voor het eerst tijdens deze roadtrip hebben we gedurende de prachtige route door national park Hardanger warme vesten aan, comfortabele dekens over de bank en zelfs het kacheltje aan in de bus.
Tinn Austbygd - 31 juli 2019
maandag 29 juli 2019
Verpletterende natuur
Keep close to nature's heart... and break clear away, once in awhile, and climb a mountain or spend a week in the woods. Wash your spirit clean.
- John Muir
“Ik ga niet meer verder, jongens” zeg ik tegen mijn gezin. Ik zit nog na te hijgen van het laatste stukje klimmen. Ik voelde me vlak ervoor een beetje week in mijn knieën en wat draaierig in mijn hoofd. Ik herken dit gevoel. Hoogtevrees. We zitten ieder op een zwerfkei op een best hellend stuk. Flesje water in de hand. Het is een warme dag. We zijn aan een klim begonnen naar de top van de Klovane. Om precies te zijn 982 meter hoog. Vol goede moed zijn we vanmorgen op tijd vertrokken. Korte broekjes en hemdjes aan. Zonnebrandcréme op onze schouders. Muggenspray op onze benen. We beginnen de route heel relaxt tussen wat groen en veldbloemen. Al snel klimmen we via zwerfkeien omhoog. Door het woud. Langs de kletterende rivier van smeltwater. De Gjølelva. Jongste telg en ik houden het tempo wat op. We moeten steeds even op adem komen. Wanneer ik op de helft van de route besluit niet verder te gaan, sluit jongste meteen aan. Middelste ook. Het is gewoon te zwaar zo’n klim en te eng met die diepten. We verdelen de flessen water en gaan ieder onze eigen weg. De weg naar beneden blijkt nóg zwaarder. Ik zet mijn voet verkeerd en glijd een metertje naar beneden. In een reflex ga ik zitten en val hard met mijn rug op de uitstekende lens van mijn camera die ik over mijn schouder had hangen. Ik kan even moeilijk ademen, en heb zo’n pijn in mijn ribbenkast! Vermoedelijk het weefsel rond mijn rib gekneusd.... We lopen vanaf nu heel voorzichtig naar beneden. Bij een plateau doen we onze rugzakjes af en genieten van het uitzicht over de turquoise fjord en de besneeuwde toppen van de gletsjers. We nemen lekker de tijd om te genieten van de stilte. Een stuk lager op de berg horen we het harde gekletter van een waterval. We dwalen van het pad af en vinden het hardstromende riviertje met kraakhelder smeltwater. Elk van ons vindt een mooie riviersteen om te zitten. In de rivier. We vullen onze waterflessen met ijskoud water en eten onze meegebrachte lunch op. De meiden bouwen nog wat dammetjes met rivierstenen. Ik geniet van het kabaal van het neerstortende water en het uitzicht. Ik krijg altijd zoveel energie van watervallen en snelstromende riviertjes! Als we terug op de camping komen lopen de volhardende bergbeklimmers ons tegemoet. Ze waren al een half uur terug. En een beetje bezorgd waarom wij zo lang wegbleven. Ze waren ons tenslotte op de terugweg niet tegengekomen.... Zij hadden op de top hun broodje gegeten. Met adembenemend uitzicht op de fjorden. We delen onze foto’s voor de tent. Het lijkt of de zee happen van de aarde heeft genomen en het Noorse land in eilandjes uiteenvalt. Prachtig uitzicht! Trots op ze!
De motor van ons trouwe busje stopt er ineens mee. We maakten een bocht om te keren richting de benzinepomp en de motor sloeg pardoes af. Het is net geen dertig graden op deze zonovergoten dag en de motor is oververhit. Uit veiligheid slaat ie dan niet meer aan. De meiden springen uit de bus. Ik neem achter het stuur plaats en mijn gezin duwt het trouwe beessie over de stille weg buiten de stad. Nog honderd meter naar de benzinepomp. Als er toch twee auto’s naderen maan ik ze met mijn arm uit het raam hun snelheid te matigen. Er wordt hard geapplaudisseerd als we duwend achter de hippiebus bij de pomp arriveren. Er zit een groep jongeren buiten ijs te eten. Naast hen staat ook een klassieke oldmobile. Onze bus heeft vandaag erg hard moeten werken. We hebben de Geiranger Trollstigen gereden. Een scenic route van zo’n honderdvijftig kilometer langs het allermooiste en allerbekendste fjord van Noorwegen. Dit fjord staat zelfs op de werelderfgoedlijst van Unesco. Onze antieke kampeerbus heeft veel moeten klimmen en dalen langs twaalf haarspeldbochten. We passeerden de eeuwige sneeuw van de gletsjers. Het was werkelijk onvergetelijk! Eindeloze uitzichten. We hadden onderweg cinnamon rolls gekocht en een thermoskan thee mee voor een coffeebreak op een idyllische plek. De meegebrachte verse salade met pizzabroodjes voor lunch aten we aan een houten picnictafel aan de kade. Om onze route te vervolgen moesten we namelijk met een ferry de Geiranger fjord op. Ons oude besje mocht onder in het schip een uurtje rusten en afkoelen terwijl wij op het dek twintig kilometer over het fjord voeren. Langs watervallen en wondermooie vergezichten. Daarna vervolgden we de prachtige route terug naar het stadje Stryn, het startpunt, waar we lekker uit eten gingen. Dat had mijn lief zeker verdiend, want door mijn ribkneuzing kan ik mijn romp niet meer pijnloos draaien en kan ik voorlopig helaas geen auto meer rijden.... Hij heeft heel veilig gereden. En voor vertrek heel zorgvuldig de koplampen, de remvloeistof, de olie en de benzinestations onderweg gecheckt. Onze charmante bus is hier in Noorwegen niet eerder zó vaak gefotografeerd als deze dag op de Geiranger Trollstigen!
Haukeland - 28 juli 2019
- John Muir
“Ik ga niet meer verder, jongens” zeg ik tegen mijn gezin. Ik zit nog na te hijgen van het laatste stukje klimmen. Ik voelde me vlak ervoor een beetje week in mijn knieën en wat draaierig in mijn hoofd. Ik herken dit gevoel. Hoogtevrees. We zitten ieder op een zwerfkei op een best hellend stuk. Flesje water in de hand. Het is een warme dag. We zijn aan een klim begonnen naar de top van de Klovane. Om precies te zijn 982 meter hoog. Vol goede moed zijn we vanmorgen op tijd vertrokken. Korte broekjes en hemdjes aan. Zonnebrandcréme op onze schouders. Muggenspray op onze benen. We beginnen de route heel relaxt tussen wat groen en veldbloemen. Al snel klimmen we via zwerfkeien omhoog. Door het woud. Langs de kletterende rivier van smeltwater. De Gjølelva. Jongste telg en ik houden het tempo wat op. We moeten steeds even op adem komen. Wanneer ik op de helft van de route besluit niet verder te gaan, sluit jongste meteen aan. Middelste ook. Het is gewoon te zwaar zo’n klim en te eng met die diepten. We verdelen de flessen water en gaan ieder onze eigen weg. De weg naar beneden blijkt nóg zwaarder. Ik zet mijn voet verkeerd en glijd een metertje naar beneden. In een reflex ga ik zitten en val hard met mijn rug op de uitstekende lens van mijn camera die ik over mijn schouder had hangen. Ik kan even moeilijk ademen, en heb zo’n pijn in mijn ribbenkast! Vermoedelijk het weefsel rond mijn rib gekneusd.... We lopen vanaf nu heel voorzichtig naar beneden. Bij een plateau doen we onze rugzakjes af en genieten van het uitzicht over de turquoise fjord en de besneeuwde toppen van de gletsjers. We nemen lekker de tijd om te genieten van de stilte. Een stuk lager op de berg horen we het harde gekletter van een waterval. We dwalen van het pad af en vinden het hardstromende riviertje met kraakhelder smeltwater. Elk van ons vindt een mooie riviersteen om te zitten. In de rivier. We vullen onze waterflessen met ijskoud water en eten onze meegebrachte lunch op. De meiden bouwen nog wat dammetjes met rivierstenen. Ik geniet van het kabaal van het neerstortende water en het uitzicht. Ik krijg altijd zoveel energie van watervallen en snelstromende riviertjes! Als we terug op de camping komen lopen de volhardende bergbeklimmers ons tegemoet. Ze waren al een half uur terug. En een beetje bezorgd waarom wij zo lang wegbleven. Ze waren ons tenslotte op de terugweg niet tegengekomen.... Zij hadden op de top hun broodje gegeten. Met adembenemend uitzicht op de fjorden. We delen onze foto’s voor de tent. Het lijkt of de zee happen van de aarde heeft genomen en het Noorse land in eilandjes uiteenvalt. Prachtig uitzicht! Trots op ze!
De motor van ons trouwe busje stopt er ineens mee. We maakten een bocht om te keren richting de benzinepomp en de motor sloeg pardoes af. Het is net geen dertig graden op deze zonovergoten dag en de motor is oververhit. Uit veiligheid slaat ie dan niet meer aan. De meiden springen uit de bus. Ik neem achter het stuur plaats en mijn gezin duwt het trouwe beessie over de stille weg buiten de stad. Nog honderd meter naar de benzinepomp. Als er toch twee auto’s naderen maan ik ze met mijn arm uit het raam hun snelheid te matigen. Er wordt hard geapplaudisseerd als we duwend achter de hippiebus bij de pomp arriveren. Er zit een groep jongeren buiten ijs te eten. Naast hen staat ook een klassieke oldmobile. Onze bus heeft vandaag erg hard moeten werken. We hebben de Geiranger Trollstigen gereden. Een scenic route van zo’n honderdvijftig kilometer langs het allermooiste en allerbekendste fjord van Noorwegen. Dit fjord staat zelfs op de werelderfgoedlijst van Unesco. Onze antieke kampeerbus heeft veel moeten klimmen en dalen langs twaalf haarspeldbochten. We passeerden de eeuwige sneeuw van de gletsjers. Het was werkelijk onvergetelijk! Eindeloze uitzichten. We hadden onderweg cinnamon rolls gekocht en een thermoskan thee mee voor een coffeebreak op een idyllische plek. De meegebrachte verse salade met pizzabroodjes voor lunch aten we aan een houten picnictafel aan de kade. Om onze route te vervolgen moesten we namelijk met een ferry de Geiranger fjord op. Ons oude besje mocht onder in het schip een uurtje rusten en afkoelen terwijl wij op het dek twintig kilometer over het fjord voeren. Langs watervallen en wondermooie vergezichten. Daarna vervolgden we de prachtige route terug naar het stadje Stryn, het startpunt, waar we lekker uit eten gingen. Dat had mijn lief zeker verdiend, want door mijn ribkneuzing kan ik mijn romp niet meer pijnloos draaien en kan ik voorlopig helaas geen auto meer rijden.... Hij heeft heel veilig gereden. En voor vertrek heel zorgvuldig de koplampen, de remvloeistof, de olie en de benzinestations onderweg gecheckt. Onze charmante bus is hier in Noorwegen niet eerder zó vaak gefotografeerd als deze dag op de Geiranger Trollstigen!
Haukeland - 28 juli 2019
donderdag 25 juli 2019
Like a fairy tale
We need to find God, and he cannot be found in noise and restlessness. God is the friend of silence. See how nature - trees, flowers, grass - grows in silence; see the stars, the moon and the sun, how they move in silence... We need silence to be able to touch souls.
- Mother Teresa
Een blonde, brede man met gespierde armen vol tattoo’s loopt op ons af. Een pet omgekeerd op z’n hoofd en een rood geblokt houthakkershemd aan. Hij glimlacht en ik zie zijn heel lichtgroene ogen. Boven zijn laarzen draagt hij een leren broek. Ik denk meteen aan een Viking.... Deze jager, hij stelt zich voor als Arnt, blijkt onze gids te zijn tijdens onze jacht op elanden. Alleen kijken natuurlijk niet écht jagen. Alhoewel hij ons dezelfde avond ook elandvlees zal aanbieden. We klimmen de oude, stoere Defender in waarmee we op safari gaan. In de bergen parkeert hij de auto en gaan we te voet naar een fraai bergmeertje. De vriendelijke jager draagt zijn elandlederen rugzak waar ook een stoeltje aan vast zit. Tijdens de jacht zit hij daar op terwijl hij zijn geweer richt... Er zwemmen vliegvissen in het meer. Telkens zien we bruine forel boven het wateropppervlak uit springen. De stilte. Het doet sprookjesachtig aan. Ondertussen hakt Arnt hout met een bijl uit z’n rugzak. Met een mes uit een van de zakken van zijn leren broek snijdt hij mooie krullen van ‘t hout. Het vuurtje brandt snel. Hij hangt er een zwartgeblakerde ketel boven aan een kromme tak. Het water haalt hij uit een stroompje. Volgens het recept van zijn opa laat hij het drie keer koken en voegt hij drie takjes van een heel jonge den toe. De koffie smaakt bitter en pittig. Lekker. Ik geniet van zulke momenten. We krijgen er typisch Noors platbrood bij met plakjes worst van eland- en rendiervlees. Nu de zon verder gezakt is en we het vuur gedoofd hebben klimmen we weer in de Defender om elanden te spotten. Eerst zien we een bull, een mannetjeseland met een gewei. Deze verliezen hun typisch gevormde gewei elk jaar en dat groeit dan weer aan. Een centimeter per dag. Je kunt het horen groeien vertelt Arnt. Daarna zien we een moeder met haar jong. De kleine heeft nog een roodbruine kleur. Het diertje is in mei geboren. Ze kijken ons aan. Té schattig! Als laatste zien we een groepje verlegen elanden. Ze rennen snel weg. Op deze berg leven naast zo’n honderdtwintig elanden ook bruine beren, wolven, vossen, herten, bevers, rendieren en wolverines. We zien ook nog wat konijntjes ondanks dat er myxomatose heerst. Als het bijna donker is worden we weer op de camping afgezet. Nu begrijp ik waarom de Nooren zo’n beetje de gelukkigste mensen op deze aarde zijn. Ze maken regelmatig zulke uitjes in de natuur met hun gezin of vrienden. Ze hebben er zelfs een speciaal woord voor : friluftsliv.
Onderdeel van het reizen is natuurlijk het reizen op zichzelf. Met onze charmante bus. Hier in Noorwegen hebben ze nauwelijks snelwegen en de grootste stukken daarvan mag je sowieso maar 70 of 80 kilometer per uur. Hoe ideaal met zo’n antieke bus die niet eens harder kan! Ik heb af en toe het gevoel dat we door een sprookje reizen. We reizen dwars door eindeloze bossen. Met lichtgroen zacht mos op de grond. Je zou Sneeuwwitje er zo kunnen zien lopen. Een paar meter van ons vandaan kijken twee grote hertenogen ons na. Konijntjes zien we weghuppen. Een stuk verder verandert het landschap in oogverblindende vergezichten. We zetten de bus even aan de kant. Je kunt gewoon niet beseffen hoe mooi het hier is. Fjorden, gletsjers met besneeuwde toppen en diepe dalen. Een felle zon. Buitenlucht. Rondom is het uitzicht overweldigend. Weer honderd kilometer verder zien we overal waar we kijken hoge kletterende watervallen. Smeltwater. Het stroomt de fjorden in die een bijna onnatuurlijke, oogverblindende kleur groenblauw hebben. Ondertussen rijden we urenlang langs de prachtige rivier de Otta. We lunchen onderweg bij een lief houten staafkerkje uit de twaalfde eeuw. We rijden op weg naar onze volgende kampeerplek door vier bergtunnels. Heel enge, smalle tunnels die nauwelijks verlicht zijn. Als er naar ons geseind wordt merken we dat we met stadslicht rijden. En mijn eega had ook nog zijn zonnebril op. Die ik snel voor hem moest verwisselen tijdens het rijden. Doodeng! Het laatste stuk rijden we tussen een knalblauw fjord en een steile berg. De bochtige weg is te smal voor tweebaans. En dáár ligt onze camping idyllisch ingeklemd tussen besneeuwde gletsjers en een fjord. De beheerder heeft een plek voor ons vastgehouden. Pal aan het water. Een picnictafel staat erbij. We zetten de tentjes op, en onze bustent. Boodschappen hebben we onderweg gedaan. In the middle of nowhere gaan we hier een kleine week doorbrengen.
Olden - 24 juli 2019
- Mother Teresa
Een blonde, brede man met gespierde armen vol tattoo’s loopt op ons af. Een pet omgekeerd op z’n hoofd en een rood geblokt houthakkershemd aan. Hij glimlacht en ik zie zijn heel lichtgroene ogen. Boven zijn laarzen draagt hij een leren broek. Ik denk meteen aan een Viking.... Deze jager, hij stelt zich voor als Arnt, blijkt onze gids te zijn tijdens onze jacht op elanden. Alleen kijken natuurlijk niet écht jagen. Alhoewel hij ons dezelfde avond ook elandvlees zal aanbieden. We klimmen de oude, stoere Defender in waarmee we op safari gaan. In de bergen parkeert hij de auto en gaan we te voet naar een fraai bergmeertje. De vriendelijke jager draagt zijn elandlederen rugzak waar ook een stoeltje aan vast zit. Tijdens de jacht zit hij daar op terwijl hij zijn geweer richt... Er zwemmen vliegvissen in het meer. Telkens zien we bruine forel boven het wateropppervlak uit springen. De stilte. Het doet sprookjesachtig aan. Ondertussen hakt Arnt hout met een bijl uit z’n rugzak. Met een mes uit een van de zakken van zijn leren broek snijdt hij mooie krullen van ‘t hout. Het vuurtje brandt snel. Hij hangt er een zwartgeblakerde ketel boven aan een kromme tak. Het water haalt hij uit een stroompje. Volgens het recept van zijn opa laat hij het drie keer koken en voegt hij drie takjes van een heel jonge den toe. De koffie smaakt bitter en pittig. Lekker. Ik geniet van zulke momenten. We krijgen er typisch Noors platbrood bij met plakjes worst van eland- en rendiervlees. Nu de zon verder gezakt is en we het vuur gedoofd hebben klimmen we weer in de Defender om elanden te spotten. Eerst zien we een bull, een mannetjeseland met een gewei. Deze verliezen hun typisch gevormde gewei elk jaar en dat groeit dan weer aan. Een centimeter per dag. Je kunt het horen groeien vertelt Arnt. Daarna zien we een moeder met haar jong. De kleine heeft nog een roodbruine kleur. Het diertje is in mei geboren. Ze kijken ons aan. Té schattig! Als laatste zien we een groepje verlegen elanden. Ze rennen snel weg. Op deze berg leven naast zo’n honderdtwintig elanden ook bruine beren, wolven, vossen, herten, bevers, rendieren en wolverines. We zien ook nog wat konijntjes ondanks dat er myxomatose heerst. Als het bijna donker is worden we weer op de camping afgezet. Nu begrijp ik waarom de Nooren zo’n beetje de gelukkigste mensen op deze aarde zijn. Ze maken regelmatig zulke uitjes in de natuur met hun gezin of vrienden. Ze hebben er zelfs een speciaal woord voor : friluftsliv.
Onderdeel van het reizen is natuurlijk het reizen op zichzelf. Met onze charmante bus. Hier in Noorwegen hebben ze nauwelijks snelwegen en de grootste stukken daarvan mag je sowieso maar 70 of 80 kilometer per uur. Hoe ideaal met zo’n antieke bus die niet eens harder kan! Ik heb af en toe het gevoel dat we door een sprookje reizen. We reizen dwars door eindeloze bossen. Met lichtgroen zacht mos op de grond. Je zou Sneeuwwitje er zo kunnen zien lopen. Een paar meter van ons vandaan kijken twee grote hertenogen ons na. Konijntjes zien we weghuppen. Een stuk verder verandert het landschap in oogverblindende vergezichten. We zetten de bus even aan de kant. Je kunt gewoon niet beseffen hoe mooi het hier is. Fjorden, gletsjers met besneeuwde toppen en diepe dalen. Een felle zon. Buitenlucht. Rondom is het uitzicht overweldigend. Weer honderd kilometer verder zien we overal waar we kijken hoge kletterende watervallen. Smeltwater. Het stroomt de fjorden in die een bijna onnatuurlijke, oogverblindende kleur groenblauw hebben. Ondertussen rijden we urenlang langs de prachtige rivier de Otta. We lunchen onderweg bij een lief houten staafkerkje uit de twaalfde eeuw. We rijden op weg naar onze volgende kampeerplek door vier bergtunnels. Heel enge, smalle tunnels die nauwelijks verlicht zijn. Als er naar ons geseind wordt merken we dat we met stadslicht rijden. En mijn eega had ook nog zijn zonnebril op. Die ik snel voor hem moest verwisselen tijdens het rijden. Doodeng! Het laatste stuk rijden we tussen een knalblauw fjord en een steile berg. De bochtige weg is te smal voor tweebaans. En dáár ligt onze camping idyllisch ingeklemd tussen besneeuwde gletsjers en een fjord. De beheerder heeft een plek voor ons vastgehouden. Pal aan het water. Een picnictafel staat erbij. We zetten de tentjes op, en onze bustent. Boodschappen hebben we onderweg gedaan. In the middle of nowhere gaan we hier een kleine week doorbrengen.
Olden - 24 juli 2019
maandag 22 juli 2019
Na regen komt...
‘We wander for distraction, but we travel for fulfillment.’
- Hilaire Belloc
“Wegwezen hier!” roept hij hard terwijl hij geschrokken naar boven rent over een steil pad dat uit stenen gehouwen is met een touw ernaast voor houvast. Onze twee oudsten rennen achter hem aan al betwijfel ik of ze weten waarom ze zo hard naar boven rennen. Mijn lief wordt aangevallen door agressieve wespen! Hij heeft twee wespenbulten blijkt als we op een veilige plek staan. Eén op zijn hand waarvan hij zelf tijdens het rennen het gif er al uit gezogen heeft en één op z’n voorhoofd. Daar zuig ik het gif uit. De kinderen zijn gelukkig ongedeerd. We zijn in een bebost berggebied ergens halverwege in Noorwegen. We staan bij een hoge waterval waarvan het water pal naast ons naar beneden klettert. Rustig wandelen we weer terug naar onze bus. Een klein stukje meer de berg op parkeren we even later de oude bus weer. We starten een wandeling naar Trønna van 3,4 kilometer. We hebben onze nieuwe regenjassen aan. Het miezert namelijk. We wilden tóch de wandeling maken, want regen en mist hoort ook bij Noorwegen. Net zo goed als mooie blauwe luchten boven diepe fjorden of een felle zon boven de zee. We wandelen in een prachtig bloeiend heidegebied. Kleine meertjes en beekjes. Glooiend gebied met veel leisteen. Leegte. Ondanks het weer zijn we onder de indruk van de omgeving. Lage mist hangt in de bergen. Noorwegen. Terug in de bus is de zanderige grintweg veranderd in een gladde modderige weg vol stroompjes regenwater. Het begint nu keihard te regenen. Op de camping zien we dat de bus helemaal onder de modder zit. Van top tot teen! In Afrika zat de gehuurde Defender ook regelmatig onder modder of modderspatten, dat lieten we destijds zo. Best wel stoer. Maar ons little tiny house willen we graag schoon houden. Dus loop ik met een volle teil met water over de camping om hem schoon te maken. Ook omdat we op deze camping voor het eerst onze bustent tegen de bus aan hebben gezet. De achterkant van de bustent is de zijkant met schuifdeur van ons busje. Heel praktisch. Als iedereen gedoucht heeft heb ik warme chocomel gemaakt. We zitten gezellig met elkaar in de bustent. M&M’s erbij en de regen tikt tegen de tent. Steeds harder. Een hoosbui! Het water loopt onder de tent door. Er vormen zich plassen onder onze voeten en stoelen! Er vormen zich zakken vol water in het tentdoek. We proberen nog iets met geulen, maar er valt niks anders te doen dan onze spulletjes hoog en droog te zetten. Onze avondmaaltijd kunnen we nog droog buiten eten. Daarna regent het weer pijpestelen. De meiden storten er van in... Ik lach er om. Ik heb in mijn jeugd twaalf lange zomers in een tent in Drenthe gekampeerd. Elke zomer regen.... Ik weet na regen komt zonneschijn.
Met z’n vieren tillen we elk aan een tentstok de zeiknatte bustent op en zetten hem in de ochtendzon. We ontbijten lekker buiten en voordat we aan de wandeling van vandaag beginnen zetten we ook onze kletsnatte wandelschoenen in een rijtje in de zon. Om te drogen. Binnen een paar minuten heeft een ieder van ons z’n vest al om z’n middel gebonden. We zijn op weg naar een bergtop. Door een prachtig bos met veel lichtgroen mos en gekleurde veldbloemen. Om het pad te vervolgen zoeken we naar een houten toegangshekje. Ondertussen worden jongste telg en ik drie keer door dazen gestoken en hebben we allemaal muggenbulten ondanks de DEET. We zien een houten hekje dat helemaal verstopt zit onder de brandnetels. Daar hebben we nu geen zin in. We wandelen kalmpjes onder de felle zon terug naar de camping aan de rivier. Met bikinitopjes aan en klapstoeltjes en boeken onder onze arm nestelen de meiden en ik ons in de kabbelende rivierstroom. Een zacht briesje maakt het perfect. Na regen komt altijd zonneschijn!
Koppang - 22 juli 2019
- Hilaire Belloc
“Wegwezen hier!” roept hij hard terwijl hij geschrokken naar boven rent over een steil pad dat uit stenen gehouwen is met een touw ernaast voor houvast. Onze twee oudsten rennen achter hem aan al betwijfel ik of ze weten waarom ze zo hard naar boven rennen. Mijn lief wordt aangevallen door agressieve wespen! Hij heeft twee wespenbulten blijkt als we op een veilige plek staan. Eén op zijn hand waarvan hij zelf tijdens het rennen het gif er al uit gezogen heeft en één op z’n voorhoofd. Daar zuig ik het gif uit. De kinderen zijn gelukkig ongedeerd. We zijn in een bebost berggebied ergens halverwege in Noorwegen. We staan bij een hoge waterval waarvan het water pal naast ons naar beneden klettert. Rustig wandelen we weer terug naar onze bus. Een klein stukje meer de berg op parkeren we even later de oude bus weer. We starten een wandeling naar Trønna van 3,4 kilometer. We hebben onze nieuwe regenjassen aan. Het miezert namelijk. We wilden tóch de wandeling maken, want regen en mist hoort ook bij Noorwegen. Net zo goed als mooie blauwe luchten boven diepe fjorden of een felle zon boven de zee. We wandelen in een prachtig bloeiend heidegebied. Kleine meertjes en beekjes. Glooiend gebied met veel leisteen. Leegte. Ondanks het weer zijn we onder de indruk van de omgeving. Lage mist hangt in de bergen. Noorwegen. Terug in de bus is de zanderige grintweg veranderd in een gladde modderige weg vol stroompjes regenwater. Het begint nu keihard te regenen. Op de camping zien we dat de bus helemaal onder de modder zit. Van top tot teen! In Afrika zat de gehuurde Defender ook regelmatig onder modder of modderspatten, dat lieten we destijds zo. Best wel stoer. Maar ons little tiny house willen we graag schoon houden. Dus loop ik met een volle teil met water over de camping om hem schoon te maken. Ook omdat we op deze camping voor het eerst onze bustent tegen de bus aan hebben gezet. De achterkant van de bustent is de zijkant met schuifdeur van ons busje. Heel praktisch. Als iedereen gedoucht heeft heb ik warme chocomel gemaakt. We zitten gezellig met elkaar in de bustent. M&M’s erbij en de regen tikt tegen de tent. Steeds harder. Een hoosbui! Het water loopt onder de tent door. Er vormen zich plassen onder onze voeten en stoelen! Er vormen zich zakken vol water in het tentdoek. We proberen nog iets met geulen, maar er valt niks anders te doen dan onze spulletjes hoog en droog te zetten. Onze avondmaaltijd kunnen we nog droog buiten eten. Daarna regent het weer pijpestelen. De meiden storten er van in... Ik lach er om. Ik heb in mijn jeugd twaalf lange zomers in een tent in Drenthe gekampeerd. Elke zomer regen.... Ik weet na regen komt zonneschijn.
Met z’n vieren tillen we elk aan een tentstok de zeiknatte bustent op en zetten hem in de ochtendzon. We ontbijten lekker buiten en voordat we aan de wandeling van vandaag beginnen zetten we ook onze kletsnatte wandelschoenen in een rijtje in de zon. Om te drogen. Binnen een paar minuten heeft een ieder van ons z’n vest al om z’n middel gebonden. We zijn op weg naar een bergtop. Door een prachtig bos met veel lichtgroen mos en gekleurde veldbloemen. Om het pad te vervolgen zoeken we naar een houten toegangshekje. Ondertussen worden jongste telg en ik drie keer door dazen gestoken en hebben we allemaal muggenbulten ondanks de DEET. We zien een houten hekje dat helemaal verstopt zit onder de brandnetels. Daar hebben we nu geen zin in. We wandelen kalmpjes onder de felle zon terug naar de camping aan de rivier. Met bikinitopjes aan en klapstoeltjes en boeken onder onze arm nestelen de meiden en ik ons in de kabbelende rivierstroom. Een zacht briesje maakt het perfect. Na regen komt altijd zonneschijn!
Koppang - 22 juli 2019
donderdag 18 juli 2019
Een vol hart
All journeys have secret destinations of which the traveler is unaware.
- Martin Buber
De Deense camping Bellahøj ligt op een geweldige plek als je Kopenhagen wilt bezoeken. Als ik die ochtend wakker word in de kampeerbus haal ik eerst het slaapmasker van mijn ogen. Ik schrik even kort van het felle daglicht. Toen ik vannacht om vier uur over de camping naar het toilet liep was het al licht! Hier zijn de nachten heel kort.... We ontbijten lekker in de zon en regelen dan twee huurfietsen. We vertrekken met z’n vieren op de fiets naar Nyhavn. De wereldberoemde gracht met pastelkleurige huisjes. De fietspaden zijn hier net zo breed als een autorijbaan. Hoe gaaf om hier te fietsen tussen al die Denen met hun fietsmandjes! Mooie hoge huizen, grote stadsparken en de vibe van een hippe hoofdstad. We parkeren de fietsen aan de gracht en wandelen via de Nyhavn naar het koninklijke paleis om vervolgens op een superknus plein neer te vlijen. Een plein met oude bomen, pastelkleurige oude, hoge huizen en gezellige, volle terrassen. Ik kies natuurlijk Smørrebrød voor lunch. Ik krijg vier plakken roggenbrood die elk heel kunstzinnig belegd zijn met achtereenvolgens zalm, garnalen, haring en rosbief. Een potje thee erbij en ik ben helemaal gelukkig. Als we onze fietsen opgehaald hebben gaan we richting De kleine zeemeermin op de rots. Het beeld dat symbool is geworden voor sprookjesschrijver Hans Christian Andersen. Hij heeft zoveel bekende sprookjes geschreven zoals Het lelijke eendje, De kleren van de keizer, Prinses op de erwt, Vrouw Holle en natuurlijk De kleine zeemeermin en dan nog alle sprookjes die ik zelf niet ken. Als laatste wilde ik graag over het eiland Christianhavn fietsen. Via een lange brug kom je in de gezellige stadswijk van Kopenhagen dat me heel veel aan Amsterdam-Zuid en de grachtengordel deed denken. De grachten gevuld met boten. De hoge pakhuizen gebouwd met baksteentjes. Veel moderne ecologische shops en bloemenwinkeltjes. Een foodmarket gehuisvest in zeecontainers en strandstoelen op de zeekades. En dan overal die fietsende Denen en die heerlijke zon! We kopen vegan ijsjes en verorberen die op de kade. Ik geniet van het kijken naar mensen die voorbij struinen. Niks kan deze dag nog verpesten. Ook niet wanneer de fietsketting van mijn lief er op weg naar de camping af ligt. Zéker niet wanneer de aardige fietsenmaker meteen de fiets even goed afstelt. Gratis.
Oh, mijn hart smelt... Ik loop terug van het keukentje op de camping naar onze kampeerbus. Mijn lief staat bij het gasstelletje in het avondzonnetje. Er staat een leeg pannetje op. Ernaast zie ik vier bekers klaar staan. Vanaf de verte kon ik hem al heen en weer zien drentelen onder de luifel. ‘Weet jij waar dat pak melk gebleven is?’ vraagt hij mij als ik arriveer. Mijn hart loopt vol.... Aaaaw... Kort daarvoor spraken we met elkaar af dat we lekker warme chocomel gingen maken als het in de loop van de avond kouder zou worden. Wat mijn eega gemist had was dat ik in de keuken op de camping elektrische kookplaatjes ontdekt had. En een elektrische waterkoker. Voor algemeen gebruik. Ik was erg enthousiast daarover aan de eettafel. Mijn lief was pal na het eten, nog aan tafel zittend in het zonnetje, pardoes in slaap gevallen. Dus ons enthousiaste plan om dáár in dat keukentje een pan warme chocomel op te warmen was hem geheel ontgaan besefte ik ineens.... Met een houten spaander en de deksel van het pannetje in zijn handen heb ik hem uitgelegd waar de meiden de warme chocomel aan het bereiden waren. Vrolijk kwam hij niet veel later met de meiden kletsend naar onze plek wandelen. De chocomel smaakte ons goed. De volle maan zou niet lang daarna de camping verlichten.
Oslo - 18 juli 2019
- Martin Buber
De Deense camping Bellahøj ligt op een geweldige plek als je Kopenhagen wilt bezoeken. Als ik die ochtend wakker word in de kampeerbus haal ik eerst het slaapmasker van mijn ogen. Ik schrik even kort van het felle daglicht. Toen ik vannacht om vier uur over de camping naar het toilet liep was het al licht! Hier zijn de nachten heel kort.... We ontbijten lekker in de zon en regelen dan twee huurfietsen. We vertrekken met z’n vieren op de fiets naar Nyhavn. De wereldberoemde gracht met pastelkleurige huisjes. De fietspaden zijn hier net zo breed als een autorijbaan. Hoe gaaf om hier te fietsen tussen al die Denen met hun fietsmandjes! Mooie hoge huizen, grote stadsparken en de vibe van een hippe hoofdstad. We parkeren de fietsen aan de gracht en wandelen via de Nyhavn naar het koninklijke paleis om vervolgens op een superknus plein neer te vlijen. Een plein met oude bomen, pastelkleurige oude, hoge huizen en gezellige, volle terrassen. Ik kies natuurlijk Smørrebrød voor lunch. Ik krijg vier plakken roggenbrood die elk heel kunstzinnig belegd zijn met achtereenvolgens zalm, garnalen, haring en rosbief. Een potje thee erbij en ik ben helemaal gelukkig. Als we onze fietsen opgehaald hebben gaan we richting De kleine zeemeermin op de rots. Het beeld dat symbool is geworden voor sprookjesschrijver Hans Christian Andersen. Hij heeft zoveel bekende sprookjes geschreven zoals Het lelijke eendje, De kleren van de keizer, Prinses op de erwt, Vrouw Holle en natuurlijk De kleine zeemeermin en dan nog alle sprookjes die ik zelf niet ken. Als laatste wilde ik graag over het eiland Christianhavn fietsen. Via een lange brug kom je in de gezellige stadswijk van Kopenhagen dat me heel veel aan Amsterdam-Zuid en de grachtengordel deed denken. De grachten gevuld met boten. De hoge pakhuizen gebouwd met baksteentjes. Veel moderne ecologische shops en bloemenwinkeltjes. Een foodmarket gehuisvest in zeecontainers en strandstoelen op de zeekades. En dan overal die fietsende Denen en die heerlijke zon! We kopen vegan ijsjes en verorberen die op de kade. Ik geniet van het kijken naar mensen die voorbij struinen. Niks kan deze dag nog verpesten. Ook niet wanneer de fietsketting van mijn lief er op weg naar de camping af ligt. Zéker niet wanneer de aardige fietsenmaker meteen de fiets even goed afstelt. Gratis.
Oh, mijn hart smelt... Ik loop terug van het keukentje op de camping naar onze kampeerbus. Mijn lief staat bij het gasstelletje in het avondzonnetje. Er staat een leeg pannetje op. Ernaast zie ik vier bekers klaar staan. Vanaf de verte kon ik hem al heen en weer zien drentelen onder de luifel. ‘Weet jij waar dat pak melk gebleven is?’ vraagt hij mij als ik arriveer. Mijn hart loopt vol.... Aaaaw... Kort daarvoor spraken we met elkaar af dat we lekker warme chocomel gingen maken als het in de loop van de avond kouder zou worden. Wat mijn eega gemist had was dat ik in de keuken op de camping elektrische kookplaatjes ontdekt had. En een elektrische waterkoker. Voor algemeen gebruik. Ik was erg enthousiast daarover aan de eettafel. Mijn lief was pal na het eten, nog aan tafel zittend in het zonnetje, pardoes in slaap gevallen. Dus ons enthousiaste plan om dáár in dat keukentje een pan warme chocomel op te warmen was hem geheel ontgaan besefte ik ineens.... Met een houten spaander en de deksel van het pannetje in zijn handen heb ik hem uitgelegd waar de meiden de warme chocomel aan het bereiden waren. Vrolijk kwam hij niet veel later met de meiden kletsend naar onze plek wandelen. De chocomel smaakte ons goed. De volle maan zou niet lang daarna de camping verlichten.
Oslo - 18 juli 2019
zaterdag 13 juli 2019
Oeps!
“Smart people learn from their mistakes. But the real sharp ones learn from the mistakes of others.”
― Brandon Mull
Ik typ op mijn telefoon een berichtje naar de twee oppasjes die de komende vier weken op ons huis, de tuin en de drie poezen gaan passen. Elk bejaardenechtpaar zal twee weken in ons huis logeren. Ik noteer in het bericht de datum van ons vertrek en de datum van onze thuiskomst. Er voelt iets niet goed… Ik gooi twee weekends door elkaar vermoed ik. Welk weekend komen we nu eigenlijk terug? Ik krijg een onbestemd gevoel in mijn onderbuik. Wat heb ik verkeerd gedaan? Ik sta op en kijk in de familieagenda en daarna kijk ik in ons reisschema. Oh nee! Er zit een week verschil in! Ik heb onoplettend een reis van vijf weken geboekt in plaats van vier weken. Ik herinner me nog dat ik dacht dat we deze reis wel écht een zee aan tijd hadden…. Nu begrijp ik waarom. Ik heb gewoon een week eraan geplakt. Ik roep opgewonden naar mijn lief, die in de achtertuin de dakplataan aan het snoeien is, dat er iets ergs gebeurd is. Dat ik een vergissing gemaakt heb bij het plannen van de rondreis. ‘Ik zat er al op te wachten dat er iets mis zou gaan’ zegt hij droog zonder een seconde van zijn stuk te raken. ‘Ik ben blij dat je er nu achter komt' zegt hij ook nog. Hij heeft gelijk. In alle tientallen jaren dat ik rondreizen over de hele wereld plan, is er nog al eens iets fout gegaan. Ik loop naar mijn computer en cancel een geboekte strandcamping in Denemarken. Ik verzet een hotelovernachting in Duitsland op de terugweg. En ik bel naar een Deense camping om de data van ons verblijf te wijzigen. Het is eigenlijk zo geregeld. Als we later aan de tuintafel met de kinderen zitten te lunchen vertel ik mijn blunder. Automatisch glijden we terug in de tijd. Mijn lief herinnert me aan de keer in Portugal dat we vroeg in de ochtend bij de receptie van de camping arriveerden. Het is al best heet. Onze auto met drie kleine kinderen erin en een volle aanhangwagen met een tent erop vast gebonden staat in de schaduw van een groep pijnbomen. De dame zegt rustig dat we niet op de lijst staan. Mijn lief zet een paar stappen achteruit en stort helemaal in. Ik zie hem nog over zijn voorhoofd wrijven. Ik denk dat hij tot tien telde. Ik had me in de dag vergist. We hadden de dag erna moeten arriveren… Gelukkig konden we wel terecht. Ik deel zelf het verhaal van toen ik zwanger was van onze jongste en wij met onze twee kindjes aan de Franse kust kampeerden. Ze lagen die avond lekker te slapen en mijn lief en ik zaten heerlijk ontspannen te lezen toen er iemand van de receptie naar de tent kwam. Waarom we nog niet betaald hadden? We moesten toch de volgende ochtend vertrekken? Huh? Toen had ik ook een denkfoutje in de reisdata gemaakt. Moesten we halsoverkop gaan inpakken en opruimen voor de lange terugweg de volgende ochtend! Of die ene keer dat ik met onze jongste van drie jaar door vrienden naar de luchthaven in Eindhoven was gebracht en aan de incheckbalie bleek dat mijn geboekte vlucht naar Madrid pas een dag later was. Toen was ik wel écht teleurgesteld. Onze andere twee dochters hadden namelijk de eindmusical diezelfde avond en daar wilde ik perse bij zijn. Bovendien hadden jongste en ik beiden een piepklein rolletje op het podium. Op dat moment moest ik wel een traantje laten. Daarop heeft mijn lief vanuit Spanje een andere ticket kunnen kopen en heeft onze vriend ons ook nog op tijd naar Brussel kunnen brengen. Inderdaad, na al deze flaters blijkt dat ik wel eens een uitglijder in reisdata maak. De conclusie, met al deze hilarische herinneringen aan tafel, is dat ik er misschien nog niet veel van leer maar dat ik er deze keer tenminste wel op tijd achter gekomen ben. Nog geen man overboord dus. We vertrekken daarom geheel gerustgesteld met een mapje met een nieuwe reiskalender en aangepaste route op weg naar ons Scandinavische avontuur.
Ik ben op weg naar Roosendaal. In mijn oude Volvo. Mijn allerlaatste ritje met deze auto. Het einde van het ‘groene monster tijdperk’ volgens de buren uit ons straatje! Elk jaar aan het begin van de zomer heb ik hetzelfde ritueel. Er komen expatvriendinnen uit het buitenland naar Nederland voor vakantie en familiebezoek. Zoals ik dat zelf ook vele zomers heb gedaan. De eerste periode van de schoolvakantie eerst naar Nederland vliegen om iedereen weer te zien en Nederlandse boeken, kleding, tijdschriften en boodschappen in te slaan. Al een aantal jaar achter elkaar ontmoeten vriendin en ik elkaar bij La Place langs de snelweg. Deze zomer wordt het restaurant verbouwd en moeten we uitwijken naar een nieuw ontmoetingsplekje. Het wordt een leuke brasserie aan de rand van een bos bij Roosendaal. We komen tegelijk aan. We pakken de draad meteen weer op. Eerst een omhelzing en vervolgens lopen we al kletsend het restaurant binnen. We vinden een plekje in loungestoelen op het terras. Uitzicht op een veld wilde bloemen. We hebben nog net even tijd om thee met taart te bestellen, een cadeautje uit te wisselen en vervolgens branden we los. We praten over álles. We hoeven het niet over de grote lijnen te hebben. We spreken elkaar regelmatig over Skype. Toch is het veel leuker om naast elkaar op de bank te zitten, elkaar in de ogen te kunnen kijken en af en toe aan te raken. We kunnen meteen de diepte in. We luisteren naar elkaar. Begrijpen elkaar. Herkennen onszelf in elkaar. De middag is veel te kort. We maken vage plannetjes om beiden naar Trinidad en Tobago te vliegen en elkaar daar te ontmoeten. Ik heb ook al tijden het plan om eens naar Paramaribo te vliegen. We sluiten de dag af met een selfie liggend op de motorkap van mijn oude Volvo. Als herinnering. Met laatstgenoemde vriendin heb ik in Madrid namelijk ook diverse avontuurtjes beleefd in deze auto. Thuis zullen we allebei de opties om elkaar in het najaar te ontmoeten onderzoeken. Zij gaat een drukke zomer in Nederland tegemoet. Ik ga een maand reizen. We zien elkaar dit jaar zeker weer.
― Brandon Mull
Ik typ op mijn telefoon een berichtje naar de twee oppasjes die de komende vier weken op ons huis, de tuin en de drie poezen gaan passen. Elk bejaardenechtpaar zal twee weken in ons huis logeren. Ik noteer in het bericht de datum van ons vertrek en de datum van onze thuiskomst. Er voelt iets niet goed… Ik gooi twee weekends door elkaar vermoed ik. Welk weekend komen we nu eigenlijk terug? Ik krijg een onbestemd gevoel in mijn onderbuik. Wat heb ik verkeerd gedaan? Ik sta op en kijk in de familieagenda en daarna kijk ik in ons reisschema. Oh nee! Er zit een week verschil in! Ik heb onoplettend een reis van vijf weken geboekt in plaats van vier weken. Ik herinner me nog dat ik dacht dat we deze reis wel écht een zee aan tijd hadden…. Nu begrijp ik waarom. Ik heb gewoon een week eraan geplakt. Ik roep opgewonden naar mijn lief, die in de achtertuin de dakplataan aan het snoeien is, dat er iets ergs gebeurd is. Dat ik een vergissing gemaakt heb bij het plannen van de rondreis. ‘Ik zat er al op te wachten dat er iets mis zou gaan’ zegt hij droog zonder een seconde van zijn stuk te raken. ‘Ik ben blij dat je er nu achter komt' zegt hij ook nog. Hij heeft gelijk. In alle tientallen jaren dat ik rondreizen over de hele wereld plan, is er nog al eens iets fout gegaan. Ik loop naar mijn computer en cancel een geboekte strandcamping in Denemarken. Ik verzet een hotelovernachting in Duitsland op de terugweg. En ik bel naar een Deense camping om de data van ons verblijf te wijzigen. Het is eigenlijk zo geregeld. Als we later aan de tuintafel met de kinderen zitten te lunchen vertel ik mijn blunder. Automatisch glijden we terug in de tijd. Mijn lief herinnert me aan de keer in Portugal dat we vroeg in de ochtend bij de receptie van de camping arriveerden. Het is al best heet. Onze auto met drie kleine kinderen erin en een volle aanhangwagen met een tent erop vast gebonden staat in de schaduw van een groep pijnbomen. De dame zegt rustig dat we niet op de lijst staan. Mijn lief zet een paar stappen achteruit en stort helemaal in. Ik zie hem nog over zijn voorhoofd wrijven. Ik denk dat hij tot tien telde. Ik had me in de dag vergist. We hadden de dag erna moeten arriveren… Gelukkig konden we wel terecht. Ik deel zelf het verhaal van toen ik zwanger was van onze jongste en wij met onze twee kindjes aan de Franse kust kampeerden. Ze lagen die avond lekker te slapen en mijn lief en ik zaten heerlijk ontspannen te lezen toen er iemand van de receptie naar de tent kwam. Waarom we nog niet betaald hadden? We moesten toch de volgende ochtend vertrekken? Huh? Toen had ik ook een denkfoutje in de reisdata gemaakt. Moesten we halsoverkop gaan inpakken en opruimen voor de lange terugweg de volgende ochtend! Of die ene keer dat ik met onze jongste van drie jaar door vrienden naar de luchthaven in Eindhoven was gebracht en aan de incheckbalie bleek dat mijn geboekte vlucht naar Madrid pas een dag later was. Toen was ik wel écht teleurgesteld. Onze andere twee dochters hadden namelijk de eindmusical diezelfde avond en daar wilde ik perse bij zijn. Bovendien hadden jongste en ik beiden een piepklein rolletje op het podium. Op dat moment moest ik wel een traantje laten. Daarop heeft mijn lief vanuit Spanje een andere ticket kunnen kopen en heeft onze vriend ons ook nog op tijd naar Brussel kunnen brengen. Inderdaad, na al deze flaters blijkt dat ik wel eens een uitglijder in reisdata maak. De conclusie, met al deze hilarische herinneringen aan tafel, is dat ik er misschien nog niet veel van leer maar dat ik er deze keer tenminste wel op tijd achter gekomen ben. Nog geen man overboord dus. We vertrekken daarom geheel gerustgesteld met een mapje met een nieuwe reiskalender en aangepaste route op weg naar ons Scandinavische avontuur.
Ik ben op weg naar Roosendaal. In mijn oude Volvo. Mijn allerlaatste ritje met deze auto. Het einde van het ‘groene monster tijdperk’ volgens de buren uit ons straatje! Elk jaar aan het begin van de zomer heb ik hetzelfde ritueel. Er komen expatvriendinnen uit het buitenland naar Nederland voor vakantie en familiebezoek. Zoals ik dat zelf ook vele zomers heb gedaan. De eerste periode van de schoolvakantie eerst naar Nederland vliegen om iedereen weer te zien en Nederlandse boeken, kleding, tijdschriften en boodschappen in te slaan. Al een aantal jaar achter elkaar ontmoeten vriendin en ik elkaar bij La Place langs de snelweg. Deze zomer wordt het restaurant verbouwd en moeten we uitwijken naar een nieuw ontmoetingsplekje. Het wordt een leuke brasserie aan de rand van een bos bij Roosendaal. We komen tegelijk aan. We pakken de draad meteen weer op. Eerst een omhelzing en vervolgens lopen we al kletsend het restaurant binnen. We vinden een plekje in loungestoelen op het terras. Uitzicht op een veld wilde bloemen. We hebben nog net even tijd om thee met taart te bestellen, een cadeautje uit te wisselen en vervolgens branden we los. We praten over álles. We hoeven het niet over de grote lijnen te hebben. We spreken elkaar regelmatig over Skype. Toch is het veel leuker om naast elkaar op de bank te zitten, elkaar in de ogen te kunnen kijken en af en toe aan te raken. We kunnen meteen de diepte in. We luisteren naar elkaar. Begrijpen elkaar. Herkennen onszelf in elkaar. De middag is veel te kort. We maken vage plannetjes om beiden naar Trinidad en Tobago te vliegen en elkaar daar te ontmoeten. Ik heb ook al tijden het plan om eens naar Paramaribo te vliegen. We sluiten de dag af met een selfie liggend op de motorkap van mijn oude Volvo. Als herinnering. Met laatstgenoemde vriendin heb ik in Madrid namelijk ook diverse avontuurtjes beleefd in deze auto. Thuis zullen we allebei de opties om elkaar in het najaar te ontmoeten onderzoeken. Zij gaat een drukke zomer in Nederland tegemoet. Ik ga een maand reizen. We zien elkaar dit jaar zeker weer.
zondag 7 juli 2019
Scandinavië
“It's from Scandinavia!" This, we learned, was the name of a region, a cold and forsaken place where people stayed indoors and plotted the death of knobs.
― David Sedaris
Canada in het klein hoor ik mensen wel eens zeggen. Vanwege de natuur en de leegte vermoed ik. Noorwegen is een land waar je minimaal één keer in je leven geweest moet zijn. Het is namelijk één van de mooiste landen in de wereld. De combinatie van bergen en water is onvergetelijk. De rust, de schoonheid en de vele mogelijkheden om te wandelen maken het land een geweldige bestemming. In de zomer vind je er het beste dat de Noorse natuur te bieden heeft: vruchtbare dalen, frisse en heldere beken, watervallen, stille meren en oneindige hoogvlakten met hun rust. Toch stond Noorwegen niet speciaal op mijn lijstje van plekken op de wereld om te bezoeken. Misschien later als mijn lief en ik saampjes roadtrips zouden maken. Zo heb ik ook Ierland, Turkije, Schotland en Griekenland op dat ‘roadtrips voor later’ lijstje staan. Maar…onze oudste dochter wilde haar masteropleiding in Kopenhagen doen en daarom zouden wij deze zomer met onze antieke kampeerbus door Scandinavië gaan trekken. Ze hoorde vorige maand dat ze toegelaten was op de universiteit van Kopenhagen, maar ze verkoos haar studie te combineren met haar nieuwe baan in Rotterdam. Toch hadden we onze zinnen al op Denemarken en Noorwegen gezet. En zo komt het dat we deze week met z’n vijven in de hippiebus naar het Noorden vertrekken. Via Denemarken slapen we een nacht op een cruiseschip op weg naar Oslo. Via allerlei adembenemende fjorden rijden we behoorlijk ver naar het Noorden. Naar het Geirangerfjord. Dit fjord wordt beschouwd als hét fjord in Noorwegen. De diepblauwe kleur van het gletsjerwater is maar een van de redenen waarom dit als werelderfgoed wordt beschouwd. De majestieke bergen die altijd met een laagje sneeuw zijn bedekt, de woeste watervallen en de groene bossen zijn enkele andere. Ook de vele kleine dorpjes langs het fjord zorgen voor een indrukwekkende ervaring. Terug reizen we via een andere route naar Oslo en varen we naar een ander deel van Denemarken waar we nog vijf dagen in een kustplaatsje verblijven. Misschien wel om op te warmen, want het meest noordelijke plekje waar we crashen met de bus blijft de temperatuur onder de twintig graden steken met kans op regen. We hebben dus in vijf goede regenjassen om te wandelen geïnvesteerd. Een elandsafari, adembenemende uitzichten over ruige fjorden en hartverwarmende Viking stadjes staan op ons lijstje. Het avontuur ligt voor onze voeten!
Een auto is natuurlijk maar gewoon een auto. Dat vind ik ook, máár… In onze oude stationwagon hebben we zo veel emoties beleefd. Mijn auto heeft daardoor een bepaalde energie gekregen. De auto die we twaalf-en-half jaar geleden hebben gekocht in Madrid. Voor mij. In deze auto ben ik zo waanzinnig vaak verdwaald. De eerste schooldag de weg naar het kleine basisschooltje in Madrid nauwelijks kunnen vinden. De kinderen te laat in hun nieuwe klas afgezet wat ze verschrikkelijk vonden… Het zoeken naar een fijne supermarkt in de buurt. De hippe restaurantjes waar ik met mijn expatvriendinnen had afgesproken vinden. Bijna onmogelijk parkeren in de drukste straten zoals Paseo del Prado of rondom Plaza Mayor… Alle kinderfeestjes bij de klasgenootjes thuis in woonwijken waar wij nooit kwamen. Ik redde het altijd samen met de meisjes. Met elkaar. Teamwork. Als we ontspannen waren zongen we vaak heel luid Spaanstalige liedjes in mijn auto. Ik heb ook een verkeersongeluk veroorzaakt met deze auto. Mijn eerste werkdag in de Madrileense bibliotheek van school. Met de meisjes in de vroege ochtend op weg naar school. Er was een enorme mist en ik zag een autootje van links niet aankomen voordat ik de weg opreed… Een harde knal en vier heel boze Madrileense dames met bontjassen stapten uit. We zullen het nooit vergeten. Of de keer dat er in de stad na elf jaar een flink pak sneeuw viel. De wegen waren bijna leeg. Madrid is niet gewend aan sneeuw. Dus glibberde ik in m’n uppie de berg op. Ik zag geen strepen meer op de weg en glibberde zo erg dat ik hem aan de kant van de straat heb moeten wegzetten. De meest emotionele herinnering hebben we aan de keer dat ik bij een vriendinnetje de meisjes had opgehaald en ik ons jongste telgje in het autostoeltje moest vast gespen. Achterdeur wijd open en mijn hoofd in de auto gestoken. Een man reed gewoon keihard mijn deur aan. De deur was er nog net niet eruit gereden, maar wel helemaal ontzet. We waren zo geschrokken, en ik was zó boos, dat ik achter het stuur sprong en die auto achtervolgde. Meisjes huilend achterin. Na verschillende rotondes had ik hem gevonden, Niet zo moeilijk te herkennen; zijn spiegel lag er helemaal af. Ik stopte mijn auto ervoor en stapte schreeuwend uit. Het bleek een oude Spanjaard te zijn die zelf ook was geschrokken. Hij was bang dat de verzekering zijn rijbewijs zou afpakken. Toen bedaarde ik wel en hebben we samen alle gegevens uitgewisseld. Die autodeur klemt nog steeds zodat ik het nooit heb kunnen vergeten. Tijdens de drie jaar in Mexico hadden we de auto gestald in een boerderijschuur. Nadat ik in Breda in volle vaart een verkeersheuvel was opgeschoten. Lekke band. Een stomdronken Ier had me contant geld gegeven voor een nieuwe, want zijn baas mocht niet weten dat hij gedronken had. Met het thuiskomertje had ik hem drie jaar lang in die schuur geparkeerd. Ik kon mijn auto toen ook al niet wegdoen… Ondertussen hebben we twee van de drie meiden ermee naar hun studentenkamertjes verhuisd. Hij kraakt tijdens het rijden. Hij schuurt bij het achteruit rijden. Knipperlichten en koplampen stoppen er soms mee. De bumpers bevatten nauwelijks nog lak door de Spaanse zon. Een flinke deuk in de bestuurdersdeur. En de passagiersdeur gaat soms door een stramme veer bijna niet open. De tankdop gaat met een touwtje in de achterbak open. De zijlichtjes hangen los aan hun elektriciteitsdraadjes. De deuren gaan alleen van het slot als je de sleutel erin steekt. Mijn lief was al lang blij dat ik toe was aan een andere auto. Hij heeft veel geduld gehad. Hij had heel snel een donkerblauw alternatief gevonden die ik van binnen te donker vond en niet lekker vond rijden. ‘Zoek het dan lekker zelf uit’ had hij gezegd. Zo gezegd zo gedaan. Ik heb in Tilburg precies dezelfde auto gekocht met dezelfde bekleding, motor en interieur. Alleen tien jaar jonger en een parelmoer kleurtje.
― David Sedaris
Canada in het klein hoor ik mensen wel eens zeggen. Vanwege de natuur en de leegte vermoed ik. Noorwegen is een land waar je minimaal één keer in je leven geweest moet zijn. Het is namelijk één van de mooiste landen in de wereld. De combinatie van bergen en water is onvergetelijk. De rust, de schoonheid en de vele mogelijkheden om te wandelen maken het land een geweldige bestemming. In de zomer vind je er het beste dat de Noorse natuur te bieden heeft: vruchtbare dalen, frisse en heldere beken, watervallen, stille meren en oneindige hoogvlakten met hun rust. Toch stond Noorwegen niet speciaal op mijn lijstje van plekken op de wereld om te bezoeken. Misschien later als mijn lief en ik saampjes roadtrips zouden maken. Zo heb ik ook Ierland, Turkije, Schotland en Griekenland op dat ‘roadtrips voor later’ lijstje staan. Maar…onze oudste dochter wilde haar masteropleiding in Kopenhagen doen en daarom zouden wij deze zomer met onze antieke kampeerbus door Scandinavië gaan trekken. Ze hoorde vorige maand dat ze toegelaten was op de universiteit van Kopenhagen, maar ze verkoos haar studie te combineren met haar nieuwe baan in Rotterdam. Toch hadden we onze zinnen al op Denemarken en Noorwegen gezet. En zo komt het dat we deze week met z’n vijven in de hippiebus naar het Noorden vertrekken. Via Denemarken slapen we een nacht op een cruiseschip op weg naar Oslo. Via allerlei adembenemende fjorden rijden we behoorlijk ver naar het Noorden. Naar het Geirangerfjord. Dit fjord wordt beschouwd als hét fjord in Noorwegen. De diepblauwe kleur van het gletsjerwater is maar een van de redenen waarom dit als werelderfgoed wordt beschouwd. De majestieke bergen die altijd met een laagje sneeuw zijn bedekt, de woeste watervallen en de groene bossen zijn enkele andere. Ook de vele kleine dorpjes langs het fjord zorgen voor een indrukwekkende ervaring. Terug reizen we via een andere route naar Oslo en varen we naar een ander deel van Denemarken waar we nog vijf dagen in een kustplaatsje verblijven. Misschien wel om op te warmen, want het meest noordelijke plekje waar we crashen met de bus blijft de temperatuur onder de twintig graden steken met kans op regen. We hebben dus in vijf goede regenjassen om te wandelen geïnvesteerd. Een elandsafari, adembenemende uitzichten over ruige fjorden en hartverwarmende Viking stadjes staan op ons lijstje. Het avontuur ligt voor onze voeten!
Een auto is natuurlijk maar gewoon een auto. Dat vind ik ook, máár… In onze oude stationwagon hebben we zo veel emoties beleefd. Mijn auto heeft daardoor een bepaalde energie gekregen. De auto die we twaalf-en-half jaar geleden hebben gekocht in Madrid. Voor mij. In deze auto ben ik zo waanzinnig vaak verdwaald. De eerste schooldag de weg naar het kleine basisschooltje in Madrid nauwelijks kunnen vinden. De kinderen te laat in hun nieuwe klas afgezet wat ze verschrikkelijk vonden… Het zoeken naar een fijne supermarkt in de buurt. De hippe restaurantjes waar ik met mijn expatvriendinnen had afgesproken vinden. Bijna onmogelijk parkeren in de drukste straten zoals Paseo del Prado of rondom Plaza Mayor… Alle kinderfeestjes bij de klasgenootjes thuis in woonwijken waar wij nooit kwamen. Ik redde het altijd samen met de meisjes. Met elkaar. Teamwork. Als we ontspannen waren zongen we vaak heel luid Spaanstalige liedjes in mijn auto. Ik heb ook een verkeersongeluk veroorzaakt met deze auto. Mijn eerste werkdag in de Madrileense bibliotheek van school. Met de meisjes in de vroege ochtend op weg naar school. Er was een enorme mist en ik zag een autootje van links niet aankomen voordat ik de weg opreed… Een harde knal en vier heel boze Madrileense dames met bontjassen stapten uit. We zullen het nooit vergeten. Of de keer dat er in de stad na elf jaar een flink pak sneeuw viel. De wegen waren bijna leeg. Madrid is niet gewend aan sneeuw. Dus glibberde ik in m’n uppie de berg op. Ik zag geen strepen meer op de weg en glibberde zo erg dat ik hem aan de kant van de straat heb moeten wegzetten. De meest emotionele herinnering hebben we aan de keer dat ik bij een vriendinnetje de meisjes had opgehaald en ik ons jongste telgje in het autostoeltje moest vast gespen. Achterdeur wijd open en mijn hoofd in de auto gestoken. Een man reed gewoon keihard mijn deur aan. De deur was er nog net niet eruit gereden, maar wel helemaal ontzet. We waren zo geschrokken, en ik was zó boos, dat ik achter het stuur sprong en die auto achtervolgde. Meisjes huilend achterin. Na verschillende rotondes had ik hem gevonden, Niet zo moeilijk te herkennen; zijn spiegel lag er helemaal af. Ik stopte mijn auto ervoor en stapte schreeuwend uit. Het bleek een oude Spanjaard te zijn die zelf ook was geschrokken. Hij was bang dat de verzekering zijn rijbewijs zou afpakken. Toen bedaarde ik wel en hebben we samen alle gegevens uitgewisseld. Die autodeur klemt nog steeds zodat ik het nooit heb kunnen vergeten. Tijdens de drie jaar in Mexico hadden we de auto gestald in een boerderijschuur. Nadat ik in Breda in volle vaart een verkeersheuvel was opgeschoten. Lekke band. Een stomdronken Ier had me contant geld gegeven voor een nieuwe, want zijn baas mocht niet weten dat hij gedronken had. Met het thuiskomertje had ik hem drie jaar lang in die schuur geparkeerd. Ik kon mijn auto toen ook al niet wegdoen… Ondertussen hebben we twee van de drie meiden ermee naar hun studentenkamertjes verhuisd. Hij kraakt tijdens het rijden. Hij schuurt bij het achteruit rijden. Knipperlichten en koplampen stoppen er soms mee. De bumpers bevatten nauwelijks nog lak door de Spaanse zon. Een flinke deuk in de bestuurdersdeur. En de passagiersdeur gaat soms door een stramme veer bijna niet open. De tankdop gaat met een touwtje in de achterbak open. De zijlichtjes hangen los aan hun elektriciteitsdraadjes. De deuren gaan alleen van het slot als je de sleutel erin steekt. Mijn lief was al lang blij dat ik toe was aan een andere auto. Hij heeft veel geduld gehad. Hij had heel snel een donkerblauw alternatief gevonden die ik van binnen te donker vond en niet lekker vond rijden. ‘Zoek het dan lekker zelf uit’ had hij gezegd. Zo gezegd zo gedaan. Ik heb in Tilburg precies dezelfde auto gekocht met dezelfde bekleding, motor en interieur. Alleen tien jaar jonger en een parelmoer kleurtje.
zondag 30 juni 2019
Speeches
Life can only be understood backwards; but it must be lived forwards.
- Soren Kierkegaard
“Hallo familie, welkom! Jullie plek is op nummer 3” staat er op een briefje aan de gesloten deur van de receptie. We hebben net bijna drie uur in de antieke kampeerbus naar dit dorp aan zee gereden. Een mini roadtrip. We zijn gearriveerd op een kleine boerderijcamping. Mijn lief en ik hadden samen lekkere hapjes gekocht voor onderweg. Een relaxt vakantiegevoel overvalt ons. Het is vroeg in de avond wanneer we arriveren op het grasveldje naast de duinen. We maken het bed in de bus op. We trekken onze feestkleding aan. En stappen dan op onze vouwfietsjes naar het feest waar we voor gekomen zijn. Mijn lief stapt terstond weer af. Hij legt ons cadeau, een fles Belgisch bier met een enveloppe, in het gras en zet zijn zadel omhoog. Net als hij weer op zijn zadel zit stap ik af. Mijn zadel staat ook veel te laag! Onze Mexicaanse vrienden hadden laatst op deze fietsjes gereden… Fles weer in het gras gelegd en hoogte aangepast. We rijden net weer weg als we wéér moeten afstappen. Fles weer in het gras gelegd…. Fietsketting eraf. Twee minuten later rijden we eindelijk het grasveldje af en steken we een weg over. We zien een grote opgeblazen Abrahampop staan en stoppen bij de boerderij uit 1903. Hier woont de jarige job, maar het feestje is bij een eettent er pal naast. We hadden makkelijk kunnen lopen! De barbecue staat al aan. We krijgen een Hawaiiaanse bloemenketting om gehangen als we het feestelijke terras opstappen. We vieren het verjaardagsfeestje mee van onze studievriend. Heerlijk buiten. Vijfhonderd meter van het Noord-Hollandse strand. Heel relaxt. Lekker eten. Verjaardagstaart. Halverwege de avond start er een DJ. Wanneer we terug fietsen maar onze kampeerbus is het nóg licht. Deze dag, op midzomernacht, staat de zon loodrecht boven de Kreeftskeerkring. Dat betekent: zomer! Dit is de langste dag van het jaar - ook wel de zonnewende genoemd - waarop de zon het hoogst aan de hemel staat. We worden overspoeld met méér uren daglicht dan op een van de andere 365 dagen. En tegelijkertijd een belangrijk keerpunt in het heelal - de zon neemt immers na dit hoogtepunt weer langzaam af qua zonuren- én in onze emoties en gevoelens. De hemel is werkelijk zilverachtig gekleurd. Een magisch moment op de camping. Het voelt ineens als Scandinavië. We duiken ons bedje in. De volgende ochtend worden we door de zon gewekt. We ontbijten op het grasveldje. Ik trek mijn bikini aan. Een rokje en dan vertrekken we op de fietsjes door de duinen naar het strand - voor mijn eerste kopje thee. Zaterdagkrant erbij. Zonnetje op onze bol. Heel aangenaam… We kuieren wat later langs de kustlijn een stukje verderop. Lekker uitwaaien. Op onze handdoeken dommelen we lekker in. Ik vind dit zó lekker! Lummelen op het strand. Niks doen. Zon op je huid. Rust. Voetjes in het zand. Verkoelende zeewind. ’s Middags lunchen we bij een strandpaviljoen met verse vis en rijden we in bijna drie uur weer terug naar het zuiden. Heerlijk rustig in elkaars gezelschap. Goede muziek aan. Zijraam-oortjes van de hippiebus wijd open. Absoluut voor herhaling vatbaar.
Ik kijk door een gordijntje van een klein huisje om te zien of hier de uitvaart plaatsvindt. Inderdaad herken ik iemand en glip ik naar binnen. De uitvaartbegeleider legt net uit dat we allemaal plaats gaan nemen in de zaal. Een heel klein zaaltje. Ik heb nog nooit zo’n kleine ruimte gezien om afscheid te nemen van een overledene. De kist staat in het midden. Een prachtig boeket van veldbloemen er boven op. Er staan nog geen dertig stoelen in een kring erom heen. Ik zie mijn collega en neem naast haar plaats. We nemen afscheid van onze 90-jarige cliënt. De rechercheur. Elke donderdagmiddag ging ik bij hem langs en gingen we samen de deur uit. Naar het stadspark, naar het tuincentrum, vaak naar de Asterdplas om een rondje te wandelen en soms alleen een rondje door het winkelcentrum om op een terrasje samen wat te drinken. De laatste keertjes was hij soms te moe om te wandelen en zaten we heerlijk op zijn balkon. Onze benen samen op hetzelfde krukje gelegd en lekker kletsen over zijn leven. De onderduikers op de boerderij van zijn vader tijdens de oorlog, zijn lange carrière bij de politie, zijn vrouw en de reizen die zij samen gemaakt hebben. Ik heb van hem geleerd. Hij was zo open en vriendelijk tegen een ieder. Zo gul met Kerstpakketjes van Rituals voor iedereen. Tegen de mensen in een dagopvang waar we eens gingen kijken maakte hij prachtig sociaal contact met de aanwezigen. Ik verraste hem met taart toen hij in dezelfde week negentig werd als dat ik vijftig werd. Dat vond hij prachtig! Na een hersenbloeding is hij ingeslapen. Zijn dochter had me al laten weten dat de laatste periode uit zijn actieve leven ik zijn leven verrijkt heb. Hij was dol op mij. Tijdens twee speeches wordt mijn naam genoemd. Dat raakt me. Ik ben blij dat ik wat heb kunnen betekenen voor hem en besef dat het leven gevierd moet worden. Het leven kan zo afgelopen zijn. De meeste van onze vrienden zijn in dezelfde leeftijd als wij. En zo lijkt het alsof we ineens allemaal vijfentwintig jaar getrouwd zijn. En allemaal vijftig geworden zijn. Zelf hebben we onze verjaardagen vorige maand met een groot feest gevierd. Onze zilveren bruiloft vieren we volgende zomer een maand lang in Colombia. Met onze drie meiden rondreizen. Gelukkig viert iedereen zijn feestje anders. Ik vind dat heel leuk om te zien en om mee te maken. Zo hadden we afgelopen weekend drie feesten. Zelfs twee feesten op één avond. Hoe gaan we dat aanpakken? Zonder vrienden teleur te stellen. Mijn lief naar het feest van zijn vriend, en ik naar het feest van mijn vriendin? Dat vind ik niet zo gezellig. Dus splitsen we de avond op. We gaan eerst naar het feest in onze stad. Een tuinfeest. En het is prachtig weer. Lekkere hapjes. Een gitarist. Onze dochter als fotografe. Een speech. Alles er op en eraan. Toch gaan we halverwege weg. Op naar Bergen op Zoom. Wederom een tuinfeest. We vallen precies binnen als de speech begint. We worden genoemd, met name onze hippiebus. We feliciteren. We kletsen wat. We drinken wat. Ik kan zelfs nog een stukje verjaardagstaart scoren. Als de nieuwe dag begonnen is rijden we weer naar huis. Moe van het vieren.
- Soren Kierkegaard
“Hallo familie, welkom! Jullie plek is op nummer 3” staat er op een briefje aan de gesloten deur van de receptie. We hebben net bijna drie uur in de antieke kampeerbus naar dit dorp aan zee gereden. Een mini roadtrip. We zijn gearriveerd op een kleine boerderijcamping. Mijn lief en ik hadden samen lekkere hapjes gekocht voor onderweg. Een relaxt vakantiegevoel overvalt ons. Het is vroeg in de avond wanneer we arriveren op het grasveldje naast de duinen. We maken het bed in de bus op. We trekken onze feestkleding aan. En stappen dan op onze vouwfietsjes naar het feest waar we voor gekomen zijn. Mijn lief stapt terstond weer af. Hij legt ons cadeau, een fles Belgisch bier met een enveloppe, in het gras en zet zijn zadel omhoog. Net als hij weer op zijn zadel zit stap ik af. Mijn zadel staat ook veel te laag! Onze Mexicaanse vrienden hadden laatst op deze fietsjes gereden… Fles weer in het gras gelegd en hoogte aangepast. We rijden net weer weg als we wéér moeten afstappen. Fles weer in het gras gelegd…. Fietsketting eraf. Twee minuten later rijden we eindelijk het grasveldje af en steken we een weg over. We zien een grote opgeblazen Abrahampop staan en stoppen bij de boerderij uit 1903. Hier woont de jarige job, maar het feestje is bij een eettent er pal naast. We hadden makkelijk kunnen lopen! De barbecue staat al aan. We krijgen een Hawaiiaanse bloemenketting om gehangen als we het feestelijke terras opstappen. We vieren het verjaardagsfeestje mee van onze studievriend. Heerlijk buiten. Vijfhonderd meter van het Noord-Hollandse strand. Heel relaxt. Lekker eten. Verjaardagstaart. Halverwege de avond start er een DJ. Wanneer we terug fietsen maar onze kampeerbus is het nóg licht. Deze dag, op midzomernacht, staat de zon loodrecht boven de Kreeftskeerkring. Dat betekent: zomer! Dit is de langste dag van het jaar - ook wel de zonnewende genoemd - waarop de zon het hoogst aan de hemel staat. We worden overspoeld met méér uren daglicht dan op een van de andere 365 dagen. En tegelijkertijd een belangrijk keerpunt in het heelal - de zon neemt immers na dit hoogtepunt weer langzaam af qua zonuren- én in onze emoties en gevoelens. De hemel is werkelijk zilverachtig gekleurd. Een magisch moment op de camping. Het voelt ineens als Scandinavië. We duiken ons bedje in. De volgende ochtend worden we door de zon gewekt. We ontbijten op het grasveldje. Ik trek mijn bikini aan. Een rokje en dan vertrekken we op de fietsjes door de duinen naar het strand - voor mijn eerste kopje thee. Zaterdagkrant erbij. Zonnetje op onze bol. Heel aangenaam… We kuieren wat later langs de kustlijn een stukje verderop. Lekker uitwaaien. Op onze handdoeken dommelen we lekker in. Ik vind dit zó lekker! Lummelen op het strand. Niks doen. Zon op je huid. Rust. Voetjes in het zand. Verkoelende zeewind. ’s Middags lunchen we bij een strandpaviljoen met verse vis en rijden we in bijna drie uur weer terug naar het zuiden. Heerlijk rustig in elkaars gezelschap. Goede muziek aan. Zijraam-oortjes van de hippiebus wijd open. Absoluut voor herhaling vatbaar.
Ik kijk door een gordijntje van een klein huisje om te zien of hier de uitvaart plaatsvindt. Inderdaad herken ik iemand en glip ik naar binnen. De uitvaartbegeleider legt net uit dat we allemaal plaats gaan nemen in de zaal. Een heel klein zaaltje. Ik heb nog nooit zo’n kleine ruimte gezien om afscheid te nemen van een overledene. De kist staat in het midden. Een prachtig boeket van veldbloemen er boven op. Er staan nog geen dertig stoelen in een kring erom heen. Ik zie mijn collega en neem naast haar plaats. We nemen afscheid van onze 90-jarige cliënt. De rechercheur. Elke donderdagmiddag ging ik bij hem langs en gingen we samen de deur uit. Naar het stadspark, naar het tuincentrum, vaak naar de Asterdplas om een rondje te wandelen en soms alleen een rondje door het winkelcentrum om op een terrasje samen wat te drinken. De laatste keertjes was hij soms te moe om te wandelen en zaten we heerlijk op zijn balkon. Onze benen samen op hetzelfde krukje gelegd en lekker kletsen over zijn leven. De onderduikers op de boerderij van zijn vader tijdens de oorlog, zijn lange carrière bij de politie, zijn vrouw en de reizen die zij samen gemaakt hebben. Ik heb van hem geleerd. Hij was zo open en vriendelijk tegen een ieder. Zo gul met Kerstpakketjes van Rituals voor iedereen. Tegen de mensen in een dagopvang waar we eens gingen kijken maakte hij prachtig sociaal contact met de aanwezigen. Ik verraste hem met taart toen hij in dezelfde week negentig werd als dat ik vijftig werd. Dat vond hij prachtig! Na een hersenbloeding is hij ingeslapen. Zijn dochter had me al laten weten dat de laatste periode uit zijn actieve leven ik zijn leven verrijkt heb. Hij was dol op mij. Tijdens twee speeches wordt mijn naam genoemd. Dat raakt me. Ik ben blij dat ik wat heb kunnen betekenen voor hem en besef dat het leven gevierd moet worden. Het leven kan zo afgelopen zijn. De meeste van onze vrienden zijn in dezelfde leeftijd als wij. En zo lijkt het alsof we ineens allemaal vijfentwintig jaar getrouwd zijn. En allemaal vijftig geworden zijn. Zelf hebben we onze verjaardagen vorige maand met een groot feest gevierd. Onze zilveren bruiloft vieren we volgende zomer een maand lang in Colombia. Met onze drie meiden rondreizen. Gelukkig viert iedereen zijn feestje anders. Ik vind dat heel leuk om te zien en om mee te maken. Zo hadden we afgelopen weekend drie feesten. Zelfs twee feesten op één avond. Hoe gaan we dat aanpakken? Zonder vrienden teleur te stellen. Mijn lief naar het feest van zijn vriend, en ik naar het feest van mijn vriendin? Dat vind ik niet zo gezellig. Dus splitsen we de avond op. We gaan eerst naar het feest in onze stad. Een tuinfeest. En het is prachtig weer. Lekkere hapjes. Een gitarist. Onze dochter als fotografe. Een speech. Alles er op en eraan. Toch gaan we halverwege weg. Op naar Bergen op Zoom. Wederom een tuinfeest. We vallen precies binnen als de speech begint. We worden genoemd, met name onze hippiebus. We feliciteren. We kletsen wat. We drinken wat. Ik kan zelfs nog een stukje verjaardagstaart scoren. Als de nieuwe dag begonnen is rijden we weer naar huis. Moe van het vieren.
zondag 23 juni 2019
Wildkamperen
The wilderness holds answers to questions we have not yet learned to ask.
- Nancy Wynne Newhall
Ik gil het uit. Gatsie! En nog koud ook! Mijn neef springt pal naast de houten boot in het donkere water van het meer. Tussen de groene waterplantjes. Hij schrikt er zelf ook van. Vooral omdat we een bord vlakbij hadden zien staan met de waarschuwing dat er ringslangen op het asfaltdek kunnen zonnen. Er zijn hier dus ringslangen! Hij klimt zeiknat weer in de boot. Middelste dochter en ik proberen te roeien. Veel planten hangen aan de grote, zware houten roeispanen. Ze zitten in een metalen ring gevangen, maar bij ons vliegen ze er ook wel eens uit. Samen roeien gaat niet. We varen rondjes en we gaan sowieso niet de kant op die we willen. Mijn zus probeert het. Zij komt een flink stuk vooruit. Ondertussen hebben diezelfde neef en zijn vriendje een emmer gevonden op de boot. Lollig. Ze vullen hem met water en kieperen hem over ons heen. Onze middelste dochter hadden we diezelfde ochtend opgehaald van het vliegveld. Ze was een weekje naar Engeland geweest. Naar een Mexicaanse vriend van haar. Eén van haar daar aangeschafte leesboeken had ze mee op de boot. ‘Verstop hem onder je T-shirt’ zegt ze tegen ons jongste neefje. Dat het boek uit Engeland komt maakt indruk op hem en hij neemt zijn taak uiterst serieus. Ons doel was naar het vlonder te varen die midden op het meer drijft en waar je heus op kunt overnachten met je tentje. We komen niet dichterbij dan een meter. Wij hebben geen roeikwaliteiten. We gaan weer terug op weg naar de steiger waar we vandaan komen. We zitten halverwege de afstand vast in het riet en dan neem ik het maar weer een stuk over. Het kost je wel wat kracht uit de armen maar ik krijg de roeiboot, tegen de stroom in, in de buurt van de steiger. De volgende boothuurders staan al te wachten. Een serieuze zaak om aan te leggen dus. Aangezien ik hem niet pal aan de steiger krijg - maar wel per ongeluk aan een ander verborgen steigertje tussen het riet - roepen de volgende huurders dat het prima is zo. Zij lopen naar het kleine steigertje, pakken het touw aan en zo kunnen we ontsnappen uit die rotboot. Het jonge gezin dat staat te trappelen om erin te stappen vraagt of het leuk is. ‘Enig!’ antwoord ik een beetje sarcastisch. Mijn zus stelt voor om de volgende dag nóg een keer die boot voor een uur te huren. Dat kon gelukkig uiteindelijk niet… We hebben verschrikkelijk gelachen, maar we kwamen allemaal kletsnat, of op z’n minst met een zeiknatte korte broek en schoenen, van die boot af. Bij de tent en ons kampeerautootje gaan we het vuur aanmaken. De boswachter had hout gehakt voor ons. Mijn zus had het droog kunnen houden gedurende regenachtige, voorafgaande nacht. Op het vuur maken we zelf brood. Later ook worstjes en kippenvleugeltjes. We zitten aan twee aan elkaar geschoven campingtafeltjes. Grote salade op tafel. Reuzeleuk en gezellig. Wanneer we eind van de avond allemaal met onze stoelen rondom het vuur zitten blijkt jongste neefje een heel oeuvre van oude Hazes liedjes uit z’n hoofd te kunnen zingen. In z’n uppie. Uit volle borst. Later zetten wij als gezin ook wat liedjes in zoals ‘Paradise by the dashboard light’ van Meat Loaf en ‘Shallow’ van Bradley Cooper en Lady Gaga. Wederom een heerlijke avond in het natuurschoon. Mooie herinnering. Dit was al ons vierde jaar dat we meedoen met ‘Uit je tent festival’ waarbij we wild kamperen in de provincie Flevoland. Elk jaar hebben we geweldig weer. Altijd in korte broek en altijd zwemmen en bootje varen. Vaak ook een bijzondere herinnering aan overgehouden. Die keer dat wilde paarden onze rubberen bootje als drinkbak gebruikten en later met alle benen erin stonden zodat we hem nadien weg konden gooien.. Of vorig jaar…toen we met twee gezinnen precies één closetrolletje hadden en onze neef hem ook nog onverhoopt in de WCpot liet vallen… Volgend jaar willen we een ander kampeerplekje gaan zoeken. Misschien neemt mijn lief dan zijn gitaar mee. We kijken er nu al naar uit.
Zo’n twee weken geleden begon het….. Het onweerde die avonden veel. Het was ook plotseling tropisch warm geworden. Op een avond zette er een flinke wind op, de lucht werd heel donker en daarna begon er een flinke regenbui met flitsen en knallen. Tóen begon de jeuk in mijn hals. We hadden het allemaal thuis, die jeuk. Met drie katten in huis dachten we natuurlijk meteen aan vlooien. Met flinke warmte kunnen de larven van vlooien die in je bankstel of vloerkleed liggen spontaan uitkomen. Verschillende vlooienmiddeltjes gekocht voor kittens en volwassen katten. Ook een spuitbus met gif die je op je vloerkleden en bankstellen kunt spuiten en die de larven doodt. De katten gekamd, maar we zagen geen vlooien…. De jeuk in mijn nek spreidde zich echter verder uit. Bultjes op mijn schouders, rond mijn oksels en aan de binnenkant van mijn armen. Onze jongste kind vertelde dat op school ook heel veel kinderen diezelfde jeuk hadden… Allemaal kattenvlooien? Tijdens een burenborrel in onze tuin hadden we het erover… Bedwantsen? Kattenvlooien? Een buurvrouw had het antwoord. In de eikenbomen verderop in ons straatje zitten meerdere grote processierupsennesten! De overlast door de eikenprocessierups neemt nu immense vormen aan. Processierupsen zijn in feite de larven van nachtvlinders. Zij overwinteren voornamelijk in eikenbomen. De rupsen bewegen zich achter elkaar voort in lange rijen alsof ze een soort processie lopen. Vandaar ook de term ‘processierupsen’. De processierupsen zien we alleen in de maanden mei, juni en juli. De wind neemt de duizenden zo niet miljoenen haartjes mee in de wind en die komen in je haar terecht of op je schouders. Tot honderd meter van het nest vandaan. Ze veroorzaken een branderige jeuk. Hoe meer je krabt hoe erger de jeuk. Helaas. Zo lang die haartjes in je kleding zitten blijft het jeuken. Je kleding wassen op 60 graden is het advies. Dat kan alleen eigenlijk niet met onze meeste kleding. Jezelf douchen en goed afspoelen, niet boenen. Je haar goed uitborstelen. Ramen dicht natuurlijk. Handig met tropische hitte. En met een plakbandje proberen de minuscule haartjes te verwijderen…. Vandaar dat de jeuk bij iedereen thuis op dezelfde dag begon. Namelijk de dag van de heftige wind vooraf aan de onweersbuien! Ik heb natuurlijk de gemeente een bericht gestuurd of ze de nesten willen verwijderen. Dat gaan ze zeker doen. Mensen durven hun eigen tuin niet meer in, scholen mijden bepaalde sportparken, mensen vragen volop medische adviezen, bestrijdingsbedrijven kunnen het werk niet meer aan. Die rupsen worden natuurlijk op een dag nachtvlinders. Dat proces is in juli voltooid. Maar die haartjes van de lege nesten kunnen nog jaren problemen veroorzaken… De jeukbulten blijven zo’n twee weken jeuken. Volhouden dus!
- Nancy Wynne Newhall
Ik gil het uit. Gatsie! En nog koud ook! Mijn neef springt pal naast de houten boot in het donkere water van het meer. Tussen de groene waterplantjes. Hij schrikt er zelf ook van. Vooral omdat we een bord vlakbij hadden zien staan met de waarschuwing dat er ringslangen op het asfaltdek kunnen zonnen. Er zijn hier dus ringslangen! Hij klimt zeiknat weer in de boot. Middelste dochter en ik proberen te roeien. Veel planten hangen aan de grote, zware houten roeispanen. Ze zitten in een metalen ring gevangen, maar bij ons vliegen ze er ook wel eens uit. Samen roeien gaat niet. We varen rondjes en we gaan sowieso niet de kant op die we willen. Mijn zus probeert het. Zij komt een flink stuk vooruit. Ondertussen hebben diezelfde neef en zijn vriendje een emmer gevonden op de boot. Lollig. Ze vullen hem met water en kieperen hem over ons heen. Onze middelste dochter hadden we diezelfde ochtend opgehaald van het vliegveld. Ze was een weekje naar Engeland geweest. Naar een Mexicaanse vriend van haar. Eén van haar daar aangeschafte leesboeken had ze mee op de boot. ‘Verstop hem onder je T-shirt’ zegt ze tegen ons jongste neefje. Dat het boek uit Engeland komt maakt indruk op hem en hij neemt zijn taak uiterst serieus. Ons doel was naar het vlonder te varen die midden op het meer drijft en waar je heus op kunt overnachten met je tentje. We komen niet dichterbij dan een meter. Wij hebben geen roeikwaliteiten. We gaan weer terug op weg naar de steiger waar we vandaan komen. We zitten halverwege de afstand vast in het riet en dan neem ik het maar weer een stuk over. Het kost je wel wat kracht uit de armen maar ik krijg de roeiboot, tegen de stroom in, in de buurt van de steiger. De volgende boothuurders staan al te wachten. Een serieuze zaak om aan te leggen dus. Aangezien ik hem niet pal aan de steiger krijg - maar wel per ongeluk aan een ander verborgen steigertje tussen het riet - roepen de volgende huurders dat het prima is zo. Zij lopen naar het kleine steigertje, pakken het touw aan en zo kunnen we ontsnappen uit die rotboot. Het jonge gezin dat staat te trappelen om erin te stappen vraagt of het leuk is. ‘Enig!’ antwoord ik een beetje sarcastisch. Mijn zus stelt voor om de volgende dag nóg een keer die boot voor een uur te huren. Dat kon gelukkig uiteindelijk niet… We hebben verschrikkelijk gelachen, maar we kwamen allemaal kletsnat, of op z’n minst met een zeiknatte korte broek en schoenen, van die boot af. Bij de tent en ons kampeerautootje gaan we het vuur aanmaken. De boswachter had hout gehakt voor ons. Mijn zus had het droog kunnen houden gedurende regenachtige, voorafgaande nacht. Op het vuur maken we zelf brood. Later ook worstjes en kippenvleugeltjes. We zitten aan twee aan elkaar geschoven campingtafeltjes. Grote salade op tafel. Reuzeleuk en gezellig. Wanneer we eind van de avond allemaal met onze stoelen rondom het vuur zitten blijkt jongste neefje een heel oeuvre van oude Hazes liedjes uit z’n hoofd te kunnen zingen. In z’n uppie. Uit volle borst. Later zetten wij als gezin ook wat liedjes in zoals ‘Paradise by the dashboard light’ van Meat Loaf en ‘Shallow’ van Bradley Cooper en Lady Gaga. Wederom een heerlijke avond in het natuurschoon. Mooie herinnering. Dit was al ons vierde jaar dat we meedoen met ‘Uit je tent festival’ waarbij we wild kamperen in de provincie Flevoland. Elk jaar hebben we geweldig weer. Altijd in korte broek en altijd zwemmen en bootje varen. Vaak ook een bijzondere herinnering aan overgehouden. Die keer dat wilde paarden onze rubberen bootje als drinkbak gebruikten en later met alle benen erin stonden zodat we hem nadien weg konden gooien.. Of vorig jaar…toen we met twee gezinnen precies één closetrolletje hadden en onze neef hem ook nog onverhoopt in de WCpot liet vallen… Volgend jaar willen we een ander kampeerplekje gaan zoeken. Misschien neemt mijn lief dan zijn gitaar mee. We kijken er nu al naar uit.
Zo’n twee weken geleden begon het….. Het onweerde die avonden veel. Het was ook plotseling tropisch warm geworden. Op een avond zette er een flinke wind op, de lucht werd heel donker en daarna begon er een flinke regenbui met flitsen en knallen. Tóen begon de jeuk in mijn hals. We hadden het allemaal thuis, die jeuk. Met drie katten in huis dachten we natuurlijk meteen aan vlooien. Met flinke warmte kunnen de larven van vlooien die in je bankstel of vloerkleed liggen spontaan uitkomen. Verschillende vlooienmiddeltjes gekocht voor kittens en volwassen katten. Ook een spuitbus met gif die je op je vloerkleden en bankstellen kunt spuiten en die de larven doodt. De katten gekamd, maar we zagen geen vlooien…. De jeuk in mijn nek spreidde zich echter verder uit. Bultjes op mijn schouders, rond mijn oksels en aan de binnenkant van mijn armen. Onze jongste kind vertelde dat op school ook heel veel kinderen diezelfde jeuk hadden… Allemaal kattenvlooien? Tijdens een burenborrel in onze tuin hadden we het erover… Bedwantsen? Kattenvlooien? Een buurvrouw had het antwoord. In de eikenbomen verderop in ons straatje zitten meerdere grote processierupsennesten! De overlast door de eikenprocessierups neemt nu immense vormen aan. Processierupsen zijn in feite de larven van nachtvlinders. Zij overwinteren voornamelijk in eikenbomen. De rupsen bewegen zich achter elkaar voort in lange rijen alsof ze een soort processie lopen. Vandaar ook de term ‘processierupsen’. De processierupsen zien we alleen in de maanden mei, juni en juli. De wind neemt de duizenden zo niet miljoenen haartjes mee in de wind en die komen in je haar terecht of op je schouders. Tot honderd meter van het nest vandaan. Ze veroorzaken een branderige jeuk. Hoe meer je krabt hoe erger de jeuk. Helaas. Zo lang die haartjes in je kleding zitten blijft het jeuken. Je kleding wassen op 60 graden is het advies. Dat kan alleen eigenlijk niet met onze meeste kleding. Jezelf douchen en goed afspoelen, niet boenen. Je haar goed uitborstelen. Ramen dicht natuurlijk. Handig met tropische hitte. En met een plakbandje proberen de minuscule haartjes te verwijderen…. Vandaar dat de jeuk bij iedereen thuis op dezelfde dag begon. Namelijk de dag van de heftige wind vooraf aan de onweersbuien! Ik heb natuurlijk de gemeente een bericht gestuurd of ze de nesten willen verwijderen. Dat gaan ze zeker doen. Mensen durven hun eigen tuin niet meer in, scholen mijden bepaalde sportparken, mensen vragen volop medische adviezen, bestrijdingsbedrijven kunnen het werk niet meer aan. Die rupsen worden natuurlijk op een dag nachtvlinders. Dat proces is in juli voltooid. Maar die haartjes van de lege nesten kunnen nog jaren problemen veroorzaken… De jeukbulten blijven zo’n twee weken jeuken. Volhouden dus!
zondag 16 juni 2019
Deprimerende gevoelens....
Ben je altijd bezig te komen, waar je zijn wilt, dan vergeet je om te zijn waar je bent.
- Thijs Launspach
Nu een maand later, zijn we niet eens zo heel veel verder gekomen. Met de introductie van de kleine kittens aan onze bijna tien jaar oude poes. Ze eten niet tegelijkertijd. Ze slapen in een ander deel van het huis. Ze kunnen niet eens in dezelfde ruimte zijn. Het ligt niet aan de kittens. Of misschien juist wel. Zij zijn spontaan, speels en zien nergens gevaar in. Ze huppelen gewoon op de poes af alsof ze hun vriendin is. Niet dus. Mevrouw wil met respect behandeld worden. Ze krijgen dus een snauw. Blazen. Het kan erger, ze kúnnen vechten. Wij zorgen ervoor dat dat niet gebeurt. Bijtijds vangen we zo’n kleintje weg bij de poes of we houden de schuifdeuren gesloten. Het heeft allemaal met geur en territorium te maken. Ik vind het zenuwslopend. Katten zijn vaak heel gelukkig in hun eentje. Zij voelen niet de ‘noodzaak’ voor een nieuwe metgezel. Onze lieve, oude kater viel begin januari weg en er viel een heel groot gat in ons huishouden. Wij meenden dat ook te zien bij onze poes. Nu twijfel ik er enorm aan of we dat wel goed gezien hebben… Sommige katten kunnen gemakkelijk met een nieuwkomer leven. Andere zullen nooit met elkaar overweg kunnen of zullen naast elkaar leven in een ongemakkelijke wapenstilstand. Daar lijkt het bij ons nu op af te stevenen. De kittens zijn reeds een maand in huis. Er kan natuurlijk nog van alles veranderen. Althans, dat houdt de meneer van de dierenspeciaalzaak en de online kattengedragstherapeuten me voor. Als er geen competitie is voor eten (en dat is er niet) of veilige slaapplaatsen (is er ook niet) zullen katten elkaar accepteren en uiteindelijk zelfs een band met elkaar opbouwen. Op dit moment moeten we de poes echter naar binnen lokken in de avond met een bordje voer. Ze wantrouwt ons. Soms gebeurt het dat ze dus een nacht buiten op de deurmat slaapt bij de voordeur. Dan komt ze gelukkig wel in de ochtend snel mee naar binnen. En ze is bijzonder vergevingsgezind. Ze kan na een uur helemaal vergeten zijn dat ik haar naar binnen gelokt heb of haar de nacht in de achterkamer en keuken achtergelaten heb. Ze is meestal erg blij me te zien. Als ik thuis kom gaat ze op het tuinpad op haar rug liggen en mij allerliefst aankijken. Ze laat zich graag aaien. Soms slaapt ze een nachtje op ons bed en is ze zielsgelukkig als ik haar met mijn slaperige hoofd knuffel. Hoewel het misschien lijkt of het aan de keus van de kat ligt, of katten wel of niet met elkaar overweg kunnen, maakt de manier waarop de kittens in huis aan de poes geïntroduceerd worden wel degelijk het verschil. Tussen een succes of mislukking. Daarom is een voorzichtige introductie en superlangzame aanpak nodig om overdreven reacties te voorkomen. Wij hebben de kittens eerst anderhalve week apart in een slaapkamer gehouden. De poes daar laten ruiken als de kittens weg waren. De állereerste ontmoeting was echter met z’n drieën… Ze zag er eentje, schrok ervan, maar toen de tweede aan kwam spurten was ze in angst. Misschien is het daar fout gegaan? Volgens gedragstherapeuten kun je het na twee dagen weer opnieuw proberen. Zo modderen we al een maand aan met geplande ontmoetinkjes en ze omslachtig bij elkaar uit het zicht houden. Ik ben er onderhand wel klaar mee. Het kan weken duren voordat ze elkaar tolereren, en maanden voordat ze ontspannen kunnen zijn in elkaars aanwezigheid. Hoeveel geduld moet ik nog opbrengen voor een wapenstilstand?
‘Hee, hoe gaat het nu met je?’ vraagt hij. Mijn antwoord is niet zo positief. ‘De pijn is weer erger geworden. Ik begrijp zelf niet goed waar het vandaan komt en dus pieker ik me suf.’ Dit kniezen uit zich bij mij voornamelijk in snoepen. Koekjes, chocola, taartjes. Vanwege de pijn die uitstraalt in mijn linkerbil kan ik niet meer langer dan een kwartiertje zitten. Ik kan het nog íets uitstellen door op mijn rechterbil te leunen, maar na verloop van tijd moet ik gaan bewegen. Bingewatchen is dus onmogelijk voor mij. Dat is natuurlijk het minst erge… Het ergste is dat ik tot voor kort nog maar vijf kilometer mocht rennen van de fysiotherapeut en sinds vandaag zelfs moet stoppen moet hardlopen. Ik liep twee keer per week tussen de acht en elf kilometer door het Mastbos. Afstand lopen verergert mijn klachten. De aanhechting van een pees aan mijn linker heupbot is geblesseerd. Mijn bilspieren blijken onderontwikkeld te zijn. Nou, dat verwacht je niet van een hardloper toch? Dus wel! Juist bij hardlopen worden de bilspieren helemaal niet getraind. Ik moet nu dus bilspier versterkende oefeningen doen. Ik vóel dat mijn spieren daar heel slap zijn. Ik kan maar weinig herhalingen doen liggend op mijn zij. Bilspieren vangen de klappen van je botten op tijdens het hardlopen en helpen dat je bij elke stap snel stabiliteit vindt. Ik voelde de pijn al langere tijd tijdens het hardlopen, maar het trok toch ook weer weg. Nu niet meer. Sterker nog, als ik gewoon wandel op straat voel ik het ook. Ik kom nu zo’n maand of twee bij de fysiotherapeut en hij behandelt mij met shock wave therapy op drie punten op mijn heup. Zeer pijnlijke vier minuten! Daarnaast zit mijn onderrug elke week weer opnieuw vast. Het bindweefsel én de spieren. Massage van bindweefsel doet zoveel pijn. Hij kraakt ook meestal wat botjes onder in mijn rug. Ik baal zo van mijn blessure, dat ik van de weeromstuit ben gaan snoepen. Ik heb geen weerstand meer om mezelf halt toe te roepen. Ik heb een schuldgevoel, omdat ik minder beweeg zou ik juist minder moeten gaan eten. Ik krijg er ongelukkige gevoelens van. Psycholoog Launspach schreef: ‘Geef jezelf vooral toestemming om voor je welzijn te kiezen. Dat cadeau gun ik iedereen: jezelf regelmatig rust gunnen en voorrang geven.’ Daar moet ik wat mee gaan doen, voor mijn welzijn kiezen...
- Thijs Launspach
Nu een maand later, zijn we niet eens zo heel veel verder gekomen. Met de introductie van de kleine kittens aan onze bijna tien jaar oude poes. Ze eten niet tegelijkertijd. Ze slapen in een ander deel van het huis. Ze kunnen niet eens in dezelfde ruimte zijn. Het ligt niet aan de kittens. Of misschien juist wel. Zij zijn spontaan, speels en zien nergens gevaar in. Ze huppelen gewoon op de poes af alsof ze hun vriendin is. Niet dus. Mevrouw wil met respect behandeld worden. Ze krijgen dus een snauw. Blazen. Het kan erger, ze kúnnen vechten. Wij zorgen ervoor dat dat niet gebeurt. Bijtijds vangen we zo’n kleintje weg bij de poes of we houden de schuifdeuren gesloten. Het heeft allemaal met geur en territorium te maken. Ik vind het zenuwslopend. Katten zijn vaak heel gelukkig in hun eentje. Zij voelen niet de ‘noodzaak’ voor een nieuwe metgezel. Onze lieve, oude kater viel begin januari weg en er viel een heel groot gat in ons huishouden. Wij meenden dat ook te zien bij onze poes. Nu twijfel ik er enorm aan of we dat wel goed gezien hebben… Sommige katten kunnen gemakkelijk met een nieuwkomer leven. Andere zullen nooit met elkaar overweg kunnen of zullen naast elkaar leven in een ongemakkelijke wapenstilstand. Daar lijkt het bij ons nu op af te stevenen. De kittens zijn reeds een maand in huis. Er kan natuurlijk nog van alles veranderen. Althans, dat houdt de meneer van de dierenspeciaalzaak en de online kattengedragstherapeuten me voor. Als er geen competitie is voor eten (en dat is er niet) of veilige slaapplaatsen (is er ook niet) zullen katten elkaar accepteren en uiteindelijk zelfs een band met elkaar opbouwen. Op dit moment moeten we de poes echter naar binnen lokken in de avond met een bordje voer. Ze wantrouwt ons. Soms gebeurt het dat ze dus een nacht buiten op de deurmat slaapt bij de voordeur. Dan komt ze gelukkig wel in de ochtend snel mee naar binnen. En ze is bijzonder vergevingsgezind. Ze kan na een uur helemaal vergeten zijn dat ik haar naar binnen gelokt heb of haar de nacht in de achterkamer en keuken achtergelaten heb. Ze is meestal erg blij me te zien. Als ik thuis kom gaat ze op het tuinpad op haar rug liggen en mij allerliefst aankijken. Ze laat zich graag aaien. Soms slaapt ze een nachtje op ons bed en is ze zielsgelukkig als ik haar met mijn slaperige hoofd knuffel. Hoewel het misschien lijkt of het aan de keus van de kat ligt, of katten wel of niet met elkaar overweg kunnen, maakt de manier waarop de kittens in huis aan de poes geïntroduceerd worden wel degelijk het verschil. Tussen een succes of mislukking. Daarom is een voorzichtige introductie en superlangzame aanpak nodig om overdreven reacties te voorkomen. Wij hebben de kittens eerst anderhalve week apart in een slaapkamer gehouden. De poes daar laten ruiken als de kittens weg waren. De állereerste ontmoeting was echter met z’n drieën… Ze zag er eentje, schrok ervan, maar toen de tweede aan kwam spurten was ze in angst. Misschien is het daar fout gegaan? Volgens gedragstherapeuten kun je het na twee dagen weer opnieuw proberen. Zo modderen we al een maand aan met geplande ontmoetinkjes en ze omslachtig bij elkaar uit het zicht houden. Ik ben er onderhand wel klaar mee. Het kan weken duren voordat ze elkaar tolereren, en maanden voordat ze ontspannen kunnen zijn in elkaars aanwezigheid. Hoeveel geduld moet ik nog opbrengen voor een wapenstilstand?
‘Hee, hoe gaat het nu met je?’ vraagt hij. Mijn antwoord is niet zo positief. ‘De pijn is weer erger geworden. Ik begrijp zelf niet goed waar het vandaan komt en dus pieker ik me suf.’ Dit kniezen uit zich bij mij voornamelijk in snoepen. Koekjes, chocola, taartjes. Vanwege de pijn die uitstraalt in mijn linkerbil kan ik niet meer langer dan een kwartiertje zitten. Ik kan het nog íets uitstellen door op mijn rechterbil te leunen, maar na verloop van tijd moet ik gaan bewegen. Bingewatchen is dus onmogelijk voor mij. Dat is natuurlijk het minst erge… Het ergste is dat ik tot voor kort nog maar vijf kilometer mocht rennen van de fysiotherapeut en sinds vandaag zelfs moet stoppen moet hardlopen. Ik liep twee keer per week tussen de acht en elf kilometer door het Mastbos. Afstand lopen verergert mijn klachten. De aanhechting van een pees aan mijn linker heupbot is geblesseerd. Mijn bilspieren blijken onderontwikkeld te zijn. Nou, dat verwacht je niet van een hardloper toch? Dus wel! Juist bij hardlopen worden de bilspieren helemaal niet getraind. Ik moet nu dus bilspier versterkende oefeningen doen. Ik vóel dat mijn spieren daar heel slap zijn. Ik kan maar weinig herhalingen doen liggend op mijn zij. Bilspieren vangen de klappen van je botten op tijdens het hardlopen en helpen dat je bij elke stap snel stabiliteit vindt. Ik voelde de pijn al langere tijd tijdens het hardlopen, maar het trok toch ook weer weg. Nu niet meer. Sterker nog, als ik gewoon wandel op straat voel ik het ook. Ik kom nu zo’n maand of twee bij de fysiotherapeut en hij behandelt mij met shock wave therapy op drie punten op mijn heup. Zeer pijnlijke vier minuten! Daarnaast zit mijn onderrug elke week weer opnieuw vast. Het bindweefsel én de spieren. Massage van bindweefsel doet zoveel pijn. Hij kraakt ook meestal wat botjes onder in mijn rug. Ik baal zo van mijn blessure, dat ik van de weeromstuit ben gaan snoepen. Ik heb geen weerstand meer om mezelf halt toe te roepen. Ik heb een schuldgevoel, omdat ik minder beweeg zou ik juist minder moeten gaan eten. Ik krijg er ongelukkige gevoelens van. Psycholoog Launspach schreef: ‘Geef jezelf vooral toestemming om voor je welzijn te kiezen. Dat cadeau gun ik iedereen: jezelf regelmatig rust gunnen en voorrang geven.’ Daar moet ik wat mee gaan doen, voor mijn welzijn kiezen...
zondag 9 juni 2019
Jarig!
Happiness is being content with what you have, living in freedom and liberty, having a good family life and good friends.
- Divyanka Tripathi
“Happy Birthday to you. Happy Birthday to you.” wordt er door vijfendertig familieleden gezongen aan een lange tafel onder de parasols. Ons oudste kind wordt verrast door een heel erg roze verjaardagstaart. Met brandende kaarsjes erin. Voor alle anderen staat er gebak en ijs op een tafeltje met schoteltjes en vorkjes. We werden deze bloedhete middag in Soest ontvangen met een goed koud glas champagne. We hebben dus al een gezellige borrel achter de rug en er is flink gezwommen deze zonovergoten middag. Een balletje getrapt op het grasveld of met veel vertier iemand in het water geduwd. Uiteraard hoorde daar met een Zuid-Afrikaanse gastheer een braai bij met veel goed vlees. We zijn aan de toetjes toe. Ons kind, de jarige job, heeft de heerlijke roze taart helemaal voor zichzelf gekregen. Natuurlijk mogen we allemaal een stukje mee eten. De datum prikken voor de eerste ‘neven- en nichtendag’ met vijfendertig familieleden was niet makkelijk. Toen wij de enige waren die 1 juni een vraagteken op de datumprikker hadden ingevuld vanwege de eenentwintigste verjaardag van ons kind werden we overgehaald door de beloofde verjaardagstaart. De belofte werd ingelost. Omdat er ook wat Afrikaners aanwezig waren op de ‘neven- nichtendag’ zetten wij als gezin spontaan het beetje gospelachtige lied in dat we in Namibië ooit geleerd hebben. “May the light of the lord shine on you, Happy Birthday to you”. Een vrolijke boel. Voor ons eindigt de avond na de grote groepsfoto voor het zwembad. Volgende ochtend, op de daadwerkelijke eenentwintigste geboortedag van onze dochter, zongen we natuurlijk nogmaals traditioneel aan haar bed. Cadeautjes op het grote bed. Een versierde huiskamer én tuin. De heetste 2 juni ooit! We eten haar lievelingstaart in de tuin en zij blaast de kaarsjes uit. Zoals we dat altijd doen mag zij het restaurant uitkiezen. Steevast kiest ze een sushi restaurant en zo zitten we op een drijvend terras in onze strandjurkjes en mijn lief in z’n korte broek. Een zwoel windje. Veel mensen in de stad vanwege het jaarlijkse jazz festival. We proosten met tropische cocktails. Op haar volwassenheid. Op het afronden van haar studie deze maand en op haar nieuwe carrière bij een groot accountantskantoor. We proosten ook op eenentwintig jaar ouderschap van mijn lief en mij.
Mijn familie. Mijn familie van vaders kant is niet voorbeeldig. Ook niet echt harmonieus te noemen. Ingewikkeld eerder. Mijn moeders kant wel. Zij had twee lieve zussen. Daar ga ik nu ook nog heel fijn mee om. Haar ouders, mijn opa en oma, kwamen regelmatig langs en bleven altijd logeren toen ze met hun VW kevertje over de Afsluitdijk naar Groningen kwamen rijden. Ik wachtte altijd buiten op ons plein totdat ik het typische geluidje van de Volkswagen in de verte hoorde. Voor mijn gevoel had mijn oma altijd twee chocolade repen verstopt in de zak van haar keukenschort. Ook nam ze telkens twee babypopjes mee, voor mijn zusje en mij. Ze breidde en haakte er ook altijd kleertjes bij of naaide dekentjes in een schattig slaapmandje. Een keer heeft mijn opa een heel poppenhuis met twee verdiepingen voor mij getimmerd. Een heus piepklein toiletje en douche erin geknutseld van een rode en blauwe punaise en klei. Mijn oma naaide de gordijntjes en het beddengoed. Zo natuurlijk als dat contact met die kant van de familie altijd verliep, zo onnatuurlijk waren de relaties aan mijn vaders kant. Toch herinner ik me ook mijn opa die op zijn motor uit Santpoort naar het hoge Noorden reed. Hij zei altijd dat wij daar achter kranten geplakt zaten… Mijn opa, die in mijn herinnering altijd een pak droeg, kon een goocheltruc met een dubbeltje die in zijn mouw verdween. En wij kregen altijd een koetjesreep van hem en hij vulde onze hand met wat centjes als zakgeld. Mijn vader heeft een periode in een kindertehuis gewoond, omdat zijn moeder te ziek was om voor de kinderen te zorgen. Hij had, eenmaal piepjong getrouwd met mijn moeder, regelmatig langdurig ruzie met zijn vader, zijn zus of een van zijn broers. Altijd met iemand in onmin. Ingewikkelde relaties. Mijn neef die in Zuid-Afrika geboren en getogen is woont nu in Soest. In een prachtige villa met zwembad. Zijn tuin grenst aan een prachtig bos. Toen zijn ouders in 1972 emigreerden naar Zuid-Afrika zouden mijn ouders ze vergezellen. De visa’s waren al aangevraagd. Het pasfotootje voor mijn visum heb ik nog steeds. Ik was toen drie jaar… Mijn moeder durfde op het allerlaatste moment niet mee. Koudwatervrees. Heimwee. Deze neef dus wilde graag de eerste ‘neven- en nichtendag’ organiseren in zijn achtertuin met zwembad. Hij wilde het zonder, zoals hij zelf schreef, gedonder van onze ouders. Mijn ouders leven niet meer. Mijn oudste oom en tante uit Zuid-Afrika wonen op dit moment bij mijn neef en zijn man in de villa. Ik ken mijn neven en nichten eigenlijk nauwelijks. Toch is het wel vertrouwd, omdat hun namen wel altijd genoemd werden binnen ons gezin vroeger. We dragen ook bijna allemaal dezelfde achternaam. En op deze dag herkennen we écht wel de trekjes in elkaars gezichten. Mijn neef had de week voorafgaand toevallig een tas met foto’s en brieven ontvangen van onze jongste oom, het jongste broertje van mijn vader, die helaas al jong overleden was. Er zaten oude, handgeschreven brieven in van mijn opa. En oude foto’s van mijn vader en moeder samen. “Jeetje, wat had jij een knappe vader zeg!” zegt mijn neef vanuit de grond van zijn hart. Dat klopt ook wel. Altijd hordes vrouwen om hem heen. Mijn ouders zijn veel te snel en te jong getrouwd. En weer gescheiden. Een ieder van ons heeft op deze eerste ‘neven- en nichtendag’ zijn eigen familiegeschiedenis mee te dragen. De levensstroom loopt van voorouders, overgrootouders, grootouders, ouders naar kinderen en kleinkinderen. Iedereen heeft zijn eigen plaats. Ondanks dat het voor mij bijna half-vreemden waren delen wij wél gezamenlijk dezelfde opa en oma. En onze ouders kwamen uit hetzelfde gezin waarbij hun moeder veel te jong overleed aan kanker en hun vader lange tijd twee banen had om in de medicijnen van zijn vrouw te kunnen voorzien. Je familiegeschiedenis bepaalt samen met de ervaringen uit je huidig eigen leven hoe je naar de wereld en naar anderen kijkt. Best interessant om zo eens je licht op je familieleden te laten schijnen.
- Divyanka Tripathi
“Happy Birthday to you. Happy Birthday to you.” wordt er door vijfendertig familieleden gezongen aan een lange tafel onder de parasols. Ons oudste kind wordt verrast door een heel erg roze verjaardagstaart. Met brandende kaarsjes erin. Voor alle anderen staat er gebak en ijs op een tafeltje met schoteltjes en vorkjes. We werden deze bloedhete middag in Soest ontvangen met een goed koud glas champagne. We hebben dus al een gezellige borrel achter de rug en er is flink gezwommen deze zonovergoten middag. Een balletje getrapt op het grasveld of met veel vertier iemand in het water geduwd. Uiteraard hoorde daar met een Zuid-Afrikaanse gastheer een braai bij met veel goed vlees. We zijn aan de toetjes toe. Ons kind, de jarige job, heeft de heerlijke roze taart helemaal voor zichzelf gekregen. Natuurlijk mogen we allemaal een stukje mee eten. De datum prikken voor de eerste ‘neven- en nichtendag’ met vijfendertig familieleden was niet makkelijk. Toen wij de enige waren die 1 juni een vraagteken op de datumprikker hadden ingevuld vanwege de eenentwintigste verjaardag van ons kind werden we overgehaald door de beloofde verjaardagstaart. De belofte werd ingelost. Omdat er ook wat Afrikaners aanwezig waren op de ‘neven- nichtendag’ zetten wij als gezin spontaan het beetje gospelachtige lied in dat we in Namibië ooit geleerd hebben. “May the light of the lord shine on you, Happy Birthday to you”. Een vrolijke boel. Voor ons eindigt de avond na de grote groepsfoto voor het zwembad. Volgende ochtend, op de daadwerkelijke eenentwintigste geboortedag van onze dochter, zongen we natuurlijk nogmaals traditioneel aan haar bed. Cadeautjes op het grote bed. Een versierde huiskamer én tuin. De heetste 2 juni ooit! We eten haar lievelingstaart in de tuin en zij blaast de kaarsjes uit. Zoals we dat altijd doen mag zij het restaurant uitkiezen. Steevast kiest ze een sushi restaurant en zo zitten we op een drijvend terras in onze strandjurkjes en mijn lief in z’n korte broek. Een zwoel windje. Veel mensen in de stad vanwege het jaarlijkse jazz festival. We proosten met tropische cocktails. Op haar volwassenheid. Op het afronden van haar studie deze maand en op haar nieuwe carrière bij een groot accountantskantoor. We proosten ook op eenentwintig jaar ouderschap van mijn lief en mij.
Mijn familie. Mijn familie van vaders kant is niet voorbeeldig. Ook niet echt harmonieus te noemen. Ingewikkeld eerder. Mijn moeders kant wel. Zij had twee lieve zussen. Daar ga ik nu ook nog heel fijn mee om. Haar ouders, mijn opa en oma, kwamen regelmatig langs en bleven altijd logeren toen ze met hun VW kevertje over de Afsluitdijk naar Groningen kwamen rijden. Ik wachtte altijd buiten op ons plein totdat ik het typische geluidje van de Volkswagen in de verte hoorde. Voor mijn gevoel had mijn oma altijd twee chocolade repen verstopt in de zak van haar keukenschort. Ook nam ze telkens twee babypopjes mee, voor mijn zusje en mij. Ze breidde en haakte er ook altijd kleertjes bij of naaide dekentjes in een schattig slaapmandje. Een keer heeft mijn opa een heel poppenhuis met twee verdiepingen voor mij getimmerd. Een heus piepklein toiletje en douche erin geknutseld van een rode en blauwe punaise en klei. Mijn oma naaide de gordijntjes en het beddengoed. Zo natuurlijk als dat contact met die kant van de familie altijd verliep, zo onnatuurlijk waren de relaties aan mijn vaders kant. Toch herinner ik me ook mijn opa die op zijn motor uit Santpoort naar het hoge Noorden reed. Hij zei altijd dat wij daar achter kranten geplakt zaten… Mijn opa, die in mijn herinnering altijd een pak droeg, kon een goocheltruc met een dubbeltje die in zijn mouw verdween. En wij kregen altijd een koetjesreep van hem en hij vulde onze hand met wat centjes als zakgeld. Mijn vader heeft een periode in een kindertehuis gewoond, omdat zijn moeder te ziek was om voor de kinderen te zorgen. Hij had, eenmaal piepjong getrouwd met mijn moeder, regelmatig langdurig ruzie met zijn vader, zijn zus of een van zijn broers. Altijd met iemand in onmin. Ingewikkelde relaties. Mijn neef die in Zuid-Afrika geboren en getogen is woont nu in Soest. In een prachtige villa met zwembad. Zijn tuin grenst aan een prachtig bos. Toen zijn ouders in 1972 emigreerden naar Zuid-Afrika zouden mijn ouders ze vergezellen. De visa’s waren al aangevraagd. Het pasfotootje voor mijn visum heb ik nog steeds. Ik was toen drie jaar… Mijn moeder durfde op het allerlaatste moment niet mee. Koudwatervrees. Heimwee. Deze neef dus wilde graag de eerste ‘neven- en nichtendag’ organiseren in zijn achtertuin met zwembad. Hij wilde het zonder, zoals hij zelf schreef, gedonder van onze ouders. Mijn ouders leven niet meer. Mijn oudste oom en tante uit Zuid-Afrika wonen op dit moment bij mijn neef en zijn man in de villa. Ik ken mijn neven en nichten eigenlijk nauwelijks. Toch is het wel vertrouwd, omdat hun namen wel altijd genoemd werden binnen ons gezin vroeger. We dragen ook bijna allemaal dezelfde achternaam. En op deze dag herkennen we écht wel de trekjes in elkaars gezichten. Mijn neef had de week voorafgaand toevallig een tas met foto’s en brieven ontvangen van onze jongste oom, het jongste broertje van mijn vader, die helaas al jong overleden was. Er zaten oude, handgeschreven brieven in van mijn opa. En oude foto’s van mijn vader en moeder samen. “Jeetje, wat had jij een knappe vader zeg!” zegt mijn neef vanuit de grond van zijn hart. Dat klopt ook wel. Altijd hordes vrouwen om hem heen. Mijn ouders zijn veel te snel en te jong getrouwd. En weer gescheiden. Een ieder van ons heeft op deze eerste ‘neven- en nichtendag’ zijn eigen familiegeschiedenis mee te dragen. De levensstroom loopt van voorouders, overgrootouders, grootouders, ouders naar kinderen en kleinkinderen. Iedereen heeft zijn eigen plaats. Ondanks dat het voor mij bijna half-vreemden waren delen wij wél gezamenlijk dezelfde opa en oma. En onze ouders kwamen uit hetzelfde gezin waarbij hun moeder veel te jong overleed aan kanker en hun vader lange tijd twee banen had om in de medicijnen van zijn vrouw te kunnen voorzien. Je familiegeschiedenis bepaalt samen met de ervaringen uit je huidig eigen leven hoe je naar de wereld en naar anderen kijkt. Best interessant om zo eens je licht op je familieleden te laten schijnen.
zondag 2 juni 2019
Een doos vol liefde...
“Pause, breathe, and lift, undefined, what is possible. Let the feeling of celebration come upon you, even if you do not comprehend cerebral reasons to justify it. For from that center, it will generate its own, able to carry you, until the original ones manifest, from that very portal you chose to fashion, unrestricted.”
― Tom Althouse
Vol adrenaline komen we diep in de nacht thuis. Mijn lief en ik kunnen écht nog niet slapen. De beplakte doos met foto’s uit de Andes in Peru staat lonkend op tafel…. Helemaal gevuld met enveloppen. Felicitaties. Donaties. We zetten een kop relaxing tea, kijken elkaar aan…”Zullen we?” En dan trekt mijn lief de doos naar zich toe en begint de eerste enveloppe te openen. Het blijkt een doos vol liefde! Allemaal lieve woorden op mooie kaarten… En allemaal donaties voor ons goede doel in Peru. Het voelt precies als toen we na de bruiloft samen de enveloppes openden op het grote bed. We leggen alle briefjes op een stapel. En daarna tellen we over de negenhonderd euro! We leggen zelf de rest bij tot het mooie bedrag van duizend euro. Op onze felicitaties aan Simone van de Peruaanse stichting Por Eso! krijgen we een (zoals ze zelf schrijft) HEEL blije reactie. Ze had net koffie voor het team gemaakt en had meteen ons nieuws met het team gedeeld. Voor hen is het zó motiverend om te horen wat voor een prachtige initiatieven er bestaan. Daarna gingen ze allemaal weer naar de dorpen. Sommige bouwen daar kassen met de families en anderen geven les aan de leraren en leerlingen op school. Zo leuk dat we zélf de mensen van de stichting ontmoet hebben en één van de dorpen waar ze werken bezocht hebben. De ochtend na ons feest ontbijten er veel mensen aan onze lange tafel. Mijn lief, ik en onze Mexicaanse vrienden vertrekken eind van de ochtend naar het Belgische Brugge. Voor onze verjaardag hadden we, naast een gulle schenking, een hotelovernachting van ze gekregen. Midden in het oude centrum. We keuvelen daar wat met z’n viertjes en genieten ondertussen na van het feest. We zitten op zonnige terrasjes, kopen Belgische bonbons en eten verschrikkelijk lekker op een buitenterras. We lachen wat af. Ik plof die avond doodmoe van alle aandacht en gezelschap als een blok in slaap. De volgende ochtend zitten mijn lief en ik oneindig lang in het warme hotelbad. We bespreken steeds leuke herinneringen aan het feest. Hoe we hebben gelachen. Hoe lekker de hapjes waren. Hoe gezellig de bar was. Hoe lief en aardig iedereen tegen ons was. Dat het café precies de juiste grootte had. Hoe fantastisch gul de donaties waren voor ons goede doel. Hoe gezellig iedereen het met elkaar had. Hoe heerlijk er gedanst werd. Hoe blij we zijn met de feestfoto’s. Hoe fijn het was om met allemaal te proosten op de liefde, vriendschap en het leven. Hoe goed de muziek was die DJ Bart draaide. Ik voelde me heel gelukkig in dat warme bad in Brugge. Met mijn lief. En in de hotelkamer ernaast de aanwezigheid van onze verschrikkelijk lieve vrienden. We ontbijten nog zeer uitgebreid met elkaar in het hotel. Goede gesprekken. Plezier. Uiteindelijk nemen we afscheid, in Brugge. Zij reizen nog een weekje door België. Ik ga thuis lekker in mijn joggingbroek achter de computer naar de feestfoto’s kijken. Allemaal blije mensen op de foto’s. Mijn hart verwarmt. Zó wilden wij onze mijlpaal vieren. Omringd door de mensen die we liefhebben. We hebben deze avond en nacht ons leven gevierd. Onvergetelijk. Zeker ook door de foto’s die ik in een mooi album zal plakken. Deze herinnering blijft voor eeuwig. Van mijn Mexicaanse vriendin krijg ik een lieve kaart uit België dat ze nooit zullen vergeten dat ze dit met ons hebben mogen vieren. Dat is wederzijds. Dankbaarheid.
Een nadeel van mijn werk in de zorg is dat feestdagen gewoon werkdagen zijn en dat je dus niet automatisch vrij bent. Zo kwam het dat ik dit jaar tot nu toe de feestdagen die op doordeweekse dagen vielen gewoon gewerkt had. Gewoon onoplettendheid. Daarom ben ik na Pasen eens goed in mijn agenda gaan kijken en heb ik bewust wat vrije dagen opgenomen. Hemelvaartsdag was ik vrij. Net als onze meiden en mijn lief. Wat gaan we doen? De weersvoorspellingen waren maar zo-zo dus we hadden een bezoek aan de oudste stad van Nederland bedacht. Dordrecht. Food festival. Hoe dichter bij de dag kwam hoe beter de weersvoorspellingen werden. Woensdagmiddag besloten we spontaan de plannen om te gooien en naar het strand te gaan. De plek waar we allemaal enorm kunnen genieten. Scheveningen. Een strandwandeling. Voetbal mee. Schoenen uit. Balletje schieten. Beetje rustig kletsen. Aandacht voor elkaar. Een visje op de boulevard. En ik neem ook altijd een paar handdoeken mee om lekker op neer te ploffen op het zand. Zo kwam het dat we Hemelvaartsdag oudste dochter oppikten van de Erasmus waar ze in een groepje aan haar thesis werkte. Met ons complete gezin zochten we de zon op. Heerlijk. We ploften op de handdoeken lekker dicht bij elkaar. De zon warmde ons op. We kletsten en lachten wat af. Heel ontspannen. Op onze rug of onze buik. Ogen gesloten. Ik hoorde de plannen voor de zomer nog een keer langsgaan. Reisjes naar verre vrienden. Oudste naar Berlijn. Middelste naar Londen. Jongste naar Amsterdam. Allemaal om hun Mexicaanse vrienden te ontmoeten. Laatste examen voor oudste. Afstudeerdatum. Rijlessen. Middelste heeft sollicitaties voor een zomerbaan. Jongste heeft een laatste proefwerkweek. We fantaseren ook over Noorwegen. Ze gaan allemaal mee. We zetten de trend relaxt voort bij een strandpaviljoen waar we lekker buiten eten. Eenmaal thuis voeg ik de daad bij het woord. Ik reserveer maar meteen twee keer een oversteek van Kopenhagen naar Oslo en terug van Oslo naar Frederikshaven. Twee nachten op een groot cruiseschip… Over zes weekjes vertrekken we al!
― Tom Althouse
Vol adrenaline komen we diep in de nacht thuis. Mijn lief en ik kunnen écht nog niet slapen. De beplakte doos met foto’s uit de Andes in Peru staat lonkend op tafel…. Helemaal gevuld met enveloppen. Felicitaties. Donaties. We zetten een kop relaxing tea, kijken elkaar aan…”Zullen we?” En dan trekt mijn lief de doos naar zich toe en begint de eerste enveloppe te openen. Het blijkt een doos vol liefde! Allemaal lieve woorden op mooie kaarten… En allemaal donaties voor ons goede doel in Peru. Het voelt precies als toen we na de bruiloft samen de enveloppes openden op het grote bed. We leggen alle briefjes op een stapel. En daarna tellen we over de negenhonderd euro! We leggen zelf de rest bij tot het mooie bedrag van duizend euro. Op onze felicitaties aan Simone van de Peruaanse stichting Por Eso! krijgen we een (zoals ze zelf schrijft) HEEL blije reactie. Ze had net koffie voor het team gemaakt en had meteen ons nieuws met het team gedeeld. Voor hen is het zó motiverend om te horen wat voor een prachtige initiatieven er bestaan. Daarna gingen ze allemaal weer naar de dorpen. Sommige bouwen daar kassen met de families en anderen geven les aan de leraren en leerlingen op school. Zo leuk dat we zélf de mensen van de stichting ontmoet hebben en één van de dorpen waar ze werken bezocht hebben. De ochtend na ons feest ontbijten er veel mensen aan onze lange tafel. Mijn lief, ik en onze Mexicaanse vrienden vertrekken eind van de ochtend naar het Belgische Brugge. Voor onze verjaardag hadden we, naast een gulle schenking, een hotelovernachting van ze gekregen. Midden in het oude centrum. We keuvelen daar wat met z’n viertjes en genieten ondertussen na van het feest. We zitten op zonnige terrasjes, kopen Belgische bonbons en eten verschrikkelijk lekker op een buitenterras. We lachen wat af. Ik plof die avond doodmoe van alle aandacht en gezelschap als een blok in slaap. De volgende ochtend zitten mijn lief en ik oneindig lang in het warme hotelbad. We bespreken steeds leuke herinneringen aan het feest. Hoe we hebben gelachen. Hoe lekker de hapjes waren. Hoe gezellig de bar was. Hoe lief en aardig iedereen tegen ons was. Dat het café precies de juiste grootte had. Hoe fantastisch gul de donaties waren voor ons goede doel. Hoe gezellig iedereen het met elkaar had. Hoe heerlijk er gedanst werd. Hoe blij we zijn met de feestfoto’s. Hoe fijn het was om met allemaal te proosten op de liefde, vriendschap en het leven. Hoe goed de muziek was die DJ Bart draaide. Ik voelde me heel gelukkig in dat warme bad in Brugge. Met mijn lief. En in de hotelkamer ernaast de aanwezigheid van onze verschrikkelijk lieve vrienden. We ontbijten nog zeer uitgebreid met elkaar in het hotel. Goede gesprekken. Plezier. Uiteindelijk nemen we afscheid, in Brugge. Zij reizen nog een weekje door België. Ik ga thuis lekker in mijn joggingbroek achter de computer naar de feestfoto’s kijken. Allemaal blije mensen op de foto’s. Mijn hart verwarmt. Zó wilden wij onze mijlpaal vieren. Omringd door de mensen die we liefhebben. We hebben deze avond en nacht ons leven gevierd. Onvergetelijk. Zeker ook door de foto’s die ik in een mooi album zal plakken. Deze herinnering blijft voor eeuwig. Van mijn Mexicaanse vriendin krijg ik een lieve kaart uit België dat ze nooit zullen vergeten dat ze dit met ons hebben mogen vieren. Dat is wederzijds. Dankbaarheid.
Een nadeel van mijn werk in de zorg is dat feestdagen gewoon werkdagen zijn en dat je dus niet automatisch vrij bent. Zo kwam het dat ik dit jaar tot nu toe de feestdagen die op doordeweekse dagen vielen gewoon gewerkt had. Gewoon onoplettendheid. Daarom ben ik na Pasen eens goed in mijn agenda gaan kijken en heb ik bewust wat vrije dagen opgenomen. Hemelvaartsdag was ik vrij. Net als onze meiden en mijn lief. Wat gaan we doen? De weersvoorspellingen waren maar zo-zo dus we hadden een bezoek aan de oudste stad van Nederland bedacht. Dordrecht. Food festival. Hoe dichter bij de dag kwam hoe beter de weersvoorspellingen werden. Woensdagmiddag besloten we spontaan de plannen om te gooien en naar het strand te gaan. De plek waar we allemaal enorm kunnen genieten. Scheveningen. Een strandwandeling. Voetbal mee. Schoenen uit. Balletje schieten. Beetje rustig kletsen. Aandacht voor elkaar. Een visje op de boulevard. En ik neem ook altijd een paar handdoeken mee om lekker op neer te ploffen op het zand. Zo kwam het dat we Hemelvaartsdag oudste dochter oppikten van de Erasmus waar ze in een groepje aan haar thesis werkte. Met ons complete gezin zochten we de zon op. Heerlijk. We ploften op de handdoeken lekker dicht bij elkaar. De zon warmde ons op. We kletsten en lachten wat af. Heel ontspannen. Op onze rug of onze buik. Ogen gesloten. Ik hoorde de plannen voor de zomer nog een keer langsgaan. Reisjes naar verre vrienden. Oudste naar Berlijn. Middelste naar Londen. Jongste naar Amsterdam. Allemaal om hun Mexicaanse vrienden te ontmoeten. Laatste examen voor oudste. Afstudeerdatum. Rijlessen. Middelste heeft sollicitaties voor een zomerbaan. Jongste heeft een laatste proefwerkweek. We fantaseren ook over Noorwegen. Ze gaan allemaal mee. We zetten de trend relaxt voort bij een strandpaviljoen waar we lekker buiten eten. Eenmaal thuis voeg ik de daad bij het woord. Ik reserveer maar meteen twee keer een oversteek van Kopenhagen naar Oslo en terug van Oslo naar Frederikshaven. Twee nachten op een groot cruiseschip… Over zes weekjes vertrekken we al!
zondag 26 mei 2019
Samen honderd jaar!
Life is a party, what we make of it, and partly what it made by the friends we choose.
- Tennessee Williams
Ik krijg een fotootje op mijn mobiel. Van het station in Breda. “Holooo! Estamos!” Onze vrienden uit Mexico zijn aangekomen op het station. Te vroeg. Mijn lief is net onderweg naar huis van zijn werk. Hij stapt bij mij in de auto en we gaan op weg. Toeterend rijd ik op ze af. Ze springt op een bankje zodat we elkaar goed kunnen omhelzen. Ze zijn er gewoon! Dertien maanden geleden hebben we elkaar voor het laatst gezien. Op hun bruiloft in Mexico. Na een avond eten en bij praten gaat mijn ‘oude’ yogajuf de volgende ochtend met mij mee naar een yogales. Ze geniet. Ze is zelf gestopt met haar yogaschool dus zo’n lesje samen was heel welkom. Ze smeerde vooraf wat essentiële olie op mijn oorlellen, dezelfde geur als in Mexico. Automatisch dwaalden mijn gedachten steeds af naar onze jaren in Mexico… Na de lunch fietsen we door het oude Mastbos. Ze zijn zo dankbaar dat we hen meenemen naar zo’n plek. We rijden langs meren, over zandpaden, langs de heide en ondertussen blijft de zon maar schijnen. De zon die eigenlijk helemaal niet voorspeld was. Wat een cadeau! Zelf zie ik alles ineens door hun enthousiaste ogen. We krijgen vragen over de namen van de bomen. Ze hebben nog nooit zoveel grote loofbomen bij elkaar gezien! We vertellen de geschiedenis van het bos dat zeshonderd jaar geleden aangelegd is om te jagen. Ze stoppen regelmatig voor een fotootje. We zitten een hele tijd op een zonovergoten terras met iets kouds te drinken en een typisch Hollands portie bitterballen. Eind van de middag fietsen we dwars door het bos naar een pannenkoekenhuis aan de rand van het bos. We kiezen langdurig uit de uitgebreide menukaart die helemaal naar het Spaans vertaald moet worden. Zij smullen. Wij genieten. Dan fietsen we in de avond in het zachte avondlicht door de weilanden naar huis. Wat is Holland toch mooi! Zij raken niet uitgekeken op al het verse groen. In Mexico is alles geel en dor. We rijden na thuiskomst nog even naar Rotterdam om onze kittens uit logeren te brengen vanwege alle logees die komen slapen. Ze gaan graag mee. We rijden een stukje door de moderne stad. We vertellen over de bombardementen in de oorlog en rijden langs en over de legendarische Erasmusbrug. We zoeken de achtergrond van filosoof Erasmus op. We zien de wereldbekende havens. Ze maken prachtige foto’s van de ondergaande zon over de Maas. Na thuiskomst krijgen we het langverwachte telefoontje. De ballonvaart bij zonsopgang gaat door! Ze moeten de volgende dag samen om vijf uur in de ochtend bij het kantoor zijn. Mijn eega is zo lief om deze avond de route nog even met ze te oefenen. Meerdere keertjes. Zodat ze zelf zo bijzonder vroeg kunnen opstaan en met onze auto daarheen kunnen rijden.
Een tuintafel vol mensen die in drie talen gezellig met elkaar praten. Onder de parasol. Een grote zomerse salade op tafel. De zon is nog warm. We eten met negen mensen. Sommige in zomerse feestjurkjes en ik met mijn haar leuk opgestoken door de kapper. Ik ga alvast van tafel. Ik ben de laatste die zich nog moet omkleden. Een paar uur eerder lag ik met mijn Mexicaanse vriendin op onze ligbedjes met maskers op ons gezicht en onze handen in een handschoentje vol handcrème. "For old times sake" zei ze toen ze het voorstelde. Toen mijn vriendin vorig jaar trouwde reden we samen in de auto met gezichtsmaskers op ons gezicht naar de kapper waar we werden gekapt. Deze keer gingen we lekker op de fiets, dus maskertjes maar even thuis laten! Zo vertrokken we begin van de avond met auto's en fietsen naar de bar waar we ons feest zouden vieren. De DJ was al helemaal klaar voor de muziek. Mijn vriendin die de catering verzorgde had alles al binnen gebracht. Helaas mocht ze haar oventje niet in het stopcontact steken vanwege het hoge voltage. Ze raakte gelukkig niet gestresst. Langzaam druppelden de gasten binnen. Eerst in de stadstuin achter de bar, niet veel later liep het binnen vol. Iedereen kwam voor óns. Dat gaf een heel rijk gevoel. Rond tienen hielden we een speech voor onze zeventig gasten met een heuse microfoon. Iedereen had een glas cava met vrolijke granaatappelpitjes in de hand. De muziek ging daarna wat luider en toen er uiteindelijk genoeg gedronken was gingen de voetjes van de vloer! Tot half twee hebben we gedanst, gelachen en gepraat met iedereen. Hoe leuk om sommigen na vele jaren weer te zien zoals de vrienden uit onze Amsterdamse studententijd. Ze verrasten ons met twee tickets voor een concert in Paradiso. Rowwen Hèze. For old times sake. Vierentwintig jaar geleden ging mijn lief voor zijn vrijgezellenfeest óók naar dit concert. Het jaar daarna gingen we met deze vriendengroep naar hetzelfde concert. Heel bijzonder dat we dit deze nazomer nóg een keer met elkaar gaan doen! Ook een reünie van onze vriendengroep uit Madrid. Wij zijn als groep expats zo gelukkig geweest destijds. Dat we nu, tien jaar later, nog steeds tijd met elkaar doorbrengen. Één stel kwam zelfs uit Engeland overvliegen om ons feest mee te vieren. Veel van onze buurtjes uit de straat waren er natuurlijk ook. En dat zelfs onze oude buurtjes uit België over kwamen zegt denk ik wel iets over de goede band die we onderling als buren hebben. Als verjaardagscadeau hebben we een donatie van duizend euro mogen schenken aan de stichting Por Eso!. Heel trots en dankbaar! En zo voelen we ons sowieso met zoveel mooie, lieve mensen om ons heen.
- Tennessee Williams
Ik krijg een fotootje op mijn mobiel. Van het station in Breda. “Holooo! Estamos!” Onze vrienden uit Mexico zijn aangekomen op het station. Te vroeg. Mijn lief is net onderweg naar huis van zijn werk. Hij stapt bij mij in de auto en we gaan op weg. Toeterend rijd ik op ze af. Ze springt op een bankje zodat we elkaar goed kunnen omhelzen. Ze zijn er gewoon! Dertien maanden geleden hebben we elkaar voor het laatst gezien. Op hun bruiloft in Mexico. Na een avond eten en bij praten gaat mijn ‘oude’ yogajuf de volgende ochtend met mij mee naar een yogales. Ze geniet. Ze is zelf gestopt met haar yogaschool dus zo’n lesje samen was heel welkom. Ze smeerde vooraf wat essentiële olie op mijn oorlellen, dezelfde geur als in Mexico. Automatisch dwaalden mijn gedachten steeds af naar onze jaren in Mexico… Na de lunch fietsen we door het oude Mastbos. Ze zijn zo dankbaar dat we hen meenemen naar zo’n plek. We rijden langs meren, over zandpaden, langs de heide en ondertussen blijft de zon maar schijnen. De zon die eigenlijk helemaal niet voorspeld was. Wat een cadeau! Zelf zie ik alles ineens door hun enthousiaste ogen. We krijgen vragen over de namen van de bomen. Ze hebben nog nooit zoveel grote loofbomen bij elkaar gezien! We vertellen de geschiedenis van het bos dat zeshonderd jaar geleden aangelegd is om te jagen. Ze stoppen regelmatig voor een fotootje. We zitten een hele tijd op een zonovergoten terras met iets kouds te drinken en een typisch Hollands portie bitterballen. Eind van de middag fietsen we dwars door het bos naar een pannenkoekenhuis aan de rand van het bos. We kiezen langdurig uit de uitgebreide menukaart die helemaal naar het Spaans vertaald moet worden. Zij smullen. Wij genieten. Dan fietsen we in de avond in het zachte avondlicht door de weilanden naar huis. Wat is Holland toch mooi! Zij raken niet uitgekeken op al het verse groen. In Mexico is alles geel en dor. We rijden na thuiskomst nog even naar Rotterdam om onze kittens uit logeren te brengen vanwege alle logees die komen slapen. Ze gaan graag mee. We rijden een stukje door de moderne stad. We vertellen over de bombardementen in de oorlog en rijden langs en over de legendarische Erasmusbrug. We zoeken de achtergrond van filosoof Erasmus op. We zien de wereldbekende havens. Ze maken prachtige foto’s van de ondergaande zon over de Maas. Na thuiskomst krijgen we het langverwachte telefoontje. De ballonvaart bij zonsopgang gaat door! Ze moeten de volgende dag samen om vijf uur in de ochtend bij het kantoor zijn. Mijn eega is zo lief om deze avond de route nog even met ze te oefenen. Meerdere keertjes. Zodat ze zelf zo bijzonder vroeg kunnen opstaan en met onze auto daarheen kunnen rijden.
Een tuintafel vol mensen die in drie talen gezellig met elkaar praten. Onder de parasol. Een grote zomerse salade op tafel. De zon is nog warm. We eten met negen mensen. Sommige in zomerse feestjurkjes en ik met mijn haar leuk opgestoken door de kapper. Ik ga alvast van tafel. Ik ben de laatste die zich nog moet omkleden. Een paar uur eerder lag ik met mijn Mexicaanse vriendin op onze ligbedjes met maskers op ons gezicht en onze handen in een handschoentje vol handcrème. "For old times sake" zei ze toen ze het voorstelde. Toen mijn vriendin vorig jaar trouwde reden we samen in de auto met gezichtsmaskers op ons gezicht naar de kapper waar we werden gekapt. Deze keer gingen we lekker op de fiets, dus maskertjes maar even thuis laten! Zo vertrokken we begin van de avond met auto's en fietsen naar de bar waar we ons feest zouden vieren. De DJ was al helemaal klaar voor de muziek. Mijn vriendin die de catering verzorgde had alles al binnen gebracht. Helaas mocht ze haar oventje niet in het stopcontact steken vanwege het hoge voltage. Ze raakte gelukkig niet gestresst. Langzaam druppelden de gasten binnen. Eerst in de stadstuin achter de bar, niet veel later liep het binnen vol. Iedereen kwam voor óns. Dat gaf een heel rijk gevoel. Rond tienen hielden we een speech voor onze zeventig gasten met een heuse microfoon. Iedereen had een glas cava met vrolijke granaatappelpitjes in de hand. De muziek ging daarna wat luider en toen er uiteindelijk genoeg gedronken was gingen de voetjes van de vloer! Tot half twee hebben we gedanst, gelachen en gepraat met iedereen. Hoe leuk om sommigen na vele jaren weer te zien zoals de vrienden uit onze Amsterdamse studententijd. Ze verrasten ons met twee tickets voor een concert in Paradiso. Rowwen Hèze. For old times sake. Vierentwintig jaar geleden ging mijn lief voor zijn vrijgezellenfeest óók naar dit concert. Het jaar daarna gingen we met deze vriendengroep naar hetzelfde concert. Heel bijzonder dat we dit deze nazomer nóg een keer met elkaar gaan doen! Ook een reünie van onze vriendengroep uit Madrid. Wij zijn als groep expats zo gelukkig geweest destijds. Dat we nu, tien jaar later, nog steeds tijd met elkaar doorbrengen. Één stel kwam zelfs uit Engeland overvliegen om ons feest mee te vieren. Veel van onze buurtjes uit de straat waren er natuurlijk ook. En dat zelfs onze oude buurtjes uit België over kwamen zegt denk ik wel iets over de goede band die we onderling als buren hebben. Als verjaardagscadeau hebben we een donatie van duizend euro mogen schenken aan de stichting Por Eso!. Heel trots en dankbaar! En zo voelen we ons sowieso met zoveel mooie, lieve mensen om ons heen.
zondag 19 mei 2019
Cats worshipped as gods
“In ancient times cats were worshipped as gods; they have not forgotten this.”
– Terry Pratchett
Onze poes wandelt onwetend de ‘babykamer’ in. Slaapkamer van middelste kind en nu gebombardeerd tot ‘babykamer’. Onze twee kittens van negen weken oud verblijven daar. Het blijkt beter te zijn. Dat de kittens eerst even op een eigen kamer wennen aan hun nieuwe omgeving is het beste advies van gedragsdeskundigen van katten. Ons lijkt het ook veiliger dan twee piepkleine bolletjes door het huis te laten dwalen en kwijt te raken. Hun tweede dag in ons huis laten we onze poes van tien jaar oud op eigen houtje de ‘babykamer’ betreden. Hoopvol. In eerste instantie kijkt ze een beetje verrast naar een van de kittens. Dan komt uit het niets de tweede kitten vrolijk aanlopen en reageert de poes met gejank en een hoge rug. De kittens reageren instinctief ook meteen met een dik staartje. Hoe schattig eigenlijk. Maar dit is een serieuze zaak. We houden ons hart vast en dan begint de poes te blazen. Foute boel. En om het niet tot een gevecht te laten komen halen we de poes gauw weg. Nu zou je volgens de kattengedragsdeskundige weer twee dagen moeten wachten voor een nieuwe poging. Er deed zich echter een momentje voor die we wilden benutten. De poes zat buiten in de voortuin en de kittens keken uit het raam in de voorkamer. Op de vensterbank. Tot mijn grote vreugde keek de poes naar binnen en zag de kittens. Ze sprong nieuwsgierig naar de vensterbank aan de buitenkant. Er was oogcontact. Geen blazen. Geen janken. Toen sprong ze weer naar beneden en zat vervolgens verongelijkt nog een paar uur in de voortuin. De kittens lijken echter nergens last van te hebben. Spelen net zo vrolijk door. Ze zijn natuurlijk samen. Op een dag vroeg in de ochtend zit de poes aan de andere kant van de ‘babykamerdeur’ stiekem te luisteren naar het geluid van de spelende kittens. Als ik de deur voorzichtig op een kier zet stuift ze echter weg! Ik lees me ondertussen suf op websites en in dierenboekjes hoe je een eerste traumatische kennismaking kan voorkomen. Ik lees feitjes als dat het soms maanden kan duren voordat ze elkaar verdragen in huis. Ik hoor verhalen dat ze elkaar nooit verdragen en ieder een eigen territorium vinden in huis. Eén op zolder en twee beneden bijvoorbeeld. Dat is écht niet onze bedoeling. We willen ze gezellig bij elkaar in de huiskamer. Het liefst zelfs gedrieën tegen elkaar aan slapend op de zitkussen. Zoals ons vorige tweetal dat ook altijd deed…. Het draait bij katten eigenlijk allemaal om geur en geduld. Dus laten we de kittens soms ergens anders in huis spelen zodat de poes hun geur overal terug vindt. Zodra het mooi weer is laten we de kittens in ons bijzijn op het grasveld spelen in de achtertuin. De poes in de tuin rent niet meteen weg. Loopt wel achteruit naar een hoger plekje en kijkt uit de hoogte toe. Heel kort. Dan stuift ze weg. Een andere dag heb ik de kittens in mijn handen en ligt de poes relaxt te zonnen op een tuinkussen in de tuin. Als ik buk en de kittens in mijn handen laat zien, blijft ze zowaar op het kussen liggen. Ze kijkt een tijdje naar de hummeltjes veilig in mijn handen en springt dan op de grond en kijkt nog even veilig van een afstandje naar het grasveldje met spelende kittens voordat ze via het dak van de garage vertrekt. Het zijn ieniemienie muizenstapjes vooruit, maar in ieder geval vooruit. Het romantische idee dat ze meteen in elkaars pootjes in slaap zouden vallen heb ik laten varen. Dit wordt een wekenlang, al dan niet maandenlang, project die veel energie, beleid en geduld gaat vergen. Maar eenmaal goed uitgevoerd kunnen we daar nog jarenlang plezier van hebben. En de katten ook!
Negen maanden geleden reden we met onze volgeladen hippiebus en volgepropte stationwagon naar Middelburg om onze tweede dochter te verhuizen naar een studentenkamer. Amper terug van onze roadtrip door Slovenië waren we al aan het sjouwen, schoonmaken en klussen in haar kamer. En vanmorgen reden we dezelfde route naar Middelburg om haar weer op te halen van haar studentenkamertje. Het eerste studiejaar zit er alweer op. Ze heeft het prachtig voltooid. Mooie cijfers, maar ook veel nieuwe vrienden gemaakt. Ze is na een presentatie op een podium in een studentensoos gekozen tot chair van de sportactiviteiten van de uni. Ze werd met veel gejuich en applaus beëdigd. Een nacht van ontgroening volgde. Haar eerste vergadering in de rol van chair heeft ze al moeten openen. Ook is ze aangesloten bij de studenten vrijwilligersorganisatie van Amnesty International. Zo stond ze op Bevrijdingsdag in het Zeeuwse Vlissingen met een kraam. Ook zal ze het komende studiejaar op maandelijkse basis bij ‘Movies that matter’ film of documentaire over mensenrechten een gastspreker moeten uitnodigen voor een discussie met het publiek. In Middelburg. En zorgen dat er voldoende animo voor is middels filmposters enzo. Wat is ze volwassen geworden en gegroeid! Ze heeft grenzen verlegd met in het openbaar spreken. Met onbekende mensen aanspreken. Met socializen in grote groepen met voor haar (nog) onbekende mensen. Haar eerste jaar zit er op. Nu woont ze lekker weer ruim drie maanden thuis bij haar zusje en ouders. Ze gaat, net als haar oudste zus trouwens, mee met ons en de bus een maand door Denemarken en Noorwegen reizen. Oudste gaan we de komende tijd ook veel zien, want ze heeft aankomende week haar eerste autorijles. Ons kind is nog niet eens afgestudeerd en heeft al een baan! Ze heeft haar rijbewijs daarbij nodig dus dat probleem gaat ze deze zomer in Breda tackelen. Zo eten onze kinderen deze zomer ineens weer heel vaak mee aan onze eettafel! Na een lange lunch op een heerlijk zonnig terras van een strandpaviljoen in Dishoek rijden we naar haar campus in Middelburg. Veel volle weekendtassen en shoppers vol kleding, schoenen, boeken, jassen, een hoofdkussen en wat potten met planten worden ingeladen. Ze gaat in Breda een zomerbaan zoeken en veel tijd met de kittens doorbrengen. Ze heeft er zin in!
– Terry Pratchett
Onze poes wandelt onwetend de ‘babykamer’ in. Slaapkamer van middelste kind en nu gebombardeerd tot ‘babykamer’. Onze twee kittens van negen weken oud verblijven daar. Het blijkt beter te zijn. Dat de kittens eerst even op een eigen kamer wennen aan hun nieuwe omgeving is het beste advies van gedragsdeskundigen van katten. Ons lijkt het ook veiliger dan twee piepkleine bolletjes door het huis te laten dwalen en kwijt te raken. Hun tweede dag in ons huis laten we onze poes van tien jaar oud op eigen houtje de ‘babykamer’ betreden. Hoopvol. In eerste instantie kijkt ze een beetje verrast naar een van de kittens. Dan komt uit het niets de tweede kitten vrolijk aanlopen en reageert de poes met gejank en een hoge rug. De kittens reageren instinctief ook meteen met een dik staartje. Hoe schattig eigenlijk. Maar dit is een serieuze zaak. We houden ons hart vast en dan begint de poes te blazen. Foute boel. En om het niet tot een gevecht te laten komen halen we de poes gauw weg. Nu zou je volgens de kattengedragsdeskundige weer twee dagen moeten wachten voor een nieuwe poging. Er deed zich echter een momentje voor die we wilden benutten. De poes zat buiten in de voortuin en de kittens keken uit het raam in de voorkamer. Op de vensterbank. Tot mijn grote vreugde keek de poes naar binnen en zag de kittens. Ze sprong nieuwsgierig naar de vensterbank aan de buitenkant. Er was oogcontact. Geen blazen. Geen janken. Toen sprong ze weer naar beneden en zat vervolgens verongelijkt nog een paar uur in de voortuin. De kittens lijken echter nergens last van te hebben. Spelen net zo vrolijk door. Ze zijn natuurlijk samen. Op een dag vroeg in de ochtend zit de poes aan de andere kant van de ‘babykamerdeur’ stiekem te luisteren naar het geluid van de spelende kittens. Als ik de deur voorzichtig op een kier zet stuift ze echter weg! Ik lees me ondertussen suf op websites en in dierenboekjes hoe je een eerste traumatische kennismaking kan voorkomen. Ik lees feitjes als dat het soms maanden kan duren voordat ze elkaar verdragen in huis. Ik hoor verhalen dat ze elkaar nooit verdragen en ieder een eigen territorium vinden in huis. Eén op zolder en twee beneden bijvoorbeeld. Dat is écht niet onze bedoeling. We willen ze gezellig bij elkaar in de huiskamer. Het liefst zelfs gedrieën tegen elkaar aan slapend op de zitkussen. Zoals ons vorige tweetal dat ook altijd deed…. Het draait bij katten eigenlijk allemaal om geur en geduld. Dus laten we de kittens soms ergens anders in huis spelen zodat de poes hun geur overal terug vindt. Zodra het mooi weer is laten we de kittens in ons bijzijn op het grasveld spelen in de achtertuin. De poes in de tuin rent niet meteen weg. Loopt wel achteruit naar een hoger plekje en kijkt uit de hoogte toe. Heel kort. Dan stuift ze weg. Een andere dag heb ik de kittens in mijn handen en ligt de poes relaxt te zonnen op een tuinkussen in de tuin. Als ik buk en de kittens in mijn handen laat zien, blijft ze zowaar op het kussen liggen. Ze kijkt een tijdje naar de hummeltjes veilig in mijn handen en springt dan op de grond en kijkt nog even veilig van een afstandje naar het grasveldje met spelende kittens voordat ze via het dak van de garage vertrekt. Het zijn ieniemienie muizenstapjes vooruit, maar in ieder geval vooruit. Het romantische idee dat ze meteen in elkaars pootjes in slaap zouden vallen heb ik laten varen. Dit wordt een wekenlang, al dan niet maandenlang, project die veel energie, beleid en geduld gaat vergen. Maar eenmaal goed uitgevoerd kunnen we daar nog jarenlang plezier van hebben. En de katten ook!
Negen maanden geleden reden we met onze volgeladen hippiebus en volgepropte stationwagon naar Middelburg om onze tweede dochter te verhuizen naar een studentenkamer. Amper terug van onze roadtrip door Slovenië waren we al aan het sjouwen, schoonmaken en klussen in haar kamer. En vanmorgen reden we dezelfde route naar Middelburg om haar weer op te halen van haar studentenkamertje. Het eerste studiejaar zit er alweer op. Ze heeft het prachtig voltooid. Mooie cijfers, maar ook veel nieuwe vrienden gemaakt. Ze is na een presentatie op een podium in een studentensoos gekozen tot chair van de sportactiviteiten van de uni. Ze werd met veel gejuich en applaus beëdigd. Een nacht van ontgroening volgde. Haar eerste vergadering in de rol van chair heeft ze al moeten openen. Ook is ze aangesloten bij de studenten vrijwilligersorganisatie van Amnesty International. Zo stond ze op Bevrijdingsdag in het Zeeuwse Vlissingen met een kraam. Ook zal ze het komende studiejaar op maandelijkse basis bij ‘Movies that matter’ film of documentaire over mensenrechten een gastspreker moeten uitnodigen voor een discussie met het publiek. In Middelburg. En zorgen dat er voldoende animo voor is middels filmposters enzo. Wat is ze volwassen geworden en gegroeid! Ze heeft grenzen verlegd met in het openbaar spreken. Met onbekende mensen aanspreken. Met socializen in grote groepen met voor haar (nog) onbekende mensen. Haar eerste jaar zit er op. Nu woont ze lekker weer ruim drie maanden thuis bij haar zusje en ouders. Ze gaat, net als haar oudste zus trouwens, mee met ons en de bus een maand door Denemarken en Noorwegen reizen. Oudste gaan we de komende tijd ook veel zien, want ze heeft aankomende week haar eerste autorijles. Ons kind is nog niet eens afgestudeerd en heeft al een baan! Ze heeft haar rijbewijs daarbij nodig dus dat probleem gaat ze deze zomer in Breda tackelen. Zo eten onze kinderen deze zomer ineens weer heel vaak mee aan onze eettafel! Na een lange lunch op een heerlijk zonnig terras van een strandpaviljoen in Dishoek rijden we naar haar campus in Middelburg. Veel volle weekendtassen en shoppers vol kleding, schoenen, boeken, jassen, een hoofdkussen en wat potten met planten worden ingeladen. Ze gaat in Breda een zomerbaan zoeken en veel tijd met de kittens doorbrengen. Ze heeft er zin in!
zondag 12 mei 2019
Hartverwarmend
En alleen de vogels vliegen van Oost- naar West-Berlijn
Worden niet teruggefloten, ook niet neergeschoten
Over de muur, over het ijzeren gordijn
Omdat ze soms in het westen, soms ook in het oosten willen zijn
- Harry Jekkers
Wij laten de meiden achter in een Indonesisch restaurant met koffie, thee, ijs en gebakken banaan. Wij stappen op, nemen afscheid van de gezelligheid aan tafel en lopen naar het theater. De vijftigste verjaardag van mijn lief vieren we hier in Roosendaal. Na veel gehannes om een afspraak met z’n vijven te maken kozen we voor Roosendaal. Ik bleek voor deze avond maanden geleden al een theatervoorstelling geboekt te hebben. Als verrassing. Gelukkig kreeg ik een reminder van het theater, ik was het zelf glad vergeten… Er kwamen er twee met de trein en ik pikte samen met de jongste mijn eega op uit zijn werk. Het is een paar minuten stappen door de regen en dan lopen we de foyer met dieprood tapijt binnen. Er wacht een vrij hoog gehalte aan vijftig plussers in deze ruimte, maar ja…daar horen we beiden nu zelf ook bij. We zijn bij cabaretier Harry Jekkers en zijn band Klein orkest. Een kleine zaal met hooguit zeshonderd mensen. Als eerste begint hij met twee liederen over de dood. Een thema dat vaker terug zal komen die avond. Hij vertelt en maakt grappen over hoe zijn muzikale loopbaan ooit is begonnen. Gitaarles gekozen omdat hij een advertentie zag met een gozer op het strand met zijn gitaar en wat meiden om hem heen. In zijn studentenbandje in Groningen heeft hij zijn bassist Chris leren kennen. Die als studentenbijnaam de lantaarnpaal droeg, omdat hij inderdaad niet veel beweegt achter zijn gitaar. Later horen we dat de drummer Niek uit zijn periode in Utrecht stamt. Toen hij Engelse les gaf op een OLO, ontiegelijk laag onderwijs, en zij samen in de lerarenband speelde. De toetsenist, een leuke jonge vent met een baardje en een grote bos krullen, is er later bij gezocht. Omdat Koos Meinderts een gevierd kinderboekenschrijver geworden was en een toegewijde opa. Geen tijd meer voor een band tour door Nederland. Deze jonge knul heeft het de hele avond zwaar te verduren gehad. “Wij drieën hebben goud geld verdiend aan het lied ‘Over de muur’ ” en ter verduidelijking wijst hij hun drieën nog even aan met zijn rond wijzende vinger. Die humor gaat de hele avond zo door. Ook wordt de knul ‘gepest’ met zijn dubbele voornaam Henk Jan. Maar het is duidelijk dat ze veel plezier met elkaar hebben en Harry loopt op het podium regelmatig naar hem toe met zijn gitaar. Het optreden duurt tweeënhalf uur. Mijn lief heeft het goed naar zijn zin. Hij waardeert de songteksten van Harry. De voorstelling is een leuke, levendige combinatie van cabaret en muziek. Als we weer in de foyer staan om de jassen op te halen lees ik op mijn mobieltje hartverwarmende appjes in onze familiegroep. Jongste kind moest namelijk in haar uppie terug met de trein naar Breda en oudste was met haar meegereisd om haar bij de bushalte achter te laten en daarna rechtsomkeert te maken naar Rotterdam. Jongste vond het namelijk wel spannend. Vanavond voor het eerst alleen met de bus. Welke bus? Waar staat die bus? Wat moet ik doen in de bus? En waar stap ik uit de bus, en hoe werkt dat? Haar grote zussen hebben haar stap voor stap live door het proces begeleid. Hoe schattig! Zusterliefde! Ik zet mijn lief na het theater met de auto weer af op zijn fabriek en daarna rijden we samen achter elkaar door de donkere nacht naar huis. Het was een heerlijke verjaardag voor hem. Hartverwarmend.
Op zaterdagochtend sta ik in het zonnetje ons nieuwe grasveldje te maaien. Ik pluk wat gras tussen de terrassteentjes vandaan. Ik arrangeer de bloeiende planten in potten opnieuw. Maak de tuinstoelen schoon en leg er kussens op. Daarna begin ik het huis te stofzuigen, terwijl ik twintig eieren in een pannetje water laat koken. Ik ruim de huiskamer op. Maak het toilet schoon. Zuig de traploper weer fris. En als ik gevulde eieren heb gemaakt en ze mooi op een schaal heb geschikt, begin ik ons serviesgoed op de eettafel klaar te zetten. Er komt toch meer bij kijken dan ik had gedacht toen ik ’ja’ zei tegen de uitnodiging om aan een walking dinner in de straat mee te doen. Wij hadden al een paar jaar niet mee kunnen doen dus ik voelde wel wat sociale druk. Twee dagen vooraf kreeg ik de informatie dat één persoon uit de groep gluten intolerantie heeft. Ook dat nog. Ik bedacht twee receptjes zonder gluten: koude gazpacho met gesneden paprika en komkommer. Croutons als optie. En dus die gevulde eieren. In elk huis zouden we een uurtje zijn. Iedereen biedt wat te eten aan. Drank wordt door de deelnemers zelf meegenomen. De glazen ook. Verder is het een geval van gluren bij de buren. Iedereen loopt door het huis en door de tuin. Het was voor ons voor het eerst om aan zoiets mee te doen. Met de buren uit twee straten dus. Dat was wel erg leuk. Ik heb flink gegluurd in de buurt! Onverwachts mooie bungalows die smaakvol ingericht waren. Prachtig grote tuinen! Ons huis was eigenlijk de kleinste. En onze stadstuin was zeker de kleinste. Buren die tuinmannen in dienst hebben en samen een poetsvrouw delen. Ik keek ineens heel anders tegen ons buurtje aan. En ik keek ook ineens heel anders tegen óns huis aan. De andere woningen waren allemaal heel modern en vooral nieuw. Wij hadden als enige een oud huis met veel originele details zoals de en suite deuren, de antieke plafonds, het originele glas in lood en de granieten vloeren. Buren waren gecharmeerd van ons huis. Terwijl ik zo onder de indruk was van hún immense tuinen en hypermoderne keukens en vides! Na een gezellige middag en avond was ik wel helemaal op. Veel gesprekken gevoerd, veel indrukken opgedaan en natuurlijk veel voorbereidingstijd gehad. Thuis lekker met een kop thee en een stuk verjaardagstaart die nog over was op de bank geploft. Voor de buis. Even relaxt loskomen van alles. Volgend jaar maar weer een keertje overslaan.
Worden niet teruggefloten, ook niet neergeschoten
Over de muur, over het ijzeren gordijn
Omdat ze soms in het westen, soms ook in het oosten willen zijn
- Harry Jekkers
Wij laten de meiden achter in een Indonesisch restaurant met koffie, thee, ijs en gebakken banaan. Wij stappen op, nemen afscheid van de gezelligheid aan tafel en lopen naar het theater. De vijftigste verjaardag van mijn lief vieren we hier in Roosendaal. Na veel gehannes om een afspraak met z’n vijven te maken kozen we voor Roosendaal. Ik bleek voor deze avond maanden geleden al een theatervoorstelling geboekt te hebben. Als verrassing. Gelukkig kreeg ik een reminder van het theater, ik was het zelf glad vergeten… Er kwamen er twee met de trein en ik pikte samen met de jongste mijn eega op uit zijn werk. Het is een paar minuten stappen door de regen en dan lopen we de foyer met dieprood tapijt binnen. Er wacht een vrij hoog gehalte aan vijftig plussers in deze ruimte, maar ja…daar horen we beiden nu zelf ook bij. We zijn bij cabaretier Harry Jekkers en zijn band Klein orkest. Een kleine zaal met hooguit zeshonderd mensen. Als eerste begint hij met twee liederen over de dood. Een thema dat vaker terug zal komen die avond. Hij vertelt en maakt grappen over hoe zijn muzikale loopbaan ooit is begonnen. Gitaarles gekozen omdat hij een advertentie zag met een gozer op het strand met zijn gitaar en wat meiden om hem heen. In zijn studentenbandje in Groningen heeft hij zijn bassist Chris leren kennen. Die als studentenbijnaam de lantaarnpaal droeg, omdat hij inderdaad niet veel beweegt achter zijn gitaar. Later horen we dat de drummer Niek uit zijn periode in Utrecht stamt. Toen hij Engelse les gaf op een OLO, ontiegelijk laag onderwijs, en zij samen in de lerarenband speelde. De toetsenist, een leuke jonge vent met een baardje en een grote bos krullen, is er later bij gezocht. Omdat Koos Meinderts een gevierd kinderboekenschrijver geworden was en een toegewijde opa. Geen tijd meer voor een band tour door Nederland. Deze jonge knul heeft het de hele avond zwaar te verduren gehad. “Wij drieën hebben goud geld verdiend aan het lied ‘Over de muur’ ” en ter verduidelijking wijst hij hun drieën nog even aan met zijn rond wijzende vinger. Die humor gaat de hele avond zo door. Ook wordt de knul ‘gepest’ met zijn dubbele voornaam Henk Jan. Maar het is duidelijk dat ze veel plezier met elkaar hebben en Harry loopt op het podium regelmatig naar hem toe met zijn gitaar. Het optreden duurt tweeënhalf uur. Mijn lief heeft het goed naar zijn zin. Hij waardeert de songteksten van Harry. De voorstelling is een leuke, levendige combinatie van cabaret en muziek. Als we weer in de foyer staan om de jassen op te halen lees ik op mijn mobieltje hartverwarmende appjes in onze familiegroep. Jongste kind moest namelijk in haar uppie terug met de trein naar Breda en oudste was met haar meegereisd om haar bij de bushalte achter te laten en daarna rechtsomkeert te maken naar Rotterdam. Jongste vond het namelijk wel spannend. Vanavond voor het eerst alleen met de bus. Welke bus? Waar staat die bus? Wat moet ik doen in de bus? En waar stap ik uit de bus, en hoe werkt dat? Haar grote zussen hebben haar stap voor stap live door het proces begeleid. Hoe schattig! Zusterliefde! Ik zet mijn lief na het theater met de auto weer af op zijn fabriek en daarna rijden we samen achter elkaar door de donkere nacht naar huis. Het was een heerlijke verjaardag voor hem. Hartverwarmend.
Op zaterdagochtend sta ik in het zonnetje ons nieuwe grasveldje te maaien. Ik pluk wat gras tussen de terrassteentjes vandaan. Ik arrangeer de bloeiende planten in potten opnieuw. Maak de tuinstoelen schoon en leg er kussens op. Daarna begin ik het huis te stofzuigen, terwijl ik twintig eieren in een pannetje water laat koken. Ik ruim de huiskamer op. Maak het toilet schoon. Zuig de traploper weer fris. En als ik gevulde eieren heb gemaakt en ze mooi op een schaal heb geschikt, begin ik ons serviesgoed op de eettafel klaar te zetten. Er komt toch meer bij kijken dan ik had gedacht toen ik ’ja’ zei tegen de uitnodiging om aan een walking dinner in de straat mee te doen. Wij hadden al een paar jaar niet mee kunnen doen dus ik voelde wel wat sociale druk. Twee dagen vooraf kreeg ik de informatie dat één persoon uit de groep gluten intolerantie heeft. Ook dat nog. Ik bedacht twee receptjes zonder gluten: koude gazpacho met gesneden paprika en komkommer. Croutons als optie. En dus die gevulde eieren. In elk huis zouden we een uurtje zijn. Iedereen biedt wat te eten aan. Drank wordt door de deelnemers zelf meegenomen. De glazen ook. Verder is het een geval van gluren bij de buren. Iedereen loopt door het huis en door de tuin. Het was voor ons voor het eerst om aan zoiets mee te doen. Met de buren uit twee straten dus. Dat was wel erg leuk. Ik heb flink gegluurd in de buurt! Onverwachts mooie bungalows die smaakvol ingericht waren. Prachtig grote tuinen! Ons huis was eigenlijk de kleinste. En onze stadstuin was zeker de kleinste. Buren die tuinmannen in dienst hebben en samen een poetsvrouw delen. Ik keek ineens heel anders tegen ons buurtje aan. En ik keek ook ineens heel anders tegen óns huis aan. De andere woningen waren allemaal heel modern en vooral nieuw. Wij hadden als enige een oud huis met veel originele details zoals de en suite deuren, de antieke plafonds, het originele glas in lood en de granieten vloeren. Buren waren gecharmeerd van ons huis. Terwijl ik zo onder de indruk was van hún immense tuinen en hypermoderne keukens en vides! Na een gezellige middag en avond was ik wel helemaal op. Veel gesprekken gevoerd, veel indrukken opgedaan en natuurlijk veel voorbereidingstijd gehad. Thuis lekker met een kop thee en een stuk verjaardagstaart die nog over was op de bank geploft. Voor de buis. Even relaxt loskomen van alles. Volgend jaar maar weer een keertje overslaan.
Abonneren op:
Posts (Atom)