dinsdag 26 juni 2018

Uit- en invliegende dochters

Women are, in my view, natural peacemakers. As givers and nurturers of life, through their focus on human relationships and their engagement with the demanding work of raising children and protecting family life, they develop a deep sense of empathy that cuts through to underlying human realities.
― Daisaku Ikeda

Het toestel is veel vroeger geland dan aangekondigd. Daardoor rijden we pas bij Leiden op de snelweg wanneer ze belt dat ze weer met beide voetjes op Nederlandse bodem staat. We spreken af dat ze buiten bij de drop-off op ons wacht. En daar staat ze! Onze zeventienjarige bijna-student. Met haar grote, zware koffer en zelfs een geleende erbij voor alle cadeaus en boodschappen. Ze straalt! Op weg naar huis zit ze boordevol verhalen. Heel enthousiast vertelt ze. Alles heel positief. Heerlijk dat alles zo goed is gegaan. Zó goed is alles gegaan tijdens haar lange vluchten, en zó goed is alles geweest bij het weerzien van haar verre vrienden. We zagen regelmatig groepsfotootjes voorbij komen op onze telefoons thuis. Alles overgoten met een Mexicaans zonnetje. Ook heerlijk dat ze weer thuis is trouwens. Weer eens wat anders dan twee ouders en één kind tijdens het diner aan onze grote eettafel. Al is haar verblijf maar van korte duur… Over een klein maandje gaan we met z’n vieren een road trip maken met de VW kampeerbus en meteen na thuiskomst vertrekt ze naar Zeeland. Om aan haar introductie week van de universiteit te beginnen. Studentenkamer inrichten. Dat inrichten daar kijk ik dan wel weer naar uit. Onze garage staat op het moment volgestouwd met haar spijlenbed, bedbank, ladenkastje en poef. Daarnaast staat de inboedel van haar grote zus erbij gepropt. Op haar slaapkamer staan verder nog spiegels, prikborden en serviesgoed die ze al verzameld heeft voor de grote oversteek. Het zal opgeruimd, maar stil, zijn na half augustus… Toch zie ik het op-een-studentenkamer-gaan-wonen niet als iets definitiefs. Oudste dochter heeft bijvoorbeeld anderhalf jaar in het centrum van Rotterdam gewoond en woont nu voor dik een maand thuis voordat ze weer voor een half jaar naar Zuid-Korea vertrekt. Zo kijk ik daar ook bij onze middelste dochter tegenaan. Haar studie duurt drie jaar waarbij ze verplicht op campus woont. Er wordt in het derde jaar min of meer verwacht dat ze een uitwisseling doet. Het voelt alsof onze oudste kinderen ‘tijdelijk’ zijn uitgevlogen. Ze gaan niet samenwonen of trouwen of zo. Ik heb bij de geboorte van elke van onze drie dochters een geboortedoos gemaakt. De krant van de geboortedag ligt erin. Zo ook het zwangerschapsdagboek dat ik negen maanden bijhield. De eerste piepkleine kledingstukjes… Maar ook het boek waar ik de eerste twaalf maanden uitgebreid verslag deed van hun wel en wee. Oók heeft elk kind een boekwerk van de periode daarna waarin ik de eerste woordjes bijhield, de eerste stapjes, eerste keer los fietsen en leuke kinderlijke versprekingen, kinderziekten, eerste keer op het toilet plassen en de grappigste anekdotes. Heel soms wordt zo’n boek erbij gehaald en lachen we ons slap om de grappige anekdotes en herinneringen. Deze waardevolle dozen zal ik nog niet overhandigen bij het op-een-studentenkamer-gaan-wonen moment. Daar wacht ik nog geduldig mee totdat ze écht een serieus onderkomen hebben. Zodat het niet kwijt raakt bij overzeese verhuizinkjes of per ongeluk achterblijft in een stoffige berging van een verlaten studentenhuis. Daarentegen krijgt elke dochter wél op haar achttiende verjaardag een groot digitaal album met een bloemlezing uit haar leven erin: eerste babyfoto’s, de brief voor haar eerste en achttiende verjaardag en een foto van elk taartmoment tot en met haar achttiende verjaardag. Groepsfoto’s van haar schoolvriendjes van elke schooltijd. Intieme gezinsmomentjes die vastgelegd zijn. Veel fotootjes van het drietal natuurlijk en reisfoto’s horen er ook in. Ik heb gezien dat oudste kind er maar wat gelukkig mee was op haar studentenkamertje. Haar studievrienden bladerden er ook graag doorheen. Ze wil ’m ook graag mee naar Korea nemen. Ik doe zulke projectjes met veel plezier, heel mijn hart leg ik er in. Mijn tweede boek is ook al bijna af… Een heerlijke klus!

Daar zitten we dan in het hartje van Rotterdam. In de drukke maar zonnige Witte de Withstraat. We zitten aan een tafeltje op de stoep. Bagels op ons bordje. Op een terrasje pal tegenover het studentenhuis van onze oudste. Nog wel. Mijn lief heeft haar boekenkasten, kledingkast, bureau en bed al uit elkaar geschroefd. Ik heb met dochterlief ondertussen verhuisdozen ingepakt. Zij heeft ook haar backpack al ingepakt met de kleding die mee gaat naar Azië. Er droogt nog een klein wasje aan het rekje aan het openstaande raam. Stofpluizen bewegen zich over de vloer. Het kind heeft in de laatste anderhalf jaar natuurlijk geen tijd gehad om te stoffen of stof te zuigen… (Klein detail, hun stofzuiger was ook al een tijdje kapot.) Onze bijna antieke stationwagon puilt uit. Later blijkt dat het slot van de achterbak het begeven heeft… Dochterlief gaat op het allerlaatste moment tóch maar mee naar Breda. Lekker in een schoon bed slapen in plaats van op een matrasje tussen het verhuisstof. Morgen gaan ze voor de allerlaatste keer terug. Om de laatste dozen en het matras op te halen en de kamer schoon achter te laten. Haar fiets parkeert ze met een goed slot op de universiteit zoals haar studievrienden ook allemaal doen. In de hoop de fiets over een half jaar weer op dezelfde plek terug te vinden. Onderweg naar huis praat ze over haar visum voor Zuid-Korea, treintickets naar Berlijn, een ticket naar Singapore en de aanvraag van een creditcard. Stapje voor stapje probeer ik in mijn hoofd te wennen aan het idee dat ik over een maand afscheid van haar neem. Eind december vliegen we zelf naar Zuid-Korea om haar op te halen en mee te nemen op een rondreis daar. Kerstmis vieren we samen.