donderdag 26 maart 2020

Yoga

“Darkness cannot drive out darkness: only light can do that. Hate cannot drive out hate: only love can do that.”
― Martin Luther King Jr

Terwijl ik in lotushouding op mijn schapenvel zit en mijn hoofd en schouders van links naar rechts beweeg met bijpassende ademhaling, zie ik bij elke blik naar rechts twee nieuwsgierige koppies boven het raam uitsteken. Ik moet lachen. Ik zit in mijn yogabroek, T-shirt en vestje eroverheen met mijn hand-gebreide wollen sokken uit de Andes in Peru aan m’n voeten. Op een kussentje. Naast onze tuindeuren in de achterkamer. Naast mij een kop kruidenthee, een fleecekleedje voor de ontspanning en een Mexicaanse tube geurende crème van essentiële olie. Deze smeer ik al jaren op mijn oorlellen en mijn polsen tijdens de yogales. Onze katjes in de tuin kunnen hun ogen niet van mij afhouden. Om de beurt piept er een met z’n grijze koppie boven het raam uit. Dit zijn ze niet gewend. Het vrouwtje zittend op de grond terwijl ze rare houdingen aanneemt. Voor mij staat mijn iPad met mijn yogajuf in beeld op een laag bankje. De rustige woordenstroom van mijn yogajuf klinkt uit het apparaatje. Ik heb zelf op Spotify zachtjes yoga muziek op de achtergrond aangezet. De eerste online yogales was een experiment. We waren met acht mensen uitgenodigd om het eens te proberen via de zoom app. Mijn yogajuf is gewoon thuis in haar huiskamer. Dat valt te zien aan de planten voor haar ramen en de stoelen bedekt met schapenvachtjes. Het geluid van ons, leerlingen, staat op mute. Ze zet even kort bij iedereen het geluid aan zodat we gedag tegen elkaar kunnen zeggen. Ik herken iedereen. Ik voel me verbonden met iedereen in zijn eigen huiskamer. Ik zie een piano op de achtergrond of er hangen nog slingers van een verjaardag. De juf bekijkt ons ook tijdens de les. Na de les kletsen we na met elkaar. Dit is voor herhaling vatbaar. Zeker in deze tijd waarin we kunnen vereenzamen is verbinding een heel sterk gevoel. De volgende les erna zijn we ineens met veertig leerlingen. Internationaal. Mijn juf spreekt prachtige inspirerende woorden en we doen veel meditaties en houdingen om te aarden, om onze angsten weg te nemen. Mudra’s om onze immuniteit te verhogen. Tijdens de diepteontspanning, de savasana, hoor ik een van mijn poezen spinnen van genot. Ik geniet van het moment. Natuurlijk mis ik het zachtjes binnen komen in de yogaruimte, de zachte achtergrondmuziek daar, het gestuntel met het uitrollen van de yogamatjes. Het kopje kruidenthee na de les met een mooie spreuk voor die dag naast de thermoskan. Het uitwisselen van ontspannen blikken met elkaar. Even vragen hoe het gaat. Het daadwerkelijke samenzijn. Toch is dit een krachtig, veilig alternatief. Om in deze coronatijd je te verbinden via online camera’s en je even gedragen te voelen. Écht te kunnen ontspannen. Op je eigen veilige plek. Je eigen huiskamer. Na de les was ik geëmotioneerd door de krachtige energie die ik voelde. Mijn juf doet deze online lessen op zo’n liefdevolle manier. Ik hoorde dat andere leerlingen ook geraakt waren. Wereldwijd. Tranen vloeiden. Juist in deze tijd hebben we het nodig om te voelen dat we niet alleen staan.

Hoe verantwoord is het nog voor ons om in tijden van stikstofdiscussies en ‘vliegschaamte’ met onze klassieke Volkswagenbus rond te rijden? Is het een onschuldige hobby, of wordt het tijd om onze vervuilende oldtimer het museum in te rollen? Er bestaat geloof ik ineens een zogenaamde ‘oldtimerschaamte’… Kunnen wij deze zomer nog wel met goed fatsoen de weg op met onze pruttelende hippiebus nu alle grenzen vanwege corona gesloten zijn? Tegenstanders hekelen oude voertuigen vanwege hun verhoudingsgewijs hoge uitstoot van schadelijke uitlaatgassen. Persoonlijk krijgen wij tot nu toe alleen maar heel positieve reacties als wij een camping oprijden of tanken langs de snelweg. Zelfs rijdend op de snelweg! Zouden wij ons moeten schamen voor onze antieke kampeerbus? Vanwege een beetje vieze lucht uit de uitlaat? Door alle aandacht voor schone lucht - die ik ook terecht vind - wordt al snel naar oldtimers gewezen. Mensen denken: 'Dat is oud, daar zal wel veel vuil uit komen'. Het aantal mensen dat dagelijks met een klassieker rijdt daalt al jaren. Wijzelf reizen er alleen mee door Europa tijdens de zomervakantie en soms een weekendje naar het Hollandse strand. Ik denk dat je een oldtimer kunt zien als rijdend erfgoed zoals ze dat in Duitsland ook doen. Wij mochten daar met onze antieke VW gewoon in het centrum van een oude stad als Hamburg rijden. Natuurlijk moet je met onze oude bus niet dagelijks in de file gaan staan of hem in de winter gebruiken. Wij stallen onze kampeerbus jaarlijks van september tot mei. Al met al is de impact die wij op het milieu hebben zo goed als nihil. Natuurlijk zijn uitlaatgassen van klassiekers vervuilender dan die uit moderne auto's. Tuurlijk onderkennen wij de maatschappelijke wens om de uitstoot te beperken. Wij zien daarbij ook een taak voor onszelf. Wij hebben nu als gezinsauto een geheel elektrische auto zonder uitstoot. Balans. Een nieuwe trend is het ombouwen van klassieke auto's naar elektrische aandrijving. Niet alleen voelt het ombouwen naar elektrisch als een soort heiligschennis voor onze antieke Volkswagen. Het typische geluid van de luchtgekoelde motor is een groot deel van ons plezier en het geweldige gevoel van het rijden in onze bus! Daarnaast kost de ombouw vaak vele tienduizenden euro’s. Wij hebben twee jaar geleden de motor laten reviseren voor een paar duizend euro. Hij rijdt nu weer als een nieuwe motor. Voertuigen van dertig jaar en ouder zoals onze hippiebus (drieënveertig jaar oud!) behoren tot een bijzondere groep auto’s - mobiel erfgoed. Van deze eigenaren kun je best het goede voorbeeld vragen. Bijvoorbeeld eisen dat zij hun auto fatsoenlijk onderhouden en er niet dagelijks mee rijden. Dan weten mensen die onze klassieker voorbij zien komen dat we liefhebbers zijn, en van onze hobby genieten. Zéker niet iemand die het slecht voor heeft met de wereld om ons heen.

donderdag 19 maart 2020

Onthaasting

We houden nu even afstand, om elkaar straks nog steviger te omarmen.
- Italiaanse premier Conte

Het virus is dus nog niet onder controle. We krijgen dit virus er alleen onder als we het met zijn allen echt wíllen. En daarom breekt er een tijd aan zonder sociale verplichtingen, zonder sportevenementen, zonder gezellig uit eten te gaan in de stad of een filmpje te pakken. Wij weten helemaal niet meer hoe we ons moeten vervelen. Ik zag dat aan mijn lief. Hij was verkouden en kon niet meer naar de sportschool en niet naar zijn werk. Hij verveelde zich. Wanneer ik thuis kwam van mijn werk was er gekookt, had de afwasmachine gedraaid én was uitgeruimd. Het aanrecht was leeg, de vloer was gezogen. Heel fijn natuurlijk. Maar manlief wilde de deur uit. Hij wilde naar de supermarkt. Hij wilde onze dochter opzoeken in het warenhuis waar ze werkt. Hij wilde met de trein naar Amsterdam zijn nieuwe lease-auto ophalen. Met zijn verkoudheid mocht hij dat echter allemaal niet. In de samenleving ontstaan discussies waarin mensen zeggen: ik mag dit niet meer, en dat niet meer. We moeten dit juist omdraaien vind ik. Je moet je de komende weken afvragen: wat kan ik nu doen om te zorgen dat de snelle verspreiding van dit virus niet verder doorzet? Hoe belangrijk is het dat ik nu naar dat etentje met vrienden ga? In plaats van wijzen naar de overheid kun je naar jezelf kijken. We zien veel verbroedering. Italianen en Spanjaarden spreken af om in hun straat muziek te maken. Allemaal hangen ze uit hun keukenraam of staan op hun gietijzeren balkonnetje met hun muziekinstrument en zingen gezamenlijk daarbij. Heel warmhartig. Aan de nok van het Amphia ziekenhuis in onze stad hangt nu heel fier een geelzwarte doek. 'Hier werken de helden van Breda!' staat erop. Het doek is gemaakt door een NAC supportersgroep. Het centrum van Breda is nu doodstil, er komt haast geen geluid vandaan. Dat maakt het extra bijzonder dat alle kerkklokken elke woensdagavond tegelijk gaan luiden. Als een applaus voor de zorg, een steun voor de thuisblijvers, een signaal van hoop. Ook ons dorp doet mee. Het geluid reikt ver. In het klein zie ik saamhorigheid ook in ons straatje. Veel buren gaan net als wij in de voortuin werken. Kinderen spelen weer eens op straat. Er wordt ook met elkaar gekletst leunend op een hark of met een snoeischaar in de hand. Onze oprit is ondertussen af. De oplaadpaal, straatverlichting en de bestrating. Onze kromme, oude magnolia staat er prachtig bij met z’n roze bloemen. We krijgen veel complimenten van de buurtbewoners en wandelaars. Manlief en ik hebben de kast voor brandhout gerestaureerd, terug gezet op z’n oude plek en opnieuw gevuld met droge blokken brandhout. Ik sta regelmatig in ’t zonnetje relaxt een beetje zand aan te vegen in de voegen tussen de nieuwe straattegels. Eega heeft de leibomen gesnoeid. Zaterdagavond hebben we het bad na een heel lange tijd weer eens vol laten lopen. Geurend badzout erin. Kaarsen aangestoken. Maskertje op mijn gezicht. Scrubzout uit de sauna mee. Gesprekken. Tijd voor elkaar. Ineens hebben we zeeën vol tijd om samen door te brengen. Zondags loop ik altijd hard in het bos. Ik heb het al heel lang niet meer zo druk gezien in het Brabantse Mastbos. Veel wandelende vriendinnen, jonge gezinnen maar ook sportteams die onverhoopt maar samen hardlopen als training in plaats van een wedstrijd of training in de zaal. We worden als mensen creatief en saamhorig wanneer we de verspreiding van een dodelijk virus moeten tegengaan. Heel hartverwarmend. Genieten van elke dag, van elk moment, wat je leven ook brengt. Bezinning. Dankbaarheid voor alle zorgverleners. En anderen inspireren met mooie, soms kleine en soms grote, initiatieven. Onthaasting. Het idee dat we met z’n allen door met coronavirus besmet te raken een weerstand opbouwen om een schild te vormen voor de kwetsbare ouderen onder ons vind ik zoveel positiever klinken dan de eerdere berichtgeving. Ik werk in de ouderenzorg met beginnend dementerenden en zie dagelijks hun zorgen om corona en soms ook totale onbegrip. Hun wereldje wordt steeds kleiner nu ze niet meer onder de mensen mogen komen. Zij hebben onze steun nu meer nodig dan ooit.

Ons straatje verbroedert: buurvrouwen met kinderen op zoek naar ons jarige katertje. Buurman is speciaal met hond naar buiten gegaan op zoek naar ons kleine katje. Buren zoeken in hun achtertuin naar ons verdwenen katertje en laten ons weten dat ze hem niet gezien hebben. Ik loop op straat te roepen en hoor verderop ‘Salvador!’ echoën door buurkindertjes die hem ook roepen. Hondenuitlaters in onze straat laten weten dat ze een grijs katje gezien hebben. In de buurtapp tonen de buren hun medeleven. Op de zonnige eerste verjaardag van onze kleine grijze katjes staat de tuindeur open. We lunchen in de tuin. Ik tuinier wat, de was wappert heerlijk buiten. Rond etenstijd missen we ons jarige katertje. Hij komt niet eten. We zoeken in huis. Zijn zusje miauwt, ze mist hem. We roepen over de daken in onze achtertuin. Ik plaats een berichtje in de buurtapp. Het beestje is nog nooit eerder op straat geweest. We gaan buiten zoeken. Het schemert al. We komen we onze buurtgenoten tegen. Iedereen heeft natuurlijk tijd om mee te zoeken. Hoe lief! We gaan bezorgd naar bed zonder onze kleine Salvador. Om half vier in de nacht staat onze jongste met Salvador in haar armen aan ons bed. Ze hoorde heel zacht miauwen. Hij bleek opgesloten in haar kledingkast. Uit paniek had hij al haar kleding voor de deur verfrommeld en dat dempte het geluid van zijn zachte mauwtje. De volgende ochtend stromen de berichtjes van de buren weer binnen. Iedereen is opgelucht. Wij het meest.

vrijdag 13 maart 2020

Kuchje

“The only thing we have to fear is fear itself.”
— Franklin D. Roosevelt

Afgelopen weekend bleek ineens dat Noord-Brabant dé brandhaard van het coronavirus in Nederland was. Geheel onverwachts wonen wij in het centrum van coronaland. Ik had om half negen op zaterdagochtend een uurtje bij een cliënte van bijna zeventig jaar oud gewerkt. Ik was niet verkouden en niet in besmet gebied geweest. Geen risico dus. Toen ik na het werk thuis kwam kreeg ik een bericht van kantoor dat ik niet mocht werken als ik zou hoesten, verkouden zou zijn of koorts zou hebben. Ik voelde me gelukkig gezond. Geen paniek. De cliënten of hun mantelzorgers kregen die ochtend dezelfde e-mail als ik, want zij kunnen óns ook besmetten natuurlijk. Niet veel later bleek dus het advies van het RIVM dat alle zieke Brabanders de opdracht kregen om, in geval van snot en lamlendigheid, dit weekend binnen te blijven. Als een soort experiment. Op de school van onze jongste dochter was al een moeder positief getest op coronavirus. Zij en haar kinderen bleven thuis in quarantaine. In dezelfde brief van school stond ook dat leerlingen die verkouden waren niet naar school mochten komen. Onze dochter werd sowieso al extra in de gaten gehouden, want zij was met school een week gaan skiën in Oostenrijk. Die extra controle van de skiënde leerlingen moest ik overigens uit de krant vernemen waar geschreven stond over hun mogelijk risicovolle skireis. En dus bevonden wij ons ineens in het epicentrum van coronaland. Het ziekenhuis in Breda bleek tien besmette medewerkers te hebben nadat al het personeel getest werd. Op de fabriek van manlief golden natuurlijk dezelfde adviezen als van het RIVM. Er mocht sowieso al een week niet meer internationaal gereisd worden, alleen met hoge uitzondering. Meetings werden allemaal afgelast. Vanaf maandag werden verkouden medewerkers geweerd in overeenstemming met het RIVM-advies voor Brabant. Manlief bleef ook thuis werken. Het kwam eigenlijk wel goed uit. De laadpaal van de auto werd geplaatst waar met drie man vele uren lang in de meterkast en in de tuin gewerkt werd. Onze dochter, net aan de betere hand van haar verkoudheid, ging wél naar school. Gaten in het rooster vanwege lerarentekort. Gehoest zou de rest van de klas natuurlijk totaal paranoia maken. Ieder kuchje werd natuurlijk in de gaten gehouden. Dochterlief belde halverwege de dag op of ze thuis mocht komen. Ook een gesmoorde hoest hoor je heus in het klaslokaal. Het arme kind kreeg het zo benauwd. Duizenden middelbare scholieren in Breda en omstreken bleken zich maandag ziek te hebben gemeld. Op sommige scholen zat tot zelfs een derde van het aantal leerlingen thuis. De richtlijnen van het RIVM zijn bijna een vrijbrief om thuis te blijven.

Geen paniek natuurlijk. Maar toch. Je gaat er vanuit dat al die zieke Brabanders gehoor hebben gegeven aan de oproep van het RIVM. Maar wat als er nou eentje heeft gedacht dat het met hem wel meeviel? Gewoon, iemand met een fikse verkoudheid. Hoezeer ik ook niet paniekerig wil doen over dit virus, ik ben wel alert. Niet voor mezelf; ik ben gezond en ons gezin ook, maar ik heb wel vijf cliënten die in de risicogroep vallen. Eén van mijn cliënten van tachtig jaar breng ik elke maandag naar schaken met alle senioren uit ons dorp. Als ik het virus meeneem naar hem en hij geeft het door aan hen, waar eindigt dit dan? Maandagavond heeft de premier alle Brabanders verzocht zoveel mogelijk thuis te werken. Je bent kennelijk ook besmettelijk als je milde klachten hebt. Dat hoestende of snotterende werknemers vanuit huis moeten werken was inmiddels gemeengoed hier, maar thuis werken zónder klachten nog niet. Ook niet na de oproep van de premier. De volgende avond werd het advies aangepast tot zeven dagen sociale onthouding in Brabant. Een week geen bioscoop, cafébezoek, vergaderingen en restaurantjes. Ik vind het niet erg hoor. Extra boodschappen inslaan is niet nodig. Toch lijkt me bezorging aan huis van de supermarkt onhandig als je een meter bij elkaar vandaan moet blijven en je betaalt met je pinpas. Ze bezorgen hier ook niet meer tot in je keuken. Nog steeds geen paniek. Ondanks dat op het kantoor van onze oudste dochter een collega positief getest is, haar Spaanse vriend vast zit in Rome en haar Italiaanse vriendin op de valreep terug kon vliegen. De universiteit van de middelste is gesloten. De colleges zullen online vervolgd worden. We halen haar vandaag op zodat ze voorlopig weer thuis zal wonen. Volgens een overlevingsexpert is het niet verkeerd om voor het moment dat we niet meer de straat op mogen extra dekens in huis te hebben, batterijen voor een zaklamp en water en zeep om te wassen. Een powerbank om je telefoon op te laden is ook niet verkeerd. Zo blijf je bereikbaar voor bijvoorbeeld NL-Alert als de elektriciteit uitvalt. Geen paniek, zo ver is het nog lang niet. Elke woensdag bezoek ik een mevrouw van drieënnegentig jaar oud om samen naar de supermarkt te lopen en daarna gezellig saampjes een kop koffie in het restaurant van het verzorgingstehuis te drinken. Deze woensdag nam ik spelletjes mee om thuis te spelen aan haar eettafel. Geen menigte opzoeken. De zoon van een cliënt van tachtig vroeg me zijn vader niet meer mee te nemen naar de drukke supermarkt en aansluitend geen lunch meer te nuttigen bij het bakkertje. Ook de zoon van het echtpaar waar ik werk (hij is arts) wil dat zijn ouders zeven dagen binnen blijven. Ik heb helemaal geen richtlijnen gekregen van kantoor. Uiteraard luister ik wel naar de adviezen van de premier, het RIVM en de kinderen van mijn cliënten. Mijn lieve senioren behoren tenslotte tot de groep met het hoogste risico om te kunnen overlijden. Ik schud geen handen meer en loop met een flesje handgel in mijn tas rond. Alhoewel ik in de verzorgingstehuizen en ziekenhuizen overal alcoholpompjes zie staan bij de voordeur. Ik wil absoluut niet diegene zijn die een besmetting overdraagt aan één van mijn oude, kwetsbare cliënten.

zaterdag 7 maart 2020

Hypotheek

May the long time sun
Shine upon you
All love surround you
And the pure light
Within you
Guide your way on

- Snatam Khalsa

Deze laatste weken ben ik verschrikkelijk veel bezig met aardse dingen als een hypotheek oversluiten en alles wat daarbij komt kijken, een autoverkoop en andere terug kopen plus verzekering en wegenwacht aanpassen. Daarbij het plaatsen van een oplaadpaal op onze oprit en overleg met de stratenmaker om meteen de hele oprit van maar liefst dertig meter opnieuw te bestraten met een leuk patroon. En om de enorme regenplas die steeds ontstaat tijdens een regenbui op te lossen. Ook heb ik ingewikkelde telefonische overlegjes op ongelukkige momenten in de auto met een computerfreak die de computerproblemen van onze jongste dochter probeert op te lossen met mij. Daarnaast probeert de loodgieter mij geduldig uit te leggen hoe dat nieuwe systeem in zijn offerte werkt waarbij elke kamer in huis separaat verwarmd kan worden. Om toch een beetje in balans te blijven zoek ik zachtheid in mijn yogalessen. Het zingen van prachtige mantra’s (chanting) die mij vaak emotioneren, en meditatie. Ik heb een geweldige yogajuf die telkens weer de juiste thema’s in haar lessen meeneemt die op dat moment precies bij mij passen. De asana’s die je uitvoert tijdens haar lessen zijn niet ingewikkeld, maar volgen elkaar wel in rap tempo op. Deze snelheid, gecombineerd met ademhalingstechnieken (pranayama) zorgt ervoor dat je chakra’s worden geopend. Kundalini-energie die in je lichaam ligt opgeslagen komt weer vrij. Ik voel me altijd héérlijk na zo’n les. Vooral ook door het zingen van wondermooie mantra’s. En inspirerende muziek tijdens de oefeningen. Het bijzondere is dat je het effect ervan direct kunt voelen. En na afloop van de les probeer ik die vrijgekomen energie nog lang vast te houden in mijn dag. Op de langere termijn kan yoga je ook helpen groeien als mens, en je handvaten geven om kalmer en bewuster in het leven te staan. En daar doe ik dan weer mijn voordeel mee met het beslissen en begrijpen van al die financiële en technische ontwikkelingen die op dit moment mijn leven beheersen.

Alle alarmbellen gingen bij mij af toen financieel adviseur Krijn ons terloops meedeelde dat bij het opnieuw betrekken van ons huis na de verhuur er volgens de vernieuwde wet in 2013 geen renteaftrek meer mogelijk was geweest. Met andere woorden, dat wij bijna vijf jaar onterecht renteaftrek hadden genoten. En eigenlijk fraudeurs waren dacht ik meteen… Maar erger nog, dat wij vele duizenden euro’s terug moesten terug betalen aan de belasting. Daar ging mijn hart wel even sneller van kloppen. Rode konen. Wij kwamen juist bij hem om de maandelijkse woonlasten te verlichten en dit slechte nieuws werd tussen neus en lippen door even op tafel gelegd. Een paar dagen later kregen we van Krijn het verlossende woord dat wij een uitzondering op de regel zijn en dat we niks verkeerd hadden gedaan. We waren gelukkig toch geen fraudeurs. We hadden ons bij hem laten inlichten om een nieuwe hypotheek af te sluiten. Onze rentevast periode loopt binnenkort af. Aangezien wij nog de hoge rente betalen zoals dat gebruikelijk was een decennium geleden waren wij aan het rondkijken. Wij wilden van de spaarhypotheek af nu de rente zo historisch laag is. Financieel een verstandige stap. Bij een hypotheekkeuze komt bij mij ook gevoel kijken. Een gerust gevoel. Ik heb eigenlijk nooit een goed gevoel gehad bij de grote bank waar wij de laatste twaalf jaar ons geld maandelijks brachten. Bij Krijn brachten we onze doelen en dromen in kaart. Vervroegd met pensioen. Zelf sparen in beleggingsfondsen in plaats van op een spaarrekening. Flexibiliteit over wat we met ons geld willen doen. Boetevrij aflossen als we dat willen. Een hypotheek afsluiten doe je niet vaak in je leven en zeker niet zomaar. Mijn lief en ik dachten eerst heel goed na wie ons betrouwbaar kon helpen, en wat het best bij ons zou passen. De kogel is nu door de kerk. Fijn dat we dat besloten hebben met de hulp van Krijn. We waren er al een heel tijd mee bezig. En we zijn natuurlijk niet de enige. Dat blijkt uit de cijfers. Hypotheekbemiddelaars en -verstrekkers hebben het behoorlijk druk nu. Ondanks dat de huizenmarkt muurvast zit. De drukte is geheel toe te schrijven aan de oversluiters zoals wij. De lage rentestand is de belangrijkste oorzaak van de sterke stijging van het aantal hypotheekaanvragen. Vorige maand bereikte de lange hypotheekrente van dertig jaar een nieuwe mijlpaal, en daalde tot onder twee procent. De renteverschillen tussen de verschillende aanbieders waren niet eerder zo klein. Nu kan ik niet wachten om onze rekeningen op te zeggen bij die grote Nederlandse bank. Alleen nog een notaris en een taxatiemakelaar in de arm nemen. Mijn lief en ik hebben gekozen voor vermogensbeheer om zelf te sparen voor onze dromen. We zijn allebei separaat op zoek naar fondsen om in te beleggen. Ik wil graag duurzaam beleggen en manlief wil een zo hoog mogelijk rendement. Zo spreiden we meteen de risico’s van het beleggen. Een gerust gevoel.

zaterdag 29 februari 2020

Spicy

“Skiing is the best way in the world to waste time.”
– Glen Plake

Mijn best saaie, regenachtige zondag werd ineens wat opgespiced toen ik onze Volvo een dag ervoor op Marktplaats te koop had aangeboden. Mijn lief en ik hadden onlangs wat berekeningen op papier gemaakt. Natuurlijk vanwege de komst van de elektrische lease-auto. Conclusie was dat de vaste lasten van de Volvo veel te hoog waren. De zware stationwagon moest de deur uit. En dat gebeurt snel. Ik vulde onze autogegevens in op de website ‘wijkopenautos’ en daar kregen we een gratis taxatie. Een hoge taxatiewaarde kwam eruit. Meteen geprikkeld maakten we op korte termijn een afspraak. Onze auto werd daar getest en gefilmd en vanuit het hoofdkantoor in Amsterdam kregen we een bod per e-mail. Nog minder dan de helft van de online taxatie. Ontgoocheld stopten we direct de procedure. We reden door naar een autohandelaar waar ik online een leuke Alto gezien had. Ik heb al eerder twee Altootjes gehad. De eerste kocht ik ooit voor mijn baan bij Randstad Uitzendbureau en heb ik doorverkocht toen we naar The States verhuisden. Hij werd naar Polen verscheept. De tweede kocht ik toen we terug kwamen uit de The States. Een wit superschatting twee decennia oud autootje! Het rode schakelaartje om de gevarenlichten aan te zetten leek net van Lego. De sloten opende je gewoon met een ijsstokje. Ik zette hem vaak niet eens op slot. Decennia geleden had vrijwel elke auto een choke. Dit autootje ook. En ik heb de accu wel honderd keer laten opladen door aardige Bredanaren omdat die weer eens leeg was. Ik vergat namelijk regelmatig de lichten uit te zetten. Er ging natuurlijk nog geen piepje af wanneer je dat vergat. Dit ‘rugzakje’, zoals we hem lieftallig noemden, heb ik weg gegeven aan een kennis toen we naar Spanje verhuisden. Jaren later kreeg ik van haar bericht dat ze er nog zeshonderd euro voor gekregen had… Mijn nieuwe kleine autootje moest dus weer een Alto worden. For old times sake. De garagehouder wilde echter niks voor onze Volvo terug geven. ‘Daar zijn er teveel van. Teveel waarde. Daar kan ik geen marge op maken.’ Met lege handen keerden we terug naar huis. ‘Dit kan beter’ dacht ik en daarom maakte ik snel in de regen met mijn mobieltje wat fotootjes in en rondom de auto. Ik zette onmiddellijk een advertentie op Marktplaats. Deze werd meteen vele malen gezien en ook bewaard. Hoe leuk vond ik dat om bij te houden! Er volgde een eerste bod. Veel te laag natuurlijk. Er kwam een tweede bod. Om de paar uur keek ik even op de site hoe het ervoor stond. Zo spannend! De dinsdagochtend na Carnaval wilde een bieder uit Breda even langs komen. Mijn voornemen was niet af te wijken van mijn prijs. De aardige man bood echter meer. Verkocht! Hij wilde hem meteen meenemen. Dikke enveloppe met geld had hij in zijn auto liggen. Eerst gingen mijn lief en ik nog één keer samen naar de sauna in deze fijne auto. De volgende dag viel de eerste sneeuw deze winter. Na mijn werk reed ik naar de aardige koper en liet mijn auto achter. Ik liep in een uur naar huis. Sneeuw. Manlief had op dezelfde dag in zijn lunchpauze mijn gewenste Alto gekocht. Deze haalden we eind van de dag samen op. Manlief had af kunnen dingen. Nog voordat ik het terrein afreed zag mijn eega dat er een koplampje stuk was. In mijn achteruit weer terug. Hij werd meteen vervangen. Normaliter gaf de autodealer de koper een bloemetje zei hij. Deze koop ging echter te snel, ik kreeg als goedmakertje een fles ruitenwisservloeistof! Voor het eerst reed ik een stukje in mijn ‘nieuwe’ autootje. Het was flink wennen. Allereerst is het een schakelauto, buitenspiegels moest ik met de hand bijstellen, ik kon mijn arm niet op de console leggen en op de snelweg trilde mijn achteruitspiegeltje. Er gaat maar dertig liter in de benzinetank, koplampen moet ik voortaan zelf aan en uit zetten en ik heb niet eens een dashboardkastje, alleen een diep gat. De rollator van mijn client past niet in het laadbakje achterin. Ook heb ik maar één sleutel meegekregen die niet eens centrale vergrendeling heeft. Het is even slikken. Wat een diva ben ik eigenlijk geworden… Heel binnenkort wordt de laadpaal voor de deur geplaatst. Daarna volgt snel de elektrische auto.

Het coronavirus werd woensdag gedetecteerd in Oostenrijk. Het zijn de eerste gevallen in de Alpen. Het is vooralsnog onduidelijk wat de gevolgen zijn na de eerste coronabesmetting in Innsbruck, dat ruim honderdvijftig kilometer van skioord Flachau ligt. De plek waar onze jongste dochter vorig weekend haar skivakantie met school begon. Ze was met tachtig leerlingen ingeloot om met de gymleraren mee te gaan skiën in de Alpen. Ze heeft een paar dagen les gehad en de rest van de week mocht ze vrij skiën. Ze heeft toen ze heel jong was ook skiles met haar zussen gehad in Tsjechië. We waren daar toen met vrienden aan het skiën. Ikzelf heb mijn eerste skilessen in de Franse Alpen gehad toen mijn lief zijn militaire opleiding volgde. Bijna dertig jaar geleden. Elke dag les terwijl mijn vriendinnetje in een hotel daar werkte. Ik herinner me nog dat de eerste keer uit het liftje stappen met je ski's aan verschrikkelijk eng was. Van de zenuwen besefte ik niet meteen dat ik zelf met mijn ski’s op het plankje stond. Het ging net goed. Een paar jaar later ging ik met een groep collega’s skiën. Ik nam in m’n uppie nog een paar lesjes ter plekke en daar, kun je wel zeggen, heb ik twee traumaatjes opgelopen. De Oostenrijkse skileraar wilde dat we halverwege de trip uit de liftstoeltjes zouden springen. Ik bleef met mijn jas aan het liftje hangen en bewoog langzaam mee verder omhoog. Ik móest er vanaf! Paniek! Gelukkig scheurde mijn jas aan de achterkant waardoor ik zonder blessures nog op de skihelling belandde. Mijn groepje was al weg geskied. Aan het eind van die week heb ik natuurlijk ook samen met mijn zeer ervaren collega’s geskied. Ergens op een hoge piste overviel mijn hoogtevrees me ineens. Iedereen was al beneden en ik ben gewoon gaan zitten. Mezelf proberen bij elkaar te rapen. Uiteindelijk heb ik mijn beiden ski’s afgeklikt en ben beteuterd naar beneden gelopen. In The States heb ik vlakbij ons huis in Massachusetts in de avond geskied. Met een studievriend van mijn eega die bij ons logeerde. Mijn allerlaatste skireis was met ons gezin en vrienden in Tsjechië. Ik zag daar geen diepte meer in de sneeuw. Best gevaarlijk en ik heb toen besloten dat dit de állerlaatste keer voor mij was. Best jammer, want ik vind de sportieve sfeer, het eten op de piste, het buiten zijn in de bergen en après-ski zo gezellig. Hoe enorm geniet ik dan van de sportieve filmpjes en enthousiaste berichtjes van onze jongste die ze afgelopen week stuurde in de gezinsapp. Ze viel, zat onder de blauwe plekken, maar had de tijd van haar leven. Elke dag in de frisse berglucht. Heerlijk! Thuis zaten wij als ouders toch lichtjes zorgelijk het nieuws bij te houden over het coronavirus in de Alpen. Onwetende dat de eerste Nederlandse besmetting zich nog geen veertig kilometer van ons huis aanmeldde…

zaterdag 22 februari 2020

Supersonisch

Consider what kind of car you get. Buy cars and other products that have the least impact environmentally.
- Al Gore

Met een cadeaubon van een van onze gasten op ons grote verjaardagsfeest van vorig jaar reserveer ik een diner aan de haven en een bioscoopje in een megagrote, nieuwe bioscoop. Net buiten de stad. Op de avond van storm Dennis. We gaan lekker op de fiets. Het voorgerecht bij het Turkse restaurant is heerlijk. Allemaal lekkere smeerseltjes op een luchtige Turkse pannenkoek, de gözleme. Om het feestelijk te maken heb ik er een heerlijk zoete cocktail bij besteld. Het is druk in dit restaurant. We geven bij de serveerster aan dat we wat tijdsdruk voelen omdat we ook nog naar de bioscoop gaan, maar dat mag helaas niet baten. Het hoofdgerecht met veel vleesspiesjes komt rijkelijk laat. We weten het goed gemaakt; we nemen de baklava als dessert lekker mee naar huis. Door de storm fietsen we naar de bioscoop en doen er wat langer over. We stappen de zaal binnen als net de aankondiging van de film 1917 begint te spelen. Gebukt lopen we voor het doek langs naar onze gereserveerde stoelen. We vallen meteen in de film. Een mooie film die mijn inziens heel prettig gefilmd is. De camera dwarrelt over een met lentebloemen bezaaid veld. Daar rusten twee soldaten, tot hun meerdere ze aanspreekt en opzadelt met een levensgevaarlijke opdracht. Hoe konden ze de hele film zo opnemen alsof het één shot lijkt? Natuurlijk is er geknipt op zekere momenten in de 119 minuten lange helletocht. Maar de minutenlange scènes gaan zo naadloos in elkaar over dat het mij niet opvalt. Ik vind dat heel fijn kijken. Het lijkt net of je meerent met die twee soldaten door de loopgraven. Er komen geen andere flits-scenes tussendoor. Op een zeker moment wordt de ene soldaat op het slagveld omvergelopen door een collega. In volle vaart. Dat was ongepland, gewoon een figurant met veel adrenaline, vol erop. De regisseur had vooraf gezegd: áls je valt, gewoon verder gaan. Vergeet het acteren – probeer niet te denken. Ik vind het heel plezierig kijken en ik heb me geen moment verveeld. Manlief vond het daarentegen saai. De grootvader van de regisseur was koerier in de Eerste Wereldoorlog, net als de twee hoofdpersonages in de film. Zijn grootvader werd beloond met een medaille. Maar 1917 is geen biografie, stelt kleinzoon de regisseur. Alhoewel ik op het einde wel bij de aftiteling zag dat zijn opa genoemd werd. ’De ziel van de oorlogsherinneringen van mijn grootvader zit wel in de film. Dat hoop ik althans. Wat me is bijgebleven is dat hij nooit verhalen vertelde over heldendom en moed, maar over geluk en toeval. Hoeveel mazzel hij had dát hij het overleefde.’ Door harde windstoten van storm Dennis moesten wij op de fiets weer terug naar huis. Bakje met Turkse baklava in mijn fietskratje. Een lange, barre fietstocht door maar liefst zes Bredase wijken. Maar het was gelukkig droog en helemaal niet koud.

Mijn eega heeft eind van vorig jaar geprobeerd met spoed een Tesla te bestellen als lease-auto. Zodat we weinig bijtelling aan de belasting zouden betalen om privé in de auto te rijden. Dit was mislukt. De bestelde auto wordt volgende maand pas geleverd. Omdat er vorig jaar spoed bij was had hij bij de bestelling doorgegeven dat de kleur en het interieur niet belangrijk waren áls de auto maar in 2019 geleverd zou worden. Vanwege dat belastingvoordeel. Met als gevolg dat we nu een lelijke, spierwitte elektrische auto krijgen. Terwijl ik gezien heb dat er best prettige kleuren Tesla’s rondrijden… Ik had ook geen idee wat voor model hij eigenlijk besteld had. We hebben trouwens ook helemaal geen proefritje gemaakt. Ik heb zelfs nog nooit een Tesla van binnen gezien. Hij zelf ook niet volgens mij. Ik vind het doodeng met al die geavanceerde techniek. Een computerscherm waar alles op moet gebeuren… Hij kan automatisch rijden van oprit tot afrit op de snelweg. Inclusief knooppunten en het inhalen van andere voertuigen. Oh my God! Ook zelf fileparkeren en haaks parkeren. En je kunt hem zelfs onbemand laten voorrijden! Ik vind het zó onwerkelijk. Dit jaar wordt er ook nog verwacht dat hij kan reageren op verkeerslichten en stopborden. En automatisch kan rijden op straten binnen de bebouwde kom. Kun je je voorstellen dat ík daar in ga rijden? Ik, die vorig jaar speciaal precies hetzelfde model Volvo heb terug gekocht zodat ik geen nieuwe gebruiksknopjes hoefde aan te leren? Van manlief had ik, dacht ik, begrepen dat we model X krijgen. Op zondagochtend wanneer hij aan het sporten is en ik met twee dochters in de huiskamer zit te lezen stuit ik op een krantenartikel over Tesla. Het gaat er over dat Tesla tien jaar lang beschimpt werd als zorgenkindje van de auto-industrie: eigenwijs, opstandig, verlieslijdend. Maar nu dus de grootste fabrikant van elektrische auto's is en waardevoller dan Volkswagen en Daimler samen. Er staan wat fotootjes bij het artikel. Uit nieuwsgierigheid kijk ik naar model X. Uit angst slaak ik een gilletje! De meiden komen meteen kijken. ‘Dit wordt onze nieuwe auto!’ gil ik ontzet uit. Op de foto staat een futuristische auto waarvan de deuren omhoog openen als vleugels. Van schrik fantaseren we er meteen op los. Ik die mijn cliënten, oudjes uit de oertijd, in deze supersonische auto laat instappen met deuren die omhoog open gaan. We komen niet meer bij van het lachen. Ik die bij de supermarkt op vrijdagochtend mijn robot-auto voor laat rijden om mijn grote shoppers in te laden. We lachen ons rot. Als manlief thuiskomt blijkt dat we helemaal niet model X krijgen, maar model 3. De best verkochte auto in Nederland. Het enige gewone aan deze auto is dus het stuur én de deuren die normaal ouderwets opengaan.

zaterdag 15 februari 2020

Na de storm

Take long walks in stormy weather or through deep snows in the fields and woods, if you would keep your spirits up. Deal with brute nature. Be cold and hungry and weary.
- Henry David Thoreau

Het is zondagochtend en het eerste dat ik doe als ik beneden kom in mijn ochtendjas is op slippertjes onze beiden auto’s onder de beukenboom vandaan rijden en op een grasveldje vlakbij parkeren. De eeuwenoude boom verliest nog wel eens wat grote takken bij storm. Om ellende voor te zijn verplaats ik de auto’s naar een veilige plek. Ook schuif ik de vier vuilcontainers tegen de muur aan, die nikswegende bakken vliegen vanavond anders de lucht in. In de achtertuin stapel ik de plastic tuinstoeltjes op en zet ze in de garage. De bezem erbij. Na mijn ontbijtje ga ik hardlopen. Niet in het bos natuurlijk. De zuidwesterstorm geselt Brabant. Ook het Mastbos krijgt er van langs. Bomen die omwaaien, takken die afbreken. Heen loop ik tussen de weilanden tegen de stevige wind in, het is te doen. Op de terugweg word ik door windvlagen vooruit geduwd. Grote passen. Mijn lief die naast me fietst schiet vooruit. Bladeren dansen over de weg. Als een blad mijn gezicht raakt tijdens een rukwind doet het echt zeer. Thuis houdt middelste dochter angstvallig de treinen naar Middelburg online goed in de gaten. Wanneer we halverwege de middag op het journaal horen dat de treinleidingen tussen Breda en Tilburg door de storm losgeschoten zijn zien we dat als startschot om kind snel op het station af te zetten. In Zeeland zou de windkracht nog sterker zijn dan in het binnenland was voorspeld. Ciara is de naam van de lieve Italiaanse vriendin van onze oudste dochter. Maar zo lief is Ciara dus niet. Alle alarmbellen zijn afgegaan. Storm Ciara is op zee al sterker dan in eerste instantie is voorspeld. Middelste dochter loopt op het station helaas tóch vertraging op. Ze had niet langer moeten wachten. Ze komt gelukkig veilig aan in haar studentenflatje. Ciara is de eerste stormnaam in Nederland. Het geven van namen aan stormen maakt mensen bewuster van de risico’s. Best logisch. Het KNMI kondigde om de haverklap code oranje en rood aan dat iedereen ondertussen zijn schouders ophaalt bij de zoveelste code geel. Deze avond valt het inderdaad allemaal nog wel mee. Het gaat regenen, maar de storm giert niet met hoge windkracht om het huis. Ik denk terug aan halverwege de jaren ’70 toen ik een jaar of zes oud was. Ik woonde met mijn ouders en zusje in de stad Groningen en mijn vader had houten latten voor de slaapkamerramen getimmerd. Sponsen ertussen geklemd. Enkelglas natuurlijk. Het mocht niet baten, er sneuvelde één raam door de flinke storm. Toen mijn lief en ik student waren en op een koopavond bij warenhuis Vroom&Dreesman werkten vlogen op de Amsterdamseweg in Amstelveen de dakpannen rondom onze fiets. Echt gevaarlijk. Eenmaal in de winkel bleek dat deze ging sluiten. Er was kennelijk op de radio gewaarschuwd niet de weg op te gaan… Dat zou in deze tijd natuurlijk nooit meer gebeuren met het bestaan van mobiele telefoontjes. De meest recente heftige storm die ik me herinner was toen ik zwanger was van de jongste en er werkelijk een grijze, tollende tornado op de Bredase Grote Markt afkwam waar mijn lief en ik romantisch op een terrasje zaten te eten. Verschrikkelijk eng was het. Toen we niet veel later onze twee dochtertjes ophaalden bij mijn oppassende vriendin was daar in de straat een dikke, oude boom omgewaaid en bovenop een dak terecht gekomen. Grote schade. Om de hoek had een grote boom een auto geplet. Doodeng. Deze vroege maandagochtend word ik wakker van enorme windstoten. Zware regenbuien slaan luidruchtig tegen de zolderramen. Ik vind storm Ciara nu heftiger voelen dan gisteravond, ook al trekt ze nu langzaam weg. Door de harde windstoten geldt nog steeds code geel in de ochtendspits. Onze sterke beukenboom staat parmantig voor ons huis. Hij heeft de zoveelste, onstuimige storm overleefd!

Middelste dochter had zich maanden geleden aangemeld voor een student exchange met Singapore. Of Nieuw-Zeeland. Aankomende maand zou ze eindelijk horen of ze geplaatst zou worden. Deze procedure loopt niet rechtstreeks via haar universiteit in Middelburg, maar via een kantoortje op de universiteit van Utrecht. Officieel staat ze ook op de universiteit van Utrecht ingeschreven. In Middelburg staat als het ware een dependance. En als iets niet rechtstreeks gecommuniceerd wordt kan er iets misgaan. Zo hoorde ze dus veel later dan de studenten in Utrecht dat ze niet op exchange mag naar haar geliefde top drie. Een paar dagen later dan de rest ontving dochterlief een mail met de opties die nog open waren. Ze maakte snel een top drie 2.0 en stuurde deze hoopvol naar het kantoortje in Utrecht. Ze was tenslotte dagen later met reageren dan de rest. Heel opgelucht was ze dat haar nummer één 2.0 nog vrij was. Er werd haar gevraagd te bellen naar het kantoortje. Er waren nog heel kort wat twijfels voordat ze durfde te bellen, want als ze ‘ja’ zou zeggen dan was die plek meteen voor haar. Spannend! Onze gezinsapp stond roodgloeiend! Iedereen had z’n zegje. Nogmaals naar het collegeaanbod gekeken. Perfect passend bij haar afstudeervak. Ze heeft dus gebeld. Alleen nog afhankelijk van een bevestiging vanuit de andere universiteit gaat ons kind deze zomer naar The States verhuizen. Naar de staat Oklahoma! De staat die ook wel bekend staat als Sooner State. Naar kolonisten die zich sooner konden vestigen in de staat om land wat tot de indianen toebehoorde te claimen. Ikzelf ken Oklahoma eigenlijk alleen van de tornado’s. Extreem weer. De zomers daar duren maar liefst vier maanden en zijn warm. Hittegolven met maxima van meer dan veertig graden kunnen voorkomen. De winter maakt dochterlief ook mee, en begint eind november. Overdag komt vorst daar bijna niet voor. Wel sneeuw. Ze mag, als Amerikaanse, zelfs stemmen in november! Vlak voor Kerstmis heeft ze haar vakken afgerond (mits ze alles haalt). Ik zit al stiekem met de gedachte te spelen om na zeventien jaar terug naar The States te vliegen…met Kerstmis.

zaterdag 8 februari 2020

De kracht van de winter

"The thing everyone should realize is that the key to happiness is being happy by yourself and for yourself.”
- Ellen DeGeneres

Oneindig lang duurde dit jaar mijn januarimaand… Vier weken lang somber en grijs weer. Geen enkel vrolijk, maagdelijk wit sneeuwvlokje dwarrelde uit de hemel. Geen vrieskou waarbij je snakt naar een kom warme chocomel tussen je bevroren handen. Van schaatsen en koek-en-zopie kwam het niet. Alleen een aaneenrijging van saaie, regenachtige, veel te warme dagen. Warm weer betekende niet eens dat er veel zon was. Het aantal zonuren ligt in een gemiddelde januarimaand op 62 uur, afgelopen maand mochten we slechts 46 uur van het winterzonnetje genieten. Ik heb een stevige winterdip opgelopen. Ik herinner me nooit eerder zo’n dip als dit jaar. Het komt zéker omdat we deze winter niet avontuurlijk gereisd hebben. Het komt ook zéker omdat ik nog geen grote reis gepland heb waar ik naar uit kan kijken. Juist de reis van aankomende zomer zou een grote, verre en avontuurlijke reis worden van een maand lang. Van voorpret kun je enorm opknappen. Ook al duurt het nog even, te weten dat ik in de zomer ga reizen met mijn gezin, zou nu al een hoop kunnen doen voor mijn stemming. Het reizen lijkt allemaal in het water te vallen door dat coronavirus. Ik word er niet gelukkiger van… Ik zet elke week een bos verse, gekleurde bloemen in een vaas op tafel. Om mijn humeur wat op te vrolijken. Op korte termijn heb ik mezelf en mijn lief getrakteerd door op een doordeweekse dag vrij te plannen. Het jaar is net begonnen, dus er kon wel een vakantiedagje af. Onszelf een dag gunnen die helemaal openligt, waar je mee kunt doen wat je wilt. Naar de sauna dus. Ik heb voor ieder twee massages geboekt. Een diner erbij. Dit geeft mij wel wat energie. Ik kijk er enorm naar uit. Gezelschap kan je ook een ontzettende opkikker geven. Nu zie ik veel oude mensen voor mijn werk die ik gezelschap houd. Ook zie ik mijn vriendinnen regelmatig voor een lunch of een bioscoopje. Maar een avondje écht lachen en een goed gesprek doet goed. Dus plande ik de allereerste zaterdagmiddag van februari impulsief een etentje voor dezelfde avond in Rotterdam. Met onze oudste dochter en haar Spaanstalige novio. Mijn eega en de andere twee dochters hadden er ook zin. Zo gingen wij spontaan eten bij restaurantje ‘De smaak van Afrika’ in het moderne Rotterdamse, drukke uitgaanscentrum. Het bleek ook nog International Film Festival in Rotterdam te zijn. Het overweldigende aanbod van films trok natuurlijk veel mensen naar de stad. Onze reservering via een website was helaas niet doorgekomen, maar gelukkig konden ze wat schuiven met tafels en ineens zaten we tóch met z’n zessen aan tafel. We aten allemaal enjera met gekruid vlees of iets pikants met kikkererwten. Helaas dacht ik bij het bestellen niet aan mijn tong met wondjes dus ik kon er nauwelijks van genieten. Met als gevolg dat mijn maaltijd alleen uit kale stukjes ‘pannenkoek’ bestond met soms een gepikt stukje vlees van mijn oudste. Een toetje konden we beter niet bestellen, want het was er beredruk en ze waren maar met z’n tweetjes om te bedienen. Het mocht de pret allemaal niet drukken. We stapten op en zochten online een ijssalon die - daar eenmaal aangekomen - toch gesloten bleek te zijn. We zijn natuurlijk niet voor één gat te vangen dus liepen we door naar MacDonalds waar we onszelf trakteerden op een McFlurry. Toevallig hetzelfde MacDonalds restaurant waar ik drieëntwintig jaar geleden kotsmisselijk, zwanger van de eerste, ook iets at om met mijn echtgenoot te winkelen in de beroemde koopgoot. Ondanks alle tegenslagen vonden we het allemaal een geslaagde, gezellige avond. Ik kan er weer even tegen aan. Ook merk ik dat de dagen weer wat langer worden. Gelukkig! Goddank had ik ook een heerlijke Netflixserie met twee seizoenen gevonden waar ik echt van genoten heb. En wat mij altijd helpt om uit een dip te klimmen is rennen door het bos. Sinds de feestdagen ren ik gelukkig weer pijnloos elk weekend een rondje van vijf kilometer. Soms door het bos en soms langs het bos door de weilanden. Met frisse moed het nieuwe jaar in. Gelukkig is januari voorbij…

In de buurt van ons huis ligt al maanden een grote doorgaande straat naar het Bredase centrum open. Een grote zandbak. Er worden omleidingen weergegeven met de bekende grote gele borden. Ik denk dat die straat, na drie maanden afgesloten geweest te zijn, precies drie weken open was en nu is de straat tot eind april wederom afgesloten voor verkeer. In onze stad worden projectmatig oude rioolleidingen vervangen, bomen vervangen en wegen opnieuw bestraat of geasfalteerd. De wegopbreking ligt dicht bij ons huis. Ons buurtje is aan de beurt. De vervangende lease-auto van mijn lief wordt een elektrische. Vooraf moet er een paal geplaatst worden waar de auto aan opgeladen kan worden. Dit gebeurt op onze oprit. De kabels moeten van ons huis onder de oprit door naar de oplaadpaal gelegd worden. Dus hebben we besloten onze oprit, die nog steeds met de oude grindtegels uit de jaren ’70 bestraat is, meteen maar te renoveren. Die omgekeerde grindtegels liggen inmiddels schots en scheef door het parkeren van onze auto’s en natuurlijk de hippiebus die zes maanden per jaar daar geparkeerd staat. Er ligt na elke regenbui een enorme plas waar we overheen moeten springen. Dus heb ik ineens een werkplan, een tuinproject, waar aan gewerkt moet worden. Waar mijn aandacht voor nodig is. Dat werkt goed voor mijn humeur merk ik. Ik begin als eerste met een brief aan de gemeente met de vraag wanneer ze ons straatje ingepland hebben voor het vervangen van rioolleidingen. Dat is van belang omdat we door willen bestraten tot aan de openbare weg. Er heeft altijd grind gelegen. Ook bel ik twee verschillende hoveniers die tuinen en sierbestrating aan kunnen leggen. Voor de complete offerte plan ik een dagdeel in dat lief en ik bij een sierbestrating bedrijf gaan kijken, en later bestellen. Ter voorbereiding en inspiratie bekijk ik vele fotootjes op Pinterest. Ik heb iets leuks om naar uit te kijken. Ik ben bezig en daar word ik zo blij van!

zaterdag 1 februari 2020

Olok met ziel

Vraag naar verre reizen neemt af door coronavirus.
- Paul Eldering

Er staat een stoere safaribus voor het museum Volkenkunde in Leiden geparkeerd. Mooie Mexicaanse, felgekleurde kleden er overheen gedrapeerd. Een loper is uitgelegd naar de deur van het museum. Wanneer we er overheen lopen zien we prachtig thematisch gedecoreerde poortjes. Azië, Midden-Oosten, Afrika, alles komt voorbij. Het is heel druk in het museum. We laten onze entreebewijzen zien en krijgen een sticker van een bekende reisorganisatie op onze kleding geplakt. Er klinkt inheemse muziek uit een van de zalen. Er kruipt een oranjekleurige Chinese leeuw al dansend van de trap om het Chinees Nieuwjaar te vieren. Ik wilde graag eens naar informatiedagen over reizen. De eerste keer in mijn leven dat ik inspiratie wil opdoen op een markt met tentoonstellingen van verschillende landen en culturen. Normaliter boek ik onze rondreizen zelfstandig. Ik zoek altijd naar plekjes waar weinig toeristen komen. Weg van de gebaande wegen. Mijn lief en ik vieren dit jaar onze zilveren bruiloft en willen een maand rondreizen met ons gezin. Met z’n vijven hebben we diverse continenten en landen als potentiële bestemmingen besproken. Het moest voor ons alle vijf de eerste keer zijn om de bestemming te bezoeken. Het viel niet mee moet ik toegeven. Onze keus viel op Colombia, vooral dat deel dat aan de Caribische Oceaan gelegen is. We zijn wel eens op de luchthaven in Bogotá overgestapt, dat telt natuurlijk niet mee. De drie personen met een vaste baan hebben vorig jaar al vrij gekregen voor de vier reisweken. Alles in kannen en kruiken zou je denken. Toch is er wat tussen gekomen. Middelste dochter heeft zich afgelopen zomer opgegeven voor een uitwisseling tussen universiteiten. Haar nummer één en nummer twee liggen beiden in Singapore. Ze hoort in maart welke plek het zal worden. Het studiejaar begint daar begin augustus. Midden in onze reis. Nog geen man over boord. We kunnen ook naar de Filipijnen afreizen, dochter na twee weken afzetten in Singapore en nog een stukje Vietnam eraan vast plakken. Ik heb het zelf niet zo op Azië, maar daar kan ik me overheen zetten als we dan toch een maand samen kunnen reizen. Het andere waar ik me zorgen over maak is het coronavirus. Het virus grijpt om zich heen in Azië. Is het voor dochterlief überhaupt veilig om zes maanden in zo’n grote, dichtbevolkte stad als Singapore te zijn? Willen wij een maand rondreizen door Azië? Dus zijn we de laatste dagen weer terug bij ons oude idee om naar Zuid-Amerika te reizen. Het Colombiaanse Cartagena. Ons doel op de reizigersmarkt in het museum is dus inspiratie op te doen over Colombia. We beginnen deze middag bij een filmvertoning over reizen in Zuid-Amerika. Het was een teleurstelling. De landen die ze ons lieten zien hadden we bijna allemaal al bezocht. Traditionele markten in Mexico, Peru, Cuba en Guatemala waar we min of meer dezelfde foto’s geschoten hadden als ze in deze film lieten zien. Het eten dat we niet mochten missen hadden we reeds geproefd. We wilden reistips over Colombia, de mooiste plekjes daar. Ze lieten het niet zien. Teleurgesteld liepen we tijdens de film al weg. We liepen nu hoopvol naar het tafeltje van Colombia op de wereldmarkt. De markt hadden ze geweldig leuk ingericht. Helaas was de reisleidster steeds in gesprek. Ik heb een kaart van Zuid-Amerika van haar tafeltje mee genomen en toen liepen we beneden naar een ingerichte coffeeshop met tafels vol met fotoboeken. Enthousiast begon ik te zoeken naar een fotoboek over Colombia. Ik zag ze niet. Ik sprak een meneer van de reisorganisatie aan die de boeken aan het organiseren was op de grote leestafel. Helaas had hij er ook nog geen van dit land gezien… Enigszins gedesillusioneerd liepen we samen naar buiten. Dit was onze eerste keer. Mijn lief zei dat ik onze reis beter zelf kan gaan organiseren zoals ik het altijd al heb gedaan. ‘Dat was toch altijd goed?’ zei hij. Hij heeft gelijk. In de auto op weg naar huis vond ik online een geweldig reisblog van een Nederlandse die nu in Colombia woont. Zóveel inspiratie!

Je mocht die zondagmiddag natuurlijk ook lekker als bezoeker door het Leidse museum lopen. Dat hebben wij ook gedaan. Er zijn ontelbaar veel volken op deze planeet. Dus voor mijn gevoel werden alle volken een beetje (te) kort aangestipt in de vele zalen. Veel traditionele kleding, gebruiksvoorwerpen en maskers lagen tentoongesteld. Ik stuitte op een interessant item. Een prachtige, felgekleurde verentooi uit Suriname. De olok genaamd. De Wayana-indianen, een van de inheemse volken in Suriname, geloven dat sommige voorwerpen een ziel hebben en dat ze verzorgd moeten worden. Zo ook deze geveerde olok. De Wayana-indianen komen trouwens oorspronkelijk uit Brazilië. Zij verhuisden naar Suriname om dichter bij hun handelspartners te wonen. Wayana-indiaan Kananoe Apetina stichtte het dorp Apetina in 1956. Hij was ook de eerste Wayana die met een aantal mannen in 1937 de stad Paramaribo bezocht. Het dorp Apetina is vanaf Paramaribo met het vliegtuig in ongeveer één uur te bereiken. Het dorp is op een heuvel gebouwd en ligt verscholen tussen de bomen. Gelegen aan de Tapanahoni-rivier. Kapitein Samé, dorpshoofd van Apetina, was in 2010 op bezoek in het Leids museum Volkenkunde. Staande op de plek waar ik stond, naast de felgekleurde verentooi, zei hij hierover “De olok is een geest, als ik met hem spreek, dan spreek ik ook met al mijn voorouders. […] Ik heb met hem gesproken, ik heb hem water gegeven, want hij had dorst. De olok moet niet de hele tijd hangen. Hij moet ook kunnen zitten. Hij moet een eigen plek hebben. De olok vindt het fijn als mensen langs komen om hem te spreken en samen te drinken.” Ik heb een tijdje in m’n uppie de olok staan bewonderen. Ik voelde geen aanwezigheid van een ziel. Toch is er in overleg met meneer Samé een fles water bij de verentooi gezet. En ik zag ook een verenmand staan zodat de tooi af en toe kan uitrusten.

zaterdag 25 januari 2020

Tong enzo

As I walked out the door toward the gate that would lead to my freedom, I knew if I didn’t leave my bitterness and hatred behind, I’d still be in prison.
- Nelson Mandela

Afgelopen week was het Martin Luther King dag zag ik op mijn scheurkalender in het toilet. Een Amerikaanse feestdag ter ere van de beroemde Amerikaanse dominee en politiek activist Martin Luther King. De viering valt jaarlijks op de derde maandag van januari. Toevallig ook Blue Monday… Ondanks dat sinds het jaar 2000 deze feestdag officieel gevierd wordt in alle vijftig staten van de VS heb ik er zelf geen herinneringen aan. De dag krijgt inhoud met demonstraties voor vrede, sociale rechtvaardigheid, rassen- en klassengelijkheid, en ook als nationale dag van vrijwilligersorganisaties. De meeste scholen en hoger onderwijs instellingen zijn wel gesloten, maar sommige scholen blijven open en vieren in plaats daarvan King’s boodschap. Als dominee zei King dat vergeving niet iets eenmaligs is. Vergeving is een manier van leven. Een misverstand over vergeving is dat je het doet voor een ander. Volgens King is het juist precies andersom. Je vergeeft een ander om zélf vrij te zijn van woede en wrok. Heel gezond dus. Het tweede misverstand is volgens hem dat vergeven maar af en toe nodig is. Vergeving is juist een levenshouding. Je bent bereid de ander te vergeven, dat is wat je wilt doen. Maar dan begint het proces pas in jezelf. Want vergeven gaat niet één, twee, drie... Vergeving wil namelijk ook niet zeggen dat het onmiddellijk koek en ei moet en kan zijn tussen jezelf en de ander. Dat is weer een ander proces, dit wordt vaak verward. Namelijk het proces van verzoening, het aanvaarden van elkaar. Verzoening is óók weer een langdurig proces. Als manier van leven betekent vergeving eigenlijk volgens King dat je open blijft staan voor het perspectief van anderen. Compassie. Kan het zijn dat ze handelen naar hun beste weten en kunnen? Vergeven doe je net zo lang tot de dingen die je zijn aangedaan geen pijn meer veroorzaken. Zeker niet één, twee, drie dus. Het is een geweldige levenskunst die jezelf en anderen enorm goed doet. Het leven van King bewijst dat dit verre van een passieve houding is. Je kunt dus net als King, en Mandela trouwens, vergevingsgezind zijn, én daarmee de wereld veranderen.

Als je in de nacht langs de slaapkamer van onze jongste dochter liep, hoorde je een enorm hard repeterend geluid uit haar bedje. Soms hoorde ik het al van verre wanneer ik in mijn eigen bed lag. Slaapkamers op dezelfde verdieping, dat wel. Knarsetanden. Mijn vader deed het. Mijn zus en ik doen het. Haar zoon en mijn dochter helaas ook. Een erfelijk dingetje. Vooral bij het verwerken van spanning en stress van de dagen ervoor. Enkele uitspraken in onze taal verwijzen ook naar de relatie tussen stress en de tanden. Ergens je tanden inzetten. Even doorbijten. Ergens op kauwen. De kiezen stijf op elkaar houden. Je ergens in vastbijten. Je tanden laten zien. Hij was gewapend tot de tanden. Een bekend verschijnsel bij knarsen is ook wangbijten. Door het onbewust bijten in de binnenwang ontstaan bloedingen en zweertjes. Sinds een half jaar ontwaak ik in de ochtend met een brandend gevoel in mijn wang en aan zijkant van mijn tong. Helemaal niet fijn als je zoals ik de dag wilt opstarten met een verse kop hete thee. Irritatie van mijn wangslijmvlies. Pijn. Ik drink elke ochtend speciaal niet te hete, heilzame saliethee om de ontstekingen te herstellen. De laatste weken waren mijn klachten zo erg dat ik toch maar naar de tandarts belde. De tandarts wachtte mij op met een team assistentes en stagiaires. Ik heb een witte streep aan de binnenkant van mijn beiden wangen, de zogenaamde linea alba. Er bestaat helaas een heel superkleine kans dat deze witte littekencellen ooit kwaadaardig zouden kunnen worden.… De diagnose was snel gesteld. Morsicatio. Een aandoening waarbij je chronisch op je tong, je tongranden en zoals ik op je wang bijt. Door spanning in het kaakgewricht kun je ook oorsuizen of een aanhoudend piepend geluid in het oor krijgen. Oók dat heb ik zo nu en dan… De oplossing was snel door het tandartsteam bedacht. Een bitje, of kunststof beschermhoes. En geen zachte, die zou ik in no time stukbijten. Eén van hard plastic. Ik heb meteen moeten happen in een vieze soort klei in een veel te groot bakje. Volgende week zal ik het bitje ophalen. Ondertussen kijk ik natuurlijk ook naar een oplossing in de yoga. Door de stand van het hoofd en de kin te verbeteren en de kaakspieren te ontspannen kan er al namelijk al verlichting van de klachten optreden. En om de kaken goed te ontspannen moet je ook je nek en schouders mee nemen. Yoga en meditatie kunnen me hierbij helpen. Op mijn yogaschool wordt in het voorjaar een workshop gegeven. Ik zal erbij zijn.

zaterdag 18 januari 2020

Boomer

“People who smile while they are alone used to be called insane, until we invented smartphones and social media.”
― Mokokoma Mokhonoana

Ik ben een boomer. Volgens onze kinderen dan. Helemaal correct is dat niet. Mijn ouders waren typische baby boomers. Beiden verwekt na de bevrijding, beiden geboren in mei 1946. Op Wikipedia valt mijn geboortejaar 1969 toch nog nèt in de boomer periode. Wat onze meiden eigenlijk bedoelen is dat mijn gedrag past bij een typische boomer. Ze zeiden het een beetje neerbuigend tegen me toen ik voorstelde om allemaal onze mobiel uit te zetten op Oudejaarsavond. Hoe onnozel! In de ogen van onze kinderen is een boomer van gevorderde leeftijd, met ouderwetse denkbeelden of conservatieve opvattingen. Prompt maakte de Dikke van Dale ook nog bekend dat boomer verkozen is tot het woord van 2019. Ik vind het inderdaad heerlijk bevrijdend om mijn smartphone zo nu en dan uit te zetten. Bijvoorbeeld tijdens onze reizen, in het weekend of op feestdagen zoals Oudejaarsavond. Ik zie een mobieltje niet als een middel dat ons allemaal met elkaar verbindt zoals men jaren terug hoopvol dacht. Juist niet. Zeker niet wanneer ik om me heen kijk en mijn gezinsleden met hun telefoon aan de eettafel zie zitten. We zijn minder gefocust, voelen minder emotionele verbondenheid en hebben minder diepe gesprekken als onze telefoon op tafel ligt. Dat is hoe ik het ervaar. Trouwens ook als ik zelf achter mijn computer zit hoor. Mijn telefoontje gebruik ik alleen voor berichtjes. Soms gps in de auto, als fototoestel, voor internet wanneer ik van huis ben en natuurlijk om ouderwets te bellen. Al bel ik nauwelijks nog met vrienden. Als tiener kon ik uren aan de vaste telefoon geplakt zitten om met mijn vriendinnen te bellen. Boven kon mijn zusje stiekem meeluisteren met het tweede toestel dus ik moest altijd verdacht zijn op een klikje in de telefoonlijn. Mijn moeder klaagde dat ik de telefoonlijn bezet hield. Die contacten verlopen nu via Whatsapp. Tegenwoordig zijn we meer dan ooit verbonden met vrienden en bekenden. En tegelijkertijd leven we ook allemaal in onze eigen bubbel. Ik denk dat onze meiden (en hun generatie) meer zelfbeheersing zouden moeten oefenen en ontwikkelen om niet weer naar hun telefoontje te grijpen. Mijn lief ook trouwens. Hij leest de hele dag het nieuws op zijn mobieltje, checkt zijn werkmail, aandelen en berichten de hele dag door. Hij slaapt zelfs naast zijn telefoontje, omdat hij deze ook als wekker gebruikt. Onmisbaar. Ik weet nog precies dat ik in 1992 mijn eerste mobiele telefoon kreeg. Een werktelefoon. De Kermit heette hij, later Greenhopper genoemd. Ik kon er alleen onderweg bij Greenpoints mee bellen te herkennen aan zo’n specifieke sticker op de deur. Tegenwoordig heeft 93 procent van de Nederlanders een smartphone. Van al mijn senioren cliënten gebruikt alleen de jongste een mobieltje waarvan ik altijd de batterij moet checken en de oplader op haar hoofdkussen moet leggen zodat ze hem niet vergeet op te laden. Met haar mobiel is ze altijd bereikbaar voor haar familie. App’s gebruikt ze helemaal niet. Terwijl de app’s juist het succes van de smartphones zijn. Netflix, Instagram, Whatsapp, Snapchat, Spotify en TikTok zijn de app’s die onze meiden het meest gebruiken. Van dat rijtje heb ik alleen Whatsapp. Een boomer dus. Het mobieltje is een onderdeel van onszelf geworden. Toch zou je de telefoon een niet overheersende plek moeten geven in je leven. Dat is mij goed gelukt vind ik, als boomer. Helaas is dat niet bij iedereen het geval. Misschien moeten we ons in de toekomst meer richten op zelfkalmerend gedrag. Zoals yoga.

De eerste koelkast die ik kocht was eigenlijk voor mijn lief. Op zijn studentenkamertje in Amstelveen. Een tafelmodel. Een tweedehandsje. Ook de koelkast voor ons eerste huurhuisje in Amsterdam was natuurlijk een tweedehandsje. Deze lieten we samen met ons gasfornuis na aan de nieuwe huurder, een ex-verslaafde. Zelfs de koelkast in ons eerste koophuis zat al ingebouwd in de keuken en was dus een tweedehandsje. Ook in The States stond al een reuzegrote, used koelkast in de keuken. De eerste échte nieuwe die we kochten was toen we naar dit huis verhuisden waar we nu nog wonen. Daarna braken betere koelkasttijden aan. In Spanje herinner ik me de aankoop van een nieuwe koelkast voor onze Madrileense keuken. Ook in Mexico mochten we een mooie, grote RVS koelkast uitkiezen van het bedrijf. Na ons vertrek heb ik die voor een klein prijsje doorverkocht aan een Mexicaans yogavriendinnetje. Toen we ruim vier jaar geleden terug verhuisden naar Breda wilde ik al heel snel heel graag een nieuwe koelkast. Er waren door de huurders wat dingen afgebroken zoals een barst in de groentelade en het rekje in de deur kon geen grote flessen meer vasthouden. Wat me het meest stoorde was dat de vriezer zo snel aankoekte. Dat lag ook aan mij, want ik vind ontdooien van het vriesgedeelte zo’n tijdrovend gedoe. Het laatste half jaar zat er soms wel bijna tien centimeter vastgevroren ijs aan alle kanten van het vak. Dat kost heel veel volume! De laatste weken kon ik tot mijn grote frustratie nauwelijks nog drie broden kwijt. Bovendien…het vreet energie zo’n laag ijs. Voor de Kerstdagen had ik lekker in m’n uppie geshopt voor een moderne Amerikaanse koelkast. Eerst online en daarna ging ik het model in de winkel bekijken. Na de aankoop moest ik tot half januari mijn geduld bewaren. Deze week was de ochtend van de bezorging. We hadden de vriezer leeg gegeten. Speciaal geen wekelijkse boodschappen gedaan. Stekker eruit getrokken en het beetje inhoud op het aanrecht uitgestald. De mannen kwamen na lang wachten met een kartonnen gevaarte de keuken in en toen bleek er een deuk in een van de twee deuren te zitten. Ik was zó teleurgesteld. Ze boden nog een schadekorting aan, maar ik stuurde de koelkast terug. Daarbij beschadigde onze antieke houten vloer ook nog. Wat een teleurstelling! Sip zette ik alles weer terug in m’n oude versleten koelkast waar ook nog een wieltje van afbrak. De nieuwe koelkast kon niet meer nageleverd worden… Ik moest opnieuw gaan shoppen. Ik had er online weer eentje gevonden. Maar liefst driehonderd euro duurder. Met meer inhoud, minder geluid, mijn felbegeerde antifrost en een heuse ‘ijstwister’. Een onverwachtse plot twist bleek de dag erna toen ik een antwoord kreeg van de eerste winkel dat ze driehonderd euro schadevergoeding op onze rekening wilden storten. Of ik er tevreden mee was? Ik ben superdík tevreden met ons luxere model koelkast voor de prijs van de eerste!

zaterdag 11 januari 2020

Sneeuw!

"Snow was falling,
so much like stars
filling the dark trees
that one could easily imagine
its reason for being was nothing more
than prettiness.”

― Mary Oliver

Over de besneeuwde weg naar boven zien we de mooi verlichtte houten staafkerk uit 1907 in al zijn glorie de hoogte in rijzen. Onze snowboots kraken in de verse sneeuw. Een sneeuwploeg en een zoutstrooier doen hun werk met hun felle lampen op de straat gericht. Een auto is door de gladheid tegen een lantaarnpaal aan gegleden. Kinderen spelen met sleetjes. Winterse tafereeltjes. Middelste dochter en ik zijn deze avond samen op weg naar het Nieuwjaarsconcert in deze Duitse antieke kerk. Een klein ensemble met een klarinet, trompet, piano en contrabas speelt een bonte verzameling van muziek. Van country naar schlager. Soms zingt er een zangeres. Er zitten honderden luisteraars in de houten banken. Een grote kroonluchter hangt aan het hoge houtbewerkte plafond. Dochterlief en ik zitten helemaal achterin. Dat heeft twee voordelen. We kunnen best wel onopgemerkt weg sluipen wanneer we dat willen en de radiator staat achter ons bankje te loeien. We hebben onze natte wintermutsen en handschoenen erop gelegd om te drogen. Jassen uitgetrokken. Vanmiddag toen we een bergwandeling maakten met het gezin waaide het hard en zag je al natte sneeuw over het bevroren meer jagen. Soms sloeg het hard in ons gezicht. Mijn gedachten dwaalden zo nu en dan af naar de National Parks in Zuid-Korea waar we rond deze tijd een jaar geleden ook in zulke kou bergwandelingen maakten. We pauzeren halverwege de zeven kilometer lange wandeling met warme chocomel en taartjes bij een uitbater aan een bevroren meer gelegen. Uitzicht op diverse mooi gekleurde vogeltjes in een boom. Natte jassen op de radiator om te drogen. ‘s Middags terug in de hotelkamer begon de échte sneeuwval. Het dorp en de berg kleurden helemaal wit. Zó blij worden we daarvan! Voordat we met snowboots en lange thermobroeken onder onze kleding in het donker naar het restaurant togen om een schnitzel te eten, werden er natuurlijk eerst wat sneeuwballen gegooid. Plezier. Met een volle maag, warme voeten en handen luisterden middelste dochter en ik ontspannen tegen elkaar aangeleund naar het concert. In deze mooie, unieke omgeving van een sfeervolle houten staafkerk - zoals we er zoveel gezien hadden in Noorwegen afgelopen zomer - stonden we stil bij het nieuwe jaar en het nieuwe decennium.

Happy, happy Birthday’ zingen we in de hotelkamer voor onze jongste dochter, ook jongste zusje natuurlijk. Vandaag vijftien jaar oud. De wereld is wit buiten. Slingers en ballonnen op het grote bed. Cadeautjes hadden we uit Nederland meegesleept in dochter’s kleine autootje. Na het ontbijt wandelen we door het besneeuwde dorp richting het bos. De cabineliftjes zijn vandaag voor het eerst van dit seizoen geopend. Hoe leuk om op haar verjaardag een sneeuwwandeling op de bergtop te maken! Helaas denken andere gezinsleden daar anders over. Ook de jarige job rijdt liever naar huis. Op tijd thuis zijn. We maken nog wel in het dal wat leuke fotootjes in de sneeuw. Het kleine sfeervolle winkeltje dat volgestouwd staat met sleetjes en skies voor verhuur is vandaag, op zondag, sowieso gesloten. Geen plezier op de natuurlijke Rodelbahn dus... We halen wél vijf gebakjes bij de Konditorei in het dorp en rijden dan voorzichtig terug naar Breda. Eind van de zondagmiddag zijn we thuis. Tijd voor de vijf Duitse gebakjes met een kop hete thee. De jarige job vond het helemaal niet erg om een deel van de dag in de auto te zitten. Lekker samen dicht bij elkaar. Ze treedt niet graag op de voorgrond. Lekker uit het raam turen, luisteren naar de muziek of meezingen is al voldoende voor een fijn gevoel. Ze voelde zich jarig vanmorgen met haar cadeautjes en ballonnen op de hotelkamer. Thuis stroomden de berichtjes op social media binnen. En er wacht natuurlijk nog een feestje met haar vriendinnen deze maand. Ze is gelukkig. Soms heb ik wel een schuldgevoel. Haar verjaardag is heel vaak een reisdag. Vorig jaar nog toen we laat op de avond van haar verjaardag het vliegtuig in Seoul moesten pakken. Die dag was trouwens wel écht een feestdag voor haar. Twee jaar daarvoor vierden we het net als vandaag ook in het Duitse Hahnenklee, maar toen was haar verjaardag juist de dag van aankomst. Het is maar net hoe de Kerstdagen vallen. De wereld was toen bedekt met een heel dik pak sneeuw. In Spanje en Mexico waren we ook vaak weg op haar geboortedag. Ik herinner me een dag sleeën hoog in de Spaanse Sierra Nevada toen we haar vierde prinsessenverjaardag vierden. Als verrassing een roze koffertje mee, alleen maar gevuld met een roze prinsessenjurk, glitter hakschoentjes, een glanzende tiara en een toverstokje. Ik herinner me ook een verjaardag in het Mexicaanse bergdorp San Cristóbal de las Casas. Toen de jarige job met een heliumballon over straat huppelde en we overheerlijke gebakjes kochten bij een Franse taartjesbakker. Je zou bijna zeggen dat ze niet beter weet of haar feestje wordt ergens onderweg gevierd. Ze is een heel lief, bedaard meisje dat soms ook heel luidruchtig en wild kan zijn. Een mooi meisje. Een klimaatstaker. Met de grootste blauwe ogen ever. Ze is heel intelligent net zoals haar grote zussen. Met grote ambities zoals studeren in Amsterdam en daar op kamers wonen. Zelf een wereldreis maken. Een vegetariër. Heel bewust van haar ecologische voetafdruk. Soms net zo dwars als haar vader. Maar altijd onze baby, ons cadeautje.

zaterdag 4 januari 2020

New decade

It takes a snowflake two hours to fall from cloud to earth. Can’t you just see its slow, peaceful decent?
― Amy Krouse Rosenthal

Iedereen met wie ik probeer een date te krijgen zegt af. Allereerst kan mijn eigen lief niet mee naar mijn avondje uit. Dan vraag ik de buurvrouw van verderop mee. Zij houdt een slag om de arm en zegt dezelfde middag voor ons avondje uit af. Ze voelt zich niet lekker. Ik vraag mijn ándere buurvrouw om samen naar de buurtbingo te gaan en zij weet het ook nog niet zeker. Begin van de avond krijg ik de doorslag. Deze aardige buurvrouw fietst op de een-na-laatste dag van de jaren ’10 met me mee naar het gemeenschapshuis in ons dorp. Voor het jaarlijkse avondje bingo. Onze straatvereniging is het hele jaar door actief. Al zolang wij er wonen, zestien jaar inmiddels, organiseren ze leuke activiteiten. Vaak vindt het buiten in de straat zelf plaats zoals een straatbarbecue, een nieuwjaarsreceptie of een Halloweentocht. Soms buiten de deur zoals deze bingo-avond. Ons gezin is echter nog nóóit bij de jaarlijkse bingo-avond aanwezig geweest. Niet omdat we niet willen of omdat we niet uitgenodigd worden. Puur alleen omdat we er nooit zijn in die bewuste week. Het valt altijd tussen Kerst en Oud&Nieuw. Dit jaar zijn we thuis. De buren beseften dat tijdens de Halloweennight en toen moesten we met de hand op ons hart beloven dat we dit jaar zouden komen. Woorden als hilarisch, supergezellig en erg grappig vielen bij hun beschrijving van de avond. Ik werd toch wel nieuwsgierig… Bijna viel het in het water, maar daar vertrok ik dus toch nog met mijn buurvrouw op de fiets naar een oergezellig bingo-avondje. We kochten ieder voor zeven euro vijftig een afscheurblok met een stapeltje bingokaarten. Buurvrouw had er aan gedacht stiften mee te nemen om de getallen in te kleuren. Sommige diehards hadden zelfs een bingostempel om de getallen weg te ‘strepen’! Ik zag nergens zo’n rond mandje met balletjes met nummertjes erop. Er stond wel een moderne machine op tafel die ook de bingoformulieren heel serieus kon checken op fraude in ’t spel. Het tempo lag best hoog, geen tijd voor kletspraatjes. De spelleider van tweeëntachtig jaar oud en zijn charmante vrouw deden het inderdaad heel leuk. En zoals me al beloofd was; als debutant had ik beginnersgeluk. Er stond een tafel vol met prijzen. Dezelfde ochtend gekocht bij de Action door twee buurvrouwen. Ik won twee prijsjes. BINGO! Allereerst won ik een kaarsenstandaard. En later nog een glaasje met een geurkaars erin. Een volle bingokaart was prijs. Ouderwets gezellig! Ze maakten het nog wat afwisselender door ook te kunnen winnen met een volle horizontale lijn of een diagonaal. Of allemaal naast je stoel staan en als je het genoemde nummer op je bingoformulier had moest je gaan zitten. Diegene die overbleef kreeg ook een prijs. Halverwege mochten we voor een euro een extra bingoformulier kopen waar je zelf vijf symbolische cijfers mocht uitkiezen om mee te winnen. De prijs was de opbrengst van de tussentijdse verkoop. Welgeteld zesendertig euro! De verliezers kregen sowieso ook een prijs. Uiteindelijk hadden alle buurtbewoners een prijsje. Wat een onschuldig, oud-Hollands gemoedelijk avondje uit met buurtbewoners! Absoluut verbinding tussen jong en oud. Mochten we volgend jaar thuis zijn dan neem ik mijn lief en onze meiden mee!

Er is een snowblizzard voorspeld één dag voordat we terug naar Nederland rijden. Gevaar voor gladheid op de weg lees ik thuis op mijn mobiel. Voor onze Volvo heb ik geen winterbanden besteld. Niet aan gedacht. Manlief en dochter kregen wél winterbanden onder hun lease-auto’s. We vertrokken dus met z’n vijven in het lease-autootje van onze dochter. Niet groot, maar als meevaller gratis benzine en gratis winterbanden. Zo reden we al luid zingend lekker dicht op elkaar met een overvolle bagagebak door het steeds heuvelachtiger Duitsland. De tweede dag bezochten we een historische zilver-, koper- en loodmijn in de buurt. Op deze plek wordt al duizend jaar erts gewonnen. Er zijn zelfs archeologische resten gevonden (een koperen amulet) die er op wijst dat er zelfs al drieduizend jaar erts wordt ontgind. De mijn sloot zijn deuren pas in 1988. Het is geen mysterie waarom deze plek op de UNESCO lijst van wereldcultuurerfgoeden staat. De Rammelsberg kijkt uit op het charmante, historische stadje Goslar. De mooie huizen in de stad stammen voornamelijk uit de zestiende eeuw. Keizer Hendrik II liet echter in de elfde eeuw zijn paleis hier al bouwen. Een authentieke stad met een ziel. In de schachten van de mijn moesten we ineens - zonder uitleg - een onverwacht eng ritje maken in een donker afgesloten klein treintje. Beetje verwarrend. Eenmaal terug in de auto beseften we pas dat we ons bij de verkeerde gids en groep hadden aangesloten! We hadden namelijk specifiek nìet voor de trein maar juist voor de wandeling met gids kaartjes gekocht. Behoorlijk dom, en grappig. Na de rondleiding slenterden we door de sfeervolle hanzestad. De wolken mysterieus dichtgepakt boven ons met dreigende sneeuwval. We dronken thee en warme chocomel in een oud café op de antieke Marktplatz. Natuurlijk speelden we wat potjes van ons geliefde kaartenspel. In de avond reden we door het donkere Harzgebergte terug naar ons hotel. Heerlijk om in pyjama te relaxen in een warme hotelkamer terwijl er buiten een harde wind waait en ijs- en ijskoud is.

Hahnenklee, 3 januari 2020

zaterdag 28 december 2019

Kerstmis

Geluk zit in de verbondenheid met anderen.
- koning Willem-Alexander (kersttoespraak 2019)

Het eerste dat ik zie bij het echtpaar waar ik nu een paar maanden kom is dat meneer nog steeds dezelfde sokken draagt als de eerste keer toen ik er kwam. Dat kan ik makkelijk zien, want hij draagt een grijze en een donkerblauwe sok. Zijn vrouw heeft in al die maanden haar haar nooit gewassen. Ze zwom vroeger wekelijks, maar dat doet ze al maanden niet meer. Haar haar plakt van vettigheid plat op haar hoofd. Er zijn veel oudere mensen die moeilijk aan te zetten zijn tot douchen. Dat kan natuurlijk veel redenen hebben zoals bang zijn om te vallen, luiheid, niet gewend zijn uit hun jeugd, het gewoonweg vergeten, bang dat er iemand de doucheruimte binnenloopt of dat het te lang duurt voordat er warm water uit de douchekop stroomt. Ik zie het heel vaak. Meer dan de helft van mijn senioren cliënten doucht niet graag. Dit echtpaar spant echter de kroon. Allereerst probeer ik haar bij de kapper te krijgen. Kapper Anton waar mevrouw al vijfentwintig jaar komt. Er is altijd een excuus om niet samen telefonisch een afspraak te maken. Of een excuus om niet te gaan. Ik heb laatst brutaal thuis een afspraak voor ze ingepland. Het later op hun weekagenda geschreven en toen de dag aanbrak om ze erheen te brengen hadden ze het doorgekrast op hun kalender. Met veel moeite en praten als brugman heb ik ze in mijn auto gekregen en daar eenmaal aangekomen fluisterde kapper Anton meteen in mijn oor dat mevrouw wel vier keer telefonisch geprobeerd had de afspraak af te zeggen. Haar haar moest twee keer gewassen worden voordat het goed schoon was. Het werd geknipt en geföhnd. Ik zag een andere vrouw uit de kappersstoel stappen. Ik complimenteerde haar uitbundig. Meneer gaf aan dat hij het tóch wel heel fijn vond dat zijn haar nu gewassen en geknipt was. Voor Kerstmis is het echtpaar uitgenodigd voor een grote familielunch bij een van de kinderen thuis. De dag ervoor wil ik meneer onder de douche krijgen dat absoluut niet lukt. Ik wil ook heel graag dat hij met nette, schone kleding naar zijn familie gaat. Dit pak ik met veel beleid aan. Eerst mag ik in zijn kledingkast kijken. Dan kies ik heel enthousiast een mooi overhemd met nieuwe trui uit. Met een hoop gemurmel van zijn kant mag ik het uiteindelijk op een kledinghanger klaar hangen aan de buitenkant van de kastdeur. Schoorvoetend belooft hij me het de volgende dag aan te trekken. Mevrouw ziet het nut er niet van in dat ze haar haar vanmiddag moet wassen. Wanneer ik zeg dat er vast foto’s gemaakt gaan worden op de familiereünie gaat ze over stag. Zij doucht! Ik heb meneer ook nog overgehaald om zijn schoenen in de berging te poetsen. ‘Dat doe ik zelf morgen wel..’ krijg ik steeds te horen. Vlak voor ik weg ga vraagt mevrouw mij of ik de jurk wil zien die ze voor morgen in gedachten heeft. Ik prijs de jurk de hemel in. Van hun zoon krijg ik later een bericht ‘Fijn dat je met zo veel geduld toch door het zorgmijdende en -afwijzende gedoe van vooral mijn moeder heen weten te komen. Mijn respect is groot!’ Op deze manier haal ik voldoening uit mijn werk. Al is dit echtpaar wel uitzonderlijk voor mij. Ten eerste omdat ik nooit met twee beginnend dementerende mensen tegelijk werk en ook omdat ze zich extreem verzetten tegen zorg. Gelukkig vindt mevrouw mij heel aardig en dat zegt ze me regelmatig. Ze was zelfs oprecht teleurgesteld toen ze vernam dat ik zelf niet mee ging naar de familiereünie. Meneer gaat ook steeds meer ontspannen. Dat zie ik aan de grapjes die hij maakt. Ze willen altijd beiden mee boodschappen doen. En soms gaat hij zelfs piano spelen als ik dat vraag. Zoals die bewuste middag voor Kerstmis. Zachtjes zongen mevrouw en ik de Kerstliedjes vanuit de keuken mee…

We lopen op een reusachtige blauw en geel gekleurde circustent af op het Haagse Malieveld. Het wintercircus. Tickets van de gulle Sint gekregen. We worden ontvangen in een prachtig versierde warme voortent met bordeauxrode vloerbedekking. Diverse mega grote goudkleurige Boeddha’s en knalrode drakenbeelden staan verdeeld over de ruimte. Al meer dan twintig jaar geeft een groot Kerstcircus tijdens de kerstvakantie voorstellingen op het Malieveld. Wintercircus is erg populair in Nederland. Dit jaar reist een wel heel bijzondere groep artiesten naar Den Haag. Na vele jaren van afwezigheid komt het Chinees Nationaal Circus eindelijk weer eens terug. Het gezelschap presenteert een exclusief gala programma. Samen met de Franse clown Ferdinand zorgen de Chinese topacrobaten voor de ultieme show in de piste. Echt spectaculaire acrobatiek, mooie kleding, en prachtige dansende draken in de voorstelling. Tegenwoordig is het circus zonder dieren een meer verhalende, theatrale circusvorm. Het verhaal wordt door de enige Nederlands sprekende spreekstalmeester verteld. Over Chinees Nieuwjaar en een besneeuwde bergpas. Een speciale sfeer. Mooie muziek. Het circusprogramma wordt afgedraaid waar ook ruimte is voor de persoonlijke invulling van de Chinese artiesten. Veel hoge piramides van mensen. Sterke mannen die mensen opeen stapelen, lenige meisjes die dubbel vouwen of een atleet die zélf stoelen op elkaar stapelt waarbij hij op de bovenste stoel staat te wankelen. Heel anders dan vroeger. Vroeger keek ik als kind thuis traditioneel op Kerstmis het circus op (zwartwit) TV. Veel paardendressuur, wilde dieren, acrobaten en natuurlijk clowns. Clowns vulden vaak de pauzes tussen de andere nummers. In dit moderne circus is ook een clown. Dat vinden de meiden de minst leuke nummers. Ondanks dat er geen dressuurpaarden zijn of piccolo’s in de pauze die popcorn of zuurstokken verkopen tussen de rijen mensen door, vinden we dit een heel mooi, modern, onvergetelijk Kerstcircus.

zaterdag 21 december 2019

Love weighs more than gold

Remember this December that love weighs more than gold!
- Josephine Dodge Daskam Bacon

‘Ik liep pardoes op mijn blote voeten het restaurant uit’ zeg ik monter tegen de serveerster die ons tafeltje, waar we net gegeten hebben, aan het afruimen is. Ik buig me onder de tafel. ’Nou dan ben je in ieder geval wel héél ontspannen’ reageert ze lachend terug. Ik kom mijn slippertjes halen die ik onder tafel uit getrokken had. Ik heb met mijn lief hier lekker gedineerd in onze badjas. Met niks eronder. We zijn namelijk al een hele dag in een vijf sterren sauna. Aan de Maarsseveense plassen. Cadeautje van de Sint. Ik vind hier juist zo’n rust en ruimte omdat we de hele dag hier zijn, én er thuis niemand op ons wacht. Meestal ga ik met mijn zus naar de sauna en dan moeten we altijd op tijd thuis zijn omdat de plicht van onze gezinnen roept. Deze keer zijn alle drie de meiden de deur uit. Mijn lief en ik hoeven voor niemand op tijd thuis te zijn. Tijd speelt geen rol. En dát vind ik zo luxe! We lunchen met uitzicht op het meer. We laten ons samen tegelijkertijd masseren terwijl de winterse hagelbuien tegen de ruiten slaan. De masseuse gebruikte verwarmde olie en dat voelde zo rijk. Zeker wanneer ik eraan dacht dat veel mensen nu gestrest door de natte stad aan het rennen zijn op zoek naar Kerstcadeautjes, boodschappenlijstjes aan het afvinken zijn of feestkleding aan het scoren zijn voor allerlei feestjes en (werk)borrels. We wonen een opgieting bij in een cabine die met de grote ramen uitkijkt op de stranden aan de overkant. En net tijdens deze sessie begint een flinke winterse regenbui. Heerlijk! Of we zitten relaxt in de saunacabine die óp het water drijft en je het klotsende water onder de vlonder hoort slaan en het wild wuivende riet voor de ramen heen weer ziet zwaaien. Hoe heerlijk is het om je verhitte, naakte lijf door regen en wind te laten afkoelen terwijl je in het schemer terugloopt over de weide? We dobberen ook twee keer in een warm bad met veel Dode Zee zout. Automatisch gaan mijn gedachten twee jaar terug toen we in december écht in de Dode Zee dobberden. ’s Avonds na het eten genieten we buiten in het donker in een heet bubbelbad terwijl onze brillen naast het bad door de storm weg waaien en onze wangen boven water heel erg afkoelen. Overal gezellige Kerstverlichting om ons heen. In de saunacabines mag niet gesproken worden. Stilte. Alleen in stilte vindt men rust. In luie stoelen drinken we thee met ons meegenomen boek op schoot. Voor mij voelt deze dag als een korte vakantie. Telefoons liggen al de hele dag in onze kluisjes. Als we halverwege de avond loom in de auto stappen om naar huis te rijden zet mijn lief zijn telefoon aan om de gps te gebruiken. ‘Oh nee!’ roept hij verschrikt uit. ‘Is er wat met de kinderen?’ is meteen mijn vraag. Hij blijkt een gezamenlijk etentje deze avond met vrienden vergeten te zijn. Niet in onze familieagenda genoteerd en ook niet met mij overlegd… Oeps. De vrienden hadden vandaag tig onbeantwoorde berichtjes naar hem gestuurd en daarom besloten het etentje maar te vergeten. Verstandig van ze. Toch is het niet zo netjes van ons. Excuses gestameld. In het nieuwe jaar nogmaals proberen, en misschien een snugger idee om het dan wél in onze familieagenda te noteren?

De kalender geeft aan dat het al voorbij half december is, dus het einde van het jaar nadert met rasse schreden. Het zijn de donkerste dagen van het jaar. De winter is voor de natuur een tijd van zich terugtrekken. Groei en bloei komen even stil te staan zonder dat leven verdwijnt. Het leven vindt nu binnenin of ondergronds plaats. Hoe anders is het met de mens. Zodra de donkere dagen naderen zijn er allerlei drukke activiteiten. Halloween, Sinterklaas, Kerst en Oud & Nieuw. Natuurlijk wordt dit flink aangekleed met cadeautjes en veel eten. We moeten toch vooral ontspannen, maar ondertussen zitten veel mensen in de stress. Over de te kopen cadeaus, wat te eten, nieuwe kleding, het werk nog even af krijgen voor de Feestdagen of de familie of vrienden die op bezoek komen. Hoe zou het zijn als we ons net als de natuur zouden gedragen? Ons terug trekken naar binnen in letterlijke en figuurlijke zin. Tijd voor overdenking, meditatie, rust nemen, matigheid in plaats van druk, druk, druk. Dit is ook de tijd om weer terug te kijken en te relativeren. Dankbaar te zijn. De winter met zijn donkere dagen is zo’n mooie tijd hiervoor. Mijn blog heeft een dezer dagen de mijlpaal van 50.000 pageviews behaald en daar ben ik erg dankbaar voor. Voor mij is het heerlijk om wekelijks een blog te schrijven en zo overzicht in mijn leven te houden. Om terug te blikken op dingen waar je dankbaar voor bent. Ook tijdens het reizen vind ik het heerlijk om blogs te schrijven. Ik gebruik de teksten in mijn fotoreisboeken. Hoe fijn dat ze ook nog door honderden mensen gelezen worden? Veel dank aan de lezers! Afgelopen jaar is voor mij rustig voorbij gekabbeld. Met als hoogtepunten ons groots gevierde 50e verjaardagsfeest, onze rondreis van een maand door Noorwegen met het hele gezin en het behalen van de bul van onze oudste dochter. Ik leid nu een heel kalm leven. Dagelijks gevuld met mijn werk, gezin en yoga. Als je tot rust komt, dan kan je ook weer nieuwe energie opbouwen en nieuwe ideeën krijgen. De geest en dus ook het lichaam kunnen het oude verwerken en loslaten waardoor weer ruimte en harmonie ontstaat. Ik ben dol op harmonie. Stil worden, voelen, ademen, niets doen, ruimte maken, een inspirerend boek lezen, opruimen. Ik word er steeds beter in. Dit jaar zijn we thuis met de Feestdagen, maar geen drukke boodschappen of feestjes voor mij. Wij houden de Kerstdagen eens klein en gewoon. Met ons gezin. En een bezoek aan het circus.

zaterdag 14 december 2019

Moordlustig

“De eenzaamheid is een stille storm die al onze dode takken afbreekt.”
- Kahlil Gibran

Al bijna twee jaar doe ik mijn zelfstandige werk in de ouderenzorg met heel veel plezier en voldoening. In Nederland is het beleid om mensen langer thuis te laten wonen. Ik kan daar in mijn functie een rol bij spelen. Ik ben als caregiver vaak hun taxi, persoonlijk assistent, bankier, agendabeheerder, gezelschap, begeleiding naar de arts of hun enige wekelijkse uitje buiten de deur. Eigenlijk ben ik een betaalde mantelzorger. Dit wordt meestal betaald uit hun Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) budget. Gemeenten bieden zulke diensten aan voor kwetsbare inwoners. Nu luiden gemeenten de noodklok over de rekening voor de hulp aan hun oudere inwoners. De kosten lopen enorm op terwijl de inkomsten dalen. Sinds dit jaar hoeft de senior namelijk niet meer naar inkomen en vermogen bij te dragen. Iedereen betaalt maximaal 17,50 euro per vier weken. En voor volgend jaar wordt het maximaal 19 euro per maand. Een financiële meevaller voor mijn cliënten. Steeds meer ouderen doen een beroep op hun gemeente voor hulp in hun dagelijkse leven. Het gaat dan bijvoorbeeld om voorzieningen als huishoudelijke hulp, woningaanpassingen en dagbesteding. Het Amerikaanse bedrijf waar ik voor werk is in de twee jaar dat ik er werk verdriedubbeld in personeel. Van vierendertig caregivers naar over de honderd. Op kantoor werkten drie mensen toen ik startte en volgende maand al negen! De aanvragen van senioren en hun familie zijn uit de pan gerezen. Uit een nieuwe kostenprognose blijkt dat er in 2024 vele duizenden ouderen extra gebruik zullen maken van WMO-ondersteuning. De oorzaken zijn natuurlijk vergrijzing, maar ook het beleid om mensen langer thuis te laten wonen én minder beschikbaarheid van mantelzorgers. En natuurlijk ook de invoering van het lage abonnementstarief voor ondersteuning. Gemeenten zien dat hun WMO-budget gierend uit de bocht dreigt te vliegen. Een miljoenenstrop dreigt. We zullen zien waar dit heen leidt. Ik zie dagelijks veel eenzaamheid onder mijn lieve oudjes. Als zíj́ maar niet de dupe worden van nieuwe maatregelen…

De Kerstboom wordt in de huiskamer gezet en meteen rijst de vraag of de kittens er niet in zullen klimmen? Dit jaar hebben we gekozen voor een heel grote boom. Van vloer tot plafond. De afgelopen twee jaren reisden we achtereenvolgens door Jordanië en Korea tijdens de Feestdagen. En hadden daarom een klein versierd Kerstboompje in een pot in de voorkamer. Ik heb nooit zin om na thuiskomst van een lange reis zo’n grote boom helemaal af te tuigen. Dit jaar wonen we in Nederland én we zijn thuis met de Feestdagen. Reden voor een uitbundige boom. In de achterkamer. Maar zonder breekbare glazen ballen, en zéker zonder de nostalgische ballen met een verhaal. Het risico is te groot dat de kittens tijdens de nacht rottigheid uithalen. Ik moet toegeven dat de katjes steeds wat rustiger worden. Ook naar de oude poes toe. Soms kom ik boven en slapen de oude poes en een kitten gemoedelijk samen op één bed. Laatst kwam Tossie om zes uur de keuken in en at ze spontaan van het bordje van de baby’s mee. Met z’n drietjes. Er werd niet eens geblazen! De dotjes waren wel helemaal flabbergasted - net zoals wij. Onze oude poes banjert nog steeds het liefst overdag buiten. In haar uppie. Zonder lastig te worden gevallen door de speelse kittens. Wanneer het echter buiten vriest blijft ze wel lekker binnen op bed slapen. Het katertje houdt ook wel van wat avontuur, maar komt niet verder dan onze tuin en soms een dakje van een schuur. Tossie van tien jaar oud struint echter urenlang de straat af op zoek naar muizen. En dat blijkt illegaal te zijn… Wanneer wij denken dat ze een beetje speels op pad gaat richt ze in werkelijkheid een slachtpartij aan. Veldmuizen. Onze snoezige, gestreepte huiskat liquideert aan de lopende band. Zoals vele huiskatten trouwens. In Nederland gaat het naar schatting om 140 miljoen dieren die ten prooi vallen aan katten. Denk ook aan vogels, ratten, vleermuizen en vissen. Eigenlijk best gek dat ons stropertje zomaar de straat op mag….? Volgens twee onderzoekers aan de universiteit van Tilburg is het wachten op een belangengroep die naar de rechter stapt. Om bepaalde (beschermde) diersoorten te beschermen. Het is in strijd met Europese natuurbeschermingsregels om je huiskat buiten te laten lopen. Huiskatten, die buiten komen, zijn een van de grootste gevaren voor klein wild. Het advies is om de kat binnen te houden tijdens het broedseizoen, van april tot september. Onze moordlustige poes zorgt er echter wél voor dat de veldmuizenplaag in onze buurt een beetje in bedwang gehouden wordt. Eten en gegeten worden is gewoon een natuurwet.

zaterdag 7 december 2019

Oude, krakende botten

To keep the body in good health is a duty... otherwise we shall not be able to keep our mind strong and clear.
- Buddha

Alweer anderhalf jaar geleden kwam ik op de open dag van mijn yogaschool een Amerikaan tegen die spontaan een praatje met mij maakte. Hij bleek chiropractor te zijn. Ik ben nog nooit een chiropractor tegen gekomen dus ik vroeg hem meteen het hemd van zijn lijf. Ik vroeg hem ook naar iets waar ik al een tijdje over nadenk. Ik was zeer benieuwd naar zijn visie. Hij wilde me graag in zijn praktijk zien en gaf zijn visitekaartje aan mij. Daar liep ik al een hele tijd mee rond tot ik hem uiteindelijk in de hal aan de spiegel prikte. Ruim anderhalf jaar later heb ik hem pas gebeld voor een afspraak. Hij wist nog wie ik was en voor welke vraag ik kwam. Na een zeer uitgebreide vragenlijst en intake gesprek deed hij zijn testjes. Hij vroeg me op de bank te gaan liggen en kraakte supersnel en wild mijn nek! Beide kanten. Mijn ruggenwervel werd ook van boven naar beneden met veel knakkend lawaai gemanipuleerd. Dit geluid is trouwens onschuldig. Met een manipulatie corrigeert de chiropractor abnormale bewegingspatronen of bewegingsbeperkingen en normaliseert hij de zenuwfunctie. Bij mij richtte hij zich specifiek op mijn bovenste nekwervel, de atlas. Scheefstand van deze wervel heeft een negatieve invloed op je wervelkolom en bekken. En dat laatste is al heel lang mijn probleem tijdens het hardlopen. Daarnaast heb ik vanaf mijn vijfendertigste last van ‘fixatie disparatie’ wat inhoudt dat ik moeilijker kan scherpstellen. Op een gemaakte hersenscan was destijds niks zorgelijks te zien. Ik giet makkelijk iets naast mijn glas, fietssleutel gaat niet direct in het slot, draad door de naald gaat zeer moeizaam en afstand inschatten met inparkeren is lastig. Maar ook problemen met scherpstellen als ik op de weg kijk tijdens het autorijden en tegelijkertijd op mijn gps moet focussen. Ik heb sowieso moeite met focussen als ik mensen rechtstreeks moet aankijken en heb dan een wazig beeld. Ook het computerscherm staat voor mij op een verkeerde afstand. En dit neemt allemaal in de loop van de dag toe. De eerste diagnose was destijds een oogspierafwijking waar ik helaas een jaar prednison voor heb moeten slikken. Ik vang het wazig zien op door mijn hoofd scheef te houden en dat wordt steeds erger. Dus toen de chiropractor mij op de yogaschool aansprak had ik duizend vragen over de scheve stand van mijn hals. Wordt deze klacht steeds erger naarmate ik ouder word? Wat is de oorzaak? Herstelt zich dit tijdens de nacht? Kunnen we dit oplossen? Het was heel fijn dat hij mijn klachten serieus nam. Hij zag een zwabberende bekken, een scheve nek en problemen met focussen. Dan staat het atlaswerveltje niet recht. De atlas draagt niet alleen het hoofd, maar zorgt ook voor de ophanging, balans en spierspanning van de wervelkolom en het gehele skelet. Het allermooiste van mijn bezoek aan hem is dat er hoop is. Bij vrijwel iedereen staat het hoofd in zekere mate asymmetrisch op de eerste halswervel. De oorzaak hiervan is vaak forse manipulatie bij de geboorte (zeker bij navelstreng om de hals, tang- en zuignapbevallingen) of latere manipulaties zoals bijvoorbeeld een whiplash, hersenschudding of een val op het stuitje. Maar ook moeders kunnen tijdens de bevalling, door verkeerd persen een atlasverschuiving oplopen. Ik weet niet wanneer er bij mij iets fout gegaan is, maar ik ben zó blij dat ik nu eindelijk, op mijn vijftigste, geholpen kan worden aan deze kwaal!

Als ik net in m’n uppie de centrale hal in wil lopen in het ziekenhuis voel ik nattigheid op mijn been. Ik kijk naar mijn broek en zie een enorme rode vlek op mijn bovenbeen. Gauw draai ik me om en loop terug naar de verpleegster waar ik vandaan kom. Ze heeft me net bloed afgenomen. We hadden een gezellig babbeltje over Pakjesavond gemaakt. ’Kunt u me helpen? Ik slik bloedverdunners en er is net door de dermatoloog een biopt afgenomen…’ Ze ziet mijn bloederige broek en laat me meteen plaats nemen. Ze plakt de wond met heel veel steriel gaas en tape af. Ik krijg ook een tasje met nog meer verband en een rolletje tape van haar mee. Pas net anderhalf uur ervoor werd ik door de dermatoloog gebeld. ‘Wat ik nu aan het doen was?’ was haar vraag. Ik zat al op haar telefoontje te wachten met de uitslag van de biopten van vorige week. Ze wilde het wondje zien. Ze wilde zelf een nieuw biopt afnemen en ze wilde dat ik mijn bloed liet testen. Meteen. Een half uur later ziet ze me de afdeling op lopen en komt me met uitgestoken hand tegemoet. Ze vindt het wondje er raar uitzien, rond met een opstaan randje. Verdacht. Ze snijdt weer, na een verdoving, een stuk huid weg en voor dit biopt heeft ze een transport geregeld naar het ziekenhuis in Tilburg. Er wordt daar namelijk een DNA test op mijn huidcellen gedaan. Ze plakt een pleister op het wondje en ik loop meteen door naar de afdeling bloedafname. Door de telefoon vertelde ze me eerder dat het biopt voor de microbioloog kwijt geraakt was… Maar dat de patholoog al had laten weten dat hij met kleuring activiteit aangetoond had van een… parasiet? Hij kweekt mijn huidcellen nog even door zodat hij volgende week met meer zekerheid iets kan zeggen. Aanstaande week heb ik weer een belafspraak met deze dermatoloog. Er wordt ook een andere dokter bij betrokken. Een internist-infectioloog. De dermatoloog wist namelijk verder ook niks zinnigs te zeggen over de behandeling en hoe nu verder. Voor haar ben ik een opmerkelijke casus. Wel een minder leuke verrassing op Pakjesavond!

zaterdag 30 november 2019

Surinaamse zandvlieg

Nature will bear the closest inspection. She invites us to lay our eye level with her smallest leaf, and take an insect view of its plain.
- Henry David Thoreau

Tijdens mijn verblijf bij mijn vriendin in Suriname deze maand had ik een vaag bultje opgelopen op mijn bovenbeen. Er zat een piepklein gaatje in dus ik wist dat ik door een insect gestoken was. Het jeukte echter niet. Er was ook niet zo’n wit plekje met gif te zien zoals bij een muggenbult, maar er breidde zich wel een grote rode vlek omheen uit. Eenmaal thuis waren alle muggenbulten verdwenen, maar dat plekje ging niet weg. Sterker nog. Het plekje ging open en er kwam steeds wondvocht uit. Een korstje groeide erop. Elke dag zag het er anders uit. Soms een zweertje. Er kwam een klein opstaand randje omheen. De korst werd groter. Ik had er zo’n vreemd gevoel bij dat ik op Google wat had zitten kijken. Daar schrok ik toch wel van. Ik las dat er vrouwelijke zandvliegjes in Suriname zijn die je kunnen steken en daarbij parasieten overbrengen… Bah! Zo’n bultje wordt een zweer. Erger nog is dat die parasieten op je organen kunnen gaan zitten… Ik maakte me heel ongerust. Er volgde een afspraak bij mijn huisarts, maar zij deelde die angst niet met mij. Zodra het plekje zou veranderen moest ik opnieuw contact opnemen. Dat deed ik al na een paar dagen toen precies zo’n identiek plekje zich openbaarde. Stuur maar een paar fotootjes zei de doktersassistente tegen me. Dat heb ik dezelfde ochtend gedaan en toen werd ik tóch de volgende dag uitgenodigd bij de huisarts. Ze wist het niet precies, maar het was wel vreemd dat er een plekje bij was gekomen en dat de eerste bult groter werd. Ze maakte er foto’s van en stuurde deze online naar de afdeling dermatologie in het ziekenhuis. Na een paar dagen zou ik een reactie van mijn huisarts horen. Zij verwachtte op z’n vroegst na het weekend. Op maandagochtend werd ik twee keer door een onbekend nummer gebeld. Het ziekenhuis belde me rechtstreeks om een afspraak te maken met hun dermatoloog. ‘Oh, wat fijn dat u belt’ reageerde ik. ‘Meestal wordt er een uitnodiging per brief verzonden. Nu heb ik ook een beetje inbreng!’ zei ik ongedwongen tegen de assistente aan de telefoon. Dat had ik verkeerd begrepen, zei ze. Ze verwachtte me meteen als eerste patiënt de volgende ochtend. Geen discussie mogelijk. Spoed. Dinsdagochtend eerst een intake bij een co-assistent. Daarna keek de dermatoloog er goed naar en besloot dat ik twee biopten moest laten nemen uit mijn bovenbeen. Weer naar een ander kamertje voor foto’s en een afname van de biopten. De verdoving werkte niet meteen waarom het nog best wel even zeer deed. Eén biopt ging naar de microbioloog. En de andere werd door de patholoog op kweek gezet. Volgende week hoor ik de uitslag van de microbioloog.… Het onderzoek van de patholoog duurt een paar weken. Mocht tóch die parasiet Leishmania overgebracht zijn dan moet ik ook nog bloedtesten laten doen, want die parasiet kan zich via mijn bloed in de lever, de milt en in mijn beenmerg gaan nestelen. In dat geval zal ik óók nog een bezoek aan de tropenarts moeten brengen… Het voordeel is dat de arts-assistent bijna alles weg gesneden heeft. Een geruststellend idee. Maar toch... fingers crossed dat het met een sisser afloopt!

Terwijl ik in de slaapkamer het dekbed op haar bed recht trek en de oplader van haar mobieltje op het hoofdkussen leg, naast de pillenstrip die ze voor het slapen gaan inneemt, ruik ik ineens een aangebrande lucht. Ik loop naar de keuken waar mijn cliënte aan tafel zit te ontbijten en peuter snel met een mes een heel klein pikzwart geblakerd broodje uit de broodrooster. Hij is zo heet dat ik hem in de gootsteen laat vallen. Ik zie dat er blauwe rook in de keuken en huiskamer ontstaat dus ik zet de balkondeur open en ook een huiskamerraam. Dan gaat het rookalarm keihard af… Mijn cliënte wilde zoals altijd een geroosterde boterham. Deze heb ik in de broodrooster gedaan. In de andere gleuf zat kennelijk nog een klein korstje van de dagen ervoor. Vergeten… Na haar tweede geroosterde broodje kwam er zwarte rook uit het apparaat. Ze heeft in haar kleine keukentje geen afzuigkap. Deze keukentjes zijn niet gemaakt om echt een maaltijd op te koken. Meer een gekookt eitje of een kopje soep opwarmen. Mijn cliënte heeft jong Alzheimer en ze woont in een appartement van een verzorgingstehuis. Als het alarm staat te gieren ga ik op haar bed staan om de rookmelder uit te zetten, maar ik krijg het niet voor elkaar. Geen knopje of draaidop. Ik kan ook geen batterijtjes eruit halen. Net als ik dat tegen haar 'schreeuw' wordt er op de voordeur geklopt en komen er twee verpleegsters binnen lopen. Eentje heeft een telefoon in haar hand. De brandweer aan de telefoon. Ik leg de situatie uit, laat het zwartgeblakerde broodje in de gootsteen zien en de verpleegster zegt door de telefoon tegen de brandweer dat de situatie onder controle is. De andere vertelt ons dat niet alleen hier in het appartement het luide rookalarm afgaat, maar door het hele gebouw! Ik stamel duizend excuses. Ik opper dat ik geprobeerd heb de melder uit te zetten. Dat blijkt centraal geregeld te zijn. Ze gaan gauw naar beneden om het alarm te resetten. Mijn cliënte en ik moeten lachen van de zenuwen. Staan nu alle bewoners op de gang? We durven niet te kijken, schamen ons dood… Na zo’n tien minuutjes is het weer stil in haar huis. En in het verzorgingstehuis. Gelukkig. We horen alleen nog het onstilbare, irritante vogelgetjilp uit haar ClockAid die als agenda en wekker dient. Deze is toevallig ook van slag! Het ding staat op de eettafel en haar zussen beheren op afstand haar ClockAid. Er gaat een geluidje af als de hulp in de ochtend komt om te helpen opstarten. Of als ze naar beneden moet omdat de deeltaxi klaar staat om naar dagbesteding, yogales of een wandelgroep te gaan. Het vogelgeluid laat haar ook herinneren dat ze naar beneden moet om te lunchen of avond te eten. Zo kan ze nog lekker zelfstandig leven. De Alzheimer is op haar vijftigste gediagnosticeerd en heel langzaam gaat ze achteruit. Ze heeft geen kinderen en haar echtgenoot is al jong overleden. Met de hulp van mij en mijn collega’s kan ze nog prima van haar bijna zelfstandige leven genieten. Dan moet er alleen niet onverhoeds een rookalarm afgaan of storing in de ClockAid zitten!