dinsdag 29 april 2025

Planting new trees in front of our house
BOOMPJE, BEESTJE
‘I love Amsterdam. The city is vibrant and alive. It's fresh and so open. It's definitely one of my favorite places.’
 
- Stefon Harris


Ooit, bijna een kwart eeuw geleden toen wij ons huis kochten, was ons huis gelegen naast een talud. Ik fietste er overheen vanuit ons tijdelijke huurhuis, na remigratie uit The States, op weg naar een klein supermarktje. En elke dag op weg naar de stad waar ook de basisschool van toen nog één jong dochtertje, gelegen was. De helling liet de straat over de drukke rondweg oversteken zonder stoplichten of een rotonde. Een stuk lager naast de helling zag ik destijds ons toekomstige huis liggen. Aan de kleuter en peuter achterop mijn dubbellange bagagedrager vroeg ik of ze daar wel wilden wonen. Ik kon niet stoppen met elke keer dat ik langs fietste naar die vier prachtige huizen te kijken, daar beneden naast de groenbegroeide talud. Na een bezichtiging waren we instant verliefd! De bewoonster die we later heel goed zouden leren kennen, gunde ons het huis. Nog maar een paar jaar later besloot de gemeente de helling weg te halen, de weg iets om te leggen en een kruispunt met stoplichten op de rondweg te maken. Ze haalden helaas ook een paar bomen weg van het stukje bos waar wij aan woonden. Godzijdank bleef het recht voor onze deur bebost! Inmiddels groeit er een enorme wirwar aan bramenstruiken. Een eikenboom is ooit omgevallen en daar heeft de gemeente twee jaar terug een nieuwe eikenboom voor terug geplaatst. Helaas legde deze jonge boom ook het loodje ondanks de moeite die wij als buren ervoor deden om hem de warme zomer door te redden. Ieder huis zou twee keer per week een emmer water brengen naar de boom. Vorig jaar heeft de gemeente deze ook weer vervangen en deze keer is de eikenboom aangeslagen. Over een paar jaar staat er weer een stevige boom. Een paar maanden terug kreeg mijn lief een wensboom als afscheidscadeau van zijn fabriek. Deze berk kenmerkt zich door een rijzige groei, maar liefst twintig meter staat er op het label geschreven. Hij valt op door de lichtkleurige, vaak witte bast die het zonlicht vangt. Hij past perfect in het stukje bos aan de overkant van ons huis. Over het algemeen groeit een berk met een jaarlijkse dertig tot zestig centimeter. De nieuwe wensboom zal geen hoge ouderdom bereiken. Zelden wordt een berk meer dan tachtig à honderd jaar oud. Prima, hopelijk zien wij onze wensboom nog decennia lang groeien. Onder de eeuwenoude beukenboom pal voor onze deur groeien in de greppel de laatste jaren steeds nieuwe boompjes. Nieuwe beukenboompjes wat logisch is gezien de gevallen beukennootjes die daar opstapelen. Ook andere soorten bomen. De Amerikaanse es die wel dertig meter hoog kan worden en de Spaanse aak - wat grappig is want in die straat heb ik tot mijn tiende jaar gewoond in Groningen! - die zestig centimeter per jaar kan groeien. Ook de gewone esdoorn haalde ik uit de greppel die twintig meter hoog kan worden. Allemaal bomen die ik in onze omgeving zie groeien. Volgens mij is de grond in de greppel, die elk jaar aangevuld wordt met een nieuwe laag gevallen blad en nootjes, zéér vruchtbaar. Een kraamkamer voor jonge boompjes. Afgelopen week heb ik een zestal boompjes met wortel uitgegraven en in een emmer met water gezet. Samen met de wensboom van mijn lief heb ik met onze jongste dochter de boompjes aan de overkant van de weg uitgezet. De gemeente had net heel handig het stukje gras ervoor gemaaid. Emmers met water mee gesleept. In totaal zeven bomen zullen groter groeien bij het stukje bramenstruiken. De volgende dag heb ik er mestkorrels gestrooid en weer een emmer water verdeeld over de boompjes. Daarna regende het een paar dagen. Nu zijn er weer hete dagen die vragen om een extra emmer water. Ik hoop dat ze daar goed wortelen en ze zich daar lekker thuis gaan voelen.


Amsterdam bestaat dit jaar in oktober zevenhonderdvijftig jaar! Zoveel jaren betekent heel veel geschiedenis. Heel veel familiegeneraties. Heel veel verhalen. Ook ons eigen verhaal, het verhaal van mijn lief en mij.  Het is maar een klein stipje hierin. Een oogwenk. Onze ontmoeting op de universiteit in 1987, beiden slechts achttien jaar oud. Kinderen eigenlijk. Mijn zomerlange studentenbaantjes bij de ABNAMRO op het Rembrandtplein en op de Overtoom. Ons samenwonen in Oost in een klein benedenhuis met een leefkeuken én een tuin. Ons afstuderen. Mijn lief vervulde daarna zijn dienstplicht en ik startte mijn carrière. Ons trouwen vanuit dat knusse huurhuisje. Natuurlijk vierden we dit jaar ook Koningsdag in onze stad. Wederom een sterke lentezon die vrolijk over de grachten scheen. Ik geniet zo van de heerlijke, historische en stadse sfeer die de stad ademt. Wandelend in een openlucht museum. Onze auto parkeren we elk jaar gratis in ‘ons’ oude stadsdeel, behalve dit jaar vanwege de geblesseerde knie van mijn lief. Hij kan niet ver lopen. We parkeerden de auto vlakbij de Magere Brug over de Amstel, op Roeterseiland. Op de Magere Brug hebben wij precies dertig jaar geleden trouwfoto’s laten maken. We slenterden over de witte brug het centrum in. De Amstel vol boten. Wat meer terrasjes gepakt dan andere jaren maar het was te doen voor mijn lief. De eerste terrasstop was op het Rembrandtplein. Zo gek om daar naar het grote bankgebouw te kijken waar ik twee zomers werkte. Decennia geleden. Zoveel voetstappen op dit plein! Natuurlijk Tuschinski theater, maar ook ertegenover de allereerste ‘Riksbioscoop' waar je voor een rijksdaalder naar een gedateerde film mocht. Discotheek Escape waar ik op zaterdagavond in de lange rij stond. Of discotheek iT ietsje verderop in de straat. We smulden van de nostalgische sfeer. Maar ook de sfeer van nu; de mensen die voorbij kwamen met oranje kleding aan. Slenterend over de grachten genoten we van de muziek op straat, de boten vol feestvierders op het water. Telkens weer even naar boven kijkend; genietend van al die hoge pakhuizen, scheef gezakte panden. De granieten trappen leidend naar prachtige voordeuren aan de grachten. We fantaseerden kort over ‘stel dat….de mogelijkheid om een benedenhuis aan de Amstel te kopen…?’ en zeiden allebei zonder nadenken volmondig Ja!. Stel toch dat het zomaar zou kunnen? 

dinsdag 22 april 2025

Just recently received picture from 1999, taken by my mom
EMDR
Strength doesn’t come from what you can do. It comes from overcoming the things you once thought you couldn’t.’ 
– Rikki Rogers


Ik besefte tweeënhalf jaar geleden natuurlijk niet wat er allemaal stond te gebeuren. Ik weet nog wel dat ik dacht ‘Er is een oplossing, we snijden die plek eruit en gaan dan herstellen’. Voor dat herstel staat zo’n twaalf maanden zei de kaakchirurg destijds. Dat kon ik niet plaatsen. ‘Van één operatie zó lang bijkomen?’ Dat bleek zich later te verklaren door chemokuren, wekenlange dagelijkse bestralingen en het maandenlange herstel daarvan. Ik was twaalf kilo afgevallen door de brandblarenpijn in mijn mond, het niet proeven van eten tijdens de chemokuren en het vele spugen. Het lukte me niet om goed te eten en daardoor weer aan te komen, om weer energie terug te krijgen. Ondanks de druk die de diëtiste op me legde. Uiteindelijk kreeg ik een sondevoeding. Het gaat nu na twee jaar nog steeds piepiekleine beetjes beter. De neuropathie in mijn linkerduim vermindert bijvoorbeeld nog steeds heel langzaam. Het lijkt of mijn mond nog steeds ietsepietsie minder droog wordt. Door pijnstilling is de brand op mijn tong bijna weg. Het is natuurlijk wat het is. Ik leef nog. De kans is groot dat het wegblijft als ik na vijf jaar na de laatste bestraling, nog schoon ben. Ik leef onbewust erg naar dat moment toe. Ik heb er twee jaar op zitten. Vijfenzestig procent van mensen die hersteld zijn van kanker, komen na twee jaar in een soort burn-out terecht. De oncologisch kaakchirurg raadde mij ‘toevallig’ ook rond die tijd een oncologisch psycholoog aan toen ik nog steeds emotioneel reageerde. Rond die tijd besefte ik ook dat ik niet meer betaald zal werken, omdat veel praten vermoeiend en pijnlijk is. Ik besefte dat ik met die pijnlijke tong moest leren leven. De pijnpoli kwam met een pijnstiller. De psychologe die ik in de arm nam stelde EMDR behandeling voor. Tijdens die behandeling worden de hersenhelften afwisselend gestimuleerd waarbij een proces ontstaat voor versnelde informatieverwerking. Bij fantoompijnpatiënten zoals ik, kan dit het effect hebben dat de pijn vermindert. De psychologe helpt mij om de emotionele lading bij een heftige herinnering te verminderen. Ik moest een bepaalde taak doen, bij mij een groen lampje volgen van links naar rechts, én denken aan een schokkende gebeurtenis rondom m’n tong. Dat zorgt voor extra druk op je werkgeheugen. Mogelijk zorgt die extra druk ervoor dat de herinneringen en gevoelens over de schokkende gebeurtenis waziger worden. En dat het beeld minder spanning veroorzaakt. Als het goed is, kan ik aan het eind van de behandeling terugdenken aan de gebeurtenissen zonder dat dit nog angst of pijnklachten oproept. In het ‘Tijdschrift voor Psychiatrie’ wordt beschreven hoe drie mannen met langdurige fantoompijn effectief werden behandeld met EMDR. Bij de eerste man betrof zijn trauma een uitslag van een specialist: op dat moment besefte hij (jong en vader van drie kinderen) dat ‘het goed fout zat’.  De tweede man betrof een chirurg, die in een volle ziekenzaal vertelde dat hij kanker had: iedereen in de zaal was stilgevallen. Bij de derde man was het trauma de ontvangst van zijn ontslagbrief na de revalidatieperiode. Hij werd niet meer representatief geacht voor zijn functie. Ook bij mij is er onverwerkt trauma. Ervaringen die verband houden met de ziekte waarmee de pijn begonnen is. Mijn psychologe liet mij drie traumatische momenten kiezen. Vorige week had ik mijn allereerste sessie en heb ik de pijn en spanning van acht naar vijfenhalf op een schaal van tien laten zakken. Ik was wel kapot tijdens de sessie. Ik kreeg notabene een bloedneus, een loopneus, tranen, hoofdpijn, opvliegers, pijn in mijn kaak en rugpijn. Die avond en de volgende dag voelde ik me als een slappe vaatdoek, een beetje ziekjes. Toch voelt mijn tong nu een stuk relaxter aan. Ik krijg nog een aantal sessies en daarna nog sessies om via hypnotherapie zelf invloed te krijgen op de pijn. Ik wil de pijnstillende medicijnen graag afbouwen vanwege de nare bijwerkingen. Stel je voor dat dit allemaal lukt - en de eerste sessie doet mij dat wel geloven! Een wonder zou het zijn! Dan zou ik weer geroosterd brood, beschuit en crackers kunnen eten in plaats van zacht brood. Zelfs koekjes, óf chips! Langer praten zonder pijn daarna. Ik heb een stuk leven voor kanker en erna. Ik heb mijn leven heel anders ingericht. In het nu leven, rustig leven. Ik denk dat ik zachter ben geworden, een leuker mens en meer inzicht heb.


Dit seizoen ziet mijn glazen oranjerie in de achtertuin er zó anders uit dan vorig jaar. Dan bedoel ik de potten met mijn geliefde planten die erin staan. Ik heb deze lente een witte flespompoenplant laten groeien uit een simpel zaadje van het pompoen soeppakket uit de supermarkt. Ik heb ook twee opgekomen zaailingen van een lichtroze gekleurde aubergine uit het wekelijkse Hello Fresh pakket. Allemaal klimmers. Ik heb wel twintig opgekomen bietenstekkies die ik voor mijn verjaardag had gekregen; let wel, gele bieten dus geen rode. Ik heb ook één opgekomen tropische ananaskers van zaadjes die ik op de Pasar Malam had gekocht. Ananaskersen zijn lekker zoet fruit en ook een mooie decoratie voor toetjes. De plant kan heel groot worden. Van de gedroogde steranijszaadjes is helaas helemaal niks opgekomen. Zo jammer. Ik heb voor de tweede keer komkommer gezaaid dit jaar, de laatste keer gewoon kleine plakjes komkommer in de aarde gestopt. Er komt nog niks op, terwijl ik vorig jaar wel negen grote komkommers als opbrengst uit één plant had. Elke dag ga ik checken, ik kijk de plantjes er zowat uit. Hetzelfde geldt voor de sponskomkommer die het vorig jaar zo goed deed. Een tiental komkommertjes groeiden aan de klimplant maar ik was te laat begonnen met zaaien, ze groeiden niet groot genoeg aan het einde van het seizoen.  Dit jaar daarom speciaal op tijd gestart. Helaas komt er nog niks op… Teleurstellend. Vorig jaar had ik vrij laat rode puntpaprika’s gezaaid en toch, heel verrassend groengekeurde, geoogst. Beginnersgeluk? Ik krijg van iemand courgette zaailingen en dan hoop ik dat de bloemen elkaar gaan bevruchten. Ik had vorig jaar voldoende grote oranje, uitbundige bloemen maar er kwamen geen courgettes. Dit jaar hoop ik pannen vol courgettesoep te mogen koken.

dinsdag 15 april 2025

Dinner with 'mis amigas' from Madrid period (my golden girls)
GOUDEN VERHAAL
‘I like for jewelry to tell a story and to be able to talk about what I'm wearing. That's more important to me than a name, brand, or label.
- Nikki Reed


Ik haalde een collegaatje op in Breda en we reden samen op een maandagavond naar Tilburg. Het was Wereldgezondheidsdag, een themadag die op initiatief van de Wereldgezondheidsorganisatie op 7 april van elk jaar wordt gehouden. Vanuit het hospice waren we uitgenodigd voor deze avond in het theater. Een voorstelling met Ellen ten Damme. Verder had ik me niet ingelezen. Op het podium zat een groot gerenommeerde strijkorkest. Een oudere kale man begon zich uit te kleden en ik schoot in de lach. Zaterdagavond was ik namelijk bij de voorstelling ‘Nieuwe buren’ en daar hadden ook twee acteurs zich uitgekleed en met blote billen op het podium gestaan. Toch niet weer? Gelukkig kleedde deze Engelse danser zich alleen om in een loszittend soort judopak. Het bleek superlenige choreograaf-danser Andrew te zijn. Zijn bewegingen pasten precies bij de mooie muziek van het orkest en verbond hart en hoofd. Ellen ten Damme zong prachtige liederen zoals Wuthering Heighs van Kate Bush en een gevoelig lied van Edith Piaf. Ook zij danste er op los. Tussendoor sprak de bekende Israëlische cardioloog Ehsan Natour, werkzaam in het universitair ziekenhuis in Maastricht, ons toe. Een theatercollege. Hoe toevallig dat precies dezelfde dag onze jongste de allereerste dag van haar stage begon op dezelfde afdeling in hetzelfde ziekenhuis als Natour. De titel van zijn seminar was ‘Als het leven stilstaat’ en daarmee doelde hij op iemand die een ernstige diagnose krijgt. Niet perse aan het hart, ook kanker of Parkinson bijvoorbeeld. Zijn verhaal resoneerde bij mij. Iedereen komt in zijn leven een keer in een donkere tunnel terecht. Waar hoofd (informatie) en hart (gevoel) elkaar dan vinden ontstaat veerkracht. Nu snapte ik ook dat Ellen meewerkte aan deze bijzondere avond. Zij heeft maar liefst drie keer de diagnose borstkanker gekregen. Ik zag haar op het podium een keer haar tranen wegvegen uit haar ogen. Het ging over zingeving, je nieuwe, sterkere ik vinden en omgaan met ingrijpende levensveranderingen. Eigenlijk over de onverwachte crash tot herstel. Een zeer inspirerende arts die op mij zeer innemend en emphatisch overkwam. De meeste artsen zijn minder menselijk weet ik uit ervaring. Geen wonder dat hij zich inzet voor meer menselijkheid in de geneeskunde. Hij benadrukte het belang van een holistische benadering, waarbij niet alleen de ziekte, maar zeker ook de persoon achter de ziekte centraal staat. Ik sta daar helemaal achter! Uit ervaring weet ik dat het zó belangrijk voor mij was dat het medisch personeel mij zag, mij als persoon, als een totaalplaatje. Juist toen ik na vier chemokuren de resterende drie afzegde. Ik kon niet meer en het ziekenhuis bleef maar bellen dat ik tóch moest komen. Mijn lief moest die telefoontjes beantwoorden. Ik had door de behandelingen geen stem meer. Toen veel later een arts mij terugbelde prijsde hij mij over mijn beslissing. Juist omdat niemand wist hoe de chemokuren voor een vrouw uitpakten en er sinds de jaren ’50 nooit onderzoek gedaan was of patiënten ook met minder kuren toekonden. Hij zou dit in de volgende vergadering bespreken, een meer holistische omgang met patiënten toejuichen en dankte mij voor het delen van mijn ervaringen. Ook had ik een zeer slechte ervaring met een zaalarts, zij kwam bloeduitslagen doorgeven vlak voor de start van een chemokuur. Een vriendin zat naast mijn ziekenhuisbed. De arts gaf door dat ik een slechte marker in mijn bloed had die aan zou kunnen geven dat de kanker niet weg was na mijn zware operatie. Dat zei ze even tussen neus en lippen door staande aan het eind van mijn bed. Ze nam niet eens de moeite om even te gaan zitten. Ze had haast. Of ik binnen een paar minuten wilde beslissen of ik de chemokuur door wilde laten gaan. Dat kon écht zo niet. Tijdens de rit terug had ik met mijn vriendin besloten dat ik actie moest ondernemen. Ik belde het ziekenhuis, kreeg een andere, begripvolle zaalarts aan de telefoon die mij gerust kon stellen. Die specifieke bloedwaarden zijn meestal zo hoog omdat de patiënt te weinig drinkt. Ik dronk destijds slokjes water maar spuugde het vaak net zo snel weer uit.  Ik had zéker te weinig vocht in mijn lijf. Wat had zij mij laten schrikken met haar directheid en onvolledige informatie. Heel onpersoonlijk, gehaast en zakelijk. Een meer persoonlijke benadering naar de patiënt versnelt het herstel is gebleken uit onderzoek. Wanneer patiënten zich gehoord en begrepen voelen zijn ze beter in staat samen te werken aan hun herstel. Tijdens de zinderende voorstelling deze maandagavond opereerde Natour een echt hart (van een varken denk ik) en keken we mee door een camera hoe hij de hechtingen plaatste. En tussendoor dans, muziek, zang én tekst van Natour. Een kunstzinnig en origineel samenspel. Voor Natour is kunst een bron van inspiratie en troost. Ik was mijn ontastbaarheid kwijtgeraakt. Natour liet deze avond zien hoe hij met zijn aanpak het verschil kan maken voor genezing, de kwaliteit van leven en hoe een crisis te overwinnen. Een arts van goud!


Toen ik nog een jonge tiener was had mijn oude oma mij bij haar geroepen. Ik zie nog scherp voor me hoe ik op m’n knieën naast haar stoel voor het raam zat. Zij droeg een rok (of jurk) en had een juwelendoos op schoot gevuld met gouden oorbellen. Onderbenen vol donkerblauwe spataderen. We waren bij haar en opa op visite in Haarlem. Ik herinner me nog dat ik de oorbellen er allemaal een beetje ‘grotemensenachtig’ uit vond zien, maar dat ik het tegelijkertijd reuzeinteressant vond dat ik iets van haar erfenis mocht uitkiezen. Juwelen die ik zou krijgen wanneer mijn oma er niet meer zou zijn. In de verre toekomst. Ik mocht twee setjes uitkiezen. Mijn oma schreef op een briefje met sierlijke letters mijn naam. Ook later die van mijn zusje. Mijn lieve oma overleed toen ik een twintiger was. Eén van de twee oorbelsetjes was er nog, de andere was verdwenen zoals veel van haar sieraden. Mijn oma kreeg dementie en we weten niet of ze zelf sieraden weg gegeven heeft aan de zorg die aan huis kwam of dat het misschien gestolen is. Tientallen jaren lagen de retro oorbellen, gezet met een pareltje, in huis en deed ik er niks mee. Totdat ik onlangs bedacht er een vintage ring van te laten maken. De juwelier heeft samen met mij de mogelijkheden doorgenomen, kocht het goud van de andere oorbel in en gaat er iets moois van maken voor mijn wijsvinger. Ik heb ook wat prachtige, tijdloze gouden armbanden van mijn oma geërfd en die draag ik graag. De enige ring die ik van mijn jonge moeder geërfd heb, die zij zelf droeg, was gestolen in een hotel in Mexico. De kleine zegelring van mijn opa droeg ik aan mijn pink en ben ik een paar jaar terug verloren tijdens het Jazz festival. Eindelijk ga ik weer dagelijks een oud familiesieraad dragen aan mijn vinger. Ik ga er zo zuinig op zijn! 

dinsdag 8 april 2025

Our house, with clean driveway
INGESTONKEN!
Neem de kalmte van de natuur over: geduld is haar geheim.’
Ralph Waldo Emerson


Het was een grijze vrijdagmiddag ergens rond half januari. Ik kwam thuis met mijn autootje en er stond een werkbusje met open deuren bij de buren voor de oprit. Er kwam een hoop motorlawaai uit dat busje en ik zag waterslangen over de straat liggen. Er kwam een groepje Engelstalige werklui, met lichtgevende oranje vesten aan, naar me toelopen. Aardige gasten. Of ik even bij de buurman op de oprit wilde kijken, want buurman had het schoon laten spuiten en daarna laten impregneren. Met een speciaal spulletje dat er voor zou zorgen dat er tien jaar lang geen mos en groene aanslag op de oprit terug zou groeien. Ik was gevoelig voor hun gehaaide verkooppraatje want elke winter kan het spekglad worden voor de deur door inderdaad, de groene aanslag. Ik heb het zelf niet eerder weg gepoetst kunnen krijgen en zeker wel geprobeerd. Ik werd compleet overrompeld door deze Ieren. Ik zou een enorme korting krijgen omdat ze het spul nog over hadden van de klus van de buren en het was vrijdagmiddag vlak voor het weekend dus ik mocht het restant voor een scherpe prijs kopen. Mits ik ze een kop koffie zou aanbieden. Zulke charmante mannen. Ik tuinde erin. Wat misschien verdacht had kunnen zijn was dat ik niet met de buurman over de prijs mocht praten. Ze begonnen met heel hoge prijzen per vierkante meter te vragen. Dat had ik al kunnen afdingen naar vierentwintig honderd euro voor de hele oprit. Ik vond het allemaal heel spannend. Misschien kreeg ik toch een vaag onrustig onderbuikgevoel. Ik zei ze dat ik eerst met mijn man moest overleggen. Ik ging naar binnen en belde mijn lief. Hij schrok zich kapot van de prijs en viel natuurlijk niet voor de charmes van de Ierse mannen. ‘Wat moet ik nu doen?’ vroeg ik mijn lief. De oudste van het groepje Ieren stond al te kloppen en te zwaaien bij het voorraam. Ik was totaal overbluft door de heren. Ik gaf ze aan dat mijn man en ik énorm twijfelen en dat mijn man eigenlijk helemaal niet wilt. De buurman’s oprit  werd er weer bijgehaald. ‘Mijn buurman is niet achterlijk dus het zal toch wel oké zijn’ ging er rond in mijn hoofd. Ze ronden de prijs af op zestien honderd euro voor de hele oprit. Ik bel mijn lief weer terug met het nieuwe bod van de listige mannen. Mijn lief besluit heel resoluut dat we het voor achthonderd euro doen, ‘en dat is nog teveel’ zegt hij er achteraan. Ik geef het door en we hebben een deal. Ik voel me spekkoper. Dan gaat het snel. Hun waterslang wordt aan ónze buitenkraan vast gemaakt die nog voor de winter afgesloten was. Zo naïef als ik was heb ik die nog opengedraaid voor ze. Ik haalde m’n autootje weg en de kliko’s zette ik aan de kant. Met ons eigen water werd de groene oprit schoongespoten. Superschoon. Ze gingen er inderdaad met een soppend brouwsel overheen. Geen impregneer goedje dat groene aanslag tien jaar weg zou houden maar volgens de politie in Rotterdam simpelweg water met bleek en een kleurstofje erbij. Ik moest contant betalen en kreeg daarbij weer het unheimische gevoel dat ik genept werd. Niet met de chemische spullen die ze zogenaamd van een grote klus in de buurt overhadden, als chemicus geloofde ik daar heel onnozel trouwhartig in. Meer het vage onderbuikgevoel dat de klus ‘zwart’ was en dat ik dus geen enkele garantie zou hebben voor die periode van tien jaar. Geen factuur of offerte. Ik had niet zoveel contant in huis dus maakte ik het argeloos met mijn bank‘app over naar William Torres. Met een vriendelijke opmerking dat we de komende twintig minuten niet met onze schoenen van buiten naar binnen moesten lopen vanwege het impregneerspul, waren ze opeens met de noorderzon vertrokken. Eenmaal opgedroogd zag ik teleurgesteld nog groene plekken die niet behandeld waren. Ik vond op internet een mobiel nummer van hem en zowaar nam de charmante William op. Hij zou de vrijdag erop terugkomen om het over te doen. Mijn lief nam speciaal vrij die middag, want ik was er niet. Natuurlijk kwamen ze niet om de vlekken te herstellen. Mijn lief belde en William deed net alsof de lijn kraakte en hing op. Hij beantwoorde zijn oproepjes niet meer. Een paar dagen later stuurde ik, nog steeds goedgelovig, een SMSje naar hem. Het speet hem enorm, antwoordde hij maar zijn moeder was plots overleden en zodra hij terug was in Nederland zou hij mij een e-mail sturen en de oprit fixen. Ik was zo dwaas om dat te geloven. Gisteren las ik echter een artikel in de krant over deze gehaaide, Ierse mannen die in Rotterdam zelfs een hele straat opgelicht hadden met zogenaamd huizen impregneren. Een eye-opener! Een voor zesentwintighonderd euro berooide man zette zijn verhaal in hun buurt‘app. Tientallen buren bleken opgelicht. Voor grote bedragen. De politie waarschuwt voor deze Ierse mannen die als klusbedrijf onaangekondigd aan de deur staan met een scherp aanbod. Irish Travelers worden ze genoemd. Het is goed om een schriftelijke offerte te laten opmaken en nooit vooraf te betalen. Wat een oen ben ik geweest! Ik vroeg onze buurman onlangs naar zijn ervaring. Ook hij was erin geluisd aan de deur (terwijl de Ierse oplichters mij toevertrouwden dat hij de opdracht vooraf besteld had!) en had aan de deur niet zo goed kunnen afdingen als mijn lief over de telefoon. Hij was veel meer geld verloren dan wij. We zijn er met z’n allen ingestonken. In de zwendel van malafide Ierse klusjesmannen.


Vijf jaar rijden wij al in een elektrische lease-auto die nooit mijn keus is geweest. Allereerst de kleur heeft me altijd tegengestaan. Ook het model dat net een sportmodelletje lijkt zo laag aan de grond. Wij reden al die jaren in een auto die nu écht niet meer kan gezien alles wat er nu in de Amerikaanse politiek gebeurt. Het gaat dus om een spierwitte Tesla model 3 die mijn lief destijds met grote spoed besteld had vanwege het wegvallende belastingvoordeel voor elektrische auto’s. Eindelijk hebben we gisteren die kar op laten halen. Nu rijden we sinds afgelopen vrijdag in een mooie bolide van een van oorsprong Zweeds automerk in de prachtige kleur sand dunes. Eén van mijn eerste lease-auto’s was ook een splinternieuwe Volvo, en ik was er weg van. Diverse lease-auto’s van dat merk volgden elkaar op via mijn lief. Destijds, woonachtig in Madrid, kochten we een oud model stationwagon Volvo. Geweldige auto met lichte lederen bekleding, een notenhouten dashboard en het geluid van een zware ronkende motor. Onze meiden waren er dol op. Hij verhuisde daarom mee terug naar Nederland. De buurman hield van het zware geluid van de motor van ons oude besje, gaf hij ooit toe. We hebben hem helemaal op gereden. De komende jaren rijden we dus weer in zo’n degelijk automobiel, nu volledig elektrisch, zo blij mee! Ookal rijd ik zelf voor boodschappen in een piepklein, zeer betrouwbaar en zuinig Japans autootje. 

dinsdag 1 april 2025

Yoga classmates coming over for B-day cake!
DIT MOMENT
Wees blij met dit moment. Dit moment is je leven.’
- Omar Khayyám


Begin januari, misschien wel mijn eerste dienst als vrijwilliger alleen in het hospice, kwam er een nieuwe bewoonster binnen. Zij is misschien maar vijf jaar ouder dan ik. Ze heeft een wat oudere man en twee leuke volwassen dochters. Ze vertelde, samen met haar dochter, dat ze in december na buikpijn zeer onverwachts de diagnose kanker kreeg. Kort daarop, één van de eerste dagen in januari hoorde ze dat ze ongeneeslijk was. Snel daarna kwam ze al bij ons in het hospice wonen. Haar man kon namelijk niet voor haar zorgen. Hij had het vaak benauwd, zij zorgde juist voor hem. Hij klaagde na haar verhuizing dat hij niet alleen thuis kon zijn. Heel vervelend voor haar natuurlijk. Zéker wanneer je weet dat je zelf niet lang meer leeft. Ik merkte dat ze op een bepaalde manier afstand nam. Ze waren er altijd vanuit gegaan dat zíj de langstlevende zou zijn. De rollen waren echter ineens omgekeerd. Zij werd recent gebeld dat hij in het ziekenhuis opgenomen was na een hartaanval. Iemand had hem thuis gevonden. Hij bleef in het ziekenhuis op de intensive care en ze hielden hem in coma. Wie verzint zo’n scenario? Ze was naar hem toegebracht en ze had zijn hand vastgehouden maar hij reageerde er niet op vertelde ze me. Ze deelt graag haar openhartige verhaal met mij. Ookal krijgt ze altijd veel vriendinnen en collega’s op bezoek. Toen ik na een paar dagen weer kwam werken las ik in de map dat haar man inmiddels overleden was. Dezelfde middag dat ik werkte zou de crematie zijn. Ze had die nacht veel gespuugd, naast haar ziektebeeld, ook vermoedelijk van de zenuwen. Het advies van de verpleegkundige was haar deze ochtend een beetje met rust te laten behalve wanneer ze zou bellen natuurlijk. Ik had daar een beetje twijfels bij gezien ze haar verhaal kwijt kan bij mij. Ik hield me er wel aan natuurlijk. Na de megadrukke ochtend ging ik na de koffiepauze handdoeken en washandjes aanvullen in de kasten van de bewoners. Ook bij deze mevrouw. Ik condoleerde haar met het verlies van haar man en ze stak meteen van wal. Haar dochter was vanuit haar skivakantie gauw naar huis gekomen. Net op tijd voordat de stekkers er bij haar vader uitgetrokken werden. Ze vertelde dat toen ze muziek van Bob Dylan opgezet hadden hij een traan liet rollen uit zijn oog. Ze vertelde het juist zonder traan. Ze hadden de avond ervoor een condoleance voor hem gehouden waar ze express niet bij was. Zoveel mensen bij elkaar die haar natuurlijk allemaal zouden vragen hoe het met háár gaat. Ze koos ervoor haar energie anders te besteden. Vanmiddag zouden ze met dochters en twee mantelzorgers haar man achterlaten in het crematorium. Een bijeenkomst van drie kwartier zei ze. De rolstoeltaxi zou op haar wachten. Met haar dochters had ze afgesproken dat zij ook gecremeerd wilde worden en dat haar as én zijn as samen in één biologisch afbreekbare urn begraven zou worden op een natuurbegraafplaats in de buurt. Ik zei dat ik het heel mooi vond. En vooral heel fijn voor haar én de twee dochters dat ze weten wat er gaat gebeuren na haar overlijden. Zoekend naar een rouwkaart voor haar man zag ze al bladerend in het boek meteen een mooie voor haarzelf. De meiden waren het met de keuze eens. Ik vertelde haar dat bij het plotseling overlijden van mijn moeder niks bekend was over haar wensen. We deden maar wat en bij mij overheerst nog steeds de twijfel of we het wel goed gedaan hebben. Dat steunde haar zei ze. Een week erna had ik een fijn, lang gesprek met beiden dochters aan de keukentafel. Zij vonden, door de beslissingen die hun moeder nu praktisch en vooruitdenkend nam, het te snel gaan. Ze wilden samen met mama gewoon zijn, en niet perse praktische zaken bespreken. Een fijne tijd samen doorbrengen, dit moment beleven, want wie weet hoe lang dat nog kan? 


Een heel klein liedje. Gavin James op een akoestisch gitaar. Publiek doodstil. Duizend mensen ademloos in de poptempel Paradiso in Amsterdam. Formidabel. Op de achtergrond het licht door de glas-in-lood ramen van het prachtige gebouw. Heel mooi. Het gebouw kent haar oorsprong al in 1880 waar het als kerk voor de vrije gemeente gebouwd werd. In de roerige provo-tijd werd het al opgegeven, verwaarloosde gebouw door krakers bezet. Als Paradiso biedt het nu al vijftig jaar inspiratie en vervoering aan bezoekers, meer bezoekers dan dat de vrije religie ooit had durven hopen. Gavin James is een roodharige jongen met gitaar die liedjes zingt over de exen die zijn hart bekrasten. Een Ierse singer-songwriter. Hij schrijft zelf liedjes over diepe emoties zoals liefde, verdriet en vreugde en weet dat heel goed in zijn muziek te vangen. Middelste dochter volgt hem al jaren. Gavin begon als straatmuzikant in Dublin, speelde de kroegen van Dublin plat. Ik zie het hem wel doen hoor, in bruine café’s met lage plafonds. Hij brak in 2015 door met de single 'The Book of Love’. Inmiddels worden zijn liedjes vaak op de radio gespeeld waar ik hem zelf van ken. Dochter vroeg mij mee naar zijn concert. Vooral de sfeer van een klein concert in Paradiso trok mij wel aan. For old times sake. Het was werkelijk een cadeau. Kleine liedjes die iedereen roerde, maar ook het ineens opduiken tussen het publiek en de tent op z’n kop zetten inclusief confetti uit de lucht. Een verrassing was dat Pascal, zanger van Bløf ineens op het podium stond en ze samen met veel plezier ‘Holiday in Spain’ zongen en speelden op hun gitaar. Ik vond het concert een genot ookal stonden we de hele avond op onze vermoeide voeten, en kende ik niet perse alle songteksten. Misschien daarom vond ik de vertolking ‘Jolene’ van Dolly Parton zo mooi. Lekker meezingen. Ik ken heus wel de tekst van zijn grote hit ‘Always’, hij zingt dan zo hoog en loepzuiver daar durf ik met mijn stem echt niet bij. Al met al heeft hij de zaal flink op z’n kop gezet met handen klappen, ons Ierse refreinen laten zingen en zijn opzwepende gitaarsolo’s. Helemaal in het moment. Ik had die middag vooraf aan het concert dochter opgehaald van Schiphol waar ze geland was na een paar dagen Schotland. Samen een hapje eten op de Overtoom en toen lopend naar Paradiso. Een mooie afsluiting voor haar, en voor mij. 

dinsdag 25 maart 2025

New season, new hairdo!
TUIN ALS METAFOOR VOOR HET LEVEN
I always tell myself, 'There are so many things you regret doing or eating, but you never regret a workout.' I always feel better after a workout. I have more energy, and mentally, I'm in a better place. 
- Nina Agdal


Mijn lief sport eigenlijk elke zaterdagochtend met twee dochters in de sportschool. Mits ze thuis zijn natuurlijk. De meiden gaan naar een klasje bodycombat en hij leeft zich uit op de apparaten. Soms pak ik zelf die zaterdagochtend een yogalesje, soms ga ik thuis verse soep maken of eten voorbereiden voor als we ’s avonds gasten te eten krijgen. Deze zaterdagochtend was middelste dochter in Schotland op haar eerste solo trip en mijn lief had helaas na heel lange tijd een beginnende migraine aanval, sporten was geen optie voor hem. Ik bood jongste aan haar te halen en brengen met de auto. Zij stelde voor dat ik dan net zo goed met haar mee zou kunnen gaan om een lesje bodycombat te volgen. Vroeger toen ik student was in Amsterdam volgde ik wekelijks een gelijksoortige les. Bewegen op muziek. Ik dácht tenminste dat het gelijksoortig was. Bodycombat blijkt echter een workout geïnspireerd op oosterse vechtsporten. Wel op muziek, dat was de enige overeenkomst. In mijn hardloopbroek en een wijd hemd probeerde ik bewegingen uit karate, taekwondo, kung fu, kickboxing en tai chi af te kijken en te herhalen. Bewegingen die ik helemaal niet kende. Op hoog tempo wipte ik op mijn voeten heen en weer, verdedigde ik met mijn vuisten mijn gezicht of viel ik juist aan met hoge schoppen met mijn benen. Op de maat van de snelle muziek. Elke oefening werd na enkele herhalingen uitgebreid met nieuwe bewegingen. Als laatste werd alles aan elkaar geplakt. Ik heb zo mijn best gedaan. In die volle zaal. Ik vond het zelf best redelijk gaan, ik hoefde niet te stoppen om uit te puffen. Trots op mijn basisconditie. In de tijd van mijn vroegere klasjes was het ritme wat minder rap. Ik bewoog toen voor een spiegel. Heel verwarrend voor mijn hersenen. Bij tijd en wijlen heel erg grappig ook wanneer ik weer eens de verkeerde kant op hupste. Tranen met tuiten heb ik om mezelf gelachen. Deze les lette ik dus erg goed op, telde in mijn hoofd de pasjes uit, keek bij de vrouw voor mij af welk been voor stond. Goede hersentraining! In no time zul je een geweldige conditie krijgen en word je vast sterker. Je vecht tegen een denkbeeldige tegenstander. Ik geloof echt dat als je zo’n traject van een paar weken volgt en je meegroeit in de opbouw van de bewegingen dat het best leuk is. Dochters vinden het in elk geval heerlijk. Ik had na één les wel even genoeg. Ookal heb ik geen spierpijn gehad. Trots op mijn lijf. Ik ben de zondagochtend daarna lekker rustig gaan hardlopen in de buitenlucht. In m’n uppie, op mijn eigen tempo genietend van de omgeving. Stress en spanningen lossen als sneeuw voor de zon op. Ookal voelde ik me aan het einde dan misschien niet een echte (combat)kampioen.


Het weer was fantastisch afgelopen week, en eigenlijk ook de week daarvoor. Een tuin hebben is dan een cadeautje. Mijn groene vingers kriebelden om wat in de tuin te doen. Natuurlijk was zaaien in de koude grond nog uit den bozen. Het kan nog vriezen in maart of april. Zaaien was ik wel al gestart op de oude slaapkamer van oudste dochter die we sinds twee maanden omgetoverd hebben tot werkkamer van mijn lief. Het is de warmste kamer van het huis met de ramen op het zuiden. De vensterbank staat vol met tomaat-, komkommer-, flespompoen, sponskomkommer- en auberginezaadjes. En een verplaatsbare houten etagere die met liefde verplaatst wordt tussen boven-op-het-bureau óf op de grond afhankelijk of mijn lief daar werkt en waar het meeste zonlicht is. Bakjes vol aarde met daarin verstopte tropische zaden zoals steranijs, lychees en dragonfruit. Net een snoepwinkel. Met de zon op het raam loopt de temperatuur in de kweekbakjes op en dat is precies gewenst voor de zaailingen. Ik heb vijf van de zes uitgekomen pruimtomatenplantjes inmiddels verspeend over losse yoghurtbakjes. Lekker groeien! Ook één van de drie witte flespompoenzaadjes is uitgekomen en staat nu in de kas. Ik kan met de beste intentie voor mijn zaadjes of zaailingen zorgen, maar het plantje beslist zelf hoe ze wil groeien. Dat heb ik niet in de hand. Ook goed. Ik had in een tuintijdschrift zitten bladeren en daar kreeg ik zóveel ideetjes en inspiratie dat ik niet meer te houden was. Ik reed op donderdagmiddag naar het tuincentrum. Ik heb daar de auto volgeladen met maar liefst acht zakken potgrond voor al mijn plannen. Ik heb vooraf de zinken teil op het terras leeg geschept, want die zat na zoveel jaar vol met slordig onkruid, verwilderde tijm, lavendel en grote graspollen. Nu heb ik er geweldige planten met bloemen als gele golfballetjes op kale stevige stelen in gezet, met zilvergroene lancetvormige bladeren. Erg blij mee, vooral ook met de onkruidvrije, pikzwarte aarde. Diezelfde middag meteen gemaaid en het gemaaide gras laten liggen. Tuinieren brengt alles even terug tot z’n essentie. Je bent hier, buiten, je ademt en maait gras – en dat is ‘t. Even weg van nieuws, mailtjes, de boodschappen die je nog moet doen. Zo lekker. Op woensdagochtend had ik na mijn rondje hardlopen, nog gekleed in m’n hardloopkloffie, flink zwetend herfstblad geschept uit de greppel die als natuurlijke afscheiding van onze tuin dient. Maar ook weer niet als afbakening, want we hebben de grond erachter onszelf toegeëigend. Dat lapje gemeentegrond is niet te koop. Het is historische grond. De kinderkopjes die er liggen zijn uit de tijd dat Napoleon Bonaparte in Breda was. Hij reed in 1810 over de allereerste verharde weg van Parijs naar Amsterdam. Via Antwerpen én Breda. Samen met zijn kersverse, tweede vrouw reed hij over de Rijsbergseweg. Ons huis werd bijna honderd jaar geleden gebouwd aan dezelfde versteende Rijsbergseweg. Een dubbele rij met precies deze geschiedkundige kinderkopjes ligt er nog steeds… De beukenboom voor ons huis was destijds in een lange rij geplant langs deze weg. Ze zijn erg bepalend geweest voor de uitstraling van het landschap. Onze boom is inmiddels meer dan twee eeuwen oud, de rest van de beukenbomen is helaas omgekapt. Langs de Rijsbergseweg liep van 1890 tot 1937 ook nog de stoomtramlijn van Breda naar Antwerpen. De tramhalte bevond zich zelfs vlakbij ons huis - waarvan de bouw in 1933 gestart is. In de voortuin ligt altijd vanaf de herfst een tapijt aan gevallen beukenblad die ik nu niet kan weghalen, want ik heb al twee kliko’s tot de rand gevuld uit de greppel. Ik zal vandaag moeten wachten totdat de vuilniswagen langs geweest is. Wat is het toch heerlijk om in de tuin én de kas te werken, de aandacht voor dat alles en de verwondering. Straks is alles groen!

dinsdag 18 maart 2025

New life! My tomato plants started to grow in the warmth of the sun
TRAGIEK
‘Aging is not an option, not for anyone. It is how gracefully we handle the process and how lucky we are, as the process handles us.’
– Cindy McDonal


In een hospice is de dood altijd dichtbij. Normaliter werk ik een dagdeel per week maar afgelopen weken werkte ik om de paar dagen. Het voordeel daarvan is dat ik de bewoners veel beter leer kennen. Wanneer er een week tussen zit, of soms meer dan een week, dan kunnen veel bewoners er niet meer zijn. Dat is gewoon zo. Dat nieuws lees ik in een overdrachtsmap vooraf aan mijn dienst. Vaak staat er ook een bedankje voor het personeel in het kantoor namens de familie. Bij de overdracht van de dienst krijg ik de status van de nieuwe bewoners te horen. De laatste weken wonen er grotendeels dezelfde bewoners. Dat vind ik fijn merk ik. Ik praat regelmatig met een bewoner die bij ons in de keuken zijn ontbijtje, lunch en avondeten nuttigt. In de ochtend ontspannen met een krantje erbij opengeslagen op de grote eettafel. Hij loopt rond in het huis, maakt zijn eigen eten klaar en hij zit er regelmatig bij wanneer we als verpleegkundigen en vrijwilligers met elkaar de koffie- of theepauzes doorbrengen. Met zijn vorm van kanker kan dat zomaar omslaan. Hij is dus erg ziek. Daar hadden wij samen een gesprek over toen er net een bewoonster overleden was. Hoe zo’n verlies voor mij is, was zijn vraag. Ondertussen was hij natuurlijk een beetje nieuwsgierig naar zijn eigen naderende einde. Ik vertelde hoe wij een uitgeleide doen waarbij het personeel allemaal bij de voordeur staat. Hoe er een gedicht voorgelezen wordt en hoe er een mooi baarkleed van ons over de kist ligt. Iemand van ons loopt mee naar de rouwauto en haalt het baarkleed er op het laatste moment vanaf. Meestal loopt er een medewerker van de uitvaartonderneming voor de rouwauto uit. Hoe zijn overlijden voor mij zou zijn nu we elkaar wat beter kennen? Een goede vraag. Ik werk er pas een aantal maanden en dit is de eerste keer dat ik iemand langer leer kennen dan een paar weekjes. Ik heb dus geen idee hoe ik zal reageren. We mogen elkaar graag. Onlangs had hij griep opgelopen en lag hij in bed. Dat was voor iedereen even wennen. We misten zijn aanwezigheid in de keuken. Hij is altijd erg blij en opgewekt wanneer ik hem zie. ‘Oh ben je er weer!’ roept hij vrolijk met een lach op zijn gezicht en heel vaak volgt daar een grap achter aan. De een-na-laatste keer dat ik werkte bleek hij niet helemaal hersteld te zijn van zijn griep. Hij had flink ingeleverd qua lichaamsgewicht en energie, hij kwam minder van zijn kamer af. Hij eet nu vaak aan tafel in zijn kamer. Dan maken we altijd een praatje en hij vraagt meestal wanneer mijn volgende dienst is. Laatst had hij voor mij een briefje uitgeschreven om het me makkelijker te maken, knipoogde hij. Bruine boterham, boter, kaas en spiegelei stond er op geschreven. Dat wilde hij voor lunch en precies in die volgorde boven op elkaar. Op deze manier kon ik het niet vergeten, grapte hij. Gisteren had ik na een volle week weer een dienst. ‘Blij om je te zien!’ lachte hij toen ik relatief vroeg in de ochtend zijn kop thee kwam brengen. Daarna wilde hij douchen en daar heeft hij tegenwoordig hulp bij nodig. Ik droogde zijn rug af, voelde hoeveel gewicht hij verloren had. Toen hij goed en wel aangekleed was sprak hij de waardering van mijn werk en aanwezigheid uit. Hij vroeg of hij me een omhelzing mocht geven. Toen ik begin van de middag klaar was met mijn dienst, die pittig was met twee overlijdens binnen een uur, klopte ik nog even op zijn deur om gedag te zeggen. Dat doe ik normaliter niet. Ik zie hem zienderogen achteruit gaan, het is maar de vraag of hij er bij mijn volgende dienst nog is.  


Precies hetzelfde rondje reed ik door Breda. Om precies dezelfde drie senioren dames op te halen als een maand geleden. Wederom voor de dagfilm in hetzelfde theater. Ze noemden mij en elkaar inmiddels bij voornaam. Tilly, Tessa en de derde ben ik vergeten. Juist van haar was de lift in het gebouw kapot toen ik beneden in de hal op haar wachtte. De monteur wist niet hoelang het zou duren. Net toen ik haar paniekerig wilde bellen, ze woonde tenslotte op de tiende etage, kwam ze aanlopen. Ze had de tien trappen ervoor over, zei ze enthousiast. Deze dame in kwestie is over de negentig jaar! Na onze kop koffie in het theater gingen we naar de zaal. Ik adviseerde de dames hun jas mee naar binnen te nemen. Ik vind het meestal te koud daar binnen. Je zit natuurlijk ook zo’n twee uur stil. Het was inderdaad weer te koud. Verder is alles daar altijd fantastisch geregeld. Brabantse gastvrijheid. Kartonnen naambordjes met ons logo op de gereserveerde tafels. Er werd zelfs een kapstok heengereden. Borden met bestelde broodjes stonden na de film klaar. Mokken met koffie of thee werden meteen ingeschonken. Helemaal prima. De film over Maria Callas haar leven was heel tragisch en halverwege de film voelde ik me ook een beetje gedeprimeerd worden. Angelina Jolie speelde de Griekse Maria, één van de beroemdste operazangeressen van na de Tweede Wereldoorlog. Tijdens de oorlog in Athene liet haar moeder haar twee jonge tienerdochters zingen voor de Duitsers om niet gedeporteerd te worden. Maria’s zus was slanker en knapper en hun moeder liet haar voorkeur duidelijk blijken. Later is Maria door een extreem streng dieet meer dan dertig kilo afgevallen, slank zoals we haar kennen van haar carrière. Ze was getrouwd met een veel oudere Italiaanse man en later viel ze voor de charmes van de schathemelrijke Aristoteles Onassis. Ze kreeg een zoontje van hem dat heel kort na de geboorte overleed. De relatie werd al snel weer beëindigd doordat Onassis haar verruilde voor de weduwe van de Amerikaanse president John F. Kennedy, de bekende Jacky Kennedy. Maria’s stem verminderde uiteindelijk tot een schim van wat het ooit was. Vanaf toen trok de perfectionistische Maria zich geleidelijk uit de operawereld terug. Ze kreeg hallucinaties door de verslavende medicijnen die ze slikte voor haar hart. Ze verbleef met een trouwe huishoudster en butler in haar luxe appartement in Parijs. Ze leefde een teruggetrokken leven. Al op haar drieënvijftigste overleden. Wat een tragiek. Ik moest er na de film even van los komen. Een beetje van de kou verkleumd lunchte ik later samen met een groepje deelnemers en een nieuwe vrijwilliger aan een grote tafel. Ik heb nog geregeld dat twee mensen een theaterkaartje aan elkaar konden doorverkopen voor de musical over Rob de Nijs de avond erna. Niet wetende dat Rob een paar dagen erna zou overlijden. Toen ik de laatste dame in mijn auto thuis wilde afzetten hebben we eerst samen in de auto mijn vriendin gebeld. Haar moeder is namelijk net bij mijn deelneemster in dezelfde verzorgingsflat komen wonen. De nieuwste bewoonster wil graag aan activiteiten meedoen wist ik en mijn deelneemster zocht juist een maatje voor haar kookclub. Voldaan van zóveel netwerken, wat ik graag deed hoor, reed ik naar huis waar ik lekker tot rust mocht komen met een kop thee en een boek. 

dinsdag 11 maart 2025

Our old cat enjoying the winter sun...
OUD
Let us never know what old age is. Let us know the happiness time brings, not count the years.’ 
- Ausonius


Bijna zestien jaar oud is onze gestreepte poes. Een oud besje en dat kunnen wij zien. Haar vacht is een stuk donkerder geworden in al die jaren. Een tijdje was het zelfs doffer en begon het een beetje te vervilten op haar rug. Vlakbij haar staart. In haar mooie gele ogen ontstonden bruine vlekjes van ouderdom. Ze hoort echter alles nog piekfijn. Wanneer je haar naam in een zin fluistert spitst ze haar oren. Ook wanneer er een andere kat in haar buurt sluipt en ze dommelt een beetje weg, dan hoort ze het toch. Ongeveer een jaar geleden gingen we met haar naar de dierenarts. Haar vacht zag er op haar rug onverzorgd uit, ondanks dat wij het kamden wat ze niet fijn vond op die plek. Ze wilde nauwelijks nog buiten spelen aan de voorkant van ons huis. Daar lopen ook katten van buurtbewoners rond en confrontaties ging ze angstig uit de weg. Ze voelde zich kwetsbaarder worden. Oud. Ze kwam steeds minder vaak boven, traplopen deed haar pijn. De dierenarts gaf de diagnose artrose in haar onderste staartwervels en haar heupjes. Botpijn. We gingen naar huis met pijnstillers waarvan we de druppels dagelijks in haar natvoer moesten doen. Het ging toen gelukkig beter met haar. Ze waste haar vacht weer op de plekjes waar ze door pijn eerder niet meer bij kon. Haar vacht glanst nu weer. Ze liep weer naar zolder en stak haar neus weer buiten de voordeur. De dierenarts stelde na zoveel maanden voor om over te stappen naar het kattenmedicijn solensia tegen artrose. Elke maand stopten we Tossie in de kattentas om de dierenkliniek te bezoeken. Heel stressvol voor haar. Ons kostte dat moeite om haar in de tas te krijgen en telkens iets meer dan honderd euro uit onze portemonnee. We maakten vorige maand de afspraak bij de dierenartsassistente, want een consult bij de dierenarts is nu eenmaal duurder dan bij de assistente. We kwamen toch élke maand een injectie halen, dat hoeft dan niet perse bij de arts zelf. De assistente spoot jammergenoeg niet onder haar huid in haar nek maar in haar vacht. De vacht werd nat en de vloeistof druppelde op de tafel. Dat ging mis. Tossie zat inmiddels terug in de tas en wilde er voor geen goud weer uit. Dat gaf niks, zei de assistente. Ze gaf een nieuwe spuit met vloeistof in de rug van Tossie terwijl ze omgekeerd in de kattentas zat. Kennelijk had ze in een spier geïnjecteerd, want Tossie bleef de hele middag nog onrustig. Toen ik dat aan de buurvrouw vertelde stelde zij voor om het injecteren zelf thuis te doen. Tossie hoeft dan niet meer elke vier weken met stress naar de dierenkliniek en wij besparen een paar tientjes per keer. Vandaag zou ik les krijgen van de dierenarts in het spuiten onder de huid van Tossie. Jongste dochter ging mee om de uitleg te filmen, ook om mee op te letten. De dierenarts deed eerst een lichamelijke controle. Haar hartje klopte goed, gebit zag er goed uit, ze had geen vlooien en haar vacht zag er glanzend en verzorgd uit. Daarna legde ze alles stapje voor stapje uit. Zij spoot de milliliter solensia onder de huid en ik daarna een milliliter fysiologisch zoutoplossing. Dat ging mij gelukkig helemaal goed af. Tossie werkte geduldig mee. Bij de balie rekende ik tweehonderd euro af voor de injectie en consult van vandaag plus de nieuwe ampul met twee injectienaalden voor volgende maand. Tijdens de eerste zonnige dagen van maart was Tossie weer als vanouds veel in de voor- en achtertuin te vinden. Niet meer hoog in de kromme magnoliaboom of via de brandhout voorraadkast bovenop het garagedak geklommen maar wél helemaal senang op de houten bank onder het voorraam, of uit de wind op de kokosmat in de vestibule. Voortaan zal ik haar mantelzorger zijn en hoeft ze niet meer stressvol in de kattentas naar de dierendokter. Ze mag thuis zorgeloos en grotendeels pijnloos van haar oude dag genieten. Onze oude kater Woester overleed drie maanden voor zijn zestiende verjaardag. Tossie heeft haar grote vriend nu qua leeftijd ingehaald. 


Terwijl ik achter haar grote fauteuil bij het raam op een kruk zit en zij op de tuin uitkijkt, waar soms eekhoorntjes pinda’s komen halen, masseer ik haar hals en schouders met lavendelolie. Ze beleeft het. Ze is in de negentig en is bij ons in het hospice vanwege uitgezaaide kanker. Ze woonde nog op zichzelf voordat ze bij ons kwam wonen. Ze weet precies haar ochtendroutine aan de wastafel uit te leggen. Waag het niet het anders te doen. Ze wast zich met een washandje en een ouderwets stukje zeep. Wanneer ze aangekleed is loopt ze met de rollator naar de grote fauteuil. Wanneer ze zit gaat het voetendeel omhoog en daar blijft het kleine vrouwke zitten tot ze zich met onze hulp weer uitkleedt om naar bed te gaan. Ze heeft de afstandsbediening en een leesboekje binnen handbereik. Vaak een kleed en warme kruik op schoot en een kruik op haar voeten. Ze tuurt meestal naar buiten. Wanneer ik haar deze middag ontspannen masseer, met de geur van een essentiële olie die ze zelf uitgekozen heeft, ontspant ze zichtbaar. We kletsen over Singapore en voormalig Indië. Haar man vaarde destijds voor een bedrijf in de buurt van Indonesië en zij woonden met hun kinderen in Singapore. Vlak na de onafhankelijkheid. Ze vertelt honderduit en op een bepaald moment zegt ze dat ze helemaal terug is in die tijd. Bij wijze van spreken ziet ze nu palmbomen groeien buiten het raam. Natuurlijk vertel ik haar dat onze oudste dochter daar woont. Dat het zo veranderd is met veel hoogbouw. Dat ik daar een paar maanden terug nog was en waar ik wandelde. Ze gaat helemaal terug in de tijd. Ik noem haar dat mijn oma al in 1932 in Singapore was, bijna een eeuw geleden. Ze vindt het allemaal prachtig. Ik beschrijf de oude foto waar mijn oma in een wagen met grote wielen zit en een Chinese man de kar trekt. Een bijzonder moment delen we vanmiddag. Kort daarna loopt ze een blaasontsteking op en raakt ze in een delier. Ik spreek haar zoon in de keuken. Ik vertel dat we kort geleden zo fijn gekletst hebben. ‘Oh ben jij dat!’ roept hij enthousiast uit. Ze had hem verteld dat ze zo’n leuk gesprek had gehad met een Indische vrouw die hier werkt. Niet lang daarna wordt ze in slaap gebracht vanwege haar pijn en verwardheid. Op een ochtend sluip ik zachtjes bij haar naar binnen. De gordijnen nog gesloten en in het schemer zie ik haar rustig in bed liggen, in foetushouding. Ik sluip weer zachtjes weg zonder wat te zeggen, want we geven de bewoners de rust om te sterven. Werkelijk een paar minuten later roept de verpleegkundige me terwijl ik de trap op wil lopen naar boven. De bewoonster waar ik nét even binnen was is zojuist overleden. In alle rust. Dat raakt me. Zou ze gevoeld hebben dat ik kort bij haar bed stond? Wanneer ze eind van de ochtend gewassen en aangekleed opgebaard ligt en zo opgehaald zal worden door de uitvaartorganisatie loop ik nog even naar haar toe om in gedachten afscheid te nemen. Ik condoleer de bij elkaar gekomen familie in onze huiskamer en beantwoord hun vragen. Daarna fiets ik naar huis.

dinsdag 4 maart 2025

With cake and tears celebrating my 2 years cancerfree anniversary
ZIJN
When your time comes to die, be not like those whose hearts are filled with fear of death, so that when their time comes they weep and pray for a little more time to live their lives over again in a different way. Sing your death song, and die like a hero going home.’
- Tecumseh


Ik doe de voordeur open nadat de bel was gegaan en zie een tengere vrouw voor me staan naast wat grote gevulde shoppers op de grond. In de verte zie ik een taxi de straat uitrijden. We verwachten eind van deze ochtend een nieuwe opname in het hospice waar ik werk. De meeste nieuwe bewoners komen met de ambulance. Sowieso hadden álle bewoners, zolang ik er werk in elk geval, familie bij zich. Vaak genoeg komt de familie wat eerder om alvast wat fotolijstjes in de kamer te zetten, een bos bloemen of om wat kleding weg te hangen in de kast. Een ontvangstcomité. Ik neem aan dat deze op het oog vieve vrouw ook wat spullen vooraf komt brengen. Ik introduceer mezelf, neem de zwaarste tas van haar over en loop met haar naar de trap. Ze kijkt naar boven en zegt ‘Oh, dat red ik niet’ en ineens snap ik dat zij zélf de nieuwe bewoonster is. Ik schrik er zelf van en neem haar meteen mee naar de lift. Ik laat haar eerst haar kamer ingaan. Ze zet een zwarte tas op het bed. Ik vraag of ik haar winterjas kan aannemen en hang hem in de hangkast op haar kamer. ‘Wat een fijne kamer’ zegt ze rondkijkend. Ik vertel dat we de verwarming alvast aangezet hebben voor haar, maar ze vraagt juist of het raam open kan. Natuurlijk doe ik het raam een stuk open. De zon schijnt door de vitrage. Ik bied haar aan plaats te nemen. Ze gaat in de ruime sta-op fauteuil zitten naast het raam. ‘Een heerlijke plek’ zegt ze. Ik vraag haar wat ze wilt drinken voordat de verpleegkundige en haar huisarts komen. Ze weet het even niet, ik stel van alles voor en haar gezicht licht op wanneer ik warme chocomelk noem. ‘Wilt u er slagroom bij?’ Dat slaat ze af. Ik maak in de keuken een warme chocolademelk voor haar, leg een koekje erbij op het dienblad. Ze is heel dankbaar dat ze hier is. Een paar dagen later klop ik in de ochtend op haar deur. Ik had haar al in de gang zien lopen naar de badkamer. Ik leg uit wie ik ben, dat ik een paar dagen eerder de deur geopend had voor haar. Dat herinnert ze zich nog helder, ze is goed in gezichten vertelt ze me. Ik vraag of ze zin heeft in een ontbijtje en mag haar twee rozijnenboterhammetjes geven en weer een warme chocomel. Ze zegt dat de warme chocolademelk haar van binnen verwarmt, dat ze dat heel fijn vindt voelen. Inmiddels had ik haar achtergrondverhaal in haar file gelezen. Ze leefde alleen voordat ze bij ons kwam. Ze heeft een zoon die  zij niet teveel wilt belasten. Ze wil niet dat wij hem bellen om hem op de hoogte te houden. ‘Hoe voelt u zich nu? vraag ik deze ochtend. Ze heeft pijn in haar buik ondanks de pijnstiller. We gaan de huisarts bellen zodat hij andere medicatie kan voorschrijven. Normaliter zorgt familie of een andere mantelzorger voor het wasgoed. Zij kan het aan niemand vragen heeft ze doorgegeven. Dat vind ik heel treurig om te horen, ik zou het zelf wel mee willen nemen. In het hospice mogen wij haar wasgoed niet wassen. Regels zijn regels. Er is haar een telefoonnummer van een stomerij doorgegeven die haar wasgoed op kan komen halen. Op de TV staat een schaatswedstrijd op. Zonder geluid. Ze vertelt dat ze tot rust komt in haar kamer in ons hospice. Er ligt een stapeltje natuurtijdschriften op het tafeltje naast haar stoel. Haar gevulde, zwarte tas staat na een kleine week nog steeds op het bed zie ik, alsof ze elk moment weer kan vertrekken. Ik zeg er niks van. In plaats daarvan zeg ik dat ze nu alleen maar hoeft te ‘zijn’. Meer niet. Het raakt haar. Er wellen tranen op in haar ogen. ‘Ja precies, ik hoef hier niets behalve te zijn’ herhaalt ze. Ze staart uit het raam. Wanneer ik naar de deur loop zie ik een megagrote teddybeer met een glanzende strik op een stoel aan tafel staan. Ik stel me voor dat ze deze van haar zoon gekregen heeft.


De zon scheen volop. Mijn lief en ik fietsten midden op de zondag naar een dorp verderop. Zo’n twintig minuutjes fietsen. Jongste dochter van twintig jaar ontving thuis wat vriendinnen uit haar middelbare schooltijd om in te drinken voor hun carnavalsfeestje in Breda alias ’t Kielegat. Twee dagen ervoor was jongste al met studievrienden in Oeteldonk, 's Hertogenbosch wezen feesten. We parkeerden de fietsen tegen een boom waar veel mensen hun fiets parkeerden. We liepen recht tegen de optocht van de praalwagens aan.  Overal luide carnavalsmuziek. Alle kroegen open. Ie-de-reen was verkleed. Jong en oud. Écht een gezinsactiviteit. Jonge ouders met spelende ‘kullekes’ om zich heen in de zon en opa en oma aan dezelfde statafel met ook een pul bier in hun hand. Gemoedelijk carnaval in Prinsenbeek alias Boemeldonck. ‘Ge kekt oew ôôge uit’ wanneer zo’n dorp helemaal in de geest van carnaval is. Ik vind het eigenlijk heel fijn om naar te kijken. Iedereen lacht, lijkt elkaar te kennen en te mogen. Ons kent ons. Het ‘femmekesbal’ voor de dames en het 'piepersbal' voor kinderen. Het Kreeziecafé is een spetterend jeugdfeest waar wij onze kinderen vroeger ook afgezet hebben. Geen carnaval zonder blaaskapellen, toch? We zagen ze bovenop de praalwagens spelen. Het aantal dweilorkestjes, zatte harmonieën, boerenkapellen en blaaskapellen neemt helaas al jaren af. Carnaval zelf daarentegen trekt juist jaarlijks duizenden feestgangers naar ‘t Kielegat. Steeds meer. Op zoek naar geluk en vrijheid. Zo’n zeven op de tien mensen voelen zich tijdens carnaval meer verbonden met anderen en gelukkiger. Carnaval is hét moment waarop sociale rangen verdwijnen en dat geeft een bijzonder bevrijdend gevoel. Tijdens die dagen zijn we even allemaal gelijk lijkt het. En dat is precies wat ik zag in Boemeldonck die stralende zondagmiddag. Mensen zetten een masker op, verkleedden en schminkten zich en ontsnapten zo aan de dagelijkse realiteit. Wanneer je dan kunt dansen en iemand anders kunt zijn, versterkt dat het geluksgevoel enorm. Een intens gevoel van saamhorigheid. Een collectief gevoel van geluk. De waan van de dag wordt vergeten. Het is even loskomen van de ellende in de wereld. In onze stad was het afgelopen weekend op meerdere plaatsen zó druk dat locaties tijdelijk afgesloten waren. Zij konden alternatieve routes volgen om een rustigere feestplek te vinden.

dinsdag 25 februari 2025

Pineapple that starts to grow into a plant!
VERANDERING
Vogels zijn de meest ervaren vliegeniers die de wereld ooit heeft gezien. Ze vliegen hoog en laag, met grote snelheid en heel langzaam. Altijd met buitengewone precisie en beheersing.’
- David Attenborough


Met mijn vriendin maakte ik afgelopen week wederom een wandeling door ons bos de Trippelenberg. Voordat we een stuk door het drassige stuk moesten baggeren stonden we al pratend stil bij een meertje met twee kuierende ooievaars vlakbij. De middagzon scheen volop. Zonnebrillen op. We keken naar prachtig grote beesten met gedeeltelijk zwarte vleugels, rode hoge poten en een rode snavel. Ze klapperden luid met hun snavels. Ze liepen om elkaar heen als een dans. Dat luide geklapper met de snavel doen ze wanneer ze elkaar begroeten. Wij hadden het idee dat ze elkaar aan het versieren waren. Nederlandse ooievaars trekken deels weg, maar minstens een vijfde overwintert hier in eigen land. Ze keren vanaf februari terug dus misschien waren ze elkaar inderdaad aan het begroeten? De kou is geen reden voor ze om weg te gaan. Ook bij lage temperaturen kunnen ooievaars overleven, mits ze insecten, muizen en ratten kunnen vinden. Het aantal ooievaars dat de trek overleeft is trouwens maar klein. Al jaren lang blijkt dat slechts vijftien procent van de uitgevlogen jongen met zekerheid de volwassenheid bereikt. Ze kunnen dertig jaar oud worden. Het grootste gedeelte sterft echter tijdens de trek aan de gevolgen van elektrocutie door hoge elektriciteitsdraden, jacht (in Afrika eten ze ooievaars) en verhongering. Wij hebben in de buurt van ons huis een groot hoog nest waar ze afgelopen zomer ook jongen hadden. Ooievaars kunnen trouwens net als flamingo’s op één poot slapen. Met de andere poot in zijn lichaam kan hij veel warmte vasthouden. Toen ik naast mijn vriendin naar de twee dansende en klepperende grote vogels stond te kijken kreeg ik een flashback naar zo’n vijftien jaar geleden. Wij zaten vanuit een gehuurde Defender met de kinderen naar een groep struisvogels te kijken waarvan het mannetje een paringsdans uitvoerde. We waren net met de auto door flinke plassen gereden. Namibië, het derde Afrikaanse land waar we die zomer doorheen reisden met onze drie kleine dochters, waarvan de jongste nog een kleuter. We sliepen in tenten op het dak van onze auto. Na de oorverdovende paringsroep van de mannelijke struisvogel had hij zoveel mogelijk vrouwtjes aangetrokken en raakte hij in de greep van een opwindende paringsdans. Het had best veel weg van de twee ooievaars waar ik nu naar aan het kijken was. Gewoon aan een mooi half bevroren meertje notabene vlakbij mijn huis. Het rook en klonk gewoon naar voorjaar. De lente lijkt gestart. Zondagmiddag was het zo warm en zonnig dat ik naast de wapperende was in de tuin een boek aan het lezen was. Ook bij mij kriebelt het voorjaar net zoals bij de vogels. Ik heb zin om te starten met zaaien dus zocht ik mijn zaden van tropisch fruit uit Singapore en Vietnam op. Alles verpakt in servetten van het desbetreffende restaurant waar we toen het fruit aten. De meeste zaden heb ik geïdentificeerd, behalve één soort grote zaden. Ik ben benieuwd naar wat daar uit gaat groeien later. Ik wacht nog heel even met daadwerkelijk zaaien totdat het voorjaarsweer wat stabieler en warmer wordt. In de tussentijd wil ik in de huiskamer een ananasplant kweken door de kroon te laten groeien in een grote glazen vaas gevuld met water. Stel je voor dat ik straks een ananasplant in de oranjerie heb groeien waar wellicht ooit een ananas van vier kilo aan zal groeien!


Alles in het leven is in beweging. Dat in beweging zijn leerde ik tijdens mijn yogalessen en inmiddels herken ik dat ook in mijn leven. En in dat van anderen. Alles in het leven stroomt, verandert. Groei staat gelijk aan verandering. Tijd is volgens mij daarvoor de sleutel. Door tijd te nemen voor de flow in je leven voorkom je dat energie blokkeert. Door tijd te nemen zorg je voor ruimte in jezelf waardoor je vóelt wat belangrijk is om te voelen. Ik herken dat. Helemaal nu mijn leven, na de ratrace dat in het Erasmus ziekenhuis plaatsvond, weer een stuk rustiger is geworden. Ik heb ruimte in mezelf gekregen door de tijd die ik ervoor heb. Ik ben inmiddels twee jaar gezond. Alhoewel ik nog steeds regelmatig naar Rotterdam rijd voor routinematige controles van mijn tong, mond en hals. Ook erheen voor uitgebreide gebitsreinigingen vanwege mijn tekort aan speekselaanmaak. Ik rijd ook een keer per week naar Utrecht voor gesprekken met mijn psycholoog. Verder heb ik elke twee weken oedeemtherapie voor mijn hals, elke maand een bezoek aan de diëtiste omdat voldoende eten nog steeds voor mij een ding is. Vooral door de tijd die het me kost om het binnen te krijgen is mijn avondeten vaak al afgekoeld voordat mijn bord leeg is. Ik zorg niet voldoende voor mezelf door mijn bord vaak maar af te ruimen ondanks dat ik nog niet voldoende heb gegeten. De tijd nemen om genoeg te eten is zelfzorg. Óndanks de snelheid van het leven. Ik at vaak alleen uit noodzaak. Eten voor mentale verzadiging is echter ook heel belangrijk om de lol erin te houden. Lekkere dingen eten. Zelfliefde. Ondanks al die therapieën en controles - en alles wat er nog extra bijkomt kijken zoals tóch weer extra bloedprikken, tóch weer gips happen voor een bitje of tóch weer met de praktijkondersteuner in gesprek - vind ik tijd en rust. Tijd is belangrijk om geduld, attent zijn of empathie te voelen. De snelheid van het leven houdt onbewust van alles in stand zoals oppervlakkigheid of ongeduld of onaardigheid. We hebben tijd gewoonweg nodig om het leven te verteren, je van stress en haast ontdoen. Voor mij voelde het op een bepaald moment heel natuurlijk om niet meer deel te nemen aan de ratrace. Ik zou het ook niet meer kunnen. Spirituele schrijver Paulo Coelho schreef ooit ‘Verander. Maar begin langzaam, want richting is belangrijker dan snelheid.’ Ik heb nu de tijd. De tijd om optimaal waar te nemen, te voelen en te veranderen. 

dinsdag 18 februari 2025

Me having slowdown time...
KRUIMELDIEF
The mother-child relationship is paradoxical and, in a sense, tragic. It requires the most intense love on the mother's side, yet this very love must help the child grow away from the mother, and to become fully independent.
- Erich Fromm

‘Ooh help, ik word net mijn moeder!’ Uiteindelijk ontdekt elke vrouw dit op een gegeven moment. ‘Ik lijk op mijn moeder…’ Met de gloednieuwe stofzuiger zonder snoer ga ik als een razende door het huis wanneer ik een kruimel zie. Net mijn moeder! Mijn moeder kocht in de jaren tachtig voor zichzelf een zogenaamde kruimeldief. Een donkerbruine wandhouder aan de muur en een handzame beige stofzuiger van Black en Decker zonder snoer, en ook zonder stofzuigerzak trouwens. Ze zoog er álles mee op. Denk aan kattenharen, stof op de grond, asbak leeg, brood- of koekkruimels op het tafelkleed en zelfs de chocolade hagelslag die naast mijn bord viel wanneer ik, als tiener, nog volop aan het ontbijten was! Dat irritante geluid vlak onder m’n snufferd wanneer ze weer iets op moest zuigen. Daarna zag je het ‘opgezogene’ door het bruine doorzichtige opvangbakje draaien of ratelen. Ik denk dat dat haar genoegen schonk en anders wel het legen van het opvangbakje. Ze was er heel blij mee. Een heldere herinnering aan haar is ook dat ze de hal altijd dweilde wanneer mijn zus en ik net uit school kwamen. ‘Niet met je schoenen daar lopen, ik heb nét gedweild!’ gilde ze wanneer we met het touwtje in de brievenbus de voordeur openden. Wat mij altijd zo onlogisch voorkwam, want ze wist hoe laat wij uit school kwamen voor een boterhammetje. Wij hebben onlangs dus óók een draadloze steelstofzuiger gekocht. Draadloze steelstofzuiger is een veel moeilijker woord dan kruimeldief natuurlijk. Kruimeldief, leuke naam. Kruimeldief, kleine crimineel. Één van de mooiste woorden van de afgelopen eeuw. Kruimeldief. De eerste kwam in 1979 op de markt en werd meteen een enorme hit. Niet veel mensen weten dit, maar de kruimeldief is ooit uitgevonden door een man. Hij wilde eigenlijk een föhn maken. De man faalde koninklijk natuurlijk. In feite is een kruimeldief dus niets meer dan een mislukte haardroger. Ik begrijp de liefde van mijn moeder voor haar kruimeldief nu pas nu ik zelf ook een snoerloze stofzuiger heb. Wanneer de accu van onze stofzuiger opgeladen is kun je een uur lang stof of vuil opzuigen. Ik probeerde hem na aankoop meteen op de traploper. In plaats van eerst de onderste helft van de trap met de stekker beneden in de hal te zuigen, en daarna boven in een stopcontact te duwen op één van de slaapkamers, zuig ik nu de onderste én bovenste helft van de traploper met een lichte stofzuiger in mijn hand. Een verademing. Wanneer ik de stofzuiger elke traptrede opsleepte en ik had pech dan drukte ik met mijn knie steeds de aan/uit knop in. Dat zware apparaat hield ik met mijn knieën tegen om te voorkomen dat ie de trap af naar beneden stuiterde. In de voor- en achterkamer moest ik altijd van stopcontact wisselen. Te kort snoer. Ik ben zo blij met mijn nieuwe modelletje. Net zo senang als mijn moeder destijds. Ik wilde heel graag deze vanwege het innovatieve ‘pet’ opzetstuk waarmee ik alle kattenharen tot in detail op kan zuigen van de meubels en vloerkleden. Ideaal met drie katten in huis, waarvan twee dubbel zoveel vacht hebben. Ik heb vorige week ook mijn autootje aan de binnenkant ermee schoongemaakt. Ideaal. Ik moest voor het eerst drie deelnemers van de stichting in mijn eígen kleine autootje vervoeren. Voorste stoelen ver naar voren, op achterste bank de knieën beetje schuin wegzetten en we pasten er alle vier in. Ik heb gelukkig wel vier deuren, stel je voor! Ze vonden het niet eens een probleem om zo ‘krap’ te zitten. Ze waren al blij dat ik ze op kwam halen. Of ík het zélf soms een probleem vond werd me gevraagd. Ik zal eraan moeten wennen. Mijn lief neemt tegenwoordig doordeweeks de grote auto mee naar Duitsland. 


Met ingevoerde veranderingen in ons dagelijks leven kunnen we bijdragen aan een betere geestelijke gezondheid.  Ook aan je lichamelijke en spirituele gezondheid trouwens mocht deze niet honderd procent zijn. Ik heb tegenwoordig een beetje hulp van een psycholoog. Er zijn praktische hulpmiddelen die me kunnen helpen bij het helingsproces. Dat proces is een gebeurtenis die bij mezelf begint. Het betekent dat ik elke dag het werk moet doen. Ik ben zélf verantwoordelijk voor m’n herstel en ik zal actief moeten deelnemen aan dat proces. Ik heb een wekelijks consult en daar komen ook afspraken uit. Hoewel er een heleboel dingen zijn die ik niet in de hand heb die me overkomen zijn, heb ik gelukkig ook een heleboel andere dingen wél in de hand. De psychologe adviseert me kleine, haalbare veranderingen door te voeren en die vol te houden. Het ongemak dat ik erbij voel, betekent dat er iets aan het veranderen is en dat ik op weg bent naar een diepgaande transformatie. Als kind heb je vaak niet geleerd voor je eigen welzijn te zorgen. Als volwassene kun je alsnog zelfzorg toepassen met soms heel eenvoudige veranderingen. Holistisch gezien bijvoorbeeld door voor verse maaltijden te zorgen (óók als ik voor mezelf kook). Door mediteren wat ik tijdens m’n yogalessen doe. Of door korte momenten van beweging zoals de fiets pakken naar de winkel of een loopje naar m’n yogaschool. Zelfs een dagboek bijhouden, en ik zie mijn wekelijkse blog schrijven als een gelijkwaardige activiteit, is zelfzorg. De natuur intrekken is sowieso heel heilzaam voor lichaam én geest. Afgelopen weekend met vrienden door de blupsie gestapt in ‘ons’ bos de Trippelenberg. Heerlijk. Meteen tijdens het wandelen een goed gesprek onderweg. Je huid in aanraking laten komen met warm zonlicht is voor mij persoonlijk een vorm van zelfliefde en dat kan ook prima in de winter, op dagen met knalblauwe luchten zoals de laatste dagen.