![]() |
Pineapple that starts to grow into a plant! |
‘Vogels zijn de meest ervaren vliegeniers die de wereld ooit heeft gezien. Ze vliegen hoog en laag, met grote snelheid en heel langzaam. Altijd met buitengewone precisie en beheersing.’
Met mijn vriendin maakte ik afgelopen week wederom een wandeling door ons bos de Trippelenberg. Voordat we een stuk door het drassige stuk moesten baggeren stonden we al pratend stil bij een meertje met twee kuierende ooievaars vlakbij. De middagzon scheen volop. Zonnebrillen op. We keken naar prachtig grote beesten met gedeeltelijk zwarte vleugels, rode hoge poten en een rode snavel. Ze klapperden luid met hun snavels. Ze liepen om elkaar heen als een dans. Dat luide geklapper met de snavel doen ze wanneer ze elkaar begroeten. Wij hadden het idee dat ze elkaar aan het versieren waren. Nederlandse ooievaars trekken deels weg, maar minstens een vijfde overwintert hier in eigen land. Ze keren vanaf februari terug dus misschien waren ze elkaar inderdaad aan het begroeten? De kou is geen reden voor ze om weg te gaan. Ook bij lage temperaturen kunnen ooievaars overleven, mits ze insecten, muizen en ratten kunnen vinden. Het aantal ooievaars dat de trek overleeft is trouwens maar klein. Al jaren lang blijkt dat slechts vijftien procent van de uitgevlogen jongen met zekerheid de volwassenheid bereikt. Ze kunnen dertig jaar oud worden. Het grootste gedeelte sterft echter tijdens de trek aan de gevolgen van elektrocutie door hoge elektriciteitsdraden, jacht (in Afrika eten ze ooievaars) en verhongering. Wij hebben in de buurt van ons huis een groot hoog nest waar ze afgelopen zomer ook jongen hadden. Ooievaars kunnen trouwens net als flamingo’s op één poot slapen. Met de andere poot in zijn lichaam kan hij veel warmte vasthouden. Toen ik naast mijn vriendin naar de twee dansende en klepperende grote vogels stond te kijken kreeg ik een flashback naar zo’n vijftien jaar geleden. Wij zaten vanuit een gehuurde Defender met de kinderen naar een groep struisvogels te kijken waarvan het mannetje een paringsdans uitvoerde. We waren net met de auto door flinke plassen gereden. Namibië, het derde Afrikaanse land waar we die zomer doorheen reisden met onze drie kleine dochters, waarvan de jongste nog een kleuter. We sliepen in tenten op het dak van onze auto. Na de oorverdovende paringsroep van de mannelijke struisvogel had hij zoveel mogelijk vrouwtjes aangetrokken en raakte hij in de greep van een opwindende paringsdans. Het had best veel weg van de twee ooievaars waar ik nu naar aan het kijken was. Gewoon aan een mooi half bevroren meertje notabene vlakbij mijn huis. Het rook en klonk gewoon naar voorjaar. De lente lijkt gestart. Zondagmiddag was het zo warm en zonnig dat ik naast de wapperende was in de tuin een boek aan het lezen was. Ook bij mij kriebelt het voorjaar net zoals bij de vogels. Ik heb zin om te starten met zaaien dus zocht ik mijn zaden van tropisch fruit uit Singapore en Vietnam op. Alles verpakt in servetten van het desbetreffende restaurant waar we toen het fruit aten. De meeste zaden heb ik geïdentificeerd, behalve één soort grote zaden. Ik ben benieuwd naar wat daar uit gaat groeien later. Ik wacht nog heel even met daadwerkelijk zaaien totdat het voorjaarsweer wat stabieler en warmer wordt. In de tussentijd wil ik in de huiskamer een ananasplant kweken door de kroon te laten groeien in een grote glazen vaas gevuld met water. Stel je voor dat ik straks een ananasplant in de oranjerie heb groeien waar wellicht ooit een ananas van vier kilo aan zal groeien!
Alles in het leven is in beweging. Dat in beweging zijn leerde ik tijdens mijn yogalessen en inmiddels herken ik dat ook in mijn leven. En in dat van anderen. Alles in het leven stroomt, verandert. Groei staat gelijk aan verandering. Tijd is volgens mij daarvoor de sleutel. Door tijd te nemen voor de flow in je leven voorkom je dat energie blokkeert. Door tijd te nemen zorg je voor ruimte in jezelf waardoor je vóelt wat belangrijk is om te voelen. Ik herken dat. Helemaal nu mijn leven, na de ratrace dat in het Erasmus ziekenhuis plaatsvond, weer een stuk rustiger is geworden. Ik heb ruimte in mezelf gekregen door de tijd die ik ervoor heb. Ik ben inmiddels twee jaar gezond. Alhoewel ik nog steeds regelmatig naar Rotterdam rijd voor routinematige controles van mijn tong, mond en hals. Ook erheen voor uitgebreide gebitsreinigingen vanwege mijn tekort aan speekselaanmaak. Ik rijd ook een keer per week naar Utrecht voor gesprekken met mijn psycholoog. Verder heb ik elke twee weken oedeemtherapie voor mijn hals, elke maand een bezoek aan de diëtiste omdat voldoende eten nog steeds voor mij een ding is. Vooral door de tijd die het me kost om het binnen te krijgen is mijn avondeten vaak al afgekoeld voordat mijn bord leeg is. Ik zorg niet voldoende voor mezelf door mijn bord vaak maar af te ruimen ondanks dat ik nog niet voldoende heb gegeten. De tijd nemen om genoeg te eten is zelfzorg. Óndanks de snelheid van het leven. Ik at vaak alleen uit noodzaak. Eten voor mentale verzadiging is echter ook heel belangrijk om de lol erin te houden. Lekkere dingen eten. Zelfliefde. Ondanks al die therapieën en controles - en alles wat er nog extra bijkomt kijken zoals tóch weer extra bloedprikken, tóch weer gips happen voor een bitje of tóch weer met de praktijkondersteuner in gesprek - vind ik tijd en rust. Tijd is belangrijk om geduld, attent zijn of empathie te voelen. De snelheid van het leven houdt onbewust van alles in stand zoals oppervlakkigheid of ongeduld of onaardigheid. We hebben tijd gewoonweg nodig om het leven te verteren, je van stress en haast ontdoen. Voor mij voelde het op een bepaald moment heel natuurlijk om niet meer deel te nemen aan de ratrace. Ik zou het ook niet meer kunnen. Spirituele schrijver Paulo Coelho schreef ooit ‘Verander. Maar begin langzaam, want richting is belangrijker dan snelheid.’ Ik heb nu de tijd. De tijd om optimaal waar te nemen, te voelen en te veranderen.