dinsdag 28 juli 2020

Pijnbomen

The sea, once it casts its spell, holds one in its net of wonder forever. 

- Jacques Yves Cousteau


Mijn hart zakt in m’n schoenen als we afslaan en er wéér een zanderig ruiterpad voor me ligt. Met diep rul zand. Bijna niet door te komen op slippertjes en met een vouwfietsje aan de hand. Het mandje voorop vol met boodschappen geladen. Een grote krop sla steekt uit mijn mand. Het is de eerste keer dat we boodschappen halen op het eiland. Bij de receptie antwoordde het meisje op mijn vraag waar de supermarkt was of we te voet of op de fiets gingen. Ik concludeerde daar uit dat het supermarktje lekker dichtbij was. Tien minuutjes op de fiets zei ze. Ze legde de route in rap Frans uit. Mijn lief en ik bleken ieder een andere versie te begrijpen. Dat schoot alvast niet op. Heen deden we er een half uur over. Hopeloos verdwaald in al die supersmalle straatjes en steegjes geplaveid met zwerfkeitjes. Elk straatje bestond uit dezelfde spierwit gekalkte huisjes met groene luiken en knalroze en rode stokrozen langs de muren. Na een rondje door de kleine Carrefour Express stapten we weer op de fietsjes. Mijn lief met een zware, volle tas over zijn schouder en ik een fietsmand vol boodschappen. We volgden dit keer hoopvol een betere route op de telefoon van mijn lief. Een kwartiertje zou het duren. In no time fietsten we in een pijnbos en al snel konden we niet eens meer fietsen. We ploegden ons door de zandweggetjes. Ik zat voortdurend te schelden en geergerd te puffen. Hopende dat de volgende afslag weer een harde ondergrond zou hebben. Op de heenweg hadden we overal fietsers gezien. Hier was niemand. ‘Heb je soms op ruiterpad geklikt in plaats van fietspad?’ sneerde ik hem toe. Hij liep steeds sneller en ik daarentegen was steeds langzamer gaan lopen. Mijn kreunen en steunen was ondertussen al overgegaan in giechelen. Toen ik twee tegenliggers in de verte zag veronderstelde ik dat we weer in de buurt van de bewoonde wereld kwamen. Van dichtbij bleken het twee sportieve mannen met baarden op stoere mountainbikes. Toen kwam ik helemaal niet meer bij van het lachen. Wat moesten zij wel niet denken! Twee toeristen met een suf vouwfietsje en volgeladen met boodschappen in the middle of nowhere? Zwoegend door het rulle zand. Na een uurtje kwamen we uiteindelijk met pikzwarte, zanderige voeten bij de camping aan. Onze meiden zaten nog steeds relaxt te kaarten op het zonnige terrasje bij het zwembad. Ze maakten zich wel ongerust. Ze hadden al berichtjes gestuurd. Gebeld. Tja, jullie ouders hadden ergens even een afslagje gemist.... 


De zon was op het strand onbaatzuchtig geweest voor ons. Mijn lief had zijn buik, en ik mijn rug rood verbrand. Meiden hadden zich gelukkig beter ingesmeerd dan wij. De volgende dag was het strand echt even verboden terrein voor ons. Na de lunch bij de kampeerbus reden we in een half uurtje, op twee gehuurde en twee vouwfietsjes, naar het schattige havenstadje Saint Martin. Ons doel was de gezellige avondmarkt. Met name de sieradenkraampjes. We wandelden wat over de stadsmuren met uitzicht op de smaragdgroene oceaan. We slenterden het haventje in. Het was eb. De boten lagen in het slik te wachten op het tij dat zeewater zou laten terugstromen. Op een terrasje zaten we met koude drankjes te genieten van alle reuring om ons heen. Eeuwenoude huizen met groene luiken keken toe. We struinden ook naar de oude kerk. Onderweg doken we wat boetiekjes in. Lekker uit eten in de haven. Enkelbandjes, armbandjes in alle soorten en kleuren en ook nog twee zilveren ringetjes waren onze buit op de markt. Het was daarna zo lekker om met een avondzonnetje door pijnboombossen op ons gemakkie weer terug naar de camping te fietsen. 


Saint Marie de Ré - 28 juli 2020

vrijdag 24 juli 2020

Leve het vakantiegevoel!

At the beach, life is different. Time doesn’t move hour to hour but mood to moment. We live by the currents, plan by the tides and follow the sun.

-Sandy Gingras


Oude stadsmuren, een vuurtoren, ruïnes of een klokkentoren ontdekken… Oesters, zout en heerlijke aardappels van het eiland… Allerlei heerlijke producten te vinden op de marktjes van het eiland. Witte stranden. Ondanks dat we al maanden van zonnig weer in de achtertuin genieten hebben we als gezin tóch zin in Frankrijk. Een Frans eilandje. Geen rondreis dit jaar. Al helemaal niet door Colombia zoals we min of meer gepland hadden om onze zilveren bruiloft te vieren. Gewoon een Franse camping aan het strand. Op een eilandje voor de Bretonse kust. Twee weken lekker veilig op dezelfde kampeerplek. Tussen de pijnbomen. Hangmat mee. Relaxt. Met onze kampeerbus en een klein tentje. En de twee jongste dochters. Aandacht maakt alles mooi. Dat is waarom we op reis zo ongestoord van alles kunnen genieten. We nemen lekker de tijd. Tijd om te wandelen. Tijd om naar elkaar te luisteren. Île de Ré gaat het dus worden. Het is een eiland in de Atlantische Oceaan. Te bereiken middels een vaste en imposante tolbrug. Een unieke en authentieke bestemming. Smalle straatjes met witte huizen. Het is een hele kunst om daar met de auto doorheen te rijden. Laat staan met onze antieke Volkswagen! Veel beter is het dan ook om onze vouwfietsen te gebruiken en fietsen te huren voor de meiden. Het eiland is namelijk een echt fietseiland. De fietspaden en de bewegwijzering zijn goed. Op iedere hoek van de straat en op de camping kun je een fiets huren. De afstanden zijn ook prima. Met een stokbrood en een stukje brie in de fietsmand het eiland verkennen. Zin in! Links of rechts de zee zien liggen wanneer je fietst. Er liggen tal van boten in de haven waar omheen restaurants en leuke winkeltjes liggen. Het centrum van Saint Martin de Ré leeft enorm. Het is een niet te drukke en gezellige plaats. In principe hoeven we tijdens onze vakantie het eiland dus niet meer af. Corona proof. Het eiland heeft in alle opzichten namelijk genoeg te bieden. Wanneer je tóch een uitstapje wilt maken is La Rochelle een aanrader. Het is de eerste grote plaats nadat je de tolbrug over bent gereden en heeft een mooi oud centrum. Een stadswandeling maken langs de oude muren van de stad. Een grote markt waar je wel een mondkapje moet dragen. We nemen stoffen kapjes mee die je heet kunt wassen en dan weer opnieuw kunt gebruiken. Op de stranden mag je gelukkig op je strandlaken liggen. Eerder mocht je er alleen wandelen…met een mondkapje op… Ik vind het allemaal best spannend nu er plots toch meer besmettingen zijn. Aangescherpte maatregelen. We go with the flow. Als het toch onverhoopt niet veilig meer voelt zijn we met de bus redelijk snel weer thuis.


Ik moet zó lachen! Ik ga helemaal terug naar mijn jeugd…. “Op je erewoord!” zei je destijds tegen je vriendinnetje als ze je beloofde jouw geheim niet door te vertellen. Om het te bevestigen spuugde dat vriendinnetje dan tussen haar wijs- en middelvinger door. Gewoon te grappig dat dit woord op de ‘Verklaring op erewoord’ genoemd staat. Rechtstreeks vertaald uit het Frans natuurlijk. Het is een gezondheidsverklaring die ons onlangs per mail toegestuurd is. Deze moeten we overhandigen als we bij de receptie op de camping aankomen. Daar mogen we natuurlijk alleen afzonderlijk naar binnen. De camping werkt sinds enkele weken samen met een team van hygiënisten, artsen en kwaliteitsdeskundigen aan nieuwe hygiëne maatregelen. Denk aan informatieborden en looprichtingen in openbare ruimten op de camping. Klinkt serieus. Wij zoeken geen drukte op. We wandelen of fietsen daar dagelijks naar het strand. Ik vermoed dat we veel bij de kampeerbus zullen eten. Zelf koken. Alles heel rustig en veilig. De camping heeft wel elke avond buiten vertier georganiseerd. Live muziek. Op afstand natuurlijk. Bij het zwembad hebben ze de helft van de ligstoelen weg gehaald zodat er meer afstand is. In de toiletgebouwen zijn de WC’s omstebeurt afgesloten zodat je ook daar een meter afstand hebt. Ook verstrekken ze overal ontsmettingsmiddelen, desinfecterende handgel of zeep. Met name de toiletten, leuningen, deurknoppen en hekjes worden vaker ontsmet. Belangrijkste is natuurlijk dat we zélf op onze hygiene letten. Ik heb vanuit Breda wel een veilig gevoel hierbij. Als we ons op het Franse eilandje onverhoopt niet meer veilig voelen dan kunnen we zo inpakken en wegwezen. Dat geeft een heel onafhankelijk en veilig gevoel. Het draait allemaal om gevoel lijkt het. Alles mag gevoeld worden. De mondkapjes in openbare overdekte ruimten moeten een gevoel van veiligheid geven, ook al is het schijn… Zolang we ons maar bewust zijn van de risico’s. Ons verantwoordelijk gedragen. Dan staat niks ons in de weg een heerlijke, relaxte strandvakantie te hebben. Ons avontuur kan morgen beginnen!

vrijdag 17 juli 2020

Huisje op wielen

“Without the intense touch of nature, you can never fully freshen yourself! Go for a camping and there both your weary mind and your exhausted body will rise like a morning sun!” 
Mehmet Murat IIdan

Wat een vermakelijk tafereel. De vrouw in kwestie schiet met haar kleine hondje in haar armen de moderne camper in. Ze smijt de deur achter zich dicht. Deur gaat echter een minuut later alweer open. Ze gooit een hondenkluif naar buiten en ze smijt de deur weer dicht. Haar man die onder de luifel staat vloekt luid. Nu gaat die bullebak van een hond nooit meer weg. De grote hond, soort Sint Bernard, heeft het erg naar zijn zin. Hij probeert zelfs in het ieniemienie hondenmandje van de campereigenaar te liggen. Haha! Het echtpaar probeert op alle mogelijke manieren de forse hond weg te jagen. De hond gaat nu zelfs springen en rondjes rennen. Wat een slapstick! Wij zitten naast ons oude huisje op wielen lekker aan ons ontbijt. Ik had die vrijdagochtend ervoor ons schone beddengoed in de oude Volkswagen neer gelegd. Ik had een tas met lekkere snacks klaargezet en een koelbox met koude drank. Toen ik vrijdagmiddag van m’n werk thuis kwam stond manlief al de twee fietsjes op het fietsenrek vast te binden. Ik pakte mijn weekendtas met daarin wat kleding voor het weekend, nachtgoed en mijn toilettas. We zwaaiden jongste dochter met twee vriendinnen uit. Zij gingen gezellig een ‘kampeerweekendje’ in ons huis vieren. Wij gingen in Zeeland kamperen. Na ruim een uur rijden hadden we de bus onder een walnotenboom neer gezet. Het avondzonnetje verwarmde het grasveldje op de boerderijcamping. Nog maar zo kort weg maar we voelden meteen een relaxt outdoor vakantiesfeertje zodra we op onze stoeltjes zaten. Stilte. In de verte loeiden koeien. Om een uurtje of acht fietsten we naar het pittoreske Middelburg om een hapje te eten. Mosselen en de dagvangst van vis. De volgende ochtend koop ik ons landelijke ontbijtje ter plekke in het winkeltje van de kaasboerderij. Verse warme bolletjes, een glazen fles verse romige melk, zelfgemaakte jam en een zelfgemaakt stukje romige brie. We eten in het ochtendzonnetje. We laten ons ondertussen vermaken door het grappige hondentafereeltje. Later fietsen we over de kustroute door de duinen van Dishoek naar Vlissingen. Onderweg drinken we met onze voeten in het zand, bij een hip strandpaviljoen, een kop thee met een Zeeuwse bolus erbij. Als we ons in het pittoreske Vlissingen melden voor een stadswandeling blijken we de enige te zijn. Sjaak wandelt ontspannen met ons door het historische deel van de stad en over de oude stadswal. Langs het verzetsbolwerk waar zijn ouders een rol in speelden en langs het huis van zeeheld Michiel de Ruyter. De oude havens komen natuurlijk voorbij en we horen de verhalen achter de oude gevels en de gewonnen slag om de Schelde. We wandelen bijna tweeënhalf uur. Ondertussen blijft de zomerzon maar schijnen. We eten op de terugweg, ondertussen al avond, weer pal aan zee. Golven die het strand oprollen. Breda voelt zo ver weg. Wat is onze Volkswagen toch precies voor dit doel aangeschaft! Na weken van regen en grijze luchten pakken we ons huisje op wielen bij de eerste mooie weersvoorspellingen. Zo snel en makkelijk kunnen ontsnappen uit het dagelijkse, stadse leven. Dát is een gevoel van vrijheid!

De tweede ochtend worden we na dertien uur slapen pas wakker. Uitgerust. Komt het door de gezonde Zeeuwse zeelucht? Het geluid van loeiende koeien? Het matras in de kampeerbus? We ontbijten wederom met een vers boerderijontbijtje. De bestelde broodjes had de boerin zelf opgegeten, we kwamen ze tenslotte niet op de afgesproken tijd ophalen… Gelukkig bakte ze met liefde weer nieuwe voor ons. Daarna fietsen we naar het strand. Vouwfietsjes onderaan het duin gestald. Urenlang zonnebaden en lezen op mijn handdoek. In tijdschriften en in mijn boek. Manlief maakt een lange strandwandeling. Halverwege de middag fietsen we terug naar de camping. We binden de vouwfietsjes weer achterop de bus en pikken onze middelste dochter op van haar studentenkamer in Middelburg. Met z’n drietjes rijden we met open ramen weer terug naar Breda. We voelen de zon nagloeien op onze huid. Dochterlief vol verhalen van haar weekje surffestival in Bloemendaal. Thuis bleek jongste dochter het huis weer helemaal schoongemaakt te hebben. Logeermatjes en beddengoed opgeruimd. Geen sporen van haar wilde vriendinnenweekend. Wel twee gelukkige dochters én ouders in huis. De schoolvakantie is goed begonnen!

vrijdag 10 juli 2020

The beauty in things

There is nothing left to worry about, the sun and her flowers are here.

- Rupi Kaur


Na bijna vier maanden fiets ik eindelijk weer in de vroege ochtend naar mijn yogaschool. Een waterig zonnetje schijnt. Ik heb al die maanden in quarantaine online lessen gevolgd op een schapenvel in mijn huiskamer. Ik vind het eerlijk gezegd best spannend allemaal. We moeten inchecken via een nieuwe ‘app die ik op mijn telefoon gedownload heb. Ik heb nooit eerder mijn mobieltje mee naar de yogales genomen. Eenmaal binnen natuurlijk eerst handen wassen met alcohol. We hebben dezelfde ingang als vroeger, maar een andere uitgang zie ik. En het grootste verschil vind ik is dat we eigen materiaal mee moeten nemen naar de les. Ik had alle yogamatjes die ik in de loop van mijn leven opgespaard had een jaar geleden weg gegeven aan de kringloop. De tassen erbij. Gelukkig kon ik bij mijn yogaschool gebruikte matjes kopen. En blokken. Nu weer op zoek naar een grotere tas om alles wekelijks mee te slepen op de fiets… Ook heb ik mijn eigen fleecekleedje mee voor de savasana na de oefeningen. De ultieme ontspanning. Het roomwitte, zachte dekentje met logo heb ik vorig jaar van mijn Mexicaanse vriendin gekregen, mijn oude yogajuf. Als herinnering aan haar yogaschool. En niet te vergeten mijn eigen thermosbeker met kruidenthee mee. Voor na de les. Je mag niet meer gezellig blijven hangen buiten de zaal met een kop thee. Zoals vroeger. Mijn yogavriendinnetje had op Facebook een foto gezien dat ze buiten stoeltjes neergezet hadden in de tuin. Wij hebben de afspraak om daar samen onze thee te drinken en na te kletsen. Ik heb veel zin in de les. Er zijn vijftien leerlingen gekomen en vier die online meedoen. Met stickers op de vloer kunnen we zien waar we ons matje mogen neerleggen. Netjes anderhalve meter uit elkaar. Ik kies een plekje precies in een bundel zonlicht door het raam. Mijn yogavriendinnetje komt binnen en loopt op me af voor een omhelzing, maar de anderhalve meter afstand is nu belangrijker dan ooit. Wat een raar gevoel om mijn hand op te houden en haar eraan te herinneren…  Het was heerlijk om weer met elkaar mantra’s te zingen. Het thema van mijn juf ‘If you can see the beauty in things you are able to connect, to feel love’ vind ik vandaag een heel mooie tekst van haar. Mijn juf is geëmotioneerd door onze komst, door onze energie, door de verbinding en emotie die we ter plekke voelen. Net zoals ze was toen we allemaal online incheckten bij haar yogales. Zo waardevol. De muziek is als vanouds prachtig. Ik geniet. Toch kan ik niet ontkennen dat ik de lessen thuis, bij de openslaande tuindeuren, helemaal veilig in mn uppie, ook wel heel erg behaaglijk vond.    


In het voorjaar toen we net in thuisquarantaine zaten en de voorjaarszon uitbundig begon te schijnen startte ik met mijn eigen kruidentuintje. Mijn lief hielp mij een houten moestuintafel in elkaar te flansen. Ik vulde hem met kruiden voor de keuken of voor de thee. Rozemarijn, tijm, basilicum, munt, dille, bieslook en peterselie. Deze plantjes hebben nu in de zomer de meest intense smaak en geur. Ik heb veel kruiden. Teveel eigenlijk. Ik las dat wat je niet gebruikt kunt drogen om die zomerse smaken en geuren te bewaren. Voor later in het jaar. Plukken kan helemaal geen kwaad. De plant loopt toch gewoon weer uit. Ik plukte deze week na een regenbui. Je planten zijn dan lekker fris en stevig, en de zon heeft de aromatische olie in het blad niet kunnen verdampen. Ik ben met een schaar, een potje elastiekjes, diepvrieszakjes en mijn lijstje de tuin ingestapt. Kruiden met stevige stengels en blaadjes zoals rozemarijn en tijm drogen het makkelijkst en behouden lang hun smaak, aroma, kleur en vorm. Deze hang ik dus te drogen in de garage. Kruiden met grote, sappige blaadjes zoals basilicum en munt kun je beter invriezen. Deze gaan in mijn diepvrieszakjes. Bij veel kruiden is de smaak het sterkst nét voor de bloei. Nú dus! Ik knip de bloemen weg, maar laat er wel een paar zitten voor de bijen. Rozemarijn en tijm zijn eigenlijk kleine struikjes. Ik knip alleen in het groene deel van de takjes. Ik heb de takjes van ongeveer gelijke lengte geknipt en ben meteen aan de slag gegaan zodat ze niet zouden verwelken. Ik heb er kleine, luchtige bosjes van gemaakt met een elastiekje eromheen en heb die in de garage opgehangen. Blaadjes naar onder. Na een of enkele weken zullen de blaadjes crispy aanvoelen. Je kunt de gedroogde blaadjes van de takjes rissen, maar ik bewaar ze met takjes en al. Ik doe ze straks in luchtdichte glazen potjes die ik steeds van de honing bewaar. Ik plak er een mooi etiket op met de naam en de oogstdatum. Voilá!


zaterdag 4 juli 2020

Kokosolie

Let food be thy medicine, thy medicine shall be thy food.  

- Hippocrates


Wanneer ik in de ochtend beneden in de lege huiskamer kom loop ik sinds tweeënhalve week eerst naar de keuken voor een flinke schep kokosolie. Met een eetlepel uit een grote glazen pot. De olie spoel ik een dik kwartier door mijn mond. Zonder door te slikken. Ondertussen vul ik routinematig de waterkoker en zet ik een thermoskan kruidenthee. Ik vul mijn ontbijtkommetje alvast met sojayoghurt, vers rood fruit, gepofte spelt, een paar walnoten en wat honing. Ik zet de computer aan en lees de koppen in de online krant. Ken jij al iemand die iedere ochtend begint met oil pulling? Het is namelijk helemaal hip aan het worden. Mijn eerste ervaring met oil pulling was eerlijk gezegd best vreemd. Ik ben begonnen met een theelepeltje in plaats van een eetlepel kokosolie. Het moet op je lege maag. Kokosolie is gestold bij kamertemperatuur maar zodra je het in je mond stopt smelt het tot zachte olie. Nadat de kokosolie goed vermengd is met je speeksel merk je niets meer van de milde kokossmaak. Het is de eerste keer even afzien, maar hoe vaker je het doet des te makkelijker het is om vol te houden. Ik spuug de olie na een kwartier uit in een stuk keukenpapier en niet in de wasbak of in het toilet zodat er geen verstoppingen in het riool ontstaan. Oil pulling is dus het spoelen van je mond met een koudgeperste olie. Kan ook met sesamolie of olijfolie. Het wordt binnen de Ayurveda al lang gebruikt voor de dagelijkse mondverzorging omdat het zou zorgen voor minder plak, gezonder tandvlees, wittere tanden en een frisse adem. Kokosolie zou het beste werken. De olie is na het spoelen witromig van kleur geworden vanwege de grote hoeveelheid bacteriën die zich dan in de olie bevindt. Ikzelf ga erna eerst mijn mond spoelen met lauw water en daarna ontbijten maar je kunt natuurlijk ook meteen je tanden en je tong schoon poetsen. Mijn acupuncturiste kwam met dit Ayurvedische idee omdat ik afgelopen winter ontstekingen in mijn mond had. Nu nog steeds één wondje. En vaak een droge mond. Ze adviseerde oil-pulling om mijn mond weer gezond en in balans te krijgen. Deze methode zorgt namelijk voor een afname van het aantal slechte bacteriën die tandvleesontstekingen, en ook gaatjes, veroorzaken. En toevallig ook meteen voor een afname van de bacteriën die voor een slechte adem zorgen. De positieve werking van kokosolie wordt toegeschreven aan het vet laurinezuur. Dit zuur heeft een ontstekingsremmend en antibacterieel effect. Een bijkomend voordeel is dat je tanden heerlijk glad aanvoelen en het lijkt er op of ze witter worden. Uiteraard kun je het ook een paar keer per week doen in plaats van dagelijks. Of niet twintig minuten maar een kwartiertje zoals ik. Het doet altijd íets. Ik ga nog even door met dagelijks spoelen. Zou fantastisch zijn als de laatste ontsteking op mijn tong - die nu veel rustiger voelt - ook verdwijnt. 


Bijna alle festivals zijn gecanceld. Jongeren gaan door corona een sobere zomer zonder uitspattingen tegemoet. Hoe komen onze kinderen de zomer door nu al hun (vakantie)plannen door coronamaatregelen in het water zijn gevallen? Zelfs de uitwisseling van een semester naar The States? Het is niet leuk om zo weinig keuze te hebben. Ook niet het einde van de wereld, maar het is geen vrije keuze voor ze. Onze meiden misten hun sociale contacten. Ontmoetingen. De oudste heeft heel voorzichtig afscheid kunnen nemen van haar beste vrienden die onlangs naar het buitenland zijn verhuisd voor werk. Haar vriend is nu gelukkig weer gezellig thuis. Zo komt ze de zomer wel door. Ze gaan zelfs met haar autootje een maand samen door de Franse Ardennen en Zwitserland reizen. Als alternatief voor onze gecancelde, lange Colombia-reis… Onze andere twee meiden hebben een zomerbaantje waarbij ze gemoedelijk met collegaatjes optrekken. De jongste werkt bij een ijssalon met andere jonge meiden, heel gezellig. De middelste werkt al sinds mei bij een Nederlands warenhuis. Ook vaak met leeftijdsgenootjes. Anders dan dat konden ze de afgelopen maanden nergens heen. Geen school of uni, geen feestjes en tot voor kort niet naar de sportschool. Ze misten gewoon hun vrienden. Nu we weer in de trein mogen kan middelste haar vrienden opzoeken. Ze vertrekt dit weekend zelfs met twee studievriendinnen een week naar een festival in de duinen van Bloemendaal. Coronaproof kamperen. De jongste mag van ons volgend weekend ‘vakantie’ vieren in ons huis met drie vriendinnetjes. Wij verlaten daarom twee nachten ons huis en gaan met de Volkswagenbus lekker naar het strand - wat nu weer mag. Daar draait het tenslotte om bij jongeren: bij elkaar in de buurt komen, contact maken, samen tijd doorbrengen.

zaterdag 27 juni 2020

A good movie

There was a time when all that mattered was that you were in a good movie. 

- Winona Ryder


We kruipen moeizaam over elkaar heen. Lange lichamen proberen soepel van de achterbank naar de voorbank te klimmen. Waar laten we onze lange ledematen? We voelen de ogen van anderen in ons priemen. We hebben er veel zin in, maar hoe gaan we dit zo goed mogelijk doen? Pal naast ons staat een zilveren, antieke Mercedes cabriolet geparkeerd. Het stel kan hun ogen niet van ons afhouden. De autodeur gaat open en mijn lief probeert achterin comfortabel plaats te nemen. Het is een hachelijke situatie. We zitten met z’n viertjes in de Tesla. In de eerste drive-in bioscoop in Breda. In een grote evenementenhal. Het experiment duurt tot en met zaterdag. In de hal is wel plek voor honderd auto’s. We staan op de tweede rij geparkeerd. Recht voor het grote scherm. Die is niet te missen, want het scherm meet zestien bij zes meter. Voor de entree is een klein kraampje met wat drinken en snacks, want bediening in de hal mag niet. Door corona moeten de autoramen tijdens de film gesloten blijven. Onze meiden op de achterbank kijken tegen het achteruitspiegeltje aan. De voorstoelen staan maximaal naar beneden geklapt. Met z’n tweeën op één voorstoel is ook niet geriefelijk voor drie uur lang. We zien zelf de humor in van onze komische situatie. Een medewerker met een oranje hesje aan heeft al een paar keer lachend langs gelopen. Zijn voorstel om helemaal aan de zijkant te parkeren slaan we beleefd af. We stoeien nog wat verder. Er staan zo’n twintig auto’s wanneer de film over vijf minuten zal beginnen. Wanneer de man in het hesje weer vriendelijk voorstelt om aan de zijkant van de hal te parkeren stemmen we dankbaar toe. Mijn lief parkeert de auto zo scheef dat we ook door de zijraampjes kunnen kijken. Nu zitten we alle vier behaaglijk. Het geluid van de film komt via de autoradio. Het filmscherm geeft de frequentie aan. De previews beginnen. De zakken chips, chocola en koude blikjes komen tevoorschijn. De film Interstellar is een zowaar menselijk als persoonlijk verhaal waarbij het gaat over het vinden van een oplossing voor het voortbestaan van de mens. Een groepje mensen in een ruimteschip. Na een uur hebben we zélf het gevoel in zo’n klein ruimteschip te zitten! Er is een auto die het niet voor elkaar krijgt zijn koplampen uit te zetten. De medewerker in het hesje komt behulpzaam wat oranje hesjes over de koplampen leggen. Die natuurlijk steeds weg glijden… Na twee uur valt het geluid in onze Tesla weg. Om het weer aan te krijgen gaan de koplampen branden. Gelukkig weten we het knopje op het touchscreen te vinden om het snel weer uit te zetten. We genieten van de unieke ervaring. Over een paar dagen mogen de bioscoopzalen weer vol. Dit was een onvergetelijke, tropische donderdagavond voor ons. 


Wanneer ik mijn fiets tegen het hek heb weg gezet en het bospad op loop naast mijn lief op de fiets, zien we de eerste borden al. Eikenboomprocessierups. Met een symbool van een harig rupsje erbij. Ik ben al een paar maanden niet meer in het Mastbos geweest. Eigenlijk vanwege corona. We sporten sinds de thuisquarantaine gezamenlijk in de achtertuin. Met de meiden hebben we een vaste hardlooproute van vijf kilometer langs de weilanden. Oudste dochter is onlangs in thuisquarantaine gegaan met haar vriend nu hij eindelijk weer terug in Nederland is. Onze andere twee dochters werken dit weekend respectievelijk bij de ijssalon en de HEMA. Nu ik weer eens alleen hardloop gaat mijn lief gezellig mee op de fiets. Lekker in het oude, koele bos. Ondertussen is wel de rups aan de gang geweest om grote nesten te maken. Het Mastbos bestaat uit veel eikenbomen. Aan het begin van deze week regende en stormde het behoorlijk dus er waren de laatste dagen veel microscopisch kleine, pijlvormige brandharen in de lucht. Daar hebben wij in de achtertuin maar ook gewoon voor de deur erg veel last van. Jeuk in je hals, op je onderarmen, benen en rond je oksels. Tóch heerlijk door het bos gaan rennen. De dag ervoor hadden we op de fiets een prachtig roodbruin hert pal voor ons zien oversteken. Dat inspireerde mij om weer eens door het bos te rennen. Het was heel rustig in het bos. Vanwege angst voor de brandhaartjes?? Helaas geen hert gezien. Thuis vrijwel meteen onder de douche om de haartjes af te spoelen. Goddank geen extra last gehad van jeuk. Nu hebben we gelukkig ook een goed werkende crème van een homeopatische drogist in de koelkast liggen. Dat wetende werkt helend en rustgevend op mijn psyche.


zaterdag 20 juni 2020

Bezichtigingen

‘We zijn op zoek naar een appartement in Parijs. Als we geen geschikt huis kunnen vinden, dan koop ik het hotel waar we nu in verblijven.’  
- Zlatan Ibrahimović 

Op deze zonnige zaterdagochtend lopen we op het Rotterdamse Noordereiland naar een deur waar een makelaar en drie geïnteresseerden buiten staan te wachten. Er worden natuurlijk geen handen geschud. We mogen wel met z’n zessen tegelijk naar binnen. Op de eerste etage ligt het appartement, de reden van onze komst. Oudste dochter zoekt een appartement om te gaan samenwonen met haar vriend. Een nieuwe levensfase. Op het moment van de bezichtiging is haar vriend nog steeds in de Dominicaanse Republiek. Al drie maanden in quarantaine bij zijn ouders op het Caribische eiland. Ik mag haar vergezellen naar de bezichtiging. Uiteraard gaan mijn gedachten terug naar de vele bezichtigingen van mijn lief en mij. Onze eerste keer samenwonen. In Amsterdam. We hadden jarenlang op de wachtlijst van Amsterdam gestaan en we kwamen langzaamaan in aanmerking voor sociale woninkjes waar niemand wilde wonen in Amsterdam-Oost en soms West. Bij elke bezichtiging was ik verliefd op het appartementje dat we de eerste keren natuurlijk nooit toegewezen kregen. Wat een teleurstellingen hebben we geïncasseerd! Ik was meer verliefd op het samen wonen met mijn vriendje dan op het appartement zelf denk ik nu. Maandenlang werden we uitgeloot. Wanhoop. Totdat mijn lief midden in de bouwvakvakantie alleen ergens ging kijken. In Oost. Een benedenhuis notabene. Met zwartgeschilderde muren en kozijnen. Er kwamen weinig mensen kijken. En de meesten werden afgeschrikt door het vele schilderwerk. Wij kregen het lieve benedenhuisje met potkachel, één slaapkamer en diepe tuin toegewezen! Wij, met hulp van familie, hadden keihard gewerkt om er een paleisje van te maken. Van ons spaargeld kochten we tweedehands meubeltjes, zachte vloerbedekking, een nieuwe zitbank en een piepklein teeveetje. We namen cavia’s Chip en Digit mee en haalden poesje Chopin op uit het asiel. We studeerden er allebei af. Mijn lief ging een jaar in militaire dienst en ik vond mijn eerste baan, kreeg mijn eerste lease-auto. Mijn lief vond ook de werkgever waar hij nu nog werkt. En uiteindelijk trouwden we vanuit dit huisje in Oost. Wat een geluk hebben we daar beleefd. Zo jong en ambitieus! Nu stond ik met oudste dochter bij háár bezichtiging. Een Rotterdams hoekappartement met twee slaapkamers in een huis uit 1881. Het leek zo mooi op de plaatjes… Toch was het het allemaal net niet. Er werd te veel huur voor gevraagd. De makelaar loog over hoe lang het appartementje leeg stond. Hij loog over de tientallen gegadigden die het ongezien wilden huren. Het huis stond te koop zagen we niet veel later. Er kwamen helemaal geen geïnteresseerden na ons kijken. Hij belde al zo’n twintig minuten na ons bezoek dat onze dochter de grootste gunfactor had. Ondanks dat zij pas per augustus of september wilde huren? Bij ons rezen steeds meer vragen op. Waarom minstens een maand huur missen? Waarom zo weinig bezichtigingen? Waarom die leugens van de makelaar? Waarom een huurcontract van zes maanden en een te koop-bord uit het raam? Op een zonnig terrasje noteerden we onze twijfels. Steeds meer twijfels. Eén van de andere kijkers liep langs. Zij hadden direct besloten geen interesse te hebben. Ik schoot die meneer aan. Waarom wezen ze het zo snel af? Hij vertelde dat het huis te koop staat voor drie ton en dat zij al vele appartementen op het eiland bezichtigd hadden. Deze huur was veel te hoog voor de staat van het appartementje. Zonder antieke details en de ligging zonder uitzicht op de rivier. Hij bevestigde ons onderbuikgevoel. Dochter en haar vriend besloten een beetje teleurgesteld niet te huren. 

Wanneer ik de parkeerplaats van de garagehouder op loop spreekt hij me direct aan. Er was wat gebeurd met mijn autootje toen hij daar twee dagen geparkeerd stond, zei hij. Ik had die ochtend ervoor heel vroeg mijn auto bij hem achtergelaten voor een APK-keuring. Er moesten nieuwe banden onder. Dat hadden wij bij de aankoop eerder dit jaar zelf al bedacht dus we waren niet geschokt. Mijn auto bleef een nachtje daar staan. Ik was wel geschokt toen de garagehouder mij die ochtend vertelde wat er gebeurd was. Er was een klant heel hard achteruit gereden om te parkeren en had de voorkant van mijn auto geraakt. De lak was gebarsten. Er was natuurlijk ook een deuk. Hij liet het me zien en eerlijk gezegd zag ik als leek nauwelijks schade. Als hij me er niet op gewezen had was ik er doodleuk mee weg gereden en het misschien ooit opgemerkt, maar misschien ook niet… De automonteur had die middag een harde klap gehoord en was naar buiten gelopen. Hij overzag de penibele situatie. Hij had voor mij een schadeformulier met de betrokkene ingevuld. Ook meteen een schadeherstelformulier voor de verzekering opgemaakt. Bijna duizend euro schade! Nu was het afwachten volgens hem. Na een tijdje had ik nog steeds niks gehoord en de garage maar eens gebeld. De brokkenpiloot zou toevallig die dag langs komen voor zijn auto. Ik kreeg de gegevens van zijn verzekering door en na een half uur telefonisch in de wacht kreeg ik te horen dat ik mijn auto wéér een dag bij de garage moest achterlaten voor een keuring van hún schade-expert. Vooruit maar weer. Tenslotte gebruik ik mijn auto nauwelijks nog tijdens de coronamaanden. Ik fiets wat af dit voorjaar. Het schadebedrag was goedgekeurd. Dus de week erop andermaal naar de garage waar ik mijn auto voor drie dagen moest achtergelaten. Mijn auto glanst weer als nieuw. De spuiterij heeft zelfs nog een verouderd deukje weg gewerkt. Helaas heeft ’t autootje geen airconditioning. Klotsende oksels nu de astronomische zomer van start gaat met tropisch temperaturen!

zaterdag 13 juni 2020

Gewoontediertjes

Geen plaats is aangenamer dan thuis.
- Cicero

Op een van de pitten op het gasfornuis zit een lelijk plakkaat van gesmolten plastic. Afkomstig van de onderkant van zijn waterkoker. In een vlaag van verstandsverbijstering heeft mijn thuiswonende cliënt de elektrische waterkoker op het vuur gezet. Ik vraag of hij zich niet verbrand heeft. Het rookalarm is ook niet afgegaan. Elke dag kookt hij gewoontegetrouw twee eitjes in een pannetje op het vuur. Hij was een kort momentje in de war met zijn dagelijkse gewoonte. Hij zette de waterkoker op het vuur. Vorig jaar gooide hij een keer de oploskoffie in de waterkoker in plaats van in zijn koffiemok. Ik haal precies dezelfde nieuwe waterkoker voor hem bij de HEMA. Wanneer ik mijn fiets onder haar raam op slot zet reageert mijn cliënte teleurgesteld bij de deur dat we niet samen in de auto ergens een kop koffie kunnen gaan drinken. Dat koffietentjes drie maanden lang dicht waren kan ze maar niet onthouden. Ik zet snel het Nespresso apparaat in haar keuken aan. Dat leidt af. Dan is ze haar teleurstelling alweer vergeten. Al bijna twee jaar is het een gewoonte dat ik haar thuis ophaal voor een kop koffie buiten de deur. De laatste maanden haal ik voor haar iets lekkers bij de banketbakker, voor thuis bij de koffie. Ze kan maar niet wennen aan de nieuwe gewoonte. Een andere cliënt heeft wéér zijn dagelijkse boodschappen bij de supermarkt gedaan. Erop uitgestuurd door zijn vrouw. Ondanks dat de kinderen het niet willen hebben. Zelfs na honderd dagen corona maatregelen kan dit echtpaar er maar niet aan wennen. Onmogelijk om hem bij de supermarkt weg te houden. Wij mensen zijn gewoontedieren. Een vast ritme kan een gevoel van veiligheid en controle geven. Vasthouden aan een dagpatroon. De meeste van mijn thuiswonende cliënten krijgen weinig mee van de pandemie. ‘Deze week wil ik het zwemmen weer oppakken’ zegt de wederhelft van het echtpaar. Ze heeft echter al negen maanden geen voet in het zwembad gezet. Ik zeg nog maar een keer dat het zwembad voorlopig nog gesloten is. Haar jarenlange weekpatroon zit er zó ingesleten. Gewoontediertje. De eerste weken toen ik bij het echtpaar kwam gingen we ook geregeld naar de bibliotheek samen. Zij deed dat al jaren. Ik kwam er al snel achter dat haar biebpas steeds kwijt was. Ook het opnieuw aangevraagde pasje… De geleende boeken verdwenen later ook. Ik heb onze bezoekjes aan de bieb stiekem laten afnemen. Recentelijk heeft het echtpaar eigenhandig het abonnement van de aan de deur gebrachte kant-en-klare maaltijden stop gezet. Na een maand proberen willen ze weer zelf boodschappen doen en zelf koken. Ook al doen ze dat laatste nauwelijks meer. Hun ingesleten, vaste patroon weegt zwaarder. En dus gooi ik wekelijks de levensmiddelen over de datum uit hun koelkast weg. Vaak halen ze een frietje om de hoek. Voor het weekend maak ik wekelijks een pannetje verse soep voor ze. Daar genieten ze van. Mijn zelfstandige cliënt - die met de waterkoker - die voor het corona tijdperk elke week naar België reed voor een kop heerlijke tomatensoep, kan bijna niet meer wachten tot de grens met België open gaat. Naar België voor zijn kop tomatensoep, de deur uit! Zijn wekelijkse routine terug. Ook al is het niet verstandig voor zijn gezondheid. Mensen zijn in hoge mate gewoontedieren.

Twee jonge, lichtgrijze roofdiertjes zitten op het schuine schuurdak achter ons huis. Op het hoogste punt van het dak. Ze houden de laag overvliegende kauwen goed in de gaten. Het is een spannend schouwspel. De intelligente, speelse kauwen maken een enorme herrie. Ze hebben nesten in de walnotenboom bij de buren. Hun jonkies zijn in gevaar. Wat een kabaal. Onze katjes hebben zelf nog niet door wat voor paniek ze teweeg kunnen brengen. Een kauwenpaartje blijft levenslang bij elkaar. Ze hebben ook nesten in onze schoorsteen. De jongen vliegen na een maandje uit. Een paar dagen terug lag er een dood klein baby-kauwtje op onze oprit. Nog geen meter verderop lag een uit elkaar gevallen nest. Uit de oude beukenboom gevallen. Jammer, kauwen kunnen wel bijna dertig jaar oud worden. Sommigen zeggen zelfs zestig jaar! Uit onderzoek blijkt dat kauwtjes de mensen om zich heen herkennen. Daarom wilden de meiden het dode kauwtje niet in de GFT-bak gooien. ‘Zijn ouders kennen ons misschien al zeventien jaar’ werd er gezegd. Aan de overkant in het groen dus. Onder een laag blaadjes. En het kreeg de naam Bertrude. En een klein afscheidswoordje. Kauwen hebben gelukkig de eikenprocessierups ontdekt als lekker maaltje. Dan zitten ze in ons buurtje helemaal goed. Ze zijn alleseters: wormen, slakken, insecten, vruchten, graan, voedselresten en zelfs eieren en jongen van kleinere vogels. Kauwen hebben een gezamenlijke slaapplaats. Bijvoorbeeld in de oude beukenboom voor onze deur. Of in de walnotenboom bij de buren. Onze katjes vinden het maar wat spannend. Ik ben heel tevreden dat ze de schuurdaken al zo spannend vinden en nooit op jacht gaan naar avonturen in de straat. Deze week hadden ze een afspraak bij de dierenarts. Voor hun jaarlijkse inentingen. De dierenarts hield maar liefst drie meter afstand van mij. Ik mocht niemand meenemen naar de afspraak. Meiden wachtten geduldig in mijn auto. Een lege wachtkamer. Onze grijze monstertjes waren zo bang! Vier angstige amberkleurige ogen in een rode poezentas. Ik mocht ze niet vast houden of geruststellen op de tafel. Drie meter afstand. Ze wegen beiden drieënhalve kilo. Helemaal gezond. De volgende dag weer terug naar de dierenarts. Met onze derde kat die deze maand elf jaar oud wordt. Ook drieënhalve kilo en kerngezond. Over een jaar weer terug.

zaterdag 6 juni 2020

100 dagen achtertuin vakantie

Don’t miss the magical moments
- Soren Gordhamer

Onze eerste antieke Volkswagenbus hebben we toentertijd in Mexico aangeschaft om eenmaal terug in Nederland weekendjes in het voorjaar mee te kamperen en in de zomer een aantal weken mee rond te reizen. Om uit de sleur te ontsnappen. Om vrijheid te voelen. Meestal pakken we in het najaar ook nog een weekendje aan het Zeeuwse strand mee. Dit jaar hebben we hem twee dagen uit de stalling gehaald voor een APK keuring en min of meer meteen weer terug gebracht naar de stalling. Wij zagen tot voor kort nog niet in hoe we coronaproof konden kamperen met het oude campertje. Zonder sanitair. Mensen bij elkaar op een camping. Mensen die dingen aanraken zoals de deksel van een vuilnisbak, de kranen bij de wasbakken of een deurklink. Wij houden erg van het strand om te kamperen en de Hollandse stranden waren tot voor kort ook nog eens een no go geweest. Zodoende hebben we van onze achtertuin een vakantieverblijf gemaakt. De parasol stond tot eergisteren maandenlang dagelijks uit op ons terras. Ik had de felgekleurde hangstoel, meegebracht uit Guatemala, in de dakplataan gehangen. De bloemenpotten had ik bijtijds al gevuld met bloeiende plantjes. Tuinmeubelen in het begin van de quarantaine geschuurd en in de olie gezet. We aten al bijna honderd dagen buiten. Dat versterkte het vakantiegevoel. Het zomerse weer was subliem! We sporten wekelijks met ons gezin op het grasveldje in de achtertuin. Met een sportieve ‘app van oudste dochter. Ons gezin voelt weer heel solide. Met elkaar knokken tegen de griezelige buitenwereld. Zoals we de eerste maanden in het buitenland ook steeds gedaan hebben. Verbinding. Samen staan we sterk. Ik loop ook elk weekend hard met onze twee oudste dochters. Om het vakantiegevoel een extra zwoel tintje te geven maakten we op warme avonden koude Cubaanse piña colada’s met en zonder rum. We zonden op onze Madrileense zonnebedjes of op hammam doeken op het grasveld. De tuindeuren stonden al maanden open. We barbecueden. We aten regelmatig koude Spaanse gazpacho met gesneden komkommer en paprika. We slenterden in het weekend op slippertjes en in zomerjurkjes naar de banketbakker in ons dorp die overheerlijk ijs verkoopt. Er zwierven zonnebrillen op de tuintafel. Een karaf met water op tafel gevuld met een takje munt uit de moestuin. Ik las me suf aan boeken onder de parasol. Ik keek op uit mijn boek en dagdroomde. Dat gevoel, een beetje mee dobberen in de voorbijglijdende tijd, dát is vakantiegevoel. Ik sproeide de plantenpotten in de avond wanneer de hemel oranje begon te kleuren. De jasmijn die heerlijk geurde door de warme lucht. De zoemende bijen boven de lavendel. De meiden die een balletje trapten op ons grasveldje. We eten kilo’s en kilo’s aardbeien van de nabij gelegen boerderij. We lieten soms eten bezorgen en aten dan relaxt en uitgebreid met elkaar aan de grote tuintafel. Zoals afgelopen weekend toen oudste dochter jarig was, op de warmste dag van dit jaar. Het enige dat miste aan onze ‘achtertuin vakantie’ was eigenlijk een zwembad. We hoorden wel het geplons van de buurkinderen. De meiden zouden een groot zwembad willen waar een heus trappetje bijhoort. We hebben er plek voor in de tuin. Ik ben er echter achter gekomen dat deze overal uitverkocht zijn. En ook dat er meer dan duizend liter drinkwater ingaat… Nu er in delen van Nederland geadviseerd wordt geen zwembad meer te vullen, korter te douchen en niet meer te sproeien vind ik het ongepast. Geen zwembad voor ons. Wel heeft Rutte onlangs aangekondigd dat we weer binnen Europa op vakantie mogen. Geen reis naar Colombia dit jaar. Wij richten onze pijlen nu op campings aan de kust van Frankrijk.

‘Neem je wel warme sokken mee?’ vragen we quasi serieus aan de bijna jarige job. ‘Oja, je zonnebril heb je toch ook klaar gelegd?’ Of ‘Heb je eigenlijk voldoende benzine in je tank?’ Onze oudste dochter raakt een beetje in de war. Ze heeft geen idee waar we heen gaan. Wat ze wel weet is dat we er allemaal zin in hebben. Ze heeft haar zusjes haar laten verzekeren dat zij het echt leuk zal vinden wat we gaan doen. We staan die zondag heel vroeg op voor ons doen. Om half tien rijden we met z’n vijfjes in haar auto weg. We hebben zelfs ons wekelijkse rondje van vijf kilometer hard lopen opgeofferd. Dochterlief rijdt op onze aanwijzingen over de snelweg. In Roosendaal heeft ze door waar we heen gaan. Als ze haar autootje geparkeerd heeft leggen we uit dat we hier haar verjaardagscadeautjes gaan kopen. Ze heeft namelijk sportkleding gevraagd. Op de radio had ik gehoord dat deze outlet na de recente opening helemaal voorbereid is op de strenge corona-maatregelen. Elke winkel heeft een maximum aantal bezoekers. De outlet zelf trouwens ook. Zo kan het niet druk worden. Elke winkel heeft een pompje met alcohol klaar staan om je handen mee te wassen. Om ondanks die voorzorgsmaatregelen toch risico’s te vermijden staan we als eersten op de stoep. Om tien uur zijn we binnen. Eerst in de georganiseerde rij voor de Nike store. Een portier houdt een oogje in het zeil. Jarige job wil namelijk graag een hardloopbroek. Eentje met lange pijpen én eentje met korte pijpjes. Van haar zussen zou ze een mapje willen die ze om haar arm kan binden waar haar telefoontje inpast tijdens het hardlopen. We slagen in de eerste winkel. Tot onze verrassing staan er wat foodtrucks verspreid in de outlet. De terrassen en restaurants zijn nog één dag gesloten… We voelen ons hier veilig en daarom besluiten we nog wat andere winkeltjes in te lopen. Het is rustig. Manlief slaagt voor schoenen en T-shirts. Dochters voor zomerse hemdjes, een rokje en zelfs een bikini. Ik onverwachts voor een pyjamaatje, een jasje en een zomerjurkje. Alles sterk afgeprijsd. We trakteren ons ter afsluiting op wat lekkers. We nemen op twee zitbankjes plaats. Ik zie dat het langzaamaan wat drukker lijkt te worden. We gaan terug. Uitgelaten rijden we terug naar huis. De verjaardagscadeautjes worden tot de volgende ochtend verstopt. Oudste dochter heeft heerlijke Japanse gerechtjes voor haar verjaardagsdiner in de achtertuin laten bezorgen. We sluiten deze bijzondere dag af onder de parasol. Met feestelijke piña colada’s.

zaterdag 30 mei 2020

Positieve draai

When it reflects in you, it is not healed in you.
-Dorinda Farver

Mijn helende yogales staat op het punt om totaal verpest te worden. De online les stond namelijk om negen uur deze ochtend ingepland. Ik had er zo’n behoefte aan. Vooraf aan mijn les kwamen twee loodgieters in huis om deze dag slimme thermostaten te plaatsen en meteen twee nieuwe radiatoren. Dit was reeds in februari afgesproken, maar door de pandemie werkten ze eerste tijd niet bij mensen thuis. Vertraging. We hadden hun bezoek redelijk goed vooraf voorbereid door het parket in een van de slaapkamers eruit te halen zodat de leidingen onder de vloer aangepast konden worden. In de andere twee slaapkamers werden bureau’s verschoven voor het gemak van de mannen. Op het moment dat ze binnen stapten had ik mijn randvoorwaarden aan de mannen uitgelegd. De grijze poesjes mogen niet de voordeur uitglippen. De huiskamerdeur moet dus gesloten blijven. Ik heb om negen uur yogales en wil dan niet in de achterkamer gestoord worden. Jongste dochter heeft een online mentor gesprek van twintig minuten en wil dat ongestoord op haar slaapkamer doen. Middelste dochter heeft een vrije dag en wil eigenlijk uitslapen... Dat laatste heb ik maar niet expliciet genoemd. Allereerst hebben ze meteen beneden al het water uit de leidingen laten lopen zodat ik mijn yogales ongestoord kon beginnen. Ik zag dat het raam van de lichtstraat in het plafond helemaal beslagen was dus de twee loodgieters konden ook niet van boven af meekijken. Heel fijn. Ik was alleen één ding vergeten te noemen. Luide muziek. Te laat. Toen ik al op mijn schapenvel in lotushouding zat en kalme muziek aangezet had, hoorde ik ineens een nederlandstalige bouwvakker-afspeellijst door ons huis schallen. Jongste dochter had er gelukkig niet te veel last van gehad bleek achteraf. Ik eigenlijk ook niet. Ik was zó toe aan deze yogales. Ik heb al een paar maanden erg last van een onuitstaanbare collega van mij. Ze is onder mijn huid gekropen. Deze les leek mij op het lijf geschreven.

Hoe reageer je in situaties wanneer iemand in paniek raakt, boos op je is, je irriteert of bang is? ’Stay calm. Be still. Stay grounded.’ waren woorden die uit de mond van yogajuf Dorinda rolden. ‘Het universum staat achter je.’ Mijn juf was zelf emotioneel tijdens deze les. Ze huilde soms. Dit waren kalmerende woorden die ik moest horen. Ik moet niet op mijn ergelijke collega reageren, juist een veilige plek voor mezelf creëren. ‘Trust. Peace. Love.’ waren haar liefdevolle woorden. Voelen, maar geen oordeel hebben. Na de les bleek jongste dochter ook een goed gesprek gehad te hebben met haar mentor. Ze gaat na het weekend weer naar school. En was middelste rustig wakker geworden en uit bed gekomen. Heerlijk als alles op z’n plek valt. Daarna begon de chaos in huis weer. Ik moest van de werkmannen voor het middaguur een ‘app gedownload én werkend hebben op mijn telefoon voor het intelligente systeem van een tiental nieuwe thermostaten in huis. Wat een geluk dat ik een nieuwe mobiel heb! Bij elke radiator in huis werd me gevraagd of er zo’n nieuwe, slimme thermostaat op moest en wat het zou betekenen voor het comfort in huis. De mannen liepen ineens overal! Ik moest een plattegrond tekenen op papier en elke ruimte een naam geven. Voor op het bedieningspaneel. Kort daarop moest ik bij mijn acupuncturiste zijn. Zij kan mij helpen met het wondje op mijn tong. Ik vertelde haar over mijn inspirerende yogales en ook van mijn verschrikkelijk dominante collega. Zij legde mij uit dat mijn tong en hart energetisch met elkaar verbonden zijn. Aangezien het hart ook de tong energetisch verzorgt heeft je hart te maken met je spreekvaardigheid. Me uit kunnen spreken. Spreekangst. Mijn wondje op mijn tong is min of meer gelijktijdig met de samenwerking met mijn nieuwe, overactieve collega begonnen… Voelen wat zij (en andere schreeuwerige personen) bij mij teweeg brengt en dan gauw loslaten, was haar wijze raad. Geen oordeel aan het gevoel geven. Precies dezelfde woorden als mijn yogajuf die ochtend ook gebruikte. Volgens mijn acupuncturiste zit ik midden in een transformatie. Zoals zovelen denk ik op dit moment. In deze merkwaardige corona wereld. Er verschuift van alles. Ze vroeg naar het prisma op mijn brillenglas en ik legde haar uit dat ik mijn hoofd de laatste maanden steeds rechter houd sinds het opgeplakte prisma. Meer naar links. Naar mijn gevoelige kant dus. Emoties. Een bevestiging van het proces waar ik in zit. Mijn onuitstaanbare collega is eigenlijk een cadeautje legde ze uit. Ik mag haar dankbaar zijn. Die positieve draai alleen al, maakt zo’n verschil in mijn beleving!

zaterdag 23 mei 2020

Te vol

We hebben de ruimte verdiend, mensen mogen buiten weer samenkomen.
- Mark Rutte

Wanneer manlief en ik lopend arriveren in het centrum van Breda schrik ik van de drukte. Het is een onbewolkte zondagmiddag. We zijn hier om een beschermhoesje voor mijn nieuwe mobiele telefoon te kopen. Dat wilde ik vóór de nieuwe werkweek doen, want ik had het apparaatje onverhoopt gisteren al laten stuiteren. Op de eerst dag van aankoop. Ook adviseerden onze kinderen om er een glaasje overheen te laten zetten. Als bescherming voor het glas. Vanwege het mooie weer gingen eega en ik lekker wandelend naar de telefoonwinkel. Deze zit gelukkig helemaal in het begin van de winkelstraat. Zo konden we de drukte ontglippen. In de winkel was namelijk niemand. Hoe drukker het is, hoe meer moeite je moet doen om afstand te houden. En alle maatregelen in acht te nemen. Ik vind dat best spannend. Bouwmarkten lopen erg vol. De binnenstad in zonnige weekends dus ook. Als je al in de stad wilt zijn dan liever doordeweeks en dan vroeg in de ochtend. Zaterdagmiddag besloot mijn gezin ineens dat ik écht een nieuwe mobiel moest kopen. Nú. Ik kon al een tijd geen telefoongesprek meer voeren. Mijn telefoontje verbrak eigenhandig elke telefoonverbinding. Ik kon ook al heel lang geen ‘apps meer downloaden. Het apparaatje zat vol. Ondanks dat ik elke dag foto’s en filmpjes verwijderde. De laatste week had ik ineens heel veel nieuwe ‘apps nodig. Voor mijn yogaschool. Voor het online contact met mijn cliënten die in een verzorgingstehuis wonen. Voor een belangrijke online vergadering op mijn werk. Ik moest toegeven, mijn oude mobieltje voldeed niet meer. En als het dan toch weer zou kunnen op mijn nieuwe toestel, dan ook graag de afvalwijzer ‘app. En Spotify. Op de ‘Dag van de verpleging’ vorige week kreeg ik namelijk een klein geluidsboxje als cadeau van mijn werkgever. Nu kan ik muziek meenemen naar mijn senioren cliënten. Van de meiden moest ik dan ook, zeker nu in coronatijd, écht mijn bankpas op mijn mobieltje zetten. Ik sputterde nog wat tegen, ik houd helemaal niet van nieuwe gadgets. Onder hun druk gezwicht en sindsdien gebruik ik het inderdaad elke dag om coronaproof te betalen. Ik koos dus in overleg met het hele gezin een geschikt mobieltje uit, bestelde en betaalde hem online. Ik moest hem alleen nog even ophalen. Bij een afhaalmagazijn in Tilburg. En dat loketje zat helaas in het winkelhart van Tilburg… Overal zagen we borden met waarschuwingen dat we om moesten keren. Het was te druk in de stad. Auto geparkeerd en linea recta naar het loket. Er waren straatoptredens in de stad. Hele gezinnen waren aan het winkelen. Mensen houden dan ook ineens geen afstand meer. Dat is natuurlijk ook lastig als het drukker is, maar het voelde onveilig. Op deze manier vond ik het niet heel fijn om door de stad te lopen. De boodschap is natuurlijk nog steeds dat je je verstand moet blijven gebruiken en niet met z’n allen naar de stad moet komen. Logisch. Voor het afhaalloket stond gelukkig niemand. Het was al bijna vijf uur. Sluitingstijd. Het doosje met de telefoon hebben we eerst met alcohol gereinigd. En toen gauw weg uit deze veel te volle stad. Veilig naar huis.  

Een vriendinnetje van mij werd deze week vijftig jaar. Dat is natuurlijk een mijlpaal dat gevierd mag worden. Het coronavirus gooide echter haar verjaardagsplannen door de war. Een optie was bijvoorbeeld een beeldbelborrel geven. We zijn enorm blij dat we in een tijd leven vol technologische hoogstandjes. Zo zijn mensen kennelijk massaal aan het beeldbelborrelen geslagen. Een kwestie van Skype of Zoom openen. Iedereen een krat bier, fles wijn of sterke drank bij de hand en feesten maar. Haar verjaardag werd een hip maar heel persoonlijk ‘corona tijdslot feestje’. Ze had een tijdschema gezet in haar vriendinnen’app en iedereen mocht een tijdslot kiezen van een uur. Een half uurtje adempauze voor de jarige job. Er kwamen steeds twee vriendinnen tegelijk. Het schema was in no time gevuld. Ik denk dat iedereen wel zin had in zo’n bijzonder tuinfeestje op zo’n mooie, zonnige Hemelvaartsdag. Mijn andere vriendin en ik waren te laat met inschrijven en mochten gelukkig de dag erna komen. Ook een tijdslot van een uur. Ik kwam de achtertuin binnen via een tuindeur in de schutting die op een kier stond. Ze had de zitplaatsen uitgemeten. Anderhalve meter uit elkaar. Geen omhelzing of een gemeende verjaardagskus. Wel een pioenroos met een felicitatiekaartje eraan gebonden. Iedereen had een bloem meegenomen dus de bos bloemen groeide gestaag in de loop van de dag. Ook had iedereen persoonlijk voor haar gezongen in een samengesteld filmpje. Het wolkendek brak net open toen wij in de tuin plaats namen. De jarige job zette geen wekker, maar mijn vriendin moest nog wel ergens anders heen dus zij had het alarm op haar telefoon aangezet. Toch wel fijn, het gezellige uurtje met zelfgebakken taart was zo voorbij. Voor ons als verjaardagsgasten was het ideaal. Voor de jarige job misschien best wel uitputtend.

vrijdag 15 mei 2020

Een bijzondere dag uit

Zoek in deze rumoerige wereld de stilte van je hart.
- Marianne Williamson

Alsof we op vakantie gingen. Het verwachtingsvolle gevoel was er. De opwinding van een reisje in het verschiet. We pakten na het uitgebreide ontbijt aan de tuintafel een weekendtas in met handdoeken, kleding, toilettas, puzzelboek en mijn dikke leesboek. We hadden ook een plastic tasje met taarten en Turkse baklava klaar staan. Restantjes van de verjaardag van mijn lief de dag ervoor. De reis zelf ondernamen we maar liefst met twee auto’s. Niet vanwege corona-maatregelen, we zijn immers één gezin, maar omdat oudste kind achterbleef daar. Deze Moederdag vieren we namelijk in Rotterdam. In een mooi appartement pal aan de Nieuwe Maas. In een huis dat onderdeel uitmaakt van het sfeervolle en beschermde stadsgezicht van het Noordereiland. Het karakteristieke uiterlijk van Rotterdam. De bewuste etage waar we Moederdag vieren is van het vriendje van onze oudste dochter. Zij woont en werkt hier sinds de intelligente lockdown. Sinds haar vriend plots naar zijn ouders terug vloog in de Dominicaanse Republiek. Ik ben onder de indruk van het pand uit 1882. Een karakteristieke gevel en voordeur, een vestibule en steile trappen naar boven. Hoge, bewerkte plafonds en openslaande deuren naar een gietijzeren balkonnetje. Uitzicht over de Nieuwe Maas en de oude Willemsbrug. En over de geweldige skyline van Rotterdam. Ik word hier blij van. Waterbussen en -taxi’s varen hier voor de deur langs. Getij. Internationale vrachtschepen volgeladen met onder andere zeecontainers glijden hier voor de ramen voorbij. De aanblik van zeecontainers doet mijn hart altijd sneller kloppen. Mijn hart die altijd hunkert naar overzees avontuur! Zeemeeuwen krijsen in de lucht. Oudste dochter en ik gaan vijf kilometer hardlopen langs de rivier en over het Noordereiland. Over het symbool van Rotterdam - de Erasmusbrug. Langs de kade. Weer eens een verrassende hardlooproute. We zijn sinds twee maanden quarantaine voor het eerst een dagje met ons gezin uit huis. Een dagje buiten Breda. We eten ook voor het eerst niet thuis. We bestellen sinds de RIVM-maatregelen wel eens eten bij een restaurant. En laten het dan thuis brengen. Gisteren nog. Tafel mooi dekken. Iets lekkers te drinken erbij. Buiten in de tuin. Mooi avondlicht. Een fikkie in de vuurkorf tegen muggen. Heerlijk ontspannen eten met ons gezin in de tuin. Maar wel thuis! Vanavond gaat oudste dochter voor ons koken. Noodles. In Rotterdam. En we komen pas in het donker thuis. Een echt dagtripje dus. Naar een wereldstad zelfs. De stad waar onze dochter al bijna vier jaar studeert en woont. Ook de stad waar mijn opa en oma woonden tijdens het bombardement van mei 1940. Mijn opa werkte destijds bij de marine. De marine zorgde ervoor dat mijn oma met haar dochters veilig weg gehaald werden uit de gebombardeerde, brandende stad. We zijn natuurlijk vaker in deze havenstad geweest. Ook al hebben manlief en ik persoonlijk meer met Amsterdam… Voornamelijk regelmatige etentjes toen kindlief pal in het oude centrum woonde. Nu dus een bezoekje bij haar op het Noordereiland. Een bijzondere belevenis. Een bijzondere herinnering. Helemáál in deze bijzondere tijd.

Er is een zekere traagheid in mijn leven getreden deze laatste dagen. Ik voelde me een paar dagen niet zo lekker en voor de zekerheid kon ik niet naar mijn cliënten. Niet de deur uit. Koorts meten. Verplicht niks doen. Stilte. Loomheid. Op dit moment, terwijl ik dit schrijf, staat er een kilo gesneden rabarber zachtjes te koken op het fornuis. Dit is het seizoen van de rabarber. Wij zijn er als gezin dol op. Het is al de tweede keer deze week dat ik het eenvoudige gerechtje maak. Ik snijd een kilo stengels in kleine stukjes zodat je geen geen lange draden in de compote terug vindt. Ik doe het in een pan die ik alleen aan de binnenkant nat gemaakt heb, geen laagje water nodig. Na een aantal minuten zachtjes op het vuur beginnen de stukjes rabarber zacht te worden en komt er veel vocht vrij. Ik doe er honderd gram bruine basterd suiker bij en na nog eens zo’n tien minuten is het gerechtje al klaar. Ik voeg alleen nog wat kaneelpoeder toe. Het is het lekkerst als het koud uit de koelkast komt. Wij eten het als bijgerecht bij het avondeten, maar je kunt het ook bij ijs eten of er limonade van maken. De boerderij waar ik deze groente koop ligt een kilometer van ons huis. Onze oudste dochter werkte er een zomer lang om aardbeitjes te plukken. Aardbeitjes kopen we er dus ook. Of pure frambozensaus en ambachtelijk gemaakte worsten. Manlief en ik gaan er lopend heen. Een cliënt van mij vindt het heerlijk als corona-uitje om er even samen heen te rijden met zijn auto. Dan halen we wat aardbeitjes voor hem, voor mij of voor zijn buurtjes. Ze verkopen ook grote aardbeienplanten, vijgenboompjes, kruidenplantjes, prachtige bossen pioenrozen, potjes ambachtelijke honing of verse asperges. Alles van boerderijen in de buurt. Heerlijk kneuterig. Het past bij mijn huidige traagheid. Door de stilte wordt de chaos weer in harmonie gebracht. Ik luister naar rustige muziek. Ik lees. Yoga in de ochtend. Het enige dat ik doe op zo’n lome dag als vandaag is de ramen lappen. Op de trage dag ervoor heb ik de was buiten opgehangen. Een dutje. Stilte in mijn hart.

vrijdag 8 mei 2020

Doodsbenauwd

Stel je zelf bloot aan je diepste angst; En daarna, heeft angst geen macht meer; En de angst voor vrijheid slinkt en verdwijnt; Je bent vrij.
— Jim Morrison

Daar zit ik weer. Met knikkende knieën, en benen die voelen als elastiek. Boven op het dak van onze aanbouw. Naast mij een teiltje gevuld met vies water en een scheutje schoonmaakazijn. Daarnaast een een rubberen trekker. Net als vele jaren geleden. Toen moest ik geduldig wachten tot één van de kinderen uit school kwam om mij te redden. Deze keer is manlief gelukkig thuis om mij uit mijn benarde positie te helpen. Vanmorgen tijdens de yogales keek ik omhoog door de ramen in onze lichtstraat. Het viel me ineens op dat de ramen zoveel groene aanslag hadden. Het is zeker acht jaar geleden dat ik die ramen voor het laatst gelapt had….mijmerde ik. De meiden vroegen laatst ook al een keer aan mij of ik al die muggen- en vliegenpoepjes niet op het hout van de lichtstraat zag zitten. Nee dus. Tijdens mijn yogales vatte ik het plan om straks eerst die gele en bruine stipjes te verwijderen van het hout en daarna op het dak de ramen zou lappen. Mijn aandacht ging terug naar de yogales. Wat ik al niet verzin om bezig te blijven in coronatijd! Manlief die verplicht vrije dagen moet opnemen van zijn bedrijf verzint ook van alles om thuis aan de slag te zijn. De laatste dagen heeft hij bijvoorbeeld de binnenkant van de garagedeur geschilderd van gekkigheid. Deze deuren staan zeker al zeventien jaar in de grijze grondverf maar zeer waarschijnlijk al vele decennia langer. Manlief heeft heel zen met een kwast (en niet een verfrollertje) met een restant zwarte lak van de buitenschilder heel relaxt de deuren zitten schilderen. Ook de schuurdeur heeft hij aan de binnenkant meegepakt. Zelfs de deurposten van de garage kregen een likje wit van hem. Hij houdt helemaal niet van schilderen! Hij had al een week eerder twee openslaande slaapkamerramen, die beschadigd waren tijdens een herfststorm vorig jaar, met vloeibaar hout gerepareerd. Nieuwe greepjes erop, een likje verf. Op mijn verzoek heeft hij gisteren de deurvastzetters van de openslaande huiskamerdeuren vervangen. Ook daarvoor moest de zwarte kwast in de hand genomen worden. Weken ervoor had ik bedacht dat ik een houten moestuintafel wilde op het tuinvlonder waar we eigenlijk bijna niet komen. Samen hebben we de kist en de tafel in elkaar getimmerd. Een gezamenlijk bezigheidstherapietje. Met een lijstje kruiden die ik gebruik bij het koken zijn we naar een tuincentrum gefietst. Helemaal tevreden heb ik alles geplant in mijn stoere, hoge moestuintafel. Ook een vak met aardbeitjes. Stokjes erbij gezocht die manlief voor me op maat gezaagd had en waar ik de namen van de kruiden op heb gestift. Sindsdien verzorg ik dagelijks heel zen mijn kruidenplantjes. Nu moest ik dus nog van dat hoge dak af. Hoogtevrees. Ik wilde bij de slaapkamer van jongste dochter naar binnen klimmen, maar die sliep nog lekker met de rolluiken dicht. Het meest wijs en grensverleggend voor mij was van de grote ladder, die eega heel behulpzaam had klaargezet, afklimmen. Ik zag me die draai naar de traptreden écht niet maken. Ik ben eerst naar een lager gelegen dakje geklommen van de garage. Daarna met grote concentratie en een flinke portie lef heb ik de draai op de ladder gemaakt en ben naar beneden gekropen. Op de ladder kreeg ik een flashback van een andere keer dat ik een hoge, steile trap af moest klimmen. Die keer in Mexico klom ik de brandtrap af met een rieten mandje aan mijn arm. Daarin was onze oude kater geklommen die zelf niet meer naar beneden durfde. Onze poes had ons gewaarschuwd door fel te miauwen en alarm te slaan. We moesten haar doodsbange broer redden! Inmiddels is deze grijze, dikke lieverd ruim een jaar terug overleden. Hij rust in onze tuin. Wekelijks maai ik het gras over zijn onzichtbare grafje. Met dit weertype van regen, warmte en veel zonlicht groeit het gras als een dolle. De tuin staat er zo groen bij. Ik geniet er nu meer van dan ooit.

Als ik in mijn ooghoek beweging zie op ons frisgroene grasveldje, terwijl ik lekker met mijn blote benen in de zon zit te lezen, kijk ik verstoord op. Onze gestreepte oude poes legt een babymuisje neer op het gras. Dat zie ik niet vanaf mijn stoel ik moet even opstaan. Ik zie een schattig piepklein muisje met roze flapoortjes, zwarte kraaloogjes en een nat vachtje. Het arme beestje is door ons roofdier bruut uit z’n nestje gegrepen stel ik me voor. Het beestje leeft, maar speelt dood als overlevingstechniek. Ik denk dat onze grote kat dit speledingetje voor onze kittens heeft neergelegd. Ze kijken op afstand toe. Ik pak een teiltje en laat het muisje erin lopen. Ik laat het arme beestje weer vrij aan de overkant van de straat tussen de groene beplanting. Ik lees nog geen twintig minuten verder voordat ik weer ons roofdier op het gras opmerk. Wéér met een piepklein muisje. Uit het hetzelfde nestje natuurlijk. Ook dit muizenbroertje of -zusje leeft nog. Wederom pak ik mijn teiltje en redt ook dit diertje met enorme flapoortjes en een spits neusje. Ik zet het uit bij die andere. Onze kittens snuffelen elke grasspriet waar die muizen gezeten hebben af. Een avontuur voor ze. Ik probeer te begrijpen wat hier gebeurde. Was dit een offer voor hun vriendschap? Onze gestreepte poes is steeds vaker tegelijkertijd in de achtertuin te vinden met de baby’s. Ook in de huiskamer verblijven ze samen. Liggen apart op een eetkamerstoel te slapen. Op de bank of op de vensterbank. Ook op de slaapkamers van de meiden kun je ze vaak samen aantreffen. Heel vaak lig ik vroeg in de ochtend tussen twee warme poezenlijfjes in. Een oude en een jonge poes. Ze krijgen een vast dagpatroon. Een ochtendritueel op het grote bed. In de middag slapen de kittens nog tot bijna etenstijd. Ze eten met z’n drietjes om klokslag zes uur in de keuken. En de kleintjes hebben aangeleerd dat ze halverwege de avond weer naar binnen komen uit de achtertuin. Ze spelen ’s avonds met de padden die onder de struiken verstopt zitten. Dat binnen halen heeft ons wat moeite gekost. Vooral veel turen over de daken als de zon bijna ondergaat. Nu komen ze op mijn geluid van handen klappen af. Soms beloon ik ze met een overheerlijk kattensnoepje. De oude kat die ’s avonds lekker aan de voorkant rondstruint en uren kan jagen tussen het groen komt altijd zelfstandig terug voordat we naar bed gaan. Dan wacht ze steevast bij de voordeur. Ik houd van katten met een strak stramien. Dan weet ik waar ik aan toe ben. Zorgeloos.

zaterdag 2 mei 2020

Lange afstand vriendschap

Don’t walk in front of me… I may not follow
Don’t walk behind me… I may not lead
Walk beside me… just be my friend

― Albert Camus

De afgelopen weken heb ik twee ‘tuinvisites’ gedaan bij twee vriendinnen. In plaats van een knuffel gaven we elkaar een onwennige begroeting op afstand. Beiden keren scheen de zon volop. En beiden keren hielden we anderhalve meter afstand tussen de tuinstoelen. ’Hoe is het met je?’ is plotseling een vraag met veel lading. Ik wisselde met elke vriendin uit hoe onze gezinnen zich staande houden. Hoe zij (toevallig beiden) met opeens veel ruimte in hun agenda, en ik met dezelfde werkdruk, door deze weken heen gaan. Over onze pubers, weer thuiswonende studenten, onze partners, hun ouders, onze wereld. De verrassende en bijzondere dingen. De schrijnende verhalen. Ons aanpassingsvermogen als mens. De solidariteit die wordt gevoeld. En hoe er nu wat meer ruimte is gekomen om rekening te houden met emoties als angst en onzekerheid. Dat onze kinderen beginnen met koken en bakken, weer boeken lezen en joggen. En hoe de gezelligheid van het kerngezin weer zo waardevol is. Ook over lastige dingen die na bijna acht weken thuis blijven in Brabant steeds duidelijker worden. We zitten in hetzelfde schuitje en dat maakt het delen en begrijpen van elkaar makkelijk. Dit virus is nog wel even onder ons. Zoveel is duidelijk. Dit is de realiteit. En dat maakt ons allemaal kwetsbaar. Niet alleen de mensen met een zwakke gezondheid. Het is een harde les in de kwetsbaarheid van het leven. In vriendschap is er gelukkig ruimte om die emotie te delen. Met de vriendin waarmee ik heerlijk samen in haar tuin zit. Op die anderhalve meter afstand. We kijken elkaar in de ogen. Ik zie emoties in de gezichtsuitdrukking van mijn vriendin. Hoe anders is het contact met mijn lieve Mexicaanse vriendin. Dat verloopt via WhatsApp berichtjes en voicemessages.

In Mexico, en veel andere landen in Midden-Amerika, is het coronavirus pas veel later doorgedrongen dan in Europa. De Mexicaanse president riep niet zo lang geleden nog op om vooral je familie lekker mee uit eten te blijven nemen. Mijn Mexicaanse vriendin, yogajuf en zeer spiritueel, ziet alleen maar voordelen van corona. De schone wateren en zeeschildpadden die weer op het strand eieren kunnen leggen. De krabben, kwallen en vissen die weer te zien zijn in de kanalen van Venetië. De schone lucht, en dolfijnen voor de kust van Istanbul. Onze blik naar binnen en saamhorigheid onder de mensen. Zij bestookt mij met positieve boodschappen. Met haar beste bedoelingen natuurlijk. Ik heb er alleen geen behoefte aan. Ze kwetsen me ook soms. Zo stuurde ze ook het beruchte filmpje dat Doutzen Kroes had gedeeld en waar Doutzen haar excuses voor aanbood. Ik heb de moed gevonden om mijn vriendin uit te leggen hoe mijn wereld er hier uitziet. En dat ik het coronavirus bedanken écht een stap te ver vind gaan. Ze stuurde zo mogelijk nóg meer dankbaarheidsfilmpjes van spirituele leiders. Het voelde of ze mij probeerde te bekeren. Dagenlang negeerde ik haar stroom aan opdringerige berichtjes. Ik deed een nieuwe poging om haar uit te leggen wat er hier allemaal gebeurt in Nederland. Ónze realiteit. Kinderen die niet veilig zijn thuis. Ouderen die uit angst voor besmetting ontzegd wordt om contact met hun dierbaren te hebben. Ondernemers die hun bedrijf failliet zien gaan met alle gevolgen van onzekerheid en depressie. Singles en pubers die het contact met vrienden missen. Mensen die elkaar in de winkel ontlopen en elkaar angstig aankijken of soms liever de blik maar helemaal mijden. Mensen die sterven zonder hun familie. Ook ik keer heus naar binnen. Ik ben ook voor het zorgen voor elkaar, voor empathie en meer compassie in ons leven. Ik mediteer, blijf mijn inspirerende yogalessen online volgen, voel me dankbaar en als ik uitzoom zie ik ook de voordelen voor de planeet. ‘De dood hoort bij het leven’ schreef ze terug. Ze is niet bang voor haar dood of die van haar partner of ouders. Ze kiest ervoor niet bang te zijn. We hebben afgesproken dat we het samen maar niet meer over corona hebben. Ze is inderdaad gestopt met de stroom positieve filmpjes over corona. Ik besef dat het onze vriendschap hád kunnen kosten. Corona verbroedert. Corona kan ook vriendschappen kosten. Een lange afstandsvriendschap mist fysiek contact: een aanraking, een knuffel of een hand op een schouder. Ook mis ik de blik in haar donkerbruine ogen. De moed om een ongemakkelijk bericht te schrijven is ook een element van lange afstand vriendschap. Met oprechte interesse houden voor elkaar. Met een open blik naar het perspectief van de ander kijken. Er achter komen dat er maar één manier is om daar doorheen te komen. Met elkaar.

zaterdag 25 april 2020

Geliefde bramenstruiken

That one plant should be sown and another be produced cannot happen; whatever seed is sown, a plant of that kind even comes forth.     
- Guru Nanak

Nog steeds sta ik elke dag met pijn op. Sinds december heb ik een wond op de zijkant van mijn tong die niet meer geneest. De tandarts liet mij begin van dit jaar happen voor een plastic bitje dat ik sindsdien elke nacht in mijn mond doe. Helaas mag het niet baten voor mijn pijnlijke wondje. Ik zuig elke nacht op de linkerkant van mijn tong. Ik bijt ook op mijn linkerwang. Ik knarsetand. Met dit bitje is dat zeker minder geworden. Het bitje is alleen niet voldoende. Ik maak mij zorgen over die ene wond die maar niet heelt. Na mijn bezoek aan de kaakchirurg in het ziekenhuis heeft de tandarts zes weken geleden mijn onderste kiezen glad gevijld. Ook dat heeft niks geholpen, want mijn tong is elke ochtend nog steeds zeer pijnlijk. Een open brandend wondje. Deze week mocht ik terug naar de kaakchirurg in het ziekenhuis. Ondanks corona. We gaan voorzichtig op afstand van anderen door een grote draaideur. Eenmaal binnen in het Amphia ziekenhuis maak ik mijn handen schoon met alcohol. In de wachtkamer zijn steeds twee stoelen met rood/wit tape afgeplakt en dan weer een vrije stoel. Mijn lief en ik voelen ons veilig hier. Ik ga wel alleen bij de kaakchirurg het kleine kamertje binnen zodra ik word geroepen. Ze draagt geen mondkapje valt me meteen op, wel handschoentjes. Zij is gelukkig niet verontrust door de wond op mijn tong. Helaas kan ze ook de oorzaak niet vinden. Het slijmvlies lijkt ontstoken en kan niet meer uit zichzelf genezen. Ze wil het wondje opereren. Ze wil het wegsnijden en dan hechten. Dan zou het wél moeten kunnen genezen. Ik zie daar als een berg tegenop, want het doet nu al zo’n zeer. Ze wil eerst nog één ding proberen. Een mondspoeling met een hormoon erin waarmee ik drie keer per dag moet spoelen. Een soort cortisolcrème voor exceem op je huid zeg maar. De reden dat het nu niet meer spontaan geneest, en vroeger wel, blijkt door de overgang te komen. Minder aanmaak van mondslijm. Over vier weken heb ik een nieuwe afspraak bij haar staan. Mits het dan niet is genezen gaat de kaakchirurg meteen opereren. Mijn lief en ik fietsen vanuit het ziekenhuis rechtstreeks naar de apotheek. Ik sluit buiten aan in de rij. Ik mag kennelijk niet meer naar binnen. Bij de voordeur hebben ze een dienstloketje gemaakt. Ik moet mijn recept achter het glas laten zien. Ze bevestigt het digitaal te hebben ontvangen van het ziekenhuis, maar ze moet de ingrediënten bestellen. Ik mag het recept in een laatje leggen en zij pakt het met nieuwe plastic handschoenen eruit. De volgende dag haal ik de fles op dezelfde manier op.

Zo nu en dan heb ik fijn contact met de mensen van de groenvoorziening in onze stad. Bijvoorbeeld toen ik zorgen had over de eeuwenoude beukenboom voor ons huis toen de grote eikenboom er vlak naast ziek werd en zelfs dood ging. Er kwam toen een bomendokter langs om onze boom te inspecteren. Onze oude boom staat nu op een lijst van drieënnegentig andere bomen in Breda die extra aandacht krijgen. Of contact gezocht vanwege het fietspad aan het eind van ons doodlopende straatje dat verschrikkelijk aan het vervuilen was met zwerfvuil van hondenuitlaters, fietsers en wandelaars. Er kwam toen heel spoedig een veegwagentje het fietspad mooi opschonen. Ook heb ik eens om de plaatsing van een bladkorf gevraagd in de straat. Die kwam er, maar jammergenoeg niet vlak voor onze deur. Ik heb toen kruiwagens vol beukenblad maar in de groene afvalemmer gestampt en meerdere weken achter elkaar af laten voeren. Deze week kwam een buurvrouw verderop mij op een warme avond vertellen dat ze contact had opgenomen met de groenvoorziening vanwege het vuil dat zwerft tussen de bomen tegenover onze huizen. Een strookje ecogroen. Veel poepzakjes van hondenuitlaters die daar asociaal tussen het groen gedumpt worden. Of blikjes, plastic flesjes en kerstbomen van onbekenden. Vanaf volgend jaar komt er vijftien cent statiegeld op plastic flesjes. Dat zal het plastic afval wat verminderen. Mogelijk komt er daarna ook statiegeld op blikjes. Buurvrouw en haar man hadden onlangs het stukje bos heel keurig opgeruimd. De gemeente komt de verzamelde troep binnenkort ophalen. De gemeenteambtenaar had haar kuisverhaal aangehoord en omdat hij de tijd nam én een dossier geopend had noemde ze in één adem ook meteen de bramenstruiken tegenover óns huis. Ze vond dat maar een rommel. De meneer opperde nog dat bramenstruiken goed zijn voor de bijenpopulatie, maar ze zei letterlijk tegen mij dat haar dat niks kon schelen. Daar verschillen wij van mening. Ons gezin strooit elk voorjaar zakjes vol zaden van veldbloemen uit om bijen en vlinders te trekken. Wij zijn juist heel content met de hoge bramenstruiken om twee redenen. Allereerst voor de bijtjes die zo belangrijk zijn voor de plantendiversiteit en bestuiving op onze planeet. En ten tweede omdat de klimmende struiken voor ons de autoweg verderop verhullen. Zo kijken wij alleen op groen uit vanuit ons huiskamerraam. Zo fijn! De ambtenaar had mijn buurvrouw beloofd er na de zomer op terug te komen. Om onduidelijkheid te voorkomen heb ik onlangs een brief, om aan het dossier toe te voegen, verstuurd met ónze blik op de bramenstruiken. Ik moet er niet aan denken dat straks in oktober ineens alle bramenstruiken verwijderd worden en wij tegen een leeg, opgeruimd veldje mogen aankijken…

zaterdag 18 april 2020

Sociale warmte

Worry is like a rocking chair. It gives you something to do but never gets you anywhere.
- Erma Bombeck

Je weinig emotioneel verbonden voelen met de mensen om je heen. Dat kan ik de laatste tijd wel voelen nu ik al zo lang zonder lijfelijk contact met mijn vriendinnen moet doen. Tuurlijk zijn we in gedachten bij elkaar. We sturen zo nu en dan een ‘appje, een mail of een échte brief. Maar ja, wat schrijf je dan? Iedereen zit in hetzelfde schuitje. Ik ben in mijn coconnetje gekropen. Het alternatieve contact voelt beduidend minder. Ik heb nu, zoals iedereen, minder contact met andere mensen dan ik zou willen. Eigenlijk mis ik de nabijheid van mijn vriendinnen, kennisjes, mijn yogamaatjes en al die anderen. Is dat nu eenzaamheid? Je verbonden voelen met anderen is heel belangrijk voor de aanmaak van bepaalde hormonen. Eén daarvan is oxytocine, beter bekend als het gelukshormoon waardoor je je behaaglijk voelt. Zolang ik lekker bezig ben met mijn werk of in de tuin gaat het prima met me. De weekends zijn ook gezellig met alle dochters en manlief om me heen. Ik zou zelfs heel even kunnen vergeten dat er coronamaatregelen zijn. Juist tijdens de verveling slaat het gevoel toe. Dan mis ik gezelschap. Soms lijkt het alsof we geluk en succes zelf in de hand hebben. En soms voelt het ineens alsof we helemaal niks te vertellen hebben over ons leven. Zoals nu met het coronavirus. Het komt erop neer dat ik uiteindelijk maar wat rondstommel. I go with the flow. Contact met anderen is goed voor je geest. Zélfs in een tijd waarin we massaal binnen zitten. Maar meer dan ons overgeven aan het hier en nu kunnen we toch niet doen. Oude regels gelden niet meer. En we weten minder dan ooit wat de toekomst gaat brengen. Hopelijk zien we elkaar over een tijdje gewoon weer op feestjes, in de yogaschool, in het theater, op een burenborrel, het restaurant, thuis of waar we maar willen. Het is fijn dat we online een ‘schijn’ sociaal leven kunnen opbouwen, maar voor mij is het niet voldoende. Eenzaamheid is een van de vervelendste bijeffecten van de corona-epidemie. Vooral veel ouderen hebben er last van nu ze geen gezellige bezoekjes meer krijgen van kinderen en kleinkinderen. Ik denk ook aan de huwelijken die op springen staan, of kinderen die thuis mishandeld worden. Zij moeten zich nu zó eenzaam voelen! Hoe ga je om met het sociaal isolement? Natuurlijk de voor de hand liggende dingen als iets praktisch gaan doen: verf een muur, neem je tuin of balkon onder handen op of houd een uitgebreide lenteschoonmaak. Dat doe ik ook wel. Ik pak de voor- en achtertuin aan. Toevallig was een paar weken terug de nieuwe oprit klaar dus ben ik bezig met wat klimmers langs de oprit te planten en twee haagjes van taxus aan te planten naast de vuilcontainers. Ik verzorg de vorig jaar gekortwiekte buxushaag intensief tegen de buxusmot. Ik vul de planten aan die deze lente niet opnieuw opgekomen zijn. Ik bewater de tuin regelmatig. En vaak spreek ik dan ook even kort een buurvrouw op straat. Heerlijk even een echt face-to-face gesprek ook al is het op anderhalve meter afstand. Ook tijdschriften worden gretig tussen mij en m’n buurvrouwen gedeeld. Een andere tip is natuurlijk gewoon je telefoon oppakken voor een belletje of een ‘app-gesprek. Op de een of andere manier is die drempel voor mij nu heel hoog. Ik heb ook geen privacy meer thuis voor zulke gesprekken. En waar moet je het eigenlijk over hebben? Klagen over ieder’s corona thuissituatie? Hoe erg het is? Daar heeft toch niemand behoefte aan? Toch hebben we elkaar op ongelukkige momenten juist nodig. Een verrassende tip is om een warm bad te nemen. Psychologen van Yale hebben ontdekt dat het warme water het gemis van een geborgen gevoel of van sociale warmte kan compenseren.

Ondertussen wordt er op sommige plekken gelukkig nog zaken gedaan. Zo hadden wij net voor de pandemie aanving een pad ingeslagen om ons te informeren over een nieuwe hypotheekvorm. Met bijbehorende lage rente. Krijn, onze tussenpersoon, had offertes aangevraagd bij geldverstrekkers en deze offertes bleven van rechtswege twee weken geldig. Wij hadden een keer geluk. Door het virus kroop de rente van de banken namelijk weer omhoog, maar wij hadden onze offerte. De communicatie ging zeer traag, omdat Krijn thuis moest werken en zijn e-mail niet meer regelmatig kon beantwoorden. Ook de medewerkers op het notariskantoor begonnen met thuis werken wat bij hen nog in de kinderschoenen stond. We kregen privé telefoonnummers van de medewerkers waar ze goed op bereikbaar waren. Ze konden alleen moeilijk in hun systeem. Communicatie bleef moeizaam ook al werkten ze lang en veel. Ik werd één avond zelfs nog na negen uur in de avond gebeld om te checken of stukken goed binnen waren gekomen. De bank waar we afscheid van gingen nemen was niet flexibel en was niet meer servicegericht naar ons toe. Het was kantje boord met het halen van de oversluitdatum anders waren we nu nóg niet van die bank af. Normaliter heeft een notaris zes weken nodig om een hypotheek te laten passeren. Deze keer moest het in drie weken. Ondanks coronamaatregelen werden we uitgenodigd op het kantoor van de notaris dat na elk bezoek hygiënisch werd gereinigd. Er werden natuurlijk geen handen geschud. Nu kennen wij deze notaris al zeventien jaar, want hij heeft destijds ook de akten opgemaakt voor de aankoop van ons huis. Een heel aardige kerel. Het passeren was eigenlijk zo gebeurd. We hebben daarentegen ook tijd besteed aan ideeën voor het opmaken van een testament. Dat hij destijds ook al met ons besprak voor onze, toen nog kleine, kindjes. Nu zijn twee van deze kleine kindjes al zelfstandig wonende volwassenen. Wij zijn ondertussen vijftigers geworden. Een hele nieuwe leefsituatie. We gaan ons eens inlezen en zullen dit serieus oppakken. Wederom een nieuw project.

maandag 13 april 2020

Verbouwherrie

Het positieve overwint het negatieve, moed overwint vrees, geduld overwint woede en ergernis. Liefde overwint haat.
- Swami Sivananda Sarasvati

In de krant had ik er onlangs al over gelezen. Ergernissen. Grote ergernissen. Ergernissen die hoog op kunnen lopen onder buurtbewoners. Buurtapp’s waarin woede wordt uitgesproken, omdat door de containers vol bouwafval in de straat eventuele ambulances geen doorgang meer kunnen vinden. Verbouwherrie. En dat juist in een tijd dat iedereen toch al wat gespannen is vanwege corona. In ons straatje staan sinds kort ook drie schilderbussen geparkeerd. Prima. We kunnen er allemaal langs rijden met onze auto’s. Schilderen maakt geen herrie. Op donderdagochtend, wanneer ik altijd rustig opstart met een yogales in m’n eentje, word ik echter opgeschrikt door een verschrikkelijk kabaal. Veroorzaakt door het machinaal schuren van ons buurhuis. Het huis onder onze kap. Vier werklui staan voor en achter met machines afschuwelijk lawaai te maken om acht uur in de ochtend. Op steigers. Onaangekondigd. De tuindeur moet dus deze yogales dicht blijven. Weg serene rust. De gemoedelijke achtergrondmuziek wat harder. De iPad met de stem van mijn juf wat luider. Het is te doen, omdat yoga ook betekent dat je naar binnen keert. Je sluit je af voor je omgeving. Althans dat probeer ik. Dan komt middelste dochter naar beneden stieren. Ze heeft online colleges waarin gediscussieerd moet worden in groepjes. Met de microfoons aan. Er wordt daar gevraagd bij wie dat lawaai vandaan komt. Tja, precies naast haar slaapkamerraam dus. Haar microfoon moet uit. Ze is meteen buiten gesloten van de discussie. Ze bruist van woede. Niet veel later komt jongste dochter naar beneden. Haar handen vol boeken en daar bovenop een computer. Daar boven een chagrijnig gezicht. Ze heeft online les en komt vanwege het immense lawaai op haar slaapkamer maar beneden werken. En passant laat ze nog weten dat er een schilder bij haar slaapkamer naar binnen gluurde. Gelukkig was ze net aangekleed. Tijdens deze mooie, warme lentedagen zitten we normaliter veel in de tuin in onze pauzes. We lunchen samen in de tuin. De werklui van de buren verstoren dit ritueel. Hun radio staat hard aan. Onze buren hebben hun bouwlawaai niet vooraf aangekondigd. Ze bieden ook geen excuses aan. Ze staan er waarschijnlijk niet eens bij stil dat iedereen tegenwoordig thuis werkt en studeert. Ik begrijp dat dit droge weer perfect is om te schilderen. Ik begrijp ook dat zulke klussen ver vooraf zijn afgesproken. Waarschijnlijk voordat corona zich aankondigde. En ver vooraf de scholen en universiteiten sloten. Het zou alleen zóveel schelen voor mij als ze het even vooraf gemeld hadden. Dan hadden we maatregelen kunnen nemen. Kids mee naar het kantoor van hun papa bijvoorbeeld. We zien en horen de buren tegenwoordig meer dan ons lief is. Zij hebben twee kleuters die de hele dag luidruchtig op de trampoline springen en ruzie maken. Soms een vriendje erbij. Binnen buldert hun vader tegen ze. Als ze toch even begrip hadden getoond voor onze thuiswerksituatie! Nu snap ik die ergernissen in buurtapp’s ineens heel erg goed. Drie dagen lang een hels kabaal. Zelfs op de vroege ochtend van Tweede Paasdag. Zonder privacy in je huis én tuin. In coronatijd. Ik vind het nauwelijks te doen…

Corona grijpt om zich heen in de Brabantse verzorgingstehuizen. Heel veel overlijdens zijn te betreuren. In het verzorgingstehuis waar mijn 93-jarige cliënte woont zijn er ook zeven mensen bezweken aan corona. De trend past in het landelijke beeld. Heel zorgwekkend. Om verdere besmettingen te voorkomen mogen bewoners van die besmette groepen niet meer over de gangen lopen. Dat betekent voor mijn krasse dametje dat ze allenig op haar kamer moet eten elke dag. Geen kop koffie meer beneden in het restaurant drinken. Niet even zwaaien naar die aardige meneer verderop. Geen loopje naar Albert Heijn of gewoon een ommetje met haar rollator. Terwijl het deze weken juist zulk mooi weer is. Een wekelijks bezoekje aan de kapper dat zo belangrijk is voor haar zat er al een tijdje niet meer in. Op haar eigen gang was ook een besmetting twee weken geleden. Ik heb niet meer gehoord hoe dat afgelopen is met die bewoner. De zeven bewoners die daar aan corona overleden zijn leidde tot een verregaande maatregel: ter bescherming van alle bewoners werd besloten om volledig te isoleren. Dat betekent dat bewoners hun kamer helemaal niet meer uit mogen. Niet naar buurvrouw Lenie tegenover haar voor een kort praatje. Niet dagelijks even haar krantje en de post beneden ophalen. Ik weet niks over het aantal besmettingen, alleen het aantal overledenen wordt genoemd. Er zijn ook al een aantal mensen weer opgeknapt en klachtenvrij neem ik aan.  Omdat het verpleegtehuis gesloten is voor de buitenwereld kom ik er al vier weken niet meer. Ik stuur mijn allereerste, en ook alleroudste, cliënte daarom wekelijks een ansichtkaartje. Met bemoedigende woorden en dat ik haar, zodra dit allemaal voorbij is, gauw weer gezellig kom bezoeken en mee naar buiten zal nemen. Haar drie kinderen bellen haar dagelijks. Een telefonisch gesprek met haar is echter moeilijk en meestal eenzijdig, want ze draagt gehoorapparaatjes en is beginnend dementerend. Vasculaire dementie. Speciaal voor Pasen zijn de kinderen afgereisd naar moeders. Ze hebben voor het raam gezwaaid. Een bos bloemen en een doosje Paaseitjes bij de schuifdeur afgegeven. Terwijl het coronavirus rond waaiert in alle verpleeghuizen is er een grote zorg over voldoende beschermende middelen voor het zorgend personeel. Zorgmedewerkers die meer dan 24 uur klachten hebben die duiden op corona kunnen zich melden en worden zo nodig verwezen naar de GGD voor een test. Dit geldt ook voor mij. Ik voel me gelukkig heel gezond. Die testen worden in Breda via een drive-in, een zogenaamde coronateststraat, bij het NAC stadion gedaan. Je hoeft je auto niet uit te stappen. Hoeveel collega’s van mij het virus al bij zich dragen is heel lastig in te schatten. Sowieso heb ik één besmette collega. Ook van mezelf weet ik het niet, dat vind ik een eng idee.

dinsdag 7 april 2020

Ik doe niets

Ik doe niets en ik doe niets
Ik hang alleen maar rond
Ik kijk ’s door de ramen
En ik krab wat aan m’n kont

- De Dijk

In een grote crisis zit het geluk in kleine dingen. Kennelijk. Ik draai bijvoorbeeld bij het weg gaan nooit meer met mijn huissleutel de voordeur op slot. De kinderen zijn toch sowieso thuis. Ik vind dat zomaar een lekker gevoel. Zou het kunnen dat de coronavirus onze beleving van geluk verandert? De lentezon schijnt voor mijn gevoel al die quarantaineweken lang heerlijk in de achtertuin. Voor mijn verjaardag had ik een stapel zalige leesboeken gekregen. Echt genieten met een boek op een tuinstoel. Benen omhoog. Ook twee keer per week een knusse, doordeweekse lunch met twee van onze meiden in de achtertuin is gezellig. Soms neem ik wat mee van de bakker, soms koken we een eitje of maken we tosti’s. Mijn nieuwe autootje heb ik nauwelijks gebruikt sinds ik hem heb. Mijn cliënten mag ik niet meer mee nemen om op pad te gaan naar een doktersafspraak, winkelcentrum, schaakclub of een koffie- of lunchtentje. Dus ga ik al een maand op de fiets naar mijn werk. Dwars door de stad. Naast het geluksgevoel om weer lekker veel te fietsen heb ik ook nog het geluk twee kilo te zijn afgevallen. Oudste dochter sport tegenwoordig thuis met een app op haar telefoon. Daar hoort ook vijf kilometer hardlopen bij dus rennen we tegenwoordig in het weekend samen langs het bos. Tijd doorbrengen in de natuur maakt je hoofd leeg, helpt je om te aarden en meer in het hier en nu te zijn. Vooral nu de lente zichzelf aangekondigd heeft is de lokroep van de natuur sterk. Zonder coronavirus was dochterlief met haar vriendje twee keer per week blijven sporten in een Rotterdamse sportschool. Wat een geluksvogel ben ik dat ik hier met haar mag hardlopen. Ik haal de lente ook naar binnen. Van een cliënt kreeg ik laatst een prachtige bos veldbloemen voor mijn verjaardag. Alle stelen een andere lengte, met zorg opgemaakt door een befaamde, Bredase bloemist. Toen ik van boodschappen doen terug kwam voor de volgende dementerende cliënte vroeg ik haar verschrikt waar mijn bos bloemen gebleven was - die ik min of meer verstopt had op een stoel. Trots liet ze me haar vaas op de eettafel zien. Het zakje voeding in het bloemenwater leeg gegoten, de stelen allemaal op dezelfde lengte afgeknipt… ‘Ik hoop dat je mijn bloemschikken kunt waarderen’ zei ze zich van geen schuld bewust. Ze wist niet meer waar ze het doorzichtige folie gelaten had. In het plastic zakje van de visboer heb ik mijn gemartelde bos bloemen gerold om zo thuis nog aan de hand van een foto de bos enigszins op te kalefateren. Mijn sociale wereldje wordt heel klein. Ik ben bijna helemaal gestopt met mijn Whatsapp waar ik sowieso al niet zo vaak meer op keek. Ik leef in mijn intieme coconnetje. De twee thuiswonende dochters koken ieder een avondje per week hun eigen recept. Echt fijn vind ik dat, en zij gelukkig ook. Ze bakken ook zoetigheden in de oven. Om alle ingeplande activiteiten de komende tijd weg te halen uit mijn grote familieagenda heb ik een Tipp-ex mini pocket mouse tape voor mezelf gekocht. Voor het netjes opschonen van mijn agenda. Hoe snel ik dingen, die tot voor kort reuze belangrijk leken, nu haast achteloos weg tippex. Berustend in het lot. Twee concerten, twee 50 feestjes, een diner met vrienden, een kampeerweekend, onze langverwachte reis door Colombia. Zo ongeveer alle dingen waar je je op kunt verheugen vallen in vele stukjes op de grond. Vind ik het erg allemaal? Nee, ik geloof het niet. Wat helpt is de gedachte dat het ooit weer beter wordt. Dat we het allemaal weer kunnen inhalen. Zoveel reizen nog te maken, zoveel feestjes nog te vieren. Wanneer je even loskomt van de oneindige stroom van informatie over corona kom je vanzelf in het nostalgische, gezapige sfeertje van vroeger. Samen als gezin op zaterdagavond TV kijken. Avondwandelingetje door de buurt met eega. Relaxt in de tuin werken zonder dat het op je aktielijstje staat. En dan die stapel leesboeken…

We proberen het 8 uur journaal te kijken. Manlief en ik. Ons kleine poesje mauwt er alleen steeds doorheen. Ze is heel onrustig. Ik heb haar opgepakt om op schoot te nemen, maar dat wil ze niet. Ze blijft maar hard mauwen. Haar broertje is nog in de achtertuin. Tot de avond hebben de tuindeuren wijd open gestaan op deze warme zondag. Manlief had ons katertje geprobeerd naar binnen te jagen met water gooien. Dat werkte averechts. Jongste dochter mocht hem daarna proberen te lokken. Salvador sprong echter van het dakje zó in een spleet tussen ons tuinmuurtje en de tuinschuur van de buren. De spleet is zo’n twintig centimeter breed. En wel twee meter diep. De kat kan op geen enkele manier weer via de stenen muren naar boven klimmen. We leggen een smalle, lange plank in de spleet die schuin omhoog loopt. Het katje durft niet. Te smal waarschijnlijk. Twee van die planken naast elkaar dan maar. Manlief houdt de planken met z’n hand vast. Het is ondertussen donker geworden we hangen met z’n drietjes op een tuinstoel boven het gat. Jongste dochter heeft haar zaklamp aan. Ons katertje vertrouwt het niet. Sluipt langzaam naar achter in plaats van de planken op. Nu maakt manlief een trap. Hij timmert in rap tempo drie van die planken aan elkaar met traptreden erop. Geen reactie vanuit Salvador. Ondertussen is middelste dochter er ook bij gehaald. Met z’n vieren proberen we het bange katertje met een balletje en een veer de trap op te lokken. Hij is wantrouwig geworden. Dan komt middelste dochter met een bolletje wol aanzetten. De kat klimt langzaam achter het blauwe touwtje aan de trap op. Nog even. ‘Nog even verder, jochie.’ Ik sta met twee handen klaar om hem te grijpen. De spleet is alleen zó smal. Nog een klein stukje dan pak ik hem. Veilig in mijn armen. We nemen hem mee naar binnen. Zijn ongeruste zusje is blij en opgelucht. Ze groet hem. Salvador is alleen hongerig en stort zich ongestoord op zijn bak voer.