Verhalen vertellen maakt ons stil van binnen.
- John Yorke
Elke week mag ik verhalen schrijven op deze plek. Ik vertél ook dikwijls verhalen. Aan mijn kinderen. Aan Mark. Aan vriendinnen. Wie het maar horen wil. Wanneer heb jij voor het laatst een verhaal verteld? Vandaag nog? Ik heb veel herinneringen. Meestal bijzondere, vind ik. Ik heb nu eenmaal geen doorsnee leven. Het leven van een zigeunerin. Ik ben een soort herinneringenfabriek. Mijn leven bestaat uit het maken van herinneringen. Soms voel ik me net mijn oude tante die ook barstensvol herinneringen zit. Stuk voor stuk interessante verhalen. Veelal uit oud Indië. Ik heb soms het gevoel dat ik ontplof als ik niet mijn verhaal kwijt kan. Ik vertel graag. Onze dochters luisteren met plezier. Vragen er soms om. “Vertel dat verhaal nog eens, mam!” Vooral herinneringen uit hun jonge jeugd vinden ze fijn. Verhalen maken ons mens. Ze helpen ons door moeilijke tijden heen. Ze verbinden ons met elkaar. En met de wereld. Volgens sommigen heeft het zelfs een spirituele functie. Het brengt namelijk dingen samen, vormt ons. Maakt ons stil van binnen. Nu is het niet zo dat ik in het verleden leef. Juist niet. Ik doe erg mijn best om in het nu te leven. Nu iets over een droom. Onze droom. Onze toekomstdroom. Wij zijn bezig een oude Volkswagen bus te kopen. Zo’n hippie bus. Mijn dochters vinden mij een verbloemde hippie… De bus past bij me zeggen ze. Het punt is echter dat de bus eigenlijk voor Anthe is. Zij gaat namelijk binnenkort beginnen met autorijlessen. Ze gaat na de zomer naar de universiteit. Met de auto. We hebben dus een extra auto nodig. Dit is hét moment voor ons om een hippie bus te bemachtigen. We laten hem hier opknappen door een mannetje. Een nieuw likje verf, nieuwe bekleding, autoriemen, glanzende wieldoppen en wellicht een nieuwe motor. In een stad waar sinds jaar en dag een Volkswagen fabriek staat en waar het werkelijk stikt van de oude VW busjes in alle kleuren en uitvoeringen. Gustavo zoekt voor ons en regelmatig krijg ik foto’s doorgestuurd van hippie busjes. Binnenkort gaan we er een bekijken. Zo opwindend! Mijn échte grote droom is om er volgende zomer mee door Midden-Amerika te reizen. En daarna…daarna komt hij na een lange boottocht stoer op onze oprit in Breda te staan. Een bus vol verhalen en herinneringen…!
Je moet er maar net tegen kunnen, een vreemde in huis. Ze ruimt je spullen op die je net nodig had, gooit de etensresten weg die je wilde bewaren, draait ongevraagd een was en gebruikt je toilet. Met tijd en wijlen heb ik het weer even helemáál gehad met onze hulp. Julie probeert op de achtergrond te blijven en zichzelf onzichtbaar te maken. Dat waardeer ik. Maar sóms! Als we thuis komen uit school maken de meiden vaak nog een boterhammetje klaar of een kop soep. Ze zorgen dus voor afwas. Elke schooldag hetzelfde riedeltje. Elke schooldag gaat Julie precies afwassen als de meiden een rommeltje gaan maken. Na een half uurtje staat ze dus wéér af te wassen. En soms na een half uurtje wéér omdat een van hen niet zo snel is met het bordje weer naar achter te brengen. Daar kan ik heel slecht tegen. Die muizenafwasjes. Of elke week op woensdagochtend. Als ik van zumba les kom ga ik douchen en me aankleden. Elke woensdag hetzelfde riedeltje. Elke woensdag ruimt ze al mijn kleding op voordat ik boven kom. Elke keer pak ik dus kort daarna alles weer uit de kast om het aan te trekken. Heel irritant. Zo heeft ze ook maanden lang de gordijnen op onze slaapkamer achter de vensterbank gepropt. Op een manier zoals oude omaatjes dat doen. Ik heb ze dus maanden lang achter de vensterbank vandaan getrokken om vervolgens eind van de middag te ontdekken dat ze wéér achter de vensterbank gedrapeerd zaten. Een enkele keer spreek ik haar maar weer eens aan. Ik krijg dan altijd een allerliefste glimlach als antwoord. Nooit meer dan dat. Toch zou ik haar nooit laten gaan. Sterker nog. Ze heeft deze week een loonsverhoging gekregen. Om de simpele reden dat ze erg betrouwbaar is. Ze heeft nog nooit iets gestolen. Zoals de muchacha’s die vóór haar in huis gewerkt hebben. Dat vertrouwen is mij zoveel waard. Meer dan ouderwets gedrapeerde gordijnen op mijn slaapkamer, het terug zoeken van mijn kleding, de strepen op mijn ramen, de ongevraagd verdwenen verjaardag slingers, de weggegooide notities van de eettafel of de duizend muizenafwasjes die ze doet.
dinsdag 31 maart 2015
dinsdag 24 maart 2015
Thuisgevoel
The ache for home lives in all of us. The safe place where we can go as we are and not be questioned.
― Maya Angelou
Mijn Bredase vriendin heeft onlangs een huis gekocht. Vlakbij bij ons huis. Over Skype praten we erover. Ze zegt me dat ze zich in haar tijdelijke huurhuis nooit écht heeft thuis gevoeld. Ze vraagt me of ik dat herken. Eigenlijk niet. We wonen nu bijna drie jaar in ons gehuurde huis met jungletuin vol kolibries, één eekhoorntje, buidelratten en honderden salamanders en muizen. Op de achtergrond het gekrijs van papegaaien en soms het ruizen van de rivier. We voelen ons er thuis. Ik kom er écht thuis. Een gevoel. De lichtinval, onze meubels, de vazen met bloemen en alles wat we hier meegemaakt hebben. Goede dingen en slechte dingen. Wanneer voel je je ergens thuis? Wat is eigenlijk een thuisgevoel? Allereerst betekent dat voor mij de vertrouwdheid. De geuren en geluiden rondom en in ons huis. De weg kennen. De gezichten uit de colonia kennen waar we wonen. Ook die van de groenteboer en de straatventer waar we verse sap kopen. Thuisgevoel is ook gerelateerd aan veilig voelen denk ik. En comfort. Ik vind het heerlijk om hier thuis te komen. Vooral doordeweeks als ik lekker even een uurtje het huis voor mezelf heb. Het is een gevoel. Het antwoord op de vraag “Waar kom je vandaan?” is ook een gevoel. Waar kom ik vandaan? Ik ben geboren in Haarlem. Ik heb er welgeteld de eerste zes weken van mijn leven gewoond totdat we verhuisden naar de stad Groningen. Mijn vader vond daar een baan bij Wolters Noordhoff. Ik heb niet zoveel gevoel bij Haarlem. Mijn opa en oma woonden er. Mijn familie woont er ook in de buurt. Ik voel me er echter niet thuis. Ik weet er nauwelijks de weg. Ook al heb ik er al mijn rijlessen gevolgd en heb ik daar mijn rijbewijs gehaald. Groningen voelt meer thuis misschien. Alhoewel ik deze studentenstad alweer voor mijn tiende verjaardag verliet. We vertrokken naar zo’n kale nieuwbouwwijk in West-Friesland. De helft van mijn nieuwe schoolklas praatte plat Amsterdams. Mijn Gronings dialect raakte ik snel kwijt. Misschien dat ik daarom ook geen thuisgevoel heb bij Groningen. Ik versta het taaltje niet meer… West-Fries heb ik nooit willen praten. Een Amsterdams accent ben ik echter nooit helemaal kwijt geraakt. Nog steeds wordt mij in Breda gevraagd waar ik vandaan kom. Meteen is duidelijk dat ik geen zacht Brabantse tongval heb meegekregen. “Waar kom je vandaan?” is dus een moeilijke vraag voor mij. Hier in México is het antwoord heel simpel. Ik kom uit Nederland. Ik heb gestudeerd in Amsterdam en ik ben er ook getrouwd. Heel eenvoudig. Heel goed te begrijpen voor een Mexicaan. Ze hebben er een beeld bij. Ik héb ook wel een thuisgevoel in Amsterdam. Ik heb er tien jaar doorgebracht. Allereerst aan de universiteit en vervolgens mijn eerste baan en ons geweldige benedenhuis met tuin. Het meeste gevoel heb ik toch in Breda. De stad waar we neergestreken zijn toen we met twee dochters terug kwamen uit het buitenland. De stad waar Maren geboren is. De stad waar we al meer dan twaalf jaar een heel fijn huis hebben. Ook al wonen we er nooit zo erg lang. In Puebla zullen we wellicht langer wonen dan waar we ooit gewoond hebben als gezin. Thuis.
Een doorsnee vrijdagmiddag. Inden is om vier uur de bioscoop ingelopen met vier vriendinnen. Ze kijkt voor de tweede keer de film Cinderella. Ze is uit school meegereden met een vriendinnetje. Mark zit om dezelfde tijd eíndelijk achter zijn bureau om aan zijn afscheidsbrief te werken. De laatste dagen is het erg druk geweest op zijn werk. Het afscheid van zijn overleden collega uit Nederland kan echter niet wachten. De brief aan de nabestaanden moet nú geschreven worden. Mark's tekst zal voorgelezen worden tijdens de crematie. Maren en Dayra zitten op dát moment bij ons thuis op Maren's bed nageltjes te lakken. Op hetzelfde moment dansen Anthe en ik beneden in de keuken op de grootste hit van Kiss. I was made for loving you. We zijn samen een Hollandse boterkoek aan het bakken. De boterkoek staat al in de oven. Het is precies half vijf als Maren en Dayra overstuur de keuken binnen komen rennen. We hebben ze niet horen gillen boven. De muziek stond te luid. Er was een aardbeving toen ze boven op het bed zaten! México schudde! Mijn telefoon rinkelt. Het is Mark. We moeten meteen buiten in de tuin gaan staan. Hij staat ook met al het personeel buiten. Mijn telefoon gaat weer. Inden meldt dat ze buiten het winkelcentrum staat met al het winkelend publiek en de bioscoopgangers. Er zijn speciaal aangewezen veilige verzamelpunten. Het duurt een half uur voordat op Mark’s fabriek eindelijk het sein 'veilig' gegeven wordt en iedereen weer naar binnen mag. Mark is een half uur kwijt die hij geconcentreerd aan zijn brief had willen besteden. Na een kwartier mag Inden terug naar de bioscoopzaal. De film is gewoon doorgelopen tijdens de beving. Na een paar minuten wordt de film gelukkig een half uurtje terug gedraaid. Ik sta in de tussentijd met Anthe, Maren en Dayra tussen de bananenbomen in onze tuin. Anthe en ik hebben gek genoeg helemaal niks gevoeld. We stonden te zingen en te springen in de keuken. Tóch had de trilling een sterkte van 5,5 op de schaal van Richter. Het epicentrum lag veertig kilometer van onze stad. In de hoofdstad werden de schokken ook gevoeld. De kantoren stroomden leeg. Iedereen rende de straten op. Na tien minuten zonder naschokken ga ik met de meiden weer naar binnen. We spreken af onder welke deurposten we gaan staan als er een naschok komt. Ik stuur een 'app naar mijn Nederlandse vriendin. Haar eerste beving in México. Ze heeft het compleet gemist. Ze baalt. Ik kan haar geruststellen. Elk jaar in maart worden we op een aantal aardbevingen getrakteerd. Ze kijkt er nu al naar uit.
― Maya Angelou
Mijn Bredase vriendin heeft onlangs een huis gekocht. Vlakbij bij ons huis. Over Skype praten we erover. Ze zegt me dat ze zich in haar tijdelijke huurhuis nooit écht heeft thuis gevoeld. Ze vraagt me of ik dat herken. Eigenlijk niet. We wonen nu bijna drie jaar in ons gehuurde huis met jungletuin vol kolibries, één eekhoorntje, buidelratten en honderden salamanders en muizen. Op de achtergrond het gekrijs van papegaaien en soms het ruizen van de rivier. We voelen ons er thuis. Ik kom er écht thuis. Een gevoel. De lichtinval, onze meubels, de vazen met bloemen en alles wat we hier meegemaakt hebben. Goede dingen en slechte dingen. Wanneer voel je je ergens thuis? Wat is eigenlijk een thuisgevoel? Allereerst betekent dat voor mij de vertrouwdheid. De geuren en geluiden rondom en in ons huis. De weg kennen. De gezichten uit de colonia kennen waar we wonen. Ook die van de groenteboer en de straatventer waar we verse sap kopen. Thuisgevoel is ook gerelateerd aan veilig voelen denk ik. En comfort. Ik vind het heerlijk om hier thuis te komen. Vooral doordeweeks als ik lekker even een uurtje het huis voor mezelf heb. Het is een gevoel. Het antwoord op de vraag “Waar kom je vandaan?” is ook een gevoel. Waar kom ik vandaan? Ik ben geboren in Haarlem. Ik heb er welgeteld de eerste zes weken van mijn leven gewoond totdat we verhuisden naar de stad Groningen. Mijn vader vond daar een baan bij Wolters Noordhoff. Ik heb niet zoveel gevoel bij Haarlem. Mijn opa en oma woonden er. Mijn familie woont er ook in de buurt. Ik voel me er echter niet thuis. Ik weet er nauwelijks de weg. Ook al heb ik er al mijn rijlessen gevolgd en heb ik daar mijn rijbewijs gehaald. Groningen voelt meer thuis misschien. Alhoewel ik deze studentenstad alweer voor mijn tiende verjaardag verliet. We vertrokken naar zo’n kale nieuwbouwwijk in West-Friesland. De helft van mijn nieuwe schoolklas praatte plat Amsterdams. Mijn Gronings dialect raakte ik snel kwijt. Misschien dat ik daarom ook geen thuisgevoel heb bij Groningen. Ik versta het taaltje niet meer… West-Fries heb ik nooit willen praten. Een Amsterdams accent ben ik echter nooit helemaal kwijt geraakt. Nog steeds wordt mij in Breda gevraagd waar ik vandaan kom. Meteen is duidelijk dat ik geen zacht Brabantse tongval heb meegekregen. “Waar kom je vandaan?” is dus een moeilijke vraag voor mij. Hier in México is het antwoord heel simpel. Ik kom uit Nederland. Ik heb gestudeerd in Amsterdam en ik ben er ook getrouwd. Heel eenvoudig. Heel goed te begrijpen voor een Mexicaan. Ze hebben er een beeld bij. Ik héb ook wel een thuisgevoel in Amsterdam. Ik heb er tien jaar doorgebracht. Allereerst aan de universiteit en vervolgens mijn eerste baan en ons geweldige benedenhuis met tuin. Het meeste gevoel heb ik toch in Breda. De stad waar we neergestreken zijn toen we met twee dochters terug kwamen uit het buitenland. De stad waar Maren geboren is. De stad waar we al meer dan twaalf jaar een heel fijn huis hebben. Ook al wonen we er nooit zo erg lang. In Puebla zullen we wellicht langer wonen dan waar we ooit gewoond hebben als gezin. Thuis.
Een doorsnee vrijdagmiddag. Inden is om vier uur de bioscoop ingelopen met vier vriendinnen. Ze kijkt voor de tweede keer de film Cinderella. Ze is uit school meegereden met een vriendinnetje. Mark zit om dezelfde tijd eíndelijk achter zijn bureau om aan zijn afscheidsbrief te werken. De laatste dagen is het erg druk geweest op zijn werk. Het afscheid van zijn overleden collega uit Nederland kan echter niet wachten. De brief aan de nabestaanden moet nú geschreven worden. Mark's tekst zal voorgelezen worden tijdens de crematie. Maren en Dayra zitten op dát moment bij ons thuis op Maren's bed nageltjes te lakken. Op hetzelfde moment dansen Anthe en ik beneden in de keuken op de grootste hit van Kiss. I was made for loving you. We zijn samen een Hollandse boterkoek aan het bakken. De boterkoek staat al in de oven. Het is precies half vijf als Maren en Dayra overstuur de keuken binnen komen rennen. We hebben ze niet horen gillen boven. De muziek stond te luid. Er was een aardbeving toen ze boven op het bed zaten! México schudde! Mijn telefoon rinkelt. Het is Mark. We moeten meteen buiten in de tuin gaan staan. Hij staat ook met al het personeel buiten. Mijn telefoon gaat weer. Inden meldt dat ze buiten het winkelcentrum staat met al het winkelend publiek en de bioscoopgangers. Er zijn speciaal aangewezen veilige verzamelpunten. Het duurt een half uur voordat op Mark’s fabriek eindelijk het sein 'veilig' gegeven wordt en iedereen weer naar binnen mag. Mark is een half uur kwijt die hij geconcentreerd aan zijn brief had willen besteden. Na een kwartier mag Inden terug naar de bioscoopzaal. De film is gewoon doorgelopen tijdens de beving. Na een paar minuten wordt de film gelukkig een half uurtje terug gedraaid. Ik sta in de tussentijd met Anthe, Maren en Dayra tussen de bananenbomen in onze tuin. Anthe en ik hebben gek genoeg helemaal niks gevoeld. We stonden te zingen en te springen in de keuken. Tóch had de trilling een sterkte van 5,5 op de schaal van Richter. Het epicentrum lag veertig kilometer van onze stad. In de hoofdstad werden de schokken ook gevoeld. De kantoren stroomden leeg. Iedereen rende de straten op. Na tien minuten zonder naschokken ga ik met de meiden weer naar binnen. We spreken af onder welke deurposten we gaan staan als er een naschok komt. Ik stuur een 'app naar mijn Nederlandse vriendin. Haar eerste beving in México. Ze heeft het compleet gemist. Ze baalt. Ik kan haar geruststellen. Elk jaar in maart worden we op een aantal aardbevingen getrakteerd. Ze kijkt er nu al naar uit.
dinsdag 17 maart 2015
Lichtvoetig
In our country we call this type of mother love, teng ai. My son has told me that in writing it is composed of two characters. The first means pain; the second means love. That is a mother's love.
― Lisa See
Een Mexicaanse moeder rent op haar hakjes voorbij over een stoep die schots en scheef ligt. Aan iedere hand trekt ze een kind voort die op zijn beurt weer een hippe ZÜCA rugtas voortsleept. Bij zo’n beeld lopen de tranen over mijn wangen. Het is twee minuten voor acht en de deur van school sluit onherroepelijk over twee minuten. Ze doet zó haar best om haar kinderen op tijd binnen te krijgen! Ik herken mezelf. Ik heb net een minuut geleden onze jongste afgezet op de hoek van de straat. Zenuwachtig zat ze op de achterbank. Kriebel in haar buik. Sportoutfit aan. Rugzak met wieltjes, fles water onder haar arm en een lunch tas onder haar andere arm. Ze moest de grote parkeerplaats van school over rennen om op tijd de schooldeur binnen te glippen. Ik kon haar niet nakijken. Alleen hopen dat ze hard genoeg gerend had. Ik moest namelijk meteen doorrijden. Toen ik een minuutje stopte om haar uit te laten stappen stonden de auto’s achter mij al te toeteren. Sinds kort is de zomertijd ingegaan op school. In de winter mogen ze een half uur later starten zodat de kindertjes het niet te koud hebben zo vroeg in de ochtend. Dat was heel relaxt. Vaak lazen we samen nog even uit Lena Lijstje. In mijn geparkeerde auto. Of we deden haar haar nog even. Nu is het zó druk op straat vlak voor acht uur dat het geen doorkomen aan is. Stress! We hebben gewoon wat meer tijd nodig om te wennen aan het nieuwe regime. Daarnaast is oudste dochter met examens begonnen. Ze rijdt nu ook met ons mee. In de ochtend. Ook mijn middagrondje is totaal in de war. Anthe belt elke dag op een vreemde tijd dat ze opgehaald kan worden. Dat lukt me bijna nooit. Ze moet altijd wachten. Als ze erg lang moet wachten mag ze naar de Starbucks lopen en daar wat gaan drinken. Ik bel haar als ik bijna bij de grote doorgaande weg ben waar ze in de berm moet gaan staan. Ik rijd bumper aan bumper over deze weg. Als ik oudste in het vizier krijg sein ik even, gooien we de zijdeur open en stapt ze vliegensvlug in. Dat lukt tot nu toe nog altijd. Vervolgens rijden we rustig verder tot aan de grote fontein waar we op de rotonde af kunnen slaan om in normaal tempo naar huis te rijden. Je kunt niet te lichtvoetig denken over de verantwoordelijkheid van een chauffeuse!
Lichtvoetig mag je ook zeker niet denken over de feestelijkheden rondom de diploma uitreiking van oudste dochter. Over drie maanden studeert ze af op haar Amerikaanse school. Dat heeft heel wat voeten in de aarde. Vóór haar diploma uitreiking gaat ze namelijk ook nog drie weken door Europa treinen. Daarom zijn we al een beetje begonnen met de voorbereidingen voor de officiële ceremonie. In de ochtend zal ze haar diploma krijgen uitgereikt. De studenten dragen een toga over hun formele kleding en zoals iedereen wel eens heeft gezien zullen ze na de ceremonie hun hoed in de lucht gooien. Dezelfde avond vindt er een heel formeel diner-dansant plaats waarbij de ouders ook aanwezig zullen zijn. Een tijd terug hebben we al heel keurig entreekaarten hiervoor besteld. Tot deze week heb ik daar verder geen aandacht meer aan besteed. Totdat mijn vriendin terloops liet ontvallen dat ze een lange feestjurk laat maken voor deze avond…. Túúrlijk zijn we voor oudste dochtere al flink bezig met haar droomjurk voor prom night. Ze heeft een ontwerp en kleur uitgekozen. We hebben een naaister gevonden die de jurk gaat maken zoals dochterlief het in gedachten heeft. Maar dat ik…. dat ik dus óók zo’n jurk aan zal moeten trekken…daar heb ik nooit aan gedacht! Ik ben lichtelijk in paniek. Ik wil helemaal niet zo’n lange jurk! Het is tenslotte de avond van onze oudste. Zij is het middelpunt. Ik heb nog een krijtstreep herenpak in mijn kast hangen uit de tijd dat ik accountmanager was bij een groot internationaal bedrijf. Tot mijn groot genoegen zit het pak nog als gegoten. Dochterlief keurt hem echter resoluut af. Er zitten schoudervullingen in het colbertje. Als ik eens kritisch in de spiegel kijk zie ik het ook. Het grijze herenkostuum oogt ouderwets. We hadden haar nog niet eens toen ik het herenpak in de Rotterdamse koopgoot aanschafte. Dat moet bijna achttien jaar geleden zijn… Ik schiet nog wel wat boetiekjes binnen. Trends komen en gaan. Ik zal er op uit moeten. Ik zal een feestelijke en formele jurk moeten vinden voor mijn eerste ‘prom night’!
― Lisa See
Een Mexicaanse moeder rent op haar hakjes voorbij over een stoep die schots en scheef ligt. Aan iedere hand trekt ze een kind voort die op zijn beurt weer een hippe ZÜCA rugtas voortsleept. Bij zo’n beeld lopen de tranen over mijn wangen. Het is twee minuten voor acht en de deur van school sluit onherroepelijk over twee minuten. Ze doet zó haar best om haar kinderen op tijd binnen te krijgen! Ik herken mezelf. Ik heb net een minuut geleden onze jongste afgezet op de hoek van de straat. Zenuwachtig zat ze op de achterbank. Kriebel in haar buik. Sportoutfit aan. Rugzak met wieltjes, fles water onder haar arm en een lunch tas onder haar andere arm. Ze moest de grote parkeerplaats van school over rennen om op tijd de schooldeur binnen te glippen. Ik kon haar niet nakijken. Alleen hopen dat ze hard genoeg gerend had. Ik moest namelijk meteen doorrijden. Toen ik een minuutje stopte om haar uit te laten stappen stonden de auto’s achter mij al te toeteren. Sinds kort is de zomertijd ingegaan op school. In de winter mogen ze een half uur later starten zodat de kindertjes het niet te koud hebben zo vroeg in de ochtend. Dat was heel relaxt. Vaak lazen we samen nog even uit Lena Lijstje. In mijn geparkeerde auto. Of we deden haar haar nog even. Nu is het zó druk op straat vlak voor acht uur dat het geen doorkomen aan is. Stress! We hebben gewoon wat meer tijd nodig om te wennen aan het nieuwe regime. Daarnaast is oudste dochter met examens begonnen. Ze rijdt nu ook met ons mee. In de ochtend. Ook mijn middagrondje is totaal in de war. Anthe belt elke dag op een vreemde tijd dat ze opgehaald kan worden. Dat lukt me bijna nooit. Ze moet altijd wachten. Als ze erg lang moet wachten mag ze naar de Starbucks lopen en daar wat gaan drinken. Ik bel haar als ik bijna bij de grote doorgaande weg ben waar ze in de berm moet gaan staan. Ik rijd bumper aan bumper over deze weg. Als ik oudste in het vizier krijg sein ik even, gooien we de zijdeur open en stapt ze vliegensvlug in. Dat lukt tot nu toe nog altijd. Vervolgens rijden we rustig verder tot aan de grote fontein waar we op de rotonde af kunnen slaan om in normaal tempo naar huis te rijden. Je kunt niet te lichtvoetig denken over de verantwoordelijkheid van een chauffeuse!
Lichtvoetig mag je ook zeker niet denken over de feestelijkheden rondom de diploma uitreiking van oudste dochter. Over drie maanden studeert ze af op haar Amerikaanse school. Dat heeft heel wat voeten in de aarde. Vóór haar diploma uitreiking gaat ze namelijk ook nog drie weken door Europa treinen. Daarom zijn we al een beetje begonnen met de voorbereidingen voor de officiële ceremonie. In de ochtend zal ze haar diploma krijgen uitgereikt. De studenten dragen een toga over hun formele kleding en zoals iedereen wel eens heeft gezien zullen ze na de ceremonie hun hoed in de lucht gooien. Dezelfde avond vindt er een heel formeel diner-dansant plaats waarbij de ouders ook aanwezig zullen zijn. Een tijd terug hebben we al heel keurig entreekaarten hiervoor besteld. Tot deze week heb ik daar verder geen aandacht meer aan besteed. Totdat mijn vriendin terloops liet ontvallen dat ze een lange feestjurk laat maken voor deze avond…. Túúrlijk zijn we voor oudste dochtere al flink bezig met haar droomjurk voor prom night. Ze heeft een ontwerp en kleur uitgekozen. We hebben een naaister gevonden die de jurk gaat maken zoals dochterlief het in gedachten heeft. Maar dat ik…. dat ik dus óók zo’n jurk aan zal moeten trekken…daar heb ik nooit aan gedacht! Ik ben lichtelijk in paniek. Ik wil helemaal niet zo’n lange jurk! Het is tenslotte de avond van onze oudste. Zij is het middelpunt. Ik heb nog een krijtstreep herenpak in mijn kast hangen uit de tijd dat ik accountmanager was bij een groot internationaal bedrijf. Tot mijn groot genoegen zit het pak nog als gegoten. Dochterlief keurt hem echter resoluut af. Er zitten schoudervullingen in het colbertje. Als ik eens kritisch in de spiegel kijk zie ik het ook. Het grijze herenkostuum oogt ouderwets. We hadden haar nog niet eens toen ik het herenpak in de Rotterdamse koopgoot aanschafte. Dat moet bijna achttien jaar geleden zijn… Ik schiet nog wel wat boetiekjes binnen. Trends komen en gaan. Ik zal er op uit moeten. Ik zal een feestelijke en formele jurk moeten vinden voor mijn eerste ‘prom night’!
dinsdag 10 maart 2015
Make a dragon wanna retire
Als je besluit vast staat om vreugde in jezelf te vinden, zul je het vroeg of laat ook vinden.
- Paramahansa Yogananda
Loeihard buldert de salsamuziek door de danszaal. Ook door de open ramen naar buiten. Normaal gesproken zou ik mijn vingers in mijn oren proppen bij deze geluidssterkte. Ik ben hier echter om zumba te dansen en daar hoort dit volume nu eenmaal bij. Geweldige Spaanstalige liedjes. Hits van afgelopen zomer galmen door de boxen. Na een paar maanden herken ik wel wat basis dansstappen en ook een basisritme. Ik begin zelfs wat teksten mee te zingen. Af en toe. Ik zing sowieso elke dag. Zoals elke ochtend in de auto met Inden en Maren. We zingen de heerlijke hit Bailando van Enrique Iglesias.(wel helemaal in het Spaans natuurlijk, niet de Engelse versie!) die mij telkens terugbrengt naar Cuba… Of de ballade van Sam Smith I know I’m not the only one. Als Anthe in de auto mee rijdt dan zingen we niet. Ten eerste omdat ze niet van populaire popmuziek houdt, ze houdt meer van hardrock zoals haar vader, maar ook omdat ze het verschrikkelijk vindt om ons mee te horen blèren. Met de ramen open. Van Inden moeten we trouwens ook altijd stoppen met zingen als we in de buurt van haar school komen. ‘Wellicht zitten er mensen in de auto ’s om ons heen die ons herkennen.’ Thuis vindt Anthe het ook niet leuk als we hard meezingen. Inden en Maren houden juist heel erg van meezingen. Met programma’s als Karaoke Party op internet. Uren zingen ze samen. Of met vriendinnen. Op het ogenblik worden we op de radio overdonderd met de nieuwste hit van Bruno Mars. Het nummer Uptown Funk werkt zo aanstekelijk! We dansen en bewegen thuis lekker mee met het YouTube filmpje. Tot groot ongenoegen van Anthe. Thuis én in de auto. Anthe luistert echter wel graag naar muziek voor het slapen gaan. Op haar iPod. In plaats van slaapliedjes. Zoals we heel lang geleden voor haar zongen. Maar dan wat modernere versies van Imagine Dragons of Bon Jovi. Net als haar vader. Muziek ontspant eenieder.
Oeps. We hebben er maanden niet aan gedacht. Heel soms is het wel even door mijn hoofd geschoten. Niet meer dan dat. Geen actie ondernomen. We zijn het ook niet gewend. Nu zijn we te laat. Of misschien nog nét op tijd. Als we de douche nu aanzetten moeten we een halve minuut wachten voordat er koud water uit de douchekop stroomt. Er kómt tenminste water uit de douche. Zakken van vijfentwintig kilo zeezout zouden we elke maand in een groot vat moeten storten. Het behoort tot het waterzuiveringsinstallatie van ons huis. México staat bekend om zijn onzuivere water. Ziekmakers. Nooit zul je hier iemand uit de kraan zien drinken! Ik haal wekelijks een aantal vijf liter waterflessen voor in de keuken, een sixpack van 1,5 liter flessen voor mee in de auto, een sixpack van 1 literflessen om mee te nemen naar het park en een tray van dertig kleine flesjes voor school en in mijn handtas. Water is een issue hier. In Nederland hebben we nog nooit zóveel water gedronken! In huis zuiveren we dus water met zeezout. Water voor de wasmachine, de douche en de afwasmachine. Dit water gebruikt ik nooit om thee mee te zetten. Veel te zout! Ook al is het gekookt en dus veilig water. Het water droogt ook mijn haar en huid uit. Een heel enkele keer worden we nog ziek van een etentje buiten de deur. Groenten gewassen met kraanwater. Hier in México spreekt men dan van de wraak van Montezuma. De vloek verwijst naar Moctezuma II, de heerser van de Azteekse beschaving van 1502 tot 1520. Hij werd verslagen door Hernán Cortés, de Spaanse overheerser. De witte Spanjaarden hebben de Azteken tot slaaf gemaakt en uiteindelijk het Azteekse volk uitgeroeid. Er wordt gezegd dat wanneer een blanke diarree heeft tijdens zijn bezoek aan México, hij onder de toorn van de wraak van Montezuma lijdt. Gelukkig blijft ons die vloek voortdurend bespaard.
- Paramahansa Yogananda
Loeihard buldert de salsamuziek door de danszaal. Ook door de open ramen naar buiten. Normaal gesproken zou ik mijn vingers in mijn oren proppen bij deze geluidssterkte. Ik ben hier echter om zumba te dansen en daar hoort dit volume nu eenmaal bij. Geweldige Spaanstalige liedjes. Hits van afgelopen zomer galmen door de boxen. Na een paar maanden herken ik wel wat basis dansstappen en ook een basisritme. Ik begin zelfs wat teksten mee te zingen. Af en toe. Ik zing sowieso elke dag. Zoals elke ochtend in de auto met Inden en Maren. We zingen de heerlijke hit Bailando van Enrique Iglesias.(wel helemaal in het Spaans natuurlijk, niet de Engelse versie!) die mij telkens terugbrengt naar Cuba… Of de ballade van Sam Smith I know I’m not the only one. Als Anthe in de auto mee rijdt dan zingen we niet. Ten eerste omdat ze niet van populaire popmuziek houdt, ze houdt meer van hardrock zoals haar vader, maar ook omdat ze het verschrikkelijk vindt om ons mee te horen blèren. Met de ramen open. Van Inden moeten we trouwens ook altijd stoppen met zingen als we in de buurt van haar school komen. ‘Wellicht zitten er mensen in de auto ’s om ons heen die ons herkennen.’ Thuis vindt Anthe het ook niet leuk als we hard meezingen. Inden en Maren houden juist heel erg van meezingen. Met programma’s als Karaoke Party op internet. Uren zingen ze samen. Of met vriendinnen. Op het ogenblik worden we op de radio overdonderd met de nieuwste hit van Bruno Mars. Het nummer Uptown Funk werkt zo aanstekelijk! We dansen en bewegen thuis lekker mee met het YouTube filmpje. Tot groot ongenoegen van Anthe. Thuis én in de auto. Anthe luistert echter wel graag naar muziek voor het slapen gaan. Op haar iPod. In plaats van slaapliedjes. Zoals we heel lang geleden voor haar zongen. Maar dan wat modernere versies van Imagine Dragons of Bon Jovi. Net als haar vader. Muziek ontspant eenieder.
Oeps. We hebben er maanden niet aan gedacht. Heel soms is het wel even door mijn hoofd geschoten. Niet meer dan dat. Geen actie ondernomen. We zijn het ook niet gewend. Nu zijn we te laat. Of misschien nog nét op tijd. Als we de douche nu aanzetten moeten we een halve minuut wachten voordat er koud water uit de douchekop stroomt. Er kómt tenminste water uit de douche. Zakken van vijfentwintig kilo zeezout zouden we elke maand in een groot vat moeten storten. Het behoort tot het waterzuiveringsinstallatie van ons huis. México staat bekend om zijn onzuivere water. Ziekmakers. Nooit zul je hier iemand uit de kraan zien drinken! Ik haal wekelijks een aantal vijf liter waterflessen voor in de keuken, een sixpack van 1,5 liter flessen voor mee in de auto, een sixpack van 1 literflessen om mee te nemen naar het park en een tray van dertig kleine flesjes voor school en in mijn handtas. Water is een issue hier. In Nederland hebben we nog nooit zóveel water gedronken! In huis zuiveren we dus water met zeezout. Water voor de wasmachine, de douche en de afwasmachine. Dit water gebruikt ik nooit om thee mee te zetten. Veel te zout! Ook al is het gekookt en dus veilig water. Het water droogt ook mijn haar en huid uit. Een heel enkele keer worden we nog ziek van een etentje buiten de deur. Groenten gewassen met kraanwater. Hier in México spreekt men dan van de wraak van Montezuma. De vloek verwijst naar Moctezuma II, de heerser van de Azteekse beschaving van 1502 tot 1520. Hij werd verslagen door Hernán Cortés, de Spaanse overheerser. De witte Spanjaarden hebben de Azteken tot slaaf gemaakt en uiteindelijk het Azteekse volk uitgeroeid. Er wordt gezegd dat wanneer een blanke diarree heeft tijdens zijn bezoek aan México, hij onder de toorn van de wraak van Montezuma lijdt. Gelukkig blijft ons die vloek voortdurend bespaard.
dinsdag 3 maart 2015
Daar waar je struikelt
Daar waar je struikelt, ligt je schat.
- Mieke Bouma
Zonder bril schrijf ik dit stukje. Voorlopig krijg ik nog geen nieuwe bril. Als er iets misloopt in je leven wordt het pas echt interessant. Je schat is dan de kans om te groeien als mens. Om te laten zien wat je waard bent. Vaak tot je eigen verbazing. Wist ik dat ik het in me had om zo snel en accuraat te reageren? Had ik gedacht dat ik zoveel vriendelijke hulp zou krijgen? Twee weken geleden werd ik al op de proef gesteld met Maren’s val op de trampoline. Gevolgd door een ritje met de ambulance. Maar afgelopen week nóg een proef! Na mijn wandeluurtje in het park loop ik niets vermoedend terug naar mijn auto. Ik luister ondertussen naar nieuwe muziek op mijn iPod . Ergens sla ik onbewust op dat er veel mannen aan de andere kant van mijn auto staan. Ik doe er echter niks mee. Ik open mijn deur, pak mijn fles water op de passagiersstoel en merk eigenlijk dan pas op dat ze wel héél dicht bij mijn Jeep staan. Ik loop naar de andere kant en dan zie ik het plots. Allemaal donkerbruin glas op de grond. Een flashback. Mijn achterraam is kapot geslagen. Mijn tas is er uit gestolen met alles wat daarin zat. Allemaal spulletjes die te vervangen zijn. Dat vervangen kost echter zo ongelofelijk veel tijd! Ik bel Mark met de mobiel van de agent. Eerlijk gezegd het enige nummer dat ik uit mijn hoofd ken. Mark blokkeert meteen onze bankpas. Ook regelt hij nieuwe huissloten. Zijn secretaresse regelt dat onze verzekering dezelfde dag voor een nieuw raam in mijn auto zorgt. Wie zet een auto zonder achterraam buiten op straat? Mark’s secretaresse regelt de volgende dag een bezoek met een jurist aan het Openbaar Ministerie. Ik duikel thuis mijn oude telefoontje weer op en een oud SIM kaartje. Zonder telefoon kan ik geen dag leven hier in México met drie kinderen op drie scholen. Die avond bestel ik een nieuwe bril. Tien dagen levertijd. Jurist Daniel laat me de volgende ochtend een uur wachten op straat. Hij blijkt geen woord Engels te spreken. Goed begin. Hij brengt me naar een officieel gebouw werkelijk in the middle of nowhere gelegen. Midden in de gortdroge, geelgekleurde campo. Net een woestijn. Een scene uit ‘Breaking Bad’ komt me voor ogen. Er staat een oude, gammele, zwarte kever geparkeerd met twee grote hakenkruizen erop geschilderd. Alles ruikt hier naar criminaliteit. Binnen hangen overal posters met foto’s van misdadigers of vermisten. Een jongetje van dertien jaar is al sinds 2013 vermist. Arm kind. Arme ouders. Jurist Daniel kent de officier van justitie en zo werkt dat dus hier in México. Ze hebben ooit samen gestudeerd en dus kan hij zonder afspraak even binnen wippen voor een acta. Voor mij. Na een tijdje op de gang te hebben gestaan mogen we naar binnen. Vage ruimte met kale muren en veel opgestapelde verhuisdozen. Drie verdwaalde tafeltjes in een veel te grote ruimte. Ramen dichtgeplakt met papier. “Wat doe ik hier?” vraag ik me af terwijl Daniel de officier omhelst, kust en herinneringen met haar ophaalt van oude medestudenten. Na een uur krijg ik drie originele, gestempelde, geparafeerde en ondertekende acta’s mee naar huis. Elk ander krijgt er één mee. Mijn jurist heeft geritseld dat ik er drie mee naar huis krijg. Wel handig want ik moet het overhandigen in het geval de politie om mijn rijbewijs vraagt. Ik moet het ook overhandigen als ik ga reizen omdat mijn verblijfsvergunning gestolen is. Ik moet het ook meesturen naar Nederland voor het aanvragen van een nieuw rijbewijs. Ik heb het óók nog nodig voor het aanvragen van een Mexicaans rijbewijs. Na een rondje handen schudden en schouderkloppen uitdelen door Daniel ben ik blij als ik met de acta’s op schoot naast hem weer naar huis rijd. Op naar mijn volgende klus: een nieuwe telefoon uitzoeken.
Zaterdagochtend gaan we saampjes naar de hoofdstad. Mark en ik. We gaan voor een serieuze reden. Maar als dat rond lunchtijd achter de rug is gaan we samen lunchen in een oud pandje in een leuk wijkje. Mariachi’s staan onder ons raam – we zitten boven – muziek te maken. Daarna sluiten we aan in de rij voor het museum. We gaan eindelijk het huis van Mexicaans icoon Frida Kahlo bezoeken! Haar blauwe huis waar ze geboren én overleden is staat al heel lang op mijn lijstje om te bekijken. Terwijl we in haar patio staan kunnen we twee kanten op. De tijdelijke tentoonstelling bestaat uit haar typische kleding. Lange rokken, veel vrolijke kleuren en altijd bloemen in haar zwarte haar. (zie ons fotoalbum) Ook het hulpstuk voor haar been en wat korsetten staan in een vitrine. Ze had zoveel pech in haar korte leven. Op haar zesde kreeg Frida polio waardoor haar been niet meer groeide. En toen ze achttien was kreeg de bus waar ze in zat een ongeluk met een tram. Een stuk stalen leuning drong haar lichaam binnen. Maandenlang moest ze in bed blijven, ingekapseld in pleisters en verband, vechtend tegen de pijn. Ze besloot om te gaan schilderen. Frida's moeder liet spiegels aan haar ziekbed vastmaken zodat Frida zichzelf kon schilderen. Deze bedden met spiegels konden we zien in haar ouderlijk huis. Ook haar felgekleurde zelfportretten met de typische één lange wenkbrauw. Ondanks de hinder van korsetten en krukken kwam ze na haar herstel weer buiten en zocht ze vrienden op. Door het ongeluk kon ze geen kinderen krijgen. Ze trouwde, maar haar man Diego kreeg een verhouding met haar zus Christina. Later zou zij spreken van "twee zware ongelukken in mijn leven (...) één waarin een tram me aanreed, het andere was mijn man." Frida overleed in 1954, een week na haar 47e verjaardag. Ze liet een briefje achter met de tekst 'Ik hoop dat het einde vrolijk is en hoop nooit meer terug te keren'. Vermoedelijk heeft ze zelfmoord gepleegd.
- Mieke Bouma
Zonder bril schrijf ik dit stukje. Voorlopig krijg ik nog geen nieuwe bril. Als er iets misloopt in je leven wordt het pas echt interessant. Je schat is dan de kans om te groeien als mens. Om te laten zien wat je waard bent. Vaak tot je eigen verbazing. Wist ik dat ik het in me had om zo snel en accuraat te reageren? Had ik gedacht dat ik zoveel vriendelijke hulp zou krijgen? Twee weken geleden werd ik al op de proef gesteld met Maren’s val op de trampoline. Gevolgd door een ritje met de ambulance. Maar afgelopen week nóg een proef! Na mijn wandeluurtje in het park loop ik niets vermoedend terug naar mijn auto. Ik luister ondertussen naar nieuwe muziek op mijn iPod . Ergens sla ik onbewust op dat er veel mannen aan de andere kant van mijn auto staan. Ik doe er echter niks mee. Ik open mijn deur, pak mijn fles water op de passagiersstoel en merk eigenlijk dan pas op dat ze wel héél dicht bij mijn Jeep staan. Ik loop naar de andere kant en dan zie ik het plots. Allemaal donkerbruin glas op de grond. Een flashback. Mijn achterraam is kapot geslagen. Mijn tas is er uit gestolen met alles wat daarin zat. Allemaal spulletjes die te vervangen zijn. Dat vervangen kost echter zo ongelofelijk veel tijd! Ik bel Mark met de mobiel van de agent. Eerlijk gezegd het enige nummer dat ik uit mijn hoofd ken. Mark blokkeert meteen onze bankpas. Ook regelt hij nieuwe huissloten. Zijn secretaresse regelt dat onze verzekering dezelfde dag voor een nieuw raam in mijn auto zorgt. Wie zet een auto zonder achterraam buiten op straat? Mark’s secretaresse regelt de volgende dag een bezoek met een jurist aan het Openbaar Ministerie. Ik duikel thuis mijn oude telefoontje weer op en een oud SIM kaartje. Zonder telefoon kan ik geen dag leven hier in México met drie kinderen op drie scholen. Die avond bestel ik een nieuwe bril. Tien dagen levertijd. Jurist Daniel laat me de volgende ochtend een uur wachten op straat. Hij blijkt geen woord Engels te spreken. Goed begin. Hij brengt me naar een officieel gebouw werkelijk in the middle of nowhere gelegen. Midden in de gortdroge, geelgekleurde campo. Net een woestijn. Een scene uit ‘Breaking Bad’ komt me voor ogen. Er staat een oude, gammele, zwarte kever geparkeerd met twee grote hakenkruizen erop geschilderd. Alles ruikt hier naar criminaliteit. Binnen hangen overal posters met foto’s van misdadigers of vermisten. Een jongetje van dertien jaar is al sinds 2013 vermist. Arm kind. Arme ouders. Jurist Daniel kent de officier van justitie en zo werkt dat dus hier in México. Ze hebben ooit samen gestudeerd en dus kan hij zonder afspraak even binnen wippen voor een acta. Voor mij. Na een tijdje op de gang te hebben gestaan mogen we naar binnen. Vage ruimte met kale muren en veel opgestapelde verhuisdozen. Drie verdwaalde tafeltjes in een veel te grote ruimte. Ramen dichtgeplakt met papier. “Wat doe ik hier?” vraag ik me af terwijl Daniel de officier omhelst, kust en herinneringen met haar ophaalt van oude medestudenten. Na een uur krijg ik drie originele, gestempelde, geparafeerde en ondertekende acta’s mee naar huis. Elk ander krijgt er één mee. Mijn jurist heeft geritseld dat ik er drie mee naar huis krijg. Wel handig want ik moet het overhandigen in het geval de politie om mijn rijbewijs vraagt. Ik moet het ook overhandigen als ik ga reizen omdat mijn verblijfsvergunning gestolen is. Ik moet het ook meesturen naar Nederland voor het aanvragen van een nieuw rijbewijs. Ik heb het óók nog nodig voor het aanvragen van een Mexicaans rijbewijs. Na een rondje handen schudden en schouderkloppen uitdelen door Daniel ben ik blij als ik met de acta’s op schoot naast hem weer naar huis rijd. Op naar mijn volgende klus: een nieuwe telefoon uitzoeken.
Zaterdagochtend gaan we saampjes naar de hoofdstad. Mark en ik. We gaan voor een serieuze reden. Maar als dat rond lunchtijd achter de rug is gaan we samen lunchen in een oud pandje in een leuk wijkje. Mariachi’s staan onder ons raam – we zitten boven – muziek te maken. Daarna sluiten we aan in de rij voor het museum. We gaan eindelijk het huis van Mexicaans icoon Frida Kahlo bezoeken! Haar blauwe huis waar ze geboren én overleden is staat al heel lang op mijn lijstje om te bekijken. Terwijl we in haar patio staan kunnen we twee kanten op. De tijdelijke tentoonstelling bestaat uit haar typische kleding. Lange rokken, veel vrolijke kleuren en altijd bloemen in haar zwarte haar. (zie ons fotoalbum) Ook het hulpstuk voor haar been en wat korsetten staan in een vitrine. Ze had zoveel pech in haar korte leven. Op haar zesde kreeg Frida polio waardoor haar been niet meer groeide. En toen ze achttien was kreeg de bus waar ze in zat een ongeluk met een tram. Een stuk stalen leuning drong haar lichaam binnen. Maandenlang moest ze in bed blijven, ingekapseld in pleisters en verband, vechtend tegen de pijn. Ze besloot om te gaan schilderen. Frida's moeder liet spiegels aan haar ziekbed vastmaken zodat Frida zichzelf kon schilderen. Deze bedden met spiegels konden we zien in haar ouderlijk huis. Ook haar felgekleurde zelfportretten met de typische één lange wenkbrauw. Ondanks de hinder van korsetten en krukken kwam ze na haar herstel weer buiten en zocht ze vrienden op. Door het ongeluk kon ze geen kinderen krijgen. Ze trouwde, maar haar man Diego kreeg een verhouding met haar zus Christina. Later zou zij spreken van "twee zware ongelukken in mijn leven (...) één waarin een tram me aanreed, het andere was mijn man." Frida overleed in 1954, een week na haar 47e verjaardag. Ze liet een briefje achter met de tekst 'Ik hoop dat het einde vrolijk is en hoop nooit meer terug te keren'. Vermoedelijk heeft ze zelfmoord gepleegd.
dinsdag 24 februari 2015
Literair archief
Kunst is het proces van hard werken.
- Pablo Casals
Kort geleden schonk schrijver Joost Zwagerman zijn literaire privé archief aan het Letterkundig Museum in Den Haag. Een aantal jaren geleden was dit al aan hem gevraagd. Uniek is dat een schrijver al zo vroeg in zijn leven een deel van zijn archief afstaat. Hij ziet het zelf geloof ik meer als het opruimen van zijn zooi. Zijn zonen zijn er in ieder geval blij mee. Alhoewel de waarde van deze gift achteraf op 200.000 euro geschat is…. Verhuisdozen vol met papier. Handgeschreven versies van zijn romans, dagboeknotities, brieven en persoonlijke foto’s. Echter geen brieven waar persoonlijke ontboezemingen in vermeld staan. Toen hij te gast was bij De Wereld Draait Door spitte Matthijs een beetje brutaal door zijn spulletjes. Hij had een plastic multomap in zijn handen die mij in een flits terug bracht in de tijd. Ik had precies zo’n gekleurde multomap! Die van mij was óók gevuld met handgeschreven verhalen. En zelfs gedichten… Op mijn tiende verjaardag nam mijn opa mij mee naar V&D om een typemachine voor mij te kopen. Mijn eigen bijdrage waren de paar guldens die ik opgespaard had in mijn piekpijp. Ik was dol op verhalen typen. Net als Joost heb ik deze typemachine nog steeds. Ik heb er zelfs ooit een nieuw lint bij gekocht voor de meiden. Joost ging zich een beetje ongemakkelijk voelen toen Matthijs enthousiast reageerde bij het zien van zijn handgeschreven eenmanstijdschrift. Ik ging wederom terug in de tijd. Ik had óók een eenmanstijdschrift toen ik zo’n twaalf jaar oud was. Het was een handgeschreven tijdschriftje voor kleine kinderen met zelfgeschreven verhaaltjes, plaatjes, een zelfgetekend stripje en wat zelfverzonnen spelletjes. Ik had een paar leden in de buurt die wekelijks mijn uitgave kochten voor een dubbeltje per stuk. Na een paar maanden begon ik de druk te voelen van de wekelijkse verplichting. Zoals ik eerder de deuren langs was gegaan om leden te werven met een voorbeeldje vond ik na een paar maanden de moed om mijn handjevol leden te vertellen dat dit het laatste exemplaar was. Hoe leuk om weer herinnerd te worden aan deze ludieke actie. Ik heb zelf helaas geen exemplaar meer om even ter hand te nemen en door te bladeren. Ik heb daarentegen wél een verhuisdoos vol handgeschreven brieven van penvriendinnen, buitenlandse vakantieliefdes en Mark natuurlijk, dagboekjes, poëziealbums, tekeningen en verdwaalde foto’s. Een voetafdruk van mijn leven.
Een mens wordt heel gelukkig van ongeplande dingen. Zo’n lome zaterdag die zich nog helemaal leeg voor je uitstrekt als je je ogen opent. Zonder wekker. Veel weekends kunnen wij inderdaad zo invullen. In bed elkaar aankijken en vragen “Zullen we vandaag naar de bioscoop gaan? Lunchen? Sporten? Of doen we vandaag écht helemaal niks?” Op dit moment ben ik juist veel aan het plannen. Heel veel. Nu vooruit plannen om straks niks te doen. Niet te hoeven nadenken in de Paasvakantie. Niet in de zomervakantie. Een cabaña op het strand reserveren voor Pasen. Welk strand? Hoe lang zullen we gaan? Suriname gaan we deze zomer in twee weken ontdekken. Al bladerend door mijn reisgids besef ik dat twee weken voldoende is voor Paramaribo en een stuk jungle. Stranden zijn er nauwelijks. Ik ontdek veel Carabische eilanden voor de kust van Venezuela. Een kort vluchtje van anderhalf uur vanuit Paramaribo. Daar word ik zo blij van! Ik plan wat vluchtjes heen en weer. A4tjes volgeklad met vluchten, prijzen, tijden en vliegmaatschappijen liggen verspreid over mijn bureau. Efficiënt aansluitende vluchten plannen blijft een uitdaging voor me. ‘Life is what happens to you while you’re busy making other plans’ zong John Lennon al in 1980. Toch is plannen voor mij ook vaak voorpret. Ik heb óók iets anders gepland staan voor de komende weken. Elke donderdag aansluitend aan mijn yoga les heb ik een massage cursus. Ik had werkelijk geen idee dat er zoveel bij een ontspannende massage kwam kijken! Om te beginnen leerden we de eerste les meteen hoe je heel discreet met de lakens en de handdoeken omgaat. Zodat de privacy van de patiënt niet geschonden wordt. Nooit krijg je als massagetherapeut ongewild een lichaamsdeel te zien. Steeds is alles netjes en warm bedekt. Met uitzondering van het lichaamsdeel dat gemasseerd wordt natuurlijk. Privacy wordt gewaarborgd. We oefenen de eerste les ook op elkaar. Een voetmassage en een gezichtsmassage. Ik herken de handelingen van de massages waar ik zelf zo van geniet. Ik oefen thuis op Inden en Maren. (Mark en Anthe zijn in Oklahoma.) Maren valt zelfs in slaap. Een massage geven. Met aromatische olie. Ongepland. Gewoon wanneer ik zin heb. Of niet.
- Pablo Casals
Kort geleden schonk schrijver Joost Zwagerman zijn literaire privé archief aan het Letterkundig Museum in Den Haag. Een aantal jaren geleden was dit al aan hem gevraagd. Uniek is dat een schrijver al zo vroeg in zijn leven een deel van zijn archief afstaat. Hij ziet het zelf geloof ik meer als het opruimen van zijn zooi. Zijn zonen zijn er in ieder geval blij mee. Alhoewel de waarde van deze gift achteraf op 200.000 euro geschat is…. Verhuisdozen vol met papier. Handgeschreven versies van zijn romans, dagboeknotities, brieven en persoonlijke foto’s. Echter geen brieven waar persoonlijke ontboezemingen in vermeld staan. Toen hij te gast was bij De Wereld Draait Door spitte Matthijs een beetje brutaal door zijn spulletjes. Hij had een plastic multomap in zijn handen die mij in een flits terug bracht in de tijd. Ik had precies zo’n gekleurde multomap! Die van mij was óók gevuld met handgeschreven verhalen. En zelfs gedichten… Op mijn tiende verjaardag nam mijn opa mij mee naar V&D om een typemachine voor mij te kopen. Mijn eigen bijdrage waren de paar guldens die ik opgespaard had in mijn piekpijp. Ik was dol op verhalen typen. Net als Joost heb ik deze typemachine nog steeds. Ik heb er zelfs ooit een nieuw lint bij gekocht voor de meiden. Joost ging zich een beetje ongemakkelijk voelen toen Matthijs enthousiast reageerde bij het zien van zijn handgeschreven eenmanstijdschrift. Ik ging wederom terug in de tijd. Ik had óók een eenmanstijdschrift toen ik zo’n twaalf jaar oud was. Het was een handgeschreven tijdschriftje voor kleine kinderen met zelfgeschreven verhaaltjes, plaatjes, een zelfgetekend stripje en wat zelfverzonnen spelletjes. Ik had een paar leden in de buurt die wekelijks mijn uitgave kochten voor een dubbeltje per stuk. Na een paar maanden begon ik de druk te voelen van de wekelijkse verplichting. Zoals ik eerder de deuren langs was gegaan om leden te werven met een voorbeeldje vond ik na een paar maanden de moed om mijn handjevol leden te vertellen dat dit het laatste exemplaar was. Hoe leuk om weer herinnerd te worden aan deze ludieke actie. Ik heb zelf helaas geen exemplaar meer om even ter hand te nemen en door te bladeren. Ik heb daarentegen wél een verhuisdoos vol handgeschreven brieven van penvriendinnen, buitenlandse vakantieliefdes en Mark natuurlijk, dagboekjes, poëziealbums, tekeningen en verdwaalde foto’s. Een voetafdruk van mijn leven.
Een mens wordt heel gelukkig van ongeplande dingen. Zo’n lome zaterdag die zich nog helemaal leeg voor je uitstrekt als je je ogen opent. Zonder wekker. Veel weekends kunnen wij inderdaad zo invullen. In bed elkaar aankijken en vragen “Zullen we vandaag naar de bioscoop gaan? Lunchen? Sporten? Of doen we vandaag écht helemaal niks?” Op dit moment ben ik juist veel aan het plannen. Heel veel. Nu vooruit plannen om straks niks te doen. Niet te hoeven nadenken in de Paasvakantie. Niet in de zomervakantie. Een cabaña op het strand reserveren voor Pasen. Welk strand? Hoe lang zullen we gaan? Suriname gaan we deze zomer in twee weken ontdekken. Al bladerend door mijn reisgids besef ik dat twee weken voldoende is voor Paramaribo en een stuk jungle. Stranden zijn er nauwelijks. Ik ontdek veel Carabische eilanden voor de kust van Venezuela. Een kort vluchtje van anderhalf uur vanuit Paramaribo. Daar word ik zo blij van! Ik plan wat vluchtjes heen en weer. A4tjes volgeklad met vluchten, prijzen, tijden en vliegmaatschappijen liggen verspreid over mijn bureau. Efficiënt aansluitende vluchten plannen blijft een uitdaging voor me. ‘Life is what happens to you while you’re busy making other plans’ zong John Lennon al in 1980. Toch is plannen voor mij ook vaak voorpret. Ik heb óók iets anders gepland staan voor de komende weken. Elke donderdag aansluitend aan mijn yoga les heb ik een massage cursus. Ik had werkelijk geen idee dat er zoveel bij een ontspannende massage kwam kijken! Om te beginnen leerden we de eerste les meteen hoe je heel discreet met de lakens en de handdoeken omgaat. Zodat de privacy van de patiënt niet geschonden wordt. Nooit krijg je als massagetherapeut ongewild een lichaamsdeel te zien. Steeds is alles netjes en warm bedekt. Met uitzondering van het lichaamsdeel dat gemasseerd wordt natuurlijk. Privacy wordt gewaarborgd. We oefenen de eerste les ook op elkaar. Een voetmassage en een gezichtsmassage. Ik herken de handelingen van de massages waar ik zelf zo van geniet. Ik oefen thuis op Inden en Maren. (Mark en Anthe zijn in Oklahoma.) Maren valt zelfs in slaap. Een massage geven. Met aromatische olie. Ongepland. Gewoon wanneer ik zin heb. Of niet.
dinsdag 17 februari 2015
Vaste grond
Als je heel bezorgd bent of als je leven heel versnipperd is, kun je altijd terugkeren naar je ademhaling en daar zo lang bij blijven tot je weer vaste grond onder de voeten hebt.
- Joan Halifax
Als ik die ochtend op de parkeerplaats van school loop zie ik dat alle auto’s met een laagje as bedekt zijn. Mijn auto staat thuis onder een carport dus ik heb er zelf niks van gemerkt. De dag ervoor kreeg ik een bericht van school. Vulkaan Popo was behoorlijk actief en er was as waargenomen in de stad. Maren mocht niet buitenspelen in de pauze en Anthe die met haar vrienden op het dakterras van school zat werd naar binnen geroepen. Ook de naschoolse activiteiten werden afgelast vanwege het as. Alle wegen binnen een straal van twaalf kilometer van de vulkaan werden geblokkeerd. Alle activiteiten van vulkaan Popo worden gelukkig dag en nacht geregistreerd. Dat gebeurt al sinds 1994 toen er erupties werden waargenomen die sindsdien nooit meer gestopt zijn. Afgelopen week werden er stoom en aspluimen gedetecteerd. Er was een vergrootte kans op modderstromen en er werd tien minuten lang trillingen waargenomen. De nacht die volgde op de kleine eruptie sneeuwde het stevig op vijf kilometer hoogte. Vulkaan Popo was de volgende ochtend helemaal wit met flinke stoomwolken uit zijn krater. De zwakke ochtendzon weerkaatste op de verse sneeuw. Wondermooi. De maatregelen die we moeten nemen bij waarneming van as is het dragen van een mondkapje. Of een natte zakdoek voor je mond houden. Alle ramen sluiten en zoveel mogelijk binnen blijven. Deze laatste maatregel voert de school dus onmiddellijk uit. Ik ben erg onder de indruk van ‘onze’ levende vulkaan. Dat wij hier een heel korte periode tijdens zijn bestaan in zijn nabijheid mogen wonen. Wat stellen wij nu eigenlijk voor in zijn bestaan van 730 duizend jaar? En wat heeft hij nog allemaal voor ons in petto?
Met loeiende sirenes en zwaailichten scheuren we door de drukke vrijdagavondspits. Alle bestuurders doen het meest mogelijke om uit de weg te gaan. Als mensen in de knoop raken door de verschrikkelijke drukte zet de ambulance chauffeur ook zijn toeters aan. Hij manoeuvreert behendig door de meest smalle openingen in het verkeer. Ik zit voorin. Achter mij zit een verpleger en Maren’s vriendinnetje Mercedes. Maren ligt plat op een brancard. Helemaal ingepakt in dekens, een kraag om haar nek en veel riemen om haar lijf. Beiden praten tegen haar. Ik probeer voorin stilletjes te beseffen wat er nu eigenlijk gebeurd is. Ik wachtte eind van de middag op een telefoontje van Anthe om haar op te halen uit de bioscoop. Ondertussen sprongen Maren en Mercedes op de trampoline buiten. Ik herinner me het roepen van Mercedes die binnen komt rennen. Maren’s gehuil in de verte. Als ik naar de trampoline ren blijkt Maren pijn in haar nek en bovenin haar rug te hebben. Ze mag niet bewegen van mij. Stil liggen. Ik bel Mark en hij zegt dat ik meteen een ambulance moet bellen. De tuinman weet, net als ik, niet wat het Mexicaanse alarmnummer is. Ik bel onze huiseigenaar. Meer dan een uur later komt er eindelijk een ambulance ons straatje in rijden. Maren ligt nog steeds in dezelfde houding op de trampoline. Ondertussen wel met dikke sokken aan, Mark’s vest over haar heen en een warm kleed. Het is pikkedonker achter in de tuin. Als we bewegen schiet er een buitenlamp aan die een paar minuten later weer dooft. Mark is ondertussen ook naar huis geracet. Het ambulancepersoneel doet Maren een kraag om en helpt haar behendig op de brancard. Mark rijdt met mijn Jeep naar het ziekenhuis en pikt Anthe onderweg op die al een uur buiten heeft zitten wachten. Mercedes en ik gaan met Maren mee in de ambulance. Aangekomen in het ziekenhuis staan Mercedes haar moeder en haar broers al te wachten. Maren krijgt röntgenfoto’s. Haar nekwerveltjes zijn iets verschoven. Haar schouderspieren zijn stijf en pijnlijk. Ze krijgt pijnstillers, een spierverslapper en ze moet de kraag nog vijf dagen om houden. Rond tien uur zijn we ’s avonds thuis. Zonder avondeten. Inden heeft op afstand erg meegeleefd. Veel telefoontjes en berichtjes. Ze had een logeerpartijtje. Maren is uitgeput die avond. Toch slaapt ze die nacht onrustig. Op haar rug met de kraag om. Zonder hoofdkussen. We zijn vooral heel dankbaar dat het zo goed is afgelopen. Ook opgelucht. Dat we zo’n crisis als gezin met elkaar hebben kunnen opvangen in het buitenland. Weliswaar met wat hulp van buren, collega’s en kennissen. Tóch hebben we dit klusje geklaard. Een gevoel van dankbaarheid overheerst.
- Joan Halifax
Als ik die ochtend op de parkeerplaats van school loop zie ik dat alle auto’s met een laagje as bedekt zijn. Mijn auto staat thuis onder een carport dus ik heb er zelf niks van gemerkt. De dag ervoor kreeg ik een bericht van school. Vulkaan Popo was behoorlijk actief en er was as waargenomen in de stad. Maren mocht niet buitenspelen in de pauze en Anthe die met haar vrienden op het dakterras van school zat werd naar binnen geroepen. Ook de naschoolse activiteiten werden afgelast vanwege het as. Alle wegen binnen een straal van twaalf kilometer van de vulkaan werden geblokkeerd. Alle activiteiten van vulkaan Popo worden gelukkig dag en nacht geregistreerd. Dat gebeurt al sinds 1994 toen er erupties werden waargenomen die sindsdien nooit meer gestopt zijn. Afgelopen week werden er stoom en aspluimen gedetecteerd. Er was een vergrootte kans op modderstromen en er werd tien minuten lang trillingen waargenomen. De nacht die volgde op de kleine eruptie sneeuwde het stevig op vijf kilometer hoogte. Vulkaan Popo was de volgende ochtend helemaal wit met flinke stoomwolken uit zijn krater. De zwakke ochtendzon weerkaatste op de verse sneeuw. Wondermooi. De maatregelen die we moeten nemen bij waarneming van as is het dragen van een mondkapje. Of een natte zakdoek voor je mond houden. Alle ramen sluiten en zoveel mogelijk binnen blijven. Deze laatste maatregel voert de school dus onmiddellijk uit. Ik ben erg onder de indruk van ‘onze’ levende vulkaan. Dat wij hier een heel korte periode tijdens zijn bestaan in zijn nabijheid mogen wonen. Wat stellen wij nu eigenlijk voor in zijn bestaan van 730 duizend jaar? En wat heeft hij nog allemaal voor ons in petto?
Met loeiende sirenes en zwaailichten scheuren we door de drukke vrijdagavondspits. Alle bestuurders doen het meest mogelijke om uit de weg te gaan. Als mensen in de knoop raken door de verschrikkelijke drukte zet de ambulance chauffeur ook zijn toeters aan. Hij manoeuvreert behendig door de meest smalle openingen in het verkeer. Ik zit voorin. Achter mij zit een verpleger en Maren’s vriendinnetje Mercedes. Maren ligt plat op een brancard. Helemaal ingepakt in dekens, een kraag om haar nek en veel riemen om haar lijf. Beiden praten tegen haar. Ik probeer voorin stilletjes te beseffen wat er nu eigenlijk gebeurd is. Ik wachtte eind van de middag op een telefoontje van Anthe om haar op te halen uit de bioscoop. Ondertussen sprongen Maren en Mercedes op de trampoline buiten. Ik herinner me het roepen van Mercedes die binnen komt rennen. Maren’s gehuil in de verte. Als ik naar de trampoline ren blijkt Maren pijn in haar nek en bovenin haar rug te hebben. Ze mag niet bewegen van mij. Stil liggen. Ik bel Mark en hij zegt dat ik meteen een ambulance moet bellen. De tuinman weet, net als ik, niet wat het Mexicaanse alarmnummer is. Ik bel onze huiseigenaar. Meer dan een uur later komt er eindelijk een ambulance ons straatje in rijden. Maren ligt nog steeds in dezelfde houding op de trampoline. Ondertussen wel met dikke sokken aan, Mark’s vest over haar heen en een warm kleed. Het is pikkedonker achter in de tuin. Als we bewegen schiet er een buitenlamp aan die een paar minuten later weer dooft. Mark is ondertussen ook naar huis geracet. Het ambulancepersoneel doet Maren een kraag om en helpt haar behendig op de brancard. Mark rijdt met mijn Jeep naar het ziekenhuis en pikt Anthe onderweg op die al een uur buiten heeft zitten wachten. Mercedes en ik gaan met Maren mee in de ambulance. Aangekomen in het ziekenhuis staan Mercedes haar moeder en haar broers al te wachten. Maren krijgt röntgenfoto’s. Haar nekwerveltjes zijn iets verschoven. Haar schouderspieren zijn stijf en pijnlijk. Ze krijgt pijnstillers, een spierverslapper en ze moet de kraag nog vijf dagen om houden. Rond tien uur zijn we ’s avonds thuis. Zonder avondeten. Inden heeft op afstand erg meegeleefd. Veel telefoontjes en berichtjes. Ze had een logeerpartijtje. Maren is uitgeput die avond. Toch slaapt ze die nacht onrustig. Op haar rug met de kraag om. Zonder hoofdkussen. We zijn vooral heel dankbaar dat het zo goed is afgelopen. Ook opgelucht. Dat we zo’n crisis als gezin met elkaar hebben kunnen opvangen in het buitenland. Weliswaar met wat hulp van buren, collega’s en kennissen. Tóch hebben we dit klusje geklaard. Een gevoel van dankbaarheid overheerst.
dinsdag 10 februari 2015
Met de wind door onze haren
De aarde schuilt in een korrel zand, het heelal in een bloemblad puur, de oneindigheid in de palm van je hand en de eeuwigheid in een uur.
- William Blake
Het valt me elke keer weer op als we met de auto door México reizen. De auto-hotels langs de grote weg. Door heel Midden-Amerika trouwens. Met veelbelovende namen als ‘Het paradijs’ of ‘Casanova’. Zelfs in de meest verlaten dorpjes vind je een auto-hotel. Hier in Puebla ook. Het fenomeen wordt afgeschermd met een muur. Achter de poort zie je dat er parkeerplaatsen zijn met een gordijn ervoor. Je kunt er dus anoniem verblijven. Een uur, drie uur of een nacht. Het biedt koppels heel discreet wat privétijd samen. Het contact en de betaling verloopt via een piepklein loketje in de muur. “Waarom zijn er hier zoveel auto-hotels?” en “Wat is eigenlijk een auto-hotel?” zijn vragen die in mijn auto wel eens gesteld zijn. In Midden-Amerika leeft een familie vaak samen onder één dak. Een jong stel blijft lang thuis wonen. Opa woont ook in huis of een broer met zijn gezin. Er is weinig privacy thuis. Dunne slaapkamerwandjes. Privacy zoek je dan in een auto-hotel. Ik heb echter gehoord dat negentig procent van de mensen die tegenwoordig gebruik maken van een auto-hotel een buitenechtelijke relatie hebben. Dat is hier óók heel gewoon. Latino’s zijn macho. Ze moeten bewijzen dat ze echte mannen zijn. Veel seksuele veroveringen. Latino lover. Zolang je meerdere dames financieel kunt onderhouden wordt het eigenlijk wel geaccepteerd. Een nachtje in een auto-hotel kost tweehonderd pesos, twaalf euro. Tóch zie ik regelmatig auto’s op een doordeweekse ochtend het poortje binnen glippen.
Met de wind door onze haren galopperen we over het Mexicaanse strand. Mark, Inden en Maren galopperen naast me. Een filmisch decor. Mijn zitbotjes doen zeer van het hobbelen op het hardleren zadel. Mijn fotocamera springt op en neer op mijn rug. Ik lach. Ik kan niet stoppen met uitbundig lachen. De meiden ook. Het is zo´n vrij gevoel. Zo´n mooi gezicht om ze op hun paarden te zien. De wind door hun lange haren en hun mouwloze hemdjes. (zie ons fotoalbum) Dit is wat ze wilden. In het zadel springen en galopperen langs de kustlijn. En het is inderdaad heerlijk. We zijn een lang weekend aan de kust. In vier uur rijden (250 kilometer) zitten we aan de Golf van Mexico. Het strand is hier niet spierwit. Meer donker grijs. Er staan hier geen grote hotels aan de kust. Alleen wat eenvoudige hotelletjes. Een enkel hotel in een wat duurdere klasse. Nog steeds eenvoudig. Wel een zwembad en douches aan het strand. Een palapa van gedroogde palmbladeren met een enkel ligbedje eronder. Verdwaalde stukken drijfhout op het strand. Sommige aangespoelde brokken zijn prachtig. Aan de kustlijn liggen schelpen. De vorige keer had ik hier een sand dollar gevonden. Zo´n platte ronde witte schelp met een gaatje in het midden en prachtige motiefjes op de schelp. Deze keer vind ik er vijf als ik met Mark een strandwandeling maak. Er staan vissers in het water met netten. Met stukken vis erin vangen ze krabben. Emmers vol. Inden en Maren brengen hun tijd voornamelijk in het zwembad door. Mark en ik lezend. Anthe is voor het eerst niet bij ons. Voor het eerst zijn we met zijn viertjes weg. Het zal vaker gaan gebeuren. Anthe zit vlak voor haar eindexamens. Na dit weekend moet ze een paar werkstukken inleveren die opgestuurd zullen worden. Ze heeft daarbij internet nodig en op zo´n plek aan het strand ben je nooit verzekerd van internet. Het risico is te groot. Ze wilde thuis blijven om alles af te ronden. Achteraf gezien was dat maar goed ook. Hier is inderdaad nauwelijks internet. We hebben deze dagen allemaal wel een keer hardop gezegd dat we Anthe misten. Maar dit wordt óók onze toekomst. Reizen zonder haar. Anthe gaat meteen na haar eindexamen treinen door Europa. Ze viert haar zeventiende verjaardag dáár. Ze gaat daarna gelukkig wel een paar weken met ons mee naar Suriname voordat ze gaat studeren. Ze zal steeds meer haar eigen plan trekken. En wij ook.
Monte Gordo, 2 februari 2015
- William Blake
Het valt me elke keer weer op als we met de auto door México reizen. De auto-hotels langs de grote weg. Door heel Midden-Amerika trouwens. Met veelbelovende namen als ‘Het paradijs’ of ‘Casanova’. Zelfs in de meest verlaten dorpjes vind je een auto-hotel. Hier in Puebla ook. Het fenomeen wordt afgeschermd met een muur. Achter de poort zie je dat er parkeerplaatsen zijn met een gordijn ervoor. Je kunt er dus anoniem verblijven. Een uur, drie uur of een nacht. Het biedt koppels heel discreet wat privétijd samen. Het contact en de betaling verloopt via een piepklein loketje in de muur. “Waarom zijn er hier zoveel auto-hotels?” en “Wat is eigenlijk een auto-hotel?” zijn vragen die in mijn auto wel eens gesteld zijn. In Midden-Amerika leeft een familie vaak samen onder één dak. Een jong stel blijft lang thuis wonen. Opa woont ook in huis of een broer met zijn gezin. Er is weinig privacy thuis. Dunne slaapkamerwandjes. Privacy zoek je dan in een auto-hotel. Ik heb echter gehoord dat negentig procent van de mensen die tegenwoordig gebruik maken van een auto-hotel een buitenechtelijke relatie hebben. Dat is hier óók heel gewoon. Latino’s zijn macho. Ze moeten bewijzen dat ze echte mannen zijn. Veel seksuele veroveringen. Latino lover. Zolang je meerdere dames financieel kunt onderhouden wordt het eigenlijk wel geaccepteerd. Een nachtje in een auto-hotel kost tweehonderd pesos, twaalf euro. Tóch zie ik regelmatig auto’s op een doordeweekse ochtend het poortje binnen glippen.
Met de wind door onze haren galopperen we over het Mexicaanse strand. Mark, Inden en Maren galopperen naast me. Een filmisch decor. Mijn zitbotjes doen zeer van het hobbelen op het hardleren zadel. Mijn fotocamera springt op en neer op mijn rug. Ik lach. Ik kan niet stoppen met uitbundig lachen. De meiden ook. Het is zo´n vrij gevoel. Zo´n mooi gezicht om ze op hun paarden te zien. De wind door hun lange haren en hun mouwloze hemdjes. (zie ons fotoalbum) Dit is wat ze wilden. In het zadel springen en galopperen langs de kustlijn. En het is inderdaad heerlijk. We zijn een lang weekend aan de kust. In vier uur rijden (250 kilometer) zitten we aan de Golf van Mexico. Het strand is hier niet spierwit. Meer donker grijs. Er staan hier geen grote hotels aan de kust. Alleen wat eenvoudige hotelletjes. Een enkel hotel in een wat duurdere klasse. Nog steeds eenvoudig. Wel een zwembad en douches aan het strand. Een palapa van gedroogde palmbladeren met een enkel ligbedje eronder. Verdwaalde stukken drijfhout op het strand. Sommige aangespoelde brokken zijn prachtig. Aan de kustlijn liggen schelpen. De vorige keer had ik hier een sand dollar gevonden. Zo´n platte ronde witte schelp met een gaatje in het midden en prachtige motiefjes op de schelp. Deze keer vind ik er vijf als ik met Mark een strandwandeling maak. Er staan vissers in het water met netten. Met stukken vis erin vangen ze krabben. Emmers vol. Inden en Maren brengen hun tijd voornamelijk in het zwembad door. Mark en ik lezend. Anthe is voor het eerst niet bij ons. Voor het eerst zijn we met zijn viertjes weg. Het zal vaker gaan gebeuren. Anthe zit vlak voor haar eindexamens. Na dit weekend moet ze een paar werkstukken inleveren die opgestuurd zullen worden. Ze heeft daarbij internet nodig en op zo´n plek aan het strand ben je nooit verzekerd van internet. Het risico is te groot. Ze wilde thuis blijven om alles af te ronden. Achteraf gezien was dat maar goed ook. Hier is inderdaad nauwelijks internet. We hebben deze dagen allemaal wel een keer hardop gezegd dat we Anthe misten. Maar dit wordt óók onze toekomst. Reizen zonder haar. Anthe gaat meteen na haar eindexamen treinen door Europa. Ze viert haar zeventiende verjaardag dáár. Ze gaat daarna gelukkig wel een paar weken met ons mee naar Suriname voordat ze gaat studeren. Ze zal steeds meer haar eigen plan trekken. En wij ook.
Monte Gordo, 2 februari 2015
dinsdag 3 februari 2015
Heilig moment
Als je in staat bent om één ogenblik dankbaarheid te plaatsen voor de angst van je ego, creëer je een heilig moment.
- Gabrielle Bernstein
Als Susana, mijn yoga juf, vertelt over de plek waar we heen gaan in de bergen krijgt ze tranen in haar ogen. Kippenvel op haar armen. Zo’n veertig kilometer van ons huis, maar wel twee uur rijden, komen we met zes auto’s op de plek aan. Een kleine cabaña gelegen aan een riviertje met smeltwater. Gelegen tussen twee besneeuwde hooggebergten in. Op drieduizend kilometer hoogte. We zijn nog nooit zo dicht bij levende vulkaan Popo geweest. Hij puft steeds wat wolkjes maagdelijk wit stoom uit. We zien zijn boomgrens. Popo zelf is vijfduizend meter hoog. Vanuit het huisje waar we opgewarmd zijn bij de openhaard met thee of warme chocomel brengen we lopend een bezoek aan La Ermita del Silencio. (zie ons fotoalbum) Het lijkt alsof we naar een andere tijd en ruimte zijn vervoerd. Het is een mysterieus karakteristiek Franciscaans klooster. Verweven met Mexicaanse details. Fray Jerome, priester en oprichter van deze hermitage heeft de bouw bekostigt van een erfenis. Het is geen wonder dat er stilte heerst in deze plaats: alleen de wind die door de hoge toppen waait en het geluid van het vloeiende kristalheldere riviertje dat vlakbij stroomt zijn te horen. De uitgestrektheid van het boslandschap en de mystiek en energie gevormd door honderden mediterende bezoekers maken de kluizenaarsplek een plaats die uitnodigt tot een diepe en vredige stilte. Het uitzicht vanuit dit gebouw is adembenemend. Ik loop even bij de groep weg. Staar in de diepte. Luister naar het kabbelende beekje. Mark komt naast me zitten. Hij is de nacht ervoor thuis gekomen vanuit Portugal. We hebben elkaar een week niet gezien. Na de wandeling geeft Susana een yoga les naast de rivier. We beginnen dit keer andersom. Eerst een meditatie. Mark ligt op zijn rug te ontspannen. Als we allemaal alweer enige minuten oefeningen doen schieten Mark’s ogen open. Zijn jet lag speelt hem parten. Wat heerlijk dat dit kan. Als we na de les nogmaals ontspannen bij het geluid van de klankschalen sluit ik deze keer niet mijn ogen. Ik kijk omhoog. Ik zie de hoge dennenbomen. Ik zie de wolken voorbij drijven. Ik ben oprecht dankbaar voor dit moment. In het nu zijn. Het mogen zijn op zo’n prachtige plek in de natuur. Zo dicht bij een werkende vulkaan. Er zijn poema’s in dit beboste berggebied. Hoe dicht kun je bij de natuur zijn? Na een Mexicaanse lunch met verse forel uit de vijver rijden we door het goudgeelgekleurde landschap weer terug. De verdorde maisplanten worden in dit seizoen geoogst. We zien menig ezeltje met bossen op zijn rug langs de weg sjokken. De tijd staat hier stil. We laden onderweg onze achterbak nog vol met brandhout. We hebben onze batterij weer opgeladen. In de natuur.
Een berichtje over heimwee op mijn telefoon. Een van de vrouwen van mijn expat groep heeft enorm last van heimwee. Ze komt uit Argentinië en mist haar tango, haar huis, haar werk en familie. Ze woont sinds twee maanden in Puebla. We organiseren dezelfde week nog een gezamenlijk ontbijt en ontmoeten nog meer nieuwe buitenlandse vrouwen. Voor sommigen is het niet makkelijk om alles achter te laten en met hun man mee het buitenlandse avontuur in te stappen. Deze uitzending is voor ons de derde keer alweer. Ook een beetje de vierde, want we verhuisden ook nog eens van Massachusetts naar Alabama. Het is ook de langste. We zullen vier jaar weg blijven. Ik voel nu al dat México het moeilijkst zal zijn om achter te laten. Tijdens mijn beurt van het voorstelrondje tijdens het ontbijt spreek ik het uit naar de nieuwe vrouwen. Dat wij gelukkig zijn hier in México. Onze meiden zeggen nu al dat ze niet terug willen. Het doet me dagdromen over voorlopig helemaal niet terug te keren. Stel je eens voor? Wat als…? De meiden hebben hier zulke leuke vriendengroepen. Ze zijn gelukkig op school. Ik heb fijne vriendinnen hier. Wat krijgen we er straks voor terug? Uitdagingen met nieuwe scholen en een universiteit. Mark een nieuwe baan. Weldra wachten de verplichtingen weer zoals het onderhoud van ons huis. Reizen naar avontuurlijke gebieden wordt minder gewoon. Het is nu trouwens ook niet gewoon. Het vóelt nu ook zeker niet gewoon. Het voelt als een zegen om de auto in te stappen op weg naar onvergetelijke plekjes. Het bijna zorgeloze leven dat we hier hebben. Stel je eens voor. Wat als…?
- Gabrielle Bernstein
Als Susana, mijn yoga juf, vertelt over de plek waar we heen gaan in de bergen krijgt ze tranen in haar ogen. Kippenvel op haar armen. Zo’n veertig kilometer van ons huis, maar wel twee uur rijden, komen we met zes auto’s op de plek aan. Een kleine cabaña gelegen aan een riviertje met smeltwater. Gelegen tussen twee besneeuwde hooggebergten in. Op drieduizend kilometer hoogte. We zijn nog nooit zo dicht bij levende vulkaan Popo geweest. Hij puft steeds wat wolkjes maagdelijk wit stoom uit. We zien zijn boomgrens. Popo zelf is vijfduizend meter hoog. Vanuit het huisje waar we opgewarmd zijn bij de openhaard met thee of warme chocomel brengen we lopend een bezoek aan La Ermita del Silencio. (zie ons fotoalbum) Het lijkt alsof we naar een andere tijd en ruimte zijn vervoerd. Het is een mysterieus karakteristiek Franciscaans klooster. Verweven met Mexicaanse details. Fray Jerome, priester en oprichter van deze hermitage heeft de bouw bekostigt van een erfenis. Het is geen wonder dat er stilte heerst in deze plaats: alleen de wind die door de hoge toppen waait en het geluid van het vloeiende kristalheldere riviertje dat vlakbij stroomt zijn te horen. De uitgestrektheid van het boslandschap en de mystiek en energie gevormd door honderden mediterende bezoekers maken de kluizenaarsplek een plaats die uitnodigt tot een diepe en vredige stilte. Het uitzicht vanuit dit gebouw is adembenemend. Ik loop even bij de groep weg. Staar in de diepte. Luister naar het kabbelende beekje. Mark komt naast me zitten. Hij is de nacht ervoor thuis gekomen vanuit Portugal. We hebben elkaar een week niet gezien. Na de wandeling geeft Susana een yoga les naast de rivier. We beginnen dit keer andersom. Eerst een meditatie. Mark ligt op zijn rug te ontspannen. Als we allemaal alweer enige minuten oefeningen doen schieten Mark’s ogen open. Zijn jet lag speelt hem parten. Wat heerlijk dat dit kan. Als we na de les nogmaals ontspannen bij het geluid van de klankschalen sluit ik deze keer niet mijn ogen. Ik kijk omhoog. Ik zie de hoge dennenbomen. Ik zie de wolken voorbij drijven. Ik ben oprecht dankbaar voor dit moment. In het nu zijn. Het mogen zijn op zo’n prachtige plek in de natuur. Zo dicht bij een werkende vulkaan. Er zijn poema’s in dit beboste berggebied. Hoe dicht kun je bij de natuur zijn? Na een Mexicaanse lunch met verse forel uit de vijver rijden we door het goudgeelgekleurde landschap weer terug. De verdorde maisplanten worden in dit seizoen geoogst. We zien menig ezeltje met bossen op zijn rug langs de weg sjokken. De tijd staat hier stil. We laden onderweg onze achterbak nog vol met brandhout. We hebben onze batterij weer opgeladen. In de natuur.
Een berichtje over heimwee op mijn telefoon. Een van de vrouwen van mijn expat groep heeft enorm last van heimwee. Ze komt uit Argentinië en mist haar tango, haar huis, haar werk en familie. Ze woont sinds twee maanden in Puebla. We organiseren dezelfde week nog een gezamenlijk ontbijt en ontmoeten nog meer nieuwe buitenlandse vrouwen. Voor sommigen is het niet makkelijk om alles achter te laten en met hun man mee het buitenlandse avontuur in te stappen. Deze uitzending is voor ons de derde keer alweer. Ook een beetje de vierde, want we verhuisden ook nog eens van Massachusetts naar Alabama. Het is ook de langste. We zullen vier jaar weg blijven. Ik voel nu al dat México het moeilijkst zal zijn om achter te laten. Tijdens mijn beurt van het voorstelrondje tijdens het ontbijt spreek ik het uit naar de nieuwe vrouwen. Dat wij gelukkig zijn hier in México. Onze meiden zeggen nu al dat ze niet terug willen. Het doet me dagdromen over voorlopig helemaal niet terug te keren. Stel je eens voor? Wat als…? De meiden hebben hier zulke leuke vriendengroepen. Ze zijn gelukkig op school. Ik heb fijne vriendinnen hier. Wat krijgen we er straks voor terug? Uitdagingen met nieuwe scholen en een universiteit. Mark een nieuwe baan. Weldra wachten de verplichtingen weer zoals het onderhoud van ons huis. Reizen naar avontuurlijke gebieden wordt minder gewoon. Het is nu trouwens ook niet gewoon. Het vóelt nu ook zeker niet gewoon. Het voelt als een zegen om de auto in te stappen op weg naar onvergetelijke plekjes. Het bijna zorgeloze leven dat we hier hebben. Stel je eens voor. Wat als…?
maandag 26 januari 2015
Zuinig energielabel
Je concentreren op positieve dingen om je heen kan je helpen je meer verbonden te voelen met de wereld.
- Mary Brantley
Deze ochtend zijn veel grote wegen afgesloten in onze stad. Overal staat politie op straat. Elke vijftig meter staat er een politieauto met agenten er omheen. Ik heb net de meiden naar school gebracht. Nu kan ik nergens mijn auto parkeren. Ik wil naar het park om mijn route van vijf kilometer te wandelen. Na een paar rondjes vruchteloos rond gereden te hebben kom ik op het creatieve idee om mijn Jeep bij een gesloten winkelcentrum te zetten. Niet ver van het park. Ik wacht voor de entree. De vier meiden in de auto voor mij willen ook sporten en moeten praten als brugman om de parkeerplaats op te komen. Uiteindelijk verlaagt het mannetje zijn touw die hij voor de entree had gespannen. Ik rijd snel mee de parkeerplaats op. De man probeert mij van alles te vertellen. Ik doe net of ik hem niet begrijp. Als ik straks terug kom geef ik hem wel een fooi. Tijdens mijn wandeling van een uur zie ik onderweg honderden politiemannen. Als ze geen uniform aan hebben dan dragen ze wel een net zwart pak. Belangrijke meneren van de overheid. Verder een uitgestorven buurt. Terwijl ik verder wandel zie ik mobiele installaties met allerlei beveiligingscamera’s . Ik voel me ineens bespied. Er zijn nauwelijks gewone mensen buiten. Ook nauwelijks verkeer. Alles wordt tegengehouden. Wat ik wél zie zijn tientallen schoonmakers. Veel vegers .Veel mannetjes die de prullenbakken op straat legen. Ook mannen die de plantenbakken overdreven poetsen met een natte doek. Steeds meer politiewagens worden ondertussen geparkeerd. Ik mag hier kennelijk wel zijn, ook al voelt dat niet zo. Geen enkele politieman stuurt me weg. De eerste helikopter vliegt over. Nu herinner ik me het weer van vorig jaar! De gouverneur van de staat Puebla met zes miljoen inwoners - zeg maar een soort koning Willem-Alexander – heeft zijn belangrijke politieke vriendjes uitgenodigd. Ze komen met helikopters. De gouverneur wil pronken met onze stad. Hoe modern en schoon het hier het afgelopen jaar is geworden. Ik wandel natuurlijk op de route waar hij straks gaat paraderen. Ik haal mijn auto op. Betaal de jongen bij het touw en verdwijn snel in onze grote miljoenenstad.
Vanaf januari is het gestart. Elk koophuis in Nederland heeft een tijdelijk energielabel gekregen. Dit label ontvang je per post. Op je huisadres. Wij hebben een huis in Nederland. We hebben dus ook een tijdelijk energielabel. Wij verhuren ons huis echter. In de periode dat we in México wonen hebben we ons huis onlangs voor de derde (en laatste) keer verhuurd. Als je je huis na 1 januari 2015 verhuurt moet je een definitief energielabel aan de makelaar overleggen. Anders krijg je een boete van vierhonderd euro. Dus voordat de nieuwe huurders deze maand in ons huis gingen wonen hadden wij zo’n definitief label nodig. Aan de hand van een paar factoren, zoals het bouwjaar, schat de overheid de energiezuinigheid van je woning. Het is een indicatie. Onze indicatie was niet om over naar huis te schrijven. Ons huis is namelijk vooroorlogs. Via de website hebben we online het definitieve label een paar letters omhoog weten te krikken. Nog steeds niet indrukwekkend. Maar goed. Het was zóveel werk om alle tien jaar oude facturen van dakisolatie, HR-ketel, dubbel isolatieglas, isolatie onder de vloer en in de spouwmuur aan te tonen vanuit México dat we het zo maar even gelaten hebben. Als wij over anderhalf jaar terug keren naar Breda gaan we ons huis helemaal onder handen nemen. We kunnen de getroffen maatregelen dan eenvoudig in het label op laten nemen. Het label stimuleert ons zéker tot het treffen van besparende maatregelen. Ik denk aan het glas-in-lood in dubbelglas te laten zetten. Ik denk aan zonnepanelen op het dak. Ik denk aan een nieuwe HR++ ketel. Vooralsnog zijn we vooral heel dankbaar dat ons huis wederom voor lange periode verhuurd is.
- Mary Brantley
Deze ochtend zijn veel grote wegen afgesloten in onze stad. Overal staat politie op straat. Elke vijftig meter staat er een politieauto met agenten er omheen. Ik heb net de meiden naar school gebracht. Nu kan ik nergens mijn auto parkeren. Ik wil naar het park om mijn route van vijf kilometer te wandelen. Na een paar rondjes vruchteloos rond gereden te hebben kom ik op het creatieve idee om mijn Jeep bij een gesloten winkelcentrum te zetten. Niet ver van het park. Ik wacht voor de entree. De vier meiden in de auto voor mij willen ook sporten en moeten praten als brugman om de parkeerplaats op te komen. Uiteindelijk verlaagt het mannetje zijn touw die hij voor de entree had gespannen. Ik rijd snel mee de parkeerplaats op. De man probeert mij van alles te vertellen. Ik doe net of ik hem niet begrijp. Als ik straks terug kom geef ik hem wel een fooi. Tijdens mijn wandeling van een uur zie ik onderweg honderden politiemannen. Als ze geen uniform aan hebben dan dragen ze wel een net zwart pak. Belangrijke meneren van de overheid. Verder een uitgestorven buurt. Terwijl ik verder wandel zie ik mobiele installaties met allerlei beveiligingscamera’s . Ik voel me ineens bespied. Er zijn nauwelijks gewone mensen buiten. Ook nauwelijks verkeer. Alles wordt tegengehouden. Wat ik wél zie zijn tientallen schoonmakers. Veel vegers .Veel mannetjes die de prullenbakken op straat legen. Ook mannen die de plantenbakken overdreven poetsen met een natte doek. Steeds meer politiewagens worden ondertussen geparkeerd. Ik mag hier kennelijk wel zijn, ook al voelt dat niet zo. Geen enkele politieman stuurt me weg. De eerste helikopter vliegt over. Nu herinner ik me het weer van vorig jaar! De gouverneur van de staat Puebla met zes miljoen inwoners - zeg maar een soort koning Willem-Alexander – heeft zijn belangrijke politieke vriendjes uitgenodigd. Ze komen met helikopters. De gouverneur wil pronken met onze stad. Hoe modern en schoon het hier het afgelopen jaar is geworden. Ik wandel natuurlijk op de route waar hij straks gaat paraderen. Ik haal mijn auto op. Betaal de jongen bij het touw en verdwijn snel in onze grote miljoenenstad.
Vanaf januari is het gestart. Elk koophuis in Nederland heeft een tijdelijk energielabel gekregen. Dit label ontvang je per post. Op je huisadres. Wij hebben een huis in Nederland. We hebben dus ook een tijdelijk energielabel. Wij verhuren ons huis echter. In de periode dat we in México wonen hebben we ons huis onlangs voor de derde (en laatste) keer verhuurd. Als je je huis na 1 januari 2015 verhuurt moet je een definitief energielabel aan de makelaar overleggen. Anders krijg je een boete van vierhonderd euro. Dus voordat de nieuwe huurders deze maand in ons huis gingen wonen hadden wij zo’n definitief label nodig. Aan de hand van een paar factoren, zoals het bouwjaar, schat de overheid de energiezuinigheid van je woning. Het is een indicatie. Onze indicatie was niet om over naar huis te schrijven. Ons huis is namelijk vooroorlogs. Via de website hebben we online het definitieve label een paar letters omhoog weten te krikken. Nog steeds niet indrukwekkend. Maar goed. Het was zóveel werk om alle tien jaar oude facturen van dakisolatie, HR-ketel, dubbel isolatieglas, isolatie onder de vloer en in de spouwmuur aan te tonen vanuit México dat we het zo maar even gelaten hebben. Als wij over anderhalf jaar terug keren naar Breda gaan we ons huis helemaal onder handen nemen. We kunnen de getroffen maatregelen dan eenvoudig in het label op laten nemen. Het label stimuleert ons zéker tot het treffen van besparende maatregelen. Ik denk aan het glas-in-lood in dubbelglas te laten zetten. Ik denk aan zonnepanelen op het dak. Ik denk aan een nieuwe HR++ ketel. Vooralsnog zijn we vooral heel dankbaar dat ons huis wederom voor lange periode verhuurd is.
zondag 18 januari 2015
Timeless tattoo shop
Bij de tao draait alles om het vermogen het geschikte ogenblik voor iets te bepalen.
- Deng Ming-Dao
Met angstige grote blauwe ogen kijkt ze in het niets. Ver weg. Ze is even niet hier bij ons. Ze is even niet in de tattooshop. Ze zit even niet op de hoge stoel naast de naald en de twee nieuwe oorbelletjes. Onze dochters kregen relatief laat oorbelletjes in hun oren. Anthe was twaalf jaar toen ze op het idee van oorbelletjes kwam. Haar jongere zusje kreeg namelijk op haar tiende verjaardag gaatjes in haar oren. Maren moest van ons ook tot haar tiende verjaardag wachten om te beslissen of ze gaatjes in haar oorlellen wilde. En of ze dat wilde! Ze heeft niet alleen de nachtjes afgeteld, ook de weken, de maanden en zelfs de jaren. Hier in México krijgen alle meisjes op de dag van hun geboorte gaatjes. Je kunt hier dus niet – zoals in Nederland – bij de juwelier gaatjes laten zetten. Dus had ik gezocht naar een winkel die piercings zet. We kwamen terecht in het schemer circuit van piercings en tattoos. In mijn gedachten zag ik een grote man met leren broek, klein baardje en veel tattoos en piercings op zijn lijf voor me. Opkijkend naar mij terwijl hij ondertussen iemands rug aan het versieren was met inkt. Maren stond te trappelen van ongeduld om te gaan. Ik wilde echter tot het weekend wachten zodat haar vader erbij kon zijn. Ik zag mezelf niet in mijn uppie met Maren in een duistere tattooshop staan. Allereerst werden we die zaterdagochtend op zoek naar de tattooshop aangehouden door de politie. Mark nam een bocht waar het kennelijk niet mocht. Vierentwintig euro boete. De aanhouding bleek vlak voor de tattooshop te zijn. Deze winkel zag er overigens netjes uit met een zithoek om te wachten, een balie en een ruimte met spiegel waar mensen getatoeëerd werden. Op de salontafel stonden twee houten klompen die mij meteen opvielen. Hollandse houten klompen. Het bleken gewonnen tattooprijzen te zijn uit Amsterdam. Amsterdam bekend op zijn coffee- en tattooshops. Maren mocht oorbellen uitzoeken in de vitrine en plaats nemen op de hoge stoel. Waar aan de ene kant de gedesinfecteerde naald en oorbellen al klaar lagen en aan de andere kant een man voorover gebogen zat omdat zijn rug getatoeëerd werd. In plaats van met een pistooltje werden de gaatje in haar oorlellen geprikt met een naald. Prima. Maren gaf geen kik, wel natte zweethandjes en grote bange kijkers. Tevreden bedankten we de overigens heel normaal uitziende man die ons hielp. Zijn collega was echter precies de man uit mijn fantasie. Raar klein baardje op zijn kin, piercings in zijn wenkbrauwen, lip en neusvleugels. Zijn nek en stevige armen, uitstekend uit zijn mouwloos T-shirt, vol gekalkt met tattoos.
Vier boeken uit gelezen in een maand. Met elkaar voor de TV hangen. Knutseltijd voor de meiden. Puzzelen. Dit is het mooie voortvloeisel van een maand geen internet in huis. Ik merkte dat ik veel meer tijd had voor mezelf. Ik las weer boeken. De meiden schilderden heel wat af aan tafel. Ze schilderden op nummer. Ze schilderen houten laatjes voor op hun bureau. Ze schilderden op een doek. We hadden in huis weer muziek aan. Anthe puzzelde elke dag. We keken ’s avonds gezellig samen naar dezelfde series op TV. We moesten wel. Niemand kon zich terug trekken met een laptop. Omdat de kachel het ook al bijna twee maanden niet doet is de warmste plek in huis de huiskamer met openhaard. De poezen zitten er ook bij. We hebben speciaal een schapenvel gekocht om voor de openhaard te liggen. Op de grond. Kaarsen aan. Dit is het dromerige plaatje. De realiteit was echter óók dat we vrijwel om de dag bij Starbucks of Italian Coffee Company zaten om huiswerk te maken, financiën te doen, e-mail te checken en WhatsAppjes te ontvangen. Internet buiten de deur kostte me onderhand een fortuin aan Frappucino’s, Te Chai en Caffè Mocha’s. We wilden wel weer eens lekker onze eigen series kijken. Alleen. De innerlijke onrust was echter snel weg geëbd. Elke week twee of drie keer naar het kantoor van Telmex om te klagen werd vervelend. Het bijna smeken aan de telefoon of de monteur vandaag kon komen, ook. Het eeuwig wachten op afspraken die niet nagekomen werden was ook niet leuk. En dan opeens…staat er een legertje Telmex mannen voor onze deur. Er is hoop. Een week later horen we dat ze de schade niet kunnen herstellen. Domper. Weer een paar dagen later belt een manager me in de avond dat ze nog één keer willen komen. De volgende dag gebeurt er een wonder. We hebben weer internet en telefoon!
- Deng Ming-Dao
Met angstige grote blauwe ogen kijkt ze in het niets. Ver weg. Ze is even niet hier bij ons. Ze is even niet in de tattooshop. Ze zit even niet op de hoge stoel naast de naald en de twee nieuwe oorbelletjes. Onze dochters kregen relatief laat oorbelletjes in hun oren. Anthe was twaalf jaar toen ze op het idee van oorbelletjes kwam. Haar jongere zusje kreeg namelijk op haar tiende verjaardag gaatjes in haar oren. Maren moest van ons ook tot haar tiende verjaardag wachten om te beslissen of ze gaatjes in haar oorlellen wilde. En of ze dat wilde! Ze heeft niet alleen de nachtjes afgeteld, ook de weken, de maanden en zelfs de jaren. Hier in México krijgen alle meisjes op de dag van hun geboorte gaatjes. Je kunt hier dus niet – zoals in Nederland – bij de juwelier gaatjes laten zetten. Dus had ik gezocht naar een winkel die piercings zet. We kwamen terecht in het schemer circuit van piercings en tattoos. In mijn gedachten zag ik een grote man met leren broek, klein baardje en veel tattoos en piercings op zijn lijf voor me. Opkijkend naar mij terwijl hij ondertussen iemands rug aan het versieren was met inkt. Maren stond te trappelen van ongeduld om te gaan. Ik wilde echter tot het weekend wachten zodat haar vader erbij kon zijn. Ik zag mezelf niet in mijn uppie met Maren in een duistere tattooshop staan. Allereerst werden we die zaterdagochtend op zoek naar de tattooshop aangehouden door de politie. Mark nam een bocht waar het kennelijk niet mocht. Vierentwintig euro boete. De aanhouding bleek vlak voor de tattooshop te zijn. Deze winkel zag er overigens netjes uit met een zithoek om te wachten, een balie en een ruimte met spiegel waar mensen getatoeëerd werden. Op de salontafel stonden twee houten klompen die mij meteen opvielen. Hollandse houten klompen. Het bleken gewonnen tattooprijzen te zijn uit Amsterdam. Amsterdam bekend op zijn coffee- en tattooshops. Maren mocht oorbellen uitzoeken in de vitrine en plaats nemen op de hoge stoel. Waar aan de ene kant de gedesinfecteerde naald en oorbellen al klaar lagen en aan de andere kant een man voorover gebogen zat omdat zijn rug getatoeëerd werd. In plaats van met een pistooltje werden de gaatje in haar oorlellen geprikt met een naald. Prima. Maren gaf geen kik, wel natte zweethandjes en grote bange kijkers. Tevreden bedankten we de overigens heel normaal uitziende man die ons hielp. Zijn collega was echter precies de man uit mijn fantasie. Raar klein baardje op zijn kin, piercings in zijn wenkbrauwen, lip en neusvleugels. Zijn nek en stevige armen, uitstekend uit zijn mouwloos T-shirt, vol gekalkt met tattoos.
Vier boeken uit gelezen in een maand. Met elkaar voor de TV hangen. Knutseltijd voor de meiden. Puzzelen. Dit is het mooie voortvloeisel van een maand geen internet in huis. Ik merkte dat ik veel meer tijd had voor mezelf. Ik las weer boeken. De meiden schilderden heel wat af aan tafel. Ze schilderden op nummer. Ze schilderen houten laatjes voor op hun bureau. Ze schilderden op een doek. We hadden in huis weer muziek aan. Anthe puzzelde elke dag. We keken ’s avonds gezellig samen naar dezelfde series op TV. We moesten wel. Niemand kon zich terug trekken met een laptop. Omdat de kachel het ook al bijna twee maanden niet doet is de warmste plek in huis de huiskamer met openhaard. De poezen zitten er ook bij. We hebben speciaal een schapenvel gekocht om voor de openhaard te liggen. Op de grond. Kaarsen aan. Dit is het dromerige plaatje. De realiteit was echter óók dat we vrijwel om de dag bij Starbucks of Italian Coffee Company zaten om huiswerk te maken, financiën te doen, e-mail te checken en WhatsAppjes te ontvangen. Internet buiten de deur kostte me onderhand een fortuin aan Frappucino’s, Te Chai en Caffè Mocha’s. We wilden wel weer eens lekker onze eigen series kijken. Alleen. De innerlijke onrust was echter snel weg geëbd. Elke week twee of drie keer naar het kantoor van Telmex om te klagen werd vervelend. Het bijna smeken aan de telefoon of de monteur vandaag kon komen, ook. Het eeuwig wachten op afspraken die niet nagekomen werden was ook niet leuk. En dan opeens…staat er een legertje Telmex mannen voor onze deur. Er is hoop. Een week later horen we dat ze de schade niet kunnen herstellen. Domper. Weer een paar dagen later belt een manager me in de avond dat ze nog één keer willen komen. De volgende dag gebeurt er een wonder. We hebben weer internet en telefoon!
zondag 11 januari 2015
Ayurvedisch
Winter, met zijn kale bomen en lege velden, zijn kou en duisternis, is geen stilstand maar voorbereiding.
- Lisette Thooft
Een dik pak sneeuw was er de eerste nacht, na thuiskomst van onze strandreis, gevallen. Niet in onze stad, maar op vulkaan Popo en de bergen ernaast. Prachtig om te aanschouwen. Een koude wind waaide door de stad. De eerste nacht en dag thuis in Puebla zijn we verkleumd. Onze kachel deed het niet. (en nog steeds niet trouwens) Open haard dan maar. Na twee weken bikini en strandjurk moest mijn lijf weer verstopt worden onder een spijkerbroek, warm vest en Uggs. Onze relaxte ontbijtjes op blote voetjes op een buitenterras werden vervangen door ontbijtjes in warme badjas over pyjama en dikke sokken. Wat gebleven is is echter de gezonde manier van ontbijten. In onze laatste vakantieweek kregen we organische ontbijtjes voorgeschoteld. Verse sinaasappelsap met een vleugje gember. Verrukkelijke combinatie. In dit seizoen ook heel goed, omdat het je weerstand verhoogt en je lijf verwarmt van binnenuit. Je menu aanpassen aan de seizoenen is sowieso heel gezond. Ik doe zelf altijd wat plakjes verse gember in mijn thee. Nu dus ook een plakje door de knoflookpers in de dagelijkse verse sap. Bij elk bord vers geplukt fruit lag daar altijd een handje gedroogde cranberries. Zo zoet. Thuis meteen een zak van deze gedroogde bessen in huis gehaald. Ze serveerden daar in de jungle ook de meest heerlijke pure, suikervrije marmelades van tropische vruchten. Zelfgemaakt van passievrucht, guave of stervrucht. Ik heb drie potten jam mee naar huis genomen. Voor op mijn geroosterde volgranen boterhammetjes. Verantwoord smullen. We dronken daar verse citroengrasthee of verse muntthee. Dat doe ik hier thuis eigenlijk ook al heel lang. Ook verse kaneelthee. Je bent wat je eet, zegt de oude Indiase gezondheidsleer ayurveda. Eet iedere dag vers en het liefst biologisch. Door je menu aan te passen aan de seizoenen breng je de veranderende energiebalans weer terug in balans. Ook al lijkt het misschien van niet, maar ook in dit deel van México hebben we seizoenen. Het droge, frisse seizoen en het natte, warme seizoen. Elk met zijn eigen vruchten. We hebben net de Chinese granaatappels achter de rug. Gele beetje harde vruchten waar heel veel slijmerig zoet zaad in zit. Die slurp je eruit zoals bij een oester. Vijgen-, mango- en guayabaseizoen is ook alweer voorbij. Papaja’s, ananas en meloenen zijn er echter het hele jaar door. Soms vraag ik aan de groenteboer wat het voor vrucht is wat er weer volop in de schappen ligt. Hoe ik het moet eten, zonder of met schil, en hoe ik zie of ruik of het rijp is. Ik eet liever tropisch fruit dan gewoon fruit. Ik houd namelijk niet zo van fruit. Hier smaakt het fruit verser en is voller van smaak. Mijn groenteboertje krijgt alles rechtstreeks van de boer geleverd. In Nederland ligt een onrijpe mango al weken op een vrachtschip voordat het in een supermarkt te koop wordt aangeboden. Vaak net niet rijp en niet zo zoet door het gemis van de warme tropische zon. Daarom geniet ik hier toch maar van het tropische seizoen fruit. Heel ayurvedisch.
Ons dochtertje is een tiener geworden. (zie ons fotoalbum) Gevangen tussen kind en volwassenheid. Dat ze gaat puberen merkten we toen we als gezin twee weken ontspannen met elkaar doorbrachten aan zee. Ze stelt zich niet meer altijd soepel op zoals we van haar gewend zijn. Ons derde kind dat zich vanaf haar eerste dag flexibel moest opstellen in ons gezin. Het was immers al een jong gezin met een druk programma. Maren werd als baby’tje van zwemles naar judoles gesleept. Haar slaapjes pasten zich moeiteloos aan de schooltijden van haar zussen aan. Ze is altijd een heel makkelijk en meegaand kind geweest. De laatste weken kijken Mark en ik elkaar soms aan. ‘Wat gebeurt er hier?’ wisselen onze blikken uit. Pubertijd. Maren gooide onlangs haar kont tegen de krib toen ze aan het zwembad met mij Nederlandse Cito-toetsen moest maken. Ze volgt reeds anderhalf jaar Nederlandse les via de Wereldschool. Ik ben haar juf. Nooit heb ik haar horen nukken. Trots was ik op haar welwillendheid. Stiekem dacht ik dat ze ook wel genoot van de uurtjes samen. Dwars kan ze zijn. Toen we op Oudejaarsavond aan tafel schoven in de jungle. Feestelijke hoedjes en toeters op tafel. We kregen een uitgebreid diner en Maren trok zich steeds meer terug. Ze was nukkig, wilde niet zeggen wat haar dwars zat. Haar gezicht sprak boekdelen. Vrij vlot kon haar zus er gelukkig achter komen wat de reden was. Maren miste aansluiting. Het gespreksonderwerp die avond was nog te volwassen voor haar. Maren wordt groot in lengte en weet steeds beter wat ze wil. En vooral wat ze niet wil. Ze begint zich een piepklein beetje los te maken van ons. Een mening. Tien jaar oud nu. Een gezonde puber. We kennen de slagen van de zweep ondertussen.
- Lisette Thooft
Een dik pak sneeuw was er de eerste nacht, na thuiskomst van onze strandreis, gevallen. Niet in onze stad, maar op vulkaan Popo en de bergen ernaast. Prachtig om te aanschouwen. Een koude wind waaide door de stad. De eerste nacht en dag thuis in Puebla zijn we verkleumd. Onze kachel deed het niet. (en nog steeds niet trouwens) Open haard dan maar. Na twee weken bikini en strandjurk moest mijn lijf weer verstopt worden onder een spijkerbroek, warm vest en Uggs. Onze relaxte ontbijtjes op blote voetjes op een buitenterras werden vervangen door ontbijtjes in warme badjas over pyjama en dikke sokken. Wat gebleven is is echter de gezonde manier van ontbijten. In onze laatste vakantieweek kregen we organische ontbijtjes voorgeschoteld. Verse sinaasappelsap met een vleugje gember. Verrukkelijke combinatie. In dit seizoen ook heel goed, omdat het je weerstand verhoogt en je lijf verwarmt van binnenuit. Je menu aanpassen aan de seizoenen is sowieso heel gezond. Ik doe zelf altijd wat plakjes verse gember in mijn thee. Nu dus ook een plakje door de knoflookpers in de dagelijkse verse sap. Bij elk bord vers geplukt fruit lag daar altijd een handje gedroogde cranberries. Zo zoet. Thuis meteen een zak van deze gedroogde bessen in huis gehaald. Ze serveerden daar in de jungle ook de meest heerlijke pure, suikervrije marmelades van tropische vruchten. Zelfgemaakt van passievrucht, guave of stervrucht. Ik heb drie potten jam mee naar huis genomen. Voor op mijn geroosterde volgranen boterhammetjes. Verantwoord smullen. We dronken daar verse citroengrasthee of verse muntthee. Dat doe ik hier thuis eigenlijk ook al heel lang. Ook verse kaneelthee. Je bent wat je eet, zegt de oude Indiase gezondheidsleer ayurveda. Eet iedere dag vers en het liefst biologisch. Door je menu aan te passen aan de seizoenen breng je de veranderende energiebalans weer terug in balans. Ook al lijkt het misschien van niet, maar ook in dit deel van México hebben we seizoenen. Het droge, frisse seizoen en het natte, warme seizoen. Elk met zijn eigen vruchten. We hebben net de Chinese granaatappels achter de rug. Gele beetje harde vruchten waar heel veel slijmerig zoet zaad in zit. Die slurp je eruit zoals bij een oester. Vijgen-, mango- en guayabaseizoen is ook alweer voorbij. Papaja’s, ananas en meloenen zijn er echter het hele jaar door. Soms vraag ik aan de groenteboer wat het voor vrucht is wat er weer volop in de schappen ligt. Hoe ik het moet eten, zonder of met schil, en hoe ik zie of ruik of het rijp is. Ik eet liever tropisch fruit dan gewoon fruit. Ik houd namelijk niet zo van fruit. Hier smaakt het fruit verser en is voller van smaak. Mijn groenteboertje krijgt alles rechtstreeks van de boer geleverd. In Nederland ligt een onrijpe mango al weken op een vrachtschip voordat het in een supermarkt te koop wordt aangeboden. Vaak net niet rijp en niet zo zoet door het gemis van de warme tropische zon. Daarom geniet ik hier toch maar van het tropische seizoen fruit. Heel ayurvedisch.
Ons dochtertje is een tiener geworden. (zie ons fotoalbum) Gevangen tussen kind en volwassenheid. Dat ze gaat puberen merkten we toen we als gezin twee weken ontspannen met elkaar doorbrachten aan zee. Ze stelt zich niet meer altijd soepel op zoals we van haar gewend zijn. Ons derde kind dat zich vanaf haar eerste dag flexibel moest opstellen in ons gezin. Het was immers al een jong gezin met een druk programma. Maren werd als baby’tje van zwemles naar judoles gesleept. Haar slaapjes pasten zich moeiteloos aan de schooltijden van haar zussen aan. Ze is altijd een heel makkelijk en meegaand kind geweest. De laatste weken kijken Mark en ik elkaar soms aan. ‘Wat gebeurt er hier?’ wisselen onze blikken uit. Pubertijd. Maren gooide onlangs haar kont tegen de krib toen ze aan het zwembad met mij Nederlandse Cito-toetsen moest maken. Ze volgt reeds anderhalf jaar Nederlandse les via de Wereldschool. Ik ben haar juf. Nooit heb ik haar horen nukken. Trots was ik op haar welwillendheid. Stiekem dacht ik dat ze ook wel genoot van de uurtjes samen. Dwars kan ze zijn. Toen we op Oudejaarsavond aan tafel schoven in de jungle. Feestelijke hoedjes en toeters op tafel. We kregen een uitgebreid diner en Maren trok zich steeds meer terug. Ze was nukkig, wilde niet zeggen wat haar dwars zat. Haar gezicht sprak boekdelen. Vrij vlot kon haar zus er gelukkig achter komen wat de reden was. Maren miste aansluiting. Het gespreksonderwerp die avond was nog te volwassen voor haar. Maren wordt groot in lengte en weet steeds beter wat ze wil. En vooral wat ze niet wil. Ze begint zich een piepklein beetje los te maken van ons. Een mening. Tien jaar oud nu. Een gezonde puber. We kennen de slagen van de zweep ondertussen.
vrijdag 2 januari 2015
It was us!
The sea, once it casts its spell, holds one in its net of wonder forever.
- Jacques Yves Cousteau
“It was us!” zei gids Noe tegen mij op de boot. Een paar uur eerder op de kade vroeg ik hem of we op zoek gingen naar walvissen. Hij sprak staand, vanaf een bankje aan de wal, onze groep passagiers toe. Hij repte geen woord over walvissen. Wij hadden deze boottocht voornamelijk geboekt vanwege de walvissen. Natuurlijk is een middag op een bounty eiland aantrekkelijk. Zelf zocht ik meer het avontuur in de grote walvissen zoektocht. De bultrug walvissen zwemmen, paren en baren hun jongen hier vanwege het warme zeewater. Ik stapte uit de rij wachtenden en sprak Noe aan. “We gaan toch zeker walvissen zoeken?” vroeg ik hem. Mark en de meiden zuchtten al bij voorbaat toen ik de rij uitstapte. Noe antwoordde echter dat we een kleine omweg zouden kunnen maken in de hoop een walvis te zien. “Maar...”, zei hij ”gisteren had ik ook geen walvis gezien.” “Let´s keep our fingers crossed then” zei ik hem en we hielden allebei onze vingers gekruist tegen elkaar. En óf we walvissen tegen kwamen! We kregen een hele show van mannetjes die uit het water sprongen met hun imponerende lijf en die met hun typische zwarte staarten spatten. Prachtig en zeer indrukwekkend. Ik was zo dankbaar. Tranen in mijn ogen. Noe kwam naar me toe. “It was us!” riep hij opgetogen. Ik denk dat ook graag. Mark bevestigde dat als ik op de kade niet uit de rij gestapt was, we niet op jacht waren gegaan. Wie weet. Ik herinner me nog levendig dat we dezelfde bultrug walvissen in New England gezien hadden. Ze zwemmen namelijk elk jaar van Canada naar México. Op die dag in juli, zo´n vijftien jaar geleden, namen we peuter Anthe mee op een zeeboot. Toen de walvis met onze boot ging flirten riep Anthe opgewonden “Grote vis! Grote vis!” als hij weer een sprong maakte. Ik was hoogzwanger van Inden. Ik rende van de ene kant van de boot naar de andere met mijn camera in de hand. De walvis zwom rakelings langs onze boot. Je kon de schelpen rondom zijn bek gehecht, tellen. Hij zwom ook heel speels onder onze boot door. En ik maar hobbelen met mijn zware buik. De zonnige middag die hier in México volgde op strand Las Caletas was heerlijk. Opgewacht door een lunchbuffet en daarna een fotomoment in het junglegroen met een papagaai, slang, aap of een valk. Kayakken, op een boogieboard peddelen, snorkelen, in een opblaasbare band dobberen of op een vlonder op de golven wiegen. Best paradijselijk. Vooral met de gezegende ontmoeting met de bultrug walvissen in mijn zak!
Op de laatste vroege ochtend van 2014 vertrekken Mark en ik saampjes achter in de laadbak van een oude truck. We rijden een stukje de bergen in. Na het klimmen over zanderige paden stopt de truck en horen we de eerste papegaaien. In de bomen, rondom hun nesten, zien we de prachtig felgekleurde vogels. Hun typische kleuren zoals rood, blauw, groen en geel vallen goed op in het gebladerte van de jungle. Het tweede deel van onze reis logeren we hier aan de rand van de jungle. Niet eens zo ver van de kust. Aan een rivier. Ruim een uur rijden van kustplaats Puerto Vallarta. De eigenaresse kookt elke dag organisch voor ons. Er hoort een organische boerderij bij ons villa-hotel. Alle desserts, jam en fruitdrankjes zijn puur en suikervrij. Heerlijk. Genieten. Vanuit dit plekje rijden we door de bergen naar een maagdelijk wit en verlaten strand. Óf we pakken de watertaxi van Diario die ons naar een mooi strandje brengt. Een keer worden we met een lancha op het strand afgezet en lopen we omhoog. Een paar riviertjes doorstekend tot aan een waterval. Daar waden we in de koude lagoon tussen de visjes. Alleen. Terug op het strand lopen we een klein stukje bij de pier vandaan en komen we terecht bij een eenvoudige restaurantje aan het strand. Een middag loom onder een parasolletje. Een kayak die Mark en Maren mochten gebruiken op zee. Een andere keer zijn we op een kilometers lang spierwit strand waar nauwelijks mensen komen. Waar wat tentjes onder rieten afdakjes staan waar verdwaalde hippies overnachten. We eten kokosgarnalen of gefrituurde vis met taco´s en drinken limoenwater. Junglegroen tot aan het strand. Ik vind dat het mooiste wat de natuur ons kan geven. Tropisch groen gebergte reikend tot aan het maagdelijk witte strand. Smaragdgroen zeewater. Een dramatisch kleurspel. México kent onwaarschijnlijk veel magische pittoreske plekjes. Wat een voorrecht om juist hier met je gezin het oude jaar te mogen uitluiden. Drijvend op de golven vooruit starend op de ruige Sierra Madre achter het lege strand. Geluk voelen. Dit gevoel proberen vast te houden in het nieuwe jaar. Net als mijn nieuwe bruine kleurtje.
Puerto Vallarta – 31 december 2014
- Jacques Yves Cousteau
“It was us!” zei gids Noe tegen mij op de boot. Een paar uur eerder op de kade vroeg ik hem of we op zoek gingen naar walvissen. Hij sprak staand, vanaf een bankje aan de wal, onze groep passagiers toe. Hij repte geen woord over walvissen. Wij hadden deze boottocht voornamelijk geboekt vanwege de walvissen. Natuurlijk is een middag op een bounty eiland aantrekkelijk. Zelf zocht ik meer het avontuur in de grote walvissen zoektocht. De bultrug walvissen zwemmen, paren en baren hun jongen hier vanwege het warme zeewater. Ik stapte uit de rij wachtenden en sprak Noe aan. “We gaan toch zeker walvissen zoeken?” vroeg ik hem. Mark en de meiden zuchtten al bij voorbaat toen ik de rij uitstapte. Noe antwoordde echter dat we een kleine omweg zouden kunnen maken in de hoop een walvis te zien. “Maar...”, zei hij ”gisteren had ik ook geen walvis gezien.” “Let´s keep our fingers crossed then” zei ik hem en we hielden allebei onze vingers gekruist tegen elkaar. En óf we walvissen tegen kwamen! We kregen een hele show van mannetjes die uit het water sprongen met hun imponerende lijf en die met hun typische zwarte staarten spatten. Prachtig en zeer indrukwekkend. Ik was zo dankbaar. Tranen in mijn ogen. Noe kwam naar me toe. “It was us!” riep hij opgetogen. Ik denk dat ook graag. Mark bevestigde dat als ik op de kade niet uit de rij gestapt was, we niet op jacht waren gegaan. Wie weet. Ik herinner me nog levendig dat we dezelfde bultrug walvissen in New England gezien hadden. Ze zwemmen namelijk elk jaar van Canada naar México. Op die dag in juli, zo´n vijftien jaar geleden, namen we peuter Anthe mee op een zeeboot. Toen de walvis met onze boot ging flirten riep Anthe opgewonden “Grote vis! Grote vis!” als hij weer een sprong maakte. Ik was hoogzwanger van Inden. Ik rende van de ene kant van de boot naar de andere met mijn camera in de hand. De walvis zwom rakelings langs onze boot. Je kon de schelpen rondom zijn bek gehecht, tellen. Hij zwom ook heel speels onder onze boot door. En ik maar hobbelen met mijn zware buik. De zonnige middag die hier in México volgde op strand Las Caletas was heerlijk. Opgewacht door een lunchbuffet en daarna een fotomoment in het junglegroen met een papagaai, slang, aap of een valk. Kayakken, op een boogieboard peddelen, snorkelen, in een opblaasbare band dobberen of op een vlonder op de golven wiegen. Best paradijselijk. Vooral met de gezegende ontmoeting met de bultrug walvissen in mijn zak!
Op de laatste vroege ochtend van 2014 vertrekken Mark en ik saampjes achter in de laadbak van een oude truck. We rijden een stukje de bergen in. Na het klimmen over zanderige paden stopt de truck en horen we de eerste papegaaien. In de bomen, rondom hun nesten, zien we de prachtig felgekleurde vogels. Hun typische kleuren zoals rood, blauw, groen en geel vallen goed op in het gebladerte van de jungle. Het tweede deel van onze reis logeren we hier aan de rand van de jungle. Niet eens zo ver van de kust. Aan een rivier. Ruim een uur rijden van kustplaats Puerto Vallarta. De eigenaresse kookt elke dag organisch voor ons. Er hoort een organische boerderij bij ons villa-hotel. Alle desserts, jam en fruitdrankjes zijn puur en suikervrij. Heerlijk. Genieten. Vanuit dit plekje rijden we door de bergen naar een maagdelijk wit en verlaten strand. Óf we pakken de watertaxi van Diario die ons naar een mooi strandje brengt. Een keer worden we met een lancha op het strand afgezet en lopen we omhoog. Een paar riviertjes doorstekend tot aan een waterval. Daar waden we in de koude lagoon tussen de visjes. Alleen. Terug op het strand lopen we een klein stukje bij de pier vandaan en komen we terecht bij een eenvoudige restaurantje aan het strand. Een middag loom onder een parasolletje. Een kayak die Mark en Maren mochten gebruiken op zee. Een andere keer zijn we op een kilometers lang spierwit strand waar nauwelijks mensen komen. Waar wat tentjes onder rieten afdakjes staan waar verdwaalde hippies overnachten. We eten kokosgarnalen of gefrituurde vis met taco´s en drinken limoenwater. Junglegroen tot aan het strand. Ik vind dat het mooiste wat de natuur ons kan geven. Tropisch groen gebergte reikend tot aan het maagdelijk witte strand. Smaragdgroen zeewater. Een dramatisch kleurspel. México kent onwaarschijnlijk veel magische pittoreske plekjes. Wat een voorrecht om juist hier met je gezin het oude jaar te mogen uitluiden. Drijvend op de golven vooruit starend op de ruige Sierra Madre achter het lege strand. Geluk voelen. Dit gevoel proberen vast te houden in het nieuwe jaar. Net als mijn nieuwe bruine kleurtje.
Puerto Vallarta – 31 december 2014
zaterdag 27 december 2014
Innerlijke boosheid
Elke ervaring is de juiste.
- Gina Lake
Misschien moeten sommige dingen zo gebeuren. Een samenloop. Je leven is een aaneenschakeling van ervaringen. Ik ben mezelf flink tegen gekomen vlak voor onze reis naar kustplaats Puerto Vallarta. Na vier maanden suikercelibaat is mijn lijf aangepast. Ik heb afgelopen week ontdekt dat als je dan tóch weer suiker tot je neemt, je bijna flipt. Ik herkende het verband zelf niet en werd behoorlijk op de proef gesteld. De week voor de Kerstvakantie was er veel zoetigheid in huis. Chocola. Ik heb me laten gaan. Ik kreeg daarna een onverklaarbare boosheid in me. Heel onrustig en hartkloppingen. Ons internet werkte sinds een week of twee fantastisch. Na alle moeite die ik er in had gestoken. Bezoekjes aan Telmex, uren thuis geduldig wachten, langdurige telefoontjes naar Telmex. De beloning was zoet. Snel internet door het hele huis en ik was erg gelukkig. Toen kwam de beproeving. Toen kwam de man van ons huisalarm langs. Volgens hem was er een foutmelding. Zou kunnen. Wij hebben het alarm nog nooit ingesteld. We weten de codes niet eens meer. Deze man heeft iets aangeraakt en alles lag eruit. Geen internet, geen telefoonlijn. Mijn hele wereld bleek in te storten. Ik ontplofte bijna! Ik heb staan schreeuwen naar de man. Hij maakte het namelijk nog erger door alles te ontkennen. Hij stond recht in mijn gezicht te liegen. Zijn ogen vlogen alle kanten op. Hij praatte te snel en te veel. Leugens. Zo respectloos. Ik heb Mark gebeld op zijn werk en hij heeft de man ferm toegesproken dat hij het zelf op mocht lossen met Telmex. De man beloofde mij vervolgens dat hij een melding had gedaan. Telmex zou binnen 72 uur langs komen. Ik heb mijn huis verlaten. Ik kon die man niet om me heen verdragen. Ook mezelf trouwens niet. Mijn Spaans schoot tekort om hem flink duidelijk te maken wat hij in mijn leven had aangericht. Zo frustrerend. Hij had klaarblijkelijk wéér gelogen. Er was namelijk helemaal geen melding bij Telmex binnen gekomen. Hartkloppingen. Tijdens mijn yoga Kerstontbijt vertelde ik over mijn onstuimige boosheid. Wat bleek na het delen met mijn yoga vrienden? Mijn ongeremde boosheid is een gevolg van mijn suikerinname. Net als een peuter. Een tantrum. Heftig zeg! We zijn op reis gegaan zonder telefoonlijn en zonder internet. Wat zullen we in januari thuis aantreffen?
Als iedereen rechts afslaat gaan wij naar links. Als we reizen doe ik mijn best om nét even anders te zijn. Ik zoek altijd afgelegen en vergeten plekjes en volg juist niet de gebaande paden. Na de orkaan op Bahía California in het najaar week ik voor deze reis noodgedwogen uit naar Puerto Vallarta. Nadat we afgelopen week de drukbezochte kustplaats in reden gingen de grote wegen naar rechts. Aan de kust staat resort hotel naast resort hotel gebouwd. Het een nog groter en kolossaler dan het ander. Alles volgebouwd. De stranden zijn verpacht aan de hotelketens. Amerikaanse toeristen vliegen hier af en aan. Wij gingen natuurlijk naar links. De gps kon het kleine onverharde straatje van onze bestemming niet vinden. We werden uiteindelijk opgehaald door een medewerker van ons verblijf. Door een oude woonwijk werden we naar ons Bed& Breakfast gebracht. Aan de buitenkant van deze plek werden geen verwachtingen opgeroepen. We hielden ons hart vast. Eenmaal door de deur viel onze mond open van verbazing. Een oase! Een oud wit koloniaal huis met een grote tropische tuin. Een zwembad lonkte de meiden. Het is helemaal stil binnen de muren. Op het getjilp van vogeltjes na. De meiden zijn verrukt. Met de auto ontdekken we moeilijk bereikbare stranden in de buurt. Het is me weer gelukt. Drie jaar geleden waren Mark en ik ook in deze populaire kustplaats. Samen namen we een klein vliegtuigje vanaf de hoofdstad en logeerden we drie dagen in het luxe weelderige Sheraton Hotel. Pal aan het strand. We zagen destijds niet meer dan dat strand en het luxe zwembad. We durfden niet zelf de straat op. Het was onze allereerste kennismaking met México. Hoe anders is het nu. Met onze eigen auto verkennen we de prachtige groene kustlijn met verborgen strandjes. Tot de zon onder gaat zwemmen in de golven. Vanaf het strand walvissen spotten. (zie ons fotoalbum) We eten bij verscholen romantisch gelegen restaurantjes. Als iedereen rechtsaf slaat slaan wij naar links. México is betoverend mooi als je verder kijkt dan je neus lang is!
Puerto Vallarta - 26 december 2014
- Gina Lake
Misschien moeten sommige dingen zo gebeuren. Een samenloop. Je leven is een aaneenschakeling van ervaringen. Ik ben mezelf flink tegen gekomen vlak voor onze reis naar kustplaats Puerto Vallarta. Na vier maanden suikercelibaat is mijn lijf aangepast. Ik heb afgelopen week ontdekt dat als je dan tóch weer suiker tot je neemt, je bijna flipt. Ik herkende het verband zelf niet en werd behoorlijk op de proef gesteld. De week voor de Kerstvakantie was er veel zoetigheid in huis. Chocola. Ik heb me laten gaan. Ik kreeg daarna een onverklaarbare boosheid in me. Heel onrustig en hartkloppingen. Ons internet werkte sinds een week of twee fantastisch. Na alle moeite die ik er in had gestoken. Bezoekjes aan Telmex, uren thuis geduldig wachten, langdurige telefoontjes naar Telmex. De beloning was zoet. Snel internet door het hele huis en ik was erg gelukkig. Toen kwam de beproeving. Toen kwam de man van ons huisalarm langs. Volgens hem was er een foutmelding. Zou kunnen. Wij hebben het alarm nog nooit ingesteld. We weten de codes niet eens meer. Deze man heeft iets aangeraakt en alles lag eruit. Geen internet, geen telefoonlijn. Mijn hele wereld bleek in te storten. Ik ontplofte bijna! Ik heb staan schreeuwen naar de man. Hij maakte het namelijk nog erger door alles te ontkennen. Hij stond recht in mijn gezicht te liegen. Zijn ogen vlogen alle kanten op. Hij praatte te snel en te veel. Leugens. Zo respectloos. Ik heb Mark gebeld op zijn werk en hij heeft de man ferm toegesproken dat hij het zelf op mocht lossen met Telmex. De man beloofde mij vervolgens dat hij een melding had gedaan. Telmex zou binnen 72 uur langs komen. Ik heb mijn huis verlaten. Ik kon die man niet om me heen verdragen. Ook mezelf trouwens niet. Mijn Spaans schoot tekort om hem flink duidelijk te maken wat hij in mijn leven had aangericht. Zo frustrerend. Hij had klaarblijkelijk wéér gelogen. Er was namelijk helemaal geen melding bij Telmex binnen gekomen. Hartkloppingen. Tijdens mijn yoga Kerstontbijt vertelde ik over mijn onstuimige boosheid. Wat bleek na het delen met mijn yoga vrienden? Mijn ongeremde boosheid is een gevolg van mijn suikerinname. Net als een peuter. Een tantrum. Heftig zeg! We zijn op reis gegaan zonder telefoonlijn en zonder internet. Wat zullen we in januari thuis aantreffen?
Als iedereen rechts afslaat gaan wij naar links. Als we reizen doe ik mijn best om nét even anders te zijn. Ik zoek altijd afgelegen en vergeten plekjes en volg juist niet de gebaande paden. Na de orkaan op Bahía California in het najaar week ik voor deze reis noodgedwogen uit naar Puerto Vallarta. Nadat we afgelopen week de drukbezochte kustplaats in reden gingen de grote wegen naar rechts. Aan de kust staat resort hotel naast resort hotel gebouwd. Het een nog groter en kolossaler dan het ander. Alles volgebouwd. De stranden zijn verpacht aan de hotelketens. Amerikaanse toeristen vliegen hier af en aan. Wij gingen natuurlijk naar links. De gps kon het kleine onverharde straatje van onze bestemming niet vinden. We werden uiteindelijk opgehaald door een medewerker van ons verblijf. Door een oude woonwijk werden we naar ons Bed& Breakfast gebracht. Aan de buitenkant van deze plek werden geen verwachtingen opgeroepen. We hielden ons hart vast. Eenmaal door de deur viel onze mond open van verbazing. Een oase! Een oud wit koloniaal huis met een grote tropische tuin. Een zwembad lonkte de meiden. Het is helemaal stil binnen de muren. Op het getjilp van vogeltjes na. De meiden zijn verrukt. Met de auto ontdekken we moeilijk bereikbare stranden in de buurt. Het is me weer gelukt. Drie jaar geleden waren Mark en ik ook in deze populaire kustplaats. Samen namen we een klein vliegtuigje vanaf de hoofdstad en logeerden we drie dagen in het luxe weelderige Sheraton Hotel. Pal aan het strand. We zagen destijds niet meer dan dat strand en het luxe zwembad. We durfden niet zelf de straat op. Het was onze allereerste kennismaking met México. Hoe anders is het nu. Met onze eigen auto verkennen we de prachtige groene kustlijn met verborgen strandjes. Tot de zon onder gaat zwemmen in de golven. Vanaf het strand walvissen spotten. (zie ons fotoalbum) We eten bij verscholen romantisch gelegen restaurantjes. Als iedereen rechtsaf slaat slaan wij naar links. México is betoverend mooi als je verder kijkt dan je neus lang is!
Puerto Vallarta - 26 december 2014
zondag 21 december 2014
Teneergeslagen
Stel geen deprimerende vragen want dan krijg je alleen maar deprimerende antwoorden.
- Brent Hunter
Een weemoedig gevoel. Beetje deprimerend. Ik kon mijn sombere gevoel eerst niet plaatsen tijdens het grote feest met ruim duizend medewerkers. Ik voelde me niet op mijn gemak. Ik kende er natuurlijk niemand. Ik had ook helemaal geen behoefte om met iemand contact te maken. Bij aankomst had ik eerst nog geen last van die zwaarmoedigheid. Toen het feest vorderde en ik de mensen allemaal eens goed bekeken had begon er iets te knagen. Een mistroostig gevoel. De personeelsmanager Alejandro had me bij de ingang duidelijk gemaakt dat dit bedrijfsfeest heel belangrijk was voor de medewerkers van de werkvloer. De feestelijkheid begon die ochtend met een mis ter gelegenheid van heilige Guadelupe. Zo katholiek als de onderste laag van de Mexicaanse bevolking is dacht ik dat Alejandro deze viering als belangrijk bedoelde. Er werd me meer duidelijk toen de tombola begon. De productiemedewerkers met hun familie kwamen voor de cadeaus die er te verloten waren. Een koelkast, een fornuis, een magnetron, veel koffiezetapparaten en zelfs drie iPad’s. Uren werden er besteed aan de loting. Natuurlijk deden wij niet mee. Als directeur met zijn gezin. Voor ons werd het dus al snel langdradig en saai. Tussendoor speelde de live band swingende muziek waar flink op gedanst werd. Met je eigen dans kon je ook een prijs winnen en dus werd er bijzonder uitbundig gedanst op de dansvloer. Op dat moment begon me het al wat te dagen. Het écht onbehaaglijke gevoel in mijn buik kwam toen ik een moeder haar verlegen dochtertje van zo’n acht jaar de dansvloer op zag trekken om flink te dansen en zo een prijs in de wacht te slepen. Het meisje voelde zich zó ongemakkelijk bij het dansen. Ze stopte steeds en keek mij door de menigte aan. Ik probeerde weg te kijken. Mijn oog werd toch steeds door haar en haar moeder getrokken. Haar moeder porde haar steeds en het meisje danste dan. Hoe enthousiaster de presentator de dansende menigte toe schreeuwde hoe meer de moeder haar kind aanspoorde. Het raakte me. Ook de volwassenen die wild dansten om de aandacht te trekken van de presentator raakten me. Ze dansten voor een koffiezetapparaat of een krultang. Deze mensen verdienen zo’n zes euro of iets meer per dag in de fabriek. Ze wonen heel eenvoudig en op dit belangrijke feest hadden ze ongetwijfeld hun mooiste kerstkleding uit de kast getrokken. Vorig jaar vierden we dit feest met het middenkader personeel. Deze keer met de mensen van de werkvloer. Het contrast kon niet groter zijn. Ik voelde zo’n afstand tussen deze kleine, donkere, arme mensen en ons fortuinlijke gezin. Ik voelde me daar niet op mijn plaats aan de directeurstafel. We zijn zo vroeg mogelijk - als het beleefdheidsgewijs kon - vertrokken. In de auto heb ik een potje zitten huilen. Mijn eigen verdriet.
Yeah! Eindelijk eens normale bloedwaarden! Wat een opgelucht gevoel. De afgelopen maanden – wellicht een jaar – had ik ijzer- en rode bloedcellentekort. Ik wist het wel, maar ik vond het niet verontrustend. Ik ben al jaren moe en wie niet tegenwoordig? Zorgwekkend was wel dat we hier op meer dan twee kilometer hoogte wonen en ik daarom juist véél rode cellen zou moeten hebben. De schrik zat er pas écht goed in toen ik afgelopen september een implantaat liet zetten. Deze tandarts liet me in het buisje bloed zien dat ik nauwelijks rode bloedcellen had. “Heb je geen hoofdpijn?” “Ben je niet duizelig?” “Vreemd dat je er zo goed uitziet!” Wanneer bloedarmoede zich heel geleidelijk (gedurende vele maanden) ontwikkelt, past het lichaam zich aan en kun je verrassend weinig klachten hebben. Geen bleekheid van mijn huid, geen kortademigheid, geen snellere hartslag en geen duizeligheid voor mij. Door de welgemeende zorgen van mijn tandarts heb ik meteen contact gezocht met de beste hematoloog van México. Ik bleek inderdaad ernstig aangetast beenmerg te hebben. Ik maakte nauwelijks nog rode bloedcellen aan. Het leeuwendeel van bloed bestaat normaal gesproken uit rode bloedcellen. Ernstige anemie dus. Mijn anemie werd aangepakt met twee alternatieve bloedtransfusies en vier keer een injectie met het hormoon epo. Dit is een bloedhormoon dat een belangrijke rol speelt in de aanmaak van rode bloedcellen. Eenmaal afgeleverd door het beenmerg circuleren rode bloedcellen zo’n 100 dagen rond in je bloed. Verouderde bloedcellen worden weer door je milt, je lever en je beenmerg verwijderd. Maar goed, ik heb nu dus goede waarden door de aanpak van mijn hematoloog . De behandeling heeft aangeslagen en deze rode cellen blijven de komende maanden in mijn bloed circuleren. Mijn beenmerg is hersteld en zal weer nieuwe cellen aanmaken. We gaan de komende twee weken met een fijn gevoel op reis. We gaan naar de kust. Op zeeniveau. Wat zal ik me goed voelen daar. Vleugels!
- Brent Hunter
Een weemoedig gevoel. Beetje deprimerend. Ik kon mijn sombere gevoel eerst niet plaatsen tijdens het grote feest met ruim duizend medewerkers. Ik voelde me niet op mijn gemak. Ik kende er natuurlijk niemand. Ik had ook helemaal geen behoefte om met iemand contact te maken. Bij aankomst had ik eerst nog geen last van die zwaarmoedigheid. Toen het feest vorderde en ik de mensen allemaal eens goed bekeken had begon er iets te knagen. Een mistroostig gevoel. De personeelsmanager Alejandro had me bij de ingang duidelijk gemaakt dat dit bedrijfsfeest heel belangrijk was voor de medewerkers van de werkvloer. De feestelijkheid begon die ochtend met een mis ter gelegenheid van heilige Guadelupe. Zo katholiek als de onderste laag van de Mexicaanse bevolking is dacht ik dat Alejandro deze viering als belangrijk bedoelde. Er werd me meer duidelijk toen de tombola begon. De productiemedewerkers met hun familie kwamen voor de cadeaus die er te verloten waren. Een koelkast, een fornuis, een magnetron, veel koffiezetapparaten en zelfs drie iPad’s. Uren werden er besteed aan de loting. Natuurlijk deden wij niet mee. Als directeur met zijn gezin. Voor ons werd het dus al snel langdradig en saai. Tussendoor speelde de live band swingende muziek waar flink op gedanst werd. Met je eigen dans kon je ook een prijs winnen en dus werd er bijzonder uitbundig gedanst op de dansvloer. Op dat moment begon me het al wat te dagen. Het écht onbehaaglijke gevoel in mijn buik kwam toen ik een moeder haar verlegen dochtertje van zo’n acht jaar de dansvloer op zag trekken om flink te dansen en zo een prijs in de wacht te slepen. Het meisje voelde zich zó ongemakkelijk bij het dansen. Ze stopte steeds en keek mij door de menigte aan. Ik probeerde weg te kijken. Mijn oog werd toch steeds door haar en haar moeder getrokken. Haar moeder porde haar steeds en het meisje danste dan. Hoe enthousiaster de presentator de dansende menigte toe schreeuwde hoe meer de moeder haar kind aanspoorde. Het raakte me. Ook de volwassenen die wild dansten om de aandacht te trekken van de presentator raakten me. Ze dansten voor een koffiezetapparaat of een krultang. Deze mensen verdienen zo’n zes euro of iets meer per dag in de fabriek. Ze wonen heel eenvoudig en op dit belangrijke feest hadden ze ongetwijfeld hun mooiste kerstkleding uit de kast getrokken. Vorig jaar vierden we dit feest met het middenkader personeel. Deze keer met de mensen van de werkvloer. Het contrast kon niet groter zijn. Ik voelde zo’n afstand tussen deze kleine, donkere, arme mensen en ons fortuinlijke gezin. Ik voelde me daar niet op mijn plaats aan de directeurstafel. We zijn zo vroeg mogelijk - als het beleefdheidsgewijs kon - vertrokken. In de auto heb ik een potje zitten huilen. Mijn eigen verdriet.
Yeah! Eindelijk eens normale bloedwaarden! Wat een opgelucht gevoel. De afgelopen maanden – wellicht een jaar – had ik ijzer- en rode bloedcellentekort. Ik wist het wel, maar ik vond het niet verontrustend. Ik ben al jaren moe en wie niet tegenwoordig? Zorgwekkend was wel dat we hier op meer dan twee kilometer hoogte wonen en ik daarom juist véél rode cellen zou moeten hebben. De schrik zat er pas écht goed in toen ik afgelopen september een implantaat liet zetten. Deze tandarts liet me in het buisje bloed zien dat ik nauwelijks rode bloedcellen had. “Heb je geen hoofdpijn?” “Ben je niet duizelig?” “Vreemd dat je er zo goed uitziet!” Wanneer bloedarmoede zich heel geleidelijk (gedurende vele maanden) ontwikkelt, past het lichaam zich aan en kun je verrassend weinig klachten hebben. Geen bleekheid van mijn huid, geen kortademigheid, geen snellere hartslag en geen duizeligheid voor mij. Door de welgemeende zorgen van mijn tandarts heb ik meteen contact gezocht met de beste hematoloog van México. Ik bleek inderdaad ernstig aangetast beenmerg te hebben. Ik maakte nauwelijks nog rode bloedcellen aan. Het leeuwendeel van bloed bestaat normaal gesproken uit rode bloedcellen. Ernstige anemie dus. Mijn anemie werd aangepakt met twee alternatieve bloedtransfusies en vier keer een injectie met het hormoon epo. Dit is een bloedhormoon dat een belangrijke rol speelt in de aanmaak van rode bloedcellen. Eenmaal afgeleverd door het beenmerg circuleren rode bloedcellen zo’n 100 dagen rond in je bloed. Verouderde bloedcellen worden weer door je milt, je lever en je beenmerg verwijderd. Maar goed, ik heb nu dus goede waarden door de aanpak van mijn hematoloog . De behandeling heeft aangeslagen en deze rode cellen blijven de komende maanden in mijn bloed circuleren. Mijn beenmerg is hersteld en zal weer nieuwe cellen aanmaken. We gaan de komende twee weken met een fijn gevoel op reis. We gaan naar de kust. Op zeeniveau. Wat zal ik me goed voelen daar. Vleugels!
zaterdag 13 december 2014
Bloei in Chicago
Zoveel mooie dingen ontsnappen aan onze aandacht omdat we onze ogen niet aan het werk zetten.
- Susan Smit
Ik had bij hun geboorte nooit gedacht dat de tweede naam van onze dochters zóveel gebruikt zou worden in hun leven…. Je naam is het eerste cadeau dat je ouders aan je mogen geven. De betekenis van de naam kan veel waarde geven aan de ouders, of aan het kind. In het vernoemen naar een familielid kan veel emotie liggen. Hier in Zuid-Amerika krijgen veel kinderen de naam van de naamdag die op hun geboortedag valt. Dat is meestal hun tweede voornaam, hun doopnaam dus. Gedenkdagen van heiligen vallen in het algemeen op hun sterfdag. Een bekend voorbeeld is natuurlijk Sint-Nicolaas. Hij stierf volgens de overlevering op 6 december in het jaar 342.Onze dochters zijn niet gedoopt, maar hebben wel alle drie een tweede naam gekregen. Mijn eigen doopnaam zie ik eigenlijk alleen op officiële documenten terug of op de doopkaars die in mijn kledingkast ligt. Zoiets verwachtte ik destijds ook bij onze dochters. Hier in México worden ze juist herhaaldelijk met hun tweede naam aangesproken. Door leerkrachten en klasgenoten. Vooral toen we hier net woonden. De tweede naam van onze dochters is klassiek, internationaal én makkelijk uitspreekbaar voor Spaanstaligen. Op alle papieren die van school komen staan standaard hun beiden voornamen genoemd.Ik ben het gebruik van hun dubbele naam eigenlijk heel leuk gaan vinden in de loop van de tijd! Het gebeurt nu onbewust. Daarom viel me onlangs iets op toen Anthe en Mark examen deden voor hun zwarte band van Tae Kwondo. (zie ons fotoalbum) Op een groot scherm kwamen steeds de foto’s van de examenkandidaten voorbij met daaronder hun naam. Mexicanen hebben twee of drie voornamen en twee familienamen. Een hele mond vol. Onder de foto van Mark en Anthe stond alleen heel karig hun roepnaam met hun achternaam. Best saai… Ik miste voor het eerst een volledige naam! Maren schrijft voor school ook wel eens míjn familienaam achter haar achternaam. Dan heeft ze ook een lange naam net als haar klasgenootjes. Ik betrap mezelf erop dat ik sinds we hier wonen met twee achternamen onderteken. En dat terwijl ik alleen mijn meisjesnaam officieel mag gebruiken. Tijdens het Sinterklaasfeest in de hoofdstad werd er wederom nadruk gelegd op de roepnamen van onze dochters. (zie ons fotoalbum) "Waar komen deze bijzondere namen vandaan?" werd er aan ze gevraagd. De meiden keken de nieuwsgierige vraagsteller bedremmeld aan. Ze weten het niet. Hun voornamen hebben geen bijzondere betekenis. Gewoon mooie, eenvoudige namen. Geen vernoeming. Alhoewel Anthe in het Grieks bloei schijnt te betekenen. Dat is dan wel weer mooi.
Ons leven staat de laatste weken helemaal in het teken van Model United Nations. Eigenlijk voornamelijk in het teken van de kleding die gedragen wordt tijdens Model United Nations. Strikte kledingregels hebben er voor gezorgd dat er in ons gezin twee nieuwe chique jurken en een zwarte broek aangeschaft werden. Er wordt deze week ook regelmatig iets uit mijn kast gepikt. Helaas kreeg Inden tóch een reprimande. Haar jurk was te kort volgens het High Command. Zij komen de leerlingen controleren op de lengte van hun rok. En of de kleuren goed zijn. Rood en geel mag niet, dat staat immers voor communisme. Model United Nations is dus is een conferentie. Georganiseerd voor studenten over de hele wereld. Hierbij worden de onderdelen van de Verenigde Naties nagebootst. De leerlingen nemen deel in een rollenspel als diplomaten. Ze vertegenwoordigen een natie in een gesimuleerde vergadering. Deelnemers onderzoeken een land, verdiepen zich in internationale vraagstukken, debatteren, schrijven resoluties en ontwikkelen oplossingen voor maatschappelijke en internationale problemen. Heel leerzaam. Open dialogen zijn niet toegestaan, deze gaan uitsluitend via de voorzitters. Anthe is zo’n voorzitter in dit rollenspel. Ze leidt het debat. Inden vertegenwoordigt India. Tijdens een conferentie moeten de scholieren over een grote verscheidenheid aan vaardigheden beschikken. Denk aan kritisch denken, groepscommunicatie, spreken in het openbaar, beleidsanalyse, actief luisteren, onderhandelen en het oplossen van conflicten. Allemaal niet niks. Wel heel zinvol. Model United Nations wordt meestal georganiseerd als een congres. Inden’s conferentie duurde drie dagen en vond plaats op haar eigen school. Anthe’s conferentie duurt echter vijf dagen en vindt deze week plaats in…Chicago! De grootste conferenties betrekken duizenden deelnemers uit alle landen van de wereld. Voor Chicago is het alweer het 27e jaar dat ze dit internationale evenement organiseren. Anthe keek er vooral enorm naar uit om alleen naar the States te vliegen en Chicago te ontdekken met haar vrienden. Het is echter twintig graden kouder daar!
- Susan Smit
Ik had bij hun geboorte nooit gedacht dat de tweede naam van onze dochters zóveel gebruikt zou worden in hun leven…. Je naam is het eerste cadeau dat je ouders aan je mogen geven. De betekenis van de naam kan veel waarde geven aan de ouders, of aan het kind. In het vernoemen naar een familielid kan veel emotie liggen. Hier in Zuid-Amerika krijgen veel kinderen de naam van de naamdag die op hun geboortedag valt. Dat is meestal hun tweede voornaam, hun doopnaam dus. Gedenkdagen van heiligen vallen in het algemeen op hun sterfdag. Een bekend voorbeeld is natuurlijk Sint-Nicolaas. Hij stierf volgens de overlevering op 6 december in het jaar 342.Onze dochters zijn niet gedoopt, maar hebben wel alle drie een tweede naam gekregen. Mijn eigen doopnaam zie ik eigenlijk alleen op officiële documenten terug of op de doopkaars die in mijn kledingkast ligt. Zoiets verwachtte ik destijds ook bij onze dochters. Hier in México worden ze juist herhaaldelijk met hun tweede naam aangesproken. Door leerkrachten en klasgenoten. Vooral toen we hier net woonden. De tweede naam van onze dochters is klassiek, internationaal én makkelijk uitspreekbaar voor Spaanstaligen. Op alle papieren die van school komen staan standaard hun beiden voornamen genoemd.Ik ben het gebruik van hun dubbele naam eigenlijk heel leuk gaan vinden in de loop van de tijd! Het gebeurt nu onbewust. Daarom viel me onlangs iets op toen Anthe en Mark examen deden voor hun zwarte band van Tae Kwondo. (zie ons fotoalbum) Op een groot scherm kwamen steeds de foto’s van de examenkandidaten voorbij met daaronder hun naam. Mexicanen hebben twee of drie voornamen en twee familienamen. Een hele mond vol. Onder de foto van Mark en Anthe stond alleen heel karig hun roepnaam met hun achternaam. Best saai… Ik miste voor het eerst een volledige naam! Maren schrijft voor school ook wel eens míjn familienaam achter haar achternaam. Dan heeft ze ook een lange naam net als haar klasgenootjes. Ik betrap mezelf erop dat ik sinds we hier wonen met twee achternamen onderteken. En dat terwijl ik alleen mijn meisjesnaam officieel mag gebruiken. Tijdens het Sinterklaasfeest in de hoofdstad werd er wederom nadruk gelegd op de roepnamen van onze dochters. (zie ons fotoalbum) "Waar komen deze bijzondere namen vandaan?" werd er aan ze gevraagd. De meiden keken de nieuwsgierige vraagsteller bedremmeld aan. Ze weten het niet. Hun voornamen hebben geen bijzondere betekenis. Gewoon mooie, eenvoudige namen. Geen vernoeming. Alhoewel Anthe in het Grieks bloei schijnt te betekenen. Dat is dan wel weer mooi.
Ons leven staat de laatste weken helemaal in het teken van Model United Nations. Eigenlijk voornamelijk in het teken van de kleding die gedragen wordt tijdens Model United Nations. Strikte kledingregels hebben er voor gezorgd dat er in ons gezin twee nieuwe chique jurken en een zwarte broek aangeschaft werden. Er wordt deze week ook regelmatig iets uit mijn kast gepikt. Helaas kreeg Inden tóch een reprimande. Haar jurk was te kort volgens het High Command. Zij komen de leerlingen controleren op de lengte van hun rok. En of de kleuren goed zijn. Rood en geel mag niet, dat staat immers voor communisme. Model United Nations is dus is een conferentie. Georganiseerd voor studenten over de hele wereld. Hierbij worden de onderdelen van de Verenigde Naties nagebootst. De leerlingen nemen deel in een rollenspel als diplomaten. Ze vertegenwoordigen een natie in een gesimuleerde vergadering. Deelnemers onderzoeken een land, verdiepen zich in internationale vraagstukken, debatteren, schrijven resoluties en ontwikkelen oplossingen voor maatschappelijke en internationale problemen. Heel leerzaam. Open dialogen zijn niet toegestaan, deze gaan uitsluitend via de voorzitters. Anthe is zo’n voorzitter in dit rollenspel. Ze leidt het debat. Inden vertegenwoordigt India. Tijdens een conferentie moeten de scholieren over een grote verscheidenheid aan vaardigheden beschikken. Denk aan kritisch denken, groepscommunicatie, spreken in het openbaar, beleidsanalyse, actief luisteren, onderhandelen en het oplossen van conflicten. Allemaal niet niks. Wel heel zinvol. Model United Nations wordt meestal georganiseerd als een congres. Inden’s conferentie duurde drie dagen en vond plaats op haar eigen school. Anthe’s conferentie duurt echter vijf dagen en vindt deze week plaats in…Chicago! De grootste conferenties betrekken duizenden deelnemers uit alle landen van de wereld. Voor Chicago is het alweer het 27e jaar dat ze dit internationale evenement organiseren. Anthe keek er vooral enorm naar uit om alleen naar the States te vliegen en Chicago te ontdekken met haar vrienden. Het is echter twintig graden kouder daar!
zaterdag 6 december 2014
Veelbelovend en hoopvol
Waar het op aankomt in het leven is de inhoud van ons hart en niet onze positie of verworvenheden.
- Gerard Jampolsky
Precies vijftig adolescenten in galajurkjes of een donker pak. Precies vijftig tieners lopen deze avond in gala gekleed rond. De meisjes met een jurk niet korter dan een hand boven de knie. De jongens met een rode stropdas. Heel formeel. Zoals het México betaamt. De reden dat we vanavond op school zijn is de inauguratie van onze oudste dochter. Haar cijfers waren vorig jaar danig hoog dat ze toegelaten is tot de Sociedad de Honors van haar Amerikaanse School. Een ceremonie met veel toespraken en het aansteken van kaarsen. (zie ons fotoalbum) Ze is toegetreden tot de toplaag van de school qua schoolprestaties. En dat werd ons én de kandidaten zeer duidelijk gemaakt. Heel overtuigend. Deze jonge mensen die in het voorjaar zullen afstuderen behoren nu al tot de 15% van Méxicanen die zich in de bovenste laag begeven. Zij zijn de toekomst van México! Deze tieners in hun jurken en kostuums op het podium gaan het verschil maken voor hun land dat in ontwikkeling is. Er wordt duidelijk gemaakt dat maar zes op de honderd kinderen die arm geboren zijn in México een stapje omhoog kunnen maken door scholing. Daarentegen vallen er volgens de statistieken drie van de honderd terug. Met andere woorden: deze veelbelovende kinderen gaan het maken. Er wordt ze op het hart gedrukt te blijven investeren in het aanleren van nieuwe talen ookal zijn al deze kinderen op de Amerikaanse School al minimaal tweetalig. Ze worden aangespoord boeken te blijven lezen zodat ze een mening kunnen vormen. Ik zie het nu: alle pubers op het podium zijn geen doorsnee Mexicaanse kinderen. Er zijn denk ik twee of drie donkere kinderen en de rest is blank. Hoe duidelijk is te zien dat de blanke, rijke kinderen uit Puebla deze kans hebben gekregen? Deze jongeren gaan aankomende zomer allemaal studeren. Velen van hen in The States. Anderen aan de beste universiteiten van México. Onze dochter is Europees en deze voordracht is maar gedeeltelijk van kracht voor haar. Zij is natuurlijk niet de toekomst van México, maar wél haar eigen toekomst. Ze spreekt drie talen vloeiend, leest onwaarschijnlijk veel boeken per jaar en is de jongste van school die gaat afstuderen komend jaar. Ze heeft de luxe van een extra jaar aan een universiteit hier in Puebla met een studie naar keuze. Na dat gap year zal ze als achttienjarige in Maastricht gaan studeren. Al deze kinderen op de inwijding vanavond hebben een veelbelovende toekomst. Ik gun het deze ambitieuze jongeren. Ik gun het hun ouders. Ik gun het de school. Ik gun het México.
Telmex is een immens bedrijf hier in México. Telmex staat voor Teléfonos de México. Het telefoonbedrijf dus. Carlos Slim, de eigenaar, is een Mexicaans zakenman. Hij was tot voor kort de rijkste mens ter wereld. Carlos Slim heeft het grootste deel van zijn fortuin te danken aan zijn concern Telmex. Ik ben bang dat wij ook al meer dan twee jaar bijdragen aan zijn fortuin. Telmex heeft ons destijds een pakket aangesmeerd dat veel te uitgebreid is voor ons en we betalen de hoofdprijs. Het is écht het duurste pakket dat ze aanbieden. We mogen onbeperkt bellen binnen México. We hebben een superlaag tarief om naar The States te bellen. Allemaal onnodig. En zeer recentelijk kwam ik erachter dat we elke maand kennelijk 100 gratis minuten hebben om naar een mobiel nummer te bellen. Nooit eerder geweten! Naast dit super-de-luxe pakket betalen we ook nog eens het hoogste bedrag voor een hoge internetsnelheid. De grap is dat ons internet tot voor kort juist heel traag was. Ik kon geen aflevering van uitzendinggemist.nl kijken zonder dat het beeld minimaal vijf keer stil stond. Onlangs ben ik maar weer eens gaan klagen bij Telmex. Het hielp. We kregen glasvezels aangelegd in plaats van internet via de kabel. Daar hoort ook een nieuw modem bij. Het internet is sindsdien als de bliksem zo snel. Heerlijk! Als je nu denkt dat we gelukkig zijn? Dan is het antwoord nee. Het nieuwe modem is namelijk aan de buitenmuur geplaatst. Het bereik is tien meter, dus de meiden hebben geen internet op hun slaapkamer. Ook in de huiskamer is geen bereik meer. In de eetkamer kan ik aan de eettafel mijn arm uitsteken en dan pakt mijn telefoon net een signaaltje op. Deze week ben ik dus tóch maar weer met lood in mijn schoenen naar het kantoor van Telmex gegaan. Voor niks. Ik moest thuis een 1-800 bellen en na precies 55 minuten aan de telefoon gezeten te hebben en zeker veertig keer dezelfde vraag beantwoord te hebben kreeg ik als advies om naar het kantoor te gaan. Ik was in staat de man door de telefoon te trekken! Terug op hun kantoor ben ik boos geworden en werd ik doorverwezen naar de manager. Deze zeer vriendelijke meneer heeft me beloofd dat het modem naar het midden van ons huis verplaatst zal worden. Helaas bleek dat na de komst van een monteur helemaal niet te kunnen. Daarentegen moest ik van hem een apparaatje kopen. De monteur heeft het twee dagen later geplaatst in huis. De vele uren wachten op hem neem ik maar voor lief.
- Gerard Jampolsky
Precies vijftig adolescenten in galajurkjes of een donker pak. Precies vijftig tieners lopen deze avond in gala gekleed rond. De meisjes met een jurk niet korter dan een hand boven de knie. De jongens met een rode stropdas. Heel formeel. Zoals het México betaamt. De reden dat we vanavond op school zijn is de inauguratie van onze oudste dochter. Haar cijfers waren vorig jaar danig hoog dat ze toegelaten is tot de Sociedad de Honors van haar Amerikaanse School. Een ceremonie met veel toespraken en het aansteken van kaarsen. (zie ons fotoalbum) Ze is toegetreden tot de toplaag van de school qua schoolprestaties. En dat werd ons én de kandidaten zeer duidelijk gemaakt. Heel overtuigend. Deze jonge mensen die in het voorjaar zullen afstuderen behoren nu al tot de 15% van Méxicanen die zich in de bovenste laag begeven. Zij zijn de toekomst van México! Deze tieners in hun jurken en kostuums op het podium gaan het verschil maken voor hun land dat in ontwikkeling is. Er wordt duidelijk gemaakt dat maar zes op de honderd kinderen die arm geboren zijn in México een stapje omhoog kunnen maken door scholing. Daarentegen vallen er volgens de statistieken drie van de honderd terug. Met andere woorden: deze veelbelovende kinderen gaan het maken. Er wordt ze op het hart gedrukt te blijven investeren in het aanleren van nieuwe talen ookal zijn al deze kinderen op de Amerikaanse School al minimaal tweetalig. Ze worden aangespoord boeken te blijven lezen zodat ze een mening kunnen vormen. Ik zie het nu: alle pubers op het podium zijn geen doorsnee Mexicaanse kinderen. Er zijn denk ik twee of drie donkere kinderen en de rest is blank. Hoe duidelijk is te zien dat de blanke, rijke kinderen uit Puebla deze kans hebben gekregen? Deze jongeren gaan aankomende zomer allemaal studeren. Velen van hen in The States. Anderen aan de beste universiteiten van México. Onze dochter is Europees en deze voordracht is maar gedeeltelijk van kracht voor haar. Zij is natuurlijk niet de toekomst van México, maar wél haar eigen toekomst. Ze spreekt drie talen vloeiend, leest onwaarschijnlijk veel boeken per jaar en is de jongste van school die gaat afstuderen komend jaar. Ze heeft de luxe van een extra jaar aan een universiteit hier in Puebla met een studie naar keuze. Na dat gap year zal ze als achttienjarige in Maastricht gaan studeren. Al deze kinderen op de inwijding vanavond hebben een veelbelovende toekomst. Ik gun het deze ambitieuze jongeren. Ik gun het hun ouders. Ik gun het de school. Ik gun het México.
Telmex is een immens bedrijf hier in México. Telmex staat voor Teléfonos de México. Het telefoonbedrijf dus. Carlos Slim, de eigenaar, is een Mexicaans zakenman. Hij was tot voor kort de rijkste mens ter wereld. Carlos Slim heeft het grootste deel van zijn fortuin te danken aan zijn concern Telmex. Ik ben bang dat wij ook al meer dan twee jaar bijdragen aan zijn fortuin. Telmex heeft ons destijds een pakket aangesmeerd dat veel te uitgebreid is voor ons en we betalen de hoofdprijs. Het is écht het duurste pakket dat ze aanbieden. We mogen onbeperkt bellen binnen México. We hebben een superlaag tarief om naar The States te bellen. Allemaal onnodig. En zeer recentelijk kwam ik erachter dat we elke maand kennelijk 100 gratis minuten hebben om naar een mobiel nummer te bellen. Nooit eerder geweten! Naast dit super-de-luxe pakket betalen we ook nog eens het hoogste bedrag voor een hoge internetsnelheid. De grap is dat ons internet tot voor kort juist heel traag was. Ik kon geen aflevering van uitzendinggemist.nl kijken zonder dat het beeld minimaal vijf keer stil stond. Onlangs ben ik maar weer eens gaan klagen bij Telmex. Het hielp. We kregen glasvezels aangelegd in plaats van internet via de kabel. Daar hoort ook een nieuw modem bij. Het internet is sindsdien als de bliksem zo snel. Heerlijk! Als je nu denkt dat we gelukkig zijn? Dan is het antwoord nee. Het nieuwe modem is namelijk aan de buitenmuur geplaatst. Het bereik is tien meter, dus de meiden hebben geen internet op hun slaapkamer. Ook in de huiskamer is geen bereik meer. In de eetkamer kan ik aan de eettafel mijn arm uitsteken en dan pakt mijn telefoon net een signaaltje op. Deze week ben ik dus tóch maar weer met lood in mijn schoenen naar het kantoor van Telmex gegaan. Voor niks. Ik moest thuis een 1-800 bellen en na precies 55 minuten aan de telefoon gezeten te hebben en zeker veertig keer dezelfde vraag beantwoord te hebben kreeg ik als advies om naar het kantoor te gaan. Ik was in staat de man door de telefoon te trekken! Terug op hun kantoor ben ik boos geworden en werd ik doorverwezen naar de manager. Deze zeer vriendelijke meneer heeft me beloofd dat het modem naar het midden van ons huis verplaatst zal worden. Helaas bleek dat na de komst van een monteur helemaal niet te kunnen. Daarentegen moest ik van hem een apparaatje kopen. De monteur heeft het twee dagen later geplaatst in huis. De vele uren wachten op hem neem ik maar voor lief.
vrijdag 28 november 2014
Verleidelijke jurkjes
Dankbaarheid is essentieel… niet alleen als dingen gaan zoals je wilt, maar altijd.
- Satish Kumar
Verleidelijke jurkjes, doorzichtige bloesjes, een klein topje of een bloes met pailletten. Het is allemaal niet echt aan mij besteed. Dit weekend hebben we een End of Year Party met mijn expat vrouwen groep. Voor de gelegenheid komen onze mannen ook mee. Er is een privé ruimte gehuurd in een hip restaurant. Ik heb Kerstversiering gekocht en er komen ook veel kaarsen te staan. Er is een openhaard en een buitenterras waar we kunnen dansen onder het maanlicht. Ook is er een DJ ingehuurd en we hebben zelf een lijst samengesteld met goede dansmuziek. Een mix van klassieke Kerst-hits zoals Wham!, Boney M en Band Aid. Maar ook hippe én gouwe ouwe muziek. En natuurlijk salsa. De laatste dagen voor het feest komt de kledingstijl prompt aan bod. Sommige vrouwen – voornamelijk de Latijns-Amerikaanse - pakken flink uit met lange beeldige avondjurken. Vele zullen zwarte glanzende cocktailjurkjes dragen en de Europese vrouwen kunnen maar niet beslissen. Hoge hakken en zwarte jurkjes, of toch gewoon dichter bij jezelf blijven? Voor mij persoonlijk betekent dat een meer nonchalante stijl. Ik denk aan mijn blauwe cowboylaarzen en mijn blauwe jurkje erboven. Briljanten, strass, glitter of fonkelende steentjes kunnen er eventueel nog wat meer feestelijks van maken. De moeders op onze school dragen elke dag van de week hoge hakken. Ik stel me voor dat de Latijns-Amerikaanse expats hun puntige hoge pumps uit de kast zullen trekken voor het feest. Een Duitse kennis heeft al haar jurken voor me gefotografeerd en vraagt mijn advies. Mijn Zweedse vriendin kan niet kiezen tussen haar jurkje van Desigual of een LBD. (little black dress). Mijn nieuw gearriveerde Nederlandse vriendin heeft wel haar jurk uitgekozen, maar zullen de hakjes erbij niet te ouwelijk staan? Ik vind een hoge hak bij mij al snel te tuttig staan. Mijn keus is gemaakt. Het worden mijn stoere cowboylaarzen. Lekker anders. Een statement. Daarna komt alweer de volgende vraag op de proppen: netkousen of blote benen? Na lang tobben en geen beslissing durven nemen hebben we elkaar foto’s geapp’t zodat we elkaar konden helpen bij onze ‘kerstproof’ keuze. Tevreden met onze jurk- en schoenenkeuze kwamen onze mannen nog even aan bod. De Latino’s gaan in pak zonder stropdas en met open jasje. De Nederlandse mannen gaan echter lekker in hun spijkerbroek met een leuk overhemd erop. Hè, hè! Nu dit eenmaal besloten is gaan we plezier hebben. En veel dansen.
Ik zeg altijd dat ik een vriend hier in México heb. Als we hem op straat zien roepen de meiden ook altijd meteen “Daar is je vriend, mam!”. Ik spreek hem soms dagelijks en soms ook een tijdje niet. Ik weet trouwens niet eens hoe hij heet. Mijn vriend in een rolstoel. Hij bedelt elke dag op hetzelfde kruispunt. En als hij mijn auto ziet komt hij al lachend aanrollen. Hij krijgt altijd wat van me. Vaak maken we een praatje over zijn kinderen, het weer of over het leven dat zo duur is voor hem. Mark heeft ook een zwak voor een man die niet zo ver van ons huis bedelt. Hij draagt een rood metalen blikje om zijn nek. Daar doen we ons geld in als we hem zien. Hij heeft namelijk geen armen. En dat geeft altijd stof tot nadenken. Hoe moet dat als hij jeuk heeft? Als hij moet plassen, of zich wilt aankleden? Deze twee bedelende mannen hebben iets gemeen. Ze stralen allebei en zijn erg dankbaar. Ik heb geen van beiden ooit met een droevig of verveelde blik gezien. Nu hebben we er een nieuw vriendje bij. Hij is nog jong schat ik in. Dat is moeilijk aan zijn gezicht te zien, maar zijn lichaam oogt als een twintiger. Hij staat bijna elke dag vlakbij Inden’s school te bedelen. De arme jongen heeft een ongeluk gehad. Zijn gezicht is verbrand en zijn handen zijn stompjes. Ik kijk hem altijd recht in zijn ogen aan als hij bij mijn autoraam staat. Laatst had ik geen muntjes meer. Ik beloofde hem dat hij morgen weer wat zou krijgen. Na twee minuten stond hij wéér voor mijn raam. Hij vroeg om mijn fles water die tussen de stoelen in stond. Natuurlijk, geen probleem. Ik vond het wel mooi dat hij nu kennelijk zoveel zelfvertrouwen heeft gekregen dat hij om die waterfles dúrft te vragen. Laatst liep ik met Mark in het historisch centrum van Puebla en voor ons plukte een man van onze leeftijd een leeg plastic bordje uit de vuilnisbak. Er lag niks meer op, maar de arme man likte toch het bordje af. Mark en ik kregen allebei een stomp in ons maag. Het was een vies gezicht maar de intens verdrietige aanblik van deze situatie raakte ons nog meer. We keken elkaar aan en draaiden ons om. Om hem geld te geven voor het kopen van iets eetbaars. Hij was echter opgegaan in de menigte. Zoals vele bedelaars en hongerige mensen hier in Puebla.
- Satish Kumar
Verleidelijke jurkjes, doorzichtige bloesjes, een klein topje of een bloes met pailletten. Het is allemaal niet echt aan mij besteed. Dit weekend hebben we een End of Year Party met mijn expat vrouwen groep. Voor de gelegenheid komen onze mannen ook mee. Er is een privé ruimte gehuurd in een hip restaurant. Ik heb Kerstversiering gekocht en er komen ook veel kaarsen te staan. Er is een openhaard en een buitenterras waar we kunnen dansen onder het maanlicht. Ook is er een DJ ingehuurd en we hebben zelf een lijst samengesteld met goede dansmuziek. Een mix van klassieke Kerst-hits zoals Wham!, Boney M en Band Aid. Maar ook hippe én gouwe ouwe muziek. En natuurlijk salsa. De laatste dagen voor het feest komt de kledingstijl prompt aan bod. Sommige vrouwen – voornamelijk de Latijns-Amerikaanse - pakken flink uit met lange beeldige avondjurken. Vele zullen zwarte glanzende cocktailjurkjes dragen en de Europese vrouwen kunnen maar niet beslissen. Hoge hakken en zwarte jurkjes, of toch gewoon dichter bij jezelf blijven? Voor mij persoonlijk betekent dat een meer nonchalante stijl. Ik denk aan mijn blauwe cowboylaarzen en mijn blauwe jurkje erboven. Briljanten, strass, glitter of fonkelende steentjes kunnen er eventueel nog wat meer feestelijks van maken. De moeders op onze school dragen elke dag van de week hoge hakken. Ik stel me voor dat de Latijns-Amerikaanse expats hun puntige hoge pumps uit de kast zullen trekken voor het feest. Een Duitse kennis heeft al haar jurken voor me gefotografeerd en vraagt mijn advies. Mijn Zweedse vriendin kan niet kiezen tussen haar jurkje van Desigual of een LBD. (little black dress). Mijn nieuw gearriveerde Nederlandse vriendin heeft wel haar jurk uitgekozen, maar zullen de hakjes erbij niet te ouwelijk staan? Ik vind een hoge hak bij mij al snel te tuttig staan. Mijn keus is gemaakt. Het worden mijn stoere cowboylaarzen. Lekker anders. Een statement. Daarna komt alweer de volgende vraag op de proppen: netkousen of blote benen? Na lang tobben en geen beslissing durven nemen hebben we elkaar foto’s geapp’t zodat we elkaar konden helpen bij onze ‘kerstproof’ keuze. Tevreden met onze jurk- en schoenenkeuze kwamen onze mannen nog even aan bod. De Latino’s gaan in pak zonder stropdas en met open jasje. De Nederlandse mannen gaan echter lekker in hun spijkerbroek met een leuk overhemd erop. Hè, hè! Nu dit eenmaal besloten is gaan we plezier hebben. En veel dansen.
Ik zeg altijd dat ik een vriend hier in México heb. Als we hem op straat zien roepen de meiden ook altijd meteen “Daar is je vriend, mam!”. Ik spreek hem soms dagelijks en soms ook een tijdje niet. Ik weet trouwens niet eens hoe hij heet. Mijn vriend in een rolstoel. Hij bedelt elke dag op hetzelfde kruispunt. En als hij mijn auto ziet komt hij al lachend aanrollen. Hij krijgt altijd wat van me. Vaak maken we een praatje over zijn kinderen, het weer of over het leven dat zo duur is voor hem. Mark heeft ook een zwak voor een man die niet zo ver van ons huis bedelt. Hij draagt een rood metalen blikje om zijn nek. Daar doen we ons geld in als we hem zien. Hij heeft namelijk geen armen. En dat geeft altijd stof tot nadenken. Hoe moet dat als hij jeuk heeft? Als hij moet plassen, of zich wilt aankleden? Deze twee bedelende mannen hebben iets gemeen. Ze stralen allebei en zijn erg dankbaar. Ik heb geen van beiden ooit met een droevig of verveelde blik gezien. Nu hebben we er een nieuw vriendje bij. Hij is nog jong schat ik in. Dat is moeilijk aan zijn gezicht te zien, maar zijn lichaam oogt als een twintiger. Hij staat bijna elke dag vlakbij Inden’s school te bedelen. De arme jongen heeft een ongeluk gehad. Zijn gezicht is verbrand en zijn handen zijn stompjes. Ik kijk hem altijd recht in zijn ogen aan als hij bij mijn autoraam staat. Laatst had ik geen muntjes meer. Ik beloofde hem dat hij morgen weer wat zou krijgen. Na twee minuten stond hij wéér voor mijn raam. Hij vroeg om mijn fles water die tussen de stoelen in stond. Natuurlijk, geen probleem. Ik vond het wel mooi dat hij nu kennelijk zoveel zelfvertrouwen heeft gekregen dat hij om die waterfles dúrft te vragen. Laatst liep ik met Mark in het historisch centrum van Puebla en voor ons plukte een man van onze leeftijd een leeg plastic bordje uit de vuilnisbak. Er lag niks meer op, maar de arme man likte toch het bordje af. Mark en ik kregen allebei een stomp in ons maag. Het was een vies gezicht maar de intens verdrietige aanblik van deze situatie raakte ons nog meer. We keken elkaar aan en draaiden ons om. Om hem geld te geven voor het kopen van iets eetbaars. Hij was echter opgegaan in de menigte. Zoals vele bedelaars en hongerige mensen hier in Puebla.
vrijdag 21 november 2014
Voordeur wagenwijd open
Je moet het lichaam verwennen, anders heeft je ziel geen zin om erin te wonen.
- Winston Churchill
Prrt… Prrt…. Meer geluid maakt mijn Jeep niet als ik wil starten. Het is iets over half zeven in de ochtend. De zon komt net op. Alle drie de meiden zitten in mijn auto en we moeten opschieten. Ze moeten om de beurt op school afgezet worden. Ik zie in een flits de tuinman van de buren in het schemerlicht voorbij lopen. De tuinman weet zeker dat mijn accu vies is en daarom geen contact maakt. Ik haal water, zeep en papieren doekjes van binnen. Ik laat de voordeur nog even open staan. De tuinman gebruikt zeker een kwartier van mijn kostbare tijd om de accu schoon te maken. Het was nutteloos. Ik wil de accu van een andere auto gebruiken om de mijne op te laden. In alle huizen om ons heen is het nog donker. De buren zijn zo vroeg nog niet op. Toch klop ik aan en krijg ik een autosleutel van de buurvrouw - in pyjama gekleed en verscholen achter de voordeur. De tuinman rijdt haar auto naast de mijne. In één poging start mijn motor. We racen naar school. Onderweg besef ik dat mijn voordeur nog wagenwijd openstaat met de huissleutels er nog in. Crisis! Ik had de poort naar onze wijk in alle haast ook al open laten staan. En het noodlot wil dat ik dezelfde vroege ochtend óók nog te horen kreeg dat er een inbraak was in het huis van een bevriende kennis… Ik zet mijn motor niet meer uit als ik de andere twee afzet. Thuis krijg ik een reprimande van de tuinman, die ook in de beveiliging blijkt te werken. Ik had beter mijn huis moet afsluiten. Hij had op ons huis gepast. Net als ons stoere poesje die heldhaftig in de deuropening zat om niemand toe te laten. Als ik een uur later naar yoga wil rijden: geen energie. De tuinman staat nu een auto te wassen en weer is hij bereid me uit de brand te helpen. Als ik eenmaal op yoga ben probeer ik alle stress te vergeten en vooral niet verder vooruit te denken hoe deze dag moet verlopen. Zonder auto. Zonder Mark. Mark is in Nederland. Na de yoga les start de auto meteen. Er zit nu echter geen snelheid meer in. Mijn Jeep rijdt als een slak! Ik kom Walter tegen op de kruising en hij stapt snel in. Mijn reddende engel. Alweer. Hij sluist me naar een zaakje waar tientallen accu’s opgestapeld liggen tegen de muur. De monteur test mijn accu. Ik heb nog 30% energie. Ik heb geen zin in gezeur en onzekerheid of mijn auto wel of niet start. Ik koop een nieuwe accu. Walter helpt me met de keuze en binnen een kwartier rijd ik weg met een heel krachtige, nieuwe accu. Mét garantie!
Met tranen in mijn ogen lees ik de berichten in de online krant. De intocht van Sinterklaas is wreed verstoord door rellen in Gouda. Negentig demonstranten zijn opgepakt. Diep triest. Een intocht in Groningen afgelast uit angst. Waar halen volwassenen de moed vandaan om dit kinderfeest te verstoren? Tegen de tijd dat ik het filmpje zie waar een huilend jongetje in een rolstoel wordt weg gereden van een opstootje tijdens de intocht, rollen de tranen al over mijn wangen. Hoe ver kun je gaan? Vanuit México lijkt deze ophef zo zinloos. Al eeuwen vieren we dit Hollandse winterse kinderfeest. Al eeuwen zetten kinderen hun schoentjes in de hoop om er iets lekkers in terug te vinden. Alhoewel de eerste meisjes die hun schoen buiten de deur zetten, huwbare meisjes waren die er een muntstuk in terug vonden zodat ze niet als prostituee hun bruidsschat bij elkaar hoefden te verdienen. Wij hebben thuis ook een gepassioneerd schoenzetster. Maren wordt bijna tien jaar. Een leeftijd waarop in Nederland normaal gesproken niet meer blindelings geloofd wordt. In México neemt niemand echter haar rotsvaste vertrouwen weg dat de Sint misschien helemaal niet de heiligman is die ze denkt dat hij is. Wij thuis nemen die illusie al helemaal niet weg. Het is genieten om met haar elke middag uit school even het Sinterklaasjournaal te kijken. Haar twijfel serieus te bespreken of die dakpan nou voor het filmpje scheef gelegd is of dat het écht zo lag. We delen haar verbazing als Piet kennelijk dezelfde plastic zakjes gebruikt als mama in de keuken heeft liggen. We genieten als we haar met zorg aan haar zeer creatieve verlanglijstje vol met kleur en geplakte vormpjes zien werken. Deze weken zijn we thuis helemaal in de ban van het Hollandse Sinterklaasfeest. We gaan zelfs naar de hoofdstad om het feest van de Sint mee te maken die kort México aan doet. Met een glimlach om ons mond kijken we naar ons fantasievolle kind met rotsvast geloof. De verstorende beelden van de intocht van Sinterklaas in Nederland houden we lekker weg bij haar. De Pietendiscussie ook. Haar feilloze geloof laten we nog lekker even onschuldig. Onaangetast.
- Winston Churchill
Prrt… Prrt…. Meer geluid maakt mijn Jeep niet als ik wil starten. Het is iets over half zeven in de ochtend. De zon komt net op. Alle drie de meiden zitten in mijn auto en we moeten opschieten. Ze moeten om de beurt op school afgezet worden. Ik zie in een flits de tuinman van de buren in het schemerlicht voorbij lopen. De tuinman weet zeker dat mijn accu vies is en daarom geen contact maakt. Ik haal water, zeep en papieren doekjes van binnen. Ik laat de voordeur nog even open staan. De tuinman gebruikt zeker een kwartier van mijn kostbare tijd om de accu schoon te maken. Het was nutteloos. Ik wil de accu van een andere auto gebruiken om de mijne op te laden. In alle huizen om ons heen is het nog donker. De buren zijn zo vroeg nog niet op. Toch klop ik aan en krijg ik een autosleutel van de buurvrouw - in pyjama gekleed en verscholen achter de voordeur. De tuinman rijdt haar auto naast de mijne. In één poging start mijn motor. We racen naar school. Onderweg besef ik dat mijn voordeur nog wagenwijd openstaat met de huissleutels er nog in. Crisis! Ik had de poort naar onze wijk in alle haast ook al open laten staan. En het noodlot wil dat ik dezelfde vroege ochtend óók nog te horen kreeg dat er een inbraak was in het huis van een bevriende kennis… Ik zet mijn motor niet meer uit als ik de andere twee afzet. Thuis krijg ik een reprimande van de tuinman, die ook in de beveiliging blijkt te werken. Ik had beter mijn huis moet afsluiten. Hij had op ons huis gepast. Net als ons stoere poesje die heldhaftig in de deuropening zat om niemand toe te laten. Als ik een uur later naar yoga wil rijden: geen energie. De tuinman staat nu een auto te wassen en weer is hij bereid me uit de brand te helpen. Als ik eenmaal op yoga ben probeer ik alle stress te vergeten en vooral niet verder vooruit te denken hoe deze dag moet verlopen. Zonder auto. Zonder Mark. Mark is in Nederland. Na de yoga les start de auto meteen. Er zit nu echter geen snelheid meer in. Mijn Jeep rijdt als een slak! Ik kom Walter tegen op de kruising en hij stapt snel in. Mijn reddende engel. Alweer. Hij sluist me naar een zaakje waar tientallen accu’s opgestapeld liggen tegen de muur. De monteur test mijn accu. Ik heb nog 30% energie. Ik heb geen zin in gezeur en onzekerheid of mijn auto wel of niet start. Ik koop een nieuwe accu. Walter helpt me met de keuze en binnen een kwartier rijd ik weg met een heel krachtige, nieuwe accu. Mét garantie!
Met tranen in mijn ogen lees ik de berichten in de online krant. De intocht van Sinterklaas is wreed verstoord door rellen in Gouda. Negentig demonstranten zijn opgepakt. Diep triest. Een intocht in Groningen afgelast uit angst. Waar halen volwassenen de moed vandaan om dit kinderfeest te verstoren? Tegen de tijd dat ik het filmpje zie waar een huilend jongetje in een rolstoel wordt weg gereden van een opstootje tijdens de intocht, rollen de tranen al over mijn wangen. Hoe ver kun je gaan? Vanuit México lijkt deze ophef zo zinloos. Al eeuwen vieren we dit Hollandse winterse kinderfeest. Al eeuwen zetten kinderen hun schoentjes in de hoop om er iets lekkers in terug te vinden. Alhoewel de eerste meisjes die hun schoen buiten de deur zetten, huwbare meisjes waren die er een muntstuk in terug vonden zodat ze niet als prostituee hun bruidsschat bij elkaar hoefden te verdienen. Wij hebben thuis ook een gepassioneerd schoenzetster. Maren wordt bijna tien jaar. Een leeftijd waarop in Nederland normaal gesproken niet meer blindelings geloofd wordt. In México neemt niemand echter haar rotsvaste vertrouwen weg dat de Sint misschien helemaal niet de heiligman is die ze denkt dat hij is. Wij thuis nemen die illusie al helemaal niet weg. Het is genieten om met haar elke middag uit school even het Sinterklaasjournaal te kijken. Haar twijfel serieus te bespreken of die dakpan nou voor het filmpje scheef gelegd is of dat het écht zo lag. We delen haar verbazing als Piet kennelijk dezelfde plastic zakjes gebruikt als mama in de keuken heeft liggen. We genieten als we haar met zorg aan haar zeer creatieve verlanglijstje vol met kleur en geplakte vormpjes zien werken. Deze weken zijn we thuis helemaal in de ban van het Hollandse Sinterklaasfeest. We gaan zelfs naar de hoofdstad om het feest van de Sint mee te maken die kort México aan doet. Met een glimlach om ons mond kijken we naar ons fantasievolle kind met rotsvast geloof. De verstorende beelden van de intocht van Sinterklaas in Nederland houden we lekker weg bij haar. De Pietendiscussie ook. Haar feilloze geloof laten we nog lekker even onschuldig. Onaangetast.
vrijdag 14 november 2014
Ego zonder ritme
It is a tale. Told by an idiot, full of sound and fury. Signifying nothing.
- William Shakespeare
Bovenstaand citaat uit Macbeth, de tragedie van Shakespeare, spreekt me aan. Naar mijn idee zegt het iets over mensen die een groot ego hebben. Mensen die teveel in hun rol opgaan en niet dicht bij zichzelf staan. Ze ontlenen hun ‘status’ aan hun rol. Hun rol als belangrijk persoon. Heel vaak is die rol een beroep. Ik heb er lang geleden flink wat gesprekken aan gewijd met mijn goede vriendin. Onze eerste kindjes, die vlak na elkaar geboren zijn, gingen allebei voor het eerst naar de lagere school. Ieder in een andere woonplaats. Kort na de start van het nieuwe schooljaar volgde er een informatieavond voor de ouders. Ik zal die avond nooit vergeten. Alle ouders zaten op de kleine kleuterstoeltjes in een ronde kring in het klaslokaaltje. De juf zat er ook tussen. Zij stelde voor om onszelf aan de groep te introduceren. Tenslotte was bijna iedereen nieuw op school. Tot mijn allergrootste verbazing stelde iedereen zich voor met zijn beroep! Wij kwamen als gezin destijds net uit The States terug verhuisd naar Nederland. Ik had helemaal geen beroep. In de minuten voordat ik aan de beurt was repeteerde ik in mijn hoofd wat ik zou zeggen. Ik zei uiteindelijk alleen mijn naam en dat ik moeder van Anthe was. Voor mij was daarmee de kous af. Mijn vriendin echter, was erg gefrustreerd geraakt van zo’n voorstelrondje. Op haar school hadden de ouders zich óók voorgesteld met hun beroep. Zij was bewust thuisblijfmoeder en voelde zich op dat moment minder dan alle aanwezige ouders mét een beroep. Hetzelfde proces vindt trouwens ook plaats op feestjes of borrels. Ik vind het bespottelijk dat je als ouders van een kleuterklas jezelf voorstelt met je beroep. Wat doet je beroep er in godsnaam toe op zo’n avond? Wat doet je beroep er überhaupt toe? Ik heb me nooit een seconde minder gevoeld dan mensen met een betaald beroep. Ik vond het destijds wel een ontgoocheling dat in Nederland je aanzien en respect voor een groot deel door je beroep wordt bepaald. In de kringen waarin ik me begaf in The States was beroep helemáál geen issue. Op dit moment lees ik een boek van filosoof Eckart Tolle “A new earth” . Volgens Tolle identificeert de mens van nu zich met wat hij helemaal niet is - namelijk zijn ego. Denk aan uiterlijke zaken zoals werk, auto, spullen, relaties of zelfs een ziekte. De moderne mens is afhankelijk van zaken buiten zichzelf. Het ‘willen hebben’ wordt een obsessie. De angst om niemand te zijn beheerst het ego. Als meer mensen hun eigen ego zouden herkennen en kiezen voor bewustzijn zal volgens Tolle een verandering naar een nieuwe aarde ontstaan. Dat bewustzijn betekent simpelweg dat je aanwezig bent in het hier en nu. Wees aanwezig in het moment zelf. Zonder te worden meegesleept door denkbeelden van het ego. Het leven op onze planeet verandert, omdat het verbonden is met ons bewustzijn. “Alles is met elkaar verbonden” predikt ook mijn yoga juf wekelijks tijdens de les.
In México kan ik elke dag wel een klaagzang houden. Over het gedrag in het verkeer, het niet nakomen van afspraken, de corruptie, de werkwijze van school, geen telefoonlijn, de slechte kwaliteit van de wegen of het internet, het liegen van onze hulp in huis, et cetera. Er is genoeg om over te klagen. Wat ik liever probeer te doen is zonder oordeel de situatie beschrijven. “Dit is simpelweg wat er is. Er is niets wat ik kan doen om het te veranderen.” Ik haal eens diep adem, kijk ik in het rond en geniet van de wereld om mij heen. Zen. Op onze salsalessen was laatst een nieuwe jongen. Deze jonge Mexicaan kon dansen! Zijn heupen bewogen soepel, zijn voeten verplaatsten zich heel natuurlijk op het ritme van de muziek en zijn armen bewogen vloeiend door de ruimte. Jaloersmakend. Ik mocht op het eind van de les met hem dansen. Wat een plezier! Al mijn fouten werden ongemerkt weg gepoetst door mijn flexibele en ritmische danspartner. Tegelijkertijd beseften Mark en ik ook dat dit nooit voor ons weg gelegd zal zijn. Het is zoals het is. Wij moeten het met onze niet-ritmische lijven doen. We genieten daarentegen niet minder van de lessen en van de muziek.
- William Shakespeare
Bovenstaand citaat uit Macbeth, de tragedie van Shakespeare, spreekt me aan. Naar mijn idee zegt het iets over mensen die een groot ego hebben. Mensen die teveel in hun rol opgaan en niet dicht bij zichzelf staan. Ze ontlenen hun ‘status’ aan hun rol. Hun rol als belangrijk persoon. Heel vaak is die rol een beroep. Ik heb er lang geleden flink wat gesprekken aan gewijd met mijn goede vriendin. Onze eerste kindjes, die vlak na elkaar geboren zijn, gingen allebei voor het eerst naar de lagere school. Ieder in een andere woonplaats. Kort na de start van het nieuwe schooljaar volgde er een informatieavond voor de ouders. Ik zal die avond nooit vergeten. Alle ouders zaten op de kleine kleuterstoeltjes in een ronde kring in het klaslokaaltje. De juf zat er ook tussen. Zij stelde voor om onszelf aan de groep te introduceren. Tenslotte was bijna iedereen nieuw op school. Tot mijn allergrootste verbazing stelde iedereen zich voor met zijn beroep! Wij kwamen als gezin destijds net uit The States terug verhuisd naar Nederland. Ik had helemaal geen beroep. In de minuten voordat ik aan de beurt was repeteerde ik in mijn hoofd wat ik zou zeggen. Ik zei uiteindelijk alleen mijn naam en dat ik moeder van Anthe was. Voor mij was daarmee de kous af. Mijn vriendin echter, was erg gefrustreerd geraakt van zo’n voorstelrondje. Op haar school hadden de ouders zich óók voorgesteld met hun beroep. Zij was bewust thuisblijfmoeder en voelde zich op dat moment minder dan alle aanwezige ouders mét een beroep. Hetzelfde proces vindt trouwens ook plaats op feestjes of borrels. Ik vind het bespottelijk dat je als ouders van een kleuterklas jezelf voorstelt met je beroep. Wat doet je beroep er in godsnaam toe op zo’n avond? Wat doet je beroep er überhaupt toe? Ik heb me nooit een seconde minder gevoeld dan mensen met een betaald beroep. Ik vond het destijds wel een ontgoocheling dat in Nederland je aanzien en respect voor een groot deel door je beroep wordt bepaald. In de kringen waarin ik me begaf in The States was beroep helemáál geen issue. Op dit moment lees ik een boek van filosoof Eckart Tolle “A new earth” . Volgens Tolle identificeert de mens van nu zich met wat hij helemaal niet is - namelijk zijn ego. Denk aan uiterlijke zaken zoals werk, auto, spullen, relaties of zelfs een ziekte. De moderne mens is afhankelijk van zaken buiten zichzelf. Het ‘willen hebben’ wordt een obsessie. De angst om niemand te zijn beheerst het ego. Als meer mensen hun eigen ego zouden herkennen en kiezen voor bewustzijn zal volgens Tolle een verandering naar een nieuwe aarde ontstaan. Dat bewustzijn betekent simpelweg dat je aanwezig bent in het hier en nu. Wees aanwezig in het moment zelf. Zonder te worden meegesleept door denkbeelden van het ego. Het leven op onze planeet verandert, omdat het verbonden is met ons bewustzijn. “Alles is met elkaar verbonden” predikt ook mijn yoga juf wekelijks tijdens de les.
In México kan ik elke dag wel een klaagzang houden. Over het gedrag in het verkeer, het niet nakomen van afspraken, de corruptie, de werkwijze van school, geen telefoonlijn, de slechte kwaliteit van de wegen of het internet, het liegen van onze hulp in huis, et cetera. Er is genoeg om over te klagen. Wat ik liever probeer te doen is zonder oordeel de situatie beschrijven. “Dit is simpelweg wat er is. Er is niets wat ik kan doen om het te veranderen.” Ik haal eens diep adem, kijk ik in het rond en geniet van de wereld om mij heen. Zen. Op onze salsalessen was laatst een nieuwe jongen. Deze jonge Mexicaan kon dansen! Zijn heupen bewogen soepel, zijn voeten verplaatsten zich heel natuurlijk op het ritme van de muziek en zijn armen bewogen vloeiend door de ruimte. Jaloersmakend. Ik mocht op het eind van de les met hem dansen. Wat een plezier! Al mijn fouten werden ongemerkt weg gepoetst door mijn flexibele en ritmische danspartner. Tegelijkertijd beseften Mark en ik ook dat dit nooit voor ons weg gelegd zal zijn. Het is zoals het is. Wij moeten het met onze niet-ritmische lijven doen. We genieten daarentegen niet minder van de lessen en van de muziek.
Abonneren op:
Posts (Atom)