vrijdag 22 november 2013

Een onverteld verhaal


If cats looked like frogs we'd realize what nasty, cruel little bastards they are. Style. That's what people remember.

 “ It is a miracle!” en mijn vriendin slaat verschrikt haar handen voor haar mond. Eigenlijk reageert iedereen zo aan wie ik het verhaal vertel. Op de middag voor mijn vertrek naar Nederland, als ik met Anthe terug kom van de winkel, doet Inden de voordeur open. Haar gezicht is helemaal behuild. “Je raadt nooit wat er is gebeurd!” roept ze. Alles schiet door mijn hoofd. Ze hebben een tuinman binnen gelaten toen ze een uurtje alleen in huis waren? Maar ik heb het helemaal mis. “Woester is thuis!” roept ze. Ik kan het niet geloven. “Is het écht waar? Waar is hij dan?” roep ik terug en kan mijn tranen niet bedwingen. Ik ren naar de keuken en daar zit hij, gebogen over zijn etensbakje. Na meer dan elf weken uit huis zit daar ineens onze oude kater, in onze eigen keuken! Zijn vacht ziet er glanzend en schoon uit. Zijn ogen staan helder, maar hij is wel tweeënhalve kilo verloren. Zijn heupjes steken uit zijn grijze vacht. Het is echt ongelofelijk; hij is gewoon weer thuis. Na al die weken roepen en zoeken. Na al die weken met zijn foto op de posters, verspreid door onze buurt, is hij zelf naar huis gelopen. Zijn voetkussentjes zijn versleten. Wat is er met hem gebeurd? Hij kan het niet vertellen. We gissen er naar. Hij is verdwaald geraakt, iemand heeft hem in huis genomen of hij is opgesloten geweest … Net zoals onze andere poes die de week ervoor ook ineens een nacht niet thuis kwam. De volgende middag ging ik zoeken en roepen in ons straatje. Ik hoorde een miauw als antwoord, heel ver weg. Ik kon het niet plaatsen, maar kreeg wel steeds antwoord als ik riep. Ik rende terug naar huis en riep de meiden naar buiten. “Goed luisteren en dan kunnen we haar vinden!” We vonden haar in een rommelhok van de huisbaas, met de deur gesloten. Het arme beestje heeft 24 uur opgesloten gezeten. Haar reactie, als Woester na elf weken ineens weer opduikt, is niet aardig. Maar wel begrijpelijk. Ze heeft hem verschrikkelijk gemist. Ze ging altijd mee als ik overal aan het roepen was. Ze is heel boos op hem. Ze blaast als hij toenadering zoekt of mept hem met haar poot op zijn kop. Hij wil het goed maken, maar ze heeft tijd nodig.  En als ik vanuit Nederland er naar vraag hoor ik dat ze weer vriendjes zijn. Ze heeft het hem vergeven en ze slapen weer samen op een bed. Hij krijgt weer de laatste hapjes van haar bordje als ze om zes uur eten krijgen. Ik haal voor Woester een middeltje tegen vlooien bij de dierenwinkel, waar ik maanden geleden ook stond maar toen maar één flesje kon bestellen. Dat was zo’n pijnlijk moment en nu kan ik er gelukkig weer gewoon twee bestellen. Woester kreeg deze week ook zijn jaarlijkse check up en vaccinaties voor zijn dierenpaspoort. Hij kreeg speciaal kattenvoer mee naar huis voor katten die moeten herstellen na een operatie. Woessie is veranderd en toch ook weer niet. Hij is net zo aanhalig en nieuwsgierig als altijd, maar hij draagt nu een verhaal bij zich. Hij heeft moeten overleven om ons terug te vinden en dat voel je als naar hem kijkt.

Sinterklaas u bent cool! staat er op het briefje in Maren’s schoen. Nadat we eerst het weekoverzicht van het Sinterklaas Journaal gekeken hebben op uitzendinggemist.nl gaan we onze schoenen zetten. Maren wordt bijna negen jaar en is nog steeds een goedgelovige. De enige reden dat dát nog steeds zo is, is omdat er hier niemand is die haar uit de droom helpt. En daar genieten wij in ons gezin allemaal enorm van. Ik heb een dikke speelgoedgids uit Nederland meegenomen en die wordt helemaal uitgespit. Toch maakt Anthe zich een beetje zorgen en vraagt wanneer we het Maren gaan uitleggen. Dat wordt waarschijnlijk aankomende zomer, dat zou het minst pijnlijke moment moeten zijn. Alhoewel Mark vindt dat we nog wel een jaar kunnen wachten… En zo komt het dat de volgende ochtend als de meiden hun marsepeinen varkenskopjes van V&D uit hun schoen gehaald hebben - met een piepklein berichtje van een Pietje erbij - Maren helemaal voorover gebogen in de open haard staat te roepen: “Dankjewel, Zwarte Piet!”  Ook zingen we gezellig ouderwetse Sinterklaasliedjes in de auto, ze zingt ze zelfs in haar uppie voor de openhaard. Als je zo groot bent heb je zelfs inspiratie om zelf een nieuw lied te schrijven en dat heeft ze dus gedaan. Het lied en een foto van haarzelf heeft ze in haar zomersandaaltje gestopt. Die combinatie ziet er dan toch een tikkeltje vreemd uit…

vrijdag 15 november 2013

Stilte


Stilte is een stukje hemel dat afdaalt naar de hemel.
Ernest Pschirai
     
 “Vanaf 16 november is het park open” zegt de man ferm. De grote lege parkeerplaats die dag deed ons al wat vermoeden. “Zijn er dan helemáál geen Monarchvlinders?” We zijn in het Sanctuario Piedra Herrera.  Volgens de man komen ze op dat moment in kleine groepjes binnen vliegen vanuit Canada. Hij heeft die ochtend beneden aan de berg, bij de ingang van het park, een eenzame Monarchvlinder zien vliegen. Op internet las ik echter dat het park vanaf 1 november open gaat en dat de miljoenen vlinders vanaf Día de los Muertos arriveren uit Canada. De bevolking hier gelooft dat deze oranje vlinders de zielen van de overledenen met zich meedragen op hun vleugels. We vieren Día de los Muertos dit jaar in het authentieke dorp Valle de Bravo, gelegen aan de oever van een groot bergmeer. Toen we aan kwamen rijden uit de bergen leek het even of we bij een groot Italiaans meer aankwamen: waterskiërs, zeilboten, parasailing en motorboten op het water. We bezoeken onze eerste dag in dit dorp de begraafplaats waar elk graf versierd is met oranje bloemen. (zie ons fotoalbum) De graven zijn op deze begraafplaats vaak een bergje modder en paden zijn hier ook niet aangelegd. Veel blubberiger en armoediger dan de begraafplaatsen in Atlixco en Puebla. Het kleine stadje herbergt deze dagen een muziekfestival, Festival van de Zielen. En we zien een aantal ofrenda’s ; mooi met bloemen en foto’s versierde offertafels ter nagedachtenis van de overledene. Twee herdenkingsoptochten trekken die dag ook voorbij. De volgende dag hadden we een bezoek aan de Monarchvlinders gepland, maar dit natuurwonder laat zich niet afdwingen. En zeker niet op zo’n lange afstand. We rijden dan maar langs een grote waterval, Cascada del Molino. En tijdens onze wandeling door het herfstige bos, langs de rivier, zien we tóch een afzonderlijke Monarchvlinder voorbij komen… De rest van de dag relaxen we aan het zwembad en laten we ons verwennen met een massage.

Alleen in stilte vind je rust. Op mijn oude yogaschool in Breda vind ik even rust. De laatste drie weken zijn bijzonder turbulent en intens te noemen. Wederom ben ik in Nederland voor een flitsbezoek, alhoewel minder ‘flits’ dan de vorige keer. De vorige keer was pas een week ervoor…. Ik blijf dit keer een week en logeer op verschillende logeeradressen. Een week gevuld met een mooi afscheid, met weerzien en met veel familie. Ik zoek zo nu en dan stilte op om diep te voelen en om rust te vinden. Tussendoor doe ik boodschappen bij AH, schep ik drop bij het Kruidvat, schuifel ik door de HEMA, drink ik veel koppen thee en glazen Nutricia Chocomel en struin ik door mijn eigen vertrouwde boekenwinkel. Aan het eind van deze week breng ik zelfs een bezoek aan ons eigen huis dat nu twee maanden leeg staat. Het staat er zo vertrouwd bij, maar ook zo leeg en stil. Het was in september vies achter gelaten door de huurders, maar door tussenkomst van mijn vriendin en de makelaar is alles opgepoetst. En dat kan ik nu met mijn eigen ogen zien. Het huis is brandschoon en zó eigen. De geuren en de lichtinval door de glas-in-lood ramen. De oude beukenboom voor de deur in al zijn herfstkleuren en glorie. Toch is het heerlijk om weer naar huis te gaan, naar México. Waar Mark weer op de luchthaven op me staat te wachten en waar ik nogmaals door de Mexicaanse douane loop. Dit keer geen controle van mijn koffers waardoor ik voor de tweede keer in nog geen drie weken tijd, een halve kilo pitjeskaas mee kan smokkelen.

vrijdag 1 november 2013

Smokkelen


Voor wie dankbaar is wordt alles een geschenk, omdat hij weet dat hij absoluut nergens recht op heeft.
- Dietrich Bonhoeffer

In het stralende herfstzonnetje zit ik op Schiphol, op mijn vrijwel lege grote koffer, te wachten op mijn zus in haar auto. Vergis ik me nu of rijden er alleen maar bussen en taxi’s langs? Op het moment dat ik opgestaan ben om me toch maar te verplaatsen naar een openbare weg hoor ik een schor toetertje… mijn zus haar Fiatje! Ik zit net bij haar in de auto, we moeten invoegen in een lange rij auto’s, als iemand er op wijst dat er rook onder de motorkap vandaan komt. Een kokende motor! Met een plastic glas gebietst van de DeliFrance en gevuld met water van de bloemist op Schiphol Plaza kom ik terug lopen. Eén glas blijkt niet genoeg. Mijn zus komt later met een literfles water en alles lijkt weer goed. Ik ben voor een flitsbezoek in Nederland en combineer dat natuurlijk met een bezoekje aan de HEMA, V&D en een geweldige boekenwinkel in Zwolle. Deze boekenwinkel is gelegen in een grote, oude kerk en voorzien van een restaurantje. Wat een feest!  Ik haal mijn boekenlijstje en die van de meiden uit de tas en neem er lekker de tijd voor. Ik ben zo blij als een kind. De mensen zijn allemaal zo aardig voor me op deze mooie herfstdag, zo behulpzaam. Ik maak overal op straat praatjes met iedereen, en het is geen probleem als ik mijn loeizware tassen op een terrasje bij een oudere meneer laat staan om binnen even een lunch te bestellen. Of mijn volle tassen even achter de kassa laat stallen bij een winkel. Een vriendelijke meneer wilde zelfs zijn auto voor me halen om mij en mijn aankopen naar het station te brengen! Alleraardigst sla ik zijn goedhartige aanbod af en zeul zelf door een laagje herfstblaadjes op straat naar het station. Wij kennen geen herfst hier in Puebla, dus ik geniet van het mooie herfstlicht. Niet veel dagen later op Schiphol blijkt mijn koffer te zwaar te zijn bij het inchecken. Ik haal een tas met zware leesboeken er uit en loop dan met twee stuks zware handbagage (tijdschriften en boeken) en een met drop gevulde schoudertas weer uit de vertrekhal om op het treinstation voor Inden haar favoriete kaasbroodjes van de HEMA te kopen. Snel weer terug naar de paspoortcontrole en de juiste gate. Ik ben verrast maar blij dat ik al mijn handbagage zomaar mee krijg het vliegtuig in. Tot ik na de vlucht bíjna bij de deur ben om de aankomsthal in México te verlaten, ik kan Mark al zien staan wachten op mij. Er komt een geurhond aan en loopt zo op mijn kaasbroodjes af. De douaneambtenaar vraagt me of ik vlees of kaas bij me heb. “Hmm, nee niet dat ik weet…” reageer ik naïef en inwendig baal ik al. De hond blijft maar bij mijn tas staan en uiteindelijk moet ik toegeven en grist de vrouw mijn verse kaas- en saucijzenbroodjes uit mijn handen. Ik kijk Mark beteuterd aan door de glazen deur. Meteen daarna mag ik ondanks de groene controleknop tóch mijn koffer op een tafel leggen om te openen. Ik heb een stuk pitjeskaas en doosje frikadellen in mijn koffer…. De douaneambtenaar zoekt en graait in mijn spullen: pepernoten, chocoladeletters, taaitaai en zelfs een banketstaaf vist ze eruit. “Allemaal koek”, zeg ik, “en koek mag wel.” Daar kan ze niks tegen in brengen en sluit mijn koffer. Opgelucht loop ik naar Mark, ik heb de kaas en frikadellen México in gesmokkeld!

Mark was een beetje uit zijn doen toen hij mij met een beker Starbucks warme chocolademelk op kwam halen in de hoofdstad. Hij was op weg naar de luchthaven aangehouden door een corrupte agent. Ik hoor de verhalen regelmatig op het schoolplein. Agenten die vlak voor de lunch of het avondeten wat extra geld nodig hebben en mensen aanhouden onder een vals voorwendsel. Je geeft je rijbewijs af voor controle en dan hebben ze je klem. Ze hebben je rijbewijs. In Puebla drukken ze je na zo’n valse aanklacht meestal een boekje in je hand, die je niet moet lezen. Nee, op de achterste bladzijde stop je je geld om van die vent af te komen. Ze hebben ook wel eens een Ray-Ban zonnebril geaccepteerd… Mark werd beticht van door rood licht rijden, wat hij werkelijk niet gedaan had. Hij werd aangehouden, ging in discussie, maar dat win je nooit. Uiteindelijk vroeg hij hoeveel de schade was en of hij op het politiebureau moest betalen. Dat hoefde natuurlijk niet, als hij zijn rijbewijs terug wilde kon hij direct 800 pesos betalen (vijftig euro) aan de diender. Mark had alleen 1000 pesos te geven. Dat was geen probleem. Zijn collega diender kon uit zijn zak wel even 200 pesos terug betalen….

zaterdag 26 oktober 2013

Spartaans


De werkelijkheid is vaak minder beangstigend dan onze hallucinaties.
- Anne Wilson Schaef

Quién soy? Soy un Spartan! Quién soy? Soy un Spartan!”  wordt er keihard geroepen door een megafoon. “ Wie ben ik? Ik ben een Spartaan!” Dramatische muziek op de achtergrond. Voor de startlijn aan de rand van een rivier begint zich groene rook te  ontwikkelen. Alle stoere, sportieve mannen en vrouwen in het vak voor het startlint gillen mee “Soy un Spartan!” We zijn in de Mexicaanse staat San Luis Potosi, bijna in de woestijn, en we zijn hier voor de Spartanenrace waar Mark aan mee doet.  Twee dagen ervoor zijn we met de auto vertrokken en met het ondergaan van de zon - wat veel langer duurde dan de tien minuten hier in Puebla - reden we de oude stad Querétaro binnen. Het stadje is heel aandoenlijk en gezellig. We logeren in een oud pandje in het centrum en op het plein vlakbij ons wordt een live concert gegeven onder het licht van de volle maan. Er zijn veel mensen op straat, veel verlichtte eettentjes en veel mensen die elkaar ontmoeten in een park, bij de fontein en op de grote pleinen.  Wij gaan eten in een typisch Mexicaans restaurant en later blijkt dat de ambiance voortreffelijk is, maar het eten niet. Ook de gefrituurde insecten die Anthe per ongeluk besteld had zagen er niet smakelijk uit De volgende ochtend rijden we door naar de oude mijnstad waar we de race gehouden wordt. Die dag brengen we door aan het zwembad van ons hotel. Mark begint daar een beetje zenuwachtig te worden voor zijn race, leest zijn papieren meermalen door en vraagt andere Spartanen in het hotel hoe ze die dag gelopen hebben. Het moment komt dichterbij en het wordt spannend voor hem. Na het avondeten houdt hij het niet meer en gaat op onderzoek uit naar het terrein waar hij zich de volgende ochtend moet melden. Hij kan het niet vinden en vraagt een vrijwilliger van de Spartanenrace, die hij op straat ontmoet, hem daarheen te brengen. Toch kunnen we het de volgende ochtend, onze achttiende trouwdag, niet meteen vinden. Uiteindelijk vinden we de verzamelplek en stappen we in een bus en twintig minuten later worden we in the middle of nowhere afgezet. We lopen nog tien minuten door ruig terrein langs een prachtig meer en dan zien we de tenten en de vlaggen. Ook het geschreeuw door de megafoon en de, op de Amerikaanse manier, enthousiaste aanmoedigingen zijn nu goed te horen. We zien veel mannen met ontbloot bovenlijf, tattoo’s van de Spartanenrace op hun lijf en veel sporters dragen een zakje op hun rug met drinken of een riem om hun heup met extra drinken. Het wordt een zware race van 21 kilometer en 25 obstakels. Voor de start moeten ze al over een houten muur klimmen en kort na de start moeten ze al door het water van een rivier rennen. Daarna door het meer rennen, over een houten muur, onder een houten muur door zwemmen en door een gat klimmen. (zie ons fotoalbum) Als je het niet kan moet je je dertig keer opdrukken voor straf. Daarna klimmen ze lange afstanden door de rotsige bergen. Het is echt een Spartaanse race, de lopers wordt niets ontzien. Voor de finish moeten ze nog 45 kilo omhoog hijsen, speer werpen, een touw omhoog klimmen, over vuur springen en tegen boks kussens aanrennen. Mark loopt er in totaal 2 uur en 45 minuten over, een snelle tijd. We zijn trots op hem.

vrijdag 18 oktober 2013

Cholera


Uiteindelijk komt het hierop neer: dat men moet liefhebben om niet ziek te worden en men ziek wordt wanneer men niet kan beminnen.

In de afgelopen paar weken hebben er hier in México buitengewone fenomenen plaats gevonden die de normale balans van dingen hebben verstoord - zoals de orkanen Ingrid en Manuel. Overvloed van water en overstromingen zorgden voor grote rampen in sommige gemeenschappen. Er was onvoldoende afvoer van water zodat water vervuild werd doordat vuil door de straten ging drijven. Dezelfde getroffen gemeenschappen hebben geen drinkbaar water, geen eetbaar voedsel en onderdak. Deze factoren samen kunnen zorgen voor infecties en  besmettelijke en parasitaire ziekten. En onder deze besmettelijke ziekten valt cholera. Cholera kan makkelijk in een epidemie overslaan, omdat de incubatieperiode tussen de twee uur en vijf dagen ligt. Cholera wordt veroorzaakt door een bacterie. De laatste epidemie was in Haïti na de aardbeving. Er waren toen meer dan 100.000 mensen aan cholera overleden. De laatste epidemie in México was in 1991.  Er is nu een verhoogde kans hier in México vanwege de schade die de orkanen hebben aangebracht. Er zijn op dit moment zo’n 45 gevallen bekend in México, één daarvan is reeds overleden, en er worden ook nog eens 45 gevallen onderzocht op cholera. De bacterie verspreid zich snel in warme gebieden en voornamelijk via het drinken van water dat geïnfecteerd is, het eten van rauwe vis dat geïnfecteerd is,  vliegen die in contact komen met eten of het eten van schelpdieren die in geïnfecteerd water leefden. Ook het eten van vlees van dieren die geïnfecteerd water gedronken hebben is gevaarlijk. Het is best eng dus. Beetje oncontroleerbaar.  De symptomen zijn vrij algemeen zoals buikpijn, spugen, misselijk of diarree. Eigenlijk zoals een onschuldig griepje, maar bij cholera is er snel sprake van ernstige uitdroging, onlesbare dorst, koud zweet, droge tong en uiteindelijk daalt je lichaamstemperatuur en dit eindigt in de dood… Zelf dus heel alert zijn op de symptomen. En goed je groenten en fruit met water uit de fles wassen. Ook je handen grondig wassen na het toiletbezoek. Alert moeten wij als gezin sowieso zijn, want de rivier Atoyac die langs onze tuin loopt is ook besmet met cholera. Verschillende industrieën lozen afvalwater in deze rivier. Textielbedrijven, voedingsbedrijven, chemie- en petrochemiebedrijven. Maar ook drank-, metaal-, auto - en papierproducenten zijn zich niet bewust van de specifieke lozing beperkingen die in de Mexicaanse officiële norm toegepast worden. Deze bedrijven beschikken niet over zuiveringsinstallaties of de installaties werken gewoon niet goed. Het lozen van deze afvalstoffen is schadelijk en een bron van infectie tot ziekten zoals hepatitis, cholera en kanker. Behoorlijk heftig! Dit is al langer bekend, maar een paar weken geleden zijn er onderzoeksresultaten gepubliceerd die dit alles bevestigd hebben. Als de wind de verkeerde kant op staat dan ruiken wij soms de vieze lucht van de rivier in onze tuin. Niet vaak gelukkig. En deze bacteriën verspreiden zich niet via de lucht, maar via het besmette water. En aangezien wij niet in de rivier zwemmen of varen loopt het allemaal niet zo’n vaart. In tegenstelling tot de arme kleine huisjes die dicht naast de rivier gebouwd zijn en die in het regenseizoen kunnen overstromen met het besmette water….

In een lange slome rij rijden de auto’s stapvoets door onder de brandende zon. Er is een omleiding  omdat de grote doorgaande weg betonplaten krijgt in plaats van het oude asfalt vol met gaten. Mark rijdt in z’n uppie in de auto naar het park om hard te lopen. Wachtend in die flinke rij ziet hij een oude rammelende bus aankomen die de langgerekte rij inhaalt op de baan voor het tegenliggende verkeer. Tot zijn grote verbazing schuift de bus zo voor hém de rij in. Wat een asociaal gedrag, het maakt hem kwaad. Hij rijdt de bus voorbij en zet zijn auto ervoor. Hij stapt uit zijn auto en stapt de bus in. In al zijn laaiende woede scheldt hij de huid vol van de buschauffeur...in het Nederlands! Later gaat hij zijn betoog verder in het Spaans, pakt zijn shirt stevig vast en beveelt de chauffeur dat hij hem voor moet laten gaan voordat hij verder rijdt. De chauffeur trekt er zich echter niks van aan en schiet Mark’s auto voorbij. Het stoom komt nu uit Mark’s oren! Hij zet wéér zijn auto voor de bus en loopt naar de deur. De chauffeur, een kleine man,  is al van zijn stoel afgekomen en staat nu boven de trap. Hij schopt en Mark geeft hem een knal voor zijn hoofd. Het jongetje dat altijd bij de open deur staat om zijn hand uit te steken als de bus weer eens asociaal snel wilt invoegen - en Mark vuil had aangekeken - was ineens verdwenen toen er klappen uitgedeeld werden. Heel snel daarna stond er een politieagent tussen hen in en suste de ruzie. De chauffeur was pijlsnel terug op zijn stoel. De politieagent begreep Mark en kalmeerde hem. Het vreemde aan dit alles is dat Mexicanen altijd heel snel toeteren in het verkeer. Maar niemand maakte een geluidje in de traag voortschrijdende rij die nu helemaal stil stond. Ik denk dat ze allemaal hun adem inhielden om te kijken wat die onnozele buitenlander ging uithalen. Iedereen weet namelijk dat de eigenaren van de busmaatschappijen het asociale rijgedrag van de buschauffeurs afkopen.