zaterdag 18 april 2020

Sociale warmte

Worry is like a rocking chair. It gives you something to do but never gets you anywhere.
- Erma Bombeck

Je weinig emotioneel verbonden voelen met de mensen om je heen. Dat kan ik de laatste tijd wel voelen nu ik al zo lang zonder lijfelijk contact met mijn vriendinnen moet doen. Tuurlijk zijn we in gedachten bij elkaar. We sturen zo nu en dan een ‘appje, een mail of een échte brief. Maar ja, wat schrijf je dan? Iedereen zit in hetzelfde schuitje. Ik ben in mijn coconnetje gekropen. Het alternatieve contact voelt beduidend minder. Ik heb nu, zoals iedereen, minder contact met andere mensen dan ik zou willen. Eigenlijk mis ik de nabijheid van mijn vriendinnen, kennisjes, mijn yogamaatjes en al die anderen. Is dat nu eenzaamheid? Je verbonden voelen met anderen is heel belangrijk voor de aanmaak van bepaalde hormonen. Eén daarvan is oxytocine, beter bekend als het gelukshormoon waardoor je je behaaglijk voelt. Zolang ik lekker bezig ben met mijn werk of in de tuin gaat het prima met me. De weekends zijn ook gezellig met alle dochters en manlief om me heen. Ik zou zelfs heel even kunnen vergeten dat er coronamaatregelen zijn. Juist tijdens de verveling slaat het gevoel toe. Dan mis ik gezelschap. Soms lijkt het alsof we geluk en succes zelf in de hand hebben. En soms voelt het ineens alsof we helemaal niks te vertellen hebben over ons leven. Zoals nu met het coronavirus. Het komt erop neer dat ik uiteindelijk maar wat rondstommel. I go with the flow. Contact met anderen is goed voor je geest. Zélfs in een tijd waarin we massaal binnen zitten. Maar meer dan ons overgeven aan het hier en nu kunnen we toch niet doen. Oude regels gelden niet meer. En we weten minder dan ooit wat de toekomst gaat brengen. Hopelijk zien we elkaar over een tijdje gewoon weer op feestjes, in de yogaschool, in het theater, op een burenborrel, het restaurant, thuis of waar we maar willen. Het is fijn dat we online een ‘schijn’ sociaal leven kunnen opbouwen, maar voor mij is het niet voldoende. Eenzaamheid is een van de vervelendste bijeffecten van de corona-epidemie. Vooral veel ouderen hebben er last van nu ze geen gezellige bezoekjes meer krijgen van kinderen en kleinkinderen. Ik denk ook aan de huwelijken die op springen staan, of kinderen die thuis mishandeld worden. Zij moeten zich nu zó eenzaam voelen! Hoe ga je om met het sociaal isolement? Natuurlijk de voor de hand liggende dingen als iets praktisch gaan doen: verf een muur, neem je tuin of balkon onder handen op of houd een uitgebreide lenteschoonmaak. Dat doe ik ook wel. Ik pak de voor- en achtertuin aan. Toevallig was een paar weken terug de nieuwe oprit klaar dus ben ik bezig met wat klimmers langs de oprit te planten en twee haagjes van taxus aan te planten naast de vuilcontainers. Ik verzorg de vorig jaar gekortwiekte buxushaag intensief tegen de buxusmot. Ik vul de planten aan die deze lente niet opnieuw opgekomen zijn. Ik bewater de tuin regelmatig. En vaak spreek ik dan ook even kort een buurvrouw op straat. Heerlijk even een echt face-to-face gesprek ook al is het op anderhalve meter afstand. Ook tijdschriften worden gretig tussen mij en m’n buurvrouwen gedeeld. Een andere tip is natuurlijk gewoon je telefoon oppakken voor een belletje of een ‘app-gesprek. Op de een of andere manier is die drempel voor mij nu heel hoog. Ik heb ook geen privacy meer thuis voor zulke gesprekken. En waar moet je het eigenlijk over hebben? Klagen over ieder’s corona thuissituatie? Hoe erg het is? Daar heeft toch niemand behoefte aan? Toch hebben we elkaar op ongelukkige momenten juist nodig. Een verrassende tip is om een warm bad te nemen. Psychologen van Yale hebben ontdekt dat het warme water het gemis van een geborgen gevoel of van sociale warmte kan compenseren.

Ondertussen wordt er op sommige plekken gelukkig nog zaken gedaan. Zo hadden wij net voor de pandemie aanving een pad ingeslagen om ons te informeren over een nieuwe hypotheekvorm. Met bijbehorende lage rente. Krijn, onze tussenpersoon, had offertes aangevraagd bij geldverstrekkers en deze offertes bleven van rechtswege twee weken geldig. Wij hadden een keer geluk. Door het virus kroop de rente van de banken namelijk weer omhoog, maar wij hadden onze offerte. De communicatie ging zeer traag, omdat Krijn thuis moest werken en zijn e-mail niet meer regelmatig kon beantwoorden. Ook de medewerkers op het notariskantoor begonnen met thuis werken wat bij hen nog in de kinderschoenen stond. We kregen privé telefoonnummers van de medewerkers waar ze goed op bereikbaar waren. Ze konden alleen moeilijk in hun systeem. Communicatie bleef moeizaam ook al werkten ze lang en veel. Ik werd één avond zelfs nog na negen uur in de avond gebeld om te checken of stukken goed binnen waren gekomen. De bank waar we afscheid van gingen nemen was niet flexibel en was niet meer servicegericht naar ons toe. Het was kantje boord met het halen van de oversluitdatum anders waren we nu nóg niet van die bank af. Normaliter heeft een notaris zes weken nodig om een hypotheek te laten passeren. Deze keer moest het in drie weken. Ondanks coronamaatregelen werden we uitgenodigd op het kantoor van de notaris dat na elk bezoek hygiënisch werd gereinigd. Er werden natuurlijk geen handen geschud. Nu kennen wij deze notaris al zeventien jaar, want hij heeft destijds ook de akten opgemaakt voor de aankoop van ons huis. Een heel aardige kerel. Het passeren was eigenlijk zo gebeurd. We hebben daarentegen ook tijd besteed aan ideeën voor het opmaken van een testament. Dat hij destijds ook al met ons besprak voor onze, toen nog kleine, kindjes. Nu zijn twee van deze kleine kindjes al zelfstandig wonende volwassenen. Wij zijn ondertussen vijftigers geworden. Een hele nieuwe leefsituatie. We gaan ons eens inlezen en zullen dit serieus oppakken. Wederom een nieuw project.

maandag 13 april 2020

Verbouwherrie

Het positieve overwint het negatieve, moed overwint vrees, geduld overwint woede en ergernis. Liefde overwint haat.
- Swami Sivananda Sarasvati

In de krant had ik er onlangs al over gelezen. Ergernissen. Grote ergernissen. Ergernissen die hoog op kunnen lopen onder buurtbewoners. Buurtapp’s waarin woede wordt uitgesproken, omdat door de containers vol bouwafval in de straat eventuele ambulances geen doorgang meer kunnen vinden. Verbouwherrie. En dat juist in een tijd dat iedereen toch al wat gespannen is vanwege corona. In ons straatje staan sinds kort ook drie schilderbussen geparkeerd. Prima. We kunnen er allemaal langs rijden met onze auto’s. Schilderen maakt geen herrie. Op donderdagochtend, wanneer ik altijd rustig opstart met een yogales in m’n eentje, word ik echter opgeschrikt door een verschrikkelijk kabaal. Veroorzaakt door het machinaal schuren van ons buurhuis. Het huis onder onze kap. Vier werklui staan voor en achter met machines afschuwelijk lawaai te maken om acht uur in de ochtend. Op steigers. Onaangekondigd. De tuindeur moet dus deze yogales dicht blijven. Weg serene rust. De gemoedelijke achtergrondmuziek wat harder. De iPad met de stem van mijn juf wat luider. Het is te doen, omdat yoga ook betekent dat je naar binnen keert. Je sluit je af voor je omgeving. Althans dat probeer ik. Dan komt middelste dochter naar beneden stieren. Ze heeft online colleges waarin gediscussieerd moet worden in groepjes. Met de microfoons aan. Er wordt daar gevraagd bij wie dat lawaai vandaan komt. Tja, precies naast haar slaapkamerraam dus. Haar microfoon moet uit. Ze is meteen buiten gesloten van de discussie. Ze bruist van woede. Niet veel later komt jongste dochter naar beneden. Haar handen vol boeken en daar bovenop een computer. Daar boven een chagrijnig gezicht. Ze heeft online les en komt vanwege het immense lawaai op haar slaapkamer maar beneden werken. En passant laat ze nog weten dat er een schilder bij haar slaapkamer naar binnen gluurde. Gelukkig was ze net aangekleed. Tijdens deze mooie, warme lentedagen zitten we normaliter veel in de tuin in onze pauzes. We lunchen samen in de tuin. De werklui van de buren verstoren dit ritueel. Hun radio staat hard aan. Onze buren hebben hun bouwlawaai niet vooraf aangekondigd. Ze bieden ook geen excuses aan. Ze staan er waarschijnlijk niet eens bij stil dat iedereen tegenwoordig thuis werkt en studeert. Ik begrijp dat dit droge weer perfect is om te schilderen. Ik begrijp ook dat zulke klussen ver vooraf zijn afgesproken. Waarschijnlijk voordat corona zich aankondigde. En ver vooraf de scholen en universiteiten sloten. Het zou alleen zóveel schelen voor mij als ze het even vooraf gemeld hadden. Dan hadden we maatregelen kunnen nemen. Kids mee naar het kantoor van hun papa bijvoorbeeld. We zien en horen de buren tegenwoordig meer dan ons lief is. Zij hebben twee kleuters die de hele dag luidruchtig op de trampoline springen en ruzie maken. Soms een vriendje erbij. Binnen buldert hun vader tegen ze. Als ze toch even begrip hadden getoond voor onze thuiswerksituatie! Nu snap ik die ergernissen in buurtapp’s ineens heel erg goed. Drie dagen lang een hels kabaal. Zelfs op de vroege ochtend van Tweede Paasdag. Zonder privacy in je huis én tuin. In coronatijd. Ik vind het nauwelijks te doen…

Corona grijpt om zich heen in de Brabantse verzorgingstehuizen. Heel veel overlijdens zijn te betreuren. In het verzorgingstehuis waar mijn 93-jarige cliënte woont zijn er ook zeven mensen bezweken aan corona. De trend past in het landelijke beeld. Heel zorgwekkend. Om verdere besmettingen te voorkomen mogen bewoners van die besmette groepen niet meer over de gangen lopen. Dat betekent voor mijn krasse dametje dat ze allenig op haar kamer moet eten elke dag. Geen kop koffie meer beneden in het restaurant drinken. Niet even zwaaien naar die aardige meneer verderop. Geen loopje naar Albert Heijn of gewoon een ommetje met haar rollator. Terwijl het deze weken juist zulk mooi weer is. Een wekelijks bezoekje aan de kapper dat zo belangrijk is voor haar zat er al een tijdje niet meer in. Op haar eigen gang was ook een besmetting twee weken geleden. Ik heb niet meer gehoord hoe dat afgelopen is met die bewoner. De zeven bewoners die daar aan corona overleden zijn leidde tot een verregaande maatregel: ter bescherming van alle bewoners werd besloten om volledig te isoleren. Dat betekent dat bewoners hun kamer helemaal niet meer uit mogen. Niet naar buurvrouw Lenie tegenover haar voor een kort praatje. Niet dagelijks even haar krantje en de post beneden ophalen. Ik weet niks over het aantal besmettingen, alleen het aantal overledenen wordt genoemd. Er zijn ook al een aantal mensen weer opgeknapt en klachtenvrij neem ik aan.  Omdat het verpleegtehuis gesloten is voor de buitenwereld kom ik er al vier weken niet meer. Ik stuur mijn allereerste, en ook alleroudste, cliënte daarom wekelijks een ansichtkaartje. Met bemoedigende woorden en dat ik haar, zodra dit allemaal voorbij is, gauw weer gezellig kom bezoeken en mee naar buiten zal nemen. Haar drie kinderen bellen haar dagelijks. Een telefonisch gesprek met haar is echter moeilijk en meestal eenzijdig, want ze draagt gehoorapparaatjes en is beginnend dementerend. Vasculaire dementie. Speciaal voor Pasen zijn de kinderen afgereisd naar moeders. Ze hebben voor het raam gezwaaid. Een bos bloemen en een doosje Paaseitjes bij de schuifdeur afgegeven. Terwijl het coronavirus rond waaiert in alle verpleeghuizen is er een grote zorg over voldoende beschermende middelen voor het zorgend personeel. Zorgmedewerkers die meer dan 24 uur klachten hebben die duiden op corona kunnen zich melden en worden zo nodig verwezen naar de GGD voor een test. Dit geldt ook voor mij. Ik voel me gelukkig heel gezond. Die testen worden in Breda via een drive-in, een zogenaamde coronateststraat, bij het NAC stadion gedaan. Je hoeft je auto niet uit te stappen. Hoeveel collega’s van mij het virus al bij zich dragen is heel lastig in te schatten. Sowieso heb ik één besmette collega. Ook van mezelf weet ik het niet, dat vind ik een eng idee.

dinsdag 7 april 2020

Ik doe niets

Ik doe niets en ik doe niets
Ik hang alleen maar rond
Ik kijk ’s door de ramen
En ik krab wat aan m’n kont

- De Dijk

In een grote crisis zit het geluk in kleine dingen. Kennelijk. Ik draai bijvoorbeeld bij het weg gaan nooit meer met mijn huissleutel de voordeur op slot. De kinderen zijn toch sowieso thuis. Ik vind dat zomaar een lekker gevoel. Zou het kunnen dat de coronavirus onze beleving van geluk verandert? De lentezon schijnt voor mijn gevoel al die quarantaineweken lang heerlijk in de achtertuin. Voor mijn verjaardag had ik een stapel zalige leesboeken gekregen. Echt genieten met een boek op een tuinstoel. Benen omhoog. Ook twee keer per week een knusse, doordeweekse lunch met twee van onze meiden in de achtertuin is gezellig. Soms neem ik wat mee van de bakker, soms koken we een eitje of maken we tosti’s. Mijn nieuwe autootje heb ik nauwelijks gebruikt sinds ik hem heb. Mijn cliënten mag ik niet meer mee nemen om op pad te gaan naar een doktersafspraak, winkelcentrum, schaakclub of een koffie- of lunchtentje. Dus ga ik al een maand op de fiets naar mijn werk. Dwars door de stad. Naast het geluksgevoel om weer lekker veel te fietsen heb ik ook nog het geluk twee kilo te zijn afgevallen. Oudste dochter sport tegenwoordig thuis met een app op haar telefoon. Daar hoort ook vijf kilometer hardlopen bij dus rennen we tegenwoordig in het weekend samen langs het bos. Tijd doorbrengen in de natuur maakt je hoofd leeg, helpt je om te aarden en meer in het hier en nu te zijn. Vooral nu de lente zichzelf aangekondigd heeft is de lokroep van de natuur sterk. Zonder coronavirus was dochterlief met haar vriendje twee keer per week blijven sporten in een Rotterdamse sportschool. Wat een geluksvogel ben ik dat ik hier met haar mag hardlopen. Ik haal de lente ook naar binnen. Van een cliënt kreeg ik laatst een prachtige bos veldbloemen voor mijn verjaardag. Alle stelen een andere lengte, met zorg opgemaakt door een befaamde, Bredase bloemist. Toen ik van boodschappen doen terug kwam voor de volgende dementerende cliënte vroeg ik haar verschrikt waar mijn bos bloemen gebleven was - die ik min of meer verstopt had op een stoel. Trots liet ze me haar vaas op de eettafel zien. Het zakje voeding in het bloemenwater leeg gegoten, de stelen allemaal op dezelfde lengte afgeknipt… ‘Ik hoop dat je mijn bloemschikken kunt waarderen’ zei ze zich van geen schuld bewust. Ze wist niet meer waar ze het doorzichtige folie gelaten had. In het plastic zakje van de visboer heb ik mijn gemartelde bos bloemen gerold om zo thuis nog aan de hand van een foto de bos enigszins op te kalefateren. Mijn sociale wereldje wordt heel klein. Ik ben bijna helemaal gestopt met mijn Whatsapp waar ik sowieso al niet zo vaak meer op keek. Ik leef in mijn intieme coconnetje. De twee thuiswonende dochters koken ieder een avondje per week hun eigen recept. Echt fijn vind ik dat, en zij gelukkig ook. Ze bakken ook zoetigheden in de oven. Om alle ingeplande activiteiten de komende tijd weg te halen uit mijn grote familieagenda heb ik een Tipp-ex mini pocket mouse tape voor mezelf gekocht. Voor het netjes opschonen van mijn agenda. Hoe snel ik dingen, die tot voor kort reuze belangrijk leken, nu haast achteloos weg tippex. Berustend in het lot. Twee concerten, twee 50 feestjes, een diner met vrienden, een kampeerweekend, onze langverwachte reis door Colombia. Zo ongeveer alle dingen waar je je op kunt verheugen vallen in vele stukjes op de grond. Vind ik het erg allemaal? Nee, ik geloof het niet. Wat helpt is de gedachte dat het ooit weer beter wordt. Dat we het allemaal weer kunnen inhalen. Zoveel reizen nog te maken, zoveel feestjes nog te vieren. Wanneer je even loskomt van de oneindige stroom van informatie over corona kom je vanzelf in het nostalgische, gezapige sfeertje van vroeger. Samen als gezin op zaterdagavond TV kijken. Avondwandelingetje door de buurt met eega. Relaxt in de tuin werken zonder dat het op je aktielijstje staat. En dan die stapel leesboeken…

We proberen het 8 uur journaal te kijken. Manlief en ik. Ons kleine poesje mauwt er alleen steeds doorheen. Ze is heel onrustig. Ik heb haar opgepakt om op schoot te nemen, maar dat wil ze niet. Ze blijft maar hard mauwen. Haar broertje is nog in de achtertuin. Tot de avond hebben de tuindeuren wijd open gestaan op deze warme zondag. Manlief had ons katertje geprobeerd naar binnen te jagen met water gooien. Dat werkte averechts. Jongste dochter mocht hem daarna proberen te lokken. Salvador sprong echter van het dakje zó in een spleet tussen ons tuinmuurtje en de tuinschuur van de buren. De spleet is zo’n twintig centimeter breed. En wel twee meter diep. De kat kan op geen enkele manier weer via de stenen muren naar boven klimmen. We leggen een smalle, lange plank in de spleet die schuin omhoog loopt. Het katje durft niet. Te smal waarschijnlijk. Twee van die planken naast elkaar dan maar. Manlief houdt de planken met z’n hand vast. Het is ondertussen donker geworden we hangen met z’n drietjes op een tuinstoel boven het gat. Jongste dochter heeft haar zaklamp aan. Ons katertje vertrouwt het niet. Sluipt langzaam naar achter in plaats van de planken op. Nu maakt manlief een trap. Hij timmert in rap tempo drie van die planken aan elkaar met traptreden erop. Geen reactie vanuit Salvador. Ondertussen is middelste dochter er ook bij gehaald. Met z’n vieren proberen we het bange katertje met een balletje en een veer de trap op te lokken. Hij is wantrouwig geworden. Dan komt middelste dochter met een bolletje wol aanzetten. De kat klimt langzaam achter het blauwe touwtje aan de trap op. Nog even. ‘Nog even verder, jochie.’ Ik sta met twee handen klaar om hem te grijpen. De spleet is alleen zó smal. Nog een klein stukje dan pak ik hem. Veilig in mijn armen. We nemen hem mee naar binnen. Zijn ongeruste zusje is blij en opgelucht. Ze groet hem. Salvador is alleen hongerig en stort zich ongestoord op zijn bak voer.

woensdag 1 april 2020

The same boat

We are all in the same boat.
- Dorinda Farver

Ik weet hoe je je voelt, want ik voel het zelf ook. Ons leven wordt op z’n minst nog vier weken langer op z’n kop gezet. Door een virus. Stukje bij beetje perkt het onze vrijheid in. Deze periode is één grote oefening in overgave. Ik heb onlangs een concert gemist en ik kon mijn verjaardag bijvoorbeeld ook niet vieren. Nu heb ik dat vorig jaar heel erg uitgebreid gevierd met alle vrienden en familie. Ik teer nog steeds op dat gelukzalige gevoel en foto’s van die fantastische avond. Normaliter vier ik mijn verjaardag eigenlijk alleen met mijn gezinnetje. Deze verjaardag wilden we bij wijze van ‘uitje in coronatijd’ op bezoek bij onze oudste dochter in Rotterdam. Zij woont tijdelijk in het prachtige appartement van haar vriend. Met uitzicht op de Maas. Hij is naar zijn ouders vertrokken in de Dominicaanse Republiek. Mijn plan was daar lekkere maaltijden te bestellen aan een loket van een Rotterdams restaurant. Ik zou de taarten meebrengen. Er werd alleen een paar dagen vooraf roet in het eten gegooid: we mochten niet meer op visite met meer dan drie personen… Dus kwam oudste kind naar Breda en liet ik ’s avonds heerlijke maaltijden aan huis bezorgen. De tafel chic gedekt met een tafelkleed, bloemen, kaarsen, mooi servies en glazen. Nette kleding aan. Het was oergezellig. We konden alleen de deur niet uit. Net zoals op sommige doordeweekse dagen. Ons ruime huis is dan ineens heel klein. Op donderdagochtend had ik thuis mijn online yogales. Ik doe dat normaalgesproken intiem in de achterkamer. Kinderen liggen tegenwoordig toch nog lekker lang in bed en eega is naar kantoor. Eega was deze ochtend echter ook thuis. Hij had namelijk tegelijkertijd zijn online gitaarles ingepland. Hij in de voorkamer dan maar. Dat vond ik wel wat onrustig, want ik heb zachte mindful songs op de achtergrond aan staan terwijl de stem van mijn juf door mijn iPad klinkt. Nu klonk er gitaarmuziek van achter de schuifdeuren dat eindeloos herhaald werd. Afgewisseld met zo nu en dan luidruchtige aanwijzingen of uitleg. Aansluitend aan onze lessen had jongste dochter online les waarbij ze aan de grote eettafel wilde zitten. Middelste dochter liep in en uit om haar vroege ontbijtje te maken. Zij had namelijk een paar dagen later online examen op de universiteit. De truc is om je op zo’n moment niet aan elkaar te ergeren. Ik probeer de humor en de creativiteit van de situatie in te zien. Ik voel het grotere belang dat speelt: de gezondheid van kwetsbaren. We dragen samen de ellende. Twee dochters die nu wekelijks ieder een smaakvolle avondmaaltijd bedenken en koken. Oudste dochter vierde haar zes maanden jubileum met haar vriendje door ieder iets te koken en samen online te eten. Ondanks het tijdsverschil van zes uur. We richten onze aandacht op het goede. De twee mobieltjes die we diezelfde donderdag bijvoorbeeld inleverden bij een fysiotherapeut. Hij ze gaat ze verdelen onder Bredase verzorgingstehuizen en eenzame ouderen zonder smartphone. Hij had voor dit mooie doel tweehonderd simkaartjes gedoneerd gekregen. We komen ook op adem. Als het virus straks uitgedoofd is, hoeven we niet verder te gaan met wat we al deden. We kunnen ook opnieuw beginnen. Met de liefde voorop en het ‘wij’ in onze harten. Met diepe waardering voor onze prachtige planeet waarop we dan weer in alle vrijheid mogen rondlopen.

Ouderen zijn bang om besmet te raken en thuiszorgmedewerkers zoals ik vooral om de ouderen te besmetten. Een groot deel van mijn collega’s geeft aan bang te zijn om de ouderen met wie zij werken te besmetten. Ik werk, sinds de verzorgingstehuizen gesloten zijn, nog bij drie cliënten thuis. Een beginnend dementerende weduwe zonder kinderen begrijpt niks van de RIVM richtlijnen. Ze houdt zich niet aan de 1,5 meter afstand en ze niest niet in haar elleboog. Ze wil als vanouds steeds ergens koffie drinken met me. Ik ben ook bang om het virus mee naar huis te nemen. Het dementerende echtpaar waar ik werk onthoudt niets van het virusnieuws en gaan bijna dagelijks naar de supermarkt. Dat geeft mij een onveilig gevoel. Maar de angst dat ik hén besmet overheerst. Ik ben afhankelijk van hoe mijn cliënten en hun bezoekers omgaan met de hygiënevoorschriften. Wij zijn zo sterk als de zwakste schakel. En als dan het kwetsbare echtpaar hun verjaardag viert met vijf familieleden in huis ben ik geïrriteerd. Hun zoon, een arts notabene, is in zijn wiek geschoten als ik er wat van zeg. Er is een tekort aan beschermingsmiddelen in de gezondheidszorg. Ik heb tot nu toe nog niets gekregen. Ik heb zelf handgel aangeschaft. En ik heb geen mondkapjes. Het RIVM benadrukt dat iedereen met verkoudheidsklachten zich ziek moet melden. Behalve verkouden zorgmedewerkers. Ik word geacht de RIVM richtlijnen te volgen, maar ik mag wél volgens mijn collega op kantoor een mevrouw onder haar arm ondersteunen bij het wandelen. Het blijft balanceren met die richtlijnen. Ik kan makkelijk via mijn kleding of toch mijn handen het virus meenemen naar de volgende cliënt. En dat een cliënt door mijn toedoen zou lijden of overlijden zou me erg verdrietig maken. Vanaf maandag mogen zorgmedewerkers buiten het ziekenhuis zich bij verschijnselen ook op corona laten testen. Een stapje vooruit. Het appartementje van de weduwe zonder kinderen is heel klein. Toch wil haar jongere broer steeds aanwezig zijn wanneer ik twee uurtjes bij haar kom. Ik heb mijn collega op kantoor gevraagd hem te informeren dat hij niet meer komt wanneer ik er ben. We kunnen met z’n tweetjes al nauwelijks 1,5 meter afstand houden van elkaar. Hij belde mij op toen ik bij zijn zus was dat hij tóch onderweg was, maar dat ik het niet tegen mijn collega op kantoor moest zeggen. Ik heb hem onomwonden moeten zeggen dat dat écht niet de bedoeling is. Toen heeft hij in een winkelcentrum gewacht totdat ik vertrokken was…. Het RIVM laat weten dat thuiszorgmedewerkers zich aan dezelfde regels moeten houden als iedereen: handen wassen en geen contact. Dat laatste is nauwelijks te doen met begin dementerende oudjes…


donderdag 26 maart 2020

Yoga

“Darkness cannot drive out darkness: only light can do that. Hate cannot drive out hate: only love can do that.”
― Martin Luther King Jr

Terwijl ik in lotushouding op mijn schapenvel zit en mijn hoofd en schouders van links naar rechts beweeg met bijpassende ademhaling, zie ik bij elke blik naar rechts twee nieuwsgierige koppies boven het raam uitsteken. Ik moet lachen. Ik zit in mijn yogabroek, T-shirt en vestje eroverheen met mijn hand-gebreide wollen sokken uit de Andes in Peru aan m’n voeten. Op een kussentje. Naast onze tuindeuren in de achterkamer. Naast mij een kop kruidenthee, een fleecekleedje voor de ontspanning en een Mexicaanse tube geurende crème van essentiële olie. Deze smeer ik al jaren op mijn oorlellen en mijn polsen tijdens de yogales. Onze katjes in de tuin kunnen hun ogen niet van mij afhouden. Om de beurt piept er een met z’n grijze koppie boven het raam uit. Dit zijn ze niet gewend. Het vrouwtje zittend op de grond terwijl ze rare houdingen aanneemt. Voor mij staat mijn iPad met mijn yogajuf in beeld op een laag bankje. De rustige woordenstroom van mijn yogajuf klinkt uit het apparaatje. Ik heb zelf op Spotify zachtjes yoga muziek op de achtergrond aangezet. De eerste online yogales was een experiment. We waren met acht mensen uitgenodigd om het eens te proberen via de zoom app. Mijn yogajuf is gewoon thuis in haar huiskamer. Dat valt te zien aan de planten voor haar ramen en de stoelen bedekt met schapenvachtjes. Het geluid van ons, leerlingen, staat op mute. Ze zet even kort bij iedereen het geluid aan zodat we gedag tegen elkaar kunnen zeggen. Ik herken iedereen. Ik voel me verbonden met iedereen in zijn eigen huiskamer. Ik zie een piano op de achtergrond of er hangen nog slingers van een verjaardag. De juf bekijkt ons ook tijdens de les. Na de les kletsen we na met elkaar. Dit is voor herhaling vatbaar. Zeker in deze tijd waarin we kunnen vereenzamen is verbinding een heel sterk gevoel. De volgende les erna zijn we ineens met veertig leerlingen. Internationaal. Mijn juf spreekt prachtige inspirerende woorden en we doen veel meditaties en houdingen om te aarden, om onze angsten weg te nemen. Mudra’s om onze immuniteit te verhogen. Tijdens de diepteontspanning, de savasana, hoor ik een van mijn poezen spinnen van genot. Ik geniet van het moment. Natuurlijk mis ik het zachtjes binnen komen in de yogaruimte, de zachte achtergrondmuziek daar, het gestuntel met het uitrollen van de yogamatjes. Het kopje kruidenthee na de les met een mooie spreuk voor die dag naast de thermoskan. Het uitwisselen van ontspannen blikken met elkaar. Even vragen hoe het gaat. Het daadwerkelijke samenzijn. Toch is dit een krachtig, veilig alternatief. Om in deze coronatijd je te verbinden via online camera’s en je even gedragen te voelen. Écht te kunnen ontspannen. Op je eigen veilige plek. Je eigen huiskamer. Na de les was ik geëmotioneerd door de krachtige energie die ik voelde. Mijn juf doet deze online lessen op zo’n liefdevolle manier. Ik hoorde dat andere leerlingen ook geraakt waren. Wereldwijd. Tranen vloeiden. Juist in deze tijd hebben we het nodig om te voelen dat we niet alleen staan.

Hoe verantwoord is het nog voor ons om in tijden van stikstofdiscussies en ‘vliegschaamte’ met onze klassieke Volkswagenbus rond te rijden? Is het een onschuldige hobby, of wordt het tijd om onze vervuilende oldtimer het museum in te rollen? Er bestaat geloof ik ineens een zogenaamde ‘oldtimerschaamte’… Kunnen wij deze zomer nog wel met goed fatsoen de weg op met onze pruttelende hippiebus nu alle grenzen vanwege corona gesloten zijn? Tegenstanders hekelen oude voertuigen vanwege hun verhoudingsgewijs hoge uitstoot van schadelijke uitlaatgassen. Persoonlijk krijgen wij tot nu toe alleen maar heel positieve reacties als wij een camping oprijden of tanken langs de snelweg. Zelfs rijdend op de snelweg! Zouden wij ons moeten schamen voor onze antieke kampeerbus? Vanwege een beetje vieze lucht uit de uitlaat? Door alle aandacht voor schone lucht - die ik ook terecht vind - wordt al snel naar oldtimers gewezen. Mensen denken: 'Dat is oud, daar zal wel veel vuil uit komen'. Het aantal mensen dat dagelijks met een klassieker rijdt daalt al jaren. Wijzelf reizen er alleen mee door Europa tijdens de zomervakantie en soms een weekendje naar het Hollandse strand. Ik denk dat je een oldtimer kunt zien als rijdend erfgoed zoals ze dat in Duitsland ook doen. Wij mochten daar met onze antieke VW gewoon in het centrum van een oude stad als Hamburg rijden. Natuurlijk moet je met onze oude bus niet dagelijks in de file gaan staan of hem in de winter gebruiken. Wij stallen onze kampeerbus jaarlijks van september tot mei. Al met al is de impact die wij op het milieu hebben zo goed als nihil. Natuurlijk zijn uitlaatgassen van klassiekers vervuilender dan die uit moderne auto's. Tuurlijk onderkennen wij de maatschappelijke wens om de uitstoot te beperken. Wij zien daarbij ook een taak voor onszelf. Wij hebben nu als gezinsauto een geheel elektrische auto zonder uitstoot. Balans. Een nieuwe trend is het ombouwen van klassieke auto's naar elektrische aandrijving. Niet alleen voelt het ombouwen naar elektrisch als een soort heiligschennis voor onze antieke Volkswagen. Het typische geluid van de luchtgekoelde motor is een groot deel van ons plezier en het geweldige gevoel van het rijden in onze bus! Daarnaast kost de ombouw vaak vele tienduizenden euro’s. Wij hebben twee jaar geleden de motor laten reviseren voor een paar duizend euro. Hij rijdt nu weer als een nieuwe motor. Voertuigen van dertig jaar en ouder zoals onze hippiebus (drieënveertig jaar oud!) behoren tot een bijzondere groep auto’s - mobiel erfgoed. Van deze eigenaren kun je best het goede voorbeeld vragen. Bijvoorbeeld eisen dat zij hun auto fatsoenlijk onderhouden en er niet dagelijks mee rijden. Dan weten mensen die onze klassieker voorbij zien komen dat we liefhebbers zijn, en van onze hobby genieten. Zéker niet iemand die het slecht voor heeft met de wereld om ons heen.

donderdag 19 maart 2020

Onthaasting

We houden nu even afstand, om elkaar straks nog steviger te omarmen.
- Italiaanse premier Conte

Het virus is dus nog niet onder controle. We krijgen dit virus er alleen onder als we het met zijn allen echt wíllen. En daarom breekt er een tijd aan zonder sociale verplichtingen, zonder sportevenementen, zonder gezellig uit eten te gaan in de stad of een filmpje te pakken. Wij weten helemaal niet meer hoe we ons moeten vervelen. Ik zag dat aan mijn lief. Hij was verkouden en kon niet meer naar de sportschool en niet naar zijn werk. Hij verveelde zich. Wanneer ik thuis kwam van mijn werk was er gekookt, had de afwasmachine gedraaid én was uitgeruimd. Het aanrecht was leeg, de vloer was gezogen. Heel fijn natuurlijk. Maar manlief wilde de deur uit. Hij wilde naar de supermarkt. Hij wilde onze dochter opzoeken in het warenhuis waar ze werkt. Hij wilde met de trein naar Amsterdam zijn nieuwe lease-auto ophalen. Met zijn verkoudheid mocht hij dat echter allemaal niet. In de samenleving ontstaan discussies waarin mensen zeggen: ik mag dit niet meer, en dat niet meer. We moeten dit juist omdraaien vind ik. Je moet je de komende weken afvragen: wat kan ik nu doen om te zorgen dat de snelle verspreiding van dit virus niet verder doorzet? Hoe belangrijk is het dat ik nu naar dat etentje met vrienden ga? In plaats van wijzen naar de overheid kun je naar jezelf kijken. We zien veel verbroedering. Italianen en Spanjaarden spreken af om in hun straat muziek te maken. Allemaal hangen ze uit hun keukenraam of staan op hun gietijzeren balkonnetje met hun muziekinstrument en zingen gezamenlijk daarbij. Heel warmhartig. Aan de nok van het Amphia ziekenhuis in onze stad hangt nu heel fier een geelzwarte doek. 'Hier werken de helden van Breda!' staat erop. Het doek is gemaakt door een NAC supportersgroep. Het centrum van Breda is nu doodstil, er komt haast geen geluid vandaan. Dat maakt het extra bijzonder dat alle kerkklokken elke woensdagavond tegelijk gaan luiden. Als een applaus voor de zorg, een steun voor de thuisblijvers, een signaal van hoop. Ook ons dorp doet mee. Het geluid reikt ver. In het klein zie ik saamhorigheid ook in ons straatje. Veel buren gaan net als wij in de voortuin werken. Kinderen spelen weer eens op straat. Er wordt ook met elkaar gekletst leunend op een hark of met een snoeischaar in de hand. Onze oprit is ondertussen af. De oplaadpaal, straatverlichting en de bestrating. Onze kromme, oude magnolia staat er prachtig bij met z’n roze bloemen. We krijgen veel complimenten van de buurtbewoners en wandelaars. Manlief en ik hebben de kast voor brandhout gerestaureerd, terug gezet op z’n oude plek en opnieuw gevuld met droge blokken brandhout. Ik sta regelmatig in ’t zonnetje relaxt een beetje zand aan te vegen in de voegen tussen de nieuwe straattegels. Eega heeft de leibomen gesnoeid. Zaterdagavond hebben we het bad na een heel lange tijd weer eens vol laten lopen. Geurend badzout erin. Kaarsen aangestoken. Maskertje op mijn gezicht. Scrubzout uit de sauna mee. Gesprekken. Tijd voor elkaar. Ineens hebben we zeeën vol tijd om samen door te brengen. Zondags loop ik altijd hard in het bos. Ik heb het al heel lang niet meer zo druk gezien in het Brabantse Mastbos. Veel wandelende vriendinnen, jonge gezinnen maar ook sportteams die onverhoopt maar samen hardlopen als training in plaats van een wedstrijd of training in de zaal. We worden als mensen creatief en saamhorig wanneer we de verspreiding van een dodelijk virus moeten tegengaan. Heel hartverwarmend. Genieten van elke dag, van elk moment, wat je leven ook brengt. Bezinning. Dankbaarheid voor alle zorgverleners. En anderen inspireren met mooie, soms kleine en soms grote, initiatieven. Onthaasting. Het idee dat we met z’n allen door met coronavirus besmet te raken een weerstand opbouwen om een schild te vormen voor de kwetsbare ouderen onder ons vind ik zoveel positiever klinken dan de eerdere berichtgeving. Ik werk in de ouderenzorg met beginnend dementerenden en zie dagelijks hun zorgen om corona en soms ook totale onbegrip. Hun wereldje wordt steeds kleiner nu ze niet meer onder de mensen mogen komen. Zij hebben onze steun nu meer nodig dan ooit.

Ons straatje verbroedert: buurvrouwen met kinderen op zoek naar ons jarige katertje. Buurman is speciaal met hond naar buiten gegaan op zoek naar ons kleine katje. Buren zoeken in hun achtertuin naar ons verdwenen katertje en laten ons weten dat ze hem niet gezien hebben. Ik loop op straat te roepen en hoor verderop ‘Salvador!’ echoën door buurkindertjes die hem ook roepen. Hondenuitlaters in onze straat laten weten dat ze een grijs katje gezien hebben. In de buurtapp tonen de buren hun medeleven. Op de zonnige eerste verjaardag van onze kleine grijze katjes staat de tuindeur open. We lunchen in de tuin. Ik tuinier wat, de was wappert heerlijk buiten. Rond etenstijd missen we ons jarige katertje. Hij komt niet eten. We zoeken in huis. Zijn zusje miauwt, ze mist hem. We roepen over de daken in onze achtertuin. Ik plaats een berichtje in de buurtapp. Het beestje is nog nooit eerder op straat geweest. We gaan buiten zoeken. Het schemert al. We komen we onze buurtgenoten tegen. Iedereen heeft natuurlijk tijd om mee te zoeken. Hoe lief! We gaan bezorgd naar bed zonder onze kleine Salvador. Om half vier in de nacht staat onze jongste met Salvador in haar armen aan ons bed. Ze hoorde heel zacht miauwen. Hij bleek opgesloten in haar kledingkast. Uit paniek had hij al haar kleding voor de deur verfrommeld en dat dempte het geluid van zijn zachte mauwtje. De volgende ochtend stromen de berichtjes van de buren weer binnen. Iedereen is opgelucht. Wij het meest.

vrijdag 13 maart 2020

Kuchje

“The only thing we have to fear is fear itself.”
— Franklin D. Roosevelt

Afgelopen weekend bleek ineens dat Noord-Brabant dé brandhaard van het coronavirus in Nederland was. Geheel onverwachts wonen wij in het centrum van coronaland. Ik had om half negen op zaterdagochtend een uurtje bij een cliënte van bijna zeventig jaar oud gewerkt. Ik was niet verkouden en niet in besmet gebied geweest. Geen risico dus. Toen ik na het werk thuis kwam kreeg ik een bericht van kantoor dat ik niet mocht werken als ik zou hoesten, verkouden zou zijn of koorts zou hebben. Ik voelde me gelukkig gezond. Geen paniek. De cliënten of hun mantelzorgers kregen die ochtend dezelfde e-mail als ik, want zij kunnen óns ook besmetten natuurlijk. Niet veel later bleek dus het advies van het RIVM dat alle zieke Brabanders de opdracht kregen om, in geval van snot en lamlendigheid, dit weekend binnen te blijven. Als een soort experiment. Op de school van onze jongste dochter was al een moeder positief getest op coronavirus. Zij en haar kinderen bleven thuis in quarantaine. In dezelfde brief van school stond ook dat leerlingen die verkouden waren niet naar school mochten komen. Onze dochter werd sowieso al extra in de gaten gehouden, want zij was met school een week gaan skiën in Oostenrijk. Die extra controle van de skiënde leerlingen moest ik overigens uit de krant vernemen waar geschreven stond over hun mogelijk risicovolle skireis. En dus bevonden wij ons ineens in het epicentrum van coronaland. Het ziekenhuis in Breda bleek tien besmette medewerkers te hebben nadat al het personeel getest werd. Op de fabriek van manlief golden natuurlijk dezelfde adviezen als van het RIVM. Er mocht sowieso al een week niet meer internationaal gereisd worden, alleen met hoge uitzondering. Meetings werden allemaal afgelast. Vanaf maandag werden verkouden medewerkers geweerd in overeenstemming met het RIVM-advies voor Brabant. Manlief bleef ook thuis werken. Het kwam eigenlijk wel goed uit. De laadpaal van de auto werd geplaatst waar met drie man vele uren lang in de meterkast en in de tuin gewerkt werd. Onze dochter, net aan de betere hand van haar verkoudheid, ging wél naar school. Gaten in het rooster vanwege lerarentekort. Gehoest zou de rest van de klas natuurlijk totaal paranoia maken. Ieder kuchje werd natuurlijk in de gaten gehouden. Dochterlief belde halverwege de dag op of ze thuis mocht komen. Ook een gesmoorde hoest hoor je heus in het klaslokaal. Het arme kind kreeg het zo benauwd. Duizenden middelbare scholieren in Breda en omstreken bleken zich maandag ziek te hebben gemeld. Op sommige scholen zat tot zelfs een derde van het aantal leerlingen thuis. De richtlijnen van het RIVM zijn bijna een vrijbrief om thuis te blijven.

Geen paniek natuurlijk. Maar toch. Je gaat er vanuit dat al die zieke Brabanders gehoor hebben gegeven aan de oproep van het RIVM. Maar wat als er nou eentje heeft gedacht dat het met hem wel meeviel? Gewoon, iemand met een fikse verkoudheid. Hoezeer ik ook niet paniekerig wil doen over dit virus, ik ben wel alert. Niet voor mezelf; ik ben gezond en ons gezin ook, maar ik heb wel vijf cliënten die in de risicogroep vallen. Eén van mijn cliënten van tachtig jaar breng ik elke maandag naar schaken met alle senioren uit ons dorp. Als ik het virus meeneem naar hem en hij geeft het door aan hen, waar eindigt dit dan? Maandagavond heeft de premier alle Brabanders verzocht zoveel mogelijk thuis te werken. Je bent kennelijk ook besmettelijk als je milde klachten hebt. Dat hoestende of snotterende werknemers vanuit huis moeten werken was inmiddels gemeengoed hier, maar thuis werken zónder klachten nog niet. Ook niet na de oproep van de premier. De volgende avond werd het advies aangepast tot zeven dagen sociale onthouding in Brabant. Een week geen bioscoop, cafébezoek, vergaderingen en restaurantjes. Ik vind het niet erg hoor. Extra boodschappen inslaan is niet nodig. Toch lijkt me bezorging aan huis van de supermarkt onhandig als je een meter bij elkaar vandaan moet blijven en je betaalt met je pinpas. Ze bezorgen hier ook niet meer tot in je keuken. Nog steeds geen paniek. Ondanks dat op het kantoor van onze oudste dochter een collega positief getest is, haar Spaanse vriend vast zit in Rome en haar Italiaanse vriendin op de valreep terug kon vliegen. De universiteit van de middelste is gesloten. De colleges zullen online vervolgd worden. We halen haar vandaag op zodat ze voorlopig weer thuis zal wonen. Volgens een overlevingsexpert is het niet verkeerd om voor het moment dat we niet meer de straat op mogen extra dekens in huis te hebben, batterijen voor een zaklamp en water en zeep om te wassen. Een powerbank om je telefoon op te laden is ook niet verkeerd. Zo blijf je bereikbaar voor bijvoorbeeld NL-Alert als de elektriciteit uitvalt. Geen paniek, zo ver is het nog lang niet. Elke woensdag bezoek ik een mevrouw van drieënnegentig jaar oud om samen naar de supermarkt te lopen en daarna gezellig saampjes een kop koffie in het restaurant van het verzorgingstehuis te drinken. Deze woensdag nam ik spelletjes mee om thuis te spelen aan haar eettafel. Geen menigte opzoeken. De zoon van een cliënt van tachtig vroeg me zijn vader niet meer mee te nemen naar de drukke supermarkt en aansluitend geen lunch meer te nuttigen bij het bakkertje. Ook de zoon van het echtpaar waar ik werk (hij is arts) wil dat zijn ouders zeven dagen binnen blijven. Ik heb helemaal geen richtlijnen gekregen van kantoor. Uiteraard luister ik wel naar de adviezen van de premier, het RIVM en de kinderen van mijn cliënten. Mijn lieve senioren behoren tenslotte tot de groep met het hoogste risico om te kunnen overlijden. Ik schud geen handen meer en loop met een flesje handgel in mijn tas rond. Alhoewel ik in de verzorgingstehuizen en ziekenhuizen overal alcoholpompjes zie staan bij de voordeur. Ik wil absoluut niet diegene zijn die een besmetting overdraagt aan één van mijn oude, kwetsbare cliënten.

zaterdag 7 maart 2020

Hypotheek

May the long time sun
Shine upon you
All love surround you
And the pure light
Within you
Guide your way on

- Snatam Khalsa

Deze laatste weken ben ik verschrikkelijk veel bezig met aardse dingen als een hypotheek oversluiten en alles wat daarbij komt kijken, een autoverkoop en andere terug kopen plus verzekering en wegenwacht aanpassen. Daarbij het plaatsen van een oplaadpaal op onze oprit en overleg met de stratenmaker om meteen de hele oprit van maar liefst dertig meter opnieuw te bestraten met een leuk patroon. En om de enorme regenplas die steeds ontstaat tijdens een regenbui op te lossen. Ook heb ik ingewikkelde telefonische overlegjes op ongelukkige momenten in de auto met een computerfreak die de computerproblemen van onze jongste dochter probeert op te lossen met mij. Daarnaast probeert de loodgieter mij geduldig uit te leggen hoe dat nieuwe systeem in zijn offerte werkt waarbij elke kamer in huis separaat verwarmd kan worden. Om toch een beetje in balans te blijven zoek ik zachtheid in mijn yogalessen. Het zingen van prachtige mantra’s (chanting) die mij vaak emotioneren, en meditatie. Ik heb een geweldige yogajuf die telkens weer de juiste thema’s in haar lessen meeneemt die op dat moment precies bij mij passen. De asana’s die je uitvoert tijdens haar lessen zijn niet ingewikkeld, maar volgen elkaar wel in rap tempo op. Deze snelheid, gecombineerd met ademhalingstechnieken (pranayama) zorgt ervoor dat je chakra’s worden geopend. Kundalini-energie die in je lichaam ligt opgeslagen komt weer vrij. Ik voel me altijd héérlijk na zo’n les. Vooral ook door het zingen van wondermooie mantra’s. En inspirerende muziek tijdens de oefeningen. Het bijzondere is dat je het effect ervan direct kunt voelen. En na afloop van de les probeer ik die vrijgekomen energie nog lang vast te houden in mijn dag. Op de langere termijn kan yoga je ook helpen groeien als mens, en je handvaten geven om kalmer en bewuster in het leven te staan. En daar doe ik dan weer mijn voordeel mee met het beslissen en begrijpen van al die financiële en technische ontwikkelingen die op dit moment mijn leven beheersen.

Alle alarmbellen gingen bij mij af toen financieel adviseur Krijn ons terloops meedeelde dat bij het opnieuw betrekken van ons huis na de verhuur er volgens de vernieuwde wet in 2013 geen renteaftrek meer mogelijk was geweest. Met andere woorden, dat wij bijna vijf jaar onterecht renteaftrek hadden genoten. En eigenlijk fraudeurs waren dacht ik meteen… Maar erger nog, dat wij vele duizenden euro’s terug moesten terug betalen aan de belasting. Daar ging mijn hart wel even sneller van kloppen. Rode konen. Wij kwamen juist bij hem om de maandelijkse woonlasten te verlichten en dit slechte nieuws werd tussen neus en lippen door even op tafel gelegd. Een paar dagen later kregen we van Krijn het verlossende woord dat wij een uitzondering op de regel zijn en dat we niks verkeerd hadden gedaan. We waren gelukkig toch geen fraudeurs. We hadden ons bij hem laten inlichten om een nieuwe hypotheek af te sluiten. Onze rentevast periode loopt binnenkort af. Aangezien wij nog de hoge rente betalen zoals dat gebruikelijk was een decennium geleden waren wij aan het rondkijken. Wij wilden van de spaarhypotheek af nu de rente zo historisch laag is. Financieel een verstandige stap. Bij een hypotheekkeuze komt bij mij ook gevoel kijken. Een gerust gevoel. Ik heb eigenlijk nooit een goed gevoel gehad bij de grote bank waar wij de laatste twaalf jaar ons geld maandelijks brachten. Bij Krijn brachten we onze doelen en dromen in kaart. Vervroegd met pensioen. Zelf sparen in beleggingsfondsen in plaats van op een spaarrekening. Flexibiliteit over wat we met ons geld willen doen. Boetevrij aflossen als we dat willen. Een hypotheek afsluiten doe je niet vaak in je leven en zeker niet zomaar. Mijn lief en ik dachten eerst heel goed na wie ons betrouwbaar kon helpen, en wat het best bij ons zou passen. De kogel is nu door de kerk. Fijn dat we dat besloten hebben met de hulp van Krijn. We waren er al een heel tijd mee bezig. En we zijn natuurlijk niet de enige. Dat blijkt uit de cijfers. Hypotheekbemiddelaars en -verstrekkers hebben het behoorlijk druk nu. Ondanks dat de huizenmarkt muurvast zit. De drukte is geheel toe te schrijven aan de oversluiters zoals wij. De lage rentestand is de belangrijkste oorzaak van de sterke stijging van het aantal hypotheekaanvragen. Vorige maand bereikte de lange hypotheekrente van dertig jaar een nieuwe mijlpaal, en daalde tot onder twee procent. De renteverschillen tussen de verschillende aanbieders waren niet eerder zo klein. Nu kan ik niet wachten om onze rekeningen op te zeggen bij die grote Nederlandse bank. Alleen nog een notaris en een taxatiemakelaar in de arm nemen. Mijn lief en ik hebben gekozen voor vermogensbeheer om zelf te sparen voor onze dromen. We zijn allebei separaat op zoek naar fondsen om in te beleggen. Ik wil graag duurzaam beleggen en manlief wil een zo hoog mogelijk rendement. Zo spreiden we meteen de risico’s van het beleggen. Een gerust gevoel.

zaterdag 29 februari 2020

Spicy

“Skiing is the best way in the world to waste time.”
– Glen Plake

Mijn best saaie, regenachtige zondag werd ineens wat opgespiced toen ik onze Volvo een dag ervoor op Marktplaats te koop had aangeboden. Mijn lief en ik hadden onlangs wat berekeningen op papier gemaakt. Natuurlijk vanwege de komst van de elektrische lease-auto. Conclusie was dat de vaste lasten van de Volvo veel te hoog waren. De zware stationwagon moest de deur uit. En dat gebeurt snel. Ik vulde onze autogegevens in op de website ‘wijkopenautos’ en daar kregen we een gratis taxatie. Een hoge taxatiewaarde kwam eruit. Meteen geprikkeld maakten we op korte termijn een afspraak. Onze auto werd daar getest en gefilmd en vanuit het hoofdkantoor in Amsterdam kregen we een bod per e-mail. Nog minder dan de helft van de online taxatie. Ontgoocheld stopten we direct de procedure. We reden door naar een autohandelaar waar ik online een leuke Alto gezien had. Ik heb al eerder twee Altootjes gehad. De eerste kocht ik ooit voor mijn baan bij Randstad Uitzendbureau en heb ik doorverkocht toen we naar The States verhuisden. Hij werd naar Polen verscheept. De tweede kocht ik toen we terug kwamen uit de The States. Een wit superschatting twee decennia oud autootje! Het rode schakelaartje om de gevarenlichten aan te zetten leek net van Lego. De sloten opende je gewoon met een ijsstokje. Ik zette hem vaak niet eens op slot. Decennia geleden had vrijwel elke auto een choke. Dit autootje ook. En ik heb de accu wel honderd keer laten opladen door aardige Bredanaren omdat die weer eens leeg was. Ik vergat namelijk regelmatig de lichten uit te zetten. Er ging natuurlijk nog geen piepje af wanneer je dat vergat. Dit ‘rugzakje’, zoals we hem lieftallig noemden, heb ik weg gegeven aan een kennis toen we naar Spanje verhuisden. Jaren later kreeg ik van haar bericht dat ze er nog zeshonderd euro voor gekregen had… Mijn nieuwe kleine autootje moest dus weer een Alto worden. For old times sake. De garagehouder wilde echter niks voor onze Volvo terug geven. ‘Daar zijn er teveel van. Teveel waarde. Daar kan ik geen marge op maken.’ Met lege handen keerden we terug naar huis. ‘Dit kan beter’ dacht ik en daarom maakte ik snel in de regen met mijn mobieltje wat fotootjes in en rondom de auto. Ik zette onmiddellijk een advertentie op Marktplaats. Deze werd meteen vele malen gezien en ook bewaard. Hoe leuk vond ik dat om bij te houden! Er volgde een eerste bod. Veel te laag natuurlijk. Er kwam een tweede bod. Om de paar uur keek ik even op de site hoe het ervoor stond. Zo spannend! De dinsdagochtend na Carnaval wilde een bieder uit Breda even langs komen. Mijn voornemen was niet af te wijken van mijn prijs. De aardige man bood echter meer. Verkocht! Hij wilde hem meteen meenemen. Dikke enveloppe met geld had hij in zijn auto liggen. Eerst gingen mijn lief en ik nog één keer samen naar de sauna in deze fijne auto. De volgende dag viel de eerste sneeuw deze winter. Na mijn werk reed ik naar de aardige koper en liet mijn auto achter. Ik liep in een uur naar huis. Sneeuw. Manlief had op dezelfde dag in zijn lunchpauze mijn gewenste Alto gekocht. Deze haalden we eind van de dag samen op. Manlief had af kunnen dingen. Nog voordat ik het terrein afreed zag mijn eega dat er een koplampje stuk was. In mijn achteruit weer terug. Hij werd meteen vervangen. Normaliter gaf de autodealer de koper een bloemetje zei hij. Deze koop ging echter te snel, ik kreeg als goedmakertje een fles ruitenwisservloeistof! Voor het eerst reed ik een stukje in mijn ‘nieuwe’ autootje. Het was flink wennen. Allereerst is het een schakelauto, buitenspiegels moest ik met de hand bijstellen, ik kon mijn arm niet op de console leggen en op de snelweg trilde mijn achteruitspiegeltje. Er gaat maar dertig liter in de benzinetank, koplampen moet ik voortaan zelf aan en uit zetten en ik heb niet eens een dashboardkastje, alleen een diep gat. De rollator van mijn client past niet in het laadbakje achterin. Ook heb ik maar één sleutel meegekregen die niet eens centrale vergrendeling heeft. Het is even slikken. Wat een diva ben ik eigenlijk geworden… Heel binnenkort wordt de laadpaal voor de deur geplaatst. Daarna volgt snel de elektrische auto.

Het coronavirus werd woensdag gedetecteerd in Oostenrijk. Het zijn de eerste gevallen in de Alpen. Het is vooralsnog onduidelijk wat de gevolgen zijn na de eerste coronabesmetting in Innsbruck, dat ruim honderdvijftig kilometer van skioord Flachau ligt. De plek waar onze jongste dochter vorig weekend haar skivakantie met school begon. Ze was met tachtig leerlingen ingeloot om met de gymleraren mee te gaan skiën in de Alpen. Ze heeft een paar dagen les gehad en de rest van de week mocht ze vrij skiën. Ze heeft toen ze heel jong was ook skiles met haar zussen gehad in Tsjechië. We waren daar toen met vrienden aan het skiën. Ikzelf heb mijn eerste skilessen in de Franse Alpen gehad toen mijn lief zijn militaire opleiding volgde. Bijna dertig jaar geleden. Elke dag les terwijl mijn vriendinnetje in een hotel daar werkte. Ik herinner me nog dat de eerste keer uit het liftje stappen met je ski's aan verschrikkelijk eng was. Van de zenuwen besefte ik niet meteen dat ik zelf met mijn ski’s op het plankje stond. Het ging net goed. Een paar jaar later ging ik met een groep collega’s skiën. Ik nam in m’n uppie nog een paar lesjes ter plekke en daar, kun je wel zeggen, heb ik twee traumaatjes opgelopen. De Oostenrijkse skileraar wilde dat we halverwege de trip uit de liftstoeltjes zouden springen. Ik bleef met mijn jas aan het liftje hangen en bewoog langzaam mee verder omhoog. Ik móest er vanaf! Paniek! Gelukkig scheurde mijn jas aan de achterkant waardoor ik zonder blessures nog op de skihelling belandde. Mijn groepje was al weg geskied. Aan het eind van die week heb ik natuurlijk ook samen met mijn zeer ervaren collega’s geskied. Ergens op een hoge piste overviel mijn hoogtevrees me ineens. Iedereen was al beneden en ik ben gewoon gaan zitten. Mezelf proberen bij elkaar te rapen. Uiteindelijk heb ik mijn beiden ski’s afgeklikt en ben beteuterd naar beneden gelopen. In The States heb ik vlakbij ons huis in Massachusetts in de avond geskied. Met een studievriend van mijn eega die bij ons logeerde. Mijn allerlaatste skireis was met ons gezin en vrienden in Tsjechië. Ik zag daar geen diepte meer in de sneeuw. Best gevaarlijk en ik heb toen besloten dat dit de állerlaatste keer voor mij was. Best jammer, want ik vind de sportieve sfeer, het eten op de piste, het buiten zijn in de bergen en après-ski zo gezellig. Hoe enorm geniet ik dan van de sportieve filmpjes en enthousiaste berichtjes van onze jongste die ze afgelopen week stuurde in de gezinsapp. Ze viel, zat onder de blauwe plekken, maar had de tijd van haar leven. Elke dag in de frisse berglucht. Heerlijk! Thuis zaten wij als ouders toch lichtjes zorgelijk het nieuws bij te houden over het coronavirus in de Alpen. Onwetende dat de eerste Nederlandse besmetting zich nog geen veertig kilometer van ons huis aanmeldde…

zaterdag 22 februari 2020

Supersonisch

Consider what kind of car you get. Buy cars and other products that have the least impact environmentally.
- Al Gore

Met een cadeaubon van een van onze gasten op ons grote verjaardagsfeest van vorig jaar reserveer ik een diner aan de haven en een bioscoopje in een megagrote, nieuwe bioscoop. Net buiten de stad. Op de avond van storm Dennis. We gaan lekker op de fiets. Het voorgerecht bij het Turkse restaurant is heerlijk. Allemaal lekkere smeerseltjes op een luchtige Turkse pannenkoek, de gözleme. Om het feestelijk te maken heb ik er een heerlijk zoete cocktail bij besteld. Het is druk in dit restaurant. We geven bij de serveerster aan dat we wat tijdsdruk voelen omdat we ook nog naar de bioscoop gaan, maar dat mag helaas niet baten. Het hoofdgerecht met veel vleesspiesjes komt rijkelijk laat. We weten het goed gemaakt; we nemen de baklava als dessert lekker mee naar huis. Door de storm fietsen we naar de bioscoop en doen er wat langer over. We stappen de zaal binnen als net de aankondiging van de film 1917 begint te spelen. Gebukt lopen we voor het doek langs naar onze gereserveerde stoelen. We vallen meteen in de film. Een mooie film die mijn inziens heel prettig gefilmd is. De camera dwarrelt over een met lentebloemen bezaaid veld. Daar rusten twee soldaten, tot hun meerdere ze aanspreekt en opzadelt met een levensgevaarlijke opdracht. Hoe konden ze de hele film zo opnemen alsof het één shot lijkt? Natuurlijk is er geknipt op zekere momenten in de 119 minuten lange helletocht. Maar de minutenlange scènes gaan zo naadloos in elkaar over dat het mij niet opvalt. Ik vind dat heel fijn kijken. Het lijkt net of je meerent met die twee soldaten door de loopgraven. Er komen geen andere flits-scenes tussendoor. Op een zeker moment wordt de ene soldaat op het slagveld omvergelopen door een collega. In volle vaart. Dat was ongepland, gewoon een figurant met veel adrenaline, vol erop. De regisseur had vooraf gezegd: áls je valt, gewoon verder gaan. Vergeet het acteren – probeer niet te denken. Ik vind het heel plezierig kijken en ik heb me geen moment verveeld. Manlief vond het daarentegen saai. De grootvader van de regisseur was koerier in de Eerste Wereldoorlog, net als de twee hoofdpersonages in de film. Zijn grootvader werd beloond met een medaille. Maar 1917 is geen biografie, stelt kleinzoon de regisseur. Alhoewel ik op het einde wel bij de aftiteling zag dat zijn opa genoemd werd. ’De ziel van de oorlogsherinneringen van mijn grootvader zit wel in de film. Dat hoop ik althans. Wat me is bijgebleven is dat hij nooit verhalen vertelde over heldendom en moed, maar over geluk en toeval. Hoeveel mazzel hij had dát hij het overleefde.’ Door harde windstoten van storm Dennis moesten wij op de fiets weer terug naar huis. Bakje met Turkse baklava in mijn fietskratje. Een lange, barre fietstocht door maar liefst zes Bredase wijken. Maar het was gelukkig droog en helemaal niet koud.

Mijn eega heeft eind van vorig jaar geprobeerd met spoed een Tesla te bestellen als lease-auto. Zodat we weinig bijtelling aan de belasting zouden betalen om privé in de auto te rijden. Dit was mislukt. De bestelde auto wordt volgende maand pas geleverd. Omdat er vorig jaar spoed bij was had hij bij de bestelling doorgegeven dat de kleur en het interieur niet belangrijk waren áls de auto maar in 2019 geleverd zou worden. Vanwege dat belastingvoordeel. Met als gevolg dat we nu een lelijke, spierwitte elektrische auto krijgen. Terwijl ik gezien heb dat er best prettige kleuren Tesla’s rondrijden… Ik had ook geen idee wat voor model hij eigenlijk besteld had. We hebben trouwens ook helemaal geen proefritje gemaakt. Ik heb zelfs nog nooit een Tesla van binnen gezien. Hij zelf ook niet volgens mij. Ik vind het doodeng met al die geavanceerde techniek. Een computerscherm waar alles op moet gebeuren… Hij kan automatisch rijden van oprit tot afrit op de snelweg. Inclusief knooppunten en het inhalen van andere voertuigen. Oh my God! Ook zelf fileparkeren en haaks parkeren. En je kunt hem zelfs onbemand laten voorrijden! Ik vind het zó onwerkelijk. Dit jaar wordt er ook nog verwacht dat hij kan reageren op verkeerslichten en stopborden. En automatisch kan rijden op straten binnen de bebouwde kom. Kun je je voorstellen dat ík daar in ga rijden? Ik, die vorig jaar speciaal precies hetzelfde model Volvo heb terug gekocht zodat ik geen nieuwe gebruiksknopjes hoefde aan te leren? Van manlief had ik, dacht ik, begrepen dat we model X krijgen. Op zondagochtend wanneer hij aan het sporten is en ik met twee dochters in de huiskamer zit te lezen stuit ik op een krantenartikel over Tesla. Het gaat er over dat Tesla tien jaar lang beschimpt werd als zorgenkindje van de auto-industrie: eigenwijs, opstandig, verlieslijdend. Maar nu dus de grootste fabrikant van elektrische auto's is en waardevoller dan Volkswagen en Daimler samen. Er staan wat fotootjes bij het artikel. Uit nieuwsgierigheid kijk ik naar model X. Uit angst slaak ik een gilletje! De meiden komen meteen kijken. ‘Dit wordt onze nieuwe auto!’ gil ik ontzet uit. Op de foto staat een futuristische auto waarvan de deuren omhoog openen als vleugels. Van schrik fantaseren we er meteen op los. Ik die mijn cliënten, oudjes uit de oertijd, in deze supersonische auto laat instappen met deuren die omhoog open gaan. We komen niet meer bij van het lachen. Ik die bij de supermarkt op vrijdagochtend mijn robot-auto voor laat rijden om mijn grote shoppers in te laden. We lachen ons rot. Als manlief thuiskomt blijkt dat we helemaal niet model X krijgen, maar model 3. De best verkochte auto in Nederland. Het enige gewone aan deze auto is dus het stuur én de deuren die normaal ouderwets opengaan.

zaterdag 15 februari 2020

Na de storm

Take long walks in stormy weather or through deep snows in the fields and woods, if you would keep your spirits up. Deal with brute nature. Be cold and hungry and weary.
- Henry David Thoreau

Het is zondagochtend en het eerste dat ik doe als ik beneden kom in mijn ochtendjas is op slippertjes onze beiden auto’s onder de beukenboom vandaan rijden en op een grasveldje vlakbij parkeren. De eeuwenoude boom verliest nog wel eens wat grote takken bij storm. Om ellende voor te zijn verplaats ik de auto’s naar een veilige plek. Ook schuif ik de vier vuilcontainers tegen de muur aan, die nikswegende bakken vliegen vanavond anders de lucht in. In de achtertuin stapel ik de plastic tuinstoeltjes op en zet ze in de garage. De bezem erbij. Na mijn ontbijtje ga ik hardlopen. Niet in het bos natuurlijk. De zuidwesterstorm geselt Brabant. Ook het Mastbos krijgt er van langs. Bomen die omwaaien, takken die afbreken. Heen loop ik tussen de weilanden tegen de stevige wind in, het is te doen. Op de terugweg word ik door windvlagen vooruit geduwd. Grote passen. Mijn lief die naast me fietst schiet vooruit. Bladeren dansen over de weg. Als een blad mijn gezicht raakt tijdens een rukwind doet het echt zeer. Thuis houdt middelste dochter angstvallig de treinen naar Middelburg online goed in de gaten. Wanneer we halverwege de middag op het journaal horen dat de treinleidingen tussen Breda en Tilburg door de storm losgeschoten zijn zien we dat als startschot om kind snel op het station af te zetten. In Zeeland zou de windkracht nog sterker zijn dan in het binnenland was voorspeld. Ciara is de naam van de lieve Italiaanse vriendin van onze oudste dochter. Maar zo lief is Ciara dus niet. Alle alarmbellen zijn afgegaan. Storm Ciara is op zee al sterker dan in eerste instantie is voorspeld. Middelste dochter loopt op het station helaas tóch vertraging op. Ze had niet langer moeten wachten. Ze komt gelukkig veilig aan in haar studentenflatje. Ciara is de eerste stormnaam in Nederland. Het geven van namen aan stormen maakt mensen bewuster van de risico’s. Best logisch. Het KNMI kondigde om de haverklap code oranje en rood aan dat iedereen ondertussen zijn schouders ophaalt bij de zoveelste code geel. Deze avond valt het inderdaad allemaal nog wel mee. Het gaat regenen, maar de storm giert niet met hoge windkracht om het huis. Ik denk terug aan halverwege de jaren ’70 toen ik een jaar of zes oud was. Ik woonde met mijn ouders en zusje in de stad Groningen en mijn vader had houten latten voor de slaapkamerramen getimmerd. Sponsen ertussen geklemd. Enkelglas natuurlijk. Het mocht niet baten, er sneuvelde één raam door de flinke storm. Toen mijn lief en ik student waren en op een koopavond bij warenhuis Vroom&Dreesman werkten vlogen op de Amsterdamseweg in Amstelveen de dakpannen rondom onze fiets. Echt gevaarlijk. Eenmaal in de winkel bleek dat deze ging sluiten. Er was kennelijk op de radio gewaarschuwd niet de weg op te gaan… Dat zou in deze tijd natuurlijk nooit meer gebeuren met het bestaan van mobiele telefoontjes. De meest recente heftige storm die ik me herinner was toen ik zwanger was van de jongste en er werkelijk een grijze, tollende tornado op de Bredase Grote Markt afkwam waar mijn lief en ik romantisch op een terrasje zaten te eten. Verschrikkelijk eng was het. Toen we niet veel later onze twee dochtertjes ophaalden bij mijn oppassende vriendin was daar in de straat een dikke, oude boom omgewaaid en bovenop een dak terecht gekomen. Grote schade. Om de hoek had een grote boom een auto geplet. Doodeng. Deze vroege maandagochtend word ik wakker van enorme windstoten. Zware regenbuien slaan luidruchtig tegen de zolderramen. Ik vind storm Ciara nu heftiger voelen dan gisteravond, ook al trekt ze nu langzaam weg. Door de harde windstoten geldt nog steeds code geel in de ochtendspits. Onze sterke beukenboom staat parmantig voor ons huis. Hij heeft de zoveelste, onstuimige storm overleefd!

Middelste dochter had zich maanden geleden aangemeld voor een student exchange met Singapore. Of Nieuw-Zeeland. Aankomende maand zou ze eindelijk horen of ze geplaatst zou worden. Deze procedure loopt niet rechtstreeks via haar universiteit in Middelburg, maar via een kantoortje op de universiteit van Utrecht. Officieel staat ze ook op de universiteit van Utrecht ingeschreven. In Middelburg staat als het ware een dependance. En als iets niet rechtstreeks gecommuniceerd wordt kan er iets misgaan. Zo hoorde ze dus veel later dan de studenten in Utrecht dat ze niet op exchange mag naar haar geliefde top drie. Een paar dagen later dan de rest ontving dochterlief een mail met de opties die nog open waren. Ze maakte snel een top drie 2.0 en stuurde deze hoopvol naar het kantoortje in Utrecht. Ze was tenslotte dagen later met reageren dan de rest. Heel opgelucht was ze dat haar nummer één 2.0 nog vrij was. Er werd haar gevraagd te bellen naar het kantoortje. Er waren nog heel kort wat twijfels voordat ze durfde te bellen, want als ze ‘ja’ zou zeggen dan was die plek meteen voor haar. Spannend! Onze gezinsapp stond roodgloeiend! Iedereen had z’n zegje. Nogmaals naar het collegeaanbod gekeken. Perfect passend bij haar afstudeervak. Ze heeft dus gebeld. Alleen nog afhankelijk van een bevestiging vanuit de andere universiteit gaat ons kind deze zomer naar The States verhuizen. Naar de staat Oklahoma! De staat die ook wel bekend staat als Sooner State. Naar kolonisten die zich sooner konden vestigen in de staat om land wat tot de indianen toebehoorde te claimen. Ikzelf ken Oklahoma eigenlijk alleen van de tornado’s. Extreem weer. De zomers daar duren maar liefst vier maanden en zijn warm. Hittegolven met maxima van meer dan veertig graden kunnen voorkomen. De winter maakt dochterlief ook mee, en begint eind november. Overdag komt vorst daar bijna niet voor. Wel sneeuw. Ze mag, als Amerikaanse, zelfs stemmen in november! Vlak voor Kerstmis heeft ze haar vakken afgerond (mits ze alles haalt). Ik zit al stiekem met de gedachte te spelen om na zeventien jaar terug naar The States te vliegen…met Kerstmis.

zaterdag 8 februari 2020

De kracht van de winter

"The thing everyone should realize is that the key to happiness is being happy by yourself and for yourself.”
- Ellen DeGeneres

Oneindig lang duurde dit jaar mijn januarimaand… Vier weken lang somber en grijs weer. Geen enkel vrolijk, maagdelijk wit sneeuwvlokje dwarrelde uit de hemel. Geen vrieskou waarbij je snakt naar een kom warme chocomel tussen je bevroren handen. Van schaatsen en koek-en-zopie kwam het niet. Alleen een aaneenrijging van saaie, regenachtige, veel te warme dagen. Warm weer betekende niet eens dat er veel zon was. Het aantal zonuren ligt in een gemiddelde januarimaand op 62 uur, afgelopen maand mochten we slechts 46 uur van het winterzonnetje genieten. Ik heb een stevige winterdip opgelopen. Ik herinner me nooit eerder zo’n dip als dit jaar. Het komt zéker omdat we deze winter niet avontuurlijk gereisd hebben. Het komt ook zéker omdat ik nog geen grote reis gepland heb waar ik naar uit kan kijken. Juist de reis van aankomende zomer zou een grote, verre en avontuurlijke reis worden van een maand lang. Van voorpret kun je enorm opknappen. Ook al duurt het nog even, te weten dat ik in de zomer ga reizen met mijn gezin, zou nu al een hoop kunnen doen voor mijn stemming. Het reizen lijkt allemaal in het water te vallen door dat coronavirus. Ik word er niet gelukkiger van… Ik zet elke week een bos verse, gekleurde bloemen in een vaas op tafel. Om mijn humeur wat op te vrolijken. Op korte termijn heb ik mezelf en mijn lief getrakteerd door op een doordeweekse dag vrij te plannen. Het jaar is net begonnen, dus er kon wel een vakantiedagje af. Onszelf een dag gunnen die helemaal openligt, waar je mee kunt doen wat je wilt. Naar de sauna dus. Ik heb voor ieder twee massages geboekt. Een diner erbij. Dit geeft mij wel wat energie. Ik kijk er enorm naar uit. Gezelschap kan je ook een ontzettende opkikker geven. Nu zie ik veel oude mensen voor mijn werk die ik gezelschap houd. Ook zie ik mijn vriendinnen regelmatig voor een lunch of een bioscoopje. Maar een avondje écht lachen en een goed gesprek doet goed. Dus plande ik de allereerste zaterdagmiddag van februari impulsief een etentje voor dezelfde avond in Rotterdam. Met onze oudste dochter en haar Spaanstalige novio. Mijn eega en de andere twee dochters hadden er ook zin. Zo gingen wij spontaan eten bij restaurantje ‘De smaak van Afrika’ in het moderne Rotterdamse, drukke uitgaanscentrum. Het bleek ook nog International Film Festival in Rotterdam te zijn. Het overweldigende aanbod van films trok natuurlijk veel mensen naar de stad. Onze reservering via een website was helaas niet doorgekomen, maar gelukkig konden ze wat schuiven met tafels en ineens zaten we tóch met z’n zessen aan tafel. We aten allemaal enjera met gekruid vlees of iets pikants met kikkererwten. Helaas dacht ik bij het bestellen niet aan mijn tong met wondjes dus ik kon er nauwelijks van genieten. Met als gevolg dat mijn maaltijd alleen uit kale stukjes ‘pannenkoek’ bestond met soms een gepikt stukje vlees van mijn oudste. Een toetje konden we beter niet bestellen, want het was er beredruk en ze waren maar met z’n tweetjes om te bedienen. Het mocht de pret allemaal niet drukken. We stapten op en zochten online een ijssalon die - daar eenmaal aangekomen - toch gesloten bleek te zijn. We zijn natuurlijk niet voor één gat te vangen dus liepen we door naar MacDonalds waar we onszelf trakteerden op een McFlurry. Toevallig hetzelfde MacDonalds restaurant waar ik drieëntwintig jaar geleden kotsmisselijk, zwanger van de eerste, ook iets at om met mijn echtgenoot te winkelen in de beroemde koopgoot. Ondanks alle tegenslagen vonden we het allemaal een geslaagde, gezellige avond. Ik kan er weer even tegen aan. Ook merk ik dat de dagen weer wat langer worden. Gelukkig! Goddank had ik ook een heerlijke Netflixserie met twee seizoenen gevonden waar ik echt van genoten heb. En wat mij altijd helpt om uit een dip te klimmen is rennen door het bos. Sinds de feestdagen ren ik gelukkig weer pijnloos elk weekend een rondje van vijf kilometer. Soms door het bos en soms langs het bos door de weilanden. Met frisse moed het nieuwe jaar in. Gelukkig is januari voorbij…

In de buurt van ons huis ligt al maanden een grote doorgaande straat naar het Bredase centrum open. Een grote zandbak. Er worden omleidingen weergegeven met de bekende grote gele borden. Ik denk dat die straat, na drie maanden afgesloten geweest te zijn, precies drie weken open was en nu is de straat tot eind april wederom afgesloten voor verkeer. In onze stad worden projectmatig oude rioolleidingen vervangen, bomen vervangen en wegen opnieuw bestraat of geasfalteerd. De wegopbreking ligt dicht bij ons huis. Ons buurtje is aan de beurt. De vervangende lease-auto van mijn lief wordt een elektrische. Vooraf moet er een paal geplaatst worden waar de auto aan opgeladen kan worden. Dit gebeurt op onze oprit. De kabels moeten van ons huis onder de oprit door naar de oplaadpaal gelegd worden. Dus hebben we besloten onze oprit, die nog steeds met de oude grindtegels uit de jaren ’70 bestraat is, meteen maar te renoveren. Die omgekeerde grindtegels liggen inmiddels schots en scheef door het parkeren van onze auto’s en natuurlijk de hippiebus die zes maanden per jaar daar geparkeerd staat. Er ligt na elke regenbui een enorme plas waar we overheen moeten springen. Dus heb ik ineens een werkplan, een tuinproject, waar aan gewerkt moet worden. Waar mijn aandacht voor nodig is. Dat werkt goed voor mijn humeur merk ik. Ik begin als eerste met een brief aan de gemeente met de vraag wanneer ze ons straatje ingepland hebben voor het vervangen van rioolleidingen. Dat is van belang omdat we door willen bestraten tot aan de openbare weg. Er heeft altijd grind gelegen. Ook bel ik twee verschillende hoveniers die tuinen en sierbestrating aan kunnen leggen. Voor de complete offerte plan ik een dagdeel in dat lief en ik bij een sierbestrating bedrijf gaan kijken, en later bestellen. Ter voorbereiding en inspiratie bekijk ik vele fotootjes op Pinterest. Ik heb iets leuks om naar uit te kijken. Ik ben bezig en daar word ik zo blij van!

zaterdag 1 februari 2020

Olok met ziel

Vraag naar verre reizen neemt af door coronavirus.
- Paul Eldering

Er staat een stoere safaribus voor het museum Volkenkunde in Leiden geparkeerd. Mooie Mexicaanse, felgekleurde kleden er overheen gedrapeerd. Een loper is uitgelegd naar de deur van het museum. Wanneer we er overheen lopen zien we prachtig thematisch gedecoreerde poortjes. Azië, Midden-Oosten, Afrika, alles komt voorbij. Het is heel druk in het museum. We laten onze entreebewijzen zien en krijgen een sticker van een bekende reisorganisatie op onze kleding geplakt. Er klinkt inheemse muziek uit een van de zalen. Er kruipt een oranjekleurige Chinese leeuw al dansend van de trap om het Chinees Nieuwjaar te vieren. Ik wilde graag eens naar informatiedagen over reizen. De eerste keer in mijn leven dat ik inspiratie wil opdoen op een markt met tentoonstellingen van verschillende landen en culturen. Normaliter boek ik onze rondreizen zelfstandig. Ik zoek altijd naar plekjes waar weinig toeristen komen. Weg van de gebaande wegen. Mijn lief en ik vieren dit jaar onze zilveren bruiloft en willen een maand rondreizen met ons gezin. Met z’n vijven hebben we diverse continenten en landen als potentiële bestemmingen besproken. Het moest voor ons alle vijf de eerste keer zijn om de bestemming te bezoeken. Het viel niet mee moet ik toegeven. Onze keus viel op Colombia, vooral dat deel dat aan de Caribische Oceaan gelegen is. We zijn wel eens op de luchthaven in Bogotá overgestapt, dat telt natuurlijk niet mee. De drie personen met een vaste baan hebben vorig jaar al vrij gekregen voor de vier reisweken. Alles in kannen en kruiken zou je denken. Toch is er wat tussen gekomen. Middelste dochter heeft zich afgelopen zomer opgegeven voor een uitwisseling tussen universiteiten. Haar nummer één en nummer twee liggen beiden in Singapore. Ze hoort in maart welke plek het zal worden. Het studiejaar begint daar begin augustus. Midden in onze reis. Nog geen man over boord. We kunnen ook naar de Filipijnen afreizen, dochter na twee weken afzetten in Singapore en nog een stukje Vietnam eraan vast plakken. Ik heb het zelf niet zo op Azië, maar daar kan ik me overheen zetten als we dan toch een maand samen kunnen reizen. Het andere waar ik me zorgen over maak is het coronavirus. Het virus grijpt om zich heen in Azië. Is het voor dochterlief überhaupt veilig om zes maanden in zo’n grote, dichtbevolkte stad als Singapore te zijn? Willen wij een maand rondreizen door Azië? Dus zijn we de laatste dagen weer terug bij ons oude idee om naar Zuid-Amerika te reizen. Het Colombiaanse Cartagena. Ons doel op de reizigersmarkt in het museum is dus inspiratie op te doen over Colombia. We beginnen deze middag bij een filmvertoning over reizen in Zuid-Amerika. Het was een teleurstelling. De landen die ze ons lieten zien hadden we bijna allemaal al bezocht. Traditionele markten in Mexico, Peru, Cuba en Guatemala waar we min of meer dezelfde foto’s geschoten hadden als ze in deze film lieten zien. Het eten dat we niet mochten missen hadden we reeds geproefd. We wilden reistips over Colombia, de mooiste plekjes daar. Ze lieten het niet zien. Teleurgesteld liepen we tijdens de film al weg. We liepen nu hoopvol naar het tafeltje van Colombia op de wereldmarkt. De markt hadden ze geweldig leuk ingericht. Helaas was de reisleidster steeds in gesprek. Ik heb een kaart van Zuid-Amerika van haar tafeltje mee genomen en toen liepen we beneden naar een ingerichte coffeeshop met tafels vol met fotoboeken. Enthousiast begon ik te zoeken naar een fotoboek over Colombia. Ik zag ze niet. Ik sprak een meneer van de reisorganisatie aan die de boeken aan het organiseren was op de grote leestafel. Helaas had hij er ook nog geen van dit land gezien… Enigszins gedesillusioneerd liepen we samen naar buiten. Dit was onze eerste keer. Mijn lief zei dat ik onze reis beter zelf kan gaan organiseren zoals ik het altijd al heb gedaan. ‘Dat was toch altijd goed?’ zei hij. Hij heeft gelijk. In de auto op weg naar huis vond ik online een geweldig reisblog van een Nederlandse die nu in Colombia woont. Zóveel inspiratie!

Je mocht die zondagmiddag natuurlijk ook lekker als bezoeker door het Leidse museum lopen. Dat hebben wij ook gedaan. Er zijn ontelbaar veel volken op deze planeet. Dus voor mijn gevoel werden alle volken een beetje (te) kort aangestipt in de vele zalen. Veel traditionele kleding, gebruiksvoorwerpen en maskers lagen tentoongesteld. Ik stuitte op een interessant item. Een prachtige, felgekleurde verentooi uit Suriname. De olok genaamd. De Wayana-indianen, een van de inheemse volken in Suriname, geloven dat sommige voorwerpen een ziel hebben en dat ze verzorgd moeten worden. Zo ook deze geveerde olok. De Wayana-indianen komen trouwens oorspronkelijk uit Brazilië. Zij verhuisden naar Suriname om dichter bij hun handelspartners te wonen. Wayana-indiaan Kananoe Apetina stichtte het dorp Apetina in 1956. Hij was ook de eerste Wayana die met een aantal mannen in 1937 de stad Paramaribo bezocht. Het dorp Apetina is vanaf Paramaribo met het vliegtuig in ongeveer één uur te bereiken. Het dorp is op een heuvel gebouwd en ligt verscholen tussen de bomen. Gelegen aan de Tapanahoni-rivier. Kapitein Samé, dorpshoofd van Apetina, was in 2010 op bezoek in het Leids museum Volkenkunde. Staande op de plek waar ik stond, naast de felgekleurde verentooi, zei hij hierover “De olok is een geest, als ik met hem spreek, dan spreek ik ook met al mijn voorouders. […] Ik heb met hem gesproken, ik heb hem water gegeven, want hij had dorst. De olok moet niet de hele tijd hangen. Hij moet ook kunnen zitten. Hij moet een eigen plek hebben. De olok vindt het fijn als mensen langs komen om hem te spreken en samen te drinken.” Ik heb een tijdje in m’n uppie de olok staan bewonderen. Ik voelde geen aanwezigheid van een ziel. Toch is er in overleg met meneer Samé een fles water bij de verentooi gezet. En ik zag ook een verenmand staan zodat de tooi af en toe kan uitrusten.

zaterdag 25 januari 2020

Tong enzo

As I walked out the door toward the gate that would lead to my freedom, I knew if I didn’t leave my bitterness and hatred behind, I’d still be in prison.
- Nelson Mandela

Afgelopen week was het Martin Luther King dag zag ik op mijn scheurkalender in het toilet. Een Amerikaanse feestdag ter ere van de beroemde Amerikaanse dominee en politiek activist Martin Luther King. De viering valt jaarlijks op de derde maandag van januari. Toevallig ook Blue Monday… Ondanks dat sinds het jaar 2000 deze feestdag officieel gevierd wordt in alle vijftig staten van de VS heb ik er zelf geen herinneringen aan. De dag krijgt inhoud met demonstraties voor vrede, sociale rechtvaardigheid, rassen- en klassengelijkheid, en ook als nationale dag van vrijwilligersorganisaties. De meeste scholen en hoger onderwijs instellingen zijn wel gesloten, maar sommige scholen blijven open en vieren in plaats daarvan King’s boodschap. Als dominee zei King dat vergeving niet iets eenmaligs is. Vergeving is een manier van leven. Een misverstand over vergeving is dat je het doet voor een ander. Volgens King is het juist precies andersom. Je vergeeft een ander om zélf vrij te zijn van woede en wrok. Heel gezond dus. Het tweede misverstand is volgens hem dat vergeven maar af en toe nodig is. Vergeving is juist een levenshouding. Je bent bereid de ander te vergeven, dat is wat je wilt doen. Maar dan begint het proces pas in jezelf. Want vergeven gaat niet één, twee, drie... Vergeving wil namelijk ook niet zeggen dat het onmiddellijk koek en ei moet en kan zijn tussen jezelf en de ander. Dat is weer een ander proces, dit wordt vaak verward. Namelijk het proces van verzoening, het aanvaarden van elkaar. Verzoening is óók weer een langdurig proces. Als manier van leven betekent vergeving eigenlijk volgens King dat je open blijft staan voor het perspectief van anderen. Compassie. Kan het zijn dat ze handelen naar hun beste weten en kunnen? Vergeven doe je net zo lang tot de dingen die je zijn aangedaan geen pijn meer veroorzaken. Zeker niet één, twee, drie dus. Het is een geweldige levenskunst die jezelf en anderen enorm goed doet. Het leven van King bewijst dat dit verre van een passieve houding is. Je kunt dus net als King, en Mandela trouwens, vergevingsgezind zijn, én daarmee de wereld veranderen.

Als je in de nacht langs de slaapkamer van onze jongste dochter liep, hoorde je een enorm hard repeterend geluid uit haar bedje. Soms hoorde ik het al van verre wanneer ik in mijn eigen bed lag. Slaapkamers op dezelfde verdieping, dat wel. Knarsetanden. Mijn vader deed het. Mijn zus en ik doen het. Haar zoon en mijn dochter helaas ook. Een erfelijk dingetje. Vooral bij het verwerken van spanning en stress van de dagen ervoor. Enkele uitspraken in onze taal verwijzen ook naar de relatie tussen stress en de tanden. Ergens je tanden inzetten. Even doorbijten. Ergens op kauwen. De kiezen stijf op elkaar houden. Je ergens in vastbijten. Je tanden laten zien. Hij was gewapend tot de tanden. Een bekend verschijnsel bij knarsen is ook wangbijten. Door het onbewust bijten in de binnenwang ontstaan bloedingen en zweertjes. Sinds een half jaar ontwaak ik in de ochtend met een brandend gevoel in mijn wang en aan zijkant van mijn tong. Helemaal niet fijn als je zoals ik de dag wilt opstarten met een verse kop hete thee. Irritatie van mijn wangslijmvlies. Pijn. Ik drink elke ochtend speciaal niet te hete, heilzame saliethee om de ontstekingen te herstellen. De laatste weken waren mijn klachten zo erg dat ik toch maar naar de tandarts belde. De tandarts wachtte mij op met een team assistentes en stagiaires. Ik heb een witte streep aan de binnenkant van mijn beiden wangen, de zogenaamde linea alba. Er bestaat helaas een heel superkleine kans dat deze witte littekencellen ooit kwaadaardig zouden kunnen worden.… De diagnose was snel gesteld. Morsicatio. Een aandoening waarbij je chronisch op je tong, je tongranden en zoals ik op je wang bijt. Door spanning in het kaakgewricht kun je ook oorsuizen of een aanhoudend piepend geluid in het oor krijgen. Oók dat heb ik zo nu en dan… De oplossing was snel door het tandartsteam bedacht. Een bitje, of kunststof beschermhoes. En geen zachte, die zou ik in no time stukbijten. Eén van hard plastic. Ik heb meteen moeten happen in een vieze soort klei in een veel te groot bakje. Volgende week zal ik het bitje ophalen. Ondertussen kijk ik natuurlijk ook naar een oplossing in de yoga. Door de stand van het hoofd en de kin te verbeteren en de kaakspieren te ontspannen kan er al namelijk al verlichting van de klachten optreden. En om de kaken goed te ontspannen moet je ook je nek en schouders mee nemen. Yoga en meditatie kunnen me hierbij helpen. Op mijn yogaschool wordt in het voorjaar een workshop gegeven. Ik zal erbij zijn.

zaterdag 18 januari 2020

Boomer

“People who smile while they are alone used to be called insane, until we invented smartphones and social media.”
― Mokokoma Mokhonoana

Ik ben een boomer. Volgens onze kinderen dan. Helemaal correct is dat niet. Mijn ouders waren typische baby boomers. Beiden verwekt na de bevrijding, beiden geboren in mei 1946. Op Wikipedia valt mijn geboortejaar 1969 toch nog nèt in de boomer periode. Wat onze meiden eigenlijk bedoelen is dat mijn gedrag past bij een typische boomer. Ze zeiden het een beetje neerbuigend tegen me toen ik voorstelde om allemaal onze mobiel uit te zetten op Oudejaarsavond. Hoe onnozel! In de ogen van onze kinderen is een boomer van gevorderde leeftijd, met ouderwetse denkbeelden of conservatieve opvattingen. Prompt maakte de Dikke van Dale ook nog bekend dat boomer verkozen is tot het woord van 2019. Ik vind het inderdaad heerlijk bevrijdend om mijn smartphone zo nu en dan uit te zetten. Bijvoorbeeld tijdens onze reizen, in het weekend of op feestdagen zoals Oudejaarsavond. Ik zie een mobieltje niet als een middel dat ons allemaal met elkaar verbindt zoals men jaren terug hoopvol dacht. Juist niet. Zeker niet wanneer ik om me heen kijk en mijn gezinsleden met hun telefoon aan de eettafel zie zitten. We zijn minder gefocust, voelen minder emotionele verbondenheid en hebben minder diepe gesprekken als onze telefoon op tafel ligt. Dat is hoe ik het ervaar. Trouwens ook als ik zelf achter mijn computer zit hoor. Mijn telefoontje gebruik ik alleen voor berichtjes. Soms gps in de auto, als fototoestel, voor internet wanneer ik van huis ben en natuurlijk om ouderwets te bellen. Al bel ik nauwelijks nog met vrienden. Als tiener kon ik uren aan de vaste telefoon geplakt zitten om met mijn vriendinnen te bellen. Boven kon mijn zusje stiekem meeluisteren met het tweede toestel dus ik moest altijd verdacht zijn op een klikje in de telefoonlijn. Mijn moeder klaagde dat ik de telefoonlijn bezet hield. Die contacten verlopen nu via Whatsapp. Tegenwoordig zijn we meer dan ooit verbonden met vrienden en bekenden. En tegelijkertijd leven we ook allemaal in onze eigen bubbel. Ik denk dat onze meiden (en hun generatie) meer zelfbeheersing zouden moeten oefenen en ontwikkelen om niet weer naar hun telefoontje te grijpen. Mijn lief ook trouwens. Hij leest de hele dag het nieuws op zijn mobieltje, checkt zijn werkmail, aandelen en berichten de hele dag door. Hij slaapt zelfs naast zijn telefoontje, omdat hij deze ook als wekker gebruikt. Onmisbaar. Ik weet nog precies dat ik in 1992 mijn eerste mobiele telefoon kreeg. Een werktelefoon. De Kermit heette hij, later Greenhopper genoemd. Ik kon er alleen onderweg bij Greenpoints mee bellen te herkennen aan zo’n specifieke sticker op de deur. Tegenwoordig heeft 93 procent van de Nederlanders een smartphone. Van al mijn senioren cliënten gebruikt alleen de jongste een mobieltje waarvan ik altijd de batterij moet checken en de oplader op haar hoofdkussen moet leggen zodat ze hem niet vergeet op te laden. Met haar mobiel is ze altijd bereikbaar voor haar familie. App’s gebruikt ze helemaal niet. Terwijl de app’s juist het succes van de smartphones zijn. Netflix, Instagram, Whatsapp, Snapchat, Spotify en TikTok zijn de app’s die onze meiden het meest gebruiken. Van dat rijtje heb ik alleen Whatsapp. Een boomer dus. Het mobieltje is een onderdeel van onszelf geworden. Toch zou je de telefoon een niet overheersende plek moeten geven in je leven. Dat is mij goed gelukt vind ik, als boomer. Helaas is dat niet bij iedereen het geval. Misschien moeten we ons in de toekomst meer richten op zelfkalmerend gedrag. Zoals yoga.

De eerste koelkast die ik kocht was eigenlijk voor mijn lief. Op zijn studentenkamertje in Amstelveen. Een tafelmodel. Een tweedehandsje. Ook de koelkast voor ons eerste huurhuisje in Amsterdam was natuurlijk een tweedehandsje. Deze lieten we samen met ons gasfornuis na aan de nieuwe huurder, een ex-verslaafde. Zelfs de koelkast in ons eerste koophuis zat al ingebouwd in de keuken en was dus een tweedehandsje. Ook in The States stond al een reuzegrote, used koelkast in de keuken. De eerste échte nieuwe die we kochten was toen we naar dit huis verhuisden waar we nu nog wonen. Daarna braken betere koelkasttijden aan. In Spanje herinner ik me de aankoop van een nieuwe koelkast voor onze Madrileense keuken. Ook in Mexico mochten we een mooie, grote RVS koelkast uitkiezen van het bedrijf. Na ons vertrek heb ik die voor een klein prijsje doorverkocht aan een Mexicaans yogavriendinnetje. Toen we ruim vier jaar geleden terug verhuisden naar Breda wilde ik al heel snel heel graag een nieuwe koelkast. Er waren door de huurders wat dingen afgebroken zoals een barst in de groentelade en het rekje in de deur kon geen grote flessen meer vasthouden. Wat me het meest stoorde was dat de vriezer zo snel aankoekte. Dat lag ook aan mij, want ik vind ontdooien van het vriesgedeelte zo’n tijdrovend gedoe. Het laatste half jaar zat er soms wel bijna tien centimeter vastgevroren ijs aan alle kanten van het vak. Dat kost heel veel volume! De laatste weken kon ik tot mijn grote frustratie nauwelijks nog drie broden kwijt. Bovendien…het vreet energie zo’n laag ijs. Voor de Kerstdagen had ik lekker in m’n uppie geshopt voor een moderne Amerikaanse koelkast. Eerst online en daarna ging ik het model in de winkel bekijken. Na de aankoop moest ik tot half januari mijn geduld bewaren. Deze week was de ochtend van de bezorging. We hadden de vriezer leeg gegeten. Speciaal geen wekelijkse boodschappen gedaan. Stekker eruit getrokken en het beetje inhoud op het aanrecht uitgestald. De mannen kwamen na lang wachten met een kartonnen gevaarte de keuken in en toen bleek er een deuk in een van de twee deuren te zitten. Ik was zó teleurgesteld. Ze boden nog een schadekorting aan, maar ik stuurde de koelkast terug. Daarbij beschadigde onze antieke houten vloer ook nog. Wat een teleurstelling! Sip zette ik alles weer terug in m’n oude versleten koelkast waar ook nog een wieltje van afbrak. De nieuwe koelkast kon niet meer nageleverd worden… Ik moest opnieuw gaan shoppen. Ik had er online weer eentje gevonden. Maar liefst driehonderd euro duurder. Met meer inhoud, minder geluid, mijn felbegeerde antifrost en een heuse ‘ijstwister’. Een onverwachtse plot twist bleek de dag erna toen ik een antwoord kreeg van de eerste winkel dat ze driehonderd euro schadevergoeding op onze rekening wilden storten. Of ik er tevreden mee was? Ik ben superdík tevreden met ons luxere model koelkast voor de prijs van de eerste!

zaterdag 11 januari 2020

Sneeuw!

"Snow was falling,
so much like stars
filling the dark trees
that one could easily imagine
its reason for being was nothing more
than prettiness.”

― Mary Oliver

Over de besneeuwde weg naar boven zien we de mooi verlichtte houten staafkerk uit 1907 in al zijn glorie de hoogte in rijzen. Onze snowboots kraken in de verse sneeuw. Een sneeuwploeg en een zoutstrooier doen hun werk met hun felle lampen op de straat gericht. Een auto is door de gladheid tegen een lantaarnpaal aan gegleden. Kinderen spelen met sleetjes. Winterse tafereeltjes. Middelste dochter en ik zijn deze avond samen op weg naar het Nieuwjaarsconcert in deze Duitse antieke kerk. Een klein ensemble met een klarinet, trompet, piano en contrabas speelt een bonte verzameling van muziek. Van country naar schlager. Soms zingt er een zangeres. Er zitten honderden luisteraars in de houten banken. Een grote kroonluchter hangt aan het hoge houtbewerkte plafond. Dochterlief en ik zitten helemaal achterin. Dat heeft twee voordelen. We kunnen best wel onopgemerkt weg sluipen wanneer we dat willen en de radiator staat achter ons bankje te loeien. We hebben onze natte wintermutsen en handschoenen erop gelegd om te drogen. Jassen uitgetrokken. Vanmiddag toen we een bergwandeling maakten met het gezin waaide het hard en zag je al natte sneeuw over het bevroren meer jagen. Soms sloeg het hard in ons gezicht. Mijn gedachten dwaalden zo nu en dan af naar de National Parks in Zuid-Korea waar we rond deze tijd een jaar geleden ook in zulke kou bergwandelingen maakten. We pauzeren halverwege de zeven kilometer lange wandeling met warme chocomel en taartjes bij een uitbater aan een bevroren meer gelegen. Uitzicht op diverse mooi gekleurde vogeltjes in een boom. Natte jassen op de radiator om te drogen. ‘s Middags terug in de hotelkamer begon de échte sneeuwval. Het dorp en de berg kleurden helemaal wit. Zó blij worden we daarvan! Voordat we met snowboots en lange thermobroeken onder onze kleding in het donker naar het restaurant togen om een schnitzel te eten, werden er natuurlijk eerst wat sneeuwballen gegooid. Plezier. Met een volle maag, warme voeten en handen luisterden middelste dochter en ik ontspannen tegen elkaar aangeleund naar het concert. In deze mooie, unieke omgeving van een sfeervolle houten staafkerk - zoals we er zoveel gezien hadden in Noorwegen afgelopen zomer - stonden we stil bij het nieuwe jaar en het nieuwe decennium.

Happy, happy Birthday’ zingen we in de hotelkamer voor onze jongste dochter, ook jongste zusje natuurlijk. Vandaag vijftien jaar oud. De wereld is wit buiten. Slingers en ballonnen op het grote bed. Cadeautjes hadden we uit Nederland meegesleept in dochter’s kleine autootje. Na het ontbijt wandelen we door het besneeuwde dorp richting het bos. De cabineliftjes zijn vandaag voor het eerst van dit seizoen geopend. Hoe leuk om op haar verjaardag een sneeuwwandeling op de bergtop te maken! Helaas denken andere gezinsleden daar anders over. Ook de jarige job rijdt liever naar huis. Op tijd thuis zijn. We maken nog wel in het dal wat leuke fotootjes in de sneeuw. Het kleine sfeervolle winkeltje dat volgestouwd staat met sleetjes en skies voor verhuur is vandaag, op zondag, sowieso gesloten. Geen plezier op de natuurlijke Rodelbahn dus... We halen wél vijf gebakjes bij de Konditorei in het dorp en rijden dan voorzichtig terug naar Breda. Eind van de zondagmiddag zijn we thuis. Tijd voor de vijf Duitse gebakjes met een kop hete thee. De jarige job vond het helemaal niet erg om een deel van de dag in de auto te zitten. Lekker samen dicht bij elkaar. Ze treedt niet graag op de voorgrond. Lekker uit het raam turen, luisteren naar de muziek of meezingen is al voldoende voor een fijn gevoel. Ze voelde zich jarig vanmorgen met haar cadeautjes en ballonnen op de hotelkamer. Thuis stroomden de berichtjes op social media binnen. En er wacht natuurlijk nog een feestje met haar vriendinnen deze maand. Ze is gelukkig. Soms heb ik wel een schuldgevoel. Haar verjaardag is heel vaak een reisdag. Vorig jaar nog toen we laat op de avond van haar verjaardag het vliegtuig in Seoul moesten pakken. Die dag was trouwens wel écht een feestdag voor haar. Twee jaar daarvoor vierden we het net als vandaag ook in het Duitse Hahnenklee, maar toen was haar verjaardag juist de dag van aankomst. Het is maar net hoe de Kerstdagen vallen. De wereld was toen bedekt met een heel dik pak sneeuw. In Spanje en Mexico waren we ook vaak weg op haar geboortedag. Ik herinner me een dag sleeën hoog in de Spaanse Sierra Nevada toen we haar vierde prinsessenverjaardag vierden. Als verrassing een roze koffertje mee, alleen maar gevuld met een roze prinsessenjurk, glitter hakschoentjes, een glanzende tiara en een toverstokje. Ik herinner me ook een verjaardag in het Mexicaanse bergdorp San Cristóbal de las Casas. Toen de jarige job met een heliumballon over straat huppelde en we overheerlijke gebakjes kochten bij een Franse taartjesbakker. Je zou bijna zeggen dat ze niet beter weet of haar feestje wordt ergens onderweg gevierd. Ze is een heel lief, bedaard meisje dat soms ook heel luidruchtig en wild kan zijn. Een mooi meisje. Een klimaatstaker. Met de grootste blauwe ogen ever. Ze is heel intelligent net zoals haar grote zussen. Met grote ambities zoals studeren in Amsterdam en daar op kamers wonen. Zelf een wereldreis maken. Een vegetariër. Heel bewust van haar ecologische voetafdruk. Soms net zo dwars als haar vader. Maar altijd onze baby, ons cadeautje.

zaterdag 4 januari 2020

New decade

It takes a snowflake two hours to fall from cloud to earth. Can’t you just see its slow, peaceful decent?
― Amy Krouse Rosenthal

Iedereen met wie ik probeer een date te krijgen zegt af. Allereerst kan mijn eigen lief niet mee naar mijn avondje uit. Dan vraag ik de buurvrouw van verderop mee. Zij houdt een slag om de arm en zegt dezelfde middag voor ons avondje uit af. Ze voelt zich niet lekker. Ik vraag mijn ándere buurvrouw om samen naar de buurtbingo te gaan en zij weet het ook nog niet zeker. Begin van de avond krijg ik de doorslag. Deze aardige buurvrouw fietst op de een-na-laatste dag van de jaren ’10 met me mee naar het gemeenschapshuis in ons dorp. Voor het jaarlijkse avondje bingo. Onze straatvereniging is het hele jaar door actief. Al zolang wij er wonen, zestien jaar inmiddels, organiseren ze leuke activiteiten. Vaak vindt het buiten in de straat zelf plaats zoals een straatbarbecue, een nieuwjaarsreceptie of een Halloweentocht. Soms buiten de deur zoals deze bingo-avond. Ons gezin is echter nog nóóit bij de jaarlijkse bingo-avond aanwezig geweest. Niet omdat we niet willen of omdat we niet uitgenodigd worden. Puur alleen omdat we er nooit zijn in die bewuste week. Het valt altijd tussen Kerst en Oud&Nieuw. Dit jaar zijn we thuis. De buren beseften dat tijdens de Halloweennight en toen moesten we met de hand op ons hart beloven dat we dit jaar zouden komen. Woorden als hilarisch, supergezellig en erg grappig vielen bij hun beschrijving van de avond. Ik werd toch wel nieuwsgierig… Bijna viel het in het water, maar daar vertrok ik dus toch nog met mijn buurvrouw op de fiets naar een oergezellig bingo-avondje. We kochten ieder voor zeven euro vijftig een afscheurblok met een stapeltje bingokaarten. Buurvrouw had er aan gedacht stiften mee te nemen om de getallen in te kleuren. Sommige diehards hadden zelfs een bingostempel om de getallen weg te ‘strepen’! Ik zag nergens zo’n rond mandje met balletjes met nummertjes erop. Er stond wel een moderne machine op tafel die ook de bingoformulieren heel serieus kon checken op fraude in ’t spel. Het tempo lag best hoog, geen tijd voor kletspraatjes. De spelleider van tweeëntachtig jaar oud en zijn charmante vrouw deden het inderdaad heel leuk. En zoals me al beloofd was; als debutant had ik beginnersgeluk. Er stond een tafel vol met prijzen. Dezelfde ochtend gekocht bij de Action door twee buurvrouwen. Ik won twee prijsjes. BINGO! Allereerst won ik een kaarsenstandaard. En later nog een glaasje met een geurkaars erin. Een volle bingokaart was prijs. Ouderwets gezellig! Ze maakten het nog wat afwisselender door ook te kunnen winnen met een volle horizontale lijn of een diagonaal. Of allemaal naast je stoel staan en als je het genoemde nummer op je bingoformulier had moest je gaan zitten. Diegene die overbleef kreeg ook een prijs. Halverwege mochten we voor een euro een extra bingoformulier kopen waar je zelf vijf symbolische cijfers mocht uitkiezen om mee te winnen. De prijs was de opbrengst van de tussentijdse verkoop. Welgeteld zesendertig euro! De verliezers kregen sowieso ook een prijs. Uiteindelijk hadden alle buurtbewoners een prijsje. Wat een onschuldig, oud-Hollands gemoedelijk avondje uit met buurtbewoners! Absoluut verbinding tussen jong en oud. Mochten we volgend jaar thuis zijn dan neem ik mijn lief en onze meiden mee!

Er is een snowblizzard voorspeld één dag voordat we terug naar Nederland rijden. Gevaar voor gladheid op de weg lees ik thuis op mijn mobiel. Voor onze Volvo heb ik geen winterbanden besteld. Niet aan gedacht. Manlief en dochter kregen wél winterbanden onder hun lease-auto’s. We vertrokken dus met z’n vijven in het lease-autootje van onze dochter. Niet groot, maar als meevaller gratis benzine en gratis winterbanden. Zo reden we al luid zingend lekker dicht op elkaar met een overvolle bagagebak door het steeds heuvelachtiger Duitsland. De tweede dag bezochten we een historische zilver-, koper- en loodmijn in de buurt. Op deze plek wordt al duizend jaar erts gewonnen. Er zijn zelfs archeologische resten gevonden (een koperen amulet) die er op wijst dat er zelfs al drieduizend jaar erts wordt ontgind. De mijn sloot zijn deuren pas in 1988. Het is geen mysterie waarom deze plek op de UNESCO lijst van wereldcultuurerfgoeden staat. De Rammelsberg kijkt uit op het charmante, historische stadje Goslar. De mooie huizen in de stad stammen voornamelijk uit de zestiende eeuw. Keizer Hendrik II liet echter in de elfde eeuw zijn paleis hier al bouwen. Een authentieke stad met een ziel. In de schachten van de mijn moesten we ineens - zonder uitleg - een onverwacht eng ritje maken in een donker afgesloten klein treintje. Beetje verwarrend. Eenmaal terug in de auto beseften we pas dat we ons bij de verkeerde gids en groep hadden aangesloten! We hadden namelijk specifiek nìet voor de trein maar juist voor de wandeling met gids kaartjes gekocht. Behoorlijk dom, en grappig. Na de rondleiding slenterden we door de sfeervolle hanzestad. De wolken mysterieus dichtgepakt boven ons met dreigende sneeuwval. We dronken thee en warme chocomel in een oud café op de antieke Marktplatz. Natuurlijk speelden we wat potjes van ons geliefde kaartenspel. In de avond reden we door het donkere Harzgebergte terug naar ons hotel. Heerlijk om in pyjama te relaxen in een warme hotelkamer terwijl er buiten een harde wind waait en ijs- en ijskoud is.

Hahnenklee, 3 januari 2020