All life on earth emanates from the green of the plant
- Jay Kordich
Ik durf het al jaren niet meer. Het heeft ook iets met onze regelmatige landverhuizingen te maken. Ik durf al zo lang geen huiskamerplanten aan te schaffen. Eigenlijk wil ik heel graag een grote, stoere plant. Die écht aanwezig is in huis - waar je niet omheen kunt zeg maar. Met een grote pot erbij is dat een flinke investering dat in mijn geval best een risico met zich meebrengt. Huiskamerplanten gaan namelijk altijd dood in mijn huiskamer. Er is de laatste tijd wat meer aandacht in de media voor binnenklimaat. Dat maakte mij weer enthousiast voor een plant. Ik loop ook wel eens met mijn clienten door een tuincentrum dus ik raak wel gevoed met inspiratie. De watercacao, waar mijn oog op viel, komt oorspronkelijk uit Mexico of Peru. Hij groeit in moerassen en riviermondingen met wisselende waterstand, en kan daar een boom van wel twintig meter hoog worden. Dat vind ik om te beginnen al heel stoer. Zowel de glanzend groene, handvormig gedeelde bladeren als de noten worden daar gegeten. Wij hebben in beide landen tochten door de jungle en langs rivieren (de Amazone) gemaakt. Ook stoer dus. In Oost-Azië wordt de plant gezien als een element dat volgens de leer van de Feng Shui welvaart en geluk in huis brengt. De vijf bladeren aan iedere tak symboliseren de vijf basiselementen van de Feng Shui: metaal, hout, water, vuur en aarde. De plant wordt dan ook vaak verkocht met vijf vervlochten stammetjes. Nog waardevoller is een variant met acht stammetjes die aan de onderzijde een soort mandje vormen. De bladerkroon zou geld aantrekken, dat dan in het mandje bewaard kan worden… Die vervlochten stammetjes vind ik dan weer juist verre van stoer.
In Europa is de watercacao alleen te houden als kamerplant. Ik vind het heel spannend om de verantwoordelijkheid van zo’n grote plant (of boom?) die van zo ver komt te dragen. Ik heb me dus goed verdiept in de verzorging. De meneer van het tuincentrum heeft ons zeer professioneel geadviseerd. Deze plant groeit in gewone, humeuze potgrond, die vrij veel water moet kunnen bevatten. Hij kan zowel licht als tamelijk donker staan, maar houdt niet van direct zonlicht. Hij staat bij ons vlakbij veel ramen en krijgt ook daglicht uit de lichtstraat. Ik denk dat zijn standplek goed is. Hij krijgt graag veel (regen)water, maar niet vaak. Het beste kan tijdens het groeiseizoen eens per maand gegoten worden: met kleine beetjes tegelijk en van boven op de aarde, zodat de kluit zich goed vol kan zuigen zonder dat er water in de pot of schotel blijft staan. Deze plant kan beslist niet tegen natte voeten! Wat ik dan weer gek vind, want hij groeit in zijn natuurlijke habitat juist in rivierbeddingen die regelmatig overstromen… In de wintermaanden minder water geven, maar de kluit niet helemaal uit laten drogen. En dan lees ik dat de plant heel makkelijk te onderhouden is! In het voorjaar en in de zomer kan wat mest gegeven worden. Wordt de plant te groot dan kan hij gesnoeid worden. Hierbij kunnen lange uitschieters ingekort worden tot onder in de bladerkroon. Ook kan de plant helemaal teruggesnoeid worden, tot bijvoorbeeld tien centimeter boven de stammetjes. Na het snoeien enkele weken wat vaker een beetje water geven, daarna weer eens per maand. Best ingewikkeld hoor. De watercacao houdt van vochtige lucht en waardeert het als er eens per week geneveld wordt - met regenwater. Ook kan de luchtvochtigheid in de omgeving verhoogd worden door een grootbladige plant in de buurt te zetten, of een andere vochtverspreidende voorziening zoals een radiatorbakje op de CV. Ook dat nog! In zijn eigen habitat bloeit de plant het hele jaar. De bloemen openen zich vroeg in de morgen. De vruchten zijn doosvruchten. Ze zijn bol- tot eivormig, ongeveer dertig centimeter lang en tot drie kilo zwaar! Stoer! De plant draagt alleen helaas geen vruchten in de huiskamer… De zaden, sabanoten, kunnen worden geroosterd of worden gekookt in zoutwater. En worden als kastanjes gegeten. De jonge bladeren kunnen gekookt als groente worden gegeten. In Guatemala worden de schors en onrijpe vruchten gebruikt bij de behandeling van leverklachten. Choco-Indianen gebruiken de zaden voor het vervaardigen van een verdovingsmiddel. De tanninehoudende schors levert een gele kleurstof die plaatselijk voor het verven van zeilen en visnetten wordt gebruikt. Echt superstoer dus! Nu moet ik alleen nog zo stoer worden om goed voor onze exotische aanwinst te zorgen!
zondag 3 maart 2019
Rest in peace
Know you are loved
Rest in peace
Dream your sweet dreams
"Til your soul is released
- Jai-Jagdeesh
Als ik de was buiten in de zon aan de droogmolen hang, denk ik aan hem. Het voelt bijna of hij er bij is. Ik zie hem levendig voor me. Genietend van de zon onder de droogmolen. Zodra het eerste onderbroekje of washandje van de waslijn waait door een zuchtje wind zit hij er bovenop. Bijna twee maanden geleden is mijn grote vriend overleden. Ik heb er eerder nog niet over kunnen schrijven. Het is een groot verdriet. Voor onze hele gezin. Bijna zestien jaar lief en leed gedeeld. Onze mooie, grijze kater die uren naar onze pasgeborene in de wieg zat te kijken vanaf de rand van ons grote bed. Onze grote Woester die in de tuin bang was van een torretje op het gras. Hij heeft nooit in zijn leven een muis of een vogel gevangen. Onze Woester die met ons mee naar het warme Spanje verhuisde. Waar hij dagelijks op de warme tegels van de trap lag te zonnen. Onze Woester die na jaren weer mee terug naar Nederland verhuisde. Onze Woester die tijdens een zomerverblijf van zes weken bij de fokster een vriendinnetje kreeg. Toen we terug kwamen van onze rondreis door Afrika kregen we een telefoontje van fokster Heidi. Woester had een hartsvriendinnetje gekregen en of we even wilde kennismaken. Het poesje was eigenlijk al verkocht aan anderen, maar als wij toestemden mochten wij het poesje mee naar huis nemen. Voor Woester. Zo kwam Etosha (vernoemd naar een grote, witte zoutpan in Namibië vanwege haar spierwitte buikje) bij ons in huis. Ze wasten elkaar, ze sliepen samen, speelden samen en stoeiden samen. Zij liet elke avond haar laatste hapjes staan voor hem en hij likte haar koppie. Jut en Jul. Samen mee naar Mexico in het vliegtuig. Zij sloeg op een avond alarm toen hij ongewild en doodsbang op de bovenste smalle tree van de brandtrap niet meer terug durfde. In een rieten mandje nam ik hem voorzichtig weer mee naar beneden. Tossie ging elke avond (mauwend) mee zoeken in onze colonia toen Woessie elf weken lang de weg kwijt was naar ons huis. Uiteindelijk kwam hij, met nog maar de helft van zijn gewicht en versleten voetkussentjes, terug. Wij knuffelden hem dood. Zij was boos en tikte met haar poot op z’n kop. Straf. Ze wilde een paar dagen niks met hem te maken hebben. Na drie jaar Mexico samen weer mee terug, tien uur in het vliegtuig naar Nederland. Tijdens al onze reizen bleven ze samen in huis met de dagelijkse bezoekjes van de kattenoppas. Na thuiskomst van onze meest recente reis naar Korea was Woester ziek. Zijn oog stond raar, hij had een abces en zijn wang was opgezwollen. Meteen de volgende ochtend naar de dierenarts. Hij kreeg gelukkig pijnstillers. Na drie dagen lieten we hem bij de dierenarts achter voor kaakfoto’s. Diezelfde ochtend werd ik gebeld dat zijn kiezen los zaten en dat er een groot kankergezwel in zijn kaak zat. Diezelfde middag zijn we als gezin bij elkaar gekomen en hebben we in de dierenkliniek vredig afscheid van hem genomen. Hij lag lekker warm bij mij op schoot. Hij spinde terwijl we zacht tegen hem praatten. Ik kan dit niet met droge ogen schrijven. Hij heeft ons allemaal stuk voor stuk aangekeken met zijn meest lieve, grote, amberkleurige ogen. We moesten onze zenmeester laten gaan. Heel vredig op schoot. Een dodelijk spuitje. We begroeven ons kereltje in de achtertuin. Rest in peace. You are the light of our world.
Geen gebruikelijk kopje thee na mijn yoga les. Geen relaxt nakletsen met mijn mede yoga studenten. Ik trek mijn jas aan en loop met een gangetje naar mijn fiets. Bijna om de hoek, op een groot plein aan een oude kerk, zet ik mijn fiets tegen het raam. Ik ben op tijd en krijg van een medewerkster lekker een kop verse thee aangereikt. Ik lees een tijdschrift in de wachtkamer en net als mijn theeglas leeg is wordt mijn naam geroepen. Een aardige jonge vrouw kijkt na een kort intake gesprek met aandacht naar mijn voeten. Ik heb een zogenaamde ‘knikvoet’. Eentje maar. Alleen mijn linkervoet. Ik ben op bezoek bij een podotherapeute. Op de atletiekbaan werd ik al eerder door mijn trainer aangesproken over de stand van mijn voet of enkel. Ik had nergens last en rende lekker verder op dezelfde schoenen. Een maand later sprak een trainer van een andere groep mij aan door naast mij mee te lopen. Of ik geen blessures had? Ik liep niet recht op mijn voeten volgens hem. Het kon zo zijn dat ik op mijn zestigste of later alsnog last zou kunnen krijgen van mijn heupen of voeten dacht hij. Ik nam me voor dat ik te zijner tijd, bij de aankoop van nieuwe hardloopschoenen, er aandacht aan zou besteden. Tot een paar weken terug een nieuwe loopster in onze groep, zij verkoopt sportschoenen in een speciaalzaak, me er op wees dat ik écht niet goed op mijn voeten stond en naar een podotherapeut moest om steunzolen aan te laten meten. Daarom ben ik vanmorgen dus bij de podotherapeut… Mijn gewrichten in mijn voeten en enkels zijn heel soepel, zegt ze. Of ik daarom vroeger vaak verzwikte enkels had? Ik vertel haar dat ik sinds kort aan mijn linkervoet pijn krijg tijdens het hardlopen. Dat bevestigt precies wat zij ziet: de aan één kant geknikte voet. Ik moet daarom met mijn blote voeten in twee bakjes met roze schuim staan om een driedimensionale afdruk van mijn voet te maken. Ik moet met inkt op een papier van beide voeten een afdruk maken. Ze nam de maat van mijn voeten op en daaruit bleek dat mijn voeten een maat gegroeid zijn! Over een paar weken krijg ik speciale sport-inleg-steunzolen die mijn voeten gaan ondersteunen tijdens het hardlopen. En omdat mijn hardloopschoenen altijd na een paar maanden al slijtage aan de bovenkant vertonen - ter hoogte van mijn grote teen én dat ik vaak een typisch hardlopernagel heb met een luchtbelletje eronder - krijg ik ook een steuntje onder mijn grote teen waardoor mijn teen weer gewoon naar beneden staat tijdens het rennen. En niet naar boven. Handig! Mijn voeten dragen mij al bijna vijftig jaar dus ze verdienen een beetje aandacht. Tenslotte kom ik twee keer per week tijdens de trainingen met flinke dreunen op mijn voeten terecht. Met een tevreden gevoel fiets ik naar huis. Ik kleed me zelf snel om en stap in mijn auto. De eerste cliënte van mijn werkdag wacht. Over drie weken liggen mijn inlegzooltjes klaar.
Rest in peace
Dream your sweet dreams
"Til your soul is released
- Jai-Jagdeesh
Als ik de was buiten in de zon aan de droogmolen hang, denk ik aan hem. Het voelt bijna of hij er bij is. Ik zie hem levendig voor me. Genietend van de zon onder de droogmolen. Zodra het eerste onderbroekje of washandje van de waslijn waait door een zuchtje wind zit hij er bovenop. Bijna twee maanden geleden is mijn grote vriend overleden. Ik heb er eerder nog niet over kunnen schrijven. Het is een groot verdriet. Voor onze hele gezin. Bijna zestien jaar lief en leed gedeeld. Onze mooie, grijze kater die uren naar onze pasgeborene in de wieg zat te kijken vanaf de rand van ons grote bed. Onze grote Woester die in de tuin bang was van een torretje op het gras. Hij heeft nooit in zijn leven een muis of een vogel gevangen. Onze Woester die met ons mee naar het warme Spanje verhuisde. Waar hij dagelijks op de warme tegels van de trap lag te zonnen. Onze Woester die na jaren weer mee terug naar Nederland verhuisde. Onze Woester die tijdens een zomerverblijf van zes weken bij de fokster een vriendinnetje kreeg. Toen we terug kwamen van onze rondreis door Afrika kregen we een telefoontje van fokster Heidi. Woester had een hartsvriendinnetje gekregen en of we even wilde kennismaken. Het poesje was eigenlijk al verkocht aan anderen, maar als wij toestemden mochten wij het poesje mee naar huis nemen. Voor Woester. Zo kwam Etosha (vernoemd naar een grote, witte zoutpan in Namibië vanwege haar spierwitte buikje) bij ons in huis. Ze wasten elkaar, ze sliepen samen, speelden samen en stoeiden samen. Zij liet elke avond haar laatste hapjes staan voor hem en hij likte haar koppie. Jut en Jul. Samen mee naar Mexico in het vliegtuig. Zij sloeg op een avond alarm toen hij ongewild en doodsbang op de bovenste smalle tree van de brandtrap niet meer terug durfde. In een rieten mandje nam ik hem voorzichtig weer mee naar beneden. Tossie ging elke avond (mauwend) mee zoeken in onze colonia toen Woessie elf weken lang de weg kwijt was naar ons huis. Uiteindelijk kwam hij, met nog maar de helft van zijn gewicht en versleten voetkussentjes, terug. Wij knuffelden hem dood. Zij was boos en tikte met haar poot op z’n kop. Straf. Ze wilde een paar dagen niks met hem te maken hebben. Na drie jaar Mexico samen weer mee terug, tien uur in het vliegtuig naar Nederland. Tijdens al onze reizen bleven ze samen in huis met de dagelijkse bezoekjes van de kattenoppas. Na thuiskomst van onze meest recente reis naar Korea was Woester ziek. Zijn oog stond raar, hij had een abces en zijn wang was opgezwollen. Meteen de volgende ochtend naar de dierenarts. Hij kreeg gelukkig pijnstillers. Na drie dagen lieten we hem bij de dierenarts achter voor kaakfoto’s. Diezelfde ochtend werd ik gebeld dat zijn kiezen los zaten en dat er een groot kankergezwel in zijn kaak zat. Diezelfde middag zijn we als gezin bij elkaar gekomen en hebben we in de dierenkliniek vredig afscheid van hem genomen. Hij lag lekker warm bij mij op schoot. Hij spinde terwijl we zacht tegen hem praatten. Ik kan dit niet met droge ogen schrijven. Hij heeft ons allemaal stuk voor stuk aangekeken met zijn meest lieve, grote, amberkleurige ogen. We moesten onze zenmeester laten gaan. Heel vredig op schoot. Een dodelijk spuitje. We begroeven ons kereltje in de achtertuin. Rest in peace. You are the light of our world.
Geen gebruikelijk kopje thee na mijn yoga les. Geen relaxt nakletsen met mijn mede yoga studenten. Ik trek mijn jas aan en loop met een gangetje naar mijn fiets. Bijna om de hoek, op een groot plein aan een oude kerk, zet ik mijn fiets tegen het raam. Ik ben op tijd en krijg van een medewerkster lekker een kop verse thee aangereikt. Ik lees een tijdschrift in de wachtkamer en net als mijn theeglas leeg is wordt mijn naam geroepen. Een aardige jonge vrouw kijkt na een kort intake gesprek met aandacht naar mijn voeten. Ik heb een zogenaamde ‘knikvoet’. Eentje maar. Alleen mijn linkervoet. Ik ben op bezoek bij een podotherapeute. Op de atletiekbaan werd ik al eerder door mijn trainer aangesproken over de stand van mijn voet of enkel. Ik had nergens last en rende lekker verder op dezelfde schoenen. Een maand later sprak een trainer van een andere groep mij aan door naast mij mee te lopen. Of ik geen blessures had? Ik liep niet recht op mijn voeten volgens hem. Het kon zo zijn dat ik op mijn zestigste of later alsnog last zou kunnen krijgen van mijn heupen of voeten dacht hij. Ik nam me voor dat ik te zijner tijd, bij de aankoop van nieuwe hardloopschoenen, er aandacht aan zou besteden. Tot een paar weken terug een nieuwe loopster in onze groep, zij verkoopt sportschoenen in een speciaalzaak, me er op wees dat ik écht niet goed op mijn voeten stond en naar een podotherapeut moest om steunzolen aan te laten meten. Daarom ben ik vanmorgen dus bij de podotherapeut… Mijn gewrichten in mijn voeten en enkels zijn heel soepel, zegt ze. Of ik daarom vroeger vaak verzwikte enkels had? Ik vertel haar dat ik sinds kort aan mijn linkervoet pijn krijg tijdens het hardlopen. Dat bevestigt precies wat zij ziet: de aan één kant geknikte voet. Ik moet daarom met mijn blote voeten in twee bakjes met roze schuim staan om een driedimensionale afdruk van mijn voet te maken. Ik moet met inkt op een papier van beide voeten een afdruk maken. Ze nam de maat van mijn voeten op en daaruit bleek dat mijn voeten een maat gegroeid zijn! Over een paar weken krijg ik speciale sport-inleg-steunzolen die mijn voeten gaan ondersteunen tijdens het hardlopen. En omdat mijn hardloopschoenen altijd na een paar maanden al slijtage aan de bovenkant vertonen - ter hoogte van mijn grote teen én dat ik vaak een typisch hardlopernagel heb met een luchtbelletje eronder - krijg ik ook een steuntje onder mijn grote teen waardoor mijn teen weer gewoon naar beneden staat tijdens het rennen. En niet naar boven. Handig! Mijn voeten dragen mij al bijna vijftig jaar dus ze verdienen een beetje aandacht. Tenslotte kom ik twee keer per week tijdens de trainingen met flinke dreunen op mijn voeten terecht. Met een tevreden gevoel fiets ik naar huis. Ik kleed me zelf snel om en stap in mijn auto. De eerste cliënte van mijn werkdag wacht. Over drie weken liggen mijn inlegzooltjes klaar.
zondag 24 februari 2019
Taboe
“It occurred to me that at one point it was like I had two diseases — one was Alzheimer’s, and the other was knowing I had Alzheimer’s.”
— Terry Pratchett
Vraag je je soms af of je dement geworden bent als je boven aan de trap staat en even niet meer weet wat je nou boven kwam doen? Wel herkenbaar, niet dement natuurlijk. Dementie is een ouderdomsziekte die heel veel voorkomt. Eén op de drie vrouwen krijgt het zelfs. Tegenwoordig wonen dementerende ouderen veel langer zelfstandig thuis. Ruim twee derde van de dementerenden woont lekker thuis. Vroeger werden de mensen niet zo oud als nu en over die ouderen die wél een vorm van dementie kregen werd gesproken als ‘seniel’ of ‘die heeft een tik van de malle molen gekregen’. Zij belandden meestal in een verzorgingstehuis. In mijn werk ga ik met veel thuiswonende dementerenden om. Van mijn vijf lieve cliënten hebben er vier een vorm van beginnende dementie. En er zijn zóveel vormen van dementie. Ik geloof wel vierendertig! Er zijn wel wat fasen in te herkennen zoals de eerste fase die alleen gekenmerkt wordt door vergeetachtigheid. Niet op de naam van een woord of een bekend voorwerp komen, afspraken vergeten of de draad van een verhaal kwijtraken. Daarna is er een langere fase van de verdwaalde ik waarin dit verergert en problemen met herkennen van familie en vrienden ontstaat. In deze fase kunnen mensen met hulp van de omgeving nog prima thuis wonen. De allerlaatste fase, en dat is de meest schrikbarende fase voor de meeste mensen, is uiteindelijk de in foetushouding liggende patiënt. De meeste patiënten halen deze fase helemaal niet. Maar één op de zeven dementerenden haalt de laatste fase van verpleeghuisbewoner. Dat valt mee toch? De rest overlijdt eerder aan ziekten zoals een longontsteking, gevolgen van diabetes, hartstilstand of kanker. Eigenlijk doodnormale oorzaken waar andere mensen ook aan overlijden. Ik denk dat het schrikbeeld uit de media niet een reëel beeld schept. Natuurlijk zijn er heel vervelende vormen van dementie die met verschrikkelijke symptomen gepaard gaan zoals bijvoorbeeld niet meer kunnen praten, waanbeelden of dat je je impulsen niet meer onder controle kunt houden… De meesten echter kunnen prima thuis blijven wonen. Zéker met hun partner. Maar ook alleen. Ze kunnen vaak nog voor zichzelf koken of laten een maaltijd brengen, blijven sociaal actief en blijven bewegen. Toevallig ook allemaal ook heel erg belangrijke factoren om gezond oud te worden trouwens. Mijn taak is om mijn cliënten uit te dagen te blijven bewegen, sociaal te zijn en om boodschapjes te blijven doen. Om zelf de regie te behouden. Ik houd ze ook gezelschap, omdat ze vaak eenzaam zijn. Of ik breng ze met mijn auto naar de kapper, de huisarts of de schaakclub.
Deze week had ik op een avond het eerste deel van de Alzheimer training voor mijn werk. Ik kreeg enge cijfertjes te zien als dat in 2040 een half miljoen mensen een vorm van dementie hebben. Toch zag ik deze avond ook mooie dingen van dement worden. Zelfstandig blijven wonen. Hun intuïtie wordt versterkt. Ondanks hun ziekte kunnen ze tóch gelukkig zijn. Ze kunnen hun oude hobby’s vaak blijven uitvoeren. Het leven stopt niet wanneer je deze diagnose krijgt. Dat klinkt al minder schrikbarend als dan de TVspotjes je doen geloven. Hun pijn is voornamelijk sociale pijn. Vrienden komen minder vaak langs, bekenden lopen langs je heen en familie laat steeds minder van zich horen. Dát is hun pijn. Controleverlies over je lichaam en geest is voor iedereen angstaanjagend. Dementie roept angst, afkeer en schaamte op. We stellen ons liever niet voor hoe dat is. Dus is het makkelijker om weg te blijven. De oorzaak van dementie is helaas nog niet bekend, maar laatst hoorde ik in het journaal dat een mondbacterie wel eens de boosdoener zou kunnen zijn. En te hoog bloedsuiker draagt ook bij. Van een oplossing of medicijn is in ieder geval voorlopig nog geen sprake. Je leefstijl kan het wel uitstellen of het proces vertragen. Denk dus aan beweging, gezond eten en sociaal actief blijven. Sociaal actief blijven is ook een erg belangrijke geluksfactor! Wat ik herken bij mijn cliënten is dat ze faalangst krijgen, om te koken bijvoorbeeld of te lopen. Als ze heel intelligent zijn kunnen ze het heel goed blijven verbloemen. Ik coach mijn cliënten (drie dames en twee heren) met het plannen van boodschappen, met de boodschappen doen, samen ‘iets gebruiken’ buiten de deur, een wandeling maken of met hun (financiële) administratie - al dan niet op de computer. Hun contact met de buitenwereld. Hun stemming en mate van dementie kan heel wisselend zijn. Mijn cliënten hebben waanbeelden, vasculaire dementie, jong-Alzheimer en ouderdomsdementie. Per week wisselt het hoe ze zich voelen, maar ook op een dag kan het al wisselen. De hoeveelheid zonnenuren hebben daar ook écht invloed op heb ik gemerkt. Een aardige mevrouw van tweeënnegentig die ik begeleid beseft heel goed wat ze heeft; vasculaire dementie. De ene dag gaat het heel goed met haar en doet ze de strijk, een wasje, zeemt ze de ramen buiten en gaat ze op de fiets een boodschap doen en de andere dag is ze de draad kwijt van heel gewone dingen zoals koken. Dan weet ze even de volgende stap niet meer, of gaat zelfs het rookalarm af. Ze heeft nog het allermeeste last van het geen controle erover hebben. Of ze nu heel rustig opstaat in de ochtend of niet, veel puzzelt of niet, buiten wandelt of niet: er zit helemaal geen patroon in. Aan de goden overgeleverd. Zeer frustrerend voor haar.
— Terry Pratchett
Vraag je je soms af of je dement geworden bent als je boven aan de trap staat en even niet meer weet wat je nou boven kwam doen? Wel herkenbaar, niet dement natuurlijk. Dementie is een ouderdomsziekte die heel veel voorkomt. Eén op de drie vrouwen krijgt het zelfs. Tegenwoordig wonen dementerende ouderen veel langer zelfstandig thuis. Ruim twee derde van de dementerenden woont lekker thuis. Vroeger werden de mensen niet zo oud als nu en over die ouderen die wél een vorm van dementie kregen werd gesproken als ‘seniel’ of ‘die heeft een tik van de malle molen gekregen’. Zij belandden meestal in een verzorgingstehuis. In mijn werk ga ik met veel thuiswonende dementerenden om. Van mijn vijf lieve cliënten hebben er vier een vorm van beginnende dementie. En er zijn zóveel vormen van dementie. Ik geloof wel vierendertig! Er zijn wel wat fasen in te herkennen zoals de eerste fase die alleen gekenmerkt wordt door vergeetachtigheid. Niet op de naam van een woord of een bekend voorwerp komen, afspraken vergeten of de draad van een verhaal kwijtraken. Daarna is er een langere fase van de verdwaalde ik waarin dit verergert en problemen met herkennen van familie en vrienden ontstaat. In deze fase kunnen mensen met hulp van de omgeving nog prima thuis wonen. De allerlaatste fase, en dat is de meest schrikbarende fase voor de meeste mensen, is uiteindelijk de in foetushouding liggende patiënt. De meeste patiënten halen deze fase helemaal niet. Maar één op de zeven dementerenden haalt de laatste fase van verpleeghuisbewoner. Dat valt mee toch? De rest overlijdt eerder aan ziekten zoals een longontsteking, gevolgen van diabetes, hartstilstand of kanker. Eigenlijk doodnormale oorzaken waar andere mensen ook aan overlijden. Ik denk dat het schrikbeeld uit de media niet een reëel beeld schept. Natuurlijk zijn er heel vervelende vormen van dementie die met verschrikkelijke symptomen gepaard gaan zoals bijvoorbeeld niet meer kunnen praten, waanbeelden of dat je je impulsen niet meer onder controle kunt houden… De meesten echter kunnen prima thuis blijven wonen. Zéker met hun partner. Maar ook alleen. Ze kunnen vaak nog voor zichzelf koken of laten een maaltijd brengen, blijven sociaal actief en blijven bewegen. Toevallig ook allemaal ook heel erg belangrijke factoren om gezond oud te worden trouwens. Mijn taak is om mijn cliënten uit te dagen te blijven bewegen, sociaal te zijn en om boodschapjes te blijven doen. Om zelf de regie te behouden. Ik houd ze ook gezelschap, omdat ze vaak eenzaam zijn. Of ik breng ze met mijn auto naar de kapper, de huisarts of de schaakclub.
Deze week had ik op een avond het eerste deel van de Alzheimer training voor mijn werk. Ik kreeg enge cijfertjes te zien als dat in 2040 een half miljoen mensen een vorm van dementie hebben. Toch zag ik deze avond ook mooie dingen van dement worden. Zelfstandig blijven wonen. Hun intuïtie wordt versterkt. Ondanks hun ziekte kunnen ze tóch gelukkig zijn. Ze kunnen hun oude hobby’s vaak blijven uitvoeren. Het leven stopt niet wanneer je deze diagnose krijgt. Dat klinkt al minder schrikbarend als dan de TVspotjes je doen geloven. Hun pijn is voornamelijk sociale pijn. Vrienden komen minder vaak langs, bekenden lopen langs je heen en familie laat steeds minder van zich horen. Dát is hun pijn. Controleverlies over je lichaam en geest is voor iedereen angstaanjagend. Dementie roept angst, afkeer en schaamte op. We stellen ons liever niet voor hoe dat is. Dus is het makkelijker om weg te blijven. De oorzaak van dementie is helaas nog niet bekend, maar laatst hoorde ik in het journaal dat een mondbacterie wel eens de boosdoener zou kunnen zijn. En te hoog bloedsuiker draagt ook bij. Van een oplossing of medicijn is in ieder geval voorlopig nog geen sprake. Je leefstijl kan het wel uitstellen of het proces vertragen. Denk dus aan beweging, gezond eten en sociaal actief blijven. Sociaal actief blijven is ook een erg belangrijke geluksfactor! Wat ik herken bij mijn cliënten is dat ze faalangst krijgen, om te koken bijvoorbeeld of te lopen. Als ze heel intelligent zijn kunnen ze het heel goed blijven verbloemen. Ik coach mijn cliënten (drie dames en twee heren) met het plannen van boodschappen, met de boodschappen doen, samen ‘iets gebruiken’ buiten de deur, een wandeling maken of met hun (financiële) administratie - al dan niet op de computer. Hun contact met de buitenwereld. Hun stemming en mate van dementie kan heel wisselend zijn. Mijn cliënten hebben waanbeelden, vasculaire dementie, jong-Alzheimer en ouderdomsdementie. Per week wisselt het hoe ze zich voelen, maar ook op een dag kan het al wisselen. De hoeveelheid zonnenuren hebben daar ook écht invloed op heb ik gemerkt. Een aardige mevrouw van tweeënnegentig die ik begeleid beseft heel goed wat ze heeft; vasculaire dementie. De ene dag gaat het heel goed met haar en doet ze de strijk, een wasje, zeemt ze de ramen buiten en gaat ze op de fiets een boodschap doen en de andere dag is ze de draad kwijt van heel gewone dingen zoals koken. Dan weet ze even de volgende stap niet meer, of gaat zelfs het rookalarm af. Ze heeft nog het allermeeste last van het geen controle erover hebben. Of ze nu heel rustig opstaat in de ochtend of niet, veel puzzelt of niet, buiten wandelt of niet: er zit helemaal geen patroon in. Aan de goden overgeleverd. Zeer frustrerend voor haar.
zondag 17 februari 2019
Transition met aandacht
“The drawback of stealing a thing, is that one never knows how wonderful the thing that one steals is.”
― Oscar Wilde
Alsof de duvel ermee speelt… Ineens word ik er overal op geattendeerd dat er veel ingebroken wordt in onze buurt. Het begint onschuldig met een rijbaar reclamebord op het plein vlakbij ons huis waarvan de verlichtte letters aangeven dat we op moeten passen omdat er inbrekers actief zijn. Het is afkomstig van de politie. Ik neem het onbewust in me op. Ik doe er niks mee. Een paar dagen later komt ons wijkblaadje in de bus waarin een heel stuk op de voorpagina staat geschreven over sloten van tuindeuren die heel makkelijk opengebogen kunnen worden. Een foto erbij. Binnen een minuut zijn ze binnen. De schrijver was zelf slachtoffer. Hij dacht niks kostbaars in huis te hebben, maar zelfs een oud laptopje brengt op de zwarte markt nog vijftien euro op. Veel erger blijkt alle rompslomp achteraf. Kapotte sloten en ramen. Het moet snel dichtgemaakt worden. Weliswaar verzekeringswerk, maar het kost veel tijd. De troep in huis. Jouw spullen die je mist. En het ergste lijkt me misschien wel dat er een vreemde ongevraagd - en met kwade bedoelingen - in jouw huis tijd heeft doorgebracht. Onderwijl aan al jóuw spullen zittend… Die negatieve energie in huis! Dat gevoel van onveiligheid… Het lijkt me veel beter om zo’n inbraak ten alle tijden te voorkomen. Ik trek altijd gedachteloos de deur achter me dicht. We besluiten overdag de voordeur op slot te draaien. We spreken ook af dat als we wat langer weg gaan, een hele dag ofzo, dat we de pensloten gaan gebruiken. Deze hebben we tenslotte ooit op de voordeur laten plaatsen. Als we op reis zijn vragen we de kattenoppasjes altijd consequent de pensloten te gebruiken. Zelf doe ik het nooit. Ik heb de sleutel niet eens aan mijn bos… Ik heb er vijf verzameld die we ondertussen verdeeld hebben. Dan komt er een paar dagen later een ‘appje binnen in onze buurtpreventie ‘app. De buren schrijven dat de politie bij ze aan de deur geweest met de vraag of ze iets gedurende de nacht gehoord hebben. Niks gehoord. Ze krijgen de waarschuwing dat er ontzéttend veel inbraak in onze buurt is. De buurvrouw deelt de informatie met ons straatje. Dat is al de derde waarschuwing deze week… Wanneer ik op de atletiekbaan rondjes ren hoor ik van mijn loopmaatje dat er de dag ervoor bij haar buren ingebroken is. Alles is weg! De dieven hadden alle mogelijke moeite gedaan om binnen te komen. Dubbelglas gebroken. Voor en achter het huis de sloten geforceerd. Het hele huis is doorzocht. Tot en met de lade met ondergoed van de buurvrouw, waar haar sieraden in lagen… Achteraf heeft mijn loopmaatje alles gezien. Het schijnen met de zaklamp door het huis. De voetstappen in huis heeft ze gehoord. Ze heeft een man zien observeren in de straat. De dieven wisten precies wanneer de buren weg zouden zijn… Het huis was door de politie afgesloten voor sporenonderzoek. De verzekering moest iemand laten komen om alle kapotte ramen en deuren dicht te laten timmeren. Tot diep in de nacht hebben ze met elkaar op straat gestaan. Ik krijg een beetje de kriebels van al deze waarschuwingen. Ook al hebben wij rolluiken, een bewegingslamp, dure sloten op alle deuren, ’s nachts de ketting op de voordeur én een buurtpreventie ‘app…. Het hoeft maar één keer te gebeuren.
Vele keren per dag voel ik van binnen uit heel snel een warmte optrekken tot aan mijn wangen. Het duurt maar kort. Dan is het weer weg. Soms voel ik me er ongemakkelijk bij. Wanneer ik bijvoorbeeld in gesprek ben met iemand en het lijkt of ik ineens ga blozen. Heel vervelend. Een jaar geleden had ik échte opvliegers. Dan kreeg ik het verschrikkelijk warm en benauwd. Wanneer ik thuis was tijdens zo’n opvlieger trok ik snel wat kleding uit. Tot grote hilariteit van manlief en onze dochters. Wat ik de laatste weken heb zijn dus eigenlijk ‘mini opvliegertjes’. Ik heb ze ook ’s nachts waardoor ik onrustig slaap. Te warm in bed en dan de voeten buiten de dekens gooien. Als het érg warm is sla ik het dekbed van me af. Dan weer wakker worden door de kou op mijn klamme rug. Het heeft nogal wat gevolgen, want door mijn doorbroken nachten ben ik nog moe als ik wakker word. Hoeveel rust neem ik als ik moe ben? Meestal minder omdat ik dan een beetje door de dag fladder. Ik ben emotioneel wat labieler. Tranen zitten hoog. Door de vermoeidheid of door de hormonen, wie weet? Ik moet wel eens terug denken aan mijn zwangerschappen. In die perioden was ik ook een andere vrouw door de hormonen. Ik vroeg me toen vaak af wie eigenlijk de échte ik was. Een andere vrouw worden door een andere balans van chemische stofjes… Best eng. Mijn gezin heeft nu wat last van mij. Ik kan ineens zeuren over iets onbelangrijks. En ondanks dat ze aangeven dat het genoeg is zo, ga ik dan toch door. Doordraven. Heel vervelend voor ze, maar ook voor mij. Wanneer ik google hoe lang deze fase duurt lees ik dat het wel vijf tot tien jaar kan duren! Dat verschilt natuurlijk per vrouw. Ik kan het mijn moeder helaas niet meer vragen. Ik herinner me wel dat ze er last van had. Het schijnt zo te zijn dat als je de symptomen herkent dat je dan al twee jaar in de overgangsfase zit. Dat scheelt alvast! Ik vind overgang trouwens een verschrikkelijk woord. En menopauze zo nóg erger! Toen ik laatst in de yogales vroeg of ik iets aan de opvliegers kon doen liet ze me een manier van ademhaling zien die wat verkoeling kan geven. Mijn yogajuf noemt het trouwens transition in het Engels. Dat klinkt al iets beter. Ze zei me ook dat je respect moet hebben voor deze natuurlijke verandering in je lijf. Het is een fase van je zelf weer opnieuw uitvinden. Mijn acupuncturiste prikt me erop. Ik heb namelijk al jaren gewrichtspijn in mijn pols en dat schijnt er óók weer mee te maken te hebben. Voldoende bewegen helpt volgens mij ook. En hoe gezond je leeft en eet. Eigenlijk hoe goed je voor jezelf zorgt. Plan je agenda wat minder vol. Bouw meer tijd in om te niksen. Wacht tot een wolk is overgedreven. Even een paar uur niets moeten. Of gewoon even gaan zitten met een kop hete thee en wachten tot hij drinkbaar is. Dat kan ik zelf dus heel erg moeilijk… Ik drink de hele dag thee uit een thermoskan op de eettafel welke ik in de vroege ochtend vul met kruidenthee. Eigenlijk is mijn thee meestal teveel afgekoeld als ik eindelijk de tijd neem om een slok te nemen. Dan vul ik het weer aan met wat hete thee uit de thermoskan… Eígenlijk zou ik dus moeten gaan zitten met de thee in mijn handen. Bij voorkeur blik op oneindig. Volledig aandachtig zoals de monniken in Korea ons dat hebben geleerd tijdens de theeceremonie.
― Oscar Wilde
Alsof de duvel ermee speelt… Ineens word ik er overal op geattendeerd dat er veel ingebroken wordt in onze buurt. Het begint onschuldig met een rijbaar reclamebord op het plein vlakbij ons huis waarvan de verlichtte letters aangeven dat we op moeten passen omdat er inbrekers actief zijn. Het is afkomstig van de politie. Ik neem het onbewust in me op. Ik doe er niks mee. Een paar dagen later komt ons wijkblaadje in de bus waarin een heel stuk op de voorpagina staat geschreven over sloten van tuindeuren die heel makkelijk opengebogen kunnen worden. Een foto erbij. Binnen een minuut zijn ze binnen. De schrijver was zelf slachtoffer. Hij dacht niks kostbaars in huis te hebben, maar zelfs een oud laptopje brengt op de zwarte markt nog vijftien euro op. Veel erger blijkt alle rompslomp achteraf. Kapotte sloten en ramen. Het moet snel dichtgemaakt worden. Weliswaar verzekeringswerk, maar het kost veel tijd. De troep in huis. Jouw spullen die je mist. En het ergste lijkt me misschien wel dat er een vreemde ongevraagd - en met kwade bedoelingen - in jouw huis tijd heeft doorgebracht. Onderwijl aan al jóuw spullen zittend… Die negatieve energie in huis! Dat gevoel van onveiligheid… Het lijkt me veel beter om zo’n inbraak ten alle tijden te voorkomen. Ik trek altijd gedachteloos de deur achter me dicht. We besluiten overdag de voordeur op slot te draaien. We spreken ook af dat als we wat langer weg gaan, een hele dag ofzo, dat we de pensloten gaan gebruiken. Deze hebben we tenslotte ooit op de voordeur laten plaatsen. Als we op reis zijn vragen we de kattenoppasjes altijd consequent de pensloten te gebruiken. Zelf doe ik het nooit. Ik heb de sleutel niet eens aan mijn bos… Ik heb er vijf verzameld die we ondertussen verdeeld hebben. Dan komt er een paar dagen later een ‘appje binnen in onze buurtpreventie ‘app. De buren schrijven dat de politie bij ze aan de deur geweest met de vraag of ze iets gedurende de nacht gehoord hebben. Niks gehoord. Ze krijgen de waarschuwing dat er ontzéttend veel inbraak in onze buurt is. De buurvrouw deelt de informatie met ons straatje. Dat is al de derde waarschuwing deze week… Wanneer ik op de atletiekbaan rondjes ren hoor ik van mijn loopmaatje dat er de dag ervoor bij haar buren ingebroken is. Alles is weg! De dieven hadden alle mogelijke moeite gedaan om binnen te komen. Dubbelglas gebroken. Voor en achter het huis de sloten geforceerd. Het hele huis is doorzocht. Tot en met de lade met ondergoed van de buurvrouw, waar haar sieraden in lagen… Achteraf heeft mijn loopmaatje alles gezien. Het schijnen met de zaklamp door het huis. De voetstappen in huis heeft ze gehoord. Ze heeft een man zien observeren in de straat. De dieven wisten precies wanneer de buren weg zouden zijn… Het huis was door de politie afgesloten voor sporenonderzoek. De verzekering moest iemand laten komen om alle kapotte ramen en deuren dicht te laten timmeren. Tot diep in de nacht hebben ze met elkaar op straat gestaan. Ik krijg een beetje de kriebels van al deze waarschuwingen. Ook al hebben wij rolluiken, een bewegingslamp, dure sloten op alle deuren, ’s nachts de ketting op de voordeur én een buurtpreventie ‘app…. Het hoeft maar één keer te gebeuren.
Vele keren per dag voel ik van binnen uit heel snel een warmte optrekken tot aan mijn wangen. Het duurt maar kort. Dan is het weer weg. Soms voel ik me er ongemakkelijk bij. Wanneer ik bijvoorbeeld in gesprek ben met iemand en het lijkt of ik ineens ga blozen. Heel vervelend. Een jaar geleden had ik échte opvliegers. Dan kreeg ik het verschrikkelijk warm en benauwd. Wanneer ik thuis was tijdens zo’n opvlieger trok ik snel wat kleding uit. Tot grote hilariteit van manlief en onze dochters. Wat ik de laatste weken heb zijn dus eigenlijk ‘mini opvliegertjes’. Ik heb ze ook ’s nachts waardoor ik onrustig slaap. Te warm in bed en dan de voeten buiten de dekens gooien. Als het érg warm is sla ik het dekbed van me af. Dan weer wakker worden door de kou op mijn klamme rug. Het heeft nogal wat gevolgen, want door mijn doorbroken nachten ben ik nog moe als ik wakker word. Hoeveel rust neem ik als ik moe ben? Meestal minder omdat ik dan een beetje door de dag fladder. Ik ben emotioneel wat labieler. Tranen zitten hoog. Door de vermoeidheid of door de hormonen, wie weet? Ik moet wel eens terug denken aan mijn zwangerschappen. In die perioden was ik ook een andere vrouw door de hormonen. Ik vroeg me toen vaak af wie eigenlijk de échte ik was. Een andere vrouw worden door een andere balans van chemische stofjes… Best eng. Mijn gezin heeft nu wat last van mij. Ik kan ineens zeuren over iets onbelangrijks. En ondanks dat ze aangeven dat het genoeg is zo, ga ik dan toch door. Doordraven. Heel vervelend voor ze, maar ook voor mij. Wanneer ik google hoe lang deze fase duurt lees ik dat het wel vijf tot tien jaar kan duren! Dat verschilt natuurlijk per vrouw. Ik kan het mijn moeder helaas niet meer vragen. Ik herinner me wel dat ze er last van had. Het schijnt zo te zijn dat als je de symptomen herkent dat je dan al twee jaar in de overgangsfase zit. Dat scheelt alvast! Ik vind overgang trouwens een verschrikkelijk woord. En menopauze zo nóg erger! Toen ik laatst in de yogales vroeg of ik iets aan de opvliegers kon doen liet ze me een manier van ademhaling zien die wat verkoeling kan geven. Mijn yogajuf noemt het trouwens transition in het Engels. Dat klinkt al iets beter. Ze zei me ook dat je respect moet hebben voor deze natuurlijke verandering in je lijf. Het is een fase van je zelf weer opnieuw uitvinden. Mijn acupuncturiste prikt me erop. Ik heb namelijk al jaren gewrichtspijn in mijn pols en dat schijnt er óók weer mee te maken te hebben. Voldoende bewegen helpt volgens mij ook. En hoe gezond je leeft en eet. Eigenlijk hoe goed je voor jezelf zorgt. Plan je agenda wat minder vol. Bouw meer tijd in om te niksen. Wacht tot een wolk is overgedreven. Even een paar uur niets moeten. Of gewoon even gaan zitten met een kop hete thee en wachten tot hij drinkbaar is. Dat kan ik zelf dus heel erg moeilijk… Ik drink de hele dag thee uit een thermoskan op de eettafel welke ik in de vroege ochtend vul met kruidenthee. Eigenlijk is mijn thee meestal teveel afgekoeld als ik eindelijk de tijd neem om een slok te nemen. Dan vul ik het weer aan met wat hete thee uit de thermoskan… Eígenlijk zou ik dus moeten gaan zitten met de thee in mijn handen. Bij voorkeur blik op oneindig. Volledig aandachtig zoals de monniken in Korea ons dat hebben geleerd tijdens de theeceremonie.
zondag 10 februari 2019
Klimaatspijbelaar
De regering verzuimt actie te ondernemen, dus verzuimen wij naar school te gaan.
- Stijn Warmenhoven
“Alle lucht liep heel snel uit mijn fietsband en ik kan nu niet meer fietsen. Ik heb een platte band!” Ik krijg een telefoontje van onze jongste dochter wanneer ik bij een cliënt aan het werk ben. Zij is net van het station weg gefietst. Ze komt uit Den Haag. Van het Malieveld. Onze dochter is een klimaatspijbelaar. Ze gaat na ons telefoontje in haar uppie lopend met de fiets aan haar hand naar huis. Protestbord in haar tas opgevouwen. Bijna een uur lopen. Er was een landelijke oproep uitgegaan naar scholieren om op donderdag 7 februari deel te nemen aan een demonstratie in Den Haag voor een strenger klimaatakkoord. De eerste keer dat we ervan hoorden hebben we onze jongste dochter geen toestemming gegeven. We vonden het risico op relletjes te groot, haarzelf te jong en de treinticket van bijna dertig euro te duur. Toen steeds meer scholieren mee bleken te gaan demonstreren na aandacht in de media, haar school iets van zich liet horen en de prijs van de treinticket gehalveerd werd gaven we toe. Haar school had besloten om geen melding van onwettige afwezigheid bij de ambtenaar leerplicht te doen. Voorwaarden waren een handgeschreven motivatiebrief, ondertekend door ons, en een selfie waarop te zien is dat ze aanwezig was op de demonstratie. Ik ben een romanticus en het leek me geweldig voor haar om later tegen haar kinderen te kunnen zeggen dat ze bij de eerste scholierenstaking voor een stevig klimaatakkoord in Nederland aanwezig was. De opkomst was gelukkig enorm. Ze hadden 3 à 4 duizend scholieren verwacht, maar het werden er 15 duizend! Natuurlijk nog niks vergeleken bij België, maar toch… Wanneer ik die ochtend de foto’s en positieve uitspraken op Twitter lees terwijl ons kind ook op het Malieveld rondloopt ben ik ontroerd. Trots. Ons kind had dinsdagavond hard gezwoegd op haar slaapkamer op een mooie motivatiebrief. Die hebben wij natuurlijk ondertekend. Ik vind het te prijzen als leerlingen willen demonstreren voor een beter milieu. Zij zíjn tenslotte de toekomst. Mijn lief en ik vinden het prima als ze zoiets een keer meemaakt. Haar eerste demonstratie. Ze had dezelfde avond ook een opvouwbaar protestbord aan haar bureau gemaakt. Je mocht namelijk niet met een stok in de trein. ‘There is no planet B’ stond er kleurig op haar beplakte Hello Fresh-karton geschreven. De idealist.
Ze had er zin in. Helemaal niet om het spijbelen, daar is ze veel te serieus voor, maar wel omdat het een probleem is waarvan de rekening bij de volgende generatie wordt gepresenteerd. Zij dus. Tuurlijk waren er ook wat tegengeluiden in de media over dat het nog te vroeg was. Dat het geen zoden aan de dijk zou zetten om alleen in Nederland te protesteren. Elke verandering begint bij jezelf is mijn logo. Met zo’n demonstratie maken we de jeugd maatschappelijk betrokken. Er is deze dagen zoveel aandacht voor wat jíj zelf kunt doen tegen CO2 uitstoot. Minder vlees eten, zuinig met de verwarming in huis, korter douchen, minder het vliegtuig pakken en minder snel je mobieltje vervangen. Deze demonstratie liet goed zien dat jongeren doen waartoe ze opgeleid worden: tot kritische burgers. Ik vind het goed dat ze hun stem laten horen op zo’n democratische en geweldloze wijze. De zon scheen, het was een mooie winterdag voor een wandeling langs het Catshuis. De demonstranten liepen via de Hofvijver en de Mauritskade terug naar het Malieveld. De stoet trok veel bekijks. De scholieren kregen applaus, werden toegezongen en konden rekenen op steun. Dochterlief vond het heel gezellig met alle leeftijdgenoten. Er was muziek, ze was met haar vrienden en er werd regelmatig een wave gedaan op het veld. Saamhorigheid. De treinen zaten gezellig vol. De stemming was heel goed. Het brein achter de schoolstaking voor het klimaat is vwo-leerling Stijn Warmenhoven. Hij zei: ‘De regering verzuimt actie te ondernemen, dus verzuimen wij naar school te gaan.’ Dat vind ik een mooie uitspraak. De politiek reageerde heel positief op deze mars. Premier Mark Rutte vond het fantastisch dat duizenden jongeren zich vanmorgen hadden aangesloten bij de klimaatmars. “Ik heb ze gezien, het waren er heel veel’’, zei de premier. “Ik vind het een belangrijk signaal dat jonge mensen zo betrokken zijn.’’ Volgens hem is de vraag hoe je de ‘energie van de jongeren kan gebruiken om de rest van Europa mee te krijgen in de Nederlandse ambities.’ En zo is het. Wat het aantal klimaatspijbelaars betreft loopt België ver voor op Nederland. Ook daar werd vandaag weer gedemonstreerd voor een beter klimaatbeleid. Het is de vijfde donderdag op rij dat scholieren de straat op gaan. In Leuven werden net als vorige week een kleine 15 duizend deelnemers geteld. De protestmars telde vorige maand 70 duizend mensen. De organisatie achter de marsen, Youth for Climate, heeft opgeroepen tot een wereldwijde staking voor een beter klimaat op 15 maart. Ik ben voor!
- Stijn Warmenhoven
“Alle lucht liep heel snel uit mijn fietsband en ik kan nu niet meer fietsen. Ik heb een platte band!” Ik krijg een telefoontje van onze jongste dochter wanneer ik bij een cliënt aan het werk ben. Zij is net van het station weg gefietst. Ze komt uit Den Haag. Van het Malieveld. Onze dochter is een klimaatspijbelaar. Ze gaat na ons telefoontje in haar uppie lopend met de fiets aan haar hand naar huis. Protestbord in haar tas opgevouwen. Bijna een uur lopen. Er was een landelijke oproep uitgegaan naar scholieren om op donderdag 7 februari deel te nemen aan een demonstratie in Den Haag voor een strenger klimaatakkoord. De eerste keer dat we ervan hoorden hebben we onze jongste dochter geen toestemming gegeven. We vonden het risico op relletjes te groot, haarzelf te jong en de treinticket van bijna dertig euro te duur. Toen steeds meer scholieren mee bleken te gaan demonstreren na aandacht in de media, haar school iets van zich liet horen en de prijs van de treinticket gehalveerd werd gaven we toe. Haar school had besloten om geen melding van onwettige afwezigheid bij de ambtenaar leerplicht te doen. Voorwaarden waren een handgeschreven motivatiebrief, ondertekend door ons, en een selfie waarop te zien is dat ze aanwezig was op de demonstratie. Ik ben een romanticus en het leek me geweldig voor haar om later tegen haar kinderen te kunnen zeggen dat ze bij de eerste scholierenstaking voor een stevig klimaatakkoord in Nederland aanwezig was. De opkomst was gelukkig enorm. Ze hadden 3 à 4 duizend scholieren verwacht, maar het werden er 15 duizend! Natuurlijk nog niks vergeleken bij België, maar toch… Wanneer ik die ochtend de foto’s en positieve uitspraken op Twitter lees terwijl ons kind ook op het Malieveld rondloopt ben ik ontroerd. Trots. Ons kind had dinsdagavond hard gezwoegd op haar slaapkamer op een mooie motivatiebrief. Die hebben wij natuurlijk ondertekend. Ik vind het te prijzen als leerlingen willen demonstreren voor een beter milieu. Zij zíjn tenslotte de toekomst. Mijn lief en ik vinden het prima als ze zoiets een keer meemaakt. Haar eerste demonstratie. Ze had dezelfde avond ook een opvouwbaar protestbord aan haar bureau gemaakt. Je mocht namelijk niet met een stok in de trein. ‘There is no planet B’ stond er kleurig op haar beplakte Hello Fresh-karton geschreven. De idealist.
Ze had er zin in. Helemaal niet om het spijbelen, daar is ze veel te serieus voor, maar wel omdat het een probleem is waarvan de rekening bij de volgende generatie wordt gepresenteerd. Zij dus. Tuurlijk waren er ook wat tegengeluiden in de media over dat het nog te vroeg was. Dat het geen zoden aan de dijk zou zetten om alleen in Nederland te protesteren. Elke verandering begint bij jezelf is mijn logo. Met zo’n demonstratie maken we de jeugd maatschappelijk betrokken. Er is deze dagen zoveel aandacht voor wat jíj zelf kunt doen tegen CO2 uitstoot. Minder vlees eten, zuinig met de verwarming in huis, korter douchen, minder het vliegtuig pakken en minder snel je mobieltje vervangen. Deze demonstratie liet goed zien dat jongeren doen waartoe ze opgeleid worden: tot kritische burgers. Ik vind het goed dat ze hun stem laten horen op zo’n democratische en geweldloze wijze. De zon scheen, het was een mooie winterdag voor een wandeling langs het Catshuis. De demonstranten liepen via de Hofvijver en de Mauritskade terug naar het Malieveld. De stoet trok veel bekijks. De scholieren kregen applaus, werden toegezongen en konden rekenen op steun. Dochterlief vond het heel gezellig met alle leeftijdgenoten. Er was muziek, ze was met haar vrienden en er werd regelmatig een wave gedaan op het veld. Saamhorigheid. De treinen zaten gezellig vol. De stemming was heel goed. Het brein achter de schoolstaking voor het klimaat is vwo-leerling Stijn Warmenhoven. Hij zei: ‘De regering verzuimt actie te ondernemen, dus verzuimen wij naar school te gaan.’ Dat vind ik een mooie uitspraak. De politiek reageerde heel positief op deze mars. Premier Mark Rutte vond het fantastisch dat duizenden jongeren zich vanmorgen hadden aangesloten bij de klimaatmars. “Ik heb ze gezien, het waren er heel veel’’, zei de premier. “Ik vind het een belangrijk signaal dat jonge mensen zo betrokken zijn.’’ Volgens hem is de vraag hoe je de ‘energie van de jongeren kan gebruiken om de rest van Europa mee te krijgen in de Nederlandse ambities.’ En zo is het. Wat het aantal klimaatspijbelaars betreft loopt België ver voor op Nederland. Ook daar werd vandaag weer gedemonstreerd voor een beter klimaatbeleid. Het is de vijfde donderdag op rij dat scholieren de straat op gaan. In Leuven werden net als vorige week een kleine 15 duizend deelnemers geteld. De protestmars telde vorige maand 70 duizend mensen. De organisatie achter de marsen, Youth for Climate, heeft opgeroepen tot een wereldwijde staking voor een beter klimaat op 15 maart. Ik ben voor!
zondag 3 februari 2019
Koning winter
Kindness is like snow. It beautifies everything it covers.
- Khalil Gibran
Vanwege een griepje sta ik na twee weken niks doen weer op de atletiekbaan. Er waren voor vandaag stevige weerberichten afgegeven. Er was negen centimeter sneeuw in Limburg gevallen en bij ons in Brabant niks. Het verwachte sneeuwfront bereikte Brabant helemaal niet. De sneeuwbuien verplaatsten zich minder snel dan het KNMI had verwacht. Er was voor deze dag zelfs code geel afgegeven en de NS had minder treinen ingezet. Schiphol had veel vluchten op voorhand al gecanceld. In de ochtend zag ik een enkel sneeuwvlokje naar beneden dwarrelen. Het was een paar graden boven nul, dus er bleef natuurlijk niks liggen. Ik keek wel uit naar een witte wereld zoals de week ervoor. Toen was er een flinke laag sneeuw in Breda neergedaald en deze bleef ook lekker een paar dagen lang liggen. Bovendien ging de zon de volgende dag schijnen waardoor Nederland heel even een wintersportsfeertje had. Heerlijk! Die zonnige dag had ik met mijn clienten door Breda gereden en ze genoten van de Anton Pieck-achtige tafereeltjes in de binnenstad. Het was niet eens glad op de stoep want het vroor. Dus de sneeuw bleef lekker fluffy. En dan dat winterzonnetje erbij! Een paar dagen later was het ineens weg. Zonder prut. Ook zo fijn. Vandaag zou de wereld weer wit kleuren, maar een mooi pak sneeuw viel hier maar niet. Hooguit wat natte sneeuw in de loop van de middag. Ik had deze avond geen zin om te trainen in de natte sneeuw. Het was uiteindelijk niet veel wat er viel en begin van de avond was het zelfs gestopt. Tóch maar op mijn fiets gestapt met lekker warme, gebreide beenwarmers over mijn trainingsbroek. Beenwarmers die ik achterin mijn kledingkast had gevonden. En die later niet zo elastisch meer bleken te zijn… Ook een bodywarmer in mijn fietskrat gepropt voor op de baan. Muts op en handschoentjes aan. Veel groepen gingen van de baan af om te lopen, want ze waren bang voor gladheid. Onze atletiekbaan kán inderdaad spiegelglad worden. Op zo’n moment gaan ze over de fietspaden in de buurt lopen. Mijn trainer had denk ik geen zin om zelf mee te rennen. Onze groep bleef als enige op de baan. De warming-up en looptraining gingen heel goed qua gladheid. Behalve dat mijn beenwarmers dus hun elasticiteit verloren hadden na verloop van jaren. Na elke opdracht looptraining moest ik die grijze dingen weer ophalen, want dan hingen ze op mijn enkels. Mijn trainer had zelfs stoutmoedig gezegd dat ik maar snel eens nieuwe moest gaan breien. Of ik wel kon breien? Ik had deze niet eens zelf gebreid! Ik had het al snel gezien op de baan toen we rondjes moesten gaan lopen. Ik zag de natte baan in no time opvriezen tot een glijbaan. Ik ben bangig aangelegd en dan loop ik niet meer ontspannen. Bang dat ik val. Dat risico op vallen vind ik het ook niet waard. Ik zei tegen mijn trainer dat ik buiten de baan (daar ligt een smal paadje van stoeptegels) ging rennen. Nog geen half uurtje later liep er niemand meer op de baan. Het was spekglad! En tóch is het dan lekker dat je met je billen van de bank afgekomen bent. Dat je lekker buiten in de winterkou aan het trainen bent. Alhoewel het állerlekkerste natuurlijk altijd de warme douche na afloop blijft.
Ik krijg een kort, Spaanstalig filmpje over WhatsApp toegestuurd van mijn goede vriendin in Mexico. Over dromen. Kinderdromen. Dromen toen we nog een kind waren. De kinderen op 't filmpje zitten nog vol dromen. De jongvolwassenen in het filmpje reageren dat ze geen tijd, middelen of geld hebben om hun dromen waar te maken. De senioren zeggen spijt te hebben dat ze hun dromen niet hebben nagejaagd. Spijt dat hun dromen niet waar gemaakt zijn. Als ze hun leven over zouden kunnen doen zouden ze wél aan hun dromen werken. Ik stuur het door aan mijn Spaanstalige vriendinnen. Er komen gesprekken op gang over ónze dromen. Ik vraag mijn Mexicaanse vriendin naar haar dromen en zoals het een echte yoga juf betaamt komt ze met een mooi antwoord. Ze droomt ervan nooit haar speelsheid te verliezen. Om de wereld te blijven zien door de ogen van een kleine meid. Om nooit de capaciteit te verliezen om boodschappen uit te natuur te kunnen zien. De meeste van haar dromen zijn trouwens al uitgekomen. Moeder worden, een eigen yoga studio, een paard hebben en trouwen met haar levensgezel. Reizen met een motor en het vliegtuig. Om walvissen, dolfijnen, giraffen en olifanten te zien. Het leven heeft haar dit allemaal al gegeven. Andere vriendinnen van mij hebben een droom om een huisje in Spanje te kopen en dat op te knappen. Heel concreet. Het einddoel mag groots en verheven zijn, ook al moet het wel haalbaar en realistisch blijven. Het is volgens mij vooral belangrijk om je eigen koers te varen. Mijn lief en ik dromen ook wel eens hardop van een huisje in Portugal om te overwinteren. Of zelfs een huisje aan de kust van Mexico waar we samen oud kunnen worden. En eventueel gebrekkig. En dat we dan heel veel hulp in kunnen huren, want dat is daar nog betaalbaar. Ik weet eerlijk gezegd niet of dat reëel voor ons is. Ik weet wel dat mijn droom over gevoel van vrijheid uitgekomen is met de aanschaf van onze antieke VW kampeerbus. Zomers een paar weken als een nomade door Europa rondreizen maakt mij gelukkig. Ook dat ik moeder ben geworden van drie fantastische meiden die mij mogen vergezellen in mijn leven. Na de scheiding van mijn ouders droomde ik van de meest betrouwbare man waar ik mee zou mogen trouwen. Dit jaar worden we beide vijftig. Samen. We hebben verschrikkelijk veel gereisd samen. In het buitenland gewoond met onze kindjes. Allemaal dromen die uitgekomen zijn. Ik zou nog wel eens maandenlang met onze Volkswagenbus naar Tibet willen reizen, samen met mijn lief. Hij ziet het alleen nog niet zitten… De intenties die ik uitspreek tijdens yoga- en meditatielessen zijn vaak van hetzelfde laken een pak: een leven in harmonie, liefde en vrede. En dat heb ik inmiddels gevonden.
- Khalil Gibran
Vanwege een griepje sta ik na twee weken niks doen weer op de atletiekbaan. Er waren voor vandaag stevige weerberichten afgegeven. Er was negen centimeter sneeuw in Limburg gevallen en bij ons in Brabant niks. Het verwachte sneeuwfront bereikte Brabant helemaal niet. De sneeuwbuien verplaatsten zich minder snel dan het KNMI had verwacht. Er was voor deze dag zelfs code geel afgegeven en de NS had minder treinen ingezet. Schiphol had veel vluchten op voorhand al gecanceld. In de ochtend zag ik een enkel sneeuwvlokje naar beneden dwarrelen. Het was een paar graden boven nul, dus er bleef natuurlijk niks liggen. Ik keek wel uit naar een witte wereld zoals de week ervoor. Toen was er een flinke laag sneeuw in Breda neergedaald en deze bleef ook lekker een paar dagen lang liggen. Bovendien ging de zon de volgende dag schijnen waardoor Nederland heel even een wintersportsfeertje had. Heerlijk! Die zonnige dag had ik met mijn clienten door Breda gereden en ze genoten van de Anton Pieck-achtige tafereeltjes in de binnenstad. Het was niet eens glad op de stoep want het vroor. Dus de sneeuw bleef lekker fluffy. En dan dat winterzonnetje erbij! Een paar dagen later was het ineens weg. Zonder prut. Ook zo fijn. Vandaag zou de wereld weer wit kleuren, maar een mooi pak sneeuw viel hier maar niet. Hooguit wat natte sneeuw in de loop van de middag. Ik had deze avond geen zin om te trainen in de natte sneeuw. Het was uiteindelijk niet veel wat er viel en begin van de avond was het zelfs gestopt. Tóch maar op mijn fiets gestapt met lekker warme, gebreide beenwarmers over mijn trainingsbroek. Beenwarmers die ik achterin mijn kledingkast had gevonden. En die later niet zo elastisch meer bleken te zijn… Ook een bodywarmer in mijn fietskrat gepropt voor op de baan. Muts op en handschoentjes aan. Veel groepen gingen van de baan af om te lopen, want ze waren bang voor gladheid. Onze atletiekbaan kán inderdaad spiegelglad worden. Op zo’n moment gaan ze over de fietspaden in de buurt lopen. Mijn trainer had denk ik geen zin om zelf mee te rennen. Onze groep bleef als enige op de baan. De warming-up en looptraining gingen heel goed qua gladheid. Behalve dat mijn beenwarmers dus hun elasticiteit verloren hadden na verloop van jaren. Na elke opdracht looptraining moest ik die grijze dingen weer ophalen, want dan hingen ze op mijn enkels. Mijn trainer had zelfs stoutmoedig gezegd dat ik maar snel eens nieuwe moest gaan breien. Of ik wel kon breien? Ik had deze niet eens zelf gebreid! Ik had het al snel gezien op de baan toen we rondjes moesten gaan lopen. Ik zag de natte baan in no time opvriezen tot een glijbaan. Ik ben bangig aangelegd en dan loop ik niet meer ontspannen. Bang dat ik val. Dat risico op vallen vind ik het ook niet waard. Ik zei tegen mijn trainer dat ik buiten de baan (daar ligt een smal paadje van stoeptegels) ging rennen. Nog geen half uurtje later liep er niemand meer op de baan. Het was spekglad! En tóch is het dan lekker dat je met je billen van de bank afgekomen bent. Dat je lekker buiten in de winterkou aan het trainen bent. Alhoewel het állerlekkerste natuurlijk altijd de warme douche na afloop blijft.
Ik krijg een kort, Spaanstalig filmpje over WhatsApp toegestuurd van mijn goede vriendin in Mexico. Over dromen. Kinderdromen. Dromen toen we nog een kind waren. De kinderen op 't filmpje zitten nog vol dromen. De jongvolwassenen in het filmpje reageren dat ze geen tijd, middelen of geld hebben om hun dromen waar te maken. De senioren zeggen spijt te hebben dat ze hun dromen niet hebben nagejaagd. Spijt dat hun dromen niet waar gemaakt zijn. Als ze hun leven over zouden kunnen doen zouden ze wél aan hun dromen werken. Ik stuur het door aan mijn Spaanstalige vriendinnen. Er komen gesprekken op gang over ónze dromen. Ik vraag mijn Mexicaanse vriendin naar haar dromen en zoals het een echte yoga juf betaamt komt ze met een mooi antwoord. Ze droomt ervan nooit haar speelsheid te verliezen. Om de wereld te blijven zien door de ogen van een kleine meid. Om nooit de capaciteit te verliezen om boodschappen uit te natuur te kunnen zien. De meeste van haar dromen zijn trouwens al uitgekomen. Moeder worden, een eigen yoga studio, een paard hebben en trouwen met haar levensgezel. Reizen met een motor en het vliegtuig. Om walvissen, dolfijnen, giraffen en olifanten te zien. Het leven heeft haar dit allemaal al gegeven. Andere vriendinnen van mij hebben een droom om een huisje in Spanje te kopen en dat op te knappen. Heel concreet. Het einddoel mag groots en verheven zijn, ook al moet het wel haalbaar en realistisch blijven. Het is volgens mij vooral belangrijk om je eigen koers te varen. Mijn lief en ik dromen ook wel eens hardop van een huisje in Portugal om te overwinteren. Of zelfs een huisje aan de kust van Mexico waar we samen oud kunnen worden. En eventueel gebrekkig. En dat we dan heel veel hulp in kunnen huren, want dat is daar nog betaalbaar. Ik weet eerlijk gezegd niet of dat reëel voor ons is. Ik weet wel dat mijn droom over gevoel van vrijheid uitgekomen is met de aanschaf van onze antieke VW kampeerbus. Zomers een paar weken als een nomade door Europa rondreizen maakt mij gelukkig. Ook dat ik moeder ben geworden van drie fantastische meiden die mij mogen vergezellen in mijn leven. Na de scheiding van mijn ouders droomde ik van de meest betrouwbare man waar ik mee zou mogen trouwen. Dit jaar worden we beide vijftig. Samen. We hebben verschrikkelijk veel gereisd samen. In het buitenland gewoond met onze kindjes. Allemaal dromen die uitgekomen zijn. Ik zou nog wel eens maandenlang met onze Volkswagenbus naar Tibet willen reizen, samen met mijn lief. Hij ziet het alleen nog niet zitten… De intenties die ik uitspreek tijdens yoga- en meditatielessen zijn vaak van hetzelfde laken een pak: een leven in harmonie, liefde en vrede. En dat heb ik inmiddels gevonden.
zondag 27 januari 2019
Third culture children
International cooperation is vital to keeping our globe safe, commerce flowing, and our planet habitable.
- Angus Deaton
Een heel mooie lichtgetinte jongeman met rastahaar geeft sinds een paar maanden onze power yoga classes op mijn yogaschool. Uit nieuwsgierigheid had ik hem al eens naar zijn achtergrond gevraagd. Een moeder uit Tanzania en een Hollandse vader. Zijn Engels is onberispelijk. Zijn Nederlands ook, maar er is iets mee. Soms zegt hij dingen een beetje gek. Zoals onze kinderen dat soms ook kunnen doen. Een verkeerde zinsvolgorde of niet op het juiste Nederlandse woord komen. Afgelopen week sprak ik mijn yogaleraar wat langer en kwam ik er achter dat hij een expat-kind is. Precies zoals onze drie kinderen. Net als onze twee oudsten heeft hij ook internationaal IB onderwijs voltooid. Hij noemt zichzelf echter geen expat-kind, maar een Third Cultural Kid. Ik had er nog nooit van gehoord. Doordat hij voor een groot deel in de andere cultuur van Dubai geleefd heeft, voelt hij zich nergens écht thuis. Herkenbaar… Kinderen die met hun ouders in het buitenland hebben gewoond zijn gevormd door andere culturele ervaringen dan hun Nederlandse ouders. Zij voelen zich (bij terugkeer) vaak anders en niet begrepen door kinderen die zijn opgegroeid in Nederland. Ik luister geboeid naar hem. Zijn gevoelens zijn heel herkenbaar voor elk van onze meiden. Als een Third Cultural Kid leef je inderdaad een bijzonder interessant leven. Onze meisjes groeiden op in een Spaanse, Amerikaanse en Mexicaanse cultuur en dat is volstrekt anders dan dat van hun Hollandse ouders. Deze ervaring is vaak erg moeilijk uit te leggen aan degenen die niet in hun situatie zijn geweest. Telkens weer had ikzelf minimaal een jaar nodig om te aarden na terugkomst. Ik kon mijn verhaal niet delen met andere vrouwen (die geen expat geweest zijn). En juíst in dát eerste jaar na terugkeer had ik daar zo’n behoefte aan. Moet je nagaan wat dat betekende voor onze kinderen? Onze middelste kon daar echt gefrustreerd van raken toen ze nog op de lagere school zat. Ik heb ooit eens gedineerd met een man die als expat-kind was grootgebracht. (En destijds nog steeds trouwens als directeur met zijn gezin overal uitgezonden werd.) Hij vertelde me dat de meest zenuwslopende en angstwekkende vraag voor hem was ‘waar kom je vandaan?’. Het antwoord hierop vereist namelijk een uitvoerige uitleg van je levensverhaal. Dat is uitputtend als je bent opgegroeid in drie andere landen en momenteel weer in een geheel ander land woont. Ik ben zijn verhaal nooit vergeten. Ik herkende onze kinderen er indertijd al in.
Ik vertelde mijn yogaleraar laatst dat onze dochters zélf een gevoel bij het concept ‘thuis’ moesten vinden. Thuis is voor hen niet perse in Breda bijvoorbeeld. Na vele jaren buiten je eigen thuiscultuur te hebben doorgebracht en niet helemaal in je gastcultuur te passen, heb je het gevoel dat je overal en nergens in past. Mijn yogaleraar is op z’n gelukkigst als hij geen huissleutel heeft. Onze oudste heeft dat gevoel van niet passen heel sterk. Zeker nu ze weer net terug is uit Korea. Ze heeft niks met Nederland. Ze vindt Nederlanders stom en ze vindt de taal verschrikkelijk. Op haar universiteit vermijdt ze het contact met Nederlandse studenten. Third Cultural children spreken op z’n minst twee talen vloeiend. Wij hebben alleen in Spaans- en Engelstalige landen gewoond waardoor onze kinderen deze twee wereldtalen vloeiend spreken. Ikzelf, als moeder, spreek Spaans echter niet vloeiend. Je zult natuurlijk meteen een paar begroetingen en enkele aanwijzingen moeten leren om de weg te vragen, maar je bent eraan gewend geraakt te leven in een land waar je niet alles kunt begrijpen wat er om je heen wordt gezegd. Mijn eega had dat sterk op zijn werk in Mexico. Onze kinderen zaten op internationale scholen en hebben daarom hun eigen internationale accent. Een accent dat vaak niet uit te leggen valt voor degenen die naar iemands accent luisteren om erachter te komen waar ze vandaan komen. Uiteindelijk raakten we gewend aan belachelijke vragen van mensen die onwetend zijn van het leven in het buitenland. ‘Spreek je nu Mexicaans?’ bijvoorbeeld. Of ‘Het Engels van jullie kinderen is echt heel goed voor kinderen die bijna zes jaar in een Spaanstalig land hebben gewoond.’ Er wordt thuis nog steeds door de kinderen voornamelijk Engels met elkaar gesproken. Ook al zijn we drieënhalf jaar terug in Nederland. De drang om ergens bij te horen is bij onze kinderen kleiner. Soms voel ik me schuldig naar ze, omdat ze zich soms nergens bij voelen horen. Niet in het uitgaansleven in Breda. Niet op een Nederlandse school, of bij een lokale sportclub. Niet tijdens het Brabantse carnaval. Niet bij hun neven en nichten. Gelukkig is meestal hun expat-kind-zijn echter een groot voordeel in deze geglobaliseerde wereld waarin we nu leven. Onze meiden zijn mobiel, flexibel, onafhankelijk en hebben een brede en gekleurde blik op de wereld. Hun internationale achtergrond bracht ze een goede, internationale opleiding en veel kansen op de internationale arbeidsmarkt. Hun meertaligheid en flexibiliteit zijn toegevoegde waarden. Vooral de twee oudsten weten, door hun loskoppeling van groepen en plekken, goed wie ze zijn. En welke principes ze hebben en wat ze belangrijk vinden. Ze houden stand in uitdagende situaties en veroordelen niet snel. Zij zijn de wereldburgers die de broodnodige nuance in het huidige zwart-wit denken kunnen aanbrengen.
- Angus Deaton
Een heel mooie lichtgetinte jongeman met rastahaar geeft sinds een paar maanden onze power yoga classes op mijn yogaschool. Uit nieuwsgierigheid had ik hem al eens naar zijn achtergrond gevraagd. Een moeder uit Tanzania en een Hollandse vader. Zijn Engels is onberispelijk. Zijn Nederlands ook, maar er is iets mee. Soms zegt hij dingen een beetje gek. Zoals onze kinderen dat soms ook kunnen doen. Een verkeerde zinsvolgorde of niet op het juiste Nederlandse woord komen. Afgelopen week sprak ik mijn yogaleraar wat langer en kwam ik er achter dat hij een expat-kind is. Precies zoals onze drie kinderen. Net als onze twee oudsten heeft hij ook internationaal IB onderwijs voltooid. Hij noemt zichzelf echter geen expat-kind, maar een Third Cultural Kid. Ik had er nog nooit van gehoord. Doordat hij voor een groot deel in de andere cultuur van Dubai geleefd heeft, voelt hij zich nergens écht thuis. Herkenbaar… Kinderen die met hun ouders in het buitenland hebben gewoond zijn gevormd door andere culturele ervaringen dan hun Nederlandse ouders. Zij voelen zich (bij terugkeer) vaak anders en niet begrepen door kinderen die zijn opgegroeid in Nederland. Ik luister geboeid naar hem. Zijn gevoelens zijn heel herkenbaar voor elk van onze meiden. Als een Third Cultural Kid leef je inderdaad een bijzonder interessant leven. Onze meisjes groeiden op in een Spaanse, Amerikaanse en Mexicaanse cultuur en dat is volstrekt anders dan dat van hun Hollandse ouders. Deze ervaring is vaak erg moeilijk uit te leggen aan degenen die niet in hun situatie zijn geweest. Telkens weer had ikzelf minimaal een jaar nodig om te aarden na terugkomst. Ik kon mijn verhaal niet delen met andere vrouwen (die geen expat geweest zijn). En juíst in dát eerste jaar na terugkeer had ik daar zo’n behoefte aan. Moet je nagaan wat dat betekende voor onze kinderen? Onze middelste kon daar echt gefrustreerd van raken toen ze nog op de lagere school zat. Ik heb ooit eens gedineerd met een man die als expat-kind was grootgebracht. (En destijds nog steeds trouwens als directeur met zijn gezin overal uitgezonden werd.) Hij vertelde me dat de meest zenuwslopende en angstwekkende vraag voor hem was ‘waar kom je vandaan?’. Het antwoord hierop vereist namelijk een uitvoerige uitleg van je levensverhaal. Dat is uitputtend als je bent opgegroeid in drie andere landen en momenteel weer in een geheel ander land woont. Ik ben zijn verhaal nooit vergeten. Ik herkende onze kinderen er indertijd al in.
Ik vertelde mijn yogaleraar laatst dat onze dochters zélf een gevoel bij het concept ‘thuis’ moesten vinden. Thuis is voor hen niet perse in Breda bijvoorbeeld. Na vele jaren buiten je eigen thuiscultuur te hebben doorgebracht en niet helemaal in je gastcultuur te passen, heb je het gevoel dat je overal en nergens in past. Mijn yogaleraar is op z’n gelukkigst als hij geen huissleutel heeft. Onze oudste heeft dat gevoel van niet passen heel sterk. Zeker nu ze weer net terug is uit Korea. Ze heeft niks met Nederland. Ze vindt Nederlanders stom en ze vindt de taal verschrikkelijk. Op haar universiteit vermijdt ze het contact met Nederlandse studenten. Third Cultural children spreken op z’n minst twee talen vloeiend. Wij hebben alleen in Spaans- en Engelstalige landen gewoond waardoor onze kinderen deze twee wereldtalen vloeiend spreken. Ikzelf, als moeder, spreek Spaans echter niet vloeiend. Je zult natuurlijk meteen een paar begroetingen en enkele aanwijzingen moeten leren om de weg te vragen, maar je bent eraan gewend geraakt te leven in een land waar je niet alles kunt begrijpen wat er om je heen wordt gezegd. Mijn eega had dat sterk op zijn werk in Mexico. Onze kinderen zaten op internationale scholen en hebben daarom hun eigen internationale accent. Een accent dat vaak niet uit te leggen valt voor degenen die naar iemands accent luisteren om erachter te komen waar ze vandaan komen. Uiteindelijk raakten we gewend aan belachelijke vragen van mensen die onwetend zijn van het leven in het buitenland. ‘Spreek je nu Mexicaans?’ bijvoorbeeld. Of ‘Het Engels van jullie kinderen is echt heel goed voor kinderen die bijna zes jaar in een Spaanstalig land hebben gewoond.’ Er wordt thuis nog steeds door de kinderen voornamelijk Engels met elkaar gesproken. Ook al zijn we drieënhalf jaar terug in Nederland. De drang om ergens bij te horen is bij onze kinderen kleiner. Soms voel ik me schuldig naar ze, omdat ze zich soms nergens bij voelen horen. Niet in het uitgaansleven in Breda. Niet op een Nederlandse school, of bij een lokale sportclub. Niet tijdens het Brabantse carnaval. Niet bij hun neven en nichten. Gelukkig is meestal hun expat-kind-zijn echter een groot voordeel in deze geglobaliseerde wereld waarin we nu leven. Onze meiden zijn mobiel, flexibel, onafhankelijk en hebben een brede en gekleurde blik op de wereld. Hun internationale achtergrond bracht ze een goede, internationale opleiding en veel kansen op de internationale arbeidsmarkt. Hun meertaligheid en flexibiliteit zijn toegevoegde waarden. Vooral de twee oudsten weten, door hun loskoppeling van groepen en plekken, goed wie ze zijn. En welke principes ze hebben en wat ze belangrijk vinden. Ze houden stand in uitdagende situaties en veroordelen niet snel. Zij zijn de wereldburgers die de broodnodige nuance in het huidige zwart-wit denken kunnen aanbrengen.
zondag 20 januari 2019
Vertederend
It's bad timing, but a lot of kids become teenagers just as their parents are hitting their mid-life crisis. So everybody's miserable and confused and seeking that new sense of identity.
- Laurie Halse Anderson
Veertien jaar is ze geworden. Ons jongste kind blijft echter op de een of andere manier altijd mijn ‘baby'. Of het komt omdat zij via een natuurlijke bevalling ter wereld is gekomen en de andere twee op de wereld zijn gezet door een gynaecoloog. Ik weet het niet. Er zit ook een wat groter leeftijdsverschil tussen haar en haar zussen. Ik weet wel dat ik haar to nu toe als de kleinste zie en haar daarom zo behandel. Zo hebben onze andere meiden vanaf hun dertiende jaar gewerkt door aardbeien te plukken, veelvuldig op te passen, vakken te vullen of een krantenwijk te lopen. Onze jongste dochter heeft geen bijbaantje en wij stimuleren dat gek genoeg ook helemaal niet. Ze heeft wel afgelopen zomer een week een krantenwijkje gedeeld met haar oudere zus. Afgelopen weekend vierde ze haar verjaardagsfeest en bleven er vijf vriendinnen slapen in de huiskamer. Ik kwam er achter dat een aantal van hen al werkt bij de supermarkt, oppas is of in een brasserie achter de bar werkt. Ons kind heeft vorige maand voor het eerst opgepast bij de buren tot tien uur ’s avonds waarna haar oudere zus kwam om de klus af te maken. Zo hebben we haar oudere zussen altijd meegenomen van het ene land naar het andere. Ook tijdens hun middelbare schooltijd. Zonder overleg eigenlijk. Onze jongste daarentegen heeft ons een jaar geleden gevraagd om haar school af te mogen maken in Breda. Ook al staan manlief en ik te trappelen om uitgezonden te worden….we wachten geduldig totdat onze jongste over drieëneenhalf jaar haar schooldiploma heeft behaald. En hopelijk net als haar zussen op kamers gaat wonen in een studentenstad. Dat kan een stad in Nederland zijn of in het land waar wij uitgezonden worden. Mits alles verloopt zoals het wij het graag willen natuurlijk. Haar wens wordt in ieder geval vervuld. Toch kan ze al flink puberen hoor. Haar iets opdragen om te doen, zoals bijvoorbeeld het huisvuil wegbrengen naar de gemeentelijke afvalcontainer verderop in de straat, gaat met heel veel gebrul van haar kant gepaard. Ze vindt het belachelijk dat ze dat moet doen. Het is haar enige taak in het huishouden moet je weten.
Van de week was ik in m’n uppie op haar slaapkamer wasgoed op haar bed aan het vouwen - ik heb minstens tien (vakantie)wassen gedraaid afgelopen twee weken - toen ik later van haar vernam dat de camera van haar laptop de hele tijd aan had gestaan. Ik was dus ongemerkt bespied door haar vriendinnetje. Ze waren ‘samen’ huiswerk aan het maken en onze dochter had de camera aan laten staan toen ze naar beneden liep. Daar heb ik later met haar stennis over gemaakt, dat ik dat niet meer wil hebben. Zo’n verbod stuit haar echter enorm tegen de borst. Ook al zijn wij haar ouders en hebben wij het volste recht dit te verbieden. Wij willen in ons huis niet zo ongemerkt bekeken worden. Zij vindt evenwel dat ik uit haar kamer weg moet blijven. We zijn er gelukkig wel uit gekomen. Zo wordt ze regelmatig overschreeuwd. Dat valt doordeweeks wel mee natuurlijk, want ze is nog de enige thuiswonende dochter. Tijdens onze reis met z’n vijven door Korea viel het wél op. Er wordt heel makkelijk niet naar haar geluisterd. Op haar feest met al haar vriendinnen om zich heen liep ze tegen hetzelfde aan. Terwijl zij buiten om het open vuur heen marshmallows stonden te roosteren - nadat ze een spooktocht door het donkere Mastbos hadden gemaakt - hoor ik haar buiten roepen dat iedereen eens een keer naar háár moet luisteren. Tenslotte is zíj de Birthday girl hoor ik er achteraan denken. Ze heeft veel geduld. Dat had ze als dreumes al. Met twee oudere zusjes die overal nog hulp bij nodig hadden zoals een jas aantrekken, schoenen veteren, tanden poetsen etcetera heeft ze zich dat goed aangeleerd. Zo hebben wij nu ook geduld met haar. Ze is serieus naar internationale studies aan het kijken en wij geloven het allemaal wel nu ze nog steeds zo jong is. Haar zussen stimuleerden wij bijtijds om alvast rond te kijken naar studies en zich in hun toekomst te verdiepen. Bij de derde dochter geloven we dat het allemaal wel losloopt en vast op z’n pootjes terecht komt. Zo spaart ze ook al heel schattig voor een rondreis door The States zodra ze haar diploma heeft. Er wordt zelfs al verhit gediscussieerd met twee vriendinnen naar welke staat de gezamenlijke reis heen moet en welke steden ze aandoen. Ze hebben zelfs een car wash georganiseerd als fundraising in het vorige jaar (geïnspireerd door een van haar zussen) waarbij ze welgeteld twee tientjes verdiend hebben voor hun reis. Ik blijf het allemaal vertederend vinden. Hoe lang zal dat nog duren? Hoe lang kom ik daar nog mee weg?
- Laurie Halse Anderson
Veertien jaar is ze geworden. Ons jongste kind blijft echter op de een of andere manier altijd mijn ‘baby'. Of het komt omdat zij via een natuurlijke bevalling ter wereld is gekomen en de andere twee op de wereld zijn gezet door een gynaecoloog. Ik weet het niet. Er zit ook een wat groter leeftijdsverschil tussen haar en haar zussen. Ik weet wel dat ik haar to nu toe als de kleinste zie en haar daarom zo behandel. Zo hebben onze andere meiden vanaf hun dertiende jaar gewerkt door aardbeien te plukken, veelvuldig op te passen, vakken te vullen of een krantenwijk te lopen. Onze jongste dochter heeft geen bijbaantje en wij stimuleren dat gek genoeg ook helemaal niet. Ze heeft wel afgelopen zomer een week een krantenwijkje gedeeld met haar oudere zus. Afgelopen weekend vierde ze haar verjaardagsfeest en bleven er vijf vriendinnen slapen in de huiskamer. Ik kwam er achter dat een aantal van hen al werkt bij de supermarkt, oppas is of in een brasserie achter de bar werkt. Ons kind heeft vorige maand voor het eerst opgepast bij de buren tot tien uur ’s avonds waarna haar oudere zus kwam om de klus af te maken. Zo hebben we haar oudere zussen altijd meegenomen van het ene land naar het andere. Ook tijdens hun middelbare schooltijd. Zonder overleg eigenlijk. Onze jongste daarentegen heeft ons een jaar geleden gevraagd om haar school af te mogen maken in Breda. Ook al staan manlief en ik te trappelen om uitgezonden te worden….we wachten geduldig totdat onze jongste over drieëneenhalf jaar haar schooldiploma heeft behaald. En hopelijk net als haar zussen op kamers gaat wonen in een studentenstad. Dat kan een stad in Nederland zijn of in het land waar wij uitgezonden worden. Mits alles verloopt zoals het wij het graag willen natuurlijk. Haar wens wordt in ieder geval vervuld. Toch kan ze al flink puberen hoor. Haar iets opdragen om te doen, zoals bijvoorbeeld het huisvuil wegbrengen naar de gemeentelijke afvalcontainer verderop in de straat, gaat met heel veel gebrul van haar kant gepaard. Ze vindt het belachelijk dat ze dat moet doen. Het is haar enige taak in het huishouden moet je weten.
Van de week was ik in m’n uppie op haar slaapkamer wasgoed op haar bed aan het vouwen - ik heb minstens tien (vakantie)wassen gedraaid afgelopen twee weken - toen ik later van haar vernam dat de camera van haar laptop de hele tijd aan had gestaan. Ik was dus ongemerkt bespied door haar vriendinnetje. Ze waren ‘samen’ huiswerk aan het maken en onze dochter had de camera aan laten staan toen ze naar beneden liep. Daar heb ik later met haar stennis over gemaakt, dat ik dat niet meer wil hebben. Zo’n verbod stuit haar echter enorm tegen de borst. Ook al zijn wij haar ouders en hebben wij het volste recht dit te verbieden. Wij willen in ons huis niet zo ongemerkt bekeken worden. Zij vindt evenwel dat ik uit haar kamer weg moet blijven. We zijn er gelukkig wel uit gekomen. Zo wordt ze regelmatig overschreeuwd. Dat valt doordeweeks wel mee natuurlijk, want ze is nog de enige thuiswonende dochter. Tijdens onze reis met z’n vijven door Korea viel het wél op. Er wordt heel makkelijk niet naar haar geluisterd. Op haar feest met al haar vriendinnen om zich heen liep ze tegen hetzelfde aan. Terwijl zij buiten om het open vuur heen marshmallows stonden te roosteren - nadat ze een spooktocht door het donkere Mastbos hadden gemaakt - hoor ik haar buiten roepen dat iedereen eens een keer naar háár moet luisteren. Tenslotte is zíj de Birthday girl hoor ik er achteraan denken. Ze heeft veel geduld. Dat had ze als dreumes al. Met twee oudere zusjes die overal nog hulp bij nodig hadden zoals een jas aantrekken, schoenen veteren, tanden poetsen etcetera heeft ze zich dat goed aangeleerd. Zo hebben wij nu ook geduld met haar. Ze is serieus naar internationale studies aan het kijken en wij geloven het allemaal wel nu ze nog steeds zo jong is. Haar zussen stimuleerden wij bijtijds om alvast rond te kijken naar studies en zich in hun toekomst te verdiepen. Bij de derde dochter geloven we dat het allemaal wel losloopt en vast op z’n pootjes terecht komt. Zo spaart ze ook al heel schattig voor een rondreis door The States zodra ze haar diploma heeft. Er wordt zelfs al verhit gediscussieerd met twee vriendinnen naar welke staat de gezamenlijke reis heen moet en welke steden ze aandoen. Ze hebben zelfs een car wash georganiseerd als fundraising in het vorige jaar (geïnspireerd door een van haar zussen) waarbij ze welgeteld twee tientjes verdiend hebben voor hun reis. Ik blijf het allemaal vertederend vinden. Hoe lang zal dat nog duren? Hoe lang kom ik daar nog mee weg?
zondag 13 januari 2019
Kamsahamnida
Politeness is the flower of humanity.
- Joesph Joubert
Een paar keer heb ik ze gezien. Jonge Koreaanse meisjes met één of twee krulspelden in hun pony. Op straat of in de metro. Oudste dochter legt uit dat de meiden deze krullers tot het allerlaatste moment in hun haar houden. Tot ze bij hun date zijn. Tegen hun vriendje praten ze met een heel hoog stemmetje. We hebben het zelf gehoord als we in de metro vlakbij zo'n stelletje zitten. De jongens vinden het leuk als er zo kinderachtig tegen ze gepraat wordt. Dan voelen ze zich kennelijk mannelijk? Ze gedragen zich heel beschermend naar hun meisje. De jongen laat het meisje geen moment los. Op straat niet, in de metro niet. Hij pulkt de hele tijd in haar haar, houdt haar hand vast of haar rug. Ook op de lange roltrappen in de metrostations. Er mag niet in het openbaar gezoend worden, maar betuttelen mag wel. De Koreaanse mannen vind ik niet mannelijk. Sowieso zijn ze over het algemeen heel klein en iel gebouwd. Ze hebben supersteil zwart haar dat meestal in een lange pony over hun voorhoofd hangt. Soms zetten ze die pony een beetje omhoog met wat gel of maken ze een strakke zijscheiding. Mijn lief valt erg uit de toon hier. Lang postuur, blauwe ogen, zwaar behaard gezicht, krullend haar zonder pony of scheiding dat ook nog eens bij zijn slapen grijs begint te worden! De vrouwelijke monnik kon het niet laten tijdens onze thee ceremonie in haar tempel er iets over te zeggen. Ze vond mijn eega heel erg mannelijk. Ze stelde zich voor dat hij vast veel bier dronk. Ze moest eens weten!
Koreaanse mensen verven massaal hun haar. Grijzende mannen verven het zwart. Je ziet nauwelijks grijsharige mensen hier. Ik val enorm op! Sommige jonge mannen verven ook hun haar, bijvoorbeeld lila of blauw. Ze hebben vrijwel geen baardhaar. Ik heb maar een enkele man met een baard gezien en dat is dan zo'n typisch aziatische lange sik. Ook heb ik flink wat jonge mannen gezien met lange hangoorbellen met zirkoniasteentjes! Veel mannen dragen hier ook hoog water broeken. En dat in die kou! De vrouwen dragen vrijwel allemaal een wit poeder op hun gezicht. Dat is geen geheim, dat werken ze gewoon nog even bij voordat de metrodeuren opengaan. Van een afstandje lijken ze eigenlijk best wel op futuristische, identieke robotjes. Decollete mag hier absoluut niet geshowd worden, maar ze dragen wel piepkorte rokjes met blanke panties eronder. Veel meiden van deze tijd krijgen voor hun achttiende verjaardag een extra vouwtje voor hun ooglid. Een oogcorrectie dus. Ik heb er in Seoul speciaal op gelet. Ook had ik al op groepsfoto's van onze oudste dochter gezien dat haar vriendinnen hun handen langs hun gezicht vouwen. Nu weet ik eindelijk waarom, zo lijkt het of ze een smallere kaaklijn hebben op de foto. Alles draait om uiterlijk en presteren. Er is een hoog percentage zelfmoordpogingen onder jonge mensen. Hun kleding is altijd onberispelijk, ik kan niet anders zeggen. Behalve als ze schoenen met hakjes dragen in plaats van sneakers. Die zijn altijd te groot waardoor ze óf schuifelen over straat of hun hiel komt bij elke stap uit hun schoen. Ik vond dat nogal frappant, maar ik denk dat ik weet waarom dat zo is. Koreanen doen namelijk overal hun schoenen uit zoals in huis, maar ook soms in een restaurant, museum of in een café. Daarom dragen ze vaak slides. Door hun nette schoenen een maatje te groot te kopen stappen ze er makkelijk in en uit. Wat verder natuurlijk enorm opvalt in het straatbeeld zijn de mondkapjes die ze hier in allerlei kleuren en thema's verkopen. Dit dragen ze als ze zelf ziek zijn om anderen niet te besmetten. Of uit voorzorg dat een ander hun niet kan besmetten. Heel beleefd vind ik de manier waarop ze elkaar bedanken. Het eerste dat wij dus ook leerden van onze oudste dochter, toen we in Seoul aankwamen, was “kamsahamnida” als je op formele wijze je dankbaarheid wilt doen blijken. Dit betekent zoiets als heel erg bedankt. Waarbij ze vaak ook hun handen vouwen en hun hoofd een beetje buigen. Als wij het als niet-Koreanen doen reageren ze heel verheugd. Verder zul je Koreanen niet snel luidruchtig horen praten of lachen. Uit fatsoen. In de metro is het dan ook relatief stil. Óf ze kijken op hun mobieltje óf ze slapen. In een overvolle metro kan het dus zijn dat iedereen meekijkt op je mobiel. Dat vind ik dan weer niet zo passen bij hun beleefdheid. Net zoals ze bij een overvolle metro gewoon keihard duwen om erin te komen voordat de deuren weer snel sluiten.
Daegu - 3 januari 2019
- Joesph Joubert
Een paar keer heb ik ze gezien. Jonge Koreaanse meisjes met één of twee krulspelden in hun pony. Op straat of in de metro. Oudste dochter legt uit dat de meiden deze krullers tot het allerlaatste moment in hun haar houden. Tot ze bij hun date zijn. Tegen hun vriendje praten ze met een heel hoog stemmetje. We hebben het zelf gehoord als we in de metro vlakbij zo'n stelletje zitten. De jongens vinden het leuk als er zo kinderachtig tegen ze gepraat wordt. Dan voelen ze zich kennelijk mannelijk? Ze gedragen zich heel beschermend naar hun meisje. De jongen laat het meisje geen moment los. Op straat niet, in de metro niet. Hij pulkt de hele tijd in haar haar, houdt haar hand vast of haar rug. Ook op de lange roltrappen in de metrostations. Er mag niet in het openbaar gezoend worden, maar betuttelen mag wel. De Koreaanse mannen vind ik niet mannelijk. Sowieso zijn ze over het algemeen heel klein en iel gebouwd. Ze hebben supersteil zwart haar dat meestal in een lange pony over hun voorhoofd hangt. Soms zetten ze die pony een beetje omhoog met wat gel of maken ze een strakke zijscheiding. Mijn lief valt erg uit de toon hier. Lang postuur, blauwe ogen, zwaar behaard gezicht, krullend haar zonder pony of scheiding dat ook nog eens bij zijn slapen grijs begint te worden! De vrouwelijke monnik kon het niet laten tijdens onze thee ceremonie in haar tempel er iets over te zeggen. Ze vond mijn eega heel erg mannelijk. Ze stelde zich voor dat hij vast veel bier dronk. Ze moest eens weten!
Koreaanse mensen verven massaal hun haar. Grijzende mannen verven het zwart. Je ziet nauwelijks grijsharige mensen hier. Ik val enorm op! Sommige jonge mannen verven ook hun haar, bijvoorbeeld lila of blauw. Ze hebben vrijwel geen baardhaar. Ik heb maar een enkele man met een baard gezien en dat is dan zo'n typisch aziatische lange sik. Ook heb ik flink wat jonge mannen gezien met lange hangoorbellen met zirkoniasteentjes! Veel mannen dragen hier ook hoog water broeken. En dat in die kou! De vrouwen dragen vrijwel allemaal een wit poeder op hun gezicht. Dat is geen geheim, dat werken ze gewoon nog even bij voordat de metrodeuren opengaan. Van een afstandje lijken ze eigenlijk best wel op futuristische, identieke robotjes. Decollete mag hier absoluut niet geshowd worden, maar ze dragen wel piepkorte rokjes met blanke panties eronder. Veel meiden van deze tijd krijgen voor hun achttiende verjaardag een extra vouwtje voor hun ooglid. Een oogcorrectie dus. Ik heb er in Seoul speciaal op gelet. Ook had ik al op groepsfoto's van onze oudste dochter gezien dat haar vriendinnen hun handen langs hun gezicht vouwen. Nu weet ik eindelijk waarom, zo lijkt het of ze een smallere kaaklijn hebben op de foto. Alles draait om uiterlijk en presteren. Er is een hoog percentage zelfmoordpogingen onder jonge mensen. Hun kleding is altijd onberispelijk, ik kan niet anders zeggen. Behalve als ze schoenen met hakjes dragen in plaats van sneakers. Die zijn altijd te groot waardoor ze óf schuifelen over straat of hun hiel komt bij elke stap uit hun schoen. Ik vond dat nogal frappant, maar ik denk dat ik weet waarom dat zo is. Koreanen doen namelijk overal hun schoenen uit zoals in huis, maar ook soms in een restaurant, museum of in een café. Daarom dragen ze vaak slides. Door hun nette schoenen een maatje te groot te kopen stappen ze er makkelijk in en uit. Wat verder natuurlijk enorm opvalt in het straatbeeld zijn de mondkapjes die ze hier in allerlei kleuren en thema's verkopen. Dit dragen ze als ze zelf ziek zijn om anderen niet te besmetten. Of uit voorzorg dat een ander hun niet kan besmetten. Heel beleefd vind ik de manier waarop ze elkaar bedanken. Het eerste dat wij dus ook leerden van onze oudste dochter, toen we in Seoul aankwamen, was “kamsahamnida” als je op formele wijze je dankbaarheid wilt doen blijken. Dit betekent zoiets als heel erg bedankt. Waarbij ze vaak ook hun handen vouwen en hun hoofd een beetje buigen. Als wij het als niet-Koreanen doen reageren ze heel verheugd. Verder zul je Koreanen niet snel luidruchtig horen praten of lachen. Uit fatsoen. In de metro is het dan ook relatief stil. Óf ze kijken op hun mobieltje óf ze slapen. In een overvolle metro kan het dus zijn dat iedereen meekijkt op je mobiel. Dat vind ik dan weer niet zo passen bij hun beleefdheid. Net zoals ze bij een overvolle metro gewoon keihard duwen om erin te komen voordat de deuren weer snel sluiten.
Daegu - 3 januari 2019
woensdag 9 januari 2019
Toegewijd
De pas vertragen en elke seconde elke ademhaling proeven, dat is genoeg.
- Thich Nhat Hanh
Na het zeer vroege ontbijt, toen de eeuwenoude tempel nog geheel in stilte en donkerte was, wil ons gezin rusten. Bijkomen van de stilte tijdens het vegetarische ontbijt met rijst, soep en fruit. Oudste dochter en ik willen echter het advies van de non opvolgen. De avond ervoor hadden we namelijk een uitgebreide theeceremonie met een alleraardigste, vrouwelijke, kale monnik. Ze haalde gekookt water uit een soort thermoskan en goot dat over een zeefje met verse, losse thee in een glazen theepot. Ondertussen had ze zes kleine theekopjes klaar gezet. Toen de thee getrokken had goot ze de piepkleine kopjes vol. Ze legde ons uit dat we met ons rechterhand het kopje optillen, terwijl we het met ons linkerhand ondersteunen. Ondertussen gebruiken we al onze zintuigen. We ruiken aan de thee, we zien de kleur van de thee, we proeven de thee en denken ondertussen aan het proces hoe de thee nu ingeschonken voor ons op het lage tafeltje staat. Wij zelf zaten ontspannen in lotushouding op een kussen. De monnik stelde ons veel geÏnteresseerde vragen en we hadden een geamuseerd gesprek. Over hoe zij haar pak in de koude winter over warme onderkleding heen draagt. Hoe het vroeger maar één keer in de drie maanden gewassen en gestijfd werd. Met rijstepap. De pap werd er met houten stokken ingeslagen door twee mensen tegelijk en dat proces duurde vrij lang. Ik complimenteerde haar met haar goede beheersing van het Engels. Ze liet echter niks los over waar ze dat geleerd heeft. Ze mocht ook niet vertellen hoe oud ze is. Wel vertelde ze dat ze veertien jaar in een andere tempel in Korea gewoond had. En dat ze een beetje aan sport doet in haar kamer. Tai chi en wat yoga. De monniken wandelen (en mediteren) veel in de bergen waar de tempel gelegen is. En sowieso doen ze dagelijks veel prostraties voor Boeddha. Die buigingen zijn heel gezond voor je lijf. Ik vind ze veel weg hebben van de zonnegroet van yoga. Zij adviseerde ons om de ochtend daarop vroeg voor zonsopgang een 'meditatieve' wandeling naar de top van de berg te doen. Daar is een onwaarschijnlijk mooi uitzicht als de zon opkomt boven zee. Alleen oudste kind en ik gaan vroeg in stilte wandelen. We zien de zon opkomen terwijl we in onze grijze, comfy monnikspakken en op instapschoentjes naar boven wandelen. Geen meditatie maar een filosofisch gesprek. Kind vindt de prostraties voor het beeld van Boeddha, die we de avond ervoor met de monnik hebben uitgevoerd, teveel van bidden weg hebben. Ze deed ze met wat tegenzin. Ze bidt ook niet voor God in een kerk. Ze is namelijk atheïst. Ik vraag haar of ze soms nergens in gelooft. Ook niet in een goede energie die geen specifieke naam hoeft te hebben? Haar antwoord is ontkennend. Het leven is zoals het is en dat is het ook meteen. Niet meer en niet minder. Ik vind het een beetje kil en leeg aanvoelen en vraag of ze niet iets mist in haar leven. Ze is heel nuchter. En daar heb ik respect voor zoals zij respect heeft voor waar ik in geloof.
Als we boven op de berg aankomen zien we een kleine tempel met een ademloos uitzicht. Wanneer we staan te genieten komt er een monnik met zijn kale hoofd buiten de deur. Hij nodigt ons uit voor een theeceremonie. We proberen er onderuit te komen, omdat we niet weten wat er van ons verwacht wordt en hoe lang het gaat duren. De deur gaat weer open en hij komt naar buiten in zijn grijze monnikspak. Een uiterst vriendelijke man. We kunnen zijn uitnodiging niet weigeren. Zo zitten we samen in ons kloffie wederom in lotushouding bij een theeceremonie. Onze schoenen staan buiten. Hij heeft zijn Boeddhabeeld laten zien in een kleine kamer ingericht als Boeddhazaal. Wij hebben drie keer naar Boeddha gegroet zoals dat hoort. We hebben een geanimeerd gesprek met hem. Hij blijkt een paar uur per dag Engels te leren en vindt het heerlijk om met ons Engels te praten. Elke keer als kind en ik elkaar heimelijk seinen dat dit ons laatste kopje thee is schenkt hij hem weer vol. Koekjes worden aangeboden. Wanneer de theepot leeg is proberen we beleefd aan te geven dat we willen gaan. Hij heeft echter weer nieuw water gekookt en laat ons trots de super-de-luxe doos met losse thee van het Koreaans eiland Jeju zien. We kunnen niet weigeren en gaan beleefd door met thee drinken. Wanneer we aangeven dat de rest van ons gezin beneden in de tempel op ons wacht laat hij ons gaan. Wat een uiterst aardige man. Ook de monniken die we later nog tegenkomen tijdens wandelingen in de bergen lachen ons alleraardigst toe wanneer we ze respectvol groeten met onze handen gevouwen voor ons hart en met een lichte buiging. Ze stralen iets heel harmonieus en vredelievends uit. Dat is ook een offer dat ze doen voor Boeddha legde de non ons op de avond van de ceremonie uit. Veel principes van het boeddhisme spreken mij aan zoals de meditaties, innerlijke rust, het concentreren op het positieve, het mindful zijn en een stiller leven. Meer dan een toegewijde yogi zal ik echter niet worden ben ik bang.
Istanboel - 6 januari 2019
- Thich Nhat Hanh
Na het zeer vroege ontbijt, toen de eeuwenoude tempel nog geheel in stilte en donkerte was, wil ons gezin rusten. Bijkomen van de stilte tijdens het vegetarische ontbijt met rijst, soep en fruit. Oudste dochter en ik willen echter het advies van de non opvolgen. De avond ervoor hadden we namelijk een uitgebreide theeceremonie met een alleraardigste, vrouwelijke, kale monnik. Ze haalde gekookt water uit een soort thermoskan en goot dat over een zeefje met verse, losse thee in een glazen theepot. Ondertussen had ze zes kleine theekopjes klaar gezet. Toen de thee getrokken had goot ze de piepkleine kopjes vol. Ze legde ons uit dat we met ons rechterhand het kopje optillen, terwijl we het met ons linkerhand ondersteunen. Ondertussen gebruiken we al onze zintuigen. We ruiken aan de thee, we zien de kleur van de thee, we proeven de thee en denken ondertussen aan het proces hoe de thee nu ingeschonken voor ons op het lage tafeltje staat. Wij zelf zaten ontspannen in lotushouding op een kussen. De monnik stelde ons veel geÏnteresseerde vragen en we hadden een geamuseerd gesprek. Over hoe zij haar pak in de koude winter over warme onderkleding heen draagt. Hoe het vroeger maar één keer in de drie maanden gewassen en gestijfd werd. Met rijstepap. De pap werd er met houten stokken ingeslagen door twee mensen tegelijk en dat proces duurde vrij lang. Ik complimenteerde haar met haar goede beheersing van het Engels. Ze liet echter niks los over waar ze dat geleerd heeft. Ze mocht ook niet vertellen hoe oud ze is. Wel vertelde ze dat ze veertien jaar in een andere tempel in Korea gewoond had. En dat ze een beetje aan sport doet in haar kamer. Tai chi en wat yoga. De monniken wandelen (en mediteren) veel in de bergen waar de tempel gelegen is. En sowieso doen ze dagelijks veel prostraties voor Boeddha. Die buigingen zijn heel gezond voor je lijf. Ik vind ze veel weg hebben van de zonnegroet van yoga. Zij adviseerde ons om de ochtend daarop vroeg voor zonsopgang een 'meditatieve' wandeling naar de top van de berg te doen. Daar is een onwaarschijnlijk mooi uitzicht als de zon opkomt boven zee. Alleen oudste kind en ik gaan vroeg in stilte wandelen. We zien de zon opkomen terwijl we in onze grijze, comfy monnikspakken en op instapschoentjes naar boven wandelen. Geen meditatie maar een filosofisch gesprek. Kind vindt de prostraties voor het beeld van Boeddha, die we de avond ervoor met de monnik hebben uitgevoerd, teveel van bidden weg hebben. Ze deed ze met wat tegenzin. Ze bidt ook niet voor God in een kerk. Ze is namelijk atheïst. Ik vraag haar of ze soms nergens in gelooft. Ook niet in een goede energie die geen specifieke naam hoeft te hebben? Haar antwoord is ontkennend. Het leven is zoals het is en dat is het ook meteen. Niet meer en niet minder. Ik vind het een beetje kil en leeg aanvoelen en vraag of ze niet iets mist in haar leven. Ze is heel nuchter. En daar heb ik respect voor zoals zij respect heeft voor waar ik in geloof.
Als we boven op de berg aankomen zien we een kleine tempel met een ademloos uitzicht. Wanneer we staan te genieten komt er een monnik met zijn kale hoofd buiten de deur. Hij nodigt ons uit voor een theeceremonie. We proberen er onderuit te komen, omdat we niet weten wat er van ons verwacht wordt en hoe lang het gaat duren. De deur gaat weer open en hij komt naar buiten in zijn grijze monnikspak. Een uiterst vriendelijke man. We kunnen zijn uitnodiging niet weigeren. Zo zitten we samen in ons kloffie wederom in lotushouding bij een theeceremonie. Onze schoenen staan buiten. Hij heeft zijn Boeddhabeeld laten zien in een kleine kamer ingericht als Boeddhazaal. Wij hebben drie keer naar Boeddha gegroet zoals dat hoort. We hebben een geanimeerd gesprek met hem. Hij blijkt een paar uur per dag Engels te leren en vindt het heerlijk om met ons Engels te praten. Elke keer als kind en ik elkaar heimelijk seinen dat dit ons laatste kopje thee is schenkt hij hem weer vol. Koekjes worden aangeboden. Wanneer de theepot leeg is proberen we beleefd aan te geven dat we willen gaan. Hij heeft echter weer nieuw water gekookt en laat ons trots de super-de-luxe doos met losse thee van het Koreaans eiland Jeju zien. We kunnen niet weigeren en gaan beleefd door met thee drinken. Wanneer we aangeven dat de rest van ons gezin beneden in de tempel op ons wacht laat hij ons gaan. Wat een uiterst aardige man. Ook de monniken die we later nog tegenkomen tijdens wandelingen in de bergen lachen ons alleraardigst toe wanneer we ze respectvol groeten met onze handen gevouwen voor ons hart en met een lichte buiging. Ze stralen iets heel harmonieus en vredelievends uit. Dat is ook een offer dat ze doen voor Boeddha legde de non ons op de avond van de ceremonie uit. Veel principes van het boeddhisme spreken mij aan zoals de meditaties, innerlijke rust, het concentreren op het positieve, het mindful zijn en een stiller leven. Meer dan een toegewijde yogi zal ik echter niet worden ben ik bang.
Istanboel - 6 januari 2019
zondag 6 januari 2019
Perfect day
Travel isn't always pretty. It isn't always comfortable. Sometimes it hurts, it even breaks your heart. But that's okay. The journey changes you: it should change you. It leaves marks on your memory, on your consciousness, on your heart and on your body. You take something with you. Hopefully, you leave something good behind.
- Anthony Bourdain
Eenmaal terug in Seoul gaan we een dag met z'n viertjes op pad. Oudste kind gaat namelijk nog een middag schaatsen en uit eten met een vriendinnetje. Wij besluiten een bergpiek in National Park Bukhansan te beklimmen. Helemaal niet ver van de hoofdstad. Dochter zoekt vooraf uit welke bus we moeten pakken en die blijkt echt vlakbij ons Airbnb huis te stoppen. 'Wat een toeval!' roep ik uitgelaten. Dochter kijkt verbaasd op van haar mobieltje. 'Ik dacht dat je dit huis er speciaal voor uit gezocht had!' Dit had ik echter vooraf nooit zo perfekt kunnen plannen. Na ruim een half uurtje rijden stappen we bij de voet van de berg uit. Er zijn verschillende bergpieken en we kiezen een makkelijk te bereiken top uit. Een wandeling van zo'n vier kilometer. Professioneel gekleedde Koreaanse wandelaars wijzen ons de juiste weg. De afstand blijkt onderweg gekgenoeg steeds meer te worden. Als wij na uren klimmen op de bewegwijzering zien dat het nóg steeds anderhalve kilometer is naar de top, geven we het op. Het is ijskoud daarboven met een hard ruizende, straffe wind. In onze winterjassen zweten we van de inspanning, maar onze wangen en handen koelen heel snel af. Een vervelend gevoel. De meiden willen niet meer verder. Het is ook al vrij laat en we willen voor de zon ondergaat zeker terug zijn. We keren om en zijn net voor zonsondergang beneden. Als we onze shawls, mutsen en jassen uit trekken in een koffietentje vlak bij de ingang van het park, blijken onze jassen en truien helemaal klam te zijn! We krijgen het ineens ijskoud. Na de warme chocomel pakken we de bus terug, stappen precies bij de juiste bushalte uit, nemen streetfood mee van de markt, friet en een hamburger voor ons jongste kind. Melk en brood van een supermarktje vlakbij het huis. We eten 'thuis' heel relaxt aan de keukentafel in plaats van in het zoveelste restaurant. Oudste kind is de volgende ochtend helemaal onder de indruk van onze zelfredzaamheid. Zij is twee weken lang onze gids geweest wat betreft openbaar vervoer, struinen naar een restaurantje of lopend op weg naar onze bestemming. Zij is náást onze gids, ook een zelfstandige, volwassen jonge vrouw geworden.
We rennen met z'n vijven keihard achter elkaar de trap af in het drukke metrostation in Seoul. De metro staat er al. Zodra we het perron op komen hollen zijn de deuren al gesloten, en kort daarna de metro vertrokken. 'Mensen hebben we 't gehaald?' vraagt onze jongste afwezig maar hoopvol. We komen niet meer bij van het lachen. 'De metro is weg. Wij staan nog op het perron. Wat denk je zelf?' reageer ik. We kunnen voorlopig niet meer stoppen met lachen! Onze jongste is jarig vandaag. Ze is veertien jaar geworden. We hebben haar vanmorgen wakker gezongen. Cadeautjes op bed. Slingers en ballonnen. Tijdens het ontbijt in onze Airbnb mocht zij beslissen wat we gingen doen vandaag. Onze laatste dag in Seoul. Onze laatste dag in Korea. Ze wil taart eten in een theme cafe. Keuze genoeg hier. Een kattencafé, een stokstaartjecafé, een karaoke café, een Hello Kitty café of een Harry Potter café. Ze koos voor de laatste - ook omdat we al eerder een kattencafé en karaoke café bezocht hadden. Het Harry Potter café bleek een soort museum rond het thema uit J.K. Rowlings' boeken en films. De meiden herkenden alle details, ik niks. De taart was echter heerlijk daar. Ik had veertien kaarsjes en een aansteker meegenomen. Zo zongen we zachtjes voor de jarige job. Ze genoot. Daar het onze laatste dag was bezochten we daarna Insa-dong, een craft market, waar we leuke souvenirs voor ons zelf hebben gekocht. De aller-allerlaatste middag hebben we doorgebracht in het eeuwenoude paleis Changdeokgung. De jarige job wilde graag in originele Koreaanse hanbok kleding door het paleis lopen. Je hoeft dan trouwens ook geen entree te betalen. Dus werd ze heel liefelijk in haar lievelingskleuren paars en roze aangekleed als een Aziatische prinses, maar dan met grote blauwe ogen. De zon stond al heel laag zo laat in de middag waardoor we heel zacht licht hadden in het mooie paleis om te fotograferen. Na een stop bij een coffee shop pakten we de metro naar het treinstation waar we als compleet gezin samen gegeten hebben. De eigenaar van de Airbnb was zo galant onze bagage daar aan ons af te leveren. Oudste kind ging deze avond naar haar afspraak met een vriendinnetje en wij viertjes pakten de trein naar de luchthaven. Deze dag had nooit zo perfekt kunnen verlopen als we dit vooraf zo geprobeerd hadden te plannen. Oudste dochter krijgt nu de kans mindful afscheid te nemen van een heel fijne periode in haar leven. Wij zien haar morgen weer in Breda!
5 januari 2019 - Seoul
- Anthony Bourdain
Eenmaal terug in Seoul gaan we een dag met z'n viertjes op pad. Oudste kind gaat namelijk nog een middag schaatsen en uit eten met een vriendinnetje. Wij besluiten een bergpiek in National Park Bukhansan te beklimmen. Helemaal niet ver van de hoofdstad. Dochter zoekt vooraf uit welke bus we moeten pakken en die blijkt echt vlakbij ons Airbnb huis te stoppen. 'Wat een toeval!' roep ik uitgelaten. Dochter kijkt verbaasd op van haar mobieltje. 'Ik dacht dat je dit huis er speciaal voor uit gezocht had!' Dit had ik echter vooraf nooit zo perfekt kunnen plannen. Na ruim een half uurtje rijden stappen we bij de voet van de berg uit. Er zijn verschillende bergpieken en we kiezen een makkelijk te bereiken top uit. Een wandeling van zo'n vier kilometer. Professioneel gekleedde Koreaanse wandelaars wijzen ons de juiste weg. De afstand blijkt onderweg gekgenoeg steeds meer te worden. Als wij na uren klimmen op de bewegwijzering zien dat het nóg steeds anderhalve kilometer is naar de top, geven we het op. Het is ijskoud daarboven met een hard ruizende, straffe wind. In onze winterjassen zweten we van de inspanning, maar onze wangen en handen koelen heel snel af. Een vervelend gevoel. De meiden willen niet meer verder. Het is ook al vrij laat en we willen voor de zon ondergaat zeker terug zijn. We keren om en zijn net voor zonsondergang beneden. Als we onze shawls, mutsen en jassen uit trekken in een koffietentje vlak bij de ingang van het park, blijken onze jassen en truien helemaal klam te zijn! We krijgen het ineens ijskoud. Na de warme chocomel pakken we de bus terug, stappen precies bij de juiste bushalte uit, nemen streetfood mee van de markt, friet en een hamburger voor ons jongste kind. Melk en brood van een supermarktje vlakbij het huis. We eten 'thuis' heel relaxt aan de keukentafel in plaats van in het zoveelste restaurant. Oudste kind is de volgende ochtend helemaal onder de indruk van onze zelfredzaamheid. Zij is twee weken lang onze gids geweest wat betreft openbaar vervoer, struinen naar een restaurantje of lopend op weg naar onze bestemming. Zij is náást onze gids, ook een zelfstandige, volwassen jonge vrouw geworden.
We rennen met z'n vijven keihard achter elkaar de trap af in het drukke metrostation in Seoul. De metro staat er al. Zodra we het perron op komen hollen zijn de deuren al gesloten, en kort daarna de metro vertrokken. 'Mensen hebben we 't gehaald?' vraagt onze jongste afwezig maar hoopvol. We komen niet meer bij van het lachen. 'De metro is weg. Wij staan nog op het perron. Wat denk je zelf?' reageer ik. We kunnen voorlopig niet meer stoppen met lachen! Onze jongste is jarig vandaag. Ze is veertien jaar geworden. We hebben haar vanmorgen wakker gezongen. Cadeautjes op bed. Slingers en ballonnen. Tijdens het ontbijt in onze Airbnb mocht zij beslissen wat we gingen doen vandaag. Onze laatste dag in Seoul. Onze laatste dag in Korea. Ze wil taart eten in een theme cafe. Keuze genoeg hier. Een kattencafé, een stokstaartjecafé, een karaoke café, een Hello Kitty café of een Harry Potter café. Ze koos voor de laatste - ook omdat we al eerder een kattencafé en karaoke café bezocht hadden. Het Harry Potter café bleek een soort museum rond het thema uit J.K. Rowlings' boeken en films. De meiden herkenden alle details, ik niks. De taart was echter heerlijk daar. Ik had veertien kaarsjes en een aansteker meegenomen. Zo zongen we zachtjes voor de jarige job. Ze genoot. Daar het onze laatste dag was bezochten we daarna Insa-dong, een craft market, waar we leuke souvenirs voor ons zelf hebben gekocht. De aller-allerlaatste middag hebben we doorgebracht in het eeuwenoude paleis Changdeokgung. De jarige job wilde graag in originele Koreaanse hanbok kleding door het paleis lopen. Je hoeft dan trouwens ook geen entree te betalen. Dus werd ze heel liefelijk in haar lievelingskleuren paars en roze aangekleed als een Aziatische prinses, maar dan met grote blauwe ogen. De zon stond al heel laag zo laat in de middag waardoor we heel zacht licht hadden in het mooie paleis om te fotograferen. Na een stop bij een coffee shop pakten we de metro naar het treinstation waar we als compleet gezin samen gegeten hebben. De eigenaar van de Airbnb was zo galant onze bagage daar aan ons af te leveren. Oudste kind ging deze avond naar haar afspraak met een vriendinnetje en wij viertjes pakten de trein naar de luchthaven. Deze dag had nooit zo perfekt kunnen verlopen als we dit vooraf zo geprobeerd hadden te plannen. Oudste dochter krijgt nu de kans mindful afscheid te nemen van een heel fijne periode in haar leven. Wij zien haar morgen weer in Breda!
5 januari 2019 - Seoul
vrijdag 4 januari 2019
A tiny place
Travel makes you modest. You see what a tiny place you occupy in the world.
- Gustave Flaubert
De Koreaanse medewerker schudt zijn hoofd. Hij kijkt kritisch naar wat hij ziet gebeuren en denkt er het zijne van. Ik zit gefrustreerd op een bankje in de zon met mijn blote, warme voeten. En dat is ook precies het probleem. Ze zijn zó opgezwollen van de warmte dat ik niet meer zonder hulp in mijn met-schapenwol-gevoerde Uggs kom! We zijn aan het strand van Busan. We kijken uit op de Japanse Zee. We hebben net zeker een half uur met onze voeten in een Hot Spring Foot Spa gezeten. De enige heetwaterbron van Korea die pal aan het strand gelegen is. De temperatuur van het water is tussen de 45 en 63 graden. Echt heerlijk. En dan dat zonnetje erbij! Eerder deze ochtend waren we aangekomen op het mooie strand van Haeundae. Na het zeewater van dichtbij geïnspecteerd te hebben wandelden we terug naar de boulevard waar we neerploften op een stenen muurtje met iets lekkers van Starbucks. Zonnebril op en lekker genieten van de warme zonnestralen op ons gezicht. Toen mijn lief en ik samen een strandwandelingetje wilden maken ontdekten we per toeval de openbare warmwaterbron. We pikten de kids op en namen met opgerolde pijpen en blote voeten plaats tussen de Koreaanse senioren. Het water uit deze bron is heilzaam voor reuma, arthritis, hoge bloeddruk en andere ouderdomsverschijnselen. Voor ons was het vooral heel erg relaxt om bij amper vijf graden buitentemperatuur met onze voeten in een warm bad te zitten. Mét uitzicht op zee. Het winterzonnetje verwarmde ondertussen ons lijf. En daarna dus dat beschamende moment dat ik mijn vochtige, warme voeten in mijn Uggs moest schuiven. Onmogelijk! Ook met de hulp van de meiden lukte het me niet. Ik besloot op blote voeten mijn weg te vervolgen op de boulevard. Mijn lief sommeerde mij echter te gaan zitten op 't trapje naar het strand en wrikte net zo lang, nog steeds met de hulp van onze meiden, totdat mijn voet er uiteindelijk in schoof. Dit gebeuren ging gepaard met veel gepuf en gesteun. De medewerker bekeek het ondoenlijke tafereeltje van een afstandje. De afkeurende uitdrukking op zijn gezicht sprak boekdelen...
Na de lunch namen we een stadsbus naar de Haedong Yonggunsa tempel. De enige tempel van Korea aan de kust. Ook de druk bezochtste voor ons. Én de laatste Boeddhistische tempel die we tijdens dit bezoek aan Korea zullen bezichtigen. Deze tempel in Busan is in 1376 gebouwd. In die tijd was er een periode van droogte geweest, oogsten waren mislukt en de mensen keerden zich uit boosheid tegen het Boeddhisme. Er was toen een monnik die een zeegod in zijn droom zag die hem zei dat hij een tempel aan zee moest bouwen. Voortreffelijk gelegen tussen bergen en zee. De tempel is inderdaad op een sprookjesachtige plek gebouwd. Pal aan zee, bovenop de rotsen. Toen een monnik in 1974 hier - tijdens zijn honderd dagen intens bidden - een visie kreeg van een godin rijdend op een draak in gekleurd licht, kreeg de tempel zijn huidige naam. In het Engels vertaald als 'Korean dragon palace'. We liepen deze middag een pad van 108 treden naar beneden. Daar zagen we het grootste gouden Boeddha beeld dat we ooit gezien hebben. De tempelgebouwen maakten niet eens zoveel indruk. Het was het betoverende sfeertje dat 'm het deed. Op een rots, met op de achtergrond de Japanse Zee, stond namelijk nóg een gouden Boeddha beeld. Ook was er een prieeltje met een klein beeldje staande in een kom water. Wanneer je met een soort soeplepel drie keer water over zijn koppie heen goot mocht je een wens doen. Deze ceremonie werd afgesloten met een eerbiedige buiging. Natuurlijk liet ik die kans niet voorbij lopen. Net zoals we allevijf een muntje vanaf de brug in het fonteintje probeerden te werpen om een wens te doen. Of dat onze jongste twee meiden in een keldertje, verlicht met kaarsen, een lepel water over hun beide duimen goten om een wens te doen. Het mystieke sfeertje van deze tempel maakte hem heel geliefd bij onze dochters.
Busan - 2 januari 2019
- Gustave Flaubert
De Koreaanse medewerker schudt zijn hoofd. Hij kijkt kritisch naar wat hij ziet gebeuren en denkt er het zijne van. Ik zit gefrustreerd op een bankje in de zon met mijn blote, warme voeten. En dat is ook precies het probleem. Ze zijn zó opgezwollen van de warmte dat ik niet meer zonder hulp in mijn met-schapenwol-gevoerde Uggs kom! We zijn aan het strand van Busan. We kijken uit op de Japanse Zee. We hebben net zeker een half uur met onze voeten in een Hot Spring Foot Spa gezeten. De enige heetwaterbron van Korea die pal aan het strand gelegen is. De temperatuur van het water is tussen de 45 en 63 graden. Echt heerlijk. En dan dat zonnetje erbij! Eerder deze ochtend waren we aangekomen op het mooie strand van Haeundae. Na het zeewater van dichtbij geïnspecteerd te hebben wandelden we terug naar de boulevard waar we neerploften op een stenen muurtje met iets lekkers van Starbucks. Zonnebril op en lekker genieten van de warme zonnestralen op ons gezicht. Toen mijn lief en ik samen een strandwandelingetje wilden maken ontdekten we per toeval de openbare warmwaterbron. We pikten de kids op en namen met opgerolde pijpen en blote voeten plaats tussen de Koreaanse senioren. Het water uit deze bron is heilzaam voor reuma, arthritis, hoge bloeddruk en andere ouderdomsverschijnselen. Voor ons was het vooral heel erg relaxt om bij amper vijf graden buitentemperatuur met onze voeten in een warm bad te zitten. Mét uitzicht op zee. Het winterzonnetje verwarmde ondertussen ons lijf. En daarna dus dat beschamende moment dat ik mijn vochtige, warme voeten in mijn Uggs moest schuiven. Onmogelijk! Ook met de hulp van de meiden lukte het me niet. Ik besloot op blote voeten mijn weg te vervolgen op de boulevard. Mijn lief sommeerde mij echter te gaan zitten op 't trapje naar het strand en wrikte net zo lang, nog steeds met de hulp van onze meiden, totdat mijn voet er uiteindelijk in schoof. Dit gebeuren ging gepaard met veel gepuf en gesteun. De medewerker bekeek het ondoenlijke tafereeltje van een afstandje. De afkeurende uitdrukking op zijn gezicht sprak boekdelen...
Na de lunch namen we een stadsbus naar de Haedong Yonggunsa tempel. De enige tempel van Korea aan de kust. Ook de druk bezochtste voor ons. Én de laatste Boeddhistische tempel die we tijdens dit bezoek aan Korea zullen bezichtigen. Deze tempel in Busan is in 1376 gebouwd. In die tijd was er een periode van droogte geweest, oogsten waren mislukt en de mensen keerden zich uit boosheid tegen het Boeddhisme. Er was toen een monnik die een zeegod in zijn droom zag die hem zei dat hij een tempel aan zee moest bouwen. Voortreffelijk gelegen tussen bergen en zee. De tempel is inderdaad op een sprookjesachtige plek gebouwd. Pal aan zee, bovenop de rotsen. Toen een monnik in 1974 hier - tijdens zijn honderd dagen intens bidden - een visie kreeg van een godin rijdend op een draak in gekleurd licht, kreeg de tempel zijn huidige naam. In het Engels vertaald als 'Korean dragon palace'. We liepen deze middag een pad van 108 treden naar beneden. Daar zagen we het grootste gouden Boeddha beeld dat we ooit gezien hebben. De tempelgebouwen maakten niet eens zoveel indruk. Het was het betoverende sfeertje dat 'm het deed. Op een rots, met op de achtergrond de Japanse Zee, stond namelijk nóg een gouden Boeddha beeld. Ook was er een prieeltje met een klein beeldje staande in een kom water. Wanneer je met een soort soeplepel drie keer water over zijn koppie heen goot mocht je een wens doen. Deze ceremonie werd afgesloten met een eerbiedige buiging. Natuurlijk liet ik die kans niet voorbij lopen. Net zoals we allevijf een muntje vanaf de brug in het fonteintje probeerden te werpen om een wens te doen. Of dat onze jongste twee meiden in een keldertje, verlicht met kaarsen, een lepel water over hun beide duimen goten om een wens te doen. Het mystieke sfeertje van deze tempel maakte hem heel geliefd bij onze dochters.
Busan - 2 januari 2019
woensdag 2 januari 2019
Het oude Azië
Stuff your eyes with wonder, live as if you'd drop dead in ten seconds. See the world. It's more fantastic than any dream or paid for in factories.
- Ray Bradbury
Het mooie van Korea is dat het niet groot is en het openbaar vervoer werkelijk subliem. De rust en het gevoel van het oude Azië is hier zo gevonden buiten de stad. We verblijven deze dagen in een hotel in 't hartje van de stad Daegu. Op loopafstand van het station. Zo rijden we in een uurtje met een streekbus door een winters landschap. Verdorde rijstvelden, bevroren slootjes tussen de akkerbouwgrond en verwarmde kassen. Op weg naar het National Park Gayasan. De rit eindigt in de bergen waar we via S-bochten het tweede juweeltje van Korea bereiken. De mooie Haeinsa tempel. Magnifiek gelegen tussen de hoge bergen waarvan de heilige berg Gaya 1430 meter hoog is. Er stroomt een witbevroren rivier, met op sommige plekjes een sprookjesachtige bevroren waterval. Deze Boeddhistische tempel staat genoteerd op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Ook vanwege de grote schat, de heilige Boeddhistische tekst Tripitaka, die hier bewaard wordt. Deze 18.340 houten blokken die 68 cm breed, 24.5 cm lang en 3 cm dik zijn worden bewaard in een hal waarvan de vloer uit zout, kool, kalksteen en zand bestaat. Ideaal om vochtigheid tegen te gaan en het houdt ook meteen de insecten weg van de eeuwenoude houtsblokken.
Het duurde ooit zestien jaar om deze blokken vol tekst te maken. Het hout kwam van zilvermagnolia's die bij de Stille Zuidzee groeiden. Dit hout werd jaren lang in zout zeewater geweekt en daarna gedroogd. Sinds 1398 ligt de heilige Tripitaka tekst hier in deze Haeinsa tempel. De deuren blijven helaas goed gesloten. Natuurlijk liepen we weer door beide poorten naar de tempel en tijdens onze wandeling begon het licht te sneeuwen. Op het grote binnenplein was een motief aangelegd waar we een monnik geconcentreerd het spoor zagen lopen met zijn handen gevouwen. Links over rechts. Zoals wij het ook geleerd hebben. Denkend aan zijn intentie zoals wij dat een week geleden ook deden bij een andere tempel. Jongste kind en ik hebben het hier nogmaals gedaan. Nadat we Boeddha gedag hadden gezegd en de tempel bewonderd hadden zagen we een book cafe in een van de antieke gebouwtjes. Daar hebben we met onze warme chocolademelk lang voor het raam gezeten om lekker naar buiten te kijken. Deze tempels behoren tot de cultuur van Korea. Het Boeddhisme inspireert me als een van de meest invloedrijke religies in de wereld. Eenmaal buiten waren we ruim te laat om nog een wandeling door het National Park te maken, want na 1 pm mocht je jammergenoeg al niet niet meer langs de toegangspoort. Weer beneden bij de bushalte werden we verrast door een bezoek van vier grazende, wilde zwijnen. Niemand van ons gezin wilde meer wandelen door de kou. We zijn terug gereden naar de stad. Met warme maiskolven als lunch in de bus vielen we bijna allemaal als een blok in slaap.
Daegu - 1 januari 2019
- Ray Bradbury
Het mooie van Korea is dat het niet groot is en het openbaar vervoer werkelijk subliem. De rust en het gevoel van het oude Azië is hier zo gevonden buiten de stad. We verblijven deze dagen in een hotel in 't hartje van de stad Daegu. Op loopafstand van het station. Zo rijden we in een uurtje met een streekbus door een winters landschap. Verdorde rijstvelden, bevroren slootjes tussen de akkerbouwgrond en verwarmde kassen. Op weg naar het National Park Gayasan. De rit eindigt in de bergen waar we via S-bochten het tweede juweeltje van Korea bereiken. De mooie Haeinsa tempel. Magnifiek gelegen tussen de hoge bergen waarvan de heilige berg Gaya 1430 meter hoog is. Er stroomt een witbevroren rivier, met op sommige plekjes een sprookjesachtige bevroren waterval. Deze Boeddhistische tempel staat genoteerd op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Ook vanwege de grote schat, de heilige Boeddhistische tekst Tripitaka, die hier bewaard wordt. Deze 18.340 houten blokken die 68 cm breed, 24.5 cm lang en 3 cm dik zijn worden bewaard in een hal waarvan de vloer uit zout, kool, kalksteen en zand bestaat. Ideaal om vochtigheid tegen te gaan en het houdt ook meteen de insecten weg van de eeuwenoude houtsblokken.
Het duurde ooit zestien jaar om deze blokken vol tekst te maken. Het hout kwam van zilvermagnolia's die bij de Stille Zuidzee groeiden. Dit hout werd jaren lang in zout zeewater geweekt en daarna gedroogd. Sinds 1398 ligt de heilige Tripitaka tekst hier in deze Haeinsa tempel. De deuren blijven helaas goed gesloten. Natuurlijk liepen we weer door beide poorten naar de tempel en tijdens onze wandeling begon het licht te sneeuwen. Op het grote binnenplein was een motief aangelegd waar we een monnik geconcentreerd het spoor zagen lopen met zijn handen gevouwen. Links over rechts. Zoals wij het ook geleerd hebben. Denkend aan zijn intentie zoals wij dat een week geleden ook deden bij een andere tempel. Jongste kind en ik hebben het hier nogmaals gedaan. Nadat we Boeddha gedag hadden gezegd en de tempel bewonderd hadden zagen we een book cafe in een van de antieke gebouwtjes. Daar hebben we met onze warme chocolademelk lang voor het raam gezeten om lekker naar buiten te kijken. Deze tempels behoren tot de cultuur van Korea. Het Boeddhisme inspireert me als een van de meest invloedrijke religies in de wereld. Eenmaal buiten waren we ruim te laat om nog een wandeling door het National Park te maken, want na 1 pm mocht je jammergenoeg al niet niet meer langs de toegangspoort. Weer beneden bij de bushalte werden we verrast door een bezoek van vier grazende, wilde zwijnen. Niemand van ons gezin wilde meer wandelen door de kou. We zijn terug gereden naar de stad. Met warme maiskolven als lunch in de bus vielen we bijna allemaal als een blok in slaap.
Daegu - 1 januari 2019
zondag 30 december 2018
Mountains high
The snow is sparkling like a million little suns.
- Lama Willa
Heel hoog op mijn wensenlijstje voor deze rondreis door Korea stond een wandeling in een bosrijk National Park met bergen. En een Boeddhistische tempel als een pareltje verborgen in deze bergen. Én maagdelijke sneeuw. Mijn wens is vandaag uitgekomen! We moesten er qua vervoer wel wat voor over hebben, want het huis dat ik oorspronkelijk had gehuurd in de buurt van Buan - waar we rechtstreeks een bus naar het National Park konden nemen - bleek ik helemaal niet gehuurd te hebben. Er was zo laat niks meer in de buurt beschikbaar rond de Feestdagen dat aan mijn eisen voldeed. Dus had ik een hotelkamer gereserveerd in een wat groter plaatsje wat verder van het Naejangsan National Park vandaan. Op advies van onze oudste dochter. Een spiksplinternieuw hotel waar we een familiekamer konden delen. We slapen hier traditioneel op matrassen op de verwarmde vloer. Even slikken om in een luxe hotel - met superluxe badkamer en vele extra's zoals kamerjassen, slippers, koffie en thee, koelkast, verzorgingsprodukten en zelfs een haarborstel - vijf opgestapelde matrassen te vinden die je uit moet leggen en je dekbed er overheen moet trekken. Wij hadden in de Boeddhistische tempel ook op deze traditionele manier geslapen dus we keken er niet heel raar meer van op. Mijn lief had echter na twee nachten een extra matje gevraagd bij de receptie. Hij kreeg ongelukkig genoeg twee beurse plekken op zijn heupen van het liggen... We stonden die bewuste ochtend bijtijds op en namen eerst een stadsbus naar het busstation. Daar namen we een intercitybus naar een andere stad waar we overstapten op een lokale bus naar het National Park. De bussen rijden hier perfect op tijd en alles klopte. Zelfs de sneeuw. Er was geen kip op straat toen we die ochtend arriveerden bij de ingang van het park. Eerst doken we een verlaten coffeecorner in om heat pads op ons lijf te plakken. Het zou tussen de -4 en -11 graden worden dus had oudste kind gezorgd voor warme kruikjes die je op je buik of rug kunt plakken. Of in je hand kunt houden in je handschoen of in je jaszak. Ze blijven wel tien uur warm. Het is zó heerlijk om in de kou met een gure wind om je heen met een heerlijk warme rug en warme handen te wandelen. Voor mij voelde het gewoon als een wellness!
We klommen eerst de bergen in om op een bergkam van het uitzicht te genieten. Helaas kon mijn lief halverwege de route niet verder. Hij had zijn wandelschoenen al een week aan zijn backpack bungelen, maar op de dag dat hij ze écht nodig had, vandaag dus, besloot hij zijn gewone schoenen aan te trekken. Veel te gladde zolen dus om in de sneeuw over gladde stenen naar boven te klimmen. Na een val op zijn rug besloot hij om daar in het bos te blijven wachten op ons. Wij klommen met z'n viertjes langzaam verder. Een flinke klim naar de 700 meter hoge top. De terugweg was zelfs nóg gladder maar met een beetje hulp van elkaar kwamen we weer bij mijn lief terecht. Oudste kind heeft zelfs een stukje op haar lange jas naar beneden gesleed! Ik genoot van de natuur, het weer met een winters zonnetje en het samenzijn van ons gezin. Eenmaal beneden namen we iets verderop de kabelbaan naar boven. Na een lunch liepen we daar zeer behoedzaam vanwege de spekgladde zolen van mijn lief naar een uitkijktoren. IJs- en ijskoud daar op die hoge berg door de wind, maar eindeloos uitzicht. Ook uitzicht op de tempel die nog op mijn verlanglijstje stond.... Eenmaal terug met de kabelbaan liepen we wederom de ons bekende route door de eerste poort, langs een (bevroren) rivier en over een brug naar de wereld van Boeddha. Ook door de tweede poort met enge tekeningen om je negatieve gedachten achter je te laten, gebogen onder het gebouwtje door naar de trap met oneven treden. Hoe bijzonder vond ik het om in de witte sneeuw een Boeddhistische tempel in Korea te bezoeken! 'Als er bij de coffeeshop naast de bushalte nou ook nog warme chocomel verkocht wordt dan wordt dit een dag met een gouden randje...' bedacht ik. Niet veel later zit iedereen met een warme beker in zijn handen in de bus. Ik ben rozig, warm en zo tevreden met mijn dag. De zon die er de hele dag voor ons was gaat snel onder. Ik kijk naar de foto's op mijn camera. Ik glimlach. Ik heb deze dag ieder moment ten volste beleefd.
Jeonju - 29 december 2018
- Lama Willa
Heel hoog op mijn wensenlijstje voor deze rondreis door Korea stond een wandeling in een bosrijk National Park met bergen. En een Boeddhistische tempel als een pareltje verborgen in deze bergen. Én maagdelijke sneeuw. Mijn wens is vandaag uitgekomen! We moesten er qua vervoer wel wat voor over hebben, want het huis dat ik oorspronkelijk had gehuurd in de buurt van Buan - waar we rechtstreeks een bus naar het National Park konden nemen - bleek ik helemaal niet gehuurd te hebben. Er was zo laat niks meer in de buurt beschikbaar rond de Feestdagen dat aan mijn eisen voldeed. Dus had ik een hotelkamer gereserveerd in een wat groter plaatsje wat verder van het Naejangsan National Park vandaan. Op advies van onze oudste dochter. Een spiksplinternieuw hotel waar we een familiekamer konden delen. We slapen hier traditioneel op matrassen op de verwarmde vloer. Even slikken om in een luxe hotel - met superluxe badkamer en vele extra's zoals kamerjassen, slippers, koffie en thee, koelkast, verzorgingsprodukten en zelfs een haarborstel - vijf opgestapelde matrassen te vinden die je uit moet leggen en je dekbed er overheen moet trekken. Wij hadden in de Boeddhistische tempel ook op deze traditionele manier geslapen dus we keken er niet heel raar meer van op. Mijn lief had echter na twee nachten een extra matje gevraagd bij de receptie. Hij kreeg ongelukkig genoeg twee beurse plekken op zijn heupen van het liggen... We stonden die bewuste ochtend bijtijds op en namen eerst een stadsbus naar het busstation. Daar namen we een intercitybus naar een andere stad waar we overstapten op een lokale bus naar het National Park. De bussen rijden hier perfect op tijd en alles klopte. Zelfs de sneeuw. Er was geen kip op straat toen we die ochtend arriveerden bij de ingang van het park. Eerst doken we een verlaten coffeecorner in om heat pads op ons lijf te plakken. Het zou tussen de -4 en -11 graden worden dus had oudste kind gezorgd voor warme kruikjes die je op je buik of rug kunt plakken. Of in je hand kunt houden in je handschoen of in je jaszak. Ze blijven wel tien uur warm. Het is zó heerlijk om in de kou met een gure wind om je heen met een heerlijk warme rug en warme handen te wandelen. Voor mij voelde het gewoon als een wellness!
We klommen eerst de bergen in om op een bergkam van het uitzicht te genieten. Helaas kon mijn lief halverwege de route niet verder. Hij had zijn wandelschoenen al een week aan zijn backpack bungelen, maar op de dag dat hij ze écht nodig had, vandaag dus, besloot hij zijn gewone schoenen aan te trekken. Veel te gladde zolen dus om in de sneeuw over gladde stenen naar boven te klimmen. Na een val op zijn rug besloot hij om daar in het bos te blijven wachten op ons. Wij klommen met z'n viertjes langzaam verder. Een flinke klim naar de 700 meter hoge top. De terugweg was zelfs nóg gladder maar met een beetje hulp van elkaar kwamen we weer bij mijn lief terecht. Oudste kind heeft zelfs een stukje op haar lange jas naar beneden gesleed! Ik genoot van de natuur, het weer met een winters zonnetje en het samenzijn van ons gezin. Eenmaal beneden namen we iets verderop de kabelbaan naar boven. Na een lunch liepen we daar zeer behoedzaam vanwege de spekgladde zolen van mijn lief naar een uitkijktoren. IJs- en ijskoud daar op die hoge berg door de wind, maar eindeloos uitzicht. Ook uitzicht op de tempel die nog op mijn verlanglijstje stond.... Eenmaal terug met de kabelbaan liepen we wederom de ons bekende route door de eerste poort, langs een (bevroren) rivier en over een brug naar de wereld van Boeddha. Ook door de tweede poort met enge tekeningen om je negatieve gedachten achter je te laten, gebogen onder het gebouwtje door naar de trap met oneven treden. Hoe bijzonder vond ik het om in de witte sneeuw een Boeddhistische tempel in Korea te bezoeken! 'Als er bij de coffeeshop naast de bushalte nou ook nog warme chocomel verkocht wordt dan wordt dit een dag met een gouden randje...' bedacht ik. Niet veel later zit iedereen met een warme beker in zijn handen in de bus. Ik ben rozig, warm en zo tevreden met mijn dag. De zon die er de hele dag voor ons was gaat snel onder. Ik kijk naar de foto's op mijn camera. Ik glimlach. Ik heb deze dag ieder moment ten volste beleefd.
Jeonju - 29 december 2018
donderdag 27 december 2018
Thee ceremonie
Met twee handen houd ik mijn kop thee vast. Volledig aandachtig, verblijven mijn lichaam en geest in het hier en nu.
- Thich Nhat Hanh
Na een paar heerlijke, maar toch intense dagen in miljoenenstad Seoul pakken we de trein naar het meest westelijk gelegen schiereiland Byeonsan-bando. Daar ligt de 1400 jaar oude Boedhistische tempel Naesosa die door de Japanners vernield werd en 600 jaar geleden geheel identiek is opgebouwd. Op een stationnetje zouden we overstappen op een lokale bus maar die rijdt vandaag niet horen we van de taxichauffeur. We mogen met z'n vijven in zijn taxi stappen. Hij brengt ons naar de tempel. Vier dames gepropt op de achterbank met nog wat handbagage en een backpack languit op schoot. Mijn eega voorin met zijn enorme backpack ook op schoot. We worden na een klein half uurtje bovenop de berg afgezet - recht voor de tempel. Nadat we de bagage gedumpt hebben in onze familiekamer wandelen we naar beneden om te lunchen. Nu kunnen we op de juiste manier nogmaals binnen komen. Eerst door de eerste poort waarna we onze zorgen, wensen, fouten en ego achter ons mogen laten en door de tweede poort lopen waar onze gedachten die tóch nog bleven plakken afgeschrikt worden door enge beschilderingen. Onderweg wandelend langs een lange bomenrij met een heerlijke bosgeur kwamen we een bruggetje tegen als symbool tussen de normale wereld en de wereld van Boeddha. Zo ook een stromend riviertje waar je je ziel symbolisch kunt wassen. Eenmaal binnen op de heilige grond lopen we gebukt onder een houten gebouw op palen door zodat we onze eerbied al aan Boeddha kunnen tonen. Om vervolgens over een trap vol bobbelige keitjes voorzichtig naar boven te lopen met je hoofd naar je voeten kijkend en wederom uit eerbied voor Boeddha. Boven aangekomen zien we drie grote, gouden Boeddha beelden in een antieke, houtbewerkte zaal. Er is een stukje van het plafond dat niet geschilderd is, omdat de kunstenaar eeuwen geleden geeist had dat er niet gespiekt werd tijdens het schilderproces. Eén monnik kon zich toch niet inhouden en zag een gouden vogel met een kwast vliegen. Deze vloog weg toen hij de monnik opmerkte. Dit is de legende dat het ongeverfde stukje verklaart. Net zoals het stukje hout dat ontbreekt, omdat de timmerman er honderden jaren geleden drie jaar lang over deed alle houten blokken te zagen. Het geduld van de monnik raakte op toen hij na jaren nog steeds niks gebouwd zag worden en hij sloeg uit woede één blok stuk. Dit stuk kon ondanks de verontschuldigingen van de monnik niet meer gebruikt worden voor de tempel en tot op deze dag mist er een stuk hout in de constructie.
Het is verschrikkelijk koud hier op de berg en er waait een harde, straffe wind. We hebben ons vooraf aan de uitleg omgekleed in een uniform dat bestaat uit een grijze comfortabele broek (met een lange skionderbroek en dikke skisokken eronder) en een grijze bodywarmer. Aan onze voeten dragen we een soort rubberen instappers. Mijn eega krijgt eerst te horen dat hij z'n bodywarmer binnenste buiten draagt. Daarna krijgen we te horen dat we vanaf nu zo min mogelijk praten en wat we zeggen heel zacht moet zijn. We mogen mee eten in de eetzaal waar we een heerlijke vegetarische maaltijd krijgen. Er wordt nauwelijks gesproken. Na het eten krijgen we voor het chanten een uitleg over de buigingen die we straks moeten doen terwijl de monnik zingt. We staan buiten vijf slagen naast een enorm grote gong, omdat het te koud is om alle drieendertig slagen te beluisteren. We doen onze schoentjes uit voordat we de grote Boeddhazaal binnenstappen en pakken elk een kussen om de kniebuigingen op te doen. Ons jongste kind valt een keer bijna om tijdens de uitvoering en ik kan nét mijn lachen inhouden. Ook wanneer we buiten, met onze schoentjes weer aan, drie ronden met onze handen gevouwen om de gong heen lopen in een rij - en een intentie uitspreken - en ik er achter kom dat ik de schoenen van de monnik aan heb! Ik proest het bijna uit en bedenk ondertussen razendsnel wat ik kan doen om me uit deze hachelijke situatie te redden. Terwijl mijn gezin binnen klaar gaat zitten voor de thee ceremonie met een vrouwelijke monnik loop ik rustig met mijn handen over elkaar door het donker terug naar de grote zaal met de Boeddha. Ik hoor de monnik binnen nog zingen en wissel snel de schoentjes bij de deur om. Ik kom tegelijk met de vrouwelijke monnik aan bij de theeceremonie en buig respectvol mijn bovenlichaam voor haar, met mijn handen tegen elkaar voor mijn borst. 'Onze zielen zijn gelijk.' We praten eindeloos met deze bijzonder vriendelijke vrouw en gaan vóór het tijdstip van absolute stilte terug naar onze kamer. Het licht moet uit en er mag absoluut geen geluid gemaakt worden. Om zes uur worden we bij het ontbijt verwacht, waarna we een meditatieve wandeling gaan maken naar de top van de berg. Daar staat een kleine tempel met adembenemend uitzicht op de bergen en de zee erachter!
Naesosa - 26 december 2018
- Thich Nhat Hanh
Na een paar heerlijke, maar toch intense dagen in miljoenenstad Seoul pakken we de trein naar het meest westelijk gelegen schiereiland Byeonsan-bando. Daar ligt de 1400 jaar oude Boedhistische tempel Naesosa die door de Japanners vernield werd en 600 jaar geleden geheel identiek is opgebouwd. Op een stationnetje zouden we overstappen op een lokale bus maar die rijdt vandaag niet horen we van de taxichauffeur. We mogen met z'n vijven in zijn taxi stappen. Hij brengt ons naar de tempel. Vier dames gepropt op de achterbank met nog wat handbagage en een backpack languit op schoot. Mijn eega voorin met zijn enorme backpack ook op schoot. We worden na een klein half uurtje bovenop de berg afgezet - recht voor de tempel. Nadat we de bagage gedumpt hebben in onze familiekamer wandelen we naar beneden om te lunchen. Nu kunnen we op de juiste manier nogmaals binnen komen. Eerst door de eerste poort waarna we onze zorgen, wensen, fouten en ego achter ons mogen laten en door de tweede poort lopen waar onze gedachten die tóch nog bleven plakken afgeschrikt worden door enge beschilderingen. Onderweg wandelend langs een lange bomenrij met een heerlijke bosgeur kwamen we een bruggetje tegen als symbool tussen de normale wereld en de wereld van Boeddha. Zo ook een stromend riviertje waar je je ziel symbolisch kunt wassen. Eenmaal binnen op de heilige grond lopen we gebukt onder een houten gebouw op palen door zodat we onze eerbied al aan Boeddha kunnen tonen. Om vervolgens over een trap vol bobbelige keitjes voorzichtig naar boven te lopen met je hoofd naar je voeten kijkend en wederom uit eerbied voor Boeddha. Boven aangekomen zien we drie grote, gouden Boeddha beelden in een antieke, houtbewerkte zaal. Er is een stukje van het plafond dat niet geschilderd is, omdat de kunstenaar eeuwen geleden geeist had dat er niet gespiekt werd tijdens het schilderproces. Eén monnik kon zich toch niet inhouden en zag een gouden vogel met een kwast vliegen. Deze vloog weg toen hij de monnik opmerkte. Dit is de legende dat het ongeverfde stukje verklaart. Net zoals het stukje hout dat ontbreekt, omdat de timmerman er honderden jaren geleden drie jaar lang over deed alle houten blokken te zagen. Het geduld van de monnik raakte op toen hij na jaren nog steeds niks gebouwd zag worden en hij sloeg uit woede één blok stuk. Dit stuk kon ondanks de verontschuldigingen van de monnik niet meer gebruikt worden voor de tempel en tot op deze dag mist er een stuk hout in de constructie.
Het is verschrikkelijk koud hier op de berg en er waait een harde, straffe wind. We hebben ons vooraf aan de uitleg omgekleed in een uniform dat bestaat uit een grijze comfortabele broek (met een lange skionderbroek en dikke skisokken eronder) en een grijze bodywarmer. Aan onze voeten dragen we een soort rubberen instappers. Mijn eega krijgt eerst te horen dat hij z'n bodywarmer binnenste buiten draagt. Daarna krijgen we te horen dat we vanaf nu zo min mogelijk praten en wat we zeggen heel zacht moet zijn. We mogen mee eten in de eetzaal waar we een heerlijke vegetarische maaltijd krijgen. Er wordt nauwelijks gesproken. Na het eten krijgen we voor het chanten een uitleg over de buigingen die we straks moeten doen terwijl de monnik zingt. We staan buiten vijf slagen naast een enorm grote gong, omdat het te koud is om alle drieendertig slagen te beluisteren. We doen onze schoentjes uit voordat we de grote Boeddhazaal binnenstappen en pakken elk een kussen om de kniebuigingen op te doen. Ons jongste kind valt een keer bijna om tijdens de uitvoering en ik kan nét mijn lachen inhouden. Ook wanneer we buiten, met onze schoentjes weer aan, drie ronden met onze handen gevouwen om de gong heen lopen in een rij - en een intentie uitspreken - en ik er achter kom dat ik de schoenen van de monnik aan heb! Ik proest het bijna uit en bedenk ondertussen razendsnel wat ik kan doen om me uit deze hachelijke situatie te redden. Terwijl mijn gezin binnen klaar gaat zitten voor de thee ceremonie met een vrouwelijke monnik loop ik rustig met mijn handen over elkaar door het donker terug naar de grote zaal met de Boeddha. Ik hoor de monnik binnen nog zingen en wissel snel de schoentjes bij de deur om. Ik kom tegelijk met de vrouwelijke monnik aan bij de theeceremonie en buig respectvol mijn bovenlichaam voor haar, met mijn handen tegen elkaar voor mijn borst. 'Onze zielen zijn gelijk.' We praten eindeloos met deze bijzonder vriendelijke vrouw en gaan vóór het tijdstip van absolute stilte terug naar onze kamer. Het licht moet uit en er mag absoluut geen geluid gemaakt worden. Om zes uur worden we bij het ontbijt verwacht, waarna we een meditatieve wandeling gaan maken naar de top van de berg. Daar staat een kleine tempel met adembenemend uitzicht op de bergen en de zee erachter!
Naesosa - 26 december 2018
dinsdag 25 december 2018
Complete!
Travel tends to magnify all human emotions.
- Peter Hoeg
De backpack's komen al snel van de band rollen op Incheon international airport. Alles is voorspoedig gegaan tijdens de lange reis. Alhoewel we de avond voor ons vertrek even peultjes zaten te zweten toen bleek dat we niet vooraf online konden inchecken. Tickets waren online niet te vinden... Een telefoontje en heel veel geduld later lukte het gelukkig wel. We poetsen even onze tanden in een toilet op de luchthaven als ons kind 'appt "Laat dat tanden poetsen maar zitten en kom zo snel mogelijk hierheen!" Met een kar vol bagage stappen we door de glazen schuifdeuren. Iedereen kent die scenes op de luchthaven. Een weerzien met langdurige omhelzingen en tranen van geluk. Eerst vlieg ik haar in de armen over het hekje heen en daarna loop ik pas om het hekwerk heen om aan te sluiten in de 'familyhug'. Een blonde meid die tussen de kleine zwartharige Koreanen stond te wachten, die emotioneel een lange, blonde familie in de armen valt, terwijl de Koreanen hun familie afstandelijk gedag zeggen of een hand geven. Toch gaat ze mooi op in de menigte. Zo draagt ze namelijk een lange, zwarte worstenjas die - daar komen we al snel achter - élke Koreaan in Seoul draagt! We lopen met de backpack's op onze rug van de aankomsthal naar het station om vervolgens een uur in een trein te zitten. Het Airbnb huis dat ik gehuurd heb ligt op loopafstand van het station, maar met de moeilijke straatnamen en het onlogisch nummeren van de huizen duurt het even voordat we de juiste deur vinden. De eerste code van de voordeur gaat prima. Met de tweede code van de huisdeur kunnen we niet uit de voeten. We kunnen niet naar de huiseigenaar bellen, maar gelukkig reageert Ain heel snel op mijn mail via de site van Airbnb. Ze bleek de code aangepast te hebben. Ze redt ons snel uit onze benarde positie. Nu kunnen we onze schoenen uitdoen bij de deur. De slippers die al klaarstaan aantrekken in de badkamer, thee zetten, een beetje uitpakken en relaxen. We zijn in Seoul. We zijn gewoon ín Seoul. En het was niet eens zo moeilijk om hier te komen. Om het te beseffen is moeilijker. Ons gezin is weer heerlijk compleet. En het voelt alsof we nooit uit elkaar geweest zijn!
Een heerlijk harmonieuze, rustige en lichte plek in een bruisende miljoenenstad. We lopen met z'n vijven met een bubble tea of een hete jasmijn thee in een grote kartonnen beker in onze koude handen richting de campus waar onze oudste een semester lang gestudeerd heeft. De zon schijnt heel fel. Er is een knalblauwe, maar frisse lucht. Er zijn wat duiven op het plein. De gebouwen zijn tegen een heuvel aan gelegen en er zijn wat parkjes met Koreaanse kunst van steen aangelegd. Sfeervol. We gaan op een bankje zitten waar we genieten van de warmte van de winterzon, de relaxte energie die er hangt en de uitleg van ons kind over alle gebouwen. Als we met z'n vijfjes een groepsfoto willen maken komt er toevallig een medestudente van ons kind aanlopen. Zij maakt de mooie foto. Een warme herinnering.... Onze dochter neemt ons mee naar verborgen restaurantjes die soms in een kelder gelegen zijn of in een stijl achteraf straatje. Maar steeds van hoge kwaliteit. Hoe vaak heeft ze geen foto's van borden vol Koraans voedsel gedeeld met ons op Whats App? En nu zitten we mét haar aan tafel! Te genieten van inderdaad heerlijk eten. De eerste avond neemt ze ons mee voor Korean barbecue, het meest fameuse gerecht van Korea denk ik. Een tafel vol schaaltjes met bijgerechten en een schaal vol vlees die na het zelf braden met een scherpe schaar geknipt moet worden. Ons kind bestelt altijd in vloeiend Koreaans. We drinken telkens water uit een eenvoudige thermoskan in de - zo leren we later - typische metalen bekertjes. Onze metalen stokjes en lepel uit een lade onder onze eettafel leggen we altijd op een papieren servetje. Dat zijn de gebruiken. Zo weet ze ons ook steeds te verrassen met de meest heerlijke, zoete toetjes!
Seoul - 24 december 2018
- Peter Hoeg
De backpack's komen al snel van de band rollen op Incheon international airport. Alles is voorspoedig gegaan tijdens de lange reis. Alhoewel we de avond voor ons vertrek even peultjes zaten te zweten toen bleek dat we niet vooraf online konden inchecken. Tickets waren online niet te vinden... Een telefoontje en heel veel geduld later lukte het gelukkig wel. We poetsen even onze tanden in een toilet op de luchthaven als ons kind 'appt "Laat dat tanden poetsen maar zitten en kom zo snel mogelijk hierheen!" Met een kar vol bagage stappen we door de glazen schuifdeuren. Iedereen kent die scenes op de luchthaven. Een weerzien met langdurige omhelzingen en tranen van geluk. Eerst vlieg ik haar in de armen over het hekje heen en daarna loop ik pas om het hekwerk heen om aan te sluiten in de 'familyhug'. Een blonde meid die tussen de kleine zwartharige Koreanen stond te wachten, die emotioneel een lange, blonde familie in de armen valt, terwijl de Koreanen hun familie afstandelijk gedag zeggen of een hand geven. Toch gaat ze mooi op in de menigte. Zo draagt ze namelijk een lange, zwarte worstenjas die - daar komen we al snel achter - élke Koreaan in Seoul draagt! We lopen met de backpack's op onze rug van de aankomsthal naar het station om vervolgens een uur in een trein te zitten. Het Airbnb huis dat ik gehuurd heb ligt op loopafstand van het station, maar met de moeilijke straatnamen en het onlogisch nummeren van de huizen duurt het even voordat we de juiste deur vinden. De eerste code van de voordeur gaat prima. Met de tweede code van de huisdeur kunnen we niet uit de voeten. We kunnen niet naar de huiseigenaar bellen, maar gelukkig reageert Ain heel snel op mijn mail via de site van Airbnb. Ze bleek de code aangepast te hebben. Ze redt ons snel uit onze benarde positie. Nu kunnen we onze schoenen uitdoen bij de deur. De slippers die al klaarstaan aantrekken in de badkamer, thee zetten, een beetje uitpakken en relaxen. We zijn in Seoul. We zijn gewoon ín Seoul. En het was niet eens zo moeilijk om hier te komen. Om het te beseffen is moeilijker. Ons gezin is weer heerlijk compleet. En het voelt alsof we nooit uit elkaar geweest zijn!
Een heerlijk harmonieuze, rustige en lichte plek in een bruisende miljoenenstad. We lopen met z'n vijven met een bubble tea of een hete jasmijn thee in een grote kartonnen beker in onze koude handen richting de campus waar onze oudste een semester lang gestudeerd heeft. De zon schijnt heel fel. Er is een knalblauwe, maar frisse lucht. Er zijn wat duiven op het plein. De gebouwen zijn tegen een heuvel aan gelegen en er zijn wat parkjes met Koreaanse kunst van steen aangelegd. Sfeervol. We gaan op een bankje zitten waar we genieten van de warmte van de winterzon, de relaxte energie die er hangt en de uitleg van ons kind over alle gebouwen. Als we met z'n vijfjes een groepsfoto willen maken komt er toevallig een medestudente van ons kind aanlopen. Zij maakt de mooie foto. Een warme herinnering.... Onze dochter neemt ons mee naar verborgen restaurantjes die soms in een kelder gelegen zijn of in een stijl achteraf straatje. Maar steeds van hoge kwaliteit. Hoe vaak heeft ze geen foto's van borden vol Koraans voedsel gedeeld met ons op Whats App? En nu zitten we mét haar aan tafel! Te genieten van inderdaad heerlijk eten. De eerste avond neemt ze ons mee voor Korean barbecue, het meest fameuse gerecht van Korea denk ik. Een tafel vol schaaltjes met bijgerechten en een schaal vol vlees die na het zelf braden met een scherpe schaar geknipt moet worden. Ons kind bestelt altijd in vloeiend Koreaans. We drinken telkens water uit een eenvoudige thermoskan in de - zo leren we later - typische metalen bekertjes. Onze metalen stokjes en lepel uit een lade onder onze eettafel leggen we altijd op een papieren servetje. Dat zijn de gebruiken. Zo weet ze ons ook steeds te verrassen met de meest heerlijke, zoete toetjes!
Seoul - 24 december 2018
vrijdag 21 december 2018
Here we come!
“The gladdest moment in human life, me thinks, is a departure into unknown lands.”
– Sir Richard Burton
Kerst is wat je er zelf van maakt. Wij maken er dit jaar een weerzien met ons gezin van. In Seoul. De hoofdstad van Korea. Te gast bij onze oudste dochter, maar ook zéker op reis. Een avontuur. Ik vind het heerlijk dat er geen cadeautjes onder de boom liggen dit jaar. Geen stressfactor. Geen feestverplichtingen. Toch wilden mijn zus en ik niet helemaal aan het familiediner voorbij gaan. En zo zitten we met onze gezinnen in onze pyama’s aan een Kerstontbijt terwijl de wereld buiten maagdelijk wit is. De dag ervoor kwam mijn zus met haar auto volgeladen met slaapspullen en kinderen naar Breda. We hadden die avond een heerlijk Kerstdiner aan onze lange tafel. Een tafel vol kaarsjes en mooi servies. Meerdere gangen waar natuurlijk ook wat misging. Een zelfgemaakte, vette saus die au-bain-marie opgewarmd moest worden in een pan vol heet water kukelde bijvoorbeeld om in de keuken. We bleven echter kalm. Juist omdat een paar uur eerder de oude piek ook al uit ons Kerstboompje viel… Veel tijd tussen de verschillende gangen waarin we gezamenlijk oude filmpjes keken waarbij de tranen over onze wangen van het lachen biggelden. Een filmpje van een lipdub die we destijds met onze beide gezinnen opnamen in ons grote huis in Mexico. Als verrassing voor mijn lief. Zijn secretaresse vroeg namelijk om een familiefilmpje. We hebben zoveel plezier gehad bij het maken ervan. Het filmpje is uiteindelijk niet eens uitgezonden tijdens het afscheid op zijn werk… Maar zelf hebben we er een prachtige herinnering aan. De kinderen hebben deze avond gedanst op Just Dance waarbij ze zichzelf filmden. Hilarisch! Een creatief zoet toetje als laatste gang. Na het ‘Kerstontbijt’ op zondag volgde een bezoek aan de Kerstmarkt in de oudste stad van Nederland. De nederzetting Dordrecht werd al rond 1200 genoemd. Het stadje straalt vandaag de dag zoveel sfeer uit. Prachtige oude koopvaardijhuizen, de haven en deze zondag ook de grootste en meest sfeervolle Kerstmarkt van Nederland. We parkeerden de auto ver buiten de stad en werden met bussen naar het stadscentrum vervoerd. Overal live muziek op straat, marktkraampjes met zelfgemaakte kerstcadeautjes, verkleedde Kerstmannen en veel eten natuurlijk. We zijn veel brocante winkeltjes in gekeuveld - gehuisvest in eeuwenoude pandjes. Al met al een Hollands Kerstfeestje dit weekend met veel aandacht voor elkaar.
Al wekenlang ligt mijn backpack lekker warm en droog in onze slaapkamer. Vooraf heb ik wat nieuwe landenvlaggetjes er op laten naaien bij de schoenmaker. Ik verzamel vlaggetjes van alle landen waar we met de backpack doorheen gereisd zijn. Er is bijna geen plekje meer over op de rugzak. Toch zal ik proberen in Korea ook zo’n vlaggetje te scoren! De stapel naast mijn backpack groeide per week. Eerst wat Hollandse boodschapjes voor ons kind verzameld, toen wat leesboeken. Daarna de winterkleding voor de kou daar. En uiteindelijk mijn toilettas en kleding. Mijn inpaklijst is helemaal afgevinkt. Ik had hem ook online gezet, want twee dochters moesten al eerder hun reisspullen inpakken. Oudste verhuisde namelijk uit haar Koreaanse studentenkamer deze week en middelste kwam al een week voor vertrek thuis logeren. Laatste wassen zijn gedraaid. Nu is het moment daar. Ik ga mijn horizon verbreden! Ik zal nieuwe plekken ontdekken, mezelf dwingen om uit mijn comfort zone te stappen. Zien hoe Koreanen wonen en werken, hoe onze dochter daar leefde, nieuwe gerechten proeven, een vreemde taal proberen te begrijpen en in een compleet andere omgeving zijn. Ik ga me openstellen voor een manier van leven die heel anders is dan de mijne. Mijn innerlijke avonturier komt tevoorschijn! Kennis maken met het onbekende verandert de manier waarop je naar de wereld kijkt en geeft je een open mind. Jezelf onderdompelen in een andere plek, met onbekende geuren, kleuren en geluiden, betekent een flinke oppepper voor je creativiteit. Onze hersenen zijn gevoelig voor veranderingen en worden beïnvloed door nieuwe ervaringen en omgevingen. Ik ben heel benieuwd. Onze dochter zal ons meenemen naar haar campus in Seoul, maar ook naar een kattencafé, een karaoke bar, oude tempels, night markets en vele restaurantjes die ze al uitgeprobeerd heeft met vrienden. We gaan ook veel treinreizen maken door het land. Lekker gewoon naar buiten kijken. Het landschap zien dat zich langzaam aan je voorbij trekt. Aandacht hebben voor het moment en daar verder niets mee doen. Gewoon zitten, niets doen, zijn en terug komen bij je kern. Natuurlijk zal ik ook wat reisverhalen schrijven voor dit blog. Door mijn ervaringen op te schrijven kan ik beter terugblikken op gebeurtenissen. Mijn gedachten worden helderder als ik ze onder woorden breng. Ik gebruik de magie van het ‘vastleggen van je geest’. Op die manier kun je jezelf aan emoties en gevoelens herinneren. Ik vind dat fijn. Tijdens het reizen schrijf ik dagelijks. Om te bloggen en voor ons reisfotoalbum. Ik word gelukkig van schrijven.
Breda - 21 december 2018
– Sir Richard Burton
Kerst is wat je er zelf van maakt. Wij maken er dit jaar een weerzien met ons gezin van. In Seoul. De hoofdstad van Korea. Te gast bij onze oudste dochter, maar ook zéker op reis. Een avontuur. Ik vind het heerlijk dat er geen cadeautjes onder de boom liggen dit jaar. Geen stressfactor. Geen feestverplichtingen. Toch wilden mijn zus en ik niet helemaal aan het familiediner voorbij gaan. En zo zitten we met onze gezinnen in onze pyama’s aan een Kerstontbijt terwijl de wereld buiten maagdelijk wit is. De dag ervoor kwam mijn zus met haar auto volgeladen met slaapspullen en kinderen naar Breda. We hadden die avond een heerlijk Kerstdiner aan onze lange tafel. Een tafel vol kaarsjes en mooi servies. Meerdere gangen waar natuurlijk ook wat misging. Een zelfgemaakte, vette saus die au-bain-marie opgewarmd moest worden in een pan vol heet water kukelde bijvoorbeeld om in de keuken. We bleven echter kalm. Juist omdat een paar uur eerder de oude piek ook al uit ons Kerstboompje viel… Veel tijd tussen de verschillende gangen waarin we gezamenlijk oude filmpjes keken waarbij de tranen over onze wangen van het lachen biggelden. Een filmpje van een lipdub die we destijds met onze beide gezinnen opnamen in ons grote huis in Mexico. Als verrassing voor mijn lief. Zijn secretaresse vroeg namelijk om een familiefilmpje. We hebben zoveel plezier gehad bij het maken ervan. Het filmpje is uiteindelijk niet eens uitgezonden tijdens het afscheid op zijn werk… Maar zelf hebben we er een prachtige herinnering aan. De kinderen hebben deze avond gedanst op Just Dance waarbij ze zichzelf filmden. Hilarisch! Een creatief zoet toetje als laatste gang. Na het ‘Kerstontbijt’ op zondag volgde een bezoek aan de Kerstmarkt in de oudste stad van Nederland. De nederzetting Dordrecht werd al rond 1200 genoemd. Het stadje straalt vandaag de dag zoveel sfeer uit. Prachtige oude koopvaardijhuizen, de haven en deze zondag ook de grootste en meest sfeervolle Kerstmarkt van Nederland. We parkeerden de auto ver buiten de stad en werden met bussen naar het stadscentrum vervoerd. Overal live muziek op straat, marktkraampjes met zelfgemaakte kerstcadeautjes, verkleedde Kerstmannen en veel eten natuurlijk. We zijn veel brocante winkeltjes in gekeuveld - gehuisvest in eeuwenoude pandjes. Al met al een Hollands Kerstfeestje dit weekend met veel aandacht voor elkaar.
Al wekenlang ligt mijn backpack lekker warm en droog in onze slaapkamer. Vooraf heb ik wat nieuwe landenvlaggetjes er op laten naaien bij de schoenmaker. Ik verzamel vlaggetjes van alle landen waar we met de backpack doorheen gereisd zijn. Er is bijna geen plekje meer over op de rugzak. Toch zal ik proberen in Korea ook zo’n vlaggetje te scoren! De stapel naast mijn backpack groeide per week. Eerst wat Hollandse boodschapjes voor ons kind verzameld, toen wat leesboeken. Daarna de winterkleding voor de kou daar. En uiteindelijk mijn toilettas en kleding. Mijn inpaklijst is helemaal afgevinkt. Ik had hem ook online gezet, want twee dochters moesten al eerder hun reisspullen inpakken. Oudste verhuisde namelijk uit haar Koreaanse studentenkamer deze week en middelste kwam al een week voor vertrek thuis logeren. Laatste wassen zijn gedraaid. Nu is het moment daar. Ik ga mijn horizon verbreden! Ik zal nieuwe plekken ontdekken, mezelf dwingen om uit mijn comfort zone te stappen. Zien hoe Koreanen wonen en werken, hoe onze dochter daar leefde, nieuwe gerechten proeven, een vreemde taal proberen te begrijpen en in een compleet andere omgeving zijn. Ik ga me openstellen voor een manier van leven die heel anders is dan de mijne. Mijn innerlijke avonturier komt tevoorschijn! Kennis maken met het onbekende verandert de manier waarop je naar de wereld kijkt en geeft je een open mind. Jezelf onderdompelen in een andere plek, met onbekende geuren, kleuren en geluiden, betekent een flinke oppepper voor je creativiteit. Onze hersenen zijn gevoelig voor veranderingen en worden beïnvloed door nieuwe ervaringen en omgevingen. Ik ben heel benieuwd. Onze dochter zal ons meenemen naar haar campus in Seoul, maar ook naar een kattencafé, een karaoke bar, oude tempels, night markets en vele restaurantjes die ze al uitgeprobeerd heeft met vrienden. We gaan ook veel treinreizen maken door het land. Lekker gewoon naar buiten kijken. Het landschap zien dat zich langzaam aan je voorbij trekt. Aandacht hebben voor het moment en daar verder niets mee doen. Gewoon zitten, niets doen, zijn en terug komen bij je kern. Natuurlijk zal ik ook wat reisverhalen schrijven voor dit blog. Door mijn ervaringen op te schrijven kan ik beter terugblikken op gebeurtenissen. Mijn gedachten worden helderder als ik ze onder woorden breng. Ik gebruik de magie van het ‘vastleggen van je geest’. Op die manier kun je jezelf aan emoties en gevoelens herinneren. Ik vind dat fijn. Tijdens het reizen schrijf ik dagelijks. Om te bloggen en voor ons reisfotoalbum. Ik word gelukkig van schrijven.
Breda - 21 december 2018
zondag 16 december 2018
Volwaardige reispartner
“Accept the children the way we accept trees—with gratitude, because they are a blessing—but do not have expectations or desires. You don’t expect trees to change, you love them as they are.”
— Isabel Allende
Een oude heer. Kwijlend op de plekjes waar hij sliep. Ouderdom dachten wij. Tenslotte vergeet hij ook regelmatig dat hij al avondeten heeft gehad. Dan gaat hij een kwartiertje na zijn maaltijd wéér net zo vrolijk in de keuken naast zijn etensbakje zitten of voor je voeten lopen. Dronk hij ook niet best veel als je er goed op lette? Hij zal toch geen oudersdomsdiabetes hebben? Ook katten is dat niet vreemd. Na veel wikken en wegen uiteindelijk toch maar een afspraak bij de dierenarts gemaakt. Ze keken hun ogen uit toen ze ons in de wachtkamer zagen zitten. De dierenarts en zijn trouwe assistente. Na zes jaar weer op consult met Woester, onze bejaarde kater! Hij werd meteen gewogen en weegt nu een halve kilo minder dan dat hij de afgelopen vijftien jaar heeft gedaan. Ik vertel over zijn vermissing van elf weken lang in Mexico en dat hij toen na thuiskomst zijn halve gewicht verloren was. En dat de kussentjes onder zijn voeten zo versleten waren. Alles werd genoteerd in de computer. De dokter deed Woester’s bek open en toen bleek hij veel tandsteen te hebben. Zó erg dat hij er een tandvleesontsteking van had. Dat arme dier! Vandaar dat hij steeds koud water wilde drinken. Om dat hete gevoel van de ontsteking een beetje te verdoven. Alles viel op z’n plek. Tandsteen werd met een tang verwijderd. Ook zijn plas werd opgevangen om te checken. Geen eiwitten, geen bloed en geen suiker in zijn urine. Onze oude kater is verder kerngezond. We kregen een antibiotica kuur voor tien dagen mee en een crème voor zijn oog die via zijn traanbuis ook ontstoken was geraakt. Wat was ik blij dat ik tóch de gang naar de dierenarts had gemaakt. En niet automatisch aangenomen had dat kwijlen bij oude mannetjes hoorde… Een kat kan heel goed communiceren, maar buiten het kwijlen hebben wij niet opgemerkt dat hij pijn had. Zielig beest. Thuis bleek het twee keer per dag pillen toedienen nog best een opgaaf. Soms hadden we hem met z’n drieën ’s ochtends vroeg in de houtgreep om dat pilletje achter in z’n keel te werpen. En dan met een spuitje wat water erachter aan zodat hij het weg moest slikken. Drie keer per dag een druppel medicijn in zijn oog laten vallen kon ik prima zelf. Afgelopen week moest ik de dierenarts twee maal terug bellen. We hadden de hoop dat we mochten stoppen met al die medicijnen, want de oude heer kwijlt niet meer sinds zijn tandsteen verwijderd is. Natuurlijk moesten we het antibiotica kuurtje afmaken. Een week voor ons vertrek naar Korea is hij weer helemaal de oude!
Op de een of andere manier kreeg het land me nog niet te pakken. Ik ben nog niet verliefd. Ik ben zelf nog nooit in Azië geweest zoals mijn lief en twee van onze dochters. Het eten spreekt me ook niet echt aan. Ondanks de vele foto’s van Korean Barbecue die ik ontvang van ons kind. En dat de taal uit tekens bestaat in plaats van letters vind ik eigenlijk ook best eng - helemaal omdat maar een heel klein deel van de bevolking Engels spreekt. Daarom heb ik niet met mijn hart de rondreis tot in het laatste detail kunnen uitstippelen. Ik mis de betovering. En de bezieling. Ik heb heel lang geleden vliegtickets gekocht en ondertussen ook de treintickets. Onze dochter zal de OV-kaartjes daar ter plekke voor ons kopen. Zij spreekt de taal. Ik heb onlangs tot twee maal toe een Koreaans huis moeten annuleren omdat ze niet reageren op mijn berichten vol vragen. Zo onduidelijk allemaal. Zo’n huis blijkt dan dertig kilometer buiten de stad te liggen en eigenlijk onbereikbaar met openbaar vervoer. Er wordt daar geen Engels gesproken. Een Koreaanse vriend van onze dochter had voor ons een telefoontje gepleegd. De tweede boeking was eigenlijk hetzelfde verhaal met een afgezonderd huis aan een meer. Ik had speciaal de rondreis in augustus al vastgelegd. Rust in mijn hoofd, omdat ik alle leuke hotels en Airbnb’s vastgelegd had. En nu moet ik een week voor vertrek ineens een hotel zoeken die óók nog eens beschikbaar is rond de Kerstdagen! Ik wil dit helemaal niet. Ik wil niet op een Koreaanse website treintickets annuleren. Nieuwe routes uitzoeken. Gelukkig helpt onze dochter in Seoul me enorm hiermee. Ze heeft de juiste ‘apps op haar telefoon om het openbaar vervoer uit te zoeken. Ze geeft reisadviezen die ik in eerste instantie in de wind sla. ‘Mam, je organiseert al tientallen jaren de meest avontuurlijke reizen, maar deze reis naar Korea krijgt amper je aandacht’ merkt ons kind scherp op. Ze heeft gelijk. Zou mijn gebrek aan hartstocht komen omdat wij háár daar op komen zoeken? In haar land? Het land waar zij zo goed de weg kent omdat ze daar ooit alleen doorheen gereisd heeft en daar nu alweer maandenlang alleen woont? Er is iets geschoven binnen de dynamiek van ons gezin. Mijn vriendin wijst mij erop als ik dit met haar bespreek. Een flits van inzicht. Deze reis zal voor ons allemaal ook een reis naar binnen zijn. Ons oudste kind neemt namelijk een andere rol in binnen ons gezin. Zij spreekt de taal van dit land, zij kent de gebruiken. Ze kent de bezienswaardigheden. Zij neemt ons mee. Zij is de gastvrouw tijdens deze reis. Zij is een volwaardige reispartner geworden. Mijn vriendin is ontroerd als ze me deze spiegel voorhoudt. Het verklaart waarom ik me er al maanden niet toe kan zetten de details van de reis te ontdekken. Ik heb een andere rol. Mijn hart ging pas sneller kloppen toen ik een boeddhistische tempel had gevonden in de besneeuwde bergen waar we een nachtje gaan slapen om in alle vroegte te mediteren en met de monniken mee te chanten. Iets bijzonders wat onze dochter nog niet gedaan heeft in haar geliefde Korea.
— Isabel Allende
Een oude heer. Kwijlend op de plekjes waar hij sliep. Ouderdom dachten wij. Tenslotte vergeet hij ook regelmatig dat hij al avondeten heeft gehad. Dan gaat hij een kwartiertje na zijn maaltijd wéér net zo vrolijk in de keuken naast zijn etensbakje zitten of voor je voeten lopen. Dronk hij ook niet best veel als je er goed op lette? Hij zal toch geen oudersdomsdiabetes hebben? Ook katten is dat niet vreemd. Na veel wikken en wegen uiteindelijk toch maar een afspraak bij de dierenarts gemaakt. Ze keken hun ogen uit toen ze ons in de wachtkamer zagen zitten. De dierenarts en zijn trouwe assistente. Na zes jaar weer op consult met Woester, onze bejaarde kater! Hij werd meteen gewogen en weegt nu een halve kilo minder dan dat hij de afgelopen vijftien jaar heeft gedaan. Ik vertel over zijn vermissing van elf weken lang in Mexico en dat hij toen na thuiskomst zijn halve gewicht verloren was. En dat de kussentjes onder zijn voeten zo versleten waren. Alles werd genoteerd in de computer. De dokter deed Woester’s bek open en toen bleek hij veel tandsteen te hebben. Zó erg dat hij er een tandvleesontsteking van had. Dat arme dier! Vandaar dat hij steeds koud water wilde drinken. Om dat hete gevoel van de ontsteking een beetje te verdoven. Alles viel op z’n plek. Tandsteen werd met een tang verwijderd. Ook zijn plas werd opgevangen om te checken. Geen eiwitten, geen bloed en geen suiker in zijn urine. Onze oude kater is verder kerngezond. We kregen een antibiotica kuur voor tien dagen mee en een crème voor zijn oog die via zijn traanbuis ook ontstoken was geraakt. Wat was ik blij dat ik tóch de gang naar de dierenarts had gemaakt. En niet automatisch aangenomen had dat kwijlen bij oude mannetjes hoorde… Een kat kan heel goed communiceren, maar buiten het kwijlen hebben wij niet opgemerkt dat hij pijn had. Zielig beest. Thuis bleek het twee keer per dag pillen toedienen nog best een opgaaf. Soms hadden we hem met z’n drieën ’s ochtends vroeg in de houtgreep om dat pilletje achter in z’n keel te werpen. En dan met een spuitje wat water erachter aan zodat hij het weg moest slikken. Drie keer per dag een druppel medicijn in zijn oog laten vallen kon ik prima zelf. Afgelopen week moest ik de dierenarts twee maal terug bellen. We hadden de hoop dat we mochten stoppen met al die medicijnen, want de oude heer kwijlt niet meer sinds zijn tandsteen verwijderd is. Natuurlijk moesten we het antibiotica kuurtje afmaken. Een week voor ons vertrek naar Korea is hij weer helemaal de oude!
Op de een of andere manier kreeg het land me nog niet te pakken. Ik ben nog niet verliefd. Ik ben zelf nog nooit in Azië geweest zoals mijn lief en twee van onze dochters. Het eten spreekt me ook niet echt aan. Ondanks de vele foto’s van Korean Barbecue die ik ontvang van ons kind. En dat de taal uit tekens bestaat in plaats van letters vind ik eigenlijk ook best eng - helemaal omdat maar een heel klein deel van de bevolking Engels spreekt. Daarom heb ik niet met mijn hart de rondreis tot in het laatste detail kunnen uitstippelen. Ik mis de betovering. En de bezieling. Ik heb heel lang geleden vliegtickets gekocht en ondertussen ook de treintickets. Onze dochter zal de OV-kaartjes daar ter plekke voor ons kopen. Zij spreekt de taal. Ik heb onlangs tot twee maal toe een Koreaans huis moeten annuleren omdat ze niet reageren op mijn berichten vol vragen. Zo onduidelijk allemaal. Zo’n huis blijkt dan dertig kilometer buiten de stad te liggen en eigenlijk onbereikbaar met openbaar vervoer. Er wordt daar geen Engels gesproken. Een Koreaanse vriend van onze dochter had voor ons een telefoontje gepleegd. De tweede boeking was eigenlijk hetzelfde verhaal met een afgezonderd huis aan een meer. Ik had speciaal de rondreis in augustus al vastgelegd. Rust in mijn hoofd, omdat ik alle leuke hotels en Airbnb’s vastgelegd had. En nu moet ik een week voor vertrek ineens een hotel zoeken die óók nog eens beschikbaar is rond de Kerstdagen! Ik wil dit helemaal niet. Ik wil niet op een Koreaanse website treintickets annuleren. Nieuwe routes uitzoeken. Gelukkig helpt onze dochter in Seoul me enorm hiermee. Ze heeft de juiste ‘apps op haar telefoon om het openbaar vervoer uit te zoeken. Ze geeft reisadviezen die ik in eerste instantie in de wind sla. ‘Mam, je organiseert al tientallen jaren de meest avontuurlijke reizen, maar deze reis naar Korea krijgt amper je aandacht’ merkt ons kind scherp op. Ze heeft gelijk. Zou mijn gebrek aan hartstocht komen omdat wij háár daar op komen zoeken? In haar land? Het land waar zij zo goed de weg kent omdat ze daar ooit alleen doorheen gereisd heeft en daar nu alweer maandenlang alleen woont? Er is iets geschoven binnen de dynamiek van ons gezin. Mijn vriendin wijst mij erop als ik dit met haar bespreek. Een flits van inzicht. Deze reis zal voor ons allemaal ook een reis naar binnen zijn. Ons oudste kind neemt namelijk een andere rol in binnen ons gezin. Zij spreekt de taal van dit land, zij kent de gebruiken. Ze kent de bezienswaardigheden. Zij neemt ons mee. Zij is de gastvrouw tijdens deze reis. Zij is een volwaardige reispartner geworden. Mijn vriendin is ontroerd als ze me deze spiegel voorhoudt. Het verklaart waarom ik me er al maanden niet toe kan zetten de details van de reis te ontdekken. Ik heb een andere rol. Mijn hart ging pas sneller kloppen toen ik een boeddhistische tempel had gevonden in de besneeuwde bergen waar we een nachtje gaan slapen om in alle vroegte te mediteren en met de monniken mee te chanten. Iets bijzonders wat onze dochter nog niet gedaan heeft in haar geliefde Korea.
zondag 9 december 2018
Ode aan mijn 50-jarige vriendin
“Neeee! Kennen jullie elkaar niet??!’ roept ze ongelovig uit. Het is de zomer van 2004 en we staan op het schoolplein van de Montessori school. Ik ben net twee jaar terug uit The States. Ik kom onze twee kleine meiden ophalen. Ik ben op dat moment zwanger van de derde en zoek een leuke plek om zwangerschapsyoga te doen, en eigenlijk ook nog iemand om het mee te doen. Schoolpleinmoeder Sonja kan haar oren niet geloven. Ze neemt me direct door het schoolgebouw mee naar het andere plein en daar zit iemand op de rand van de zandbank. Ook zwanger. Ik leg haar uit dat ik op zoek ben naar een maatje om mee naar zwangerschapsyoga te gaan en zij zegt meteen ‘ja’. We blijken min of meer op dezelfde dag uitgerekend. Ergens één van de eerste dagen van het nieuwe jaar 2005. We leren elkaar geleidelijk kennen en blijken het prima te kunnen vinden samen. We bewonderen elkaars babykamertjes en groeiende buiken, luisteren naar elkaars dromen en leren elkaars familie kennen. De allerlaatste dagen voor de bevalling hebben we slechts telefonisch contact - voornamelijk over de kwaaltjes. Ik beval een paar dagen eerder dan mijn vriendin. Natuurlijk sturen we elkaar een geboortekaartje. In het geboortejaar van onze kleintjes ondernemen we regelmatig uitjes met de kinderen en later ook met de partners. We gaan ook samen wekelijks op baby zwemles. Ze komt met haar gezin ‘toevallig' op bezoek wanneer wij bezoek van de Sint krijgen. Een Kerstdag wordt gezamenlijk gevierd. Wanneer onze kindjes net geen twee jaar oud zijn verhuizen wij naar Madrid. Mijn vriendin zoekt ons daar twee keer op. Ik zoek haar in Nederland op in de zomers en met de Feestdagen.
‘Oh nee! Er zit nauwelijks nog benzine in de auto!’ merkt mijn vriendin alert op. We kamperen samen met onze kinderen een week op een groene camping in Olot. In Noord-Spanje. Onze mannen zijn thuis aan het werk. We rijden in die dagen een paar keer naar het strand van Empúries. Het strand waar mijn vriendin vroeger met haar ouders ook dikwijls kwam. Op de terugweg geeft de meter van haar auto aan dat de benzinetank heel erg leeg is. We zien nog steeds geen tankstations langs de weg ook al brandt het lampje nu al een tijdje. Wanneer we door een lange tunnel rijden worden we ineens heel erg nerveus. En van de zenuwen beginnen we te giechelen. Onze kindjes achterin hebben geen idee hoe diep we in de penarie zitten. De hele weg in de donkere tunnel schijten we peultjes van angst, maar lachen tegelijkertijd de tranen in onze ogen. We zien het licht aan het eind van de tunnel. We gaan zo snel mogelijk de weg af om in een heel rustig dorpje, waar alle luiken voor de hitte gesloten zijn, een pomp te vinden.
Aan het eind van de herfst deed mijn vriendin een keer nietsvermoedend de voordeur open. De meubels waren die middag naar buiten gesleept en er was een dansvloertje aangelegd. Ze keek haar ogen uit. Daar stond ik, overgevlogen uit Spanje, als verrassing voor haar 40e verjaardag plotseling op de stoep! Ik had dit samen met haar man bekokstoofd. We hadden die feestavond niet kunnen kiezen tussen diverse seventies outfits voor haar ABBA feest. We pasten alle setjes en besloten uiteindelijk dat we halverwege de avond ons samen weer moesten omkleden in een ander spetterend tenuetje. Onze expat-periode in Spanje was voorbij gevlogen en ik verhuisde met mijn gezin weer terug naar Breda. De jaren die daarop volgden bleven we vaak dingen met onze gezinnen ondernemen. Verjaardagen vieren, gezellige etentjes, bezoeken van concerten, ritjes in de huifkar, voetbalwedstrijden samen kijken en de bezoekjes van de Sint in ons huis. Enthousiast geraakt door een spotgoedkope ticket van Ryan Air in 2010 had ik met een vriendinnetje het idee gevat om met een groep vrouwen naar Marokko te reizen. Met zes Bredase dames vlogen we naar koningsstad Fès waar we in een prachtige riad verbleven. Mijn vriendin en ik sliepen samen in een kamer. En dat heeft ze geweten! We ondernamen geweldige dingen zoals een bezoek aan Romeinse ruïnes, een leerververij en winkelen op de souks. We kochten alle zes geweldige zitkussens, kelims, lantaarns, lederen tassen en natuurlijks shawltjes in de mooiste kleurtjes. We aten alle dagen buiten de deur en tijdens één van de laatste nachten werd ik ziek. Spuugziek! En samen met mij meerdere dames van onze groep. Alleen had mijn vriendin de pech met mij op een kamer te slapen… Ik zat de hele nacht op de WC. Ik was hondsberoerd. Het kwam er aan alle kanten uit. Ik schaamde me dood. En mijn vriendin als een échte vriendin maar schoonmaken… Kort daarna gingen we gelukkig naar huis. Sommigen van ons stapten nog hartstikke ziek het vliegtuig in.
‘Daar ga ik niet naar toe. Veel te gevaarlijk!’ zegt haar man wanneer we vertellen dat we deze keer naar Mexico verhuizen. De drie jaren die volgen zien we elkaar elke zomer wanneer ik bij ze in huis bivakkeer. Wanneer mijn vader overlijdt crash ik ook een paar dagen in hun huis. En dan krijg ik in Puebla onverwachts een telefoontje uit Nederland. ‘We worden buren! We kunnen zó in elkaars tuin kijken!’ In de tijd dat wij nog in Mexico woonden verhuisde ze met haar gezin. Inderdaad schuin tegenover ons huis. Alleen met een verrekijker zouden we eventueel iets van elkaar, tussen de bomen door, kunnen zien. Wanneer mijn vriendin en ik in Amsterdam in een woonwinkel lopen te struinen laat ze ineens een fotootje op haar telefoon zien van een gave rode, maar oude brandweerbus. Ik ben meteen wild enthousiast als zelf zijnde een trotse eigenaresse van een antieke Volkswagenbus. Zij doet een bod en ineens zijn we beide in het bezit van een kampeerbus! We kamperen samen een paar keer in Zeeland. We maken ook samen op een zondagochtend hartstochtelijk ruzie met Duitsers wanneer we onze bussen vlakbij het Zeeuwse strand willen parkeren en die Duitsers heel star niet mee willen werken. We strikken daarna samen twee schattige bejaarde mannetjes om op onze volgeladen bussen te passen en hebben een heerlijke dag aan het zonnige strand. Ik ren die ochtend over het strand in mijn onderbroekje achter onze weggewaaide parasol aan en we lachen die dag wat af. Eigenlijk lachen we sowieso heel wat af wanneer ik nu terugblik op de afgelopen veertien jaar vriendschap. In een Spaanse parkeergarage met diverse etages waar we de uitgang niet konden vinden en oneindig veel rondjes reden op zoek naar de uitrit. Of op de terugweg van een hammam in Dordrecht, diep in de nacht, wanneer haar gastank kennelijk leeg was en de auto steeds zachter en uiteindelijk bijna voetstaps over de snelweg reed. Of die keer in het Spaanse Cadaquès waar we samen snorkelden in de ondiepe Middellandse zee en zij haar balans niet meer hield en tussen de zee-egels belandde. Tranen over onze wangen van het lachen! We zien elkaar geregeld op de yogaschool. Daar leren we onder andere dankbaar te zijn. En dat ben ik. Voor onze vriendschap. Voor het gezamenlijke plezier. Voor mijn jarige wereldvriendin.
‘Oh nee! Er zit nauwelijks nog benzine in de auto!’ merkt mijn vriendin alert op. We kamperen samen met onze kinderen een week op een groene camping in Olot. In Noord-Spanje. Onze mannen zijn thuis aan het werk. We rijden in die dagen een paar keer naar het strand van Empúries. Het strand waar mijn vriendin vroeger met haar ouders ook dikwijls kwam. Op de terugweg geeft de meter van haar auto aan dat de benzinetank heel erg leeg is. We zien nog steeds geen tankstations langs de weg ook al brandt het lampje nu al een tijdje. Wanneer we door een lange tunnel rijden worden we ineens heel erg nerveus. En van de zenuwen beginnen we te giechelen. Onze kindjes achterin hebben geen idee hoe diep we in de penarie zitten. De hele weg in de donkere tunnel schijten we peultjes van angst, maar lachen tegelijkertijd de tranen in onze ogen. We zien het licht aan het eind van de tunnel. We gaan zo snel mogelijk de weg af om in een heel rustig dorpje, waar alle luiken voor de hitte gesloten zijn, een pomp te vinden.
Aan het eind van de herfst deed mijn vriendin een keer nietsvermoedend de voordeur open. De meubels waren die middag naar buiten gesleept en er was een dansvloertje aangelegd. Ze keek haar ogen uit. Daar stond ik, overgevlogen uit Spanje, als verrassing voor haar 40e verjaardag plotseling op de stoep! Ik had dit samen met haar man bekokstoofd. We hadden die feestavond niet kunnen kiezen tussen diverse seventies outfits voor haar ABBA feest. We pasten alle setjes en besloten uiteindelijk dat we halverwege de avond ons samen weer moesten omkleden in een ander spetterend tenuetje. Onze expat-periode in Spanje was voorbij gevlogen en ik verhuisde met mijn gezin weer terug naar Breda. De jaren die daarop volgden bleven we vaak dingen met onze gezinnen ondernemen. Verjaardagen vieren, gezellige etentjes, bezoeken van concerten, ritjes in de huifkar, voetbalwedstrijden samen kijken en de bezoekjes van de Sint in ons huis. Enthousiast geraakt door een spotgoedkope ticket van Ryan Air in 2010 had ik met een vriendinnetje het idee gevat om met een groep vrouwen naar Marokko te reizen. Met zes Bredase dames vlogen we naar koningsstad Fès waar we in een prachtige riad verbleven. Mijn vriendin en ik sliepen samen in een kamer. En dat heeft ze geweten! We ondernamen geweldige dingen zoals een bezoek aan Romeinse ruïnes, een leerververij en winkelen op de souks. We kochten alle zes geweldige zitkussens, kelims, lantaarns, lederen tassen en natuurlijks shawltjes in de mooiste kleurtjes. We aten alle dagen buiten de deur en tijdens één van de laatste nachten werd ik ziek. Spuugziek! En samen met mij meerdere dames van onze groep. Alleen had mijn vriendin de pech met mij op een kamer te slapen… Ik zat de hele nacht op de WC. Ik was hondsberoerd. Het kwam er aan alle kanten uit. Ik schaamde me dood. En mijn vriendin als een échte vriendin maar schoonmaken… Kort daarna gingen we gelukkig naar huis. Sommigen van ons stapten nog hartstikke ziek het vliegtuig in.
‘Daar ga ik niet naar toe. Veel te gevaarlijk!’ zegt haar man wanneer we vertellen dat we deze keer naar Mexico verhuizen. De drie jaren die volgen zien we elkaar elke zomer wanneer ik bij ze in huis bivakkeer. Wanneer mijn vader overlijdt crash ik ook een paar dagen in hun huis. En dan krijg ik in Puebla onverwachts een telefoontje uit Nederland. ‘We worden buren! We kunnen zó in elkaars tuin kijken!’ In de tijd dat wij nog in Mexico woonden verhuisde ze met haar gezin. Inderdaad schuin tegenover ons huis. Alleen met een verrekijker zouden we eventueel iets van elkaar, tussen de bomen door, kunnen zien. Wanneer mijn vriendin en ik in Amsterdam in een woonwinkel lopen te struinen laat ze ineens een fotootje op haar telefoon zien van een gave rode, maar oude brandweerbus. Ik ben meteen wild enthousiast als zelf zijnde een trotse eigenaresse van een antieke Volkswagenbus. Zij doet een bod en ineens zijn we beide in het bezit van een kampeerbus! We kamperen samen een paar keer in Zeeland. We maken ook samen op een zondagochtend hartstochtelijk ruzie met Duitsers wanneer we onze bussen vlakbij het Zeeuwse strand willen parkeren en die Duitsers heel star niet mee willen werken. We strikken daarna samen twee schattige bejaarde mannetjes om op onze volgeladen bussen te passen en hebben een heerlijke dag aan het zonnige strand. Ik ren die ochtend over het strand in mijn onderbroekje achter onze weggewaaide parasol aan en we lachen die dag wat af. Eigenlijk lachen we sowieso heel wat af wanneer ik nu terugblik op de afgelopen veertien jaar vriendschap. In een Spaanse parkeergarage met diverse etages waar we de uitgang niet konden vinden en oneindig veel rondjes reden op zoek naar de uitrit. Of op de terugweg van een hammam in Dordrecht, diep in de nacht, wanneer haar gastank kennelijk leeg was en de auto steeds zachter en uiteindelijk bijna voetstaps over de snelweg reed. Of die keer in het Spaanse Cadaquès waar we samen snorkelden in de ondiepe Middellandse zee en zij haar balans niet meer hield en tussen de zee-egels belandde. Tranen over onze wangen van het lachen! We zien elkaar geregeld op de yogaschool. Daar leren we onder andere dankbaar te zijn. En dat ben ik. Voor onze vriendschap. Voor het gezamenlijke plezier. Voor mijn jarige wereldvriendin.
zondag 2 december 2018
Toekomstbeeld
Degene die de slogan heeft uitgevonden ‘snoep verstandig, eet een appel’ lijkt mij niet erg bijbelvast geweest.
- Wim Sonneveld
Ik sla mijn handen voor mijn mond. ‘Oh nee!’ slaak ik van schrik ook nog uit, geloof ik. Ik sta bij de Jumbo Foodmarket waar ze alle La Place Sint chocolade en marsepein verkopen sinds de Vroom & Dreesman warenhuizen niet meer bestaan. Toen wij terug keerden uit The States is onze traditie gestart. De meisjes waren toen vier en twee jaar oud. Op élke Pakjesavond sindsdien hebben wij een schaal vol roze marsepeinen varkentjes en luxe chocolaatjes in de vorm van Sint, Piet, het paard en de stoomboot op tafel staan. Zelfs als wij in het buitenland wonen zorgen we dat we die lekkernijen in huis hebben. De enige keer dat ik het niet mocht eten was toen ik zwanger was van de jongste en zwangerschapsdiabetes had. Ik was op een streng dieet. Uit frustratie had ik de marsepeinen varkentjes ingevroren en toen ze eenmaal geboren was, in de eerste week van het nieuwe jaar, heb ik de marsepein ontdooid en begon ik met snoepen. Dit specifieke snoepgoed hóórt gewoon bij onze Pakjesavond. Vorige week was ik zo verheugd om te zien dat alle La Place snoepgoed bij de Jumbo supermarkt op de taartafdeling lag! Tot een dag voordat wij ons Sintfeest vierden…er lag niks meer! Ik vroeg het aan de banketbakker achter de toonbank. ‘We hebben te weinig ingekocht mevrouw. Alles is uitverkocht en het komt niet meer binnen…’. Een heel grote teleurstelling! Bij de bakker in hetzelfde winkelcentrum hadden ze ook niks. Bij het bakkertje op het plein hadden ze nog één zakje bij elkaar geraapte Sint chocolade staan. Ik heb het natuurlijk meegenomen samen met een stuk marsepeinen worst waar ik thuis plakjes van kon snijden. Lang niet zo fijn als de varkenskopjes, maar ik kwam in ieder geval thuis met íets. Onze oudste dochter in Korea heeft gek genoeg wél ons traditionele marsepein en chocolade op haar kamertje. Wij hadden dat pakketje al weken geleden toegestuurd… Hoe heerlijk is het dan dat ik in mijn surprise tóch verborgen marsepeinen varkentjes vond?
In een vol geplande week in mijn agenda staat de afspraak om óók nog een avond naar een lezing te gaan. Van een heel bekende, invloedrijke trendwatcher. Mijn lief en ik gaan samen. Hij heeft alleen helemaal geen zin. Toch zijn we beide geprikkeld door deze man als we ’s avonds laat terug naar huis fietsen. Op de fiets dus. In de nabije toekomst hadden we via een ‘app gewoon even een taxidrone kunnen bestellen. Een zelfrijdende auto pikt ons dan op en rijdt naar een drone-station in de buurt. Daar wordt die auto met ons erin gekoppeld aan een drone. Deze vliegt dan automatisch naar ons huis. Niet eens een verre toekomstdroom eigenlijk… We komen deze avond vroeg aan op school en drinken eerst een kop thee. De zaal zit niet helemaal vol. Dit zal toch niet zonde van onze tijd zijn? Helemaal niet dus. Een rollercoaster van emotie die ervoor zorgde dat wij in de zaal allemaal geraakt werden. Deze lezing was met veel beeld waarbij de trendwatcher de meest actuele ontwikkelingen had toegevoegd. Het bleek een belevenis die mijn huidige kijk op de wereld fundamenteel heeft 'gereset'. A mind stretched by a new experience will never fall back to it's old way of thinking, zei de spreker. Ik was ver voor het einde van de lezing al helemaal gaar. Zoveel interessante informatie die ik niet wilde vergeten. En het ging allemaal heel snel - aangepast aan een jonger publiek misschien - dus mijn concentratie was vereist. Toen hij opmerkte dat de gemiddelde concentratieboog van onze puberkinderen maar zes seconden is liet ik bijna de moed zakken. Het onderwerp was natuurlijk de nabije toekomst van onze kinderen. De middelbare scholieren van deze school. Onze jongste dochter. Ik spiegelde echter alles op mezelf. Natuurlijk regeert de waan van de dag en voor mij is dat een fijn gevoel. Maar waarom stellen we ons eigenlijk zo weinig de vraag welke fundamentele veranderingen de komende jaren op ons pad komen? Heel soms denk ik daaraan wanneer ik in een tijdschrift lees dat we binnen een aantal jaar in auto’s zonder bestuurder rondrijden bijvoorbeeld. We praten niet graag over echte verandering. We willen het wel, verandering, maar vooral bij de ander. Maar volgens deze trendwatcher is de enige zekerheid op dit moment dat we ons in een transitie bevinden. En zij die voorsorteren op een fundamenteel nieuwe tijd zijn de winnaars. Hiervoor moet je niet kijken maar zíen. Dan zul je overal signalen ervaren die het einde van deze tijdgeest duiden. Luisterend naar zijn verhaal en zijn sprekende voorbeelden vroeg ik mezelf af onder welke steen ik de afgelopen tijd geleefd had? Er gebeurt nu al zoveel achter de schermen! Kijk maar naar de twee gen-gemuteerde baby’tjes die deze week in China geboren zijn. Maar goed, het ging dus om de toekomst van onze kinderen die avond. 2025. Hoe kunnen zij zich onderscheiden van al die robots en computers die binnenkort ons werk gaan overnemen? Ik wilde horen over zachtheid, over voelen, over mens-zijn. Gelukkig bleek dat ook zijn boodschap voor onze toekomst. Wij kunnen dit overleven door te verlangzamen, af te schakelen en door aandacht. Eigenlijk de boodschap die ik bijna dagelijks van mijn yogajuf krijg of in mooie, wijze spirituele boeken lees. Mindful zijn, langzaam leven en afkicken van onze digitale apparaatjes. Voor onze kinderen die over een paar jaar afstuderen en gaan werken noemde hij de belangrijke woorden; aanvoelen, inleven en begrijpen. De computer spuugt straks een oplossing, een rechtsuitspraak of een bedrijfsstrategie uit. Diegene die deze boodschappen écht kunnen begrijpen, interpreteren en toepassen hebben een streepje voor in de toekomst. In onze hypermoderne maatschappij. Hij eindigde zijn speech met de eigenlijk helemaal niet verrassende woorden: offline is de nieuwe luxe.
- Wim Sonneveld
Ik sla mijn handen voor mijn mond. ‘Oh nee!’ slaak ik van schrik ook nog uit, geloof ik. Ik sta bij de Jumbo Foodmarket waar ze alle La Place Sint chocolade en marsepein verkopen sinds de Vroom & Dreesman warenhuizen niet meer bestaan. Toen wij terug keerden uit The States is onze traditie gestart. De meisjes waren toen vier en twee jaar oud. Op élke Pakjesavond sindsdien hebben wij een schaal vol roze marsepeinen varkentjes en luxe chocolaatjes in de vorm van Sint, Piet, het paard en de stoomboot op tafel staan. Zelfs als wij in het buitenland wonen zorgen we dat we die lekkernijen in huis hebben. De enige keer dat ik het niet mocht eten was toen ik zwanger was van de jongste en zwangerschapsdiabetes had. Ik was op een streng dieet. Uit frustratie had ik de marsepeinen varkentjes ingevroren en toen ze eenmaal geboren was, in de eerste week van het nieuwe jaar, heb ik de marsepein ontdooid en begon ik met snoepen. Dit specifieke snoepgoed hóórt gewoon bij onze Pakjesavond. Vorige week was ik zo verheugd om te zien dat alle La Place snoepgoed bij de Jumbo supermarkt op de taartafdeling lag! Tot een dag voordat wij ons Sintfeest vierden…er lag niks meer! Ik vroeg het aan de banketbakker achter de toonbank. ‘We hebben te weinig ingekocht mevrouw. Alles is uitverkocht en het komt niet meer binnen…’. Een heel grote teleurstelling! Bij de bakker in hetzelfde winkelcentrum hadden ze ook niks. Bij het bakkertje op het plein hadden ze nog één zakje bij elkaar geraapte Sint chocolade staan. Ik heb het natuurlijk meegenomen samen met een stuk marsepeinen worst waar ik thuis plakjes van kon snijden. Lang niet zo fijn als de varkenskopjes, maar ik kwam in ieder geval thuis met íets. Onze oudste dochter in Korea heeft gek genoeg wél ons traditionele marsepein en chocolade op haar kamertje. Wij hadden dat pakketje al weken geleden toegestuurd… Hoe heerlijk is het dan dat ik in mijn surprise tóch verborgen marsepeinen varkentjes vond?
In een vol geplande week in mijn agenda staat de afspraak om óók nog een avond naar een lezing te gaan. Van een heel bekende, invloedrijke trendwatcher. Mijn lief en ik gaan samen. Hij heeft alleen helemaal geen zin. Toch zijn we beide geprikkeld door deze man als we ’s avonds laat terug naar huis fietsen. Op de fiets dus. In de nabije toekomst hadden we via een ‘app gewoon even een taxidrone kunnen bestellen. Een zelfrijdende auto pikt ons dan op en rijdt naar een drone-station in de buurt. Daar wordt die auto met ons erin gekoppeld aan een drone. Deze vliegt dan automatisch naar ons huis. Niet eens een verre toekomstdroom eigenlijk… We komen deze avond vroeg aan op school en drinken eerst een kop thee. De zaal zit niet helemaal vol. Dit zal toch niet zonde van onze tijd zijn? Helemaal niet dus. Een rollercoaster van emotie die ervoor zorgde dat wij in de zaal allemaal geraakt werden. Deze lezing was met veel beeld waarbij de trendwatcher de meest actuele ontwikkelingen had toegevoegd. Het bleek een belevenis die mijn huidige kijk op de wereld fundamenteel heeft 'gereset'. A mind stretched by a new experience will never fall back to it's old way of thinking, zei de spreker. Ik was ver voor het einde van de lezing al helemaal gaar. Zoveel interessante informatie die ik niet wilde vergeten. En het ging allemaal heel snel - aangepast aan een jonger publiek misschien - dus mijn concentratie was vereist. Toen hij opmerkte dat de gemiddelde concentratieboog van onze puberkinderen maar zes seconden is liet ik bijna de moed zakken. Het onderwerp was natuurlijk de nabije toekomst van onze kinderen. De middelbare scholieren van deze school. Onze jongste dochter. Ik spiegelde echter alles op mezelf. Natuurlijk regeert de waan van de dag en voor mij is dat een fijn gevoel. Maar waarom stellen we ons eigenlijk zo weinig de vraag welke fundamentele veranderingen de komende jaren op ons pad komen? Heel soms denk ik daaraan wanneer ik in een tijdschrift lees dat we binnen een aantal jaar in auto’s zonder bestuurder rondrijden bijvoorbeeld. We praten niet graag over echte verandering. We willen het wel, verandering, maar vooral bij de ander. Maar volgens deze trendwatcher is de enige zekerheid op dit moment dat we ons in een transitie bevinden. En zij die voorsorteren op een fundamenteel nieuwe tijd zijn de winnaars. Hiervoor moet je niet kijken maar zíen. Dan zul je overal signalen ervaren die het einde van deze tijdgeest duiden. Luisterend naar zijn verhaal en zijn sprekende voorbeelden vroeg ik mezelf af onder welke steen ik de afgelopen tijd geleefd had? Er gebeurt nu al zoveel achter de schermen! Kijk maar naar de twee gen-gemuteerde baby’tjes die deze week in China geboren zijn. Maar goed, het ging dus om de toekomst van onze kinderen die avond. 2025. Hoe kunnen zij zich onderscheiden van al die robots en computers die binnenkort ons werk gaan overnemen? Ik wilde horen over zachtheid, over voelen, over mens-zijn. Gelukkig bleek dat ook zijn boodschap voor onze toekomst. Wij kunnen dit overleven door te verlangzamen, af te schakelen en door aandacht. Eigenlijk de boodschap die ik bijna dagelijks van mijn yogajuf krijg of in mooie, wijze spirituele boeken lees. Mindful zijn, langzaam leven en afkicken van onze digitale apparaatjes. Voor onze kinderen die over een paar jaar afstuderen en gaan werken noemde hij de belangrijke woorden; aanvoelen, inleven en begrijpen. De computer spuugt straks een oplossing, een rechtsuitspraak of een bedrijfsstrategie uit. Diegene die deze boodschappen écht kunnen begrijpen, interpreteren en toepassen hebben een streepje voor in de toekomst. In onze hypermoderne maatschappij. Hij eindigde zijn speech met de eigenlijk helemaal niet verrassende woorden: offline is de nieuwe luxe.
Abonneren op:
Posts (Atom)