Ik zwerf hier en daar, zonder te weten wat ik zoek.
- Zhuang Zi
Lanterfanten. Wat verlang ik daar naar! De tijd dat we hier in México wonen heb ik me er vaak schuldig aan gemaakt. De afgelopen dagen kan ik er zo naar terug verlangen. Lekker je geest laten waaien. Zalig niets doen. Dat lijkt me nu alleen in een andere wereld voor te kunnen komen. Niet in de mijne. Met een dochter die de volgende dag vertrekt om alleen in haar uppie op een ander continent te gaan reizen en een intercontinentale verhuizing voor de boeg kan ik het me niet permitteren om mijn geest te laten waaien. Al voelt het vandaag wel alsof ik mijn gedachten laat waaien… Te veel. Alle kanten op. Als een onstuimige storm. Allereerst kan ik vanmorgen mijn Nederlandse bankpas nergens vinden. Ik gebruik hier normaliter alleen mijn blauwe Mexicaanse pas, maar deze week had ik mijn oranje ING pas tevoorschijn getoverd. En net zo snel weer kwijt geraakt. Het enige wat ik kan bedenken is dat ik hem in de pinautomaat heb laten zitten. Dat hij is ingeslikt. Dit onrustige idee speelt in mijn achterhoofd als ik met mijn telefoontje foto’s van het witgoed en keukenapparatuur maak en ze in mijn verschillende WhatsApp groepen te koop zet. Ik maak er een prijslijstje bij en dan loopt het plotseling storm. Binnen een paar uur heb ik alles verkocht! Voor mijn wasmachine moet ik zelfs op de minuut terug kijken wie het eerst reageerde op mijn bod. Ik houd alles op een geschreven lijstje bij. Prijzen ernaast geschreven. Het verloopt turbulent. Niet veel later rijd ik naar het winkelcentrum. Daar leg ik mijn ingeslikte-bankpas-verhaal uit bij de bank. Ze kunnen niks doen, want de geldautomaat op de parkeerplaats behoort niet tot hun filiaal. Ik maak stennis op het kantoor van het winkelcentrum. Ze kunnen ook niks voor me doen. De geldautomaat blijkt bij een filiaal in de hoofdstad te horen. Ik beland uiteindelijk terug bij de chef van het bankfiliaal hier in Puebla en hij doet zijn best. De afspraak is dat ik morgen terug zal komen. Thuis loop ik op Anthe’s kamer wat te rommelen voor haar backpack en valt mijn oog op een oranje ING bankpasje. Ongeordend als ik ben dacht ik toch net twee oranje pasjes in haar geldpotje te hebben gezien? Ik loop over in mijn hoofd, maar dit heb ik tóch goed gezien. Er liggen drie oranje pasjes in deze rommelige slaapkamer. Dat is er één teveel. De mijne dus. Het schaamrood stijgt naar mijn kaken. Ik denk terug aan al die stennis…. Het wordt nóg warriger. Ik gebruik het pasje een dag later in de machine en ik krijg steeds een melding dat de pincode onjuist is. Ik heb nog één poging. Ik snap er niks meer van. Ik haal het pasje uit de machine en zie tot mijn verbazing dat dit pasje mijn al-héél-lang-verdwenen pasje is! Al die rottige oranje identieke ING pasjes! Na logisch nadenken blijken we tóch nog steeds een pasje kwijt te zijn. Ingeslikt. Vernietigd. Ik leg me er bij neer.
Zonder om te kijken verdwijnt ze het hoekje om. Ik roep heel hard haar naam vanachter het touw dat me tegen moet houden. Ze doet een stap terug en zwaait. Haar gedachten zijn al ver vooruit. En waarom niet? Ze is ons, uitzwaaiende zussen en ouders, al glad vergeten. Haar gedachten zijn in Parijs. Vandaag is haar grote dag. Anthe is met haar Mexicaanse vriendin Rebeca op weg naar Parijs. Een nachtvlucht. Morgen komen ze aan in Europa. Met hun treinkaart zullen ze gaan zwerven door Europa. Naast Frankrijk zullen ze ook Zwitserland, Oostenrijk, Tsjechië, Italië en Kroatië aandoen. Een onvergetelijke ervaring. Wat gunnen wij dat haar! Waar ze ook mag zijn. In gedachten is ze sowieso bij mij. Ze heeft het reizen in haar bloed. Hoe kan het ook anders? Met globetrotters als ouders. We hebben haar meegenomen om op drie verschillende continenten te wonen. Haar gedwongen twee wereldtalen aan te leren. Ze was anderhalf toen we voor de eerste keer onze spulletjes oppakten om op een ander werelddeel te gaan wonen. Nu ze deze week zeventien jaar is geworden wonen we nog steeds duizenden kilometers van haar geboorteplek vandaan . Haar hele leven reist ze al avontuurlijk met ons rond. Door Zuidelijk en Noord-Afrika, door Zuid- en Noord-Amerika, door Midden-Amerika en uiteraard door Europa. Haar droom is al heel lang om zelfstandig met een backpack over de wereld rond te trekken. Te zwerven. Een stukje maakt ze nu waar. Wat is ze snel groot geworden. En wat staat de tijd haar goed! Zonder een traan te laten, maar met een opgewonden blos op haar wangen en een grote lach op haar gezicht is ze door de poortjes vertrokken. (zie ons fotoalbum) Daar gaat ze. De wijde wereld in.
donderdag 4 juni 2015
donderdag 28 mei 2015
Tevreden ceremonie
Het leven van iemand die tevreden is, is gemakkelijk.
- Bhante Henepola Gunaratana
Als tevredenheid het leven makkelijker maakt, is het de moeite waard om er regelmatig even bij stil te staan wat jou tevreden maakt. Deze middag zit ik met mijn benen omhoog op het zonnige basketbalveld. Dit betonnen plein is het verzamelpunt tijdens aardbevingen en er wordt wekelijks een ceremonie gehouden om de vlag te hijsen en het Mexicaanse volkslied te zingen. De kindjes elke maandag gekleed in galakleding. Deze naschoolse donderdagmiddag wordt er serieus geoefend. Tijdens de gymles worden de militaire pasjes sowieso geoefend. De kinderen zijn goed gedresseerd. De eerstvolgende ceremonie is een hele grote. De kinderen van Primary School, Junior High én High School komen allemaal tezamen op dit plein om het internationale karakter van de school te eren. Alle nationaliteiten worden getoond middels een vlaggenparade. Het oudste kind op school mag zijn of haar nationale vlag dragen. Anthe heeft al twee keer met de Nederlandse vlag gelopen. Dit jaar, ons laatste jaar, heeft ze het erebaantje overgedragen aan Inden. Inden is trots. Ik heb de school gevraagd of Maren dan met het bord mag lopen. Het bord met ons land erop: Koninkrijk der Nederlanden. En zo komt het dat ik in het zonnetje achterover geleund naar Inden en Maren staar die mee doen aan de generale repetitie. De volksliederen van México en Amerika worden gespeeld. Bij de laatste houd ik het nooit droog. Zóveel herinneringen aan The States… Er wordt gezongen door een klein koor. Een dansoptreden wordt gerepeteerd. Deze jaarlijkse ceremonie is ook om afscheid te nemen van de senior leerlingen. Van Anthe en haar jaargenoten. Vorig jaar heb ik al tranen met tuiten gehuild toen ik besefte dat Anthe volgend jaar daar zou staan als schoolverlater. Dit jaar zal het een emmer vol tranen worden… De trots en dankbaarheid die ik voel dat Anthe deze school heeft afgerond op zo’n hoog niveau en met zoveel vrienden om haar heen. De blijheid die ik voor haar voel omdat ze over een paar dagen met haar vriendin gaat backpacken door Europa. De opgewondenheid die ik voel omdat ze na de zomer gaat studeren. Mijn hart loopt over van tevredenheid. Inden en Maren die samen de Hollandse vlag zullen dragen maken mij vervuld van een groots gevoel. Onze meiden hebben het toch maar mooi geklaard. Drie jaar op een uitheemse school. Ik ben de school dankbaar dat ze op deze manier respect tonen voor hun internationale leerlingen. Ik denk vooruit aan maandagochtend. De grote ceremonie. (zie ons fotoalbum) Ik voel een heel tevreden gevoel over me neerdalen.
Bijna drie jaar lang maak ik zo nu en dan een ritje naar het mooie antieke postkantoor van Puebla. Niet zo vaak. Het meeste contact met Nederland gaat via WhatsApp, mail en Skype. Kaarten en brieven die ik schrijf gaan meestal mee terug in de koffer van een logee. Vandaag maakte ik mijn laatste ritje naar het Mexicaanse postkantoor. Snik. Ik had zoals altijd een presentje uitgezocht dat goed in een enveloppe past. Alleen wilde de mevrouw achter de balie deze keer niet mijn enveloppe aannemen. “Alleen documenten mogen in een enveloppe. Elk andere inhoud moet in een pakket. Voor de douane.” Omdat ik haar ongelovig aankijk wijst ze naar een poster achter mij met daarop het reglement van de Mexicaanse post. Tja, hoe verder dan? Ze wijst nu naar een piepklein winkeltje aan de overkant van de straat. Zij kunnen me wel helpen volgens haar. Hulpeloos sta ik daar aan de balie met mijn enveloppe. Het meisje haalt een leeg doosje van Oreo koekjes tevoorschijn. Ik hevel de inhoud van mijn grote enveloppe in het kleine doosje. Na dubbelvouwen van het cadeau en mijn brief opgevouwen te hebben, is er zelfs ruimte over. Ze knipt en plakt er op los. Het meisje heeft dit duidelijk vaker gedaan. Er blijft een onooglijk pakketje over. Ik kijk haar aan en vraag me hardop af waar ik het adres erop zal schrijven. Ze begint het doosje in te pakken in bruin papier. Er wordt een touwtje omheen geknoopt. Ineens ziet het er uit als een traditioneel postpakketje. Rechtsonder moet het adres van de geadresseerde en links boven het adres van de afzender. Ik steek de straat weer terug over. Met het nette pakketje in mijn hand. Nu wil de baliemedewerkster me wel helpen. Er moet een douanesticker op met de inhoud en de waarde van de attentie. Nou leuk. Met haar belofte dat de verzending over drie weken in Nederland zal zijn ben ik vertrokken. Ik heb mijn twijfels. De laatste tijd is de post tussen Nederland en México zo traag! We zijn trouwens ook post kwijt geraakt. Mark komt tot zijn schrik achter de reden. Terwijl hij in het huisje van de tuinman een koppelstuk voor de tuinslang zoekt ziet hij post onder het matras uitsteken. Hij tilt het matras op en… vindt post dat er al wekenlang opgespaard ligt! Onze eigen post vist Mark er eerst tussen uit. Twee telefoonrekeningen waar we al een boete en een aanmaning voor ontvangen hebben. Ook onze aangevraagde Nederlandse creditcard ligt in de stapel. Ontgoocheld zijn we. Wat moeten we hier nu mee?
- Bhante Henepola Gunaratana
Als tevredenheid het leven makkelijker maakt, is het de moeite waard om er regelmatig even bij stil te staan wat jou tevreden maakt. Deze middag zit ik met mijn benen omhoog op het zonnige basketbalveld. Dit betonnen plein is het verzamelpunt tijdens aardbevingen en er wordt wekelijks een ceremonie gehouden om de vlag te hijsen en het Mexicaanse volkslied te zingen. De kindjes elke maandag gekleed in galakleding. Deze naschoolse donderdagmiddag wordt er serieus geoefend. Tijdens de gymles worden de militaire pasjes sowieso geoefend. De kinderen zijn goed gedresseerd. De eerstvolgende ceremonie is een hele grote. De kinderen van Primary School, Junior High én High School komen allemaal tezamen op dit plein om het internationale karakter van de school te eren. Alle nationaliteiten worden getoond middels een vlaggenparade. Het oudste kind op school mag zijn of haar nationale vlag dragen. Anthe heeft al twee keer met de Nederlandse vlag gelopen. Dit jaar, ons laatste jaar, heeft ze het erebaantje overgedragen aan Inden. Inden is trots. Ik heb de school gevraagd of Maren dan met het bord mag lopen. Het bord met ons land erop: Koninkrijk der Nederlanden. En zo komt het dat ik in het zonnetje achterover geleund naar Inden en Maren staar die mee doen aan de generale repetitie. De volksliederen van México en Amerika worden gespeeld. Bij de laatste houd ik het nooit droog. Zóveel herinneringen aan The States… Er wordt gezongen door een klein koor. Een dansoptreden wordt gerepeteerd. Deze jaarlijkse ceremonie is ook om afscheid te nemen van de senior leerlingen. Van Anthe en haar jaargenoten. Vorig jaar heb ik al tranen met tuiten gehuild toen ik besefte dat Anthe volgend jaar daar zou staan als schoolverlater. Dit jaar zal het een emmer vol tranen worden… De trots en dankbaarheid die ik voel dat Anthe deze school heeft afgerond op zo’n hoog niveau en met zoveel vrienden om haar heen. De blijheid die ik voor haar voel omdat ze over een paar dagen met haar vriendin gaat backpacken door Europa. De opgewondenheid die ik voel omdat ze na de zomer gaat studeren. Mijn hart loopt over van tevredenheid. Inden en Maren die samen de Hollandse vlag zullen dragen maken mij vervuld van een groots gevoel. Onze meiden hebben het toch maar mooi geklaard. Drie jaar op een uitheemse school. Ik ben de school dankbaar dat ze op deze manier respect tonen voor hun internationale leerlingen. Ik denk vooruit aan maandagochtend. De grote ceremonie. (zie ons fotoalbum) Ik voel een heel tevreden gevoel over me neerdalen.
Bijna drie jaar lang maak ik zo nu en dan een ritje naar het mooie antieke postkantoor van Puebla. Niet zo vaak. Het meeste contact met Nederland gaat via WhatsApp, mail en Skype. Kaarten en brieven die ik schrijf gaan meestal mee terug in de koffer van een logee. Vandaag maakte ik mijn laatste ritje naar het Mexicaanse postkantoor. Snik. Ik had zoals altijd een presentje uitgezocht dat goed in een enveloppe past. Alleen wilde de mevrouw achter de balie deze keer niet mijn enveloppe aannemen. “Alleen documenten mogen in een enveloppe. Elk andere inhoud moet in een pakket. Voor de douane.” Omdat ik haar ongelovig aankijk wijst ze naar een poster achter mij met daarop het reglement van de Mexicaanse post. Tja, hoe verder dan? Ze wijst nu naar een piepklein winkeltje aan de overkant van de straat. Zij kunnen me wel helpen volgens haar. Hulpeloos sta ik daar aan de balie met mijn enveloppe. Het meisje haalt een leeg doosje van Oreo koekjes tevoorschijn. Ik hevel de inhoud van mijn grote enveloppe in het kleine doosje. Na dubbelvouwen van het cadeau en mijn brief opgevouwen te hebben, is er zelfs ruimte over. Ze knipt en plakt er op los. Het meisje heeft dit duidelijk vaker gedaan. Er blijft een onooglijk pakketje over. Ik kijk haar aan en vraag me hardop af waar ik het adres erop zal schrijven. Ze begint het doosje in te pakken in bruin papier. Er wordt een touwtje omheen geknoopt. Ineens ziet het er uit als een traditioneel postpakketje. Rechtsonder moet het adres van de geadresseerde en links boven het adres van de afzender. Ik steek de straat weer terug over. Met het nette pakketje in mijn hand. Nu wil de baliemedewerkster me wel helpen. Er moet een douanesticker op met de inhoud en de waarde van de attentie. Nou leuk. Met haar belofte dat de verzending over drie weken in Nederland zal zijn ben ik vertrokken. Ik heb mijn twijfels. De laatste tijd is de post tussen Nederland en México zo traag! We zijn trouwens ook post kwijt geraakt. Mark komt tot zijn schrik achter de reden. Terwijl hij in het huisje van de tuinman een koppelstuk voor de tuinslang zoekt ziet hij post onder het matras uitsteken. Hij tilt het matras op en… vindt post dat er al wekenlang opgespaard ligt! Onze eigen post vist Mark er eerst tussen uit. Twee telefoonrekeningen waar we al een boete en een aanmaning voor ontvangen hebben. Ook onze aangevraagde Nederlandse creditcard ligt in de stapel. Ontgoocheld zijn we. Wat moeten we hier nu mee?
donderdag 21 mei 2015
Problemen
De meeste problemen lossen zich vanzelf op. Je mag ze er alleen niet bij storen.
- Erich Kaniok
Ik ben ongeduldig en probeer soms wel eens snel een oplossing te forceren. Ook al lijken de meeste dingen waarover ik me druk maak zich uiteindelijk vanzelf op te lossen. Daardoor maak ik de dingen weleens iets ingewikkelder dan ze eigenlijk zijn. Vooral in México maakt men zich niet zo snel druk. Niet zo snel als ik in ieder geval. Zo surfte ik laatst op internet op zoek naar informatie over de remigratie van onze poezen. Ik las dat ze minimaal drie maanden voor hun aankomst op Schiphol hun titer op antilichamen moeten laten checken. Op rabiës. México is namelijk een derde wereldland dat een verhoogd risico op rabiës heeft. Niet eens verbazingwekkend als je ziet hoeveel zwerfhonden hier op straat leven. Deze informatie las ik dus precies op de dag af, drie maanden voor onze aankomstdatum in Amsterdam. Ik sjeesde dezelfde dag naar mijn dierenarts die vervolgens alles ferm ontkende. Hij stuurde naar eigen zegge wekelijks een huisdier naar Europa en hij had nog nóóit zo’n serologische test laten uitvoeren. Natuurlijk vertrouwde ik hem niet. Ik heb de poezen tóch bloed laten afnemen en de bloedmonsters daar in de koelkast laten zetten. Eenmaal thuis ben ik verder gaan zoeken. Hoe actueel is informatie op internet? Op de site van de Nederlandse ambassade in México was te lezen dat tegenwoordig geen bloedtest meer nodig is voor huisdieren die naar Nederland remigreren. Heeft de dierenarts dan toch gelijk? Voor de zekerheid maar contact gezocht met de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit die verantwoordelijk is voor de huisdieren die op Schiphol arriveren. Zeker wel is er een serologische test nodig! Dit kan alleen bij een gecertificeerd laboratorium. Er is er precies één in México. Dit lab beantwoordt echter geen telefoon en e-mail. Hoe typisch! Daar zal ik de twee bloedmonsters maar niet heen sturen. De dierenarts denkt uiteindelijk mee en stelt een laboratorium in Kansas voor. Ik check of dit lab op de lijst met wereldwijd gecertificeerde laboratoria staat. Ja. Op maandagochtend haal ik de twee buisjes bloed op bij de dierenarts. In een doos met een koude kompres erbij. Mark neemt het koude pakket mee naar zijn werk . Zijn secretaresse zal het via een pakketdienst versturen. Officieel ben ik een week te laat met de titerbepaling van antilichamen. Er kan in The States natuurlijk niet gesjoemeld worden met de datum in de dierenpaspoortjes. Sjoemelen is wél een ding van onze dierenarts in México. Met een stalen gezicht vertelt zijn assistente me dat elke gezondheidsverklaring 400 pesos kost. Vijfentwintig euro per kat. Op de website lees ik dat dit certificaat gratis verkrijgbaar is. Ik haal mijn schouders op. Overal word ik opgelicht. Als alles ten slotte maar weer op zijn pootjes terecht komt. Uiteindelijk wordt ook dit probleem als bijna vanzelf weer opgelost.
Maren en ik staan in de keuken rode en witte uien te snijden in heel kleine stukjes. Een prei in ringen. Een paprika, een komkommer en vleestomaten in blokjes. De deur naar de patio staat open. Er hangt een frisse witte was te drogen in de zon. We gaan deze zondagochtend de Mexicaanse bonenschotel Chili con Carne maken. Alhoewel ze dat hier in México helemaal niet zo noemen! We gaan straks in onze tuin lunchen met elf personen. Aan twee aangeschoven tuintafels met een wit tafelkleed eroverheen gedrapeerd. Mark is nu aan het hardlopen in het park. Inden is op haar kamer muziek aan het downloaden op haar iPod en Anthe slaapt uit. Het is haar examenperiode. Wat nu zo’n heerlijk gevoel geeft is dat er afgesproken is dat er op dit moment tientallen kilometers verderop aan onze hippie bus gewerkt wordt. Volgens afspraak schuren ze vandaag met vier man alle oude lagen verf eraf. Groen, geel, grijs en de buitenste laag ijsblauw. (zie ons fotoalbum) Gisteren zijn we weer wezen kijken bij monteur Tolentino. Onder zijn uit-elkaar-gevallen zeil staan we al onze plannen te bespreken. Tolentino heeft een andere motor voor ons gevonden. Een heel snelle, met een computer en allerlei moderne snufjes. Deze wordt er volgende week ingezet. Hij heeft ook twee tweedehands deuren gekocht. De originele deuren hingen zo scheef in de bus dat Mark en ik de deuren niet eens open konden krijgen! We hebben de kleur gekozen voor onze vintage bus! Boven een wit dak en onder fris glanzend beige. De originele Volkswagen kleur. Deze zondagochtend voel ik me gezegend. Er vanuit gaande dat er verderop een heel betrokken man aan het werk is met dezelfde droom als wij. Wat een domper was het dan ook toen we er maandagavond achter kwamen dat er helemaal niet gewerkt was op zondag! Het regende die zondagmiddag… Ze hebben voor de komende weken een enorm groot zeil opgehangen boven de bus. Ook het vervallen zeil over het hek was vervangen. Een paar bouwlampen waren aangeschaft om in de avond voortaan door te werken. Met fikse weerflitsen en door enorme regen- en modderplassen reden we die avond een beetje bedremmeld weer terug naar huis….
- Erich Kaniok
Ik ben ongeduldig en probeer soms wel eens snel een oplossing te forceren. Ook al lijken de meeste dingen waarover ik me druk maak zich uiteindelijk vanzelf op te lossen. Daardoor maak ik de dingen weleens iets ingewikkelder dan ze eigenlijk zijn. Vooral in México maakt men zich niet zo snel druk. Niet zo snel als ik in ieder geval. Zo surfte ik laatst op internet op zoek naar informatie over de remigratie van onze poezen. Ik las dat ze minimaal drie maanden voor hun aankomst op Schiphol hun titer op antilichamen moeten laten checken. Op rabiës. México is namelijk een derde wereldland dat een verhoogd risico op rabiës heeft. Niet eens verbazingwekkend als je ziet hoeveel zwerfhonden hier op straat leven. Deze informatie las ik dus precies op de dag af, drie maanden voor onze aankomstdatum in Amsterdam. Ik sjeesde dezelfde dag naar mijn dierenarts die vervolgens alles ferm ontkende. Hij stuurde naar eigen zegge wekelijks een huisdier naar Europa en hij had nog nóóit zo’n serologische test laten uitvoeren. Natuurlijk vertrouwde ik hem niet. Ik heb de poezen tóch bloed laten afnemen en de bloedmonsters daar in de koelkast laten zetten. Eenmaal thuis ben ik verder gaan zoeken. Hoe actueel is informatie op internet? Op de site van de Nederlandse ambassade in México was te lezen dat tegenwoordig geen bloedtest meer nodig is voor huisdieren die naar Nederland remigreren. Heeft de dierenarts dan toch gelijk? Voor de zekerheid maar contact gezocht met de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit die verantwoordelijk is voor de huisdieren die op Schiphol arriveren. Zeker wel is er een serologische test nodig! Dit kan alleen bij een gecertificeerd laboratorium. Er is er precies één in México. Dit lab beantwoordt echter geen telefoon en e-mail. Hoe typisch! Daar zal ik de twee bloedmonsters maar niet heen sturen. De dierenarts denkt uiteindelijk mee en stelt een laboratorium in Kansas voor. Ik check of dit lab op de lijst met wereldwijd gecertificeerde laboratoria staat. Ja. Op maandagochtend haal ik de twee buisjes bloed op bij de dierenarts. In een doos met een koude kompres erbij. Mark neemt het koude pakket mee naar zijn werk . Zijn secretaresse zal het via een pakketdienst versturen. Officieel ben ik een week te laat met de titerbepaling van antilichamen. Er kan in The States natuurlijk niet gesjoemeld worden met de datum in de dierenpaspoortjes. Sjoemelen is wél een ding van onze dierenarts in México. Met een stalen gezicht vertelt zijn assistente me dat elke gezondheidsverklaring 400 pesos kost. Vijfentwintig euro per kat. Op de website lees ik dat dit certificaat gratis verkrijgbaar is. Ik haal mijn schouders op. Overal word ik opgelicht. Als alles ten slotte maar weer op zijn pootjes terecht komt. Uiteindelijk wordt ook dit probleem als bijna vanzelf weer opgelost.
Maren en ik staan in de keuken rode en witte uien te snijden in heel kleine stukjes. Een prei in ringen. Een paprika, een komkommer en vleestomaten in blokjes. De deur naar de patio staat open. Er hangt een frisse witte was te drogen in de zon. We gaan deze zondagochtend de Mexicaanse bonenschotel Chili con Carne maken. Alhoewel ze dat hier in México helemaal niet zo noemen! We gaan straks in onze tuin lunchen met elf personen. Aan twee aangeschoven tuintafels met een wit tafelkleed eroverheen gedrapeerd. Mark is nu aan het hardlopen in het park. Inden is op haar kamer muziek aan het downloaden op haar iPod en Anthe slaapt uit. Het is haar examenperiode. Wat nu zo’n heerlijk gevoel geeft is dat er afgesproken is dat er op dit moment tientallen kilometers verderop aan onze hippie bus gewerkt wordt. Volgens afspraak schuren ze vandaag met vier man alle oude lagen verf eraf. Groen, geel, grijs en de buitenste laag ijsblauw. (zie ons fotoalbum) Gisteren zijn we weer wezen kijken bij monteur Tolentino. Onder zijn uit-elkaar-gevallen zeil staan we al onze plannen te bespreken. Tolentino heeft een andere motor voor ons gevonden. Een heel snelle, met een computer en allerlei moderne snufjes. Deze wordt er volgende week ingezet. Hij heeft ook twee tweedehands deuren gekocht. De originele deuren hingen zo scheef in de bus dat Mark en ik de deuren niet eens open konden krijgen! We hebben de kleur gekozen voor onze vintage bus! Boven een wit dak en onder fris glanzend beige. De originele Volkswagen kleur. Deze zondagochtend voel ik me gezegend. Er vanuit gaande dat er verderop een heel betrokken man aan het werk is met dezelfde droom als wij. Wat een domper was het dan ook toen we er maandagavond achter kwamen dat er helemaal niet gewerkt was op zondag! Het regende die zondagmiddag… Ze hebben voor de komende weken een enorm groot zeil opgehangen boven de bus. Ook het vervallen zeil over het hek was vervangen. Een paar bouwlampen waren aangeschaft om in de avond voortaan door te werken. Met fikse weerflitsen en door enorme regen- en modderplassen reden we die avond een beetje bedremmeld weer terug naar huis….
donderdag 14 mei 2015
Magie!
Als er geen zaad geplant is, groeit er niks.
- Thubten Chodron
Zittend aan een tafeltje in een prachtige oude patio in onze stad praten Mark en ik over wat het voor ieder van ons betekent om terug naar Nederland te verhuizen. We mijmeren wat samen. Het overheersende gevoel is eigenlijk niet positief. Tranen vloeien. Ik ben bang voor de sleur. Wat ik het meest ga missen is het gevoel van vrijheid. Vrijheid klinkt naar reizen en avontuur, naar de wereld intrekken, je losmaken van het geijkte, nieuwe oorden ontdekken en vrienden worden met vreemde mensen. Weekends zullen in Breda opgeslokt worden door onderhoudsklusjes aan ons huis. Ik denk ook aan gras maaien en tuin bij houden. Waar is onze vrijheid dan gebleven? Dat gevoel kan me naar de keel vliegen. We waren tot voor kort heel kalmpjes bezig een hippie bus te vinden om over een jaar mee te nemen naar Breda. Onze droom. Onze droom hebben we meteen laten varen toen we het nieuws kregen dat onze huisraad binnen een paar maanden verscheept zou worden. Zonder vintage bus dus. Stiekem bleef ik toch dagdromen. Ik wist dat Mark niet stond te springen om een extra klus - een paar maanden voor de overzeese verhuizing. Tijdens de lunch in die zonnige patio legde ik de betekenis van een hippie bus voor mij uit. Het gaat natuurlijk niet om de daadwerkelijke auto. Auto’s interesseren me niet. Het gaat mij om het symbool waar de antieke bus voor staat. Het gevoel dat erbij hoort. De vrijheid! Het avontuur! We besloten samen - op het nippertje - op zoek te gaan. Het universum had mijn emotionele roep gehoord. Nog geen uurtje later, toen we naar huis reden, stond daar een antieke VW camper langs de weg te koop. We stopten. Ik keek naar binnen. De eigenaar kwam net aanlopen. Magie! Antonio vertelde me dat hij de bus net twee minuten eerder had geparkeerd. De volgende dag hebben we met de meiden gekeken, de tent uitgevouwen op het dak. Monteur Tolentino heeft hem terplekke gekeurd voor ons. Hij beloofde de nostalgische camper te kunnen renoveren. Binnen een paar maandjes. Zoals hij ook voor mijn vriendin Susana heeft gedaan. Twee dagen later hebben we de VW bus gekocht. Een paar uur heeft hij voor ons huis mogen staan. Diezelfde avond werd hij al door Tolentino opgehaald. Een dag later lag hij al helemaal uit elkaar! Een paar dagen later gingen we zelf kijken bij ons project. Ver buiten de stad in het échte stoffige, droge México vonden we onze bus terug onder een tentzeil. Er staat een vervallen hek tussen onze camper en de zandweg. Er is plastic zeil voor het hekwerk gespannen dat door het felle zonlicht uit elkaar is gevallen. Onze camper ziet er net zo armoedig uit als het hek. De verf is van onze bus geschuurd. Toch heb ik vleugels gekregen. Het geeft ons een opgewonden gevoel. Een nieuw avontuur is aangebroken!
In mijn internationale expat-groep staan twee vrouwen op het punt van bevallen. Eén, een Française, krijgt zelfs een jongenstweeling terwijl ze al drie zoontjes heeft! De andere, een Argentijnse, krijgt een meisje. Ik ben met mijn vriendinnen naar een bergdorp in de buurt gereden om drie kleine vrolijk gekleurde Acapulco stoeltjes te kopen voor deze baby’tjes. Op de ochtend van de babyshower verzamelen zeventien wereldvrouwen in de achtertuin van Térèse. We hebben allemaal iets meegenomen voor een internationaal ontbijtbuffet. De tuin is prachtig versierd voor een babyshower. De twee mama’s lopen trots rond met hun dikke buik. Dan begint één vrouw te praten over haar plotselinge verhuizing terug naar huis. Ze heeft helaas maar anderhalf jaar in México mogen wonen. Een ander sluit aan. Haar man werkt voor hetzelfde bedrijf dat gaat sluiten. Bijna niemand wist nog van mijn onverwachtse remigratie. Zo ontstaat er wat commotie. Van de zeventien aanwezige vrouwen zullen zes deze zomer Puebla verlaten. Allemaal met pijn in hun hart. Voor elk van ons komt het afscheid van México te snel. Er wordt een datum geprikt voor een etentje om afscheid te nemen van elkaar. We wisten natuurlijk dat deze dag zou komen. We zijn tenslotte allemaal voor het werk uitgezonden. Deze dag kwam echter veel te snel. Hoe heerlijk is het dan om met elkaar je gevoelens en twijfels te delen. Zoals we dat steeds gedaan hebben. We zitten in hetzelfde schuitje. Zelfs al is dit de vierde keer dat ik zo’n proces van vertrek doormaak. Afscheid nemen went nooit.
- Thubten Chodron
Zittend aan een tafeltje in een prachtige oude patio in onze stad praten Mark en ik over wat het voor ieder van ons betekent om terug naar Nederland te verhuizen. We mijmeren wat samen. Het overheersende gevoel is eigenlijk niet positief. Tranen vloeien. Ik ben bang voor de sleur. Wat ik het meest ga missen is het gevoel van vrijheid. Vrijheid klinkt naar reizen en avontuur, naar de wereld intrekken, je losmaken van het geijkte, nieuwe oorden ontdekken en vrienden worden met vreemde mensen. Weekends zullen in Breda opgeslokt worden door onderhoudsklusjes aan ons huis. Ik denk ook aan gras maaien en tuin bij houden. Waar is onze vrijheid dan gebleven? Dat gevoel kan me naar de keel vliegen. We waren tot voor kort heel kalmpjes bezig een hippie bus te vinden om over een jaar mee te nemen naar Breda. Onze droom. Onze droom hebben we meteen laten varen toen we het nieuws kregen dat onze huisraad binnen een paar maanden verscheept zou worden. Zonder vintage bus dus. Stiekem bleef ik toch dagdromen. Ik wist dat Mark niet stond te springen om een extra klus - een paar maanden voor de overzeese verhuizing. Tijdens de lunch in die zonnige patio legde ik de betekenis van een hippie bus voor mij uit. Het gaat natuurlijk niet om de daadwerkelijke auto. Auto’s interesseren me niet. Het gaat mij om het symbool waar de antieke bus voor staat. Het gevoel dat erbij hoort. De vrijheid! Het avontuur! We besloten samen - op het nippertje - op zoek te gaan. Het universum had mijn emotionele roep gehoord. Nog geen uurtje later, toen we naar huis reden, stond daar een antieke VW camper langs de weg te koop. We stopten. Ik keek naar binnen. De eigenaar kwam net aanlopen. Magie! Antonio vertelde me dat hij de bus net twee minuten eerder had geparkeerd. De volgende dag hebben we met de meiden gekeken, de tent uitgevouwen op het dak. Monteur Tolentino heeft hem terplekke gekeurd voor ons. Hij beloofde de nostalgische camper te kunnen renoveren. Binnen een paar maandjes. Zoals hij ook voor mijn vriendin Susana heeft gedaan. Twee dagen later hebben we de VW bus gekocht. Een paar uur heeft hij voor ons huis mogen staan. Diezelfde avond werd hij al door Tolentino opgehaald. Een dag later lag hij al helemaal uit elkaar! Een paar dagen later gingen we zelf kijken bij ons project. Ver buiten de stad in het échte stoffige, droge México vonden we onze bus terug onder een tentzeil. Er staat een vervallen hek tussen onze camper en de zandweg. Er is plastic zeil voor het hekwerk gespannen dat door het felle zonlicht uit elkaar is gevallen. Onze camper ziet er net zo armoedig uit als het hek. De verf is van onze bus geschuurd. Toch heb ik vleugels gekregen. Het geeft ons een opgewonden gevoel. Een nieuw avontuur is aangebroken!
In mijn internationale expat-groep staan twee vrouwen op het punt van bevallen. Eén, een Française, krijgt zelfs een jongenstweeling terwijl ze al drie zoontjes heeft! De andere, een Argentijnse, krijgt een meisje. Ik ben met mijn vriendinnen naar een bergdorp in de buurt gereden om drie kleine vrolijk gekleurde Acapulco stoeltjes te kopen voor deze baby’tjes. Op de ochtend van de babyshower verzamelen zeventien wereldvrouwen in de achtertuin van Térèse. We hebben allemaal iets meegenomen voor een internationaal ontbijtbuffet. De tuin is prachtig versierd voor een babyshower. De twee mama’s lopen trots rond met hun dikke buik. Dan begint één vrouw te praten over haar plotselinge verhuizing terug naar huis. Ze heeft helaas maar anderhalf jaar in México mogen wonen. Een ander sluit aan. Haar man werkt voor hetzelfde bedrijf dat gaat sluiten. Bijna niemand wist nog van mijn onverwachtse remigratie. Zo ontstaat er wat commotie. Van de zeventien aanwezige vrouwen zullen zes deze zomer Puebla verlaten. Allemaal met pijn in hun hart. Voor elk van ons komt het afscheid van México te snel. Er wordt een datum geprikt voor een etentje om afscheid te nemen van elkaar. We wisten natuurlijk dat deze dag zou komen. We zijn tenslotte allemaal voor het werk uitgezonden. Deze dag kwam echter veel te snel. Hoe heerlijk is het dan om met elkaar je gevoelens en twijfels te delen. Zoals we dat steeds gedaan hebben. We zitten in hetzelfde schuitje. Zelfs al is dit de vierde keer dat ik zo’n proces van vertrek doormaak. Afscheid nemen went nooit.
donderdag 7 mei 2015
Karma
Het geestelijk leven van een ieder van ons is een aaneenschakeling van verlies en winst, genot en pijn.
- Jack Kornfield
We worden ruw wakker geschud de dag nadat we het remigratie nieuws aan onze meisjes hebben verteld. Ze moeten in Nederland naar school en de inschrijvingen aan de universiteiten sluiten op 1 mei! We hebben zo’n tien dagen. Daar valt ook nog een weekend in, én Koningsdag. Terwijl ik herstellende van de ingreep met pijn, koorts en zonder energie de dag probeer door te komen in bed kan ik me het niet permitteren om me niet met de toelating bezig te houden. Anthe en Mark doen een marktonderzoekje en daaruit blijkt dat de Erasmus universiteit veel hoger in Europa staat aangeschreven dan de universiteit in Maastricht. Anthe kiest voor Rotterdam. Een slecht karma achtervolgt ons vanaf dat moment. Anthe blijkt de verkeerde Toefl test op school te hebben afgelegd. Dit lossen we kordaat op door meteen de juiste Toefl aan te vragen die kort daarna op een universiteit hier in Puebla wordt afgenomen. De uitslag valt echter na 1 mei. Ik bel de volgende ochtend zeer vroeg (zeven uur tijdsverschil) naar de Rotterdamse universiteit. Of dit een probleem is. Gelukkig niet. Het aller-allerbelangrijkste is echter de motivatiebrief van twee kantjes die Anthe moet toesturen. Daar is ze een paar dagen mee bezig. Het impact van deze persoonlijke brief is enorm. Wordt de brief meteen opzij gelegd door de toelatingscommissie, of raken ze geïnteresseerd? Een vriendin van Anthe kijkt mee met de brief. Mark en ik kijken uiteraard ook meerdere versies mee. We zijn alle drie nog niet enthousiast genoeg. De brief mist iets. Ik vraag mijn vriendin mee te kijken. Ze heeft aan de Erasmus gestudeerd en heeft later in haar loopbaan vele sollicitatiebrieven door haar vingers laten glijden. Ze komt met een flinke portie opbouwende kritiek. “Zoals ik je ken en zoals moeders hier op het plein over jou praten, dat herken ik niet terug in je brief.” Ze vervolgt: “Je hebt een passie, je weet al jaren wat je wil, je laat je niets aanleunen, je hebt een heel sterk karakter. Laat dat zien!” Ze geeft wat bouwstenen en tips en Anthe zit weer een hele ochtend te schrijven. Nu straalt de brief kracht en originaliteit uit. We zijn allemaal tevreden.
De volgende stap is te kijken welke formulieren we precies moeten scannen. Het karma is terug. We missen nogal wat documenten. Anthe sjeest op vrijdagmiddag vlak voor drie uur met de chauffeur naar haar school om een handtekening te halen van de directrice. Ik bel miss Donna vanuit huis en vraag haar alsjeblieft te wachten op school totdat ze Anthe gezien heeft. Anthe stuurt me een bericht “Pfff, ik heb de handtekening!” Haast is geboden, dus ik ben oprecht opgelucht. Ik begin alvast wat formulieren in te vullen. Mijn hart klopt in mijn keel. Als we nu nog één hobbel tegenkomen halen we de deadline écht niet. Het loopt echter als een trein. Anthe komt weer thuis met de chauffeur en laat me trots de handtekening zien. “Anthe?” vraag ik, “…er staat onderop de pagina page 1…is er soms ook een page 2??” We zoeken verstrooid tussen alle papieren op mijn bureau. Dat zijn ondertussen veel papieren, Suriname voorbereidingen liggen er ook tussen. “Neeeee!” Het karma heeft ons ingehaald. Op internet zien we dat het documentje inderdaad uit twee bladzijden bestaat. De laatste pagina heeft een stempel van school nodig en nóg een handtekening. Ik gooi mijn handdoek in de ring. Ik geef het op voor die dag. Anthe gaat zaterdags rustig de Toefl maken. Maandag blijkt Koningsdag te zijn. Anthe haalt maandag alsnog de juiste stempels en handtekeningen op school. Ik zoek thuis gestrest en vergeefs naar haar schoolrapport van vorig jaar. Bel nog maar weer eens naar school om een nieuwe te laten uitprinten. Een pasfoto voor op haar collegekaart vinden we ook nog in huis. We vullen die middag de Erasmus website in en voegen bijna alle benodigde documenten toe. Bijna alle. Er mist tóch nog iets heel belangrijks. Een lijst van alle wiskundeonderwerpen die Anthe de afgelopen drie jaar op school heeft gehad. Deze keer is het Anthe die haar handdoek in de ring gooit. Mark belt naar haar wiskunde juf. Of ze dit voor de volgende ochtend acht uur in orde kan maken voor ons. Ik pik het document vroeg op van school en begin de twintig pagina’s thuis te scannen. Natuurlijk een veel te groot document. Ik scan alles opnieuw. Nu in drie delen. Het einde is in zicht. Alleen nog een application fee betalen. Via iDEAL. Het karma is echter volhardend. Tijdens de betaling is er een boodschap ‘error occurred’ . Het bedrag is van mijn rekening. De Erasmus website verwerkt dat echter niet en blijft vragen om een application fee. Als na een half uur iDEAL weer bereikbaar is betaal ik voor de tweede keer het bedrag. Er komt een vurig gewenste boodschap op mijn scherm: Application submitted. Tranen stromen over mijn wangen.
- Jack Kornfield
We worden ruw wakker geschud de dag nadat we het remigratie nieuws aan onze meisjes hebben verteld. Ze moeten in Nederland naar school en de inschrijvingen aan de universiteiten sluiten op 1 mei! We hebben zo’n tien dagen. Daar valt ook nog een weekend in, én Koningsdag. Terwijl ik herstellende van de ingreep met pijn, koorts en zonder energie de dag probeer door te komen in bed kan ik me het niet permitteren om me niet met de toelating bezig te houden. Anthe en Mark doen een marktonderzoekje en daaruit blijkt dat de Erasmus universiteit veel hoger in Europa staat aangeschreven dan de universiteit in Maastricht. Anthe kiest voor Rotterdam. Een slecht karma achtervolgt ons vanaf dat moment. Anthe blijkt de verkeerde Toefl test op school te hebben afgelegd. Dit lossen we kordaat op door meteen de juiste Toefl aan te vragen die kort daarna op een universiteit hier in Puebla wordt afgenomen. De uitslag valt echter na 1 mei. Ik bel de volgende ochtend zeer vroeg (zeven uur tijdsverschil) naar de Rotterdamse universiteit. Of dit een probleem is. Gelukkig niet. Het aller-allerbelangrijkste is echter de motivatiebrief van twee kantjes die Anthe moet toesturen. Daar is ze een paar dagen mee bezig. Het impact van deze persoonlijke brief is enorm. Wordt de brief meteen opzij gelegd door de toelatingscommissie, of raken ze geïnteresseerd? Een vriendin van Anthe kijkt mee met de brief. Mark en ik kijken uiteraard ook meerdere versies mee. We zijn alle drie nog niet enthousiast genoeg. De brief mist iets. Ik vraag mijn vriendin mee te kijken. Ze heeft aan de Erasmus gestudeerd en heeft later in haar loopbaan vele sollicitatiebrieven door haar vingers laten glijden. Ze komt met een flinke portie opbouwende kritiek. “Zoals ik je ken en zoals moeders hier op het plein over jou praten, dat herken ik niet terug in je brief.” Ze vervolgt: “Je hebt een passie, je weet al jaren wat je wil, je laat je niets aanleunen, je hebt een heel sterk karakter. Laat dat zien!” Ze geeft wat bouwstenen en tips en Anthe zit weer een hele ochtend te schrijven. Nu straalt de brief kracht en originaliteit uit. We zijn allemaal tevreden.
De volgende stap is te kijken welke formulieren we precies moeten scannen. Het karma is terug. We missen nogal wat documenten. Anthe sjeest op vrijdagmiddag vlak voor drie uur met de chauffeur naar haar school om een handtekening te halen van de directrice. Ik bel miss Donna vanuit huis en vraag haar alsjeblieft te wachten op school totdat ze Anthe gezien heeft. Anthe stuurt me een bericht “Pfff, ik heb de handtekening!” Haast is geboden, dus ik ben oprecht opgelucht. Ik begin alvast wat formulieren in te vullen. Mijn hart klopt in mijn keel. Als we nu nog één hobbel tegenkomen halen we de deadline écht niet. Het loopt echter als een trein. Anthe komt weer thuis met de chauffeur en laat me trots de handtekening zien. “Anthe?” vraag ik, “…er staat onderop de pagina page 1…is er soms ook een page 2??” We zoeken verstrooid tussen alle papieren op mijn bureau. Dat zijn ondertussen veel papieren, Suriname voorbereidingen liggen er ook tussen. “Neeeee!” Het karma heeft ons ingehaald. Op internet zien we dat het documentje inderdaad uit twee bladzijden bestaat. De laatste pagina heeft een stempel van school nodig en nóg een handtekening. Ik gooi mijn handdoek in de ring. Ik geef het op voor die dag. Anthe gaat zaterdags rustig de Toefl maken. Maandag blijkt Koningsdag te zijn. Anthe haalt maandag alsnog de juiste stempels en handtekeningen op school. Ik zoek thuis gestrest en vergeefs naar haar schoolrapport van vorig jaar. Bel nog maar weer eens naar school om een nieuwe te laten uitprinten. Een pasfoto voor op haar collegekaart vinden we ook nog in huis. We vullen die middag de Erasmus website in en voegen bijna alle benodigde documenten toe. Bijna alle. Er mist tóch nog iets heel belangrijks. Een lijst van alle wiskundeonderwerpen die Anthe de afgelopen drie jaar op school heeft gehad. Deze keer is het Anthe die haar handdoek in de ring gooit. Mark belt naar haar wiskunde juf. Of ze dit voor de volgende ochtend acht uur in orde kan maken voor ons. Ik pik het document vroeg op van school en begin de twintig pagina’s thuis te scannen. Natuurlijk een veel te groot document. Ik scan alles opnieuw. Nu in drie delen. Het einde is in zicht. Alleen nog een application fee betalen. Via iDEAL. Het karma is echter volhardend. Tijdens de betaling is er een boodschap ‘error occurred’ . Het bedrag is van mijn rekening. De Erasmus website verwerkt dat echter niet en blijft vragen om een application fee. Als na een half uur iDEAL weer bereikbaar is betaal ik voor de tweede keer het bedrag. Er komt een vurig gewenste boodschap op mijn scherm: Application submitted. Tranen stromen over mijn wangen.
donderdag 30 april 2015
Dingen die voorbij gaan
Het leven is een rommeltje.
- Jan Wolter Bijleveld
Weemoed over de dingen die nog voorbij zullen gaan. Ik staar voor me uit. In de tuin vliegen gekleurde vogeltjes van boom tot boom. Weemoed is eigenlijk een mooie emotie. Iets heel anders dan uitzichtloosheid of zinloosheid. Integendeel. Wie weemoedig is ervaart juíst de zin van het leven: de waarde en de kwetsbaarheid ervan. Het besef van de tijd die maar voort raast en alles in haar vaart met zich meesleept. Bij weemoed sta je abrupt stil, houd je je adem in en probeer je nog iets in al zijn rijkdom in je op te nemen. Ook al weet je dat het volgende moment alweer anders zal zijn. Dat doe ik nu. Weemoed is droefheid vermengd met dankbaarheid. Omdat je zoveel hebt om weemoedig over te zijn. Ik zal het maar gewoon bruusk opschrijven. We gaan verhuizen. Remigreren. We gaan het mooie México verlaten voor het kille Nederland. We gaan ons grote buitenhuis in het groen inruilen voor ons kleine huis in de stad. We gaan het dagelijkse zonnetje inruilen voor grijze luchten. We gaan vier badkamers inruilen voor één. Nieuwe scholen voor de meiden. Een nieuwe baan voor Mark. Een nieuwe invulling voor mij. Weemoed voel ik als ik nu naar buiten staar in onze tropische tuin. Met veel verdriet zal ik mijn lieve vriendinnengroep achterlaten. Natuurlijk ben ik dankbaar dat ik zo’n lieve meidengroep om me heen verzameld heb. Mijn yoga groep. Onze dochters laten ook veel achter. Vooral op hun school. Ze gaan elk met een ander gevoel terug. Anthe die het al benauwd krijgt als ze er aan denkt elke dag Nederlands te moeten praten. Maren die het verdriet voelt van haar Mexicaanse vriendin Dayra die ze achter moet laten. Inden die uitkijkt naar haar nieuwe internationale school. We zijn heel gelukkig hier in México. Als ik terugdenk aan al onze bijzondere reizen…. Reisboeken vol foto’s en verhalen. Ons hart vol herinneringen. Dat houden we altijd bij ons. Nu brengt Mark’s werk ons onverwachts en abrupt terug naar Breda. In de wetenschap dat alles is zoals het is, dat ik nergens controle op heb, kan ik ademhalen. Alles vloeit. Alles beweegt. Alles verandert. Het is goed.
Onze rondreis door Suriname gaat gelukkig gewoon plaatsvinden in de weken dat onze huisraad op de boot onderweg is naar Nederland. Afgelopen week moest ik een stukje geschiedenis van Suriname en New York uit mijn hoofd overbrengen aan mijn yogagroep. Ze kennen het land Suriname niet - ook al ligt het in Zuid-Amerika. Ze hadden geen ook geen flauw benul dat New York vroeger van Nederland was. Geruild tegen Suriname! Hoe zat het ook alweer precies? In 1609 kwam er een Nederlandse handelspost op Manhattan. Er ontstond een nederzetting met huizen en een fort, maar na enkele decennia namen de Engelsen het eiland over. De berichten over de inheemse bevolking en hun mogelijke handelswaar wekten de belangstelling van Nederlandse handelaren. Ze waren vooral geïnteresseerd in de dierenhuiden die de indianen aanboden. De dierenhuiden werden voor hoge prijzen verhandeld in Amsterdam, waar men er kleding en hoeden van maakte. In 1625 liet men nog een fort en een nederzetting bouwen op de zuidelijke punt van Manhattan. De West-Indische Compagnie had het gebied inmiddels gekocht van de indianen voor het luttele bedrag van zestig gulden. Dwars over het eiland stond een rij houten paaltjes, om het Nederlandse deel van dat van de indianen te scheiden. Op het Nederlandse gedeelte stond het Fort Amsterdam, het gouverneurshuis en barakken voor de soldaten. Op Manhattan ontstonden enkele dorpjes zoals Breukelen (het huidige Brooklyn) en Heemstede (het huidige Hempstead). In totaal hebben er naar schatting zo’n 350 houten huisjes gestaan. Overigens waren de Nederlanders niet de enige bewoners van het gebied. Er waren ook Belgen, Duitsers en Britten. Pas vanaf 1626 kreeg het de naam Nieuw Amsterdam. Ondanks de twee forten op Manhattan waren de handelspost en de nederzetting een gemakkelijke prooi. Tegen de verwachtingen in was de immigratie van Nederlanders niet op gang gekomen. Het was voor hen aantrekkelijker om in het welvarende Amsterdam te blijven dan te emigreren naar Manhattan. In 1664 voer er een Engelse vloot de haven binnen en bezette de Nederlandse kolonie. Toen de Engelsen en de Nederlanders in 1674 vrede sloten, namen de Nederlanders officieel afstand van de kolonie Nieuw-Nederland, terwijl de Engelsen afstand namen van Suriname. Een ruil. Op dat tijdstip telde de kolonie ongeveer 6.000 inwoners, waarvan ongeveer 1.500 in Nieuw-Amsterdam woonden. Hun nakomelingen zouden voor een deel nog tot halverwege de negentiende eeuw Nederlands blijven spreken. Tja. Zo heeft Nederland destijds afstand gedaan van New York en Suriname er voor terug gekregen. Er ligt zoveel Hollandse geschiedenis in dit prachtige, groene land. Ik kijk er heel erg naar uit om daar rond te reizen!
- Jan Wolter Bijleveld
Weemoed over de dingen die nog voorbij zullen gaan. Ik staar voor me uit. In de tuin vliegen gekleurde vogeltjes van boom tot boom. Weemoed is eigenlijk een mooie emotie. Iets heel anders dan uitzichtloosheid of zinloosheid. Integendeel. Wie weemoedig is ervaart juíst de zin van het leven: de waarde en de kwetsbaarheid ervan. Het besef van de tijd die maar voort raast en alles in haar vaart met zich meesleept. Bij weemoed sta je abrupt stil, houd je je adem in en probeer je nog iets in al zijn rijkdom in je op te nemen. Ook al weet je dat het volgende moment alweer anders zal zijn. Dat doe ik nu. Weemoed is droefheid vermengd met dankbaarheid. Omdat je zoveel hebt om weemoedig over te zijn. Ik zal het maar gewoon bruusk opschrijven. We gaan verhuizen. Remigreren. We gaan het mooie México verlaten voor het kille Nederland. We gaan ons grote buitenhuis in het groen inruilen voor ons kleine huis in de stad. We gaan het dagelijkse zonnetje inruilen voor grijze luchten. We gaan vier badkamers inruilen voor één. Nieuwe scholen voor de meiden. Een nieuwe baan voor Mark. Een nieuwe invulling voor mij. Weemoed voel ik als ik nu naar buiten staar in onze tropische tuin. Met veel verdriet zal ik mijn lieve vriendinnengroep achterlaten. Natuurlijk ben ik dankbaar dat ik zo’n lieve meidengroep om me heen verzameld heb. Mijn yoga groep. Onze dochters laten ook veel achter. Vooral op hun school. Ze gaan elk met een ander gevoel terug. Anthe die het al benauwd krijgt als ze er aan denkt elke dag Nederlands te moeten praten. Maren die het verdriet voelt van haar Mexicaanse vriendin Dayra die ze achter moet laten. Inden die uitkijkt naar haar nieuwe internationale school. We zijn heel gelukkig hier in México. Als ik terugdenk aan al onze bijzondere reizen…. Reisboeken vol foto’s en verhalen. Ons hart vol herinneringen. Dat houden we altijd bij ons. Nu brengt Mark’s werk ons onverwachts en abrupt terug naar Breda. In de wetenschap dat alles is zoals het is, dat ik nergens controle op heb, kan ik ademhalen. Alles vloeit. Alles beweegt. Alles verandert. Het is goed.
Onze rondreis door Suriname gaat gelukkig gewoon plaatsvinden in de weken dat onze huisraad op de boot onderweg is naar Nederland. Afgelopen week moest ik een stukje geschiedenis van Suriname en New York uit mijn hoofd overbrengen aan mijn yogagroep. Ze kennen het land Suriname niet - ook al ligt het in Zuid-Amerika. Ze hadden geen ook geen flauw benul dat New York vroeger van Nederland was. Geruild tegen Suriname! Hoe zat het ook alweer precies? In 1609 kwam er een Nederlandse handelspost op Manhattan. Er ontstond een nederzetting met huizen en een fort, maar na enkele decennia namen de Engelsen het eiland over. De berichten over de inheemse bevolking en hun mogelijke handelswaar wekten de belangstelling van Nederlandse handelaren. Ze waren vooral geïnteresseerd in de dierenhuiden die de indianen aanboden. De dierenhuiden werden voor hoge prijzen verhandeld in Amsterdam, waar men er kleding en hoeden van maakte. In 1625 liet men nog een fort en een nederzetting bouwen op de zuidelijke punt van Manhattan. De West-Indische Compagnie had het gebied inmiddels gekocht van de indianen voor het luttele bedrag van zestig gulden. Dwars over het eiland stond een rij houten paaltjes, om het Nederlandse deel van dat van de indianen te scheiden. Op het Nederlandse gedeelte stond het Fort Amsterdam, het gouverneurshuis en barakken voor de soldaten. Op Manhattan ontstonden enkele dorpjes zoals Breukelen (het huidige Brooklyn) en Heemstede (het huidige Hempstead). In totaal hebben er naar schatting zo’n 350 houten huisjes gestaan. Overigens waren de Nederlanders niet de enige bewoners van het gebied. Er waren ook Belgen, Duitsers en Britten. Pas vanaf 1626 kreeg het de naam Nieuw Amsterdam. Ondanks de twee forten op Manhattan waren de handelspost en de nederzetting een gemakkelijke prooi. Tegen de verwachtingen in was de immigratie van Nederlanders niet op gang gekomen. Het was voor hen aantrekkelijker om in het welvarende Amsterdam te blijven dan te emigreren naar Manhattan. In 1664 voer er een Engelse vloot de haven binnen en bezette de Nederlandse kolonie. Toen de Engelsen en de Nederlanders in 1674 vrede sloten, namen de Nederlanders officieel afstand van de kolonie Nieuw-Nederland, terwijl de Engelsen afstand namen van Suriname. Een ruil. Op dat tijdstip telde de kolonie ongeveer 6.000 inwoners, waarvan ongeveer 1.500 in Nieuw-Amsterdam woonden. Hun nakomelingen zouden voor een deel nog tot halverwege de negentiende eeuw Nederlands blijven spreken. Tja. Zo heeft Nederland destijds afstand gedaan van New York en Suriname er voor terug gekregen. Er ligt zoveel Hollandse geschiedenis in dit prachtige, groene land. Ik kijk er heel erg naar uit om daar rond te reizen!
woensdag 22 april 2015
Het leven zoals het is
Wat is zo dichtbij dat we het niet kunnen zien? Het leven zoals het is.
- Bernie Glassman
México is het beloofde land van de verstokte hippies. Van de echte diehards. Veel hippiedorpen hebben wij de laatste jaren in dit land bezocht. Niet dat we op zoek zijn naar hippies. Helemaal niet. We komen ze gewoon overal tegen in México. Denk alleen al aan al die VW busjes en kevers die hier in dit land rondrijden! Hoe meer afgelegen de kustplaatsjes liggen hoe meer hippies er op af komen. Blijken dat nu precies de verstopte plekjes te zijn die wij ook zoeken! Met hippies bedoel ik dan – even heel generaliserend - mannen met lange baarden en lange haren. Jonge én oude, grijze mannen. Hippies zien wij vrijwel nooit schoenen dragen. Als ze wel schoenen dragen zijn het meestal gezondheidssandalen... Vrouwelijke hippies dragen gewoonlijk erg verwassen hemdjes waarvan de kleur niet meer met zekerheid te achterhalen is. Of een bovenstukje dat gehaakt is. Vaak met een vrolijk gekleurde pareo, lange rok of zo´n typische wijde katoenen broek eronder. Met een laag kruis. Veelal dragen ze een doek over hun rommelig opgestoken haar. Of ongekamd haar. Grote ringen en kralenkettingen horen er ook bij. Hoe komt het toch dat veel hippies zich verzamelen in de zwoele afgelegen kustdorpen? Zijn ze net als wij dol op extreem hoge golven? Op klamme hitte en een sloom tempo? Het was bijna veertig graden in San Agustinillo (waar we deze maand vakantie vierden). De vibe in zo’n dorp is echter altijd heel relaxt. Gek genoeg kwamen er in San Agustinillo ook hippies met zelfgebakken broodjes over het strand. Of met een volgehangen bord met zelfgemaakte oorbellen. Zo zijn ze ineens concurrenten van de plaatselijke bevolking. Die verkopen namelijk óók oorbellen, kettingen, eten, hangmatten, pareo’s en wijde hippiebroeken op het strand. Soms werd ik er gek van. Geconcentreerd in mijn boek bleven ze net zo lang voor me staan totdat ik mijn hoofd ophief om nee te knikken. Of tijdens onze lunch op een strandterras kwamen ze stug broodjes aanbieden. Toch houd ik van die relaxte vibe. Ik loop daar de hele dag op blote voeten. Geniet van de beklemmende warmte. Ik heb sowieso ongekamd haar en Birkenstocks aan mijn voeten. Ook thuis… Ik draag lange rokken, pareo´s of jurken aan het strand. Hippie betekent ook gericht zijn op innerlijke visie. Ik hecht waarde aan mijn dagelijkse yoga lessen, meditatie, klankschalen en zo nu en dan massages. Verrijking doormiddel van oosterse religie, mystiek en spiritualiteit. De meiden en ik kleurden élke dag mandala’s aan het strand. Het is eigenlijk een ‘state of mind’. Ik vond een top 8 lijstje van hippie dorpen in México: we hebben onbedoeld vijf van deze dorpen een bezoek gebracht. Schuilt er een hippie spirit in ons misschien?
De vrouwelijke dokter komt me begin van de avond twee en een half uur te laat ophalen van de afdeling waar ik nerveus lig te wachten. Typisch México. Ik lig sinds de ochtend op een ziekenhuisbed in zo’n onnozel ziekenhuishemd waarvan de achterkant open hangt. We zijn deze vrijdagochtend heel vroeg vertrokken naar de hoofdstad. Ik moest me om 10 uur in de ochtend melden in het ziekenhuis. Eerst werd alles financieel afgehandeld. Daarna kreeg ik een kamer toegewezen. Mark blijft lekker twee nachten bij me op de kamer slapen. De rest van deze dag komen er wel honderd verpleegsters en dokters de kamer in lopen met vragenlijsten, bloeddrukmachines, thermometers, stijlvolle antitrombose kousen en nóg veel meer vragenlijsten. Al die tijd ben ik nuchter. Ik mag zelfs geen druppeltje water. Ze hebben twee keer geprobeerd een infuus aan te brengen. De laatste keer zelfs een verpleegster van de kinderafdeling. Ik schijn heel dunne bloedvaatjes te hebben die moeilijk te prikken zijn. Eindelijk word ik dan naar de operatiezaal gereden. Ik voel me kwetsbaar. Emotioneel. Had dokter Guadeloupe wel een goede dag? Was ze niet geïrriteerd door de enorme vertraging in het ziekenhuis? Zou alles voorspoedig verlopen? De dokter heeft, zoals ze had beloofd, onder verdoving met een katheter collageen kraaltjes in mijn bloedvaten aangebracht. De bloedvaten die naar mijn baarmoeder leiden. Naar de grote knobbel leiden. De bloedvaten die het gezwel voeden met zuurstof. Nu krijgt de myoma geen voeding meer en zal ze binnen drie maanden afsterven. Van de maat zo groot als een doorgesneden grapefruit zal ze slinken naar de maat van een knikker. Een spiksplinternieuwe techniek die nu ook naar México overgewaaid is. Echter alleen in de hoofdstad. In een heel hip en modern (en duur!) ziekenhuis. De nacht die op de embolisatie volgde verliep goed. De dag dáárna niet zo. Ik heb de hele dag gespuugd vanwege een bijwerking op de hoge dosis morfine. Ik was erg beroerd en slap. (had ondertussen al 36 uur geen voeding gehad!) Maar de laatste ziekenhuisnacht was de misselijkheid gelukkig weg. Ik heb op de ochtend van ons vertrek licht ontbeten en voelde me zonder pijnstillers verbazingwekkend goed. Eind van de ochtend mochten we na lang wachten naar huis. Lekker thuis herstellen! Ook al valt dat soms wat tegen. Ups en downs. Een week lang een chauffeur die de meisjes van school haalt ondersteunt me enorm. Mijn vriendin die Hollands voor ons kookt en vers fruit meebrengt is onmisbaar. Mijn lijf herstelt zich langzaam van onbalans.
- Bernie Glassman
México is het beloofde land van de verstokte hippies. Van de echte diehards. Veel hippiedorpen hebben wij de laatste jaren in dit land bezocht. Niet dat we op zoek zijn naar hippies. Helemaal niet. We komen ze gewoon overal tegen in México. Denk alleen al aan al die VW busjes en kevers die hier in dit land rondrijden! Hoe meer afgelegen de kustplaatsjes liggen hoe meer hippies er op af komen. Blijken dat nu precies de verstopte plekjes te zijn die wij ook zoeken! Met hippies bedoel ik dan – even heel generaliserend - mannen met lange baarden en lange haren. Jonge én oude, grijze mannen. Hippies zien wij vrijwel nooit schoenen dragen. Als ze wel schoenen dragen zijn het meestal gezondheidssandalen... Vrouwelijke hippies dragen gewoonlijk erg verwassen hemdjes waarvan de kleur niet meer met zekerheid te achterhalen is. Of een bovenstukje dat gehaakt is. Vaak met een vrolijk gekleurde pareo, lange rok of zo´n typische wijde katoenen broek eronder. Met een laag kruis. Veelal dragen ze een doek over hun rommelig opgestoken haar. Of ongekamd haar. Grote ringen en kralenkettingen horen er ook bij. Hoe komt het toch dat veel hippies zich verzamelen in de zwoele afgelegen kustdorpen? Zijn ze net als wij dol op extreem hoge golven? Op klamme hitte en een sloom tempo? Het was bijna veertig graden in San Agustinillo (waar we deze maand vakantie vierden). De vibe in zo’n dorp is echter altijd heel relaxt. Gek genoeg kwamen er in San Agustinillo ook hippies met zelfgebakken broodjes over het strand. Of met een volgehangen bord met zelfgemaakte oorbellen. Zo zijn ze ineens concurrenten van de plaatselijke bevolking. Die verkopen namelijk óók oorbellen, kettingen, eten, hangmatten, pareo’s en wijde hippiebroeken op het strand. Soms werd ik er gek van. Geconcentreerd in mijn boek bleven ze net zo lang voor me staan totdat ik mijn hoofd ophief om nee te knikken. Of tijdens onze lunch op een strandterras kwamen ze stug broodjes aanbieden. Toch houd ik van die relaxte vibe. Ik loop daar de hele dag op blote voeten. Geniet van de beklemmende warmte. Ik heb sowieso ongekamd haar en Birkenstocks aan mijn voeten. Ook thuis… Ik draag lange rokken, pareo´s of jurken aan het strand. Hippie betekent ook gericht zijn op innerlijke visie. Ik hecht waarde aan mijn dagelijkse yoga lessen, meditatie, klankschalen en zo nu en dan massages. Verrijking doormiddel van oosterse religie, mystiek en spiritualiteit. De meiden en ik kleurden élke dag mandala’s aan het strand. Het is eigenlijk een ‘state of mind’. Ik vond een top 8 lijstje van hippie dorpen in México: we hebben onbedoeld vijf van deze dorpen een bezoek gebracht. Schuilt er een hippie spirit in ons misschien?
De vrouwelijke dokter komt me begin van de avond twee en een half uur te laat ophalen van de afdeling waar ik nerveus lig te wachten. Typisch México. Ik lig sinds de ochtend op een ziekenhuisbed in zo’n onnozel ziekenhuishemd waarvan de achterkant open hangt. We zijn deze vrijdagochtend heel vroeg vertrokken naar de hoofdstad. Ik moest me om 10 uur in de ochtend melden in het ziekenhuis. Eerst werd alles financieel afgehandeld. Daarna kreeg ik een kamer toegewezen. Mark blijft lekker twee nachten bij me op de kamer slapen. De rest van deze dag komen er wel honderd verpleegsters en dokters de kamer in lopen met vragenlijsten, bloeddrukmachines, thermometers, stijlvolle antitrombose kousen en nóg veel meer vragenlijsten. Al die tijd ben ik nuchter. Ik mag zelfs geen druppeltje water. Ze hebben twee keer geprobeerd een infuus aan te brengen. De laatste keer zelfs een verpleegster van de kinderafdeling. Ik schijn heel dunne bloedvaatjes te hebben die moeilijk te prikken zijn. Eindelijk word ik dan naar de operatiezaal gereden. Ik voel me kwetsbaar. Emotioneel. Had dokter Guadeloupe wel een goede dag? Was ze niet geïrriteerd door de enorme vertraging in het ziekenhuis? Zou alles voorspoedig verlopen? De dokter heeft, zoals ze had beloofd, onder verdoving met een katheter collageen kraaltjes in mijn bloedvaten aangebracht. De bloedvaten die naar mijn baarmoeder leiden. Naar de grote knobbel leiden. De bloedvaten die het gezwel voeden met zuurstof. Nu krijgt de myoma geen voeding meer en zal ze binnen drie maanden afsterven. Van de maat zo groot als een doorgesneden grapefruit zal ze slinken naar de maat van een knikker. Een spiksplinternieuwe techniek die nu ook naar México overgewaaid is. Echter alleen in de hoofdstad. In een heel hip en modern (en duur!) ziekenhuis. De nacht die op de embolisatie volgde verliep goed. De dag dáárna niet zo. Ik heb de hele dag gespuugd vanwege een bijwerking op de hoge dosis morfine. Ik was erg beroerd en slap. (had ondertussen al 36 uur geen voeding gehad!) Maar de laatste ziekenhuisnacht was de misselijkheid gelukkig weg. Ik heb op de ochtend van ons vertrek licht ontbeten en voelde me zonder pijnstillers verbazingwekkend goed. Eind van de ochtend mochten we na lang wachten naar huis. Lekker thuis herstellen! Ook al valt dat soms wat tegen. Ups en downs. Een week lang een chauffeur die de meisjes van school haalt ondersteunt me enorm. Mijn vriendin die Hollands voor ons kookt en vers fruit meebrengt is onmisbaar. Mijn lijf herstelt zich langzaam van onbalans.
woensdag 15 april 2015
Teil vol schildpadjes
I thank you God for this most amazing day, for the leaping greenly spirits of trees, and for the blue dream of sky and for everything which is natural, which is infinite, which is yes.
- E.E. Cummings
Sinds vorig jaar staat het op mijn bucket list. Maar vorig jaar was het helaas niet mogelijk. Ondanks mijn vurig hopen.... We hadden iedere dag, dat we aan de kust waren neergestreken, contact gehad met het schildpadden opvangcentrum in de buurt. De baby´tjes waren écht nog te klein... Uiteindelijk werden we onderweg naar huis gebeld in de auto dat deze avond de schildpadjes vrij gelaten werden.... Dat was erg jammer. Dit jaar logeren we in dezelfde cabañas op het strand van hetzelfde hippiedorpje als vorig jaar. Voordat we aankomen bij de strandhuisjes stoppen we even snel bij het opvangcentrum. Ik spreek onze wens uit en de man vraagt me om de volgende ochtend om negen uur te bellen. “Daar gaan we weer!” denken we allemaal hardop als ik weer terug in de auto stap. Hetzelfde liedje als vorig jaar. Maar deze keer krijgen we een SMS’je net op het moment dat Mark besloten heeft zijn mobiel uit te zetten. “Liberación a las 6. Hoy.” Vanavond bij zonsondergang is er een vrijlating! Ik ben zó blij! We zijn op tijd in het nationaal park en horen daar dat de vrijlating nog twee uur uitgesteld is vanwege de zomertijd. De schildpadjes moeten zoveel mogelijk eten op deze dag. Als we op het relaxte strand van buurdorp Mazunte wat gedronken hebben en terug keren, staat er al een groepje mensen op het strand. We moeten twintig pesos per schildpadje betalen. Anthe staat vooraan en komt met twee handen vol spartelende schildpadjes uit de rij lopen. Ons avontuur kan beginnen.
We lopen weg van de groep en maken foto´s en een filmpje van elkaar met de baby´tjes. (zie ons fotoalbum) Ze zijn zo´n acht centimeter groot. Zwart gekleurd en zó hulpeloos. Ze spartelen met hun pootjes in onze handen. Ze ruiken de zee al. Ze willen zwemmen! Ik heb de mijne al een keer in het zand laten vallen en weer opgeraapt. Mark zegt dat hij zal beginnen met de eerste vrijlating en laat prompt het schildpadje uit zijn handen vallen. Het valt nog niet mee om de baby´tjes met zorg op het strand te zetten. Voor hun belangrijkste moment van hun leven. Ze gaan namelijk de vrijheid in. Ze mogen de Stille Oceaan verkennen. Ze rollebollen met de lage golfjes mee naar zee. Ze buitelen richting de grote oceaan. Hoe aandoenlijk! Sommigen worden met een smak weer terug op het strand gegooid. De zon kleurt roze en zakt langzaam de zee in. We zien hun piepkleine kopjes nog steeds boven het lichtblauwe water uitsteken. Als trotse pleegouders staan we ze na te kijken. “Dag vriendje!” Maren en Inden hebben hun schildpadvriendje een naam gegeven. “Het gaat jullie goed! Kom nog eens terug om eieren te leggen hier in La Ventanilla!” Ze hebben meer kans om te overleven dan schildpadjes die direct uit het nest naar zee scharrelen. Die nacht als ik alleen aan het strand zit vanwege de beklemmende warmte en de maan de golven zilver kleurt denk ik aan deze schildpadjes. Wat zullen ze het zwaar hebben nu. Zo klein. Zo hard moeten zwemmen in de diepe zee. Zelf op zoek naar voedsel. Elkaar kwijt geraakt in de immense oceaan. Ik wens ze een lang en gelukkig schildpaddenleven toe. Met zo nu en dan een vogel op hun rug die mee drijft in zee. Een ontmoeting met dolfijnen of een walvis. Veel nageslacht. Zodat deze bedreigde zeeschildpadden nog lang op onze mooie planeet mogen zijn.
San Agustinillo, 8 april 2015
Meer van mijn blogs over schildpadden:
1. Kogelvis, 17 april 2014
2. Zeeschildpadden en magie, 1 januari 2014
3. Hoe droevig is dat?, 30 juli 2013
- E.E. Cummings
Sinds vorig jaar staat het op mijn bucket list. Maar vorig jaar was het helaas niet mogelijk. Ondanks mijn vurig hopen.... We hadden iedere dag, dat we aan de kust waren neergestreken, contact gehad met het schildpadden opvangcentrum in de buurt. De baby´tjes waren écht nog te klein... Uiteindelijk werden we onderweg naar huis gebeld in de auto dat deze avond de schildpadjes vrij gelaten werden.... Dat was erg jammer. Dit jaar logeren we in dezelfde cabañas op het strand van hetzelfde hippiedorpje als vorig jaar. Voordat we aankomen bij de strandhuisjes stoppen we even snel bij het opvangcentrum. Ik spreek onze wens uit en de man vraagt me om de volgende ochtend om negen uur te bellen. “Daar gaan we weer!” denken we allemaal hardop als ik weer terug in de auto stap. Hetzelfde liedje als vorig jaar. Maar deze keer krijgen we een SMS’je net op het moment dat Mark besloten heeft zijn mobiel uit te zetten. “Liberación a las 6. Hoy.” Vanavond bij zonsondergang is er een vrijlating! Ik ben zó blij! We zijn op tijd in het nationaal park en horen daar dat de vrijlating nog twee uur uitgesteld is vanwege de zomertijd. De schildpadjes moeten zoveel mogelijk eten op deze dag. Als we op het relaxte strand van buurdorp Mazunte wat gedronken hebben en terug keren, staat er al een groepje mensen op het strand. We moeten twintig pesos per schildpadje betalen. Anthe staat vooraan en komt met twee handen vol spartelende schildpadjes uit de rij lopen. Ons avontuur kan beginnen.
We lopen weg van de groep en maken foto´s en een filmpje van elkaar met de baby´tjes. (zie ons fotoalbum) Ze zijn zo´n acht centimeter groot. Zwart gekleurd en zó hulpeloos. Ze spartelen met hun pootjes in onze handen. Ze ruiken de zee al. Ze willen zwemmen! Ik heb de mijne al een keer in het zand laten vallen en weer opgeraapt. Mark zegt dat hij zal beginnen met de eerste vrijlating en laat prompt het schildpadje uit zijn handen vallen. Het valt nog niet mee om de baby´tjes met zorg op het strand te zetten. Voor hun belangrijkste moment van hun leven. Ze gaan namelijk de vrijheid in. Ze mogen de Stille Oceaan verkennen. Ze rollebollen met de lage golfjes mee naar zee. Ze buitelen richting de grote oceaan. Hoe aandoenlijk! Sommigen worden met een smak weer terug op het strand gegooid. De zon kleurt roze en zakt langzaam de zee in. We zien hun piepkleine kopjes nog steeds boven het lichtblauwe water uitsteken. Als trotse pleegouders staan we ze na te kijken. “Dag vriendje!” Maren en Inden hebben hun schildpadvriendje een naam gegeven. “Het gaat jullie goed! Kom nog eens terug om eieren te leggen hier in La Ventanilla!” Ze hebben meer kans om te overleven dan schildpadjes die direct uit het nest naar zee scharrelen. Die nacht als ik alleen aan het strand zit vanwege de beklemmende warmte en de maan de golven zilver kleurt denk ik aan deze schildpadjes. Wat zullen ze het zwaar hebben nu. Zo klein. Zo hard moeten zwemmen in de diepe zee. Zelf op zoek naar voedsel. Elkaar kwijt geraakt in de immense oceaan. Ik wens ze een lang en gelukkig schildpaddenleven toe. Met zo nu en dan een vogel op hun rug die mee drijft in zee. Een ontmoeting met dolfijnen of een walvis. Veel nageslacht. Zodat deze bedreigde zeeschildpadden nog lang op onze mooie planeet mogen zijn.
San Agustinillo, 8 april 2015
Meer van mijn blogs over schildpadden:
1. Kogelvis, 17 april 2014
2. Zeeschildpadden en magie, 1 januari 2014
3. Hoe droevig is dat?, 30 juli 2013
woensdag 8 april 2015
Mysterie
Het eerste grote mysterie is dat er een mysterie is.
- Rabbi Lawrence Kushner
Na het zien op TV van het live duet van zanger Jan Dulles uit Volendam en Elvis Presley gaan mijn gedachten terug. Het was een paar dagen voor Inden’s tweede verjaardag en we wilden dat vieren met ons jonge gezinnetje. We gingen die snikhete dag in augustus van 2002 naar Graceland. Het landgoed van Elvis Presley waar hij ook begraven ligt. Wij woonden destijds in het Noorden van de staat Alabama en dat was niet zo ver van de staat Tennessee vandaan. Van Memphis dus. Hoe kwamen we op dat idee? Eigenlijk leeft Elvis nog steeds in de Zuidelijke staten van Amerika. Sterker nog…ze dénken en geloven ook echt dat hij nog leeft. Een mysterie. De secretaresse van de compound waar we destijds woonden kende Elvis persoonlijk. Ik haalde dagelijks bij haar in het kantoortje onze post op en daarom hadden we vaak een kletspraatje. Zo kwam het dat we een keer over Elvis spraken. Die week had in een roddelblaadje gestaan dat Elvis weer eens ergens gespot was. Zij geloofde dat. Zij was er van overtuigd dat Elvis nog leefde. Haar vader zat in de muziek. Een platenbaas. Elvis kwam als jonge jongen bij hen thuis over de vloer. Hij liet zijn nieuwe plaatjes daar horen en was nog niet echt doorgebroken. Elvis was een zeer goed opgevoede jongen, vertelde ze me. Hij schudde iedereen de hand na binnenkomst. Incluis de jonge hand van onze secretaresse. Zo kwam het dus dat we het weekend van Inden’s tweede verjaardag naar Nashville en Graceland reden. Ik was geïmponeerd door het grote hek met de muzieknoten voor de ingang van het landgoed. We hebben een schattig oud fotootje met onze twee blonde kleine meisjes in handgenaaide zomerjurkjes voor het grote indrukwekkende hekwerk van de rock ‘n roll legende. Toen we de auto geparkeerd hadden werden we overdonderd door een flinke rij met rouwende fans. Een rij met groepjes mensen die een bloemenkrans droegen en vaak een bordje met hun land van afkomst erop. Ik was erg ontroerd om te zien hoe de dood van Elvis nog leefde onder zijn fans. De tour door zijn huis raakte me. Ik kreeg het gevoel dat hij er dezelfde ochtend nog rondgelopen had. De badkamer waar zijn lichaam gevonden werd was echter nog op slot. Het dwalen door zijn huis maakte een gevoel los. De verschillende huiskamers met bijzondere bankstellen, zijn postkamer, zijn kostuums die hij op het podium droeg en zijn graf. Daar mag trouwens niet gesproken worden. Zijn graf was overláden met verse bloemen en knuffels. Daar zag ik het pas. Daar werden mijn ogen geopend. Juist op de dag dat wij besloten hadden om Graceland te bezoeken bleek het precies vijfentwintig jaar geleden te zijn dat de King of Pop onverwachts op zijn 42e jaar overleed.
De golven slaan kapot op het strand. Met veel lawaai. Met veel kracht. De golven zijn hier heel sterk en hoog. Veel onderstroom in het lauwe zeegroene water. De meiden mogen niet alleen zwemmen. Nu is het donker. Het is volle maan. Ik zit met Mark aan een tafeltje op het verlaten strand. In de zee weet ik dat dolfijnen zwemmen en veel zeeschildpadden. We zijn eergisteren op dit idyllische strand aangekomen. (zie ons fotoalbum) Van 2500 meter hoogte naar zeeniveau. Anthe heeft er last van. Ze heeft hoofdpijn. Ik masseer haar nek, rug en schouders onder een palapa in de schaduw. Ze geniet en het ontspant haar. De hoofdpijn zakt weg. Thuis heb ik een massagetafel geleend. Ik heb de meiden stuk voor stuk een uur massage gegeven de afgelopen vrije week. Mark heb ik ook gemasseerd. In de tuin. Ik had de massagetafel op Goede Vrijdag in onze tropische tuin gezet. Hoe idyllisch is dat? Het is sowieso lekker en ontspannend om massages te krijgen. Het ontspant de huid, ons grootste orgaan. Het laat stress wegvloeien. De bloeddruk daalt. Het heeft te maken met een gevoel van harmonie, rust en liefde. Om dit op zo´n unieke plek te geven, in onze eigen achtertuin met sinaasappelbomen en bananenbomen, is bijna een droom. Mijn doel om een massagecursus te volgen was om de meiden en Mark meer in harmonie te laten zijn. Mezelf ook. Het is fijn om een massage te geven. Je word er zelf ook heel rustig van. Lichamelijk contact laat spanningen verdwijnen. Dat ik mijn gezin overal een ontspannende massage kan geven voelt net als destijds borstvoeding geven. Overal kan ik het doen. Een vrijheid. Een luxe. Een kadootje. Ook hier aan het Mexicaanse strand.
San Agustinillo – 7 april 2015
- Rabbi Lawrence Kushner
Na het zien op TV van het live duet van zanger Jan Dulles uit Volendam en Elvis Presley gaan mijn gedachten terug. Het was een paar dagen voor Inden’s tweede verjaardag en we wilden dat vieren met ons jonge gezinnetje. We gingen die snikhete dag in augustus van 2002 naar Graceland. Het landgoed van Elvis Presley waar hij ook begraven ligt. Wij woonden destijds in het Noorden van de staat Alabama en dat was niet zo ver van de staat Tennessee vandaan. Van Memphis dus. Hoe kwamen we op dat idee? Eigenlijk leeft Elvis nog steeds in de Zuidelijke staten van Amerika. Sterker nog…ze dénken en geloven ook echt dat hij nog leeft. Een mysterie. De secretaresse van de compound waar we destijds woonden kende Elvis persoonlijk. Ik haalde dagelijks bij haar in het kantoortje onze post op en daarom hadden we vaak een kletspraatje. Zo kwam het dat we een keer over Elvis spraken. Die week had in een roddelblaadje gestaan dat Elvis weer eens ergens gespot was. Zij geloofde dat. Zij was er van overtuigd dat Elvis nog leefde. Haar vader zat in de muziek. Een platenbaas. Elvis kwam als jonge jongen bij hen thuis over de vloer. Hij liet zijn nieuwe plaatjes daar horen en was nog niet echt doorgebroken. Elvis was een zeer goed opgevoede jongen, vertelde ze me. Hij schudde iedereen de hand na binnenkomst. Incluis de jonge hand van onze secretaresse. Zo kwam het dus dat we het weekend van Inden’s tweede verjaardag naar Nashville en Graceland reden. Ik was geïmponeerd door het grote hek met de muzieknoten voor de ingang van het landgoed. We hebben een schattig oud fotootje met onze twee blonde kleine meisjes in handgenaaide zomerjurkjes voor het grote indrukwekkende hekwerk van de rock ‘n roll legende. Toen we de auto geparkeerd hadden werden we overdonderd door een flinke rij met rouwende fans. Een rij met groepjes mensen die een bloemenkrans droegen en vaak een bordje met hun land van afkomst erop. Ik was erg ontroerd om te zien hoe de dood van Elvis nog leefde onder zijn fans. De tour door zijn huis raakte me. Ik kreeg het gevoel dat hij er dezelfde ochtend nog rondgelopen had. De badkamer waar zijn lichaam gevonden werd was echter nog op slot. Het dwalen door zijn huis maakte een gevoel los. De verschillende huiskamers met bijzondere bankstellen, zijn postkamer, zijn kostuums die hij op het podium droeg en zijn graf. Daar mag trouwens niet gesproken worden. Zijn graf was overláden met verse bloemen en knuffels. Daar zag ik het pas. Daar werden mijn ogen geopend. Juist op de dag dat wij besloten hadden om Graceland te bezoeken bleek het precies vijfentwintig jaar geleden te zijn dat de King of Pop onverwachts op zijn 42e jaar overleed.
De golven slaan kapot op het strand. Met veel lawaai. Met veel kracht. De golven zijn hier heel sterk en hoog. Veel onderstroom in het lauwe zeegroene water. De meiden mogen niet alleen zwemmen. Nu is het donker. Het is volle maan. Ik zit met Mark aan een tafeltje op het verlaten strand. In de zee weet ik dat dolfijnen zwemmen en veel zeeschildpadden. We zijn eergisteren op dit idyllische strand aangekomen. (zie ons fotoalbum) Van 2500 meter hoogte naar zeeniveau. Anthe heeft er last van. Ze heeft hoofdpijn. Ik masseer haar nek, rug en schouders onder een palapa in de schaduw. Ze geniet en het ontspant haar. De hoofdpijn zakt weg. Thuis heb ik een massagetafel geleend. Ik heb de meiden stuk voor stuk een uur massage gegeven de afgelopen vrije week. Mark heb ik ook gemasseerd. In de tuin. Ik had de massagetafel op Goede Vrijdag in onze tropische tuin gezet. Hoe idyllisch is dat? Het is sowieso lekker en ontspannend om massages te krijgen. Het ontspant de huid, ons grootste orgaan. Het laat stress wegvloeien. De bloeddruk daalt. Het heeft te maken met een gevoel van harmonie, rust en liefde. Om dit op zo´n unieke plek te geven, in onze eigen achtertuin met sinaasappelbomen en bananenbomen, is bijna een droom. Mijn doel om een massagecursus te volgen was om de meiden en Mark meer in harmonie te laten zijn. Mezelf ook. Het is fijn om een massage te geven. Je word er zelf ook heel rustig van. Lichamelijk contact laat spanningen verdwijnen. Dat ik mijn gezin overal een ontspannende massage kan geven voelt net als destijds borstvoeding geven. Overal kan ik het doen. Een vrijheid. Een luxe. Een kadootje. Ook hier aan het Mexicaanse strand.
San Agustinillo – 7 april 2015
dinsdag 31 maart 2015
Verhalen vertellen
Verhalen vertellen maakt ons stil van binnen.
- John Yorke
Elke week mag ik verhalen schrijven op deze plek. Ik vertél ook dikwijls verhalen. Aan mijn kinderen. Aan Mark. Aan vriendinnen. Wie het maar horen wil. Wanneer heb jij voor het laatst een verhaal verteld? Vandaag nog? Ik heb veel herinneringen. Meestal bijzondere, vind ik. Ik heb nu eenmaal geen doorsnee leven. Het leven van een zigeunerin. Ik ben een soort herinneringenfabriek. Mijn leven bestaat uit het maken van herinneringen. Soms voel ik me net mijn oude tante die ook barstensvol herinneringen zit. Stuk voor stuk interessante verhalen. Veelal uit oud Indië. Ik heb soms het gevoel dat ik ontplof als ik niet mijn verhaal kwijt kan. Ik vertel graag. Onze dochters luisteren met plezier. Vragen er soms om. “Vertel dat verhaal nog eens, mam!” Vooral herinneringen uit hun jonge jeugd vinden ze fijn. Verhalen maken ons mens. Ze helpen ons door moeilijke tijden heen. Ze verbinden ons met elkaar. En met de wereld. Volgens sommigen heeft het zelfs een spirituele functie. Het brengt namelijk dingen samen, vormt ons. Maakt ons stil van binnen. Nu is het niet zo dat ik in het verleden leef. Juist niet. Ik doe erg mijn best om in het nu te leven. Nu iets over een droom. Onze droom. Onze toekomstdroom. Wij zijn bezig een oude Volkswagen bus te kopen. Zo’n hippie bus. Mijn dochters vinden mij een verbloemde hippie… De bus past bij me zeggen ze. Het punt is echter dat de bus eigenlijk voor Anthe is. Zij gaat namelijk binnenkort beginnen met autorijlessen. Ze gaat na de zomer naar de universiteit. Met de auto. We hebben dus een extra auto nodig. Dit is hét moment voor ons om een hippie bus te bemachtigen. We laten hem hier opknappen door een mannetje. Een nieuw likje verf, nieuwe bekleding, autoriemen, glanzende wieldoppen en wellicht een nieuwe motor. In een stad waar sinds jaar en dag een Volkswagen fabriek staat en waar het werkelijk stikt van de oude VW busjes in alle kleuren en uitvoeringen. Gustavo zoekt voor ons en regelmatig krijg ik foto’s doorgestuurd van hippie busjes. Binnenkort gaan we er een bekijken. Zo opwindend! Mijn échte grote droom is om er volgende zomer mee door Midden-Amerika te reizen. En daarna…daarna komt hij na een lange boottocht stoer op onze oprit in Breda te staan. Een bus vol verhalen en herinneringen…!
Je moet er maar net tegen kunnen, een vreemde in huis. Ze ruimt je spullen op die je net nodig had, gooit de etensresten weg die je wilde bewaren, draait ongevraagd een was en gebruikt je toilet. Met tijd en wijlen heb ik het weer even helemáál gehad met onze hulp. Julie probeert op de achtergrond te blijven en zichzelf onzichtbaar te maken. Dat waardeer ik. Maar sóms! Als we thuis komen uit school maken de meiden vaak nog een boterhammetje klaar of een kop soep. Ze zorgen dus voor afwas. Elke schooldag hetzelfde riedeltje. Elke schooldag gaat Julie precies afwassen als de meiden een rommeltje gaan maken. Na een half uurtje staat ze dus wéér af te wassen. En soms na een half uurtje wéér omdat een van hen niet zo snel is met het bordje weer naar achter te brengen. Daar kan ik heel slecht tegen. Die muizenafwasjes. Of elke week op woensdagochtend. Als ik van zumba les kom ga ik douchen en me aankleden. Elke woensdag hetzelfde riedeltje. Elke woensdag ruimt ze al mijn kleding op voordat ik boven kom. Elke keer pak ik dus kort daarna alles weer uit de kast om het aan te trekken. Heel irritant. Zo heeft ze ook maanden lang de gordijnen op onze slaapkamer achter de vensterbank gepropt. Op een manier zoals oude omaatjes dat doen. Ik heb ze dus maanden lang achter de vensterbank vandaan getrokken om vervolgens eind van de middag te ontdekken dat ze wéér achter de vensterbank gedrapeerd zaten. Een enkele keer spreek ik haar maar weer eens aan. Ik krijg dan altijd een allerliefste glimlach als antwoord. Nooit meer dan dat. Toch zou ik haar nooit laten gaan. Sterker nog. Ze heeft deze week een loonsverhoging gekregen. Om de simpele reden dat ze erg betrouwbaar is. Ze heeft nog nooit iets gestolen. Zoals de muchacha’s die vóór haar in huis gewerkt hebben. Dat vertrouwen is mij zoveel waard. Meer dan ouderwets gedrapeerde gordijnen op mijn slaapkamer, het terug zoeken van mijn kleding, de strepen op mijn ramen, de ongevraagd verdwenen verjaardag slingers, de weggegooide notities van de eettafel of de duizend muizenafwasjes die ze doet.
- John Yorke
Elke week mag ik verhalen schrijven op deze plek. Ik vertél ook dikwijls verhalen. Aan mijn kinderen. Aan Mark. Aan vriendinnen. Wie het maar horen wil. Wanneer heb jij voor het laatst een verhaal verteld? Vandaag nog? Ik heb veel herinneringen. Meestal bijzondere, vind ik. Ik heb nu eenmaal geen doorsnee leven. Het leven van een zigeunerin. Ik ben een soort herinneringenfabriek. Mijn leven bestaat uit het maken van herinneringen. Soms voel ik me net mijn oude tante die ook barstensvol herinneringen zit. Stuk voor stuk interessante verhalen. Veelal uit oud Indië. Ik heb soms het gevoel dat ik ontplof als ik niet mijn verhaal kwijt kan. Ik vertel graag. Onze dochters luisteren met plezier. Vragen er soms om. “Vertel dat verhaal nog eens, mam!” Vooral herinneringen uit hun jonge jeugd vinden ze fijn. Verhalen maken ons mens. Ze helpen ons door moeilijke tijden heen. Ze verbinden ons met elkaar. En met de wereld. Volgens sommigen heeft het zelfs een spirituele functie. Het brengt namelijk dingen samen, vormt ons. Maakt ons stil van binnen. Nu is het niet zo dat ik in het verleden leef. Juist niet. Ik doe erg mijn best om in het nu te leven. Nu iets over een droom. Onze droom. Onze toekomstdroom. Wij zijn bezig een oude Volkswagen bus te kopen. Zo’n hippie bus. Mijn dochters vinden mij een verbloemde hippie… De bus past bij me zeggen ze. Het punt is echter dat de bus eigenlijk voor Anthe is. Zij gaat namelijk binnenkort beginnen met autorijlessen. Ze gaat na de zomer naar de universiteit. Met de auto. We hebben dus een extra auto nodig. Dit is hét moment voor ons om een hippie bus te bemachtigen. We laten hem hier opknappen door een mannetje. Een nieuw likje verf, nieuwe bekleding, autoriemen, glanzende wieldoppen en wellicht een nieuwe motor. In een stad waar sinds jaar en dag een Volkswagen fabriek staat en waar het werkelijk stikt van de oude VW busjes in alle kleuren en uitvoeringen. Gustavo zoekt voor ons en regelmatig krijg ik foto’s doorgestuurd van hippie busjes. Binnenkort gaan we er een bekijken. Zo opwindend! Mijn échte grote droom is om er volgende zomer mee door Midden-Amerika te reizen. En daarna…daarna komt hij na een lange boottocht stoer op onze oprit in Breda te staan. Een bus vol verhalen en herinneringen…!
Je moet er maar net tegen kunnen, een vreemde in huis. Ze ruimt je spullen op die je net nodig had, gooit de etensresten weg die je wilde bewaren, draait ongevraagd een was en gebruikt je toilet. Met tijd en wijlen heb ik het weer even helemáál gehad met onze hulp. Julie probeert op de achtergrond te blijven en zichzelf onzichtbaar te maken. Dat waardeer ik. Maar sóms! Als we thuis komen uit school maken de meiden vaak nog een boterhammetje klaar of een kop soep. Ze zorgen dus voor afwas. Elke schooldag hetzelfde riedeltje. Elke schooldag gaat Julie precies afwassen als de meiden een rommeltje gaan maken. Na een half uurtje staat ze dus wéér af te wassen. En soms na een half uurtje wéér omdat een van hen niet zo snel is met het bordje weer naar achter te brengen. Daar kan ik heel slecht tegen. Die muizenafwasjes. Of elke week op woensdagochtend. Als ik van zumba les kom ga ik douchen en me aankleden. Elke woensdag hetzelfde riedeltje. Elke woensdag ruimt ze al mijn kleding op voordat ik boven kom. Elke keer pak ik dus kort daarna alles weer uit de kast om het aan te trekken. Heel irritant. Zo heeft ze ook maanden lang de gordijnen op onze slaapkamer achter de vensterbank gepropt. Op een manier zoals oude omaatjes dat doen. Ik heb ze dus maanden lang achter de vensterbank vandaan getrokken om vervolgens eind van de middag te ontdekken dat ze wéér achter de vensterbank gedrapeerd zaten. Een enkele keer spreek ik haar maar weer eens aan. Ik krijg dan altijd een allerliefste glimlach als antwoord. Nooit meer dan dat. Toch zou ik haar nooit laten gaan. Sterker nog. Ze heeft deze week een loonsverhoging gekregen. Om de simpele reden dat ze erg betrouwbaar is. Ze heeft nog nooit iets gestolen. Zoals de muchacha’s die vóór haar in huis gewerkt hebben. Dat vertrouwen is mij zoveel waard. Meer dan ouderwets gedrapeerde gordijnen op mijn slaapkamer, het terug zoeken van mijn kleding, de strepen op mijn ramen, de ongevraagd verdwenen verjaardag slingers, de weggegooide notities van de eettafel of de duizend muizenafwasjes die ze doet.
dinsdag 24 maart 2015
Thuisgevoel
The ache for home lives in all of us. The safe place where we can go as we are and not be questioned.
― Maya Angelou
Mijn Bredase vriendin heeft onlangs een huis gekocht. Vlakbij bij ons huis. Over Skype praten we erover. Ze zegt me dat ze zich in haar tijdelijke huurhuis nooit écht heeft thuis gevoeld. Ze vraagt me of ik dat herken. Eigenlijk niet. We wonen nu bijna drie jaar in ons gehuurde huis met jungletuin vol kolibries, één eekhoorntje, buidelratten en honderden salamanders en muizen. Op de achtergrond het gekrijs van papegaaien en soms het ruizen van de rivier. We voelen ons er thuis. Ik kom er écht thuis. Een gevoel. De lichtinval, onze meubels, de vazen met bloemen en alles wat we hier meegemaakt hebben. Goede dingen en slechte dingen. Wanneer voel je je ergens thuis? Wat is eigenlijk een thuisgevoel? Allereerst betekent dat voor mij de vertrouwdheid. De geuren en geluiden rondom en in ons huis. De weg kennen. De gezichten uit de colonia kennen waar we wonen. Ook die van de groenteboer en de straatventer waar we verse sap kopen. Thuisgevoel is ook gerelateerd aan veilig voelen denk ik. En comfort. Ik vind het heerlijk om hier thuis te komen. Vooral doordeweeks als ik lekker even een uurtje het huis voor mezelf heb. Het is een gevoel. Het antwoord op de vraag “Waar kom je vandaan?” is ook een gevoel. Waar kom ik vandaan? Ik ben geboren in Haarlem. Ik heb er welgeteld de eerste zes weken van mijn leven gewoond totdat we verhuisden naar de stad Groningen. Mijn vader vond daar een baan bij Wolters Noordhoff. Ik heb niet zoveel gevoel bij Haarlem. Mijn opa en oma woonden er. Mijn familie woont er ook in de buurt. Ik voel me er echter niet thuis. Ik weet er nauwelijks de weg. Ook al heb ik er al mijn rijlessen gevolgd en heb ik daar mijn rijbewijs gehaald. Groningen voelt meer thuis misschien. Alhoewel ik deze studentenstad alweer voor mijn tiende verjaardag verliet. We vertrokken naar zo’n kale nieuwbouwwijk in West-Friesland. De helft van mijn nieuwe schoolklas praatte plat Amsterdams. Mijn Gronings dialect raakte ik snel kwijt. Misschien dat ik daarom ook geen thuisgevoel heb bij Groningen. Ik versta het taaltje niet meer… West-Fries heb ik nooit willen praten. Een Amsterdams accent ben ik echter nooit helemaal kwijt geraakt. Nog steeds wordt mij in Breda gevraagd waar ik vandaan kom. Meteen is duidelijk dat ik geen zacht Brabantse tongval heb meegekregen. “Waar kom je vandaan?” is dus een moeilijke vraag voor mij. Hier in México is het antwoord heel simpel. Ik kom uit Nederland. Ik heb gestudeerd in Amsterdam en ik ben er ook getrouwd. Heel eenvoudig. Heel goed te begrijpen voor een Mexicaan. Ze hebben er een beeld bij. Ik héb ook wel een thuisgevoel in Amsterdam. Ik heb er tien jaar doorgebracht. Allereerst aan de universiteit en vervolgens mijn eerste baan en ons geweldige benedenhuis met tuin. Het meeste gevoel heb ik toch in Breda. De stad waar we neergestreken zijn toen we met twee dochters terug kwamen uit het buitenland. De stad waar Maren geboren is. De stad waar we al meer dan twaalf jaar een heel fijn huis hebben. Ook al wonen we er nooit zo erg lang. In Puebla zullen we wellicht langer wonen dan waar we ooit gewoond hebben als gezin. Thuis.
Een doorsnee vrijdagmiddag. Inden is om vier uur de bioscoop ingelopen met vier vriendinnen. Ze kijkt voor de tweede keer de film Cinderella. Ze is uit school meegereden met een vriendinnetje. Mark zit om dezelfde tijd eíndelijk achter zijn bureau om aan zijn afscheidsbrief te werken. De laatste dagen is het erg druk geweest op zijn werk. Het afscheid van zijn overleden collega uit Nederland kan echter niet wachten. De brief aan de nabestaanden moet nú geschreven worden. Mark's tekst zal voorgelezen worden tijdens de crematie. Maren en Dayra zitten op dát moment bij ons thuis op Maren's bed nageltjes te lakken. Op hetzelfde moment dansen Anthe en ik beneden in de keuken op de grootste hit van Kiss. I was made for loving you. We zijn samen een Hollandse boterkoek aan het bakken. De boterkoek staat al in de oven. Het is precies half vijf als Maren en Dayra overstuur de keuken binnen komen rennen. We hebben ze niet horen gillen boven. De muziek stond te luid. Er was een aardbeving toen ze boven op het bed zaten! México schudde! Mijn telefoon rinkelt. Het is Mark. We moeten meteen buiten in de tuin gaan staan. Hij staat ook met al het personeel buiten. Mijn telefoon gaat weer. Inden meldt dat ze buiten het winkelcentrum staat met al het winkelend publiek en de bioscoopgangers. Er zijn speciaal aangewezen veilige verzamelpunten. Het duurt een half uur voordat op Mark’s fabriek eindelijk het sein 'veilig' gegeven wordt en iedereen weer naar binnen mag. Mark is een half uur kwijt die hij geconcentreerd aan zijn brief had willen besteden. Na een kwartier mag Inden terug naar de bioscoopzaal. De film is gewoon doorgelopen tijdens de beving. Na een paar minuten wordt de film gelukkig een half uurtje terug gedraaid. Ik sta in de tussentijd met Anthe, Maren en Dayra tussen de bananenbomen in onze tuin. Anthe en ik hebben gek genoeg helemaal niks gevoeld. We stonden te zingen en te springen in de keuken. Tóch had de trilling een sterkte van 5,5 op de schaal van Richter. Het epicentrum lag veertig kilometer van onze stad. In de hoofdstad werden de schokken ook gevoeld. De kantoren stroomden leeg. Iedereen rende de straten op. Na tien minuten zonder naschokken ga ik met de meiden weer naar binnen. We spreken af onder welke deurposten we gaan staan als er een naschok komt. Ik stuur een 'app naar mijn Nederlandse vriendin. Haar eerste beving in México. Ze heeft het compleet gemist. Ze baalt. Ik kan haar geruststellen. Elk jaar in maart worden we op een aantal aardbevingen getrakteerd. Ze kijkt er nu al naar uit.
― Maya Angelou
Mijn Bredase vriendin heeft onlangs een huis gekocht. Vlakbij bij ons huis. Over Skype praten we erover. Ze zegt me dat ze zich in haar tijdelijke huurhuis nooit écht heeft thuis gevoeld. Ze vraagt me of ik dat herken. Eigenlijk niet. We wonen nu bijna drie jaar in ons gehuurde huis met jungletuin vol kolibries, één eekhoorntje, buidelratten en honderden salamanders en muizen. Op de achtergrond het gekrijs van papegaaien en soms het ruizen van de rivier. We voelen ons er thuis. Ik kom er écht thuis. Een gevoel. De lichtinval, onze meubels, de vazen met bloemen en alles wat we hier meegemaakt hebben. Goede dingen en slechte dingen. Wanneer voel je je ergens thuis? Wat is eigenlijk een thuisgevoel? Allereerst betekent dat voor mij de vertrouwdheid. De geuren en geluiden rondom en in ons huis. De weg kennen. De gezichten uit de colonia kennen waar we wonen. Ook die van de groenteboer en de straatventer waar we verse sap kopen. Thuisgevoel is ook gerelateerd aan veilig voelen denk ik. En comfort. Ik vind het heerlijk om hier thuis te komen. Vooral doordeweeks als ik lekker even een uurtje het huis voor mezelf heb. Het is een gevoel. Het antwoord op de vraag “Waar kom je vandaan?” is ook een gevoel. Waar kom ik vandaan? Ik ben geboren in Haarlem. Ik heb er welgeteld de eerste zes weken van mijn leven gewoond totdat we verhuisden naar de stad Groningen. Mijn vader vond daar een baan bij Wolters Noordhoff. Ik heb niet zoveel gevoel bij Haarlem. Mijn opa en oma woonden er. Mijn familie woont er ook in de buurt. Ik voel me er echter niet thuis. Ik weet er nauwelijks de weg. Ook al heb ik er al mijn rijlessen gevolgd en heb ik daar mijn rijbewijs gehaald. Groningen voelt meer thuis misschien. Alhoewel ik deze studentenstad alweer voor mijn tiende verjaardag verliet. We vertrokken naar zo’n kale nieuwbouwwijk in West-Friesland. De helft van mijn nieuwe schoolklas praatte plat Amsterdams. Mijn Gronings dialect raakte ik snel kwijt. Misschien dat ik daarom ook geen thuisgevoel heb bij Groningen. Ik versta het taaltje niet meer… West-Fries heb ik nooit willen praten. Een Amsterdams accent ben ik echter nooit helemaal kwijt geraakt. Nog steeds wordt mij in Breda gevraagd waar ik vandaan kom. Meteen is duidelijk dat ik geen zacht Brabantse tongval heb meegekregen. “Waar kom je vandaan?” is dus een moeilijke vraag voor mij. Hier in México is het antwoord heel simpel. Ik kom uit Nederland. Ik heb gestudeerd in Amsterdam en ik ben er ook getrouwd. Heel eenvoudig. Heel goed te begrijpen voor een Mexicaan. Ze hebben er een beeld bij. Ik héb ook wel een thuisgevoel in Amsterdam. Ik heb er tien jaar doorgebracht. Allereerst aan de universiteit en vervolgens mijn eerste baan en ons geweldige benedenhuis met tuin. Het meeste gevoel heb ik toch in Breda. De stad waar we neergestreken zijn toen we met twee dochters terug kwamen uit het buitenland. De stad waar Maren geboren is. De stad waar we al meer dan twaalf jaar een heel fijn huis hebben. Ook al wonen we er nooit zo erg lang. In Puebla zullen we wellicht langer wonen dan waar we ooit gewoond hebben als gezin. Thuis.
Een doorsnee vrijdagmiddag. Inden is om vier uur de bioscoop ingelopen met vier vriendinnen. Ze kijkt voor de tweede keer de film Cinderella. Ze is uit school meegereden met een vriendinnetje. Mark zit om dezelfde tijd eíndelijk achter zijn bureau om aan zijn afscheidsbrief te werken. De laatste dagen is het erg druk geweest op zijn werk. Het afscheid van zijn overleden collega uit Nederland kan echter niet wachten. De brief aan de nabestaanden moet nú geschreven worden. Mark's tekst zal voorgelezen worden tijdens de crematie. Maren en Dayra zitten op dát moment bij ons thuis op Maren's bed nageltjes te lakken. Op hetzelfde moment dansen Anthe en ik beneden in de keuken op de grootste hit van Kiss. I was made for loving you. We zijn samen een Hollandse boterkoek aan het bakken. De boterkoek staat al in de oven. Het is precies half vijf als Maren en Dayra overstuur de keuken binnen komen rennen. We hebben ze niet horen gillen boven. De muziek stond te luid. Er was een aardbeving toen ze boven op het bed zaten! México schudde! Mijn telefoon rinkelt. Het is Mark. We moeten meteen buiten in de tuin gaan staan. Hij staat ook met al het personeel buiten. Mijn telefoon gaat weer. Inden meldt dat ze buiten het winkelcentrum staat met al het winkelend publiek en de bioscoopgangers. Er zijn speciaal aangewezen veilige verzamelpunten. Het duurt een half uur voordat op Mark’s fabriek eindelijk het sein 'veilig' gegeven wordt en iedereen weer naar binnen mag. Mark is een half uur kwijt die hij geconcentreerd aan zijn brief had willen besteden. Na een kwartier mag Inden terug naar de bioscoopzaal. De film is gewoon doorgelopen tijdens de beving. Na een paar minuten wordt de film gelukkig een half uurtje terug gedraaid. Ik sta in de tussentijd met Anthe, Maren en Dayra tussen de bananenbomen in onze tuin. Anthe en ik hebben gek genoeg helemaal niks gevoeld. We stonden te zingen en te springen in de keuken. Tóch had de trilling een sterkte van 5,5 op de schaal van Richter. Het epicentrum lag veertig kilometer van onze stad. In de hoofdstad werden de schokken ook gevoeld. De kantoren stroomden leeg. Iedereen rende de straten op. Na tien minuten zonder naschokken ga ik met de meiden weer naar binnen. We spreken af onder welke deurposten we gaan staan als er een naschok komt. Ik stuur een 'app naar mijn Nederlandse vriendin. Haar eerste beving in México. Ze heeft het compleet gemist. Ze baalt. Ik kan haar geruststellen. Elk jaar in maart worden we op een aantal aardbevingen getrakteerd. Ze kijkt er nu al naar uit.
dinsdag 17 maart 2015
Lichtvoetig
In our country we call this type of mother love, teng ai. My son has told me that in writing it is composed of two characters. The first means pain; the second means love. That is a mother's love.
― Lisa See
Een Mexicaanse moeder rent op haar hakjes voorbij over een stoep die schots en scheef ligt. Aan iedere hand trekt ze een kind voort die op zijn beurt weer een hippe ZÜCA rugtas voortsleept. Bij zo’n beeld lopen de tranen over mijn wangen. Het is twee minuten voor acht en de deur van school sluit onherroepelijk over twee minuten. Ze doet zó haar best om haar kinderen op tijd binnen te krijgen! Ik herken mezelf. Ik heb net een minuut geleden onze jongste afgezet op de hoek van de straat. Zenuwachtig zat ze op de achterbank. Kriebel in haar buik. Sportoutfit aan. Rugzak met wieltjes, fles water onder haar arm en een lunch tas onder haar andere arm. Ze moest de grote parkeerplaats van school over rennen om op tijd de schooldeur binnen te glippen. Ik kon haar niet nakijken. Alleen hopen dat ze hard genoeg gerend had. Ik moest namelijk meteen doorrijden. Toen ik een minuutje stopte om haar uit te laten stappen stonden de auto’s achter mij al te toeteren. Sinds kort is de zomertijd ingegaan op school. In de winter mogen ze een half uur later starten zodat de kindertjes het niet te koud hebben zo vroeg in de ochtend. Dat was heel relaxt. Vaak lazen we samen nog even uit Lena Lijstje. In mijn geparkeerde auto. Of we deden haar haar nog even. Nu is het zó druk op straat vlak voor acht uur dat het geen doorkomen aan is. Stress! We hebben gewoon wat meer tijd nodig om te wennen aan het nieuwe regime. Daarnaast is oudste dochter met examens begonnen. Ze rijdt nu ook met ons mee. In de ochtend. Ook mijn middagrondje is totaal in de war. Anthe belt elke dag op een vreemde tijd dat ze opgehaald kan worden. Dat lukt me bijna nooit. Ze moet altijd wachten. Als ze erg lang moet wachten mag ze naar de Starbucks lopen en daar wat gaan drinken. Ik bel haar als ik bijna bij de grote doorgaande weg ben waar ze in de berm moet gaan staan. Ik rijd bumper aan bumper over deze weg. Als ik oudste in het vizier krijg sein ik even, gooien we de zijdeur open en stapt ze vliegensvlug in. Dat lukt tot nu toe nog altijd. Vervolgens rijden we rustig verder tot aan de grote fontein waar we op de rotonde af kunnen slaan om in normaal tempo naar huis te rijden. Je kunt niet te lichtvoetig denken over de verantwoordelijkheid van een chauffeuse!
Lichtvoetig mag je ook zeker niet denken over de feestelijkheden rondom de diploma uitreiking van oudste dochter. Over drie maanden studeert ze af op haar Amerikaanse school. Dat heeft heel wat voeten in de aarde. Vóór haar diploma uitreiking gaat ze namelijk ook nog drie weken door Europa treinen. Daarom zijn we al een beetje begonnen met de voorbereidingen voor de officiële ceremonie. In de ochtend zal ze haar diploma krijgen uitgereikt. De studenten dragen een toga over hun formele kleding en zoals iedereen wel eens heeft gezien zullen ze na de ceremonie hun hoed in de lucht gooien. Dezelfde avond vindt er een heel formeel diner-dansant plaats waarbij de ouders ook aanwezig zullen zijn. Een tijd terug hebben we al heel keurig entreekaarten hiervoor besteld. Tot deze week heb ik daar verder geen aandacht meer aan besteed. Totdat mijn vriendin terloops liet ontvallen dat ze een lange feestjurk laat maken voor deze avond…. Túúrlijk zijn we voor oudste dochtere al flink bezig met haar droomjurk voor prom night. Ze heeft een ontwerp en kleur uitgekozen. We hebben een naaister gevonden die de jurk gaat maken zoals dochterlief het in gedachten heeft. Maar dat ik…. dat ik dus óók zo’n jurk aan zal moeten trekken…daar heb ik nooit aan gedacht! Ik ben lichtelijk in paniek. Ik wil helemaal niet zo’n lange jurk! Het is tenslotte de avond van onze oudste. Zij is het middelpunt. Ik heb nog een krijtstreep herenpak in mijn kast hangen uit de tijd dat ik accountmanager was bij een groot internationaal bedrijf. Tot mijn groot genoegen zit het pak nog als gegoten. Dochterlief keurt hem echter resoluut af. Er zitten schoudervullingen in het colbertje. Als ik eens kritisch in de spiegel kijk zie ik het ook. Het grijze herenkostuum oogt ouderwets. We hadden haar nog niet eens toen ik het herenpak in de Rotterdamse koopgoot aanschafte. Dat moet bijna achttien jaar geleden zijn… Ik schiet nog wel wat boetiekjes binnen. Trends komen en gaan. Ik zal er op uit moeten. Ik zal een feestelijke en formele jurk moeten vinden voor mijn eerste ‘prom night’!
― Lisa See
Een Mexicaanse moeder rent op haar hakjes voorbij over een stoep die schots en scheef ligt. Aan iedere hand trekt ze een kind voort die op zijn beurt weer een hippe ZÜCA rugtas voortsleept. Bij zo’n beeld lopen de tranen over mijn wangen. Het is twee minuten voor acht en de deur van school sluit onherroepelijk over twee minuten. Ze doet zó haar best om haar kinderen op tijd binnen te krijgen! Ik herken mezelf. Ik heb net een minuut geleden onze jongste afgezet op de hoek van de straat. Zenuwachtig zat ze op de achterbank. Kriebel in haar buik. Sportoutfit aan. Rugzak met wieltjes, fles water onder haar arm en een lunch tas onder haar andere arm. Ze moest de grote parkeerplaats van school over rennen om op tijd de schooldeur binnen te glippen. Ik kon haar niet nakijken. Alleen hopen dat ze hard genoeg gerend had. Ik moest namelijk meteen doorrijden. Toen ik een minuutje stopte om haar uit te laten stappen stonden de auto’s achter mij al te toeteren. Sinds kort is de zomertijd ingegaan op school. In de winter mogen ze een half uur later starten zodat de kindertjes het niet te koud hebben zo vroeg in de ochtend. Dat was heel relaxt. Vaak lazen we samen nog even uit Lena Lijstje. In mijn geparkeerde auto. Of we deden haar haar nog even. Nu is het zó druk op straat vlak voor acht uur dat het geen doorkomen aan is. Stress! We hebben gewoon wat meer tijd nodig om te wennen aan het nieuwe regime. Daarnaast is oudste dochter met examens begonnen. Ze rijdt nu ook met ons mee. In de ochtend. Ook mijn middagrondje is totaal in de war. Anthe belt elke dag op een vreemde tijd dat ze opgehaald kan worden. Dat lukt me bijna nooit. Ze moet altijd wachten. Als ze erg lang moet wachten mag ze naar de Starbucks lopen en daar wat gaan drinken. Ik bel haar als ik bijna bij de grote doorgaande weg ben waar ze in de berm moet gaan staan. Ik rijd bumper aan bumper over deze weg. Als ik oudste in het vizier krijg sein ik even, gooien we de zijdeur open en stapt ze vliegensvlug in. Dat lukt tot nu toe nog altijd. Vervolgens rijden we rustig verder tot aan de grote fontein waar we op de rotonde af kunnen slaan om in normaal tempo naar huis te rijden. Je kunt niet te lichtvoetig denken over de verantwoordelijkheid van een chauffeuse!
Lichtvoetig mag je ook zeker niet denken over de feestelijkheden rondom de diploma uitreiking van oudste dochter. Over drie maanden studeert ze af op haar Amerikaanse school. Dat heeft heel wat voeten in de aarde. Vóór haar diploma uitreiking gaat ze namelijk ook nog drie weken door Europa treinen. Daarom zijn we al een beetje begonnen met de voorbereidingen voor de officiële ceremonie. In de ochtend zal ze haar diploma krijgen uitgereikt. De studenten dragen een toga over hun formele kleding en zoals iedereen wel eens heeft gezien zullen ze na de ceremonie hun hoed in de lucht gooien. Dezelfde avond vindt er een heel formeel diner-dansant plaats waarbij de ouders ook aanwezig zullen zijn. Een tijd terug hebben we al heel keurig entreekaarten hiervoor besteld. Tot deze week heb ik daar verder geen aandacht meer aan besteed. Totdat mijn vriendin terloops liet ontvallen dat ze een lange feestjurk laat maken voor deze avond…. Túúrlijk zijn we voor oudste dochtere al flink bezig met haar droomjurk voor prom night. Ze heeft een ontwerp en kleur uitgekozen. We hebben een naaister gevonden die de jurk gaat maken zoals dochterlief het in gedachten heeft. Maar dat ik…. dat ik dus óók zo’n jurk aan zal moeten trekken…daar heb ik nooit aan gedacht! Ik ben lichtelijk in paniek. Ik wil helemaal niet zo’n lange jurk! Het is tenslotte de avond van onze oudste. Zij is het middelpunt. Ik heb nog een krijtstreep herenpak in mijn kast hangen uit de tijd dat ik accountmanager was bij een groot internationaal bedrijf. Tot mijn groot genoegen zit het pak nog als gegoten. Dochterlief keurt hem echter resoluut af. Er zitten schoudervullingen in het colbertje. Als ik eens kritisch in de spiegel kijk zie ik het ook. Het grijze herenkostuum oogt ouderwets. We hadden haar nog niet eens toen ik het herenpak in de Rotterdamse koopgoot aanschafte. Dat moet bijna achttien jaar geleden zijn… Ik schiet nog wel wat boetiekjes binnen. Trends komen en gaan. Ik zal er op uit moeten. Ik zal een feestelijke en formele jurk moeten vinden voor mijn eerste ‘prom night’!
dinsdag 10 maart 2015
Make a dragon wanna retire
Als je besluit vast staat om vreugde in jezelf te vinden, zul je het vroeg of laat ook vinden.
- Paramahansa Yogananda
Loeihard buldert de salsamuziek door de danszaal. Ook door de open ramen naar buiten. Normaal gesproken zou ik mijn vingers in mijn oren proppen bij deze geluidssterkte. Ik ben hier echter om zumba te dansen en daar hoort dit volume nu eenmaal bij. Geweldige Spaanstalige liedjes. Hits van afgelopen zomer galmen door de boxen. Na een paar maanden herken ik wel wat basis dansstappen en ook een basisritme. Ik begin zelfs wat teksten mee te zingen. Af en toe. Ik zing sowieso elke dag. Zoals elke ochtend in de auto met Inden en Maren. We zingen de heerlijke hit Bailando van Enrique Iglesias.(wel helemaal in het Spaans natuurlijk, niet de Engelse versie!) die mij telkens terugbrengt naar Cuba… Of de ballade van Sam Smith I know I’m not the only one. Als Anthe in de auto mee rijdt dan zingen we niet. Ten eerste omdat ze niet van populaire popmuziek houdt, ze houdt meer van hardrock zoals haar vader, maar ook omdat ze het verschrikkelijk vindt om ons mee te horen blèren. Met de ramen open. Van Inden moeten we trouwens ook altijd stoppen met zingen als we in de buurt van haar school komen. ‘Wellicht zitten er mensen in de auto ’s om ons heen die ons herkennen.’ Thuis vindt Anthe het ook niet leuk als we hard meezingen. Inden en Maren houden juist heel erg van meezingen. Met programma’s als Karaoke Party op internet. Uren zingen ze samen. Of met vriendinnen. Op het ogenblik worden we op de radio overdonderd met de nieuwste hit van Bruno Mars. Het nummer Uptown Funk werkt zo aanstekelijk! We dansen en bewegen thuis lekker mee met het YouTube filmpje. Tot groot ongenoegen van Anthe. Thuis én in de auto. Anthe luistert echter wel graag naar muziek voor het slapen gaan. Op haar iPod. In plaats van slaapliedjes. Zoals we heel lang geleden voor haar zongen. Maar dan wat modernere versies van Imagine Dragons of Bon Jovi. Net als haar vader. Muziek ontspant eenieder.
Oeps. We hebben er maanden niet aan gedacht. Heel soms is het wel even door mijn hoofd geschoten. Niet meer dan dat. Geen actie ondernomen. We zijn het ook niet gewend. Nu zijn we te laat. Of misschien nog nét op tijd. Als we de douche nu aanzetten moeten we een halve minuut wachten voordat er koud water uit de douchekop stroomt. Er kómt tenminste water uit de douche. Zakken van vijfentwintig kilo zeezout zouden we elke maand in een groot vat moeten storten. Het behoort tot het waterzuiveringsinstallatie van ons huis. México staat bekend om zijn onzuivere water. Ziekmakers. Nooit zul je hier iemand uit de kraan zien drinken! Ik haal wekelijks een aantal vijf liter waterflessen voor in de keuken, een sixpack van 1,5 liter flessen voor mee in de auto, een sixpack van 1 literflessen om mee te nemen naar het park en een tray van dertig kleine flesjes voor school en in mijn handtas. Water is een issue hier. In Nederland hebben we nog nooit zóveel water gedronken! In huis zuiveren we dus water met zeezout. Water voor de wasmachine, de douche en de afwasmachine. Dit water gebruikt ik nooit om thee mee te zetten. Veel te zout! Ook al is het gekookt en dus veilig water. Het water droogt ook mijn haar en huid uit. Een heel enkele keer worden we nog ziek van een etentje buiten de deur. Groenten gewassen met kraanwater. Hier in México spreekt men dan van de wraak van Montezuma. De vloek verwijst naar Moctezuma II, de heerser van de Azteekse beschaving van 1502 tot 1520. Hij werd verslagen door Hernán Cortés, de Spaanse overheerser. De witte Spanjaarden hebben de Azteken tot slaaf gemaakt en uiteindelijk het Azteekse volk uitgeroeid. Er wordt gezegd dat wanneer een blanke diarree heeft tijdens zijn bezoek aan México, hij onder de toorn van de wraak van Montezuma lijdt. Gelukkig blijft ons die vloek voortdurend bespaard.
- Paramahansa Yogananda
Loeihard buldert de salsamuziek door de danszaal. Ook door de open ramen naar buiten. Normaal gesproken zou ik mijn vingers in mijn oren proppen bij deze geluidssterkte. Ik ben hier echter om zumba te dansen en daar hoort dit volume nu eenmaal bij. Geweldige Spaanstalige liedjes. Hits van afgelopen zomer galmen door de boxen. Na een paar maanden herken ik wel wat basis dansstappen en ook een basisritme. Ik begin zelfs wat teksten mee te zingen. Af en toe. Ik zing sowieso elke dag. Zoals elke ochtend in de auto met Inden en Maren. We zingen de heerlijke hit Bailando van Enrique Iglesias.(wel helemaal in het Spaans natuurlijk, niet de Engelse versie!) die mij telkens terugbrengt naar Cuba… Of de ballade van Sam Smith I know I’m not the only one. Als Anthe in de auto mee rijdt dan zingen we niet. Ten eerste omdat ze niet van populaire popmuziek houdt, ze houdt meer van hardrock zoals haar vader, maar ook omdat ze het verschrikkelijk vindt om ons mee te horen blèren. Met de ramen open. Van Inden moeten we trouwens ook altijd stoppen met zingen als we in de buurt van haar school komen. ‘Wellicht zitten er mensen in de auto ’s om ons heen die ons herkennen.’ Thuis vindt Anthe het ook niet leuk als we hard meezingen. Inden en Maren houden juist heel erg van meezingen. Met programma’s als Karaoke Party op internet. Uren zingen ze samen. Of met vriendinnen. Op het ogenblik worden we op de radio overdonderd met de nieuwste hit van Bruno Mars. Het nummer Uptown Funk werkt zo aanstekelijk! We dansen en bewegen thuis lekker mee met het YouTube filmpje. Tot groot ongenoegen van Anthe. Thuis én in de auto. Anthe luistert echter wel graag naar muziek voor het slapen gaan. Op haar iPod. In plaats van slaapliedjes. Zoals we heel lang geleden voor haar zongen. Maar dan wat modernere versies van Imagine Dragons of Bon Jovi. Net als haar vader. Muziek ontspant eenieder.
Oeps. We hebben er maanden niet aan gedacht. Heel soms is het wel even door mijn hoofd geschoten. Niet meer dan dat. Geen actie ondernomen. We zijn het ook niet gewend. Nu zijn we te laat. Of misschien nog nét op tijd. Als we de douche nu aanzetten moeten we een halve minuut wachten voordat er koud water uit de douchekop stroomt. Er kómt tenminste water uit de douche. Zakken van vijfentwintig kilo zeezout zouden we elke maand in een groot vat moeten storten. Het behoort tot het waterzuiveringsinstallatie van ons huis. México staat bekend om zijn onzuivere water. Ziekmakers. Nooit zul je hier iemand uit de kraan zien drinken! Ik haal wekelijks een aantal vijf liter waterflessen voor in de keuken, een sixpack van 1,5 liter flessen voor mee in de auto, een sixpack van 1 literflessen om mee te nemen naar het park en een tray van dertig kleine flesjes voor school en in mijn handtas. Water is een issue hier. In Nederland hebben we nog nooit zóveel water gedronken! In huis zuiveren we dus water met zeezout. Water voor de wasmachine, de douche en de afwasmachine. Dit water gebruikt ik nooit om thee mee te zetten. Veel te zout! Ook al is het gekookt en dus veilig water. Het water droogt ook mijn haar en huid uit. Een heel enkele keer worden we nog ziek van een etentje buiten de deur. Groenten gewassen met kraanwater. Hier in México spreekt men dan van de wraak van Montezuma. De vloek verwijst naar Moctezuma II, de heerser van de Azteekse beschaving van 1502 tot 1520. Hij werd verslagen door Hernán Cortés, de Spaanse overheerser. De witte Spanjaarden hebben de Azteken tot slaaf gemaakt en uiteindelijk het Azteekse volk uitgeroeid. Er wordt gezegd dat wanneer een blanke diarree heeft tijdens zijn bezoek aan México, hij onder de toorn van de wraak van Montezuma lijdt. Gelukkig blijft ons die vloek voortdurend bespaard.
dinsdag 3 maart 2015
Daar waar je struikelt
Daar waar je struikelt, ligt je schat.
- Mieke Bouma
Zonder bril schrijf ik dit stukje. Voorlopig krijg ik nog geen nieuwe bril. Als er iets misloopt in je leven wordt het pas echt interessant. Je schat is dan de kans om te groeien als mens. Om te laten zien wat je waard bent. Vaak tot je eigen verbazing. Wist ik dat ik het in me had om zo snel en accuraat te reageren? Had ik gedacht dat ik zoveel vriendelijke hulp zou krijgen? Twee weken geleden werd ik al op de proef gesteld met Maren’s val op de trampoline. Gevolgd door een ritje met de ambulance. Maar afgelopen week nóg een proef! Na mijn wandeluurtje in het park loop ik niets vermoedend terug naar mijn auto. Ik luister ondertussen naar nieuwe muziek op mijn iPod . Ergens sla ik onbewust op dat er veel mannen aan de andere kant van mijn auto staan. Ik doe er echter niks mee. Ik open mijn deur, pak mijn fles water op de passagiersstoel en merk eigenlijk dan pas op dat ze wel héél dicht bij mijn Jeep staan. Ik loop naar de andere kant en dan zie ik het plots. Allemaal donkerbruin glas op de grond. Een flashback. Mijn achterraam is kapot geslagen. Mijn tas is er uit gestolen met alles wat daarin zat. Allemaal spulletjes die te vervangen zijn. Dat vervangen kost echter zo ongelofelijk veel tijd! Ik bel Mark met de mobiel van de agent. Eerlijk gezegd het enige nummer dat ik uit mijn hoofd ken. Mark blokkeert meteen onze bankpas. Ook regelt hij nieuwe huissloten. Zijn secretaresse regelt dat onze verzekering dezelfde dag voor een nieuw raam in mijn auto zorgt. Wie zet een auto zonder achterraam buiten op straat? Mark’s secretaresse regelt de volgende dag een bezoek met een jurist aan het Openbaar Ministerie. Ik duikel thuis mijn oude telefoontje weer op en een oud SIM kaartje. Zonder telefoon kan ik geen dag leven hier in México met drie kinderen op drie scholen. Die avond bestel ik een nieuwe bril. Tien dagen levertijd. Jurist Daniel laat me de volgende ochtend een uur wachten op straat. Hij blijkt geen woord Engels te spreken. Goed begin. Hij brengt me naar een officieel gebouw werkelijk in the middle of nowhere gelegen. Midden in de gortdroge, geelgekleurde campo. Net een woestijn. Een scene uit ‘Breaking Bad’ komt me voor ogen. Er staat een oude, gammele, zwarte kever geparkeerd met twee grote hakenkruizen erop geschilderd. Alles ruikt hier naar criminaliteit. Binnen hangen overal posters met foto’s van misdadigers of vermisten. Een jongetje van dertien jaar is al sinds 2013 vermist. Arm kind. Arme ouders. Jurist Daniel kent de officier van justitie en zo werkt dat dus hier in México. Ze hebben ooit samen gestudeerd en dus kan hij zonder afspraak even binnen wippen voor een acta. Voor mij. Na een tijdje op de gang te hebben gestaan mogen we naar binnen. Vage ruimte met kale muren en veel opgestapelde verhuisdozen. Drie verdwaalde tafeltjes in een veel te grote ruimte. Ramen dichtgeplakt met papier. “Wat doe ik hier?” vraag ik me af terwijl Daniel de officier omhelst, kust en herinneringen met haar ophaalt van oude medestudenten. Na een uur krijg ik drie originele, gestempelde, geparafeerde en ondertekende acta’s mee naar huis. Elk ander krijgt er één mee. Mijn jurist heeft geritseld dat ik er drie mee naar huis krijg. Wel handig want ik moet het overhandigen in het geval de politie om mijn rijbewijs vraagt. Ik moet het ook overhandigen als ik ga reizen omdat mijn verblijfsvergunning gestolen is. Ik moet het ook meesturen naar Nederland voor het aanvragen van een nieuw rijbewijs. Ik heb het óók nog nodig voor het aanvragen van een Mexicaans rijbewijs. Na een rondje handen schudden en schouderkloppen uitdelen door Daniel ben ik blij als ik met de acta’s op schoot naast hem weer naar huis rijd. Op naar mijn volgende klus: een nieuwe telefoon uitzoeken.
Zaterdagochtend gaan we saampjes naar de hoofdstad. Mark en ik. We gaan voor een serieuze reden. Maar als dat rond lunchtijd achter de rug is gaan we samen lunchen in een oud pandje in een leuk wijkje. Mariachi’s staan onder ons raam – we zitten boven – muziek te maken. Daarna sluiten we aan in de rij voor het museum. We gaan eindelijk het huis van Mexicaans icoon Frida Kahlo bezoeken! Haar blauwe huis waar ze geboren én overleden is staat al heel lang op mijn lijstje om te bekijken. Terwijl we in haar patio staan kunnen we twee kanten op. De tijdelijke tentoonstelling bestaat uit haar typische kleding. Lange rokken, veel vrolijke kleuren en altijd bloemen in haar zwarte haar. (zie ons fotoalbum) Ook het hulpstuk voor haar been en wat korsetten staan in een vitrine. Ze had zoveel pech in haar korte leven. Op haar zesde kreeg Frida polio waardoor haar been niet meer groeide. En toen ze achttien was kreeg de bus waar ze in zat een ongeluk met een tram. Een stuk stalen leuning drong haar lichaam binnen. Maandenlang moest ze in bed blijven, ingekapseld in pleisters en verband, vechtend tegen de pijn. Ze besloot om te gaan schilderen. Frida's moeder liet spiegels aan haar ziekbed vastmaken zodat Frida zichzelf kon schilderen. Deze bedden met spiegels konden we zien in haar ouderlijk huis. Ook haar felgekleurde zelfportretten met de typische één lange wenkbrauw. Ondanks de hinder van korsetten en krukken kwam ze na haar herstel weer buiten en zocht ze vrienden op. Door het ongeluk kon ze geen kinderen krijgen. Ze trouwde, maar haar man Diego kreeg een verhouding met haar zus Christina. Later zou zij spreken van "twee zware ongelukken in mijn leven (...) één waarin een tram me aanreed, het andere was mijn man." Frida overleed in 1954, een week na haar 47e verjaardag. Ze liet een briefje achter met de tekst 'Ik hoop dat het einde vrolijk is en hoop nooit meer terug te keren'. Vermoedelijk heeft ze zelfmoord gepleegd.
- Mieke Bouma
Zonder bril schrijf ik dit stukje. Voorlopig krijg ik nog geen nieuwe bril. Als er iets misloopt in je leven wordt het pas echt interessant. Je schat is dan de kans om te groeien als mens. Om te laten zien wat je waard bent. Vaak tot je eigen verbazing. Wist ik dat ik het in me had om zo snel en accuraat te reageren? Had ik gedacht dat ik zoveel vriendelijke hulp zou krijgen? Twee weken geleden werd ik al op de proef gesteld met Maren’s val op de trampoline. Gevolgd door een ritje met de ambulance. Maar afgelopen week nóg een proef! Na mijn wandeluurtje in het park loop ik niets vermoedend terug naar mijn auto. Ik luister ondertussen naar nieuwe muziek op mijn iPod . Ergens sla ik onbewust op dat er veel mannen aan de andere kant van mijn auto staan. Ik doe er echter niks mee. Ik open mijn deur, pak mijn fles water op de passagiersstoel en merk eigenlijk dan pas op dat ze wel héél dicht bij mijn Jeep staan. Ik loop naar de andere kant en dan zie ik het plots. Allemaal donkerbruin glas op de grond. Een flashback. Mijn achterraam is kapot geslagen. Mijn tas is er uit gestolen met alles wat daarin zat. Allemaal spulletjes die te vervangen zijn. Dat vervangen kost echter zo ongelofelijk veel tijd! Ik bel Mark met de mobiel van de agent. Eerlijk gezegd het enige nummer dat ik uit mijn hoofd ken. Mark blokkeert meteen onze bankpas. Ook regelt hij nieuwe huissloten. Zijn secretaresse regelt dat onze verzekering dezelfde dag voor een nieuw raam in mijn auto zorgt. Wie zet een auto zonder achterraam buiten op straat? Mark’s secretaresse regelt de volgende dag een bezoek met een jurist aan het Openbaar Ministerie. Ik duikel thuis mijn oude telefoontje weer op en een oud SIM kaartje. Zonder telefoon kan ik geen dag leven hier in México met drie kinderen op drie scholen. Die avond bestel ik een nieuwe bril. Tien dagen levertijd. Jurist Daniel laat me de volgende ochtend een uur wachten op straat. Hij blijkt geen woord Engels te spreken. Goed begin. Hij brengt me naar een officieel gebouw werkelijk in the middle of nowhere gelegen. Midden in de gortdroge, geelgekleurde campo. Net een woestijn. Een scene uit ‘Breaking Bad’ komt me voor ogen. Er staat een oude, gammele, zwarte kever geparkeerd met twee grote hakenkruizen erop geschilderd. Alles ruikt hier naar criminaliteit. Binnen hangen overal posters met foto’s van misdadigers of vermisten. Een jongetje van dertien jaar is al sinds 2013 vermist. Arm kind. Arme ouders. Jurist Daniel kent de officier van justitie en zo werkt dat dus hier in México. Ze hebben ooit samen gestudeerd en dus kan hij zonder afspraak even binnen wippen voor een acta. Voor mij. Na een tijdje op de gang te hebben gestaan mogen we naar binnen. Vage ruimte met kale muren en veel opgestapelde verhuisdozen. Drie verdwaalde tafeltjes in een veel te grote ruimte. Ramen dichtgeplakt met papier. “Wat doe ik hier?” vraag ik me af terwijl Daniel de officier omhelst, kust en herinneringen met haar ophaalt van oude medestudenten. Na een uur krijg ik drie originele, gestempelde, geparafeerde en ondertekende acta’s mee naar huis. Elk ander krijgt er één mee. Mijn jurist heeft geritseld dat ik er drie mee naar huis krijg. Wel handig want ik moet het overhandigen in het geval de politie om mijn rijbewijs vraagt. Ik moet het ook overhandigen als ik ga reizen omdat mijn verblijfsvergunning gestolen is. Ik moet het ook meesturen naar Nederland voor het aanvragen van een nieuw rijbewijs. Ik heb het óók nog nodig voor het aanvragen van een Mexicaans rijbewijs. Na een rondje handen schudden en schouderkloppen uitdelen door Daniel ben ik blij als ik met de acta’s op schoot naast hem weer naar huis rijd. Op naar mijn volgende klus: een nieuwe telefoon uitzoeken.
Zaterdagochtend gaan we saampjes naar de hoofdstad. Mark en ik. We gaan voor een serieuze reden. Maar als dat rond lunchtijd achter de rug is gaan we samen lunchen in een oud pandje in een leuk wijkje. Mariachi’s staan onder ons raam – we zitten boven – muziek te maken. Daarna sluiten we aan in de rij voor het museum. We gaan eindelijk het huis van Mexicaans icoon Frida Kahlo bezoeken! Haar blauwe huis waar ze geboren én overleden is staat al heel lang op mijn lijstje om te bekijken. Terwijl we in haar patio staan kunnen we twee kanten op. De tijdelijke tentoonstelling bestaat uit haar typische kleding. Lange rokken, veel vrolijke kleuren en altijd bloemen in haar zwarte haar. (zie ons fotoalbum) Ook het hulpstuk voor haar been en wat korsetten staan in een vitrine. Ze had zoveel pech in haar korte leven. Op haar zesde kreeg Frida polio waardoor haar been niet meer groeide. En toen ze achttien was kreeg de bus waar ze in zat een ongeluk met een tram. Een stuk stalen leuning drong haar lichaam binnen. Maandenlang moest ze in bed blijven, ingekapseld in pleisters en verband, vechtend tegen de pijn. Ze besloot om te gaan schilderen. Frida's moeder liet spiegels aan haar ziekbed vastmaken zodat Frida zichzelf kon schilderen. Deze bedden met spiegels konden we zien in haar ouderlijk huis. Ook haar felgekleurde zelfportretten met de typische één lange wenkbrauw. Ondanks de hinder van korsetten en krukken kwam ze na haar herstel weer buiten en zocht ze vrienden op. Door het ongeluk kon ze geen kinderen krijgen. Ze trouwde, maar haar man Diego kreeg een verhouding met haar zus Christina. Later zou zij spreken van "twee zware ongelukken in mijn leven (...) één waarin een tram me aanreed, het andere was mijn man." Frida overleed in 1954, een week na haar 47e verjaardag. Ze liet een briefje achter met de tekst 'Ik hoop dat het einde vrolijk is en hoop nooit meer terug te keren'. Vermoedelijk heeft ze zelfmoord gepleegd.
dinsdag 24 februari 2015
Literair archief
Kunst is het proces van hard werken.
- Pablo Casals
Kort geleden schonk schrijver Joost Zwagerman zijn literaire privé archief aan het Letterkundig Museum in Den Haag. Een aantal jaren geleden was dit al aan hem gevraagd. Uniek is dat een schrijver al zo vroeg in zijn leven een deel van zijn archief afstaat. Hij ziet het zelf geloof ik meer als het opruimen van zijn zooi. Zijn zonen zijn er in ieder geval blij mee. Alhoewel de waarde van deze gift achteraf op 200.000 euro geschat is…. Verhuisdozen vol met papier. Handgeschreven versies van zijn romans, dagboeknotities, brieven en persoonlijke foto’s. Echter geen brieven waar persoonlijke ontboezemingen in vermeld staan. Toen hij te gast was bij De Wereld Draait Door spitte Matthijs een beetje brutaal door zijn spulletjes. Hij had een plastic multomap in zijn handen die mij in een flits terug bracht in de tijd. Ik had precies zo’n gekleurde multomap! Die van mij was óók gevuld met handgeschreven verhalen. En zelfs gedichten… Op mijn tiende verjaardag nam mijn opa mij mee naar V&D om een typemachine voor mij te kopen. Mijn eigen bijdrage waren de paar guldens die ik opgespaard had in mijn piekpijp. Ik was dol op verhalen typen. Net als Joost heb ik deze typemachine nog steeds. Ik heb er zelfs ooit een nieuw lint bij gekocht voor de meiden. Joost ging zich een beetje ongemakkelijk voelen toen Matthijs enthousiast reageerde bij het zien van zijn handgeschreven eenmanstijdschrift. Ik ging wederom terug in de tijd. Ik had óók een eenmanstijdschrift toen ik zo’n twaalf jaar oud was. Het was een handgeschreven tijdschriftje voor kleine kinderen met zelfgeschreven verhaaltjes, plaatjes, een zelfgetekend stripje en wat zelfverzonnen spelletjes. Ik had een paar leden in de buurt die wekelijks mijn uitgave kochten voor een dubbeltje per stuk. Na een paar maanden begon ik de druk te voelen van de wekelijkse verplichting. Zoals ik eerder de deuren langs was gegaan om leden te werven met een voorbeeldje vond ik na een paar maanden de moed om mijn handjevol leden te vertellen dat dit het laatste exemplaar was. Hoe leuk om weer herinnerd te worden aan deze ludieke actie. Ik heb zelf helaas geen exemplaar meer om even ter hand te nemen en door te bladeren. Ik heb daarentegen wél een verhuisdoos vol handgeschreven brieven van penvriendinnen, buitenlandse vakantieliefdes en Mark natuurlijk, dagboekjes, poëziealbums, tekeningen en verdwaalde foto’s. Een voetafdruk van mijn leven.
Een mens wordt heel gelukkig van ongeplande dingen. Zo’n lome zaterdag die zich nog helemaal leeg voor je uitstrekt als je je ogen opent. Zonder wekker. Veel weekends kunnen wij inderdaad zo invullen. In bed elkaar aankijken en vragen “Zullen we vandaag naar de bioscoop gaan? Lunchen? Sporten? Of doen we vandaag écht helemaal niks?” Op dit moment ben ik juist veel aan het plannen. Heel veel. Nu vooruit plannen om straks niks te doen. Niet te hoeven nadenken in de Paasvakantie. Niet in de zomervakantie. Een cabaña op het strand reserveren voor Pasen. Welk strand? Hoe lang zullen we gaan? Suriname gaan we deze zomer in twee weken ontdekken. Al bladerend door mijn reisgids besef ik dat twee weken voldoende is voor Paramaribo en een stuk jungle. Stranden zijn er nauwelijks. Ik ontdek veel Carabische eilanden voor de kust van Venezuela. Een kort vluchtje van anderhalf uur vanuit Paramaribo. Daar word ik zo blij van! Ik plan wat vluchtjes heen en weer. A4tjes volgeklad met vluchten, prijzen, tijden en vliegmaatschappijen liggen verspreid over mijn bureau. Efficiënt aansluitende vluchten plannen blijft een uitdaging voor me. ‘Life is what happens to you while you’re busy making other plans’ zong John Lennon al in 1980. Toch is plannen voor mij ook vaak voorpret. Ik heb óók iets anders gepland staan voor de komende weken. Elke donderdag aansluitend aan mijn yoga les heb ik een massage cursus. Ik had werkelijk geen idee dat er zoveel bij een ontspannende massage kwam kijken! Om te beginnen leerden we de eerste les meteen hoe je heel discreet met de lakens en de handdoeken omgaat. Zodat de privacy van de patiënt niet geschonden wordt. Nooit krijg je als massagetherapeut ongewild een lichaamsdeel te zien. Steeds is alles netjes en warm bedekt. Met uitzondering van het lichaamsdeel dat gemasseerd wordt natuurlijk. Privacy wordt gewaarborgd. We oefenen de eerste les ook op elkaar. Een voetmassage en een gezichtsmassage. Ik herken de handelingen van de massages waar ik zelf zo van geniet. Ik oefen thuis op Inden en Maren. (Mark en Anthe zijn in Oklahoma.) Maren valt zelfs in slaap. Een massage geven. Met aromatische olie. Ongepland. Gewoon wanneer ik zin heb. Of niet.
- Pablo Casals
Kort geleden schonk schrijver Joost Zwagerman zijn literaire privé archief aan het Letterkundig Museum in Den Haag. Een aantal jaren geleden was dit al aan hem gevraagd. Uniek is dat een schrijver al zo vroeg in zijn leven een deel van zijn archief afstaat. Hij ziet het zelf geloof ik meer als het opruimen van zijn zooi. Zijn zonen zijn er in ieder geval blij mee. Alhoewel de waarde van deze gift achteraf op 200.000 euro geschat is…. Verhuisdozen vol met papier. Handgeschreven versies van zijn romans, dagboeknotities, brieven en persoonlijke foto’s. Echter geen brieven waar persoonlijke ontboezemingen in vermeld staan. Toen hij te gast was bij De Wereld Draait Door spitte Matthijs een beetje brutaal door zijn spulletjes. Hij had een plastic multomap in zijn handen die mij in een flits terug bracht in de tijd. Ik had precies zo’n gekleurde multomap! Die van mij was óók gevuld met handgeschreven verhalen. En zelfs gedichten… Op mijn tiende verjaardag nam mijn opa mij mee naar V&D om een typemachine voor mij te kopen. Mijn eigen bijdrage waren de paar guldens die ik opgespaard had in mijn piekpijp. Ik was dol op verhalen typen. Net als Joost heb ik deze typemachine nog steeds. Ik heb er zelfs ooit een nieuw lint bij gekocht voor de meiden. Joost ging zich een beetje ongemakkelijk voelen toen Matthijs enthousiast reageerde bij het zien van zijn handgeschreven eenmanstijdschrift. Ik ging wederom terug in de tijd. Ik had óók een eenmanstijdschrift toen ik zo’n twaalf jaar oud was. Het was een handgeschreven tijdschriftje voor kleine kinderen met zelfgeschreven verhaaltjes, plaatjes, een zelfgetekend stripje en wat zelfverzonnen spelletjes. Ik had een paar leden in de buurt die wekelijks mijn uitgave kochten voor een dubbeltje per stuk. Na een paar maanden begon ik de druk te voelen van de wekelijkse verplichting. Zoals ik eerder de deuren langs was gegaan om leden te werven met een voorbeeldje vond ik na een paar maanden de moed om mijn handjevol leden te vertellen dat dit het laatste exemplaar was. Hoe leuk om weer herinnerd te worden aan deze ludieke actie. Ik heb zelf helaas geen exemplaar meer om even ter hand te nemen en door te bladeren. Ik heb daarentegen wél een verhuisdoos vol handgeschreven brieven van penvriendinnen, buitenlandse vakantieliefdes en Mark natuurlijk, dagboekjes, poëziealbums, tekeningen en verdwaalde foto’s. Een voetafdruk van mijn leven.
Een mens wordt heel gelukkig van ongeplande dingen. Zo’n lome zaterdag die zich nog helemaal leeg voor je uitstrekt als je je ogen opent. Zonder wekker. Veel weekends kunnen wij inderdaad zo invullen. In bed elkaar aankijken en vragen “Zullen we vandaag naar de bioscoop gaan? Lunchen? Sporten? Of doen we vandaag écht helemaal niks?” Op dit moment ben ik juist veel aan het plannen. Heel veel. Nu vooruit plannen om straks niks te doen. Niet te hoeven nadenken in de Paasvakantie. Niet in de zomervakantie. Een cabaña op het strand reserveren voor Pasen. Welk strand? Hoe lang zullen we gaan? Suriname gaan we deze zomer in twee weken ontdekken. Al bladerend door mijn reisgids besef ik dat twee weken voldoende is voor Paramaribo en een stuk jungle. Stranden zijn er nauwelijks. Ik ontdek veel Carabische eilanden voor de kust van Venezuela. Een kort vluchtje van anderhalf uur vanuit Paramaribo. Daar word ik zo blij van! Ik plan wat vluchtjes heen en weer. A4tjes volgeklad met vluchten, prijzen, tijden en vliegmaatschappijen liggen verspreid over mijn bureau. Efficiënt aansluitende vluchten plannen blijft een uitdaging voor me. ‘Life is what happens to you while you’re busy making other plans’ zong John Lennon al in 1980. Toch is plannen voor mij ook vaak voorpret. Ik heb óók iets anders gepland staan voor de komende weken. Elke donderdag aansluitend aan mijn yoga les heb ik een massage cursus. Ik had werkelijk geen idee dat er zoveel bij een ontspannende massage kwam kijken! Om te beginnen leerden we de eerste les meteen hoe je heel discreet met de lakens en de handdoeken omgaat. Zodat de privacy van de patiënt niet geschonden wordt. Nooit krijg je als massagetherapeut ongewild een lichaamsdeel te zien. Steeds is alles netjes en warm bedekt. Met uitzondering van het lichaamsdeel dat gemasseerd wordt natuurlijk. Privacy wordt gewaarborgd. We oefenen de eerste les ook op elkaar. Een voetmassage en een gezichtsmassage. Ik herken de handelingen van de massages waar ik zelf zo van geniet. Ik oefen thuis op Inden en Maren. (Mark en Anthe zijn in Oklahoma.) Maren valt zelfs in slaap. Een massage geven. Met aromatische olie. Ongepland. Gewoon wanneer ik zin heb. Of niet.
dinsdag 17 februari 2015
Vaste grond
Als je heel bezorgd bent of als je leven heel versnipperd is, kun je altijd terugkeren naar je ademhaling en daar zo lang bij blijven tot je weer vaste grond onder de voeten hebt.
- Joan Halifax
Als ik die ochtend op de parkeerplaats van school loop zie ik dat alle auto’s met een laagje as bedekt zijn. Mijn auto staat thuis onder een carport dus ik heb er zelf niks van gemerkt. De dag ervoor kreeg ik een bericht van school. Vulkaan Popo was behoorlijk actief en er was as waargenomen in de stad. Maren mocht niet buitenspelen in de pauze en Anthe die met haar vrienden op het dakterras van school zat werd naar binnen geroepen. Ook de naschoolse activiteiten werden afgelast vanwege het as. Alle wegen binnen een straal van twaalf kilometer van de vulkaan werden geblokkeerd. Alle activiteiten van vulkaan Popo worden gelukkig dag en nacht geregistreerd. Dat gebeurt al sinds 1994 toen er erupties werden waargenomen die sindsdien nooit meer gestopt zijn. Afgelopen week werden er stoom en aspluimen gedetecteerd. Er was een vergrootte kans op modderstromen en er werd tien minuten lang trillingen waargenomen. De nacht die volgde op de kleine eruptie sneeuwde het stevig op vijf kilometer hoogte. Vulkaan Popo was de volgende ochtend helemaal wit met flinke stoomwolken uit zijn krater. De zwakke ochtendzon weerkaatste op de verse sneeuw. Wondermooi. De maatregelen die we moeten nemen bij waarneming van as is het dragen van een mondkapje. Of een natte zakdoek voor je mond houden. Alle ramen sluiten en zoveel mogelijk binnen blijven. Deze laatste maatregel voert de school dus onmiddellijk uit. Ik ben erg onder de indruk van ‘onze’ levende vulkaan. Dat wij hier een heel korte periode tijdens zijn bestaan in zijn nabijheid mogen wonen. Wat stellen wij nu eigenlijk voor in zijn bestaan van 730 duizend jaar? En wat heeft hij nog allemaal voor ons in petto?
Met loeiende sirenes en zwaailichten scheuren we door de drukke vrijdagavondspits. Alle bestuurders doen het meest mogelijke om uit de weg te gaan. Als mensen in de knoop raken door de verschrikkelijke drukte zet de ambulance chauffeur ook zijn toeters aan. Hij manoeuvreert behendig door de meest smalle openingen in het verkeer. Ik zit voorin. Achter mij zit een verpleger en Maren’s vriendinnetje Mercedes. Maren ligt plat op een brancard. Helemaal ingepakt in dekens, een kraag om haar nek en veel riemen om haar lijf. Beiden praten tegen haar. Ik probeer voorin stilletjes te beseffen wat er nu eigenlijk gebeurd is. Ik wachtte eind van de middag op een telefoontje van Anthe om haar op te halen uit de bioscoop. Ondertussen sprongen Maren en Mercedes op de trampoline buiten. Ik herinner me het roepen van Mercedes die binnen komt rennen. Maren’s gehuil in de verte. Als ik naar de trampoline ren blijkt Maren pijn in haar nek en bovenin haar rug te hebben. Ze mag niet bewegen van mij. Stil liggen. Ik bel Mark en hij zegt dat ik meteen een ambulance moet bellen. De tuinman weet, net als ik, niet wat het Mexicaanse alarmnummer is. Ik bel onze huiseigenaar. Meer dan een uur later komt er eindelijk een ambulance ons straatje in rijden. Maren ligt nog steeds in dezelfde houding op de trampoline. Ondertussen wel met dikke sokken aan, Mark’s vest over haar heen en een warm kleed. Het is pikkedonker achter in de tuin. Als we bewegen schiet er een buitenlamp aan die een paar minuten later weer dooft. Mark is ondertussen ook naar huis geracet. Het ambulancepersoneel doet Maren een kraag om en helpt haar behendig op de brancard. Mark rijdt met mijn Jeep naar het ziekenhuis en pikt Anthe onderweg op die al een uur buiten heeft zitten wachten. Mercedes en ik gaan met Maren mee in de ambulance. Aangekomen in het ziekenhuis staan Mercedes haar moeder en haar broers al te wachten. Maren krijgt röntgenfoto’s. Haar nekwerveltjes zijn iets verschoven. Haar schouderspieren zijn stijf en pijnlijk. Ze krijgt pijnstillers, een spierverslapper en ze moet de kraag nog vijf dagen om houden. Rond tien uur zijn we ’s avonds thuis. Zonder avondeten. Inden heeft op afstand erg meegeleefd. Veel telefoontjes en berichtjes. Ze had een logeerpartijtje. Maren is uitgeput die avond. Toch slaapt ze die nacht onrustig. Op haar rug met de kraag om. Zonder hoofdkussen. We zijn vooral heel dankbaar dat het zo goed is afgelopen. Ook opgelucht. Dat we zo’n crisis als gezin met elkaar hebben kunnen opvangen in het buitenland. Weliswaar met wat hulp van buren, collega’s en kennissen. Tóch hebben we dit klusje geklaard. Een gevoel van dankbaarheid overheerst.
- Joan Halifax
Als ik die ochtend op de parkeerplaats van school loop zie ik dat alle auto’s met een laagje as bedekt zijn. Mijn auto staat thuis onder een carport dus ik heb er zelf niks van gemerkt. De dag ervoor kreeg ik een bericht van school. Vulkaan Popo was behoorlijk actief en er was as waargenomen in de stad. Maren mocht niet buitenspelen in de pauze en Anthe die met haar vrienden op het dakterras van school zat werd naar binnen geroepen. Ook de naschoolse activiteiten werden afgelast vanwege het as. Alle wegen binnen een straal van twaalf kilometer van de vulkaan werden geblokkeerd. Alle activiteiten van vulkaan Popo worden gelukkig dag en nacht geregistreerd. Dat gebeurt al sinds 1994 toen er erupties werden waargenomen die sindsdien nooit meer gestopt zijn. Afgelopen week werden er stoom en aspluimen gedetecteerd. Er was een vergrootte kans op modderstromen en er werd tien minuten lang trillingen waargenomen. De nacht die volgde op de kleine eruptie sneeuwde het stevig op vijf kilometer hoogte. Vulkaan Popo was de volgende ochtend helemaal wit met flinke stoomwolken uit zijn krater. De zwakke ochtendzon weerkaatste op de verse sneeuw. Wondermooi. De maatregelen die we moeten nemen bij waarneming van as is het dragen van een mondkapje. Of een natte zakdoek voor je mond houden. Alle ramen sluiten en zoveel mogelijk binnen blijven. Deze laatste maatregel voert de school dus onmiddellijk uit. Ik ben erg onder de indruk van ‘onze’ levende vulkaan. Dat wij hier een heel korte periode tijdens zijn bestaan in zijn nabijheid mogen wonen. Wat stellen wij nu eigenlijk voor in zijn bestaan van 730 duizend jaar? En wat heeft hij nog allemaal voor ons in petto?
Met loeiende sirenes en zwaailichten scheuren we door de drukke vrijdagavondspits. Alle bestuurders doen het meest mogelijke om uit de weg te gaan. Als mensen in de knoop raken door de verschrikkelijke drukte zet de ambulance chauffeur ook zijn toeters aan. Hij manoeuvreert behendig door de meest smalle openingen in het verkeer. Ik zit voorin. Achter mij zit een verpleger en Maren’s vriendinnetje Mercedes. Maren ligt plat op een brancard. Helemaal ingepakt in dekens, een kraag om haar nek en veel riemen om haar lijf. Beiden praten tegen haar. Ik probeer voorin stilletjes te beseffen wat er nu eigenlijk gebeurd is. Ik wachtte eind van de middag op een telefoontje van Anthe om haar op te halen uit de bioscoop. Ondertussen sprongen Maren en Mercedes op de trampoline buiten. Ik herinner me het roepen van Mercedes die binnen komt rennen. Maren’s gehuil in de verte. Als ik naar de trampoline ren blijkt Maren pijn in haar nek en bovenin haar rug te hebben. Ze mag niet bewegen van mij. Stil liggen. Ik bel Mark en hij zegt dat ik meteen een ambulance moet bellen. De tuinman weet, net als ik, niet wat het Mexicaanse alarmnummer is. Ik bel onze huiseigenaar. Meer dan een uur later komt er eindelijk een ambulance ons straatje in rijden. Maren ligt nog steeds in dezelfde houding op de trampoline. Ondertussen wel met dikke sokken aan, Mark’s vest over haar heen en een warm kleed. Het is pikkedonker achter in de tuin. Als we bewegen schiet er een buitenlamp aan die een paar minuten later weer dooft. Mark is ondertussen ook naar huis geracet. Het ambulancepersoneel doet Maren een kraag om en helpt haar behendig op de brancard. Mark rijdt met mijn Jeep naar het ziekenhuis en pikt Anthe onderweg op die al een uur buiten heeft zitten wachten. Mercedes en ik gaan met Maren mee in de ambulance. Aangekomen in het ziekenhuis staan Mercedes haar moeder en haar broers al te wachten. Maren krijgt röntgenfoto’s. Haar nekwerveltjes zijn iets verschoven. Haar schouderspieren zijn stijf en pijnlijk. Ze krijgt pijnstillers, een spierverslapper en ze moet de kraag nog vijf dagen om houden. Rond tien uur zijn we ’s avonds thuis. Zonder avondeten. Inden heeft op afstand erg meegeleefd. Veel telefoontjes en berichtjes. Ze had een logeerpartijtje. Maren is uitgeput die avond. Toch slaapt ze die nacht onrustig. Op haar rug met de kraag om. Zonder hoofdkussen. We zijn vooral heel dankbaar dat het zo goed is afgelopen. Ook opgelucht. Dat we zo’n crisis als gezin met elkaar hebben kunnen opvangen in het buitenland. Weliswaar met wat hulp van buren, collega’s en kennissen. Tóch hebben we dit klusje geklaard. Een gevoel van dankbaarheid overheerst.
dinsdag 10 februari 2015
Met de wind door onze haren
De aarde schuilt in een korrel zand, het heelal in een bloemblad puur, de oneindigheid in de palm van je hand en de eeuwigheid in een uur.
- William Blake
Het valt me elke keer weer op als we met de auto door México reizen. De auto-hotels langs de grote weg. Door heel Midden-Amerika trouwens. Met veelbelovende namen als ‘Het paradijs’ of ‘Casanova’. Zelfs in de meest verlaten dorpjes vind je een auto-hotel. Hier in Puebla ook. Het fenomeen wordt afgeschermd met een muur. Achter de poort zie je dat er parkeerplaatsen zijn met een gordijn ervoor. Je kunt er dus anoniem verblijven. Een uur, drie uur of een nacht. Het biedt koppels heel discreet wat privétijd samen. Het contact en de betaling verloopt via een piepklein loketje in de muur. “Waarom zijn er hier zoveel auto-hotels?” en “Wat is eigenlijk een auto-hotel?” zijn vragen die in mijn auto wel eens gesteld zijn. In Midden-Amerika leeft een familie vaak samen onder één dak. Een jong stel blijft lang thuis wonen. Opa woont ook in huis of een broer met zijn gezin. Er is weinig privacy thuis. Dunne slaapkamerwandjes. Privacy zoek je dan in een auto-hotel. Ik heb echter gehoord dat negentig procent van de mensen die tegenwoordig gebruik maken van een auto-hotel een buitenechtelijke relatie hebben. Dat is hier óók heel gewoon. Latino’s zijn macho. Ze moeten bewijzen dat ze echte mannen zijn. Veel seksuele veroveringen. Latino lover. Zolang je meerdere dames financieel kunt onderhouden wordt het eigenlijk wel geaccepteerd. Een nachtje in een auto-hotel kost tweehonderd pesos, twaalf euro. Tóch zie ik regelmatig auto’s op een doordeweekse ochtend het poortje binnen glippen.
Met de wind door onze haren galopperen we over het Mexicaanse strand. Mark, Inden en Maren galopperen naast me. Een filmisch decor. Mijn zitbotjes doen zeer van het hobbelen op het hardleren zadel. Mijn fotocamera springt op en neer op mijn rug. Ik lach. Ik kan niet stoppen met uitbundig lachen. De meiden ook. Het is zo´n vrij gevoel. Zo´n mooi gezicht om ze op hun paarden te zien. De wind door hun lange haren en hun mouwloze hemdjes. (zie ons fotoalbum) Dit is wat ze wilden. In het zadel springen en galopperen langs de kustlijn. En het is inderdaad heerlijk. We zijn een lang weekend aan de kust. In vier uur rijden (250 kilometer) zitten we aan de Golf van Mexico. Het strand is hier niet spierwit. Meer donker grijs. Er staan hier geen grote hotels aan de kust. Alleen wat eenvoudige hotelletjes. Een enkel hotel in een wat duurdere klasse. Nog steeds eenvoudig. Wel een zwembad en douches aan het strand. Een palapa van gedroogde palmbladeren met een enkel ligbedje eronder. Verdwaalde stukken drijfhout op het strand. Sommige aangespoelde brokken zijn prachtig. Aan de kustlijn liggen schelpen. De vorige keer had ik hier een sand dollar gevonden. Zo´n platte ronde witte schelp met een gaatje in het midden en prachtige motiefjes op de schelp. Deze keer vind ik er vijf als ik met Mark een strandwandeling maak. Er staan vissers in het water met netten. Met stukken vis erin vangen ze krabben. Emmers vol. Inden en Maren brengen hun tijd voornamelijk in het zwembad door. Mark en ik lezend. Anthe is voor het eerst niet bij ons. Voor het eerst zijn we met zijn viertjes weg. Het zal vaker gaan gebeuren. Anthe zit vlak voor haar eindexamens. Na dit weekend moet ze een paar werkstukken inleveren die opgestuurd zullen worden. Ze heeft daarbij internet nodig en op zo´n plek aan het strand ben je nooit verzekerd van internet. Het risico is te groot. Ze wilde thuis blijven om alles af te ronden. Achteraf gezien was dat maar goed ook. Hier is inderdaad nauwelijks internet. We hebben deze dagen allemaal wel een keer hardop gezegd dat we Anthe misten. Maar dit wordt óók onze toekomst. Reizen zonder haar. Anthe gaat meteen na haar eindexamen treinen door Europa. Ze viert haar zeventiende verjaardag dáár. Ze gaat daarna gelukkig wel een paar weken met ons mee naar Suriname voordat ze gaat studeren. Ze zal steeds meer haar eigen plan trekken. En wij ook.
Monte Gordo, 2 februari 2015
- William Blake
Het valt me elke keer weer op als we met de auto door México reizen. De auto-hotels langs de grote weg. Door heel Midden-Amerika trouwens. Met veelbelovende namen als ‘Het paradijs’ of ‘Casanova’. Zelfs in de meest verlaten dorpjes vind je een auto-hotel. Hier in Puebla ook. Het fenomeen wordt afgeschermd met een muur. Achter de poort zie je dat er parkeerplaatsen zijn met een gordijn ervoor. Je kunt er dus anoniem verblijven. Een uur, drie uur of een nacht. Het biedt koppels heel discreet wat privétijd samen. Het contact en de betaling verloopt via een piepklein loketje in de muur. “Waarom zijn er hier zoveel auto-hotels?” en “Wat is eigenlijk een auto-hotel?” zijn vragen die in mijn auto wel eens gesteld zijn. In Midden-Amerika leeft een familie vaak samen onder één dak. Een jong stel blijft lang thuis wonen. Opa woont ook in huis of een broer met zijn gezin. Er is weinig privacy thuis. Dunne slaapkamerwandjes. Privacy zoek je dan in een auto-hotel. Ik heb echter gehoord dat negentig procent van de mensen die tegenwoordig gebruik maken van een auto-hotel een buitenechtelijke relatie hebben. Dat is hier óók heel gewoon. Latino’s zijn macho. Ze moeten bewijzen dat ze echte mannen zijn. Veel seksuele veroveringen. Latino lover. Zolang je meerdere dames financieel kunt onderhouden wordt het eigenlijk wel geaccepteerd. Een nachtje in een auto-hotel kost tweehonderd pesos, twaalf euro. Tóch zie ik regelmatig auto’s op een doordeweekse ochtend het poortje binnen glippen.
Met de wind door onze haren galopperen we over het Mexicaanse strand. Mark, Inden en Maren galopperen naast me. Een filmisch decor. Mijn zitbotjes doen zeer van het hobbelen op het hardleren zadel. Mijn fotocamera springt op en neer op mijn rug. Ik lach. Ik kan niet stoppen met uitbundig lachen. De meiden ook. Het is zo´n vrij gevoel. Zo´n mooi gezicht om ze op hun paarden te zien. De wind door hun lange haren en hun mouwloze hemdjes. (zie ons fotoalbum) Dit is wat ze wilden. In het zadel springen en galopperen langs de kustlijn. En het is inderdaad heerlijk. We zijn een lang weekend aan de kust. In vier uur rijden (250 kilometer) zitten we aan de Golf van Mexico. Het strand is hier niet spierwit. Meer donker grijs. Er staan hier geen grote hotels aan de kust. Alleen wat eenvoudige hotelletjes. Een enkel hotel in een wat duurdere klasse. Nog steeds eenvoudig. Wel een zwembad en douches aan het strand. Een palapa van gedroogde palmbladeren met een enkel ligbedje eronder. Verdwaalde stukken drijfhout op het strand. Sommige aangespoelde brokken zijn prachtig. Aan de kustlijn liggen schelpen. De vorige keer had ik hier een sand dollar gevonden. Zo´n platte ronde witte schelp met een gaatje in het midden en prachtige motiefjes op de schelp. Deze keer vind ik er vijf als ik met Mark een strandwandeling maak. Er staan vissers in het water met netten. Met stukken vis erin vangen ze krabben. Emmers vol. Inden en Maren brengen hun tijd voornamelijk in het zwembad door. Mark en ik lezend. Anthe is voor het eerst niet bij ons. Voor het eerst zijn we met zijn viertjes weg. Het zal vaker gaan gebeuren. Anthe zit vlak voor haar eindexamens. Na dit weekend moet ze een paar werkstukken inleveren die opgestuurd zullen worden. Ze heeft daarbij internet nodig en op zo´n plek aan het strand ben je nooit verzekerd van internet. Het risico is te groot. Ze wilde thuis blijven om alles af te ronden. Achteraf gezien was dat maar goed ook. Hier is inderdaad nauwelijks internet. We hebben deze dagen allemaal wel een keer hardop gezegd dat we Anthe misten. Maar dit wordt óók onze toekomst. Reizen zonder haar. Anthe gaat meteen na haar eindexamen treinen door Europa. Ze viert haar zeventiende verjaardag dáár. Ze gaat daarna gelukkig wel een paar weken met ons mee naar Suriname voordat ze gaat studeren. Ze zal steeds meer haar eigen plan trekken. En wij ook.
Monte Gordo, 2 februari 2015
dinsdag 3 februari 2015
Heilig moment
Als je in staat bent om één ogenblik dankbaarheid te plaatsen voor de angst van je ego, creëer je een heilig moment.
- Gabrielle Bernstein
Als Susana, mijn yoga juf, vertelt over de plek waar we heen gaan in de bergen krijgt ze tranen in haar ogen. Kippenvel op haar armen. Zo’n veertig kilometer van ons huis, maar wel twee uur rijden, komen we met zes auto’s op de plek aan. Een kleine cabaña gelegen aan een riviertje met smeltwater. Gelegen tussen twee besneeuwde hooggebergten in. Op drieduizend kilometer hoogte. We zijn nog nooit zo dicht bij levende vulkaan Popo geweest. Hij puft steeds wat wolkjes maagdelijk wit stoom uit. We zien zijn boomgrens. Popo zelf is vijfduizend meter hoog. Vanuit het huisje waar we opgewarmd zijn bij de openhaard met thee of warme chocomel brengen we lopend een bezoek aan La Ermita del Silencio. (zie ons fotoalbum) Het lijkt alsof we naar een andere tijd en ruimte zijn vervoerd. Het is een mysterieus karakteristiek Franciscaans klooster. Verweven met Mexicaanse details. Fray Jerome, priester en oprichter van deze hermitage heeft de bouw bekostigt van een erfenis. Het is geen wonder dat er stilte heerst in deze plaats: alleen de wind die door de hoge toppen waait en het geluid van het vloeiende kristalheldere riviertje dat vlakbij stroomt zijn te horen. De uitgestrektheid van het boslandschap en de mystiek en energie gevormd door honderden mediterende bezoekers maken de kluizenaarsplek een plaats die uitnodigt tot een diepe en vredige stilte. Het uitzicht vanuit dit gebouw is adembenemend. Ik loop even bij de groep weg. Staar in de diepte. Luister naar het kabbelende beekje. Mark komt naast me zitten. Hij is de nacht ervoor thuis gekomen vanuit Portugal. We hebben elkaar een week niet gezien. Na de wandeling geeft Susana een yoga les naast de rivier. We beginnen dit keer andersom. Eerst een meditatie. Mark ligt op zijn rug te ontspannen. Als we allemaal alweer enige minuten oefeningen doen schieten Mark’s ogen open. Zijn jet lag speelt hem parten. Wat heerlijk dat dit kan. Als we na de les nogmaals ontspannen bij het geluid van de klankschalen sluit ik deze keer niet mijn ogen. Ik kijk omhoog. Ik zie de hoge dennenbomen. Ik zie de wolken voorbij drijven. Ik ben oprecht dankbaar voor dit moment. In het nu zijn. Het mogen zijn op zo’n prachtige plek in de natuur. Zo dicht bij een werkende vulkaan. Er zijn poema’s in dit beboste berggebied. Hoe dicht kun je bij de natuur zijn? Na een Mexicaanse lunch met verse forel uit de vijver rijden we door het goudgeelgekleurde landschap weer terug. De verdorde maisplanten worden in dit seizoen geoogst. We zien menig ezeltje met bossen op zijn rug langs de weg sjokken. De tijd staat hier stil. We laden onderweg onze achterbak nog vol met brandhout. We hebben onze batterij weer opgeladen. In de natuur.
Een berichtje over heimwee op mijn telefoon. Een van de vrouwen van mijn expat groep heeft enorm last van heimwee. Ze komt uit Argentinië en mist haar tango, haar huis, haar werk en familie. Ze woont sinds twee maanden in Puebla. We organiseren dezelfde week nog een gezamenlijk ontbijt en ontmoeten nog meer nieuwe buitenlandse vrouwen. Voor sommigen is het niet makkelijk om alles achter te laten en met hun man mee het buitenlandse avontuur in te stappen. Deze uitzending is voor ons de derde keer alweer. Ook een beetje de vierde, want we verhuisden ook nog eens van Massachusetts naar Alabama. Het is ook de langste. We zullen vier jaar weg blijven. Ik voel nu al dat México het moeilijkst zal zijn om achter te laten. Tijdens mijn beurt van het voorstelrondje tijdens het ontbijt spreek ik het uit naar de nieuwe vrouwen. Dat wij gelukkig zijn hier in México. Onze meiden zeggen nu al dat ze niet terug willen. Het doet me dagdromen over voorlopig helemaal niet terug te keren. Stel je eens voor? Wat als…? De meiden hebben hier zulke leuke vriendengroepen. Ze zijn gelukkig op school. Ik heb fijne vriendinnen hier. Wat krijgen we er straks voor terug? Uitdagingen met nieuwe scholen en een universiteit. Mark een nieuwe baan. Weldra wachten de verplichtingen weer zoals het onderhoud van ons huis. Reizen naar avontuurlijke gebieden wordt minder gewoon. Het is nu trouwens ook niet gewoon. Het vóelt nu ook zeker niet gewoon. Het voelt als een zegen om de auto in te stappen op weg naar onvergetelijke plekjes. Het bijna zorgeloze leven dat we hier hebben. Stel je eens voor. Wat als…?
- Gabrielle Bernstein
Als Susana, mijn yoga juf, vertelt over de plek waar we heen gaan in de bergen krijgt ze tranen in haar ogen. Kippenvel op haar armen. Zo’n veertig kilometer van ons huis, maar wel twee uur rijden, komen we met zes auto’s op de plek aan. Een kleine cabaña gelegen aan een riviertje met smeltwater. Gelegen tussen twee besneeuwde hooggebergten in. Op drieduizend kilometer hoogte. We zijn nog nooit zo dicht bij levende vulkaan Popo geweest. Hij puft steeds wat wolkjes maagdelijk wit stoom uit. We zien zijn boomgrens. Popo zelf is vijfduizend meter hoog. Vanuit het huisje waar we opgewarmd zijn bij de openhaard met thee of warme chocomel brengen we lopend een bezoek aan La Ermita del Silencio. (zie ons fotoalbum) Het lijkt alsof we naar een andere tijd en ruimte zijn vervoerd. Het is een mysterieus karakteristiek Franciscaans klooster. Verweven met Mexicaanse details. Fray Jerome, priester en oprichter van deze hermitage heeft de bouw bekostigt van een erfenis. Het is geen wonder dat er stilte heerst in deze plaats: alleen de wind die door de hoge toppen waait en het geluid van het vloeiende kristalheldere riviertje dat vlakbij stroomt zijn te horen. De uitgestrektheid van het boslandschap en de mystiek en energie gevormd door honderden mediterende bezoekers maken de kluizenaarsplek een plaats die uitnodigt tot een diepe en vredige stilte. Het uitzicht vanuit dit gebouw is adembenemend. Ik loop even bij de groep weg. Staar in de diepte. Luister naar het kabbelende beekje. Mark komt naast me zitten. Hij is de nacht ervoor thuis gekomen vanuit Portugal. We hebben elkaar een week niet gezien. Na de wandeling geeft Susana een yoga les naast de rivier. We beginnen dit keer andersom. Eerst een meditatie. Mark ligt op zijn rug te ontspannen. Als we allemaal alweer enige minuten oefeningen doen schieten Mark’s ogen open. Zijn jet lag speelt hem parten. Wat heerlijk dat dit kan. Als we na de les nogmaals ontspannen bij het geluid van de klankschalen sluit ik deze keer niet mijn ogen. Ik kijk omhoog. Ik zie de hoge dennenbomen. Ik zie de wolken voorbij drijven. Ik ben oprecht dankbaar voor dit moment. In het nu zijn. Het mogen zijn op zo’n prachtige plek in de natuur. Zo dicht bij een werkende vulkaan. Er zijn poema’s in dit beboste berggebied. Hoe dicht kun je bij de natuur zijn? Na een Mexicaanse lunch met verse forel uit de vijver rijden we door het goudgeelgekleurde landschap weer terug. De verdorde maisplanten worden in dit seizoen geoogst. We zien menig ezeltje met bossen op zijn rug langs de weg sjokken. De tijd staat hier stil. We laden onderweg onze achterbak nog vol met brandhout. We hebben onze batterij weer opgeladen. In de natuur.
Een berichtje over heimwee op mijn telefoon. Een van de vrouwen van mijn expat groep heeft enorm last van heimwee. Ze komt uit Argentinië en mist haar tango, haar huis, haar werk en familie. Ze woont sinds twee maanden in Puebla. We organiseren dezelfde week nog een gezamenlijk ontbijt en ontmoeten nog meer nieuwe buitenlandse vrouwen. Voor sommigen is het niet makkelijk om alles achter te laten en met hun man mee het buitenlandse avontuur in te stappen. Deze uitzending is voor ons de derde keer alweer. Ook een beetje de vierde, want we verhuisden ook nog eens van Massachusetts naar Alabama. Het is ook de langste. We zullen vier jaar weg blijven. Ik voel nu al dat México het moeilijkst zal zijn om achter te laten. Tijdens mijn beurt van het voorstelrondje tijdens het ontbijt spreek ik het uit naar de nieuwe vrouwen. Dat wij gelukkig zijn hier in México. Onze meiden zeggen nu al dat ze niet terug willen. Het doet me dagdromen over voorlopig helemaal niet terug te keren. Stel je eens voor? Wat als…? De meiden hebben hier zulke leuke vriendengroepen. Ze zijn gelukkig op school. Ik heb fijne vriendinnen hier. Wat krijgen we er straks voor terug? Uitdagingen met nieuwe scholen en een universiteit. Mark een nieuwe baan. Weldra wachten de verplichtingen weer zoals het onderhoud van ons huis. Reizen naar avontuurlijke gebieden wordt minder gewoon. Het is nu trouwens ook niet gewoon. Het vóelt nu ook zeker niet gewoon. Het voelt als een zegen om de auto in te stappen op weg naar onvergetelijke plekjes. Het bijna zorgeloze leven dat we hier hebben. Stel je eens voor. Wat als…?
maandag 26 januari 2015
Zuinig energielabel
Je concentreren op positieve dingen om je heen kan je helpen je meer verbonden te voelen met de wereld.
- Mary Brantley
Deze ochtend zijn veel grote wegen afgesloten in onze stad. Overal staat politie op straat. Elke vijftig meter staat er een politieauto met agenten er omheen. Ik heb net de meiden naar school gebracht. Nu kan ik nergens mijn auto parkeren. Ik wil naar het park om mijn route van vijf kilometer te wandelen. Na een paar rondjes vruchteloos rond gereden te hebben kom ik op het creatieve idee om mijn Jeep bij een gesloten winkelcentrum te zetten. Niet ver van het park. Ik wacht voor de entree. De vier meiden in de auto voor mij willen ook sporten en moeten praten als brugman om de parkeerplaats op te komen. Uiteindelijk verlaagt het mannetje zijn touw die hij voor de entree had gespannen. Ik rijd snel mee de parkeerplaats op. De man probeert mij van alles te vertellen. Ik doe net of ik hem niet begrijp. Als ik straks terug kom geef ik hem wel een fooi. Tijdens mijn wandeling van een uur zie ik onderweg honderden politiemannen. Als ze geen uniform aan hebben dan dragen ze wel een net zwart pak. Belangrijke meneren van de overheid. Verder een uitgestorven buurt. Terwijl ik verder wandel zie ik mobiele installaties met allerlei beveiligingscamera’s . Ik voel me ineens bespied. Er zijn nauwelijks gewone mensen buiten. Ook nauwelijks verkeer. Alles wordt tegengehouden. Wat ik wél zie zijn tientallen schoonmakers. Veel vegers .Veel mannetjes die de prullenbakken op straat legen. Ook mannen die de plantenbakken overdreven poetsen met een natte doek. Steeds meer politiewagens worden ondertussen geparkeerd. Ik mag hier kennelijk wel zijn, ook al voelt dat niet zo. Geen enkele politieman stuurt me weg. De eerste helikopter vliegt over. Nu herinner ik me het weer van vorig jaar! De gouverneur van de staat Puebla met zes miljoen inwoners - zeg maar een soort koning Willem-Alexander – heeft zijn belangrijke politieke vriendjes uitgenodigd. Ze komen met helikopters. De gouverneur wil pronken met onze stad. Hoe modern en schoon het hier het afgelopen jaar is geworden. Ik wandel natuurlijk op de route waar hij straks gaat paraderen. Ik haal mijn auto op. Betaal de jongen bij het touw en verdwijn snel in onze grote miljoenenstad.
Vanaf januari is het gestart. Elk koophuis in Nederland heeft een tijdelijk energielabel gekregen. Dit label ontvang je per post. Op je huisadres. Wij hebben een huis in Nederland. We hebben dus ook een tijdelijk energielabel. Wij verhuren ons huis echter. In de periode dat we in México wonen hebben we ons huis onlangs voor de derde (en laatste) keer verhuurd. Als je je huis na 1 januari 2015 verhuurt moet je een definitief energielabel aan de makelaar overleggen. Anders krijg je een boete van vierhonderd euro. Dus voordat de nieuwe huurders deze maand in ons huis gingen wonen hadden wij zo’n definitief label nodig. Aan de hand van een paar factoren, zoals het bouwjaar, schat de overheid de energiezuinigheid van je woning. Het is een indicatie. Onze indicatie was niet om over naar huis te schrijven. Ons huis is namelijk vooroorlogs. Via de website hebben we online het definitieve label een paar letters omhoog weten te krikken. Nog steeds niet indrukwekkend. Maar goed. Het was zóveel werk om alle tien jaar oude facturen van dakisolatie, HR-ketel, dubbel isolatieglas, isolatie onder de vloer en in de spouwmuur aan te tonen vanuit México dat we het zo maar even gelaten hebben. Als wij over anderhalf jaar terug keren naar Breda gaan we ons huis helemaal onder handen nemen. We kunnen de getroffen maatregelen dan eenvoudig in het label op laten nemen. Het label stimuleert ons zéker tot het treffen van besparende maatregelen. Ik denk aan het glas-in-lood in dubbelglas te laten zetten. Ik denk aan zonnepanelen op het dak. Ik denk aan een nieuwe HR++ ketel. Vooralsnog zijn we vooral heel dankbaar dat ons huis wederom voor lange periode verhuurd is.
- Mary Brantley
Deze ochtend zijn veel grote wegen afgesloten in onze stad. Overal staat politie op straat. Elke vijftig meter staat er een politieauto met agenten er omheen. Ik heb net de meiden naar school gebracht. Nu kan ik nergens mijn auto parkeren. Ik wil naar het park om mijn route van vijf kilometer te wandelen. Na een paar rondjes vruchteloos rond gereden te hebben kom ik op het creatieve idee om mijn Jeep bij een gesloten winkelcentrum te zetten. Niet ver van het park. Ik wacht voor de entree. De vier meiden in de auto voor mij willen ook sporten en moeten praten als brugman om de parkeerplaats op te komen. Uiteindelijk verlaagt het mannetje zijn touw die hij voor de entree had gespannen. Ik rijd snel mee de parkeerplaats op. De man probeert mij van alles te vertellen. Ik doe net of ik hem niet begrijp. Als ik straks terug kom geef ik hem wel een fooi. Tijdens mijn wandeling van een uur zie ik onderweg honderden politiemannen. Als ze geen uniform aan hebben dan dragen ze wel een net zwart pak. Belangrijke meneren van de overheid. Verder een uitgestorven buurt. Terwijl ik verder wandel zie ik mobiele installaties met allerlei beveiligingscamera’s . Ik voel me ineens bespied. Er zijn nauwelijks gewone mensen buiten. Ook nauwelijks verkeer. Alles wordt tegengehouden. Wat ik wél zie zijn tientallen schoonmakers. Veel vegers .Veel mannetjes die de prullenbakken op straat legen. Ook mannen die de plantenbakken overdreven poetsen met een natte doek. Steeds meer politiewagens worden ondertussen geparkeerd. Ik mag hier kennelijk wel zijn, ook al voelt dat niet zo. Geen enkele politieman stuurt me weg. De eerste helikopter vliegt over. Nu herinner ik me het weer van vorig jaar! De gouverneur van de staat Puebla met zes miljoen inwoners - zeg maar een soort koning Willem-Alexander – heeft zijn belangrijke politieke vriendjes uitgenodigd. Ze komen met helikopters. De gouverneur wil pronken met onze stad. Hoe modern en schoon het hier het afgelopen jaar is geworden. Ik wandel natuurlijk op de route waar hij straks gaat paraderen. Ik haal mijn auto op. Betaal de jongen bij het touw en verdwijn snel in onze grote miljoenenstad.
Vanaf januari is het gestart. Elk koophuis in Nederland heeft een tijdelijk energielabel gekregen. Dit label ontvang je per post. Op je huisadres. Wij hebben een huis in Nederland. We hebben dus ook een tijdelijk energielabel. Wij verhuren ons huis echter. In de periode dat we in México wonen hebben we ons huis onlangs voor de derde (en laatste) keer verhuurd. Als je je huis na 1 januari 2015 verhuurt moet je een definitief energielabel aan de makelaar overleggen. Anders krijg je een boete van vierhonderd euro. Dus voordat de nieuwe huurders deze maand in ons huis gingen wonen hadden wij zo’n definitief label nodig. Aan de hand van een paar factoren, zoals het bouwjaar, schat de overheid de energiezuinigheid van je woning. Het is een indicatie. Onze indicatie was niet om over naar huis te schrijven. Ons huis is namelijk vooroorlogs. Via de website hebben we online het definitieve label een paar letters omhoog weten te krikken. Nog steeds niet indrukwekkend. Maar goed. Het was zóveel werk om alle tien jaar oude facturen van dakisolatie, HR-ketel, dubbel isolatieglas, isolatie onder de vloer en in de spouwmuur aan te tonen vanuit México dat we het zo maar even gelaten hebben. Als wij over anderhalf jaar terug keren naar Breda gaan we ons huis helemaal onder handen nemen. We kunnen de getroffen maatregelen dan eenvoudig in het label op laten nemen. Het label stimuleert ons zéker tot het treffen van besparende maatregelen. Ik denk aan het glas-in-lood in dubbelglas te laten zetten. Ik denk aan zonnepanelen op het dak. Ik denk aan een nieuwe HR++ ketel. Vooralsnog zijn we vooral heel dankbaar dat ons huis wederom voor lange periode verhuurd is.
zondag 18 januari 2015
Timeless tattoo shop
Bij de tao draait alles om het vermogen het geschikte ogenblik voor iets te bepalen.
- Deng Ming-Dao
Met angstige grote blauwe ogen kijkt ze in het niets. Ver weg. Ze is even niet hier bij ons. Ze is even niet in de tattooshop. Ze zit even niet op de hoge stoel naast de naald en de twee nieuwe oorbelletjes. Onze dochters kregen relatief laat oorbelletjes in hun oren. Anthe was twaalf jaar toen ze op het idee van oorbelletjes kwam. Haar jongere zusje kreeg namelijk op haar tiende verjaardag gaatjes in haar oren. Maren moest van ons ook tot haar tiende verjaardag wachten om te beslissen of ze gaatjes in haar oorlellen wilde. En of ze dat wilde! Ze heeft niet alleen de nachtjes afgeteld, ook de weken, de maanden en zelfs de jaren. Hier in México krijgen alle meisjes op de dag van hun geboorte gaatjes. Je kunt hier dus niet – zoals in Nederland – bij de juwelier gaatjes laten zetten. Dus had ik gezocht naar een winkel die piercings zet. We kwamen terecht in het schemer circuit van piercings en tattoos. In mijn gedachten zag ik een grote man met leren broek, klein baardje en veel tattoos en piercings op zijn lijf voor me. Opkijkend naar mij terwijl hij ondertussen iemands rug aan het versieren was met inkt. Maren stond te trappelen van ongeduld om te gaan. Ik wilde echter tot het weekend wachten zodat haar vader erbij kon zijn. Ik zag mezelf niet in mijn uppie met Maren in een duistere tattooshop staan. Allereerst werden we die zaterdagochtend op zoek naar de tattooshop aangehouden door de politie. Mark nam een bocht waar het kennelijk niet mocht. Vierentwintig euro boete. De aanhouding bleek vlak voor de tattooshop te zijn. Deze winkel zag er overigens netjes uit met een zithoek om te wachten, een balie en een ruimte met spiegel waar mensen getatoeëerd werden. Op de salontafel stonden twee houten klompen die mij meteen opvielen. Hollandse houten klompen. Het bleken gewonnen tattooprijzen te zijn uit Amsterdam. Amsterdam bekend op zijn coffee- en tattooshops. Maren mocht oorbellen uitzoeken in de vitrine en plaats nemen op de hoge stoel. Waar aan de ene kant de gedesinfecteerde naald en oorbellen al klaar lagen en aan de andere kant een man voorover gebogen zat omdat zijn rug getatoeëerd werd. In plaats van met een pistooltje werden de gaatje in haar oorlellen geprikt met een naald. Prima. Maren gaf geen kik, wel natte zweethandjes en grote bange kijkers. Tevreden bedankten we de overigens heel normaal uitziende man die ons hielp. Zijn collega was echter precies de man uit mijn fantasie. Raar klein baardje op zijn kin, piercings in zijn wenkbrauwen, lip en neusvleugels. Zijn nek en stevige armen, uitstekend uit zijn mouwloos T-shirt, vol gekalkt met tattoos.
Vier boeken uit gelezen in een maand. Met elkaar voor de TV hangen. Knutseltijd voor de meiden. Puzzelen. Dit is het mooie voortvloeisel van een maand geen internet in huis. Ik merkte dat ik veel meer tijd had voor mezelf. Ik las weer boeken. De meiden schilderden heel wat af aan tafel. Ze schilderden op nummer. Ze schilderen houten laatjes voor op hun bureau. Ze schilderden op een doek. We hadden in huis weer muziek aan. Anthe puzzelde elke dag. We keken ’s avonds gezellig samen naar dezelfde series op TV. We moesten wel. Niemand kon zich terug trekken met een laptop. Omdat de kachel het ook al bijna twee maanden niet doet is de warmste plek in huis de huiskamer met openhaard. De poezen zitten er ook bij. We hebben speciaal een schapenvel gekocht om voor de openhaard te liggen. Op de grond. Kaarsen aan. Dit is het dromerige plaatje. De realiteit was echter óók dat we vrijwel om de dag bij Starbucks of Italian Coffee Company zaten om huiswerk te maken, financiën te doen, e-mail te checken en WhatsAppjes te ontvangen. Internet buiten de deur kostte me onderhand een fortuin aan Frappucino’s, Te Chai en Caffè Mocha’s. We wilden wel weer eens lekker onze eigen series kijken. Alleen. De innerlijke onrust was echter snel weg geëbd. Elke week twee of drie keer naar het kantoor van Telmex om te klagen werd vervelend. Het bijna smeken aan de telefoon of de monteur vandaag kon komen, ook. Het eeuwig wachten op afspraken die niet nagekomen werden was ook niet leuk. En dan opeens…staat er een legertje Telmex mannen voor onze deur. Er is hoop. Een week later horen we dat ze de schade niet kunnen herstellen. Domper. Weer een paar dagen later belt een manager me in de avond dat ze nog één keer willen komen. De volgende dag gebeurt er een wonder. We hebben weer internet en telefoon!
- Deng Ming-Dao
Met angstige grote blauwe ogen kijkt ze in het niets. Ver weg. Ze is even niet hier bij ons. Ze is even niet in de tattooshop. Ze zit even niet op de hoge stoel naast de naald en de twee nieuwe oorbelletjes. Onze dochters kregen relatief laat oorbelletjes in hun oren. Anthe was twaalf jaar toen ze op het idee van oorbelletjes kwam. Haar jongere zusje kreeg namelijk op haar tiende verjaardag gaatjes in haar oren. Maren moest van ons ook tot haar tiende verjaardag wachten om te beslissen of ze gaatjes in haar oorlellen wilde. En of ze dat wilde! Ze heeft niet alleen de nachtjes afgeteld, ook de weken, de maanden en zelfs de jaren. Hier in México krijgen alle meisjes op de dag van hun geboorte gaatjes. Je kunt hier dus niet – zoals in Nederland – bij de juwelier gaatjes laten zetten. Dus had ik gezocht naar een winkel die piercings zet. We kwamen terecht in het schemer circuit van piercings en tattoos. In mijn gedachten zag ik een grote man met leren broek, klein baardje en veel tattoos en piercings op zijn lijf voor me. Opkijkend naar mij terwijl hij ondertussen iemands rug aan het versieren was met inkt. Maren stond te trappelen van ongeduld om te gaan. Ik wilde echter tot het weekend wachten zodat haar vader erbij kon zijn. Ik zag mezelf niet in mijn uppie met Maren in een duistere tattooshop staan. Allereerst werden we die zaterdagochtend op zoek naar de tattooshop aangehouden door de politie. Mark nam een bocht waar het kennelijk niet mocht. Vierentwintig euro boete. De aanhouding bleek vlak voor de tattooshop te zijn. Deze winkel zag er overigens netjes uit met een zithoek om te wachten, een balie en een ruimte met spiegel waar mensen getatoeëerd werden. Op de salontafel stonden twee houten klompen die mij meteen opvielen. Hollandse houten klompen. Het bleken gewonnen tattooprijzen te zijn uit Amsterdam. Amsterdam bekend op zijn coffee- en tattooshops. Maren mocht oorbellen uitzoeken in de vitrine en plaats nemen op de hoge stoel. Waar aan de ene kant de gedesinfecteerde naald en oorbellen al klaar lagen en aan de andere kant een man voorover gebogen zat omdat zijn rug getatoeëerd werd. In plaats van met een pistooltje werden de gaatje in haar oorlellen geprikt met een naald. Prima. Maren gaf geen kik, wel natte zweethandjes en grote bange kijkers. Tevreden bedankten we de overigens heel normaal uitziende man die ons hielp. Zijn collega was echter precies de man uit mijn fantasie. Raar klein baardje op zijn kin, piercings in zijn wenkbrauwen, lip en neusvleugels. Zijn nek en stevige armen, uitstekend uit zijn mouwloos T-shirt, vol gekalkt met tattoos.
Vier boeken uit gelezen in een maand. Met elkaar voor de TV hangen. Knutseltijd voor de meiden. Puzzelen. Dit is het mooie voortvloeisel van een maand geen internet in huis. Ik merkte dat ik veel meer tijd had voor mezelf. Ik las weer boeken. De meiden schilderden heel wat af aan tafel. Ze schilderden op nummer. Ze schilderen houten laatjes voor op hun bureau. Ze schilderden op een doek. We hadden in huis weer muziek aan. Anthe puzzelde elke dag. We keken ’s avonds gezellig samen naar dezelfde series op TV. We moesten wel. Niemand kon zich terug trekken met een laptop. Omdat de kachel het ook al bijna twee maanden niet doet is de warmste plek in huis de huiskamer met openhaard. De poezen zitten er ook bij. We hebben speciaal een schapenvel gekocht om voor de openhaard te liggen. Op de grond. Kaarsen aan. Dit is het dromerige plaatje. De realiteit was echter óók dat we vrijwel om de dag bij Starbucks of Italian Coffee Company zaten om huiswerk te maken, financiën te doen, e-mail te checken en WhatsAppjes te ontvangen. Internet buiten de deur kostte me onderhand een fortuin aan Frappucino’s, Te Chai en Caffè Mocha’s. We wilden wel weer eens lekker onze eigen series kijken. Alleen. De innerlijke onrust was echter snel weg geëbd. Elke week twee of drie keer naar het kantoor van Telmex om te klagen werd vervelend. Het bijna smeken aan de telefoon of de monteur vandaag kon komen, ook. Het eeuwig wachten op afspraken die niet nagekomen werden was ook niet leuk. En dan opeens…staat er een legertje Telmex mannen voor onze deur. Er is hoop. Een week later horen we dat ze de schade niet kunnen herstellen. Domper. Weer een paar dagen later belt een manager me in de avond dat ze nog één keer willen komen. De volgende dag gebeurt er een wonder. We hebben weer internet en telefoon!
zondag 11 januari 2015
Ayurvedisch
Winter, met zijn kale bomen en lege velden, zijn kou en duisternis, is geen stilstand maar voorbereiding.
- Lisette Thooft
Een dik pak sneeuw was er de eerste nacht, na thuiskomst van onze strandreis, gevallen. Niet in onze stad, maar op vulkaan Popo en de bergen ernaast. Prachtig om te aanschouwen. Een koude wind waaide door de stad. De eerste nacht en dag thuis in Puebla zijn we verkleumd. Onze kachel deed het niet. (en nog steeds niet trouwens) Open haard dan maar. Na twee weken bikini en strandjurk moest mijn lijf weer verstopt worden onder een spijkerbroek, warm vest en Uggs. Onze relaxte ontbijtjes op blote voetjes op een buitenterras werden vervangen door ontbijtjes in warme badjas over pyjama en dikke sokken. Wat gebleven is is echter de gezonde manier van ontbijten. In onze laatste vakantieweek kregen we organische ontbijtjes voorgeschoteld. Verse sinaasappelsap met een vleugje gember. Verrukkelijke combinatie. In dit seizoen ook heel goed, omdat het je weerstand verhoogt en je lijf verwarmt van binnenuit. Je menu aanpassen aan de seizoenen is sowieso heel gezond. Ik doe zelf altijd wat plakjes verse gember in mijn thee. Nu dus ook een plakje door de knoflookpers in de dagelijkse verse sap. Bij elk bord vers geplukt fruit lag daar altijd een handje gedroogde cranberries. Zo zoet. Thuis meteen een zak van deze gedroogde bessen in huis gehaald. Ze serveerden daar in de jungle ook de meest heerlijke pure, suikervrije marmelades van tropische vruchten. Zelfgemaakt van passievrucht, guave of stervrucht. Ik heb drie potten jam mee naar huis genomen. Voor op mijn geroosterde volgranen boterhammetjes. Verantwoord smullen. We dronken daar verse citroengrasthee of verse muntthee. Dat doe ik hier thuis eigenlijk ook al heel lang. Ook verse kaneelthee. Je bent wat je eet, zegt de oude Indiase gezondheidsleer ayurveda. Eet iedere dag vers en het liefst biologisch. Door je menu aan te passen aan de seizoenen breng je de veranderende energiebalans weer terug in balans. Ook al lijkt het misschien van niet, maar ook in dit deel van México hebben we seizoenen. Het droge, frisse seizoen en het natte, warme seizoen. Elk met zijn eigen vruchten. We hebben net de Chinese granaatappels achter de rug. Gele beetje harde vruchten waar heel veel slijmerig zoet zaad in zit. Die slurp je eruit zoals bij een oester. Vijgen-, mango- en guayabaseizoen is ook alweer voorbij. Papaja’s, ananas en meloenen zijn er echter het hele jaar door. Soms vraag ik aan de groenteboer wat het voor vrucht is wat er weer volop in de schappen ligt. Hoe ik het moet eten, zonder of met schil, en hoe ik zie of ruik of het rijp is. Ik eet liever tropisch fruit dan gewoon fruit. Ik houd namelijk niet zo van fruit. Hier smaakt het fruit verser en is voller van smaak. Mijn groenteboertje krijgt alles rechtstreeks van de boer geleverd. In Nederland ligt een onrijpe mango al weken op een vrachtschip voordat het in een supermarkt te koop wordt aangeboden. Vaak net niet rijp en niet zo zoet door het gemis van de warme tropische zon. Daarom geniet ik hier toch maar van het tropische seizoen fruit. Heel ayurvedisch.
Ons dochtertje is een tiener geworden. (zie ons fotoalbum) Gevangen tussen kind en volwassenheid. Dat ze gaat puberen merkten we toen we als gezin twee weken ontspannen met elkaar doorbrachten aan zee. Ze stelt zich niet meer altijd soepel op zoals we van haar gewend zijn. Ons derde kind dat zich vanaf haar eerste dag flexibel moest opstellen in ons gezin. Het was immers al een jong gezin met een druk programma. Maren werd als baby’tje van zwemles naar judoles gesleept. Haar slaapjes pasten zich moeiteloos aan de schooltijden van haar zussen aan. Ze is altijd een heel makkelijk en meegaand kind geweest. De laatste weken kijken Mark en ik elkaar soms aan. ‘Wat gebeurt er hier?’ wisselen onze blikken uit. Pubertijd. Maren gooide onlangs haar kont tegen de krib toen ze aan het zwembad met mij Nederlandse Cito-toetsen moest maken. Ze volgt reeds anderhalf jaar Nederlandse les via de Wereldschool. Ik ben haar juf. Nooit heb ik haar horen nukken. Trots was ik op haar welwillendheid. Stiekem dacht ik dat ze ook wel genoot van de uurtjes samen. Dwars kan ze zijn. Toen we op Oudejaarsavond aan tafel schoven in de jungle. Feestelijke hoedjes en toeters op tafel. We kregen een uitgebreid diner en Maren trok zich steeds meer terug. Ze was nukkig, wilde niet zeggen wat haar dwars zat. Haar gezicht sprak boekdelen. Vrij vlot kon haar zus er gelukkig achter komen wat de reden was. Maren miste aansluiting. Het gespreksonderwerp die avond was nog te volwassen voor haar. Maren wordt groot in lengte en weet steeds beter wat ze wil. En vooral wat ze niet wil. Ze begint zich een piepklein beetje los te maken van ons. Een mening. Tien jaar oud nu. Een gezonde puber. We kennen de slagen van de zweep ondertussen.
- Lisette Thooft
Een dik pak sneeuw was er de eerste nacht, na thuiskomst van onze strandreis, gevallen. Niet in onze stad, maar op vulkaan Popo en de bergen ernaast. Prachtig om te aanschouwen. Een koude wind waaide door de stad. De eerste nacht en dag thuis in Puebla zijn we verkleumd. Onze kachel deed het niet. (en nog steeds niet trouwens) Open haard dan maar. Na twee weken bikini en strandjurk moest mijn lijf weer verstopt worden onder een spijkerbroek, warm vest en Uggs. Onze relaxte ontbijtjes op blote voetjes op een buitenterras werden vervangen door ontbijtjes in warme badjas over pyjama en dikke sokken. Wat gebleven is is echter de gezonde manier van ontbijten. In onze laatste vakantieweek kregen we organische ontbijtjes voorgeschoteld. Verse sinaasappelsap met een vleugje gember. Verrukkelijke combinatie. In dit seizoen ook heel goed, omdat het je weerstand verhoogt en je lijf verwarmt van binnenuit. Je menu aanpassen aan de seizoenen is sowieso heel gezond. Ik doe zelf altijd wat plakjes verse gember in mijn thee. Nu dus ook een plakje door de knoflookpers in de dagelijkse verse sap. Bij elk bord vers geplukt fruit lag daar altijd een handje gedroogde cranberries. Zo zoet. Thuis meteen een zak van deze gedroogde bessen in huis gehaald. Ze serveerden daar in de jungle ook de meest heerlijke pure, suikervrije marmelades van tropische vruchten. Zelfgemaakt van passievrucht, guave of stervrucht. Ik heb drie potten jam mee naar huis genomen. Voor op mijn geroosterde volgranen boterhammetjes. Verantwoord smullen. We dronken daar verse citroengrasthee of verse muntthee. Dat doe ik hier thuis eigenlijk ook al heel lang. Ook verse kaneelthee. Je bent wat je eet, zegt de oude Indiase gezondheidsleer ayurveda. Eet iedere dag vers en het liefst biologisch. Door je menu aan te passen aan de seizoenen breng je de veranderende energiebalans weer terug in balans. Ook al lijkt het misschien van niet, maar ook in dit deel van México hebben we seizoenen. Het droge, frisse seizoen en het natte, warme seizoen. Elk met zijn eigen vruchten. We hebben net de Chinese granaatappels achter de rug. Gele beetje harde vruchten waar heel veel slijmerig zoet zaad in zit. Die slurp je eruit zoals bij een oester. Vijgen-, mango- en guayabaseizoen is ook alweer voorbij. Papaja’s, ananas en meloenen zijn er echter het hele jaar door. Soms vraag ik aan de groenteboer wat het voor vrucht is wat er weer volop in de schappen ligt. Hoe ik het moet eten, zonder of met schil, en hoe ik zie of ruik of het rijp is. Ik eet liever tropisch fruit dan gewoon fruit. Ik houd namelijk niet zo van fruit. Hier smaakt het fruit verser en is voller van smaak. Mijn groenteboertje krijgt alles rechtstreeks van de boer geleverd. In Nederland ligt een onrijpe mango al weken op een vrachtschip voordat het in een supermarkt te koop wordt aangeboden. Vaak net niet rijp en niet zo zoet door het gemis van de warme tropische zon. Daarom geniet ik hier toch maar van het tropische seizoen fruit. Heel ayurvedisch.
Ons dochtertje is een tiener geworden. (zie ons fotoalbum) Gevangen tussen kind en volwassenheid. Dat ze gaat puberen merkten we toen we als gezin twee weken ontspannen met elkaar doorbrachten aan zee. Ze stelt zich niet meer altijd soepel op zoals we van haar gewend zijn. Ons derde kind dat zich vanaf haar eerste dag flexibel moest opstellen in ons gezin. Het was immers al een jong gezin met een druk programma. Maren werd als baby’tje van zwemles naar judoles gesleept. Haar slaapjes pasten zich moeiteloos aan de schooltijden van haar zussen aan. Ze is altijd een heel makkelijk en meegaand kind geweest. De laatste weken kijken Mark en ik elkaar soms aan. ‘Wat gebeurt er hier?’ wisselen onze blikken uit. Pubertijd. Maren gooide onlangs haar kont tegen de krib toen ze aan het zwembad met mij Nederlandse Cito-toetsen moest maken. Ze volgt reeds anderhalf jaar Nederlandse les via de Wereldschool. Ik ben haar juf. Nooit heb ik haar horen nukken. Trots was ik op haar welwillendheid. Stiekem dacht ik dat ze ook wel genoot van de uurtjes samen. Dwars kan ze zijn. Toen we op Oudejaarsavond aan tafel schoven in de jungle. Feestelijke hoedjes en toeters op tafel. We kregen een uitgebreid diner en Maren trok zich steeds meer terug. Ze was nukkig, wilde niet zeggen wat haar dwars zat. Haar gezicht sprak boekdelen. Vrij vlot kon haar zus er gelukkig achter komen wat de reden was. Maren miste aansluiting. Het gespreksonderwerp die avond was nog te volwassen voor haar. Maren wordt groot in lengte en weet steeds beter wat ze wil. En vooral wat ze niet wil. Ze begint zich een piepklein beetje los te maken van ons. Een mening. Tien jaar oud nu. Een gezonde puber. We kennen de slagen van de zweep ondertussen.
vrijdag 2 januari 2015
It was us!
The sea, once it casts its spell, holds one in its net of wonder forever.
- Jacques Yves Cousteau
“It was us!” zei gids Noe tegen mij op de boot. Een paar uur eerder op de kade vroeg ik hem of we op zoek gingen naar walvissen. Hij sprak staand, vanaf een bankje aan de wal, onze groep passagiers toe. Hij repte geen woord over walvissen. Wij hadden deze boottocht voornamelijk geboekt vanwege de walvissen. Natuurlijk is een middag op een bounty eiland aantrekkelijk. Zelf zocht ik meer het avontuur in de grote walvissen zoektocht. De bultrug walvissen zwemmen, paren en baren hun jongen hier vanwege het warme zeewater. Ik stapte uit de rij wachtenden en sprak Noe aan. “We gaan toch zeker walvissen zoeken?” vroeg ik hem. Mark en de meiden zuchtten al bij voorbaat toen ik de rij uitstapte. Noe antwoordde echter dat we een kleine omweg zouden kunnen maken in de hoop een walvis te zien. “Maar...”, zei hij ”gisteren had ik ook geen walvis gezien.” “Let´s keep our fingers crossed then” zei ik hem en we hielden allebei onze vingers gekruist tegen elkaar. En óf we walvissen tegen kwamen! We kregen een hele show van mannetjes die uit het water sprongen met hun imponerende lijf en die met hun typische zwarte staarten spatten. Prachtig en zeer indrukwekkend. Ik was zo dankbaar. Tranen in mijn ogen. Noe kwam naar me toe. “It was us!” riep hij opgetogen. Ik denk dat ook graag. Mark bevestigde dat als ik op de kade niet uit de rij gestapt was, we niet op jacht waren gegaan. Wie weet. Ik herinner me nog levendig dat we dezelfde bultrug walvissen in New England gezien hadden. Ze zwemmen namelijk elk jaar van Canada naar México. Op die dag in juli, zo´n vijftien jaar geleden, namen we peuter Anthe mee op een zeeboot. Toen de walvis met onze boot ging flirten riep Anthe opgewonden “Grote vis! Grote vis!” als hij weer een sprong maakte. Ik was hoogzwanger van Inden. Ik rende van de ene kant van de boot naar de andere met mijn camera in de hand. De walvis zwom rakelings langs onze boot. Je kon de schelpen rondom zijn bek gehecht, tellen. Hij zwom ook heel speels onder onze boot door. En ik maar hobbelen met mijn zware buik. De zonnige middag die hier in México volgde op strand Las Caletas was heerlijk. Opgewacht door een lunchbuffet en daarna een fotomoment in het junglegroen met een papagaai, slang, aap of een valk. Kayakken, op een boogieboard peddelen, snorkelen, in een opblaasbare band dobberen of op een vlonder op de golven wiegen. Best paradijselijk. Vooral met de gezegende ontmoeting met de bultrug walvissen in mijn zak!
Op de laatste vroege ochtend van 2014 vertrekken Mark en ik saampjes achter in de laadbak van een oude truck. We rijden een stukje de bergen in. Na het klimmen over zanderige paden stopt de truck en horen we de eerste papegaaien. In de bomen, rondom hun nesten, zien we de prachtig felgekleurde vogels. Hun typische kleuren zoals rood, blauw, groen en geel vallen goed op in het gebladerte van de jungle. Het tweede deel van onze reis logeren we hier aan de rand van de jungle. Niet eens zo ver van de kust. Aan een rivier. Ruim een uur rijden van kustplaats Puerto Vallarta. De eigenaresse kookt elke dag organisch voor ons. Er hoort een organische boerderij bij ons villa-hotel. Alle desserts, jam en fruitdrankjes zijn puur en suikervrij. Heerlijk. Genieten. Vanuit dit plekje rijden we door de bergen naar een maagdelijk wit en verlaten strand. Óf we pakken de watertaxi van Diario die ons naar een mooi strandje brengt. Een keer worden we met een lancha op het strand afgezet en lopen we omhoog. Een paar riviertjes doorstekend tot aan een waterval. Daar waden we in de koude lagoon tussen de visjes. Alleen. Terug op het strand lopen we een klein stukje bij de pier vandaan en komen we terecht bij een eenvoudige restaurantje aan het strand. Een middag loom onder een parasolletje. Een kayak die Mark en Maren mochten gebruiken op zee. Een andere keer zijn we op een kilometers lang spierwit strand waar nauwelijks mensen komen. Waar wat tentjes onder rieten afdakjes staan waar verdwaalde hippies overnachten. We eten kokosgarnalen of gefrituurde vis met taco´s en drinken limoenwater. Junglegroen tot aan het strand. Ik vind dat het mooiste wat de natuur ons kan geven. Tropisch groen gebergte reikend tot aan het maagdelijk witte strand. Smaragdgroen zeewater. Een dramatisch kleurspel. México kent onwaarschijnlijk veel magische pittoreske plekjes. Wat een voorrecht om juist hier met je gezin het oude jaar te mogen uitluiden. Drijvend op de golven vooruit starend op de ruige Sierra Madre achter het lege strand. Geluk voelen. Dit gevoel proberen vast te houden in het nieuwe jaar. Net als mijn nieuwe bruine kleurtje.
Puerto Vallarta – 31 december 2014
- Jacques Yves Cousteau
“It was us!” zei gids Noe tegen mij op de boot. Een paar uur eerder op de kade vroeg ik hem of we op zoek gingen naar walvissen. Hij sprak staand, vanaf een bankje aan de wal, onze groep passagiers toe. Hij repte geen woord over walvissen. Wij hadden deze boottocht voornamelijk geboekt vanwege de walvissen. Natuurlijk is een middag op een bounty eiland aantrekkelijk. Zelf zocht ik meer het avontuur in de grote walvissen zoektocht. De bultrug walvissen zwemmen, paren en baren hun jongen hier vanwege het warme zeewater. Ik stapte uit de rij wachtenden en sprak Noe aan. “We gaan toch zeker walvissen zoeken?” vroeg ik hem. Mark en de meiden zuchtten al bij voorbaat toen ik de rij uitstapte. Noe antwoordde echter dat we een kleine omweg zouden kunnen maken in de hoop een walvis te zien. “Maar...”, zei hij ”gisteren had ik ook geen walvis gezien.” “Let´s keep our fingers crossed then” zei ik hem en we hielden allebei onze vingers gekruist tegen elkaar. En óf we walvissen tegen kwamen! We kregen een hele show van mannetjes die uit het water sprongen met hun imponerende lijf en die met hun typische zwarte staarten spatten. Prachtig en zeer indrukwekkend. Ik was zo dankbaar. Tranen in mijn ogen. Noe kwam naar me toe. “It was us!” riep hij opgetogen. Ik denk dat ook graag. Mark bevestigde dat als ik op de kade niet uit de rij gestapt was, we niet op jacht waren gegaan. Wie weet. Ik herinner me nog levendig dat we dezelfde bultrug walvissen in New England gezien hadden. Ze zwemmen namelijk elk jaar van Canada naar México. Op die dag in juli, zo´n vijftien jaar geleden, namen we peuter Anthe mee op een zeeboot. Toen de walvis met onze boot ging flirten riep Anthe opgewonden “Grote vis! Grote vis!” als hij weer een sprong maakte. Ik was hoogzwanger van Inden. Ik rende van de ene kant van de boot naar de andere met mijn camera in de hand. De walvis zwom rakelings langs onze boot. Je kon de schelpen rondom zijn bek gehecht, tellen. Hij zwom ook heel speels onder onze boot door. En ik maar hobbelen met mijn zware buik. De zonnige middag die hier in México volgde op strand Las Caletas was heerlijk. Opgewacht door een lunchbuffet en daarna een fotomoment in het junglegroen met een papagaai, slang, aap of een valk. Kayakken, op een boogieboard peddelen, snorkelen, in een opblaasbare band dobberen of op een vlonder op de golven wiegen. Best paradijselijk. Vooral met de gezegende ontmoeting met de bultrug walvissen in mijn zak!
Op de laatste vroege ochtend van 2014 vertrekken Mark en ik saampjes achter in de laadbak van een oude truck. We rijden een stukje de bergen in. Na het klimmen over zanderige paden stopt de truck en horen we de eerste papegaaien. In de bomen, rondom hun nesten, zien we de prachtig felgekleurde vogels. Hun typische kleuren zoals rood, blauw, groen en geel vallen goed op in het gebladerte van de jungle. Het tweede deel van onze reis logeren we hier aan de rand van de jungle. Niet eens zo ver van de kust. Aan een rivier. Ruim een uur rijden van kustplaats Puerto Vallarta. De eigenaresse kookt elke dag organisch voor ons. Er hoort een organische boerderij bij ons villa-hotel. Alle desserts, jam en fruitdrankjes zijn puur en suikervrij. Heerlijk. Genieten. Vanuit dit plekje rijden we door de bergen naar een maagdelijk wit en verlaten strand. Óf we pakken de watertaxi van Diario die ons naar een mooi strandje brengt. Een keer worden we met een lancha op het strand afgezet en lopen we omhoog. Een paar riviertjes doorstekend tot aan een waterval. Daar waden we in de koude lagoon tussen de visjes. Alleen. Terug op het strand lopen we een klein stukje bij de pier vandaan en komen we terecht bij een eenvoudige restaurantje aan het strand. Een middag loom onder een parasolletje. Een kayak die Mark en Maren mochten gebruiken op zee. Een andere keer zijn we op een kilometers lang spierwit strand waar nauwelijks mensen komen. Waar wat tentjes onder rieten afdakjes staan waar verdwaalde hippies overnachten. We eten kokosgarnalen of gefrituurde vis met taco´s en drinken limoenwater. Junglegroen tot aan het strand. Ik vind dat het mooiste wat de natuur ons kan geven. Tropisch groen gebergte reikend tot aan het maagdelijk witte strand. Smaragdgroen zeewater. Een dramatisch kleurspel. México kent onwaarschijnlijk veel magische pittoreske plekjes. Wat een voorrecht om juist hier met je gezin het oude jaar te mogen uitluiden. Drijvend op de golven vooruit starend op de ruige Sierra Madre achter het lege strand. Geluk voelen. Dit gevoel proberen vast te houden in het nieuwe jaar. Net als mijn nieuwe bruine kleurtje.
Puerto Vallarta – 31 december 2014
Abonneren op:
Posts (Atom)