woensdag 12 augustus 2020

Wit eierdopje

Traveling is a brutality. It forces you to trust strangers and to lose sight of all that familiar comforts of home and friends. You are constantly off balance. Nothing is yours except the essential things - air, sleep, dreams, the sea, the sky - all things tending towards the eternal or what we imagine of it. 
- Cesare Pavese 

De oude bus was deze vroege, nog frisse ochtend tot zijn nok gevuld met kampeerspullen, onze bagage en óók nog een backpack en grote koffer van oudste dochter en haar lief. We zaten er zelf ook met onze zes zongebruinde lijven in. Ons ontbijt, in de vorm van verse croissants en chocoladebroodjes, in papieren zakjes op schoot. Een thermoskan gevuld met hete thee bij mijn voeten. We waren op weg naar het station van La Rochelle waar we oudste kind en haar lief op de sneltrein zetten naar Bordeaux. Met z'n viertjes onderweg naar Orléans werd het steeds heter. Regelmatig waarschuwingen boven de weg dat we genoeg moesten drinken. We hadden de koelbox aangesloten tussen de voorstoelen staan. Flessen met liters water ernaast. De meeste ramen stonden open, gordijntjes dicht om de zon buiten te houden. Ik had een wit hemd van mijn lief naast de passagiersstoel aan het raam gehangen. Het werd niet, of net wél, oncomfortabel heet in de bus. We reisden deze dag gelukkig maar vijf uurtjes. Rond tweeën kwamen we al aan bij de prachtige villa uit de 18e eeuw in Orléans waar we zouden overnachten. We wandelden richting het oude centrum waar we onderweg, en ondertussen kletsnat van het zweet, eerst gingen lunchen in een restaurant. Na onze heerlijke salades en veel glazen met ijsklontjes liepen we verder naar het prachtige centrum met als middelpunt de Sainte-Croix kathedraal. De bouw startte al in 1278. Binnen was het heerlijk koel. In de gebrandschilderde ramen was het verhaal van Jeanne d’Arc uitgebeeld. De Franse heldin is geassocieerd met deze kerk en heeft als bijnaam Maagd van Orléans. Jeanne was een meisje van eenvoudige komaf en speelde een beslissende rol in de honderdjarige oorlog tijdens de Middeleeuwen. Ze viel als zeventienjarige gehuld in mannenkledij - een metalen ridderpak! - succesvol de Engelsen aan. Terwijl wij de expositie bekeken kwamen er steeds meer dames op hoge hakjes de kerk binnen. Ik ging me bijna ongemakkelijk voelen op mijn praktische Birkenstocks.... Er bleek een bruiloft te beginnen. Buiten met een ambachtelijk ijsje in ons hand bekeken we de feestelijke kleding van de gasten en het bruidspaar. De temperatuur was ondertussen al opgelopen naar veertig graden. We kochten drie waterflessen voor de terugwandeling van vier kilometer die leeg waren toen we het boetiek hotel bereikten. We hebben heerlijk onderuit gerelaxt op de stijlvolle, koele kamers met airco. De volgende dag na een uitgebreid buffetontbijt in de ochtendfrisse grote tuin reden we in dezelfde hitte terug naar huis. Zeven uur lang de ramen wijd open, gordijntjes gesloten. Een ventilator op de achterbank. Zolang de hippiebus reed was het prima te doen. Halverwege stopte de volgepropte koelbox er echter ook nog mee. We hebben het gered met de redelijk koel gebleven drank tot thuis. Met nat geplakte haren in onze hals stapten we de voordeur binnen. 

Anders dan het plan was om een maand met backpack’s door Colombia te reizen met ons hele gezin - door de jungle en bergen te trekken afgewisseld met snorkelen in de azuurblauwe oceaan - werd het nu een tweeweekse kampeervakantie met z’n viertjes. Op een klein Frans eilandje met de antieke hippiebus die twee weken op dezelfde plek op een camping bleef staan. Dat was heerlijk en ontspannen. Ook door de overzichtelijkheid. Geen dichtgetimmerd reisschema, verre vlucht of jetlag. Wel de spontane komst van oudste dochter met aangehaakte vriend. Het spannendst waren eigenlijk de fietstochtjes over het eiland op zoek naar een leuk dorp, strand of markt. Het allerspannendst was misschien wel de heen- en terugreis. Op de heenreis reed mijn lief onoplettend in Parijs bijna een tunnel in die te laag was voor onze bus. Onze bus lijkt een beetje op het kuikentje Calimero - het hoofdpersonage van een tekenfilmserie - met een wit eierdopje op z’n koppie. Ons busje heeft ook een wit dopje. En die paste niet door de tunnel. Gelukkig hadden ze aan een escape route gedacht die we natuurlijk namen en daardoor middenin de stad Parijs terecht kwamen. Een heel avontuur om er weer uit te komen. Op de terugweg naar huis in de stad Orléans, waar we een overnachting hadden gepland, liep ik tegen hetzelfde euvel aan. We waren er bijna toen ik door een soort fietstunneltje moest dat natuurlijk helemaal niet paste. Mijn lief zag gelukkig dat er verplaatsbare hekken stonden en zo konden we nog ontsnappen. Allemaal heel adrenaline verhogend! De situatie bij een slagboom om de Franse tolweg op te rijden was ook best hilarisch. De Volkswagenbus heeft dus een hefdak en dat werd elektronisch geregistreerd bij de slagboom. Daardoor kwam de ticket niet gewoon op ooghoogte van de bestuurder, maar op ooghoogte van een vrachtwagenbestuurder. Het duurde even voordat we dat doorhadden. We reden achteruit een stukje terug en probeerden een kaartje te krijgen bij een andere automaat. Zelfde verhaal. Mijn lief drukte op de bel en vroeg om hulp. De Franse dame door de luidspreker sprak, zei iets in de trant van ‘Oppúh’ en wij dachten aan ‘open’ met een zwaar Frans accent. Middelste dochter keek vanaf de achterbank mee en snapte ineens wat ze bedoelde toen ze de ticket helemaal bovenin het apparaat zag wapperen. De dame zei ’Up’ in onverstaanbaar Engels! Een lesje in erkennen dat de wereld niet maakbaar is en je overgeven aan wat er op je pad komt. Ons reisje was dus best verrassend.