zaterdag 20 juni 2020

Bezichtigingen

‘We zijn op zoek naar een appartement in Parijs. Als we geen geschikt huis kunnen vinden, dan koop ik het hotel waar we nu in verblijven.’  
- Zlatan Ibrahimović 

Op deze zonnige zaterdagochtend lopen we op het Rotterdamse Noordereiland naar een deur waar een makelaar en drie geïnteresseerden buiten staan te wachten. Er worden natuurlijk geen handen geschud. We mogen wel met z’n zessen tegelijk naar binnen. Op de eerste etage ligt het appartement, de reden van onze komst. Oudste dochter zoekt een appartement om te gaan samenwonen met haar vriend. Een nieuwe levensfase. Op het moment van de bezichtiging is haar vriend nog steeds in de Dominicaanse Republiek. Al drie maanden in quarantaine bij zijn ouders op het Caribische eiland. Ik mag haar vergezellen naar de bezichtiging. Uiteraard gaan mijn gedachten terug naar de vele bezichtigingen van mijn lief en mij. Onze eerste keer samenwonen. In Amsterdam. We hadden jarenlang op de wachtlijst van Amsterdam gestaan en we kwamen langzaamaan in aanmerking voor sociale woninkjes waar niemand wilde wonen in Amsterdam-Oost en soms West. Bij elke bezichtiging was ik verliefd op het appartementje dat we de eerste keren natuurlijk nooit toegewezen kregen. Wat een teleurstellingen hebben we geïncasseerd! Ik was meer verliefd op het samen wonen met mijn vriendje dan op het appartement zelf denk ik nu. Maandenlang werden we uitgeloot. Wanhoop. Totdat mijn lief midden in de bouwvakvakantie alleen ergens ging kijken. In Oost. Een benedenhuis notabene. Met zwartgeschilderde muren en kozijnen. Er kwamen weinig mensen kijken. En de meesten werden afgeschrikt door het vele schilderwerk. Wij kregen het lieve benedenhuisje met potkachel, één slaapkamer en diepe tuin toegewezen! Wij, met hulp van familie, hadden keihard gewerkt om er een paleisje van te maken. Van ons spaargeld kochten we tweedehands meubeltjes, zachte vloerbedekking, een nieuwe zitbank en een piepklein teeveetje. We namen cavia’s Chip en Digit mee en haalden poesje Chopin op uit het asiel. We studeerden er allebei af. Mijn lief ging een jaar in militaire dienst en ik vond mijn eerste baan, kreeg mijn eerste lease-auto. Mijn lief vond ook de werkgever waar hij nu nog werkt. En uiteindelijk trouwden we vanuit dit huisje in Oost. Wat een geluk hebben we daar beleefd. Zo jong en ambitieus! Nu stond ik met oudste dochter bij háár bezichtiging. Een Rotterdams hoekappartement met twee slaapkamers in een huis uit 1881. Het leek zo mooi op de plaatjes… Toch was het het allemaal net niet. Er werd te veel huur voor gevraagd. De makelaar loog over hoe lang het appartementje leeg stond. Hij loog over de tientallen gegadigden die het ongezien wilden huren. Het huis stond te koop zagen we niet veel later. Er kwamen helemaal geen geïnteresseerden na ons kijken. Hij belde al zo’n twintig minuten na ons bezoek dat onze dochter de grootste gunfactor had. Ondanks dat zij pas per augustus of september wilde huren? Bij ons rezen steeds meer vragen op. Waarom minstens een maand huur missen? Waarom zo weinig bezichtigingen? Waarom die leugens van de makelaar? Waarom een huurcontract van zes maanden en een te koop-bord uit het raam? Op een zonnig terrasje noteerden we onze twijfels. Steeds meer twijfels. Eén van de andere kijkers liep langs. Zij hadden direct besloten geen interesse te hebben. Ik schoot die meneer aan. Waarom wezen ze het zo snel af? Hij vertelde dat het huis te koop staat voor drie ton en dat zij al vele appartementen op het eiland bezichtigd hadden. Deze huur was veel te hoog voor de staat van het appartementje. Zonder antieke details en de ligging zonder uitzicht op de rivier. Hij bevestigde ons onderbuikgevoel. Dochter en haar vriend besloten een beetje teleurgesteld niet te huren. 

Wanneer ik de parkeerplaats van de garagehouder op loop spreekt hij me direct aan. Er was wat gebeurd met mijn autootje toen hij daar twee dagen geparkeerd stond, zei hij. Ik had die ochtend ervoor heel vroeg mijn auto bij hem achtergelaten voor een APK-keuring. Er moesten nieuwe banden onder. Dat hadden wij bij de aankoop eerder dit jaar zelf al bedacht dus we waren niet geschokt. Mijn auto bleef een nachtje daar staan. Ik was wel geschokt toen de garagehouder mij die ochtend vertelde wat er gebeurd was. Er was een klant heel hard achteruit gereden om te parkeren en had de voorkant van mijn auto geraakt. De lak was gebarsten. Er was natuurlijk ook een deuk. Hij liet het me zien en eerlijk gezegd zag ik als leek nauwelijks schade. Als hij me er niet op gewezen had was ik er doodleuk mee weg gereden en het misschien ooit opgemerkt, maar misschien ook niet… De automonteur had die middag een harde klap gehoord en was naar buiten gelopen. Hij overzag de penibele situatie. Hij had voor mij een schadeformulier met de betrokkene ingevuld. Ook meteen een schadeherstelformulier voor de verzekering opgemaakt. Bijna duizend euro schade! Nu was het afwachten volgens hem. Na een tijdje had ik nog steeds niks gehoord en de garage maar eens gebeld. De brokkenpiloot zou toevallig die dag langs komen voor zijn auto. Ik kreeg de gegevens van zijn verzekering door en na een half uur telefonisch in de wacht kreeg ik te horen dat ik mijn auto wéér een dag bij de garage moest achterlaten voor een keuring van hún schade-expert. Vooruit maar weer. Tenslotte gebruik ik mijn auto nauwelijks nog tijdens de coronamaanden. Ik fiets wat af dit voorjaar. Het schadebedrag was goedgekeurd. Dus de week erop andermaal naar de garage waar ik mijn auto voor drie dagen moest achtergelaten. Mijn auto glanst weer als nieuw. De spuiterij heeft zelfs nog een verouderd deukje weg gewerkt. Helaas heeft ’t autootje geen airconditioning. Klotsende oksels nu de astronomische zomer van start gaat met tropisch temperaturen!