zaterdag 28 juli 2018

Zomaar een dag

You don’t choose the day you enter the world and you don’t choose the day you leave. It’s what you do in between that makes all the difference.
- Anita Septimus

Zomaar een dag. Een zomerse dag in juli. Een dag aan de kust. Wanneer ik even voor acht uur wakker word is het eerste dat ik hoor de golven van de Adriatische Zee die stukslaan op de kust. Heel relaxt sta ik op. Het is nog zo rustig om me heen. Ik vouw wat badhanddoeken op en gooi een zakje met de resten van onze vers klaargemaakte garnaaltjes van gisteravond weg. Ik maak mijn lief ook wakker en we trekken ons hardloop tenue aan. Onze meiden slapen nog en we lopen rustig het wandelpad op. Het parcours van zes kilometer is niet vlak, maar wel leuk. Langs de kust, de vuurtoren, langs mooie oude landhuizen en olijfgaarden. We keren om in een klein pittoresk haventje. Eenmaal terug heb ik het zo warm dat ik mijn gympen uit trap voor de kampeerbus en op mijn slippertjes oversteek naar het water. Met mijn sportkleding aan zak in het verkoelende zeewater. Heerlijk! De meiden heb vers brood gehaald bij het bakkertje en we ontbijten met z’n viertjes aan de tafel.

Na het douchen lopen we met z’n viertjes naar een resort verderop. Na vier kilometer wandelen onder de hete zon nemen we een verkoelende duik in het zwembad aldaar. Mooi gelegen aan zee. De reden dat we hier zijn is dat we later het toeristentreintje naar Umag zullen nemen. In Umag – een eeuwenoud, piepklein havenstadje ooit door de Romeinen gebouwd, veroverd door de Venetianen en later de Genuezen – genieten we op een terras aan zee van vier immense ijscoupes. Het regent een klein beetje. We slenteren vervolgens door de smalle straatjes, liggen gestrekt op bankjes te relaxen in de koele zeebries van de haven en dineren daarna weer op een terras aan zee. Wanneer we na het treinritje het stuk terug naar onze Volkswagenbus wandelen begint de zon al te zakken. We lopen door een klein dorpje met een fijne hippiesfeer. Relaxte beachbars en strandtentjes. We lopen door velden die grenzen aan de waterkant. Eenmaal terug til ik mijn stoel en voetenkrukje het pad over en ga zitten onder een paar pijnbomen waar ik elke dag precies de zon in de kalme zee kan zien zakken. Ik heb een fles water, een schriftje met pen en mijn boek mee. Wat laatste gezinnetjes en stelletjes zitten nog op het strand. Een zeilboot zeilt onder de koperen bol door. Mijn lief zit ondertussen naast me, verdiept in zijn boek. De zon zakt vandaag niet in de zee, maar verdwijnt achter een wolk. Een gouden gloed betovert de contouren van de wolk. Zomaar een dag in juli. Aan de kust.

Savudrija – 26 juli 2018