zondag 31 juli 2016

Bohiem

It is always sad to leave a place to which one knows will never return. Such are the melancholies du voyage: perhaps they are the most rewarding things about travelling.
- Gustave Flaubert

“Ooohooh” roepen de badgasten vrijwel allemaal tegelijk. Daarna is er een korte stilte en dan hoor je opgewonden stemmen. We dobberen in de azuurblauwe oceaan en er zijn heel hoge golven. Je hoeft niet naar de golven te kijken om te merken dat er een hoge golf aankomt. Je hoort het opgewonden gegil van alle mannen, vrouwen en kinderen om je heen. Een sidderende spanning voor élke golf. De golven zien er gevaarlijker uit dan ze zijn. Ik vind ze maar zacht tegen me aan stromen. In México beukten ze gewelddadig tegen je aan en haalden ze je onderuit. Er werd van onder de golf stevig aan je getrokken. Hier aaien de golven over mijn rug. Op afstand, vanaf mijn badhanddoek, lijkt het een scene vanuit de film Jaws. Allemaal gelukkige mensen dobberend in het water. Vrolijke geluiden. Een strandwacht is aanwezig in zo’n hoge stoel. Dan zwelt de muziek aan. Een haai is in aantocht… In het echt heb ik nog geen visje gezien. Het is erg leuk en fijn in zee. Maren blijft úren achtereen in het water. We zijn in het Zuid-Franse kustplaatsje Cap Breton. Mooie witte, lange zandstranden en de Atlantische Oceaan is mooi van kleur. We staan op een Camping Municipal. De enige camping die nog plek had voor ons. We zijn ook vrijwel de enige Nederlanders die hier gestrand zijn. Allemaal Fransen om ons heen. Het dorp is heel bohiem. We zijn er met het openbaar vervoer heen gegaan. De winkelstraat heeft veel boetiekjes met badkleding, hippie-achtige tunieks en gek genoeg heel veel souvenirs met plaatjes van oude hippiebusjes erop. Kennelijk hoort een hippiebus bij de sfeer van vintage en bohemian. Tibetaanse gebedsvlaggetjes, klankschalen en hippieachtige haarbandjes met bloemetjes vind je er ook. We zijn hier drie nachtjes voordat we alweer verder rijden naar Noord-Spanje.

Herinneringen aan onze glorietijd in Spanje liggen hier verspreid tussen de rotsblokken in zee en de lange pijnbomen die op de steile wanden groeien. Onderweg hier naar toe begonnen de plaatsnamen me te dagen. Bij Mark ook. Hier zijn we vast wel eens geweest. Toch? We hebben de zomervakantie van 2007 hier in Asturias doorgebracht. Tijdens het uitstippelen van deze road trip ging er nog geen belletje rinkelen. Toen we vanaf de camping naar het strand liepen zei Mark dat we hier al eens geweest waren. Hoe meer ik om me heen keek op het spierwitte strandje, als een pareltje gelegen tussen de grimmige, hoog oprijzende kliffen, hoe meer het begon te dagen. Ik herinner me de dag in augustus dat het koud was en bewolkt. Het bezoek aan dit mooie strandje. Dat we schelpjes hebben gezocht met de toen nog kleine meisjes en toen de zee zich ’s middags terug getrokken had hebben we lopend een verborgen strandje bezocht. En een kleine grot. Klimmend over de rotsen. Als we thuis komen zal ik de foto’s eens opzoeken. Deze keer genieten we van een heerlijke temperatuur. Een kampeerplek aan de rand van de camping waar de berg steil omhoog klimt. De eigenaar was meteen wild enthousiast over onze bus. Zijn vader had vroeger hetzelfde model. Ze zijn er met het hele gezin mee door Marokko gereisd. Voordat we überhaupt de camping konden oprijden had hij al een bod gedaan op onze bus en een foto van de oranje hippiebus in Marokko laten zien. Hij heeft nu twee nieuwere modellen van de Volkswagen Transporter die hij zó wilde omwisselen voor de onze. No way! Toen we bijna tien jaar terug drie weken hier in de buurt kampeerden hadden we logees uit Holland in huis die voor onze kat zorgden. Ondanks de vele regen konden we dus niet terug naar ons huis in Madrid. We kochten dikke pyjama’s en warme joggingbroeken om het warm te hebben. Nu genieten we volop van heerlijke dagen hier. ’s Avonds drijven grijze wolken laag langs de hemel. Een zachte regen hangt als een mist boven de hoge Picos de Europa. Wij genieten lekker van verse vis op terrasjes aan het Spaanse strand.

La Franca, 31 juli 2016