- Jan Brokken
Wuivende palmen, witte poederzandstranden en een zee… Ik weet eigenlijk niet eens hoe dit te beschrijven. Zo´n kleur van de oceaan heb ik nooit eerder in levende lijve gezien. Iedereen kent de oude reclame van Bounty of Fa nog wel. Zoiets. De kleur is niet eens blauw denk ik, maar eerder lichtgroen. Alhoewel het allerlei tinten zijn afhankelijk van het licht en de diepte van de zee. Onze cabaña op palen - die pal aan het strand van dit idyllische eiland ligt - heeft een rond rieten dak. En een deck met twee hangmatten die uitkijken op zee. Toen we aankwamen hadden ze onze klamboe´s vastgestrikt met tropische bloemetjes die ook op onze bedden lagen. Alles geweldig, behalve dat er een bed te weinig stond in onze hut. Ondanks ons telefoontje een paar dagen ervoor. Gelukkig kon dat dezelfde dag nog wel geregeld worden.... Zo hadden we op het eiland fietsen geregeld. De avond ervoor waren we naar het plein gelopen over spierwitte zandpaden en langs superleuke kleine winkeltjes en restaurantjes. We hadden in het dorp vier volwassen fietsen gereserveerd met fietsmanden voorop en een kinderfiets. De volgende ochtend hadden ze wat fietsmanden geregeld en werden de zadels al omhoog geschroefd toen bleek dat ze helemaal geen kinderfietsen hadden! Zo typisch vind ik dat dan weer. Toen hebben we als alternatief een golfkarretje gehuurd. Er rijden hier namelijk geen auto´s op het kleine eiland alleen die van de politiesherrif en een ambulance. Ik had al tientallen van die idiote golfkarretjes voorbij zien komen met dikke Amerikaanse of Mexicaanse toeristen erin. En nu zaten wij met ons gezin óók in zo´n debiel wagentje. Het voelde een beetje als verkeerspark Assen. Maar we hebben die bewuste middag wel het eiland ontdekt! Mark en Anthe hebben een rivier overgezwommen waarvan we niet veel later hoorden dat er krokodillen zwemmen. We hebben een stuk door laag water gelopen wat heel avontuurlijk was, omdat we eerst door dikke klei moesten sjokken en er best veel vissen rond zwommen. Zoals in het geweldige boek “Wij zijn op berenjacht”, zo waren wij op schelpenjacht. We konden er niet onderdoor, we konden er niet overheen – we moesten dwars door de klei heen! Anthe zag een pijlstaartrog en er schijnen hier zeeschildpadden en roze flamingo´s te leven, maar die hebben we (nog) niet gezien. Wat we wel heel veel zien zijn grote leguanen en pelikanen. Ook een gekko IN onze klamboe, en heel veel mooie vogels die je ´s ochtends wekken door hun luide gezang.
In een
ondergrondse bron zwemmen stond een paar weken geleden op nummer 1 van een
indrukwekkend lijstje in de Reiskrant. Het lijstje bestond uit de meest gave en
onvergetelijke zwemplekken op de wereld – in de natuur. En de Mexicaanse cenotes stonden op nummer 1. Dat gaf
tóch een extra dimensie aan onze sprong in het diepe, prachtige blauwe water
van Ik-Kil. Een cenote vlakbij
wereldwonder Chichén Itzá. (zie ons fotoalbum) Een uur voor onze frisse duik slenterden we nog in
de grootste Mayastad, één van de zeven wereldwonderen. Zweten, zweten! We
werden bijna gefrituurd op die archeologische site. Maar indrukwekkend was het
wel. Zo´n grote stad met zulke belangrijke gebouwen en zoveel kennis van
astronomie! De piramide die eigenlijk een kalender is valt natuurlijk het meest
op. Kun je je voorstellen wat dat voor reactie gegeven heeft toen de twee ontdekkers
dit aantroffen in 1842? De meiden hadden het echter zwaar met dat klamme
klimaat dus die hebben we in de schaduw van een boom achter gelaten. Mark en ik
hebben doorgezet en alle gebouwen bezichtigd. De heilige cenote waar meer dan honderd kinderen geofferd werden maakte indruk
op de meiden. Al die enorme offers aan de natuurgoden voor wat regenwater. Maar
staande daar, zwetend van top tot teen, konden we misschien tóch een heel, heel
klein beetje inlevingsvermogen opbrengen.
Op een avond dat
we lekker zaten te eten op een terrasje kwamen we in gesprek met de eigenaar
over de orkaan die hier zeven jaar geleden veel verwoest had. Zijn ouders
hadden een hotel op de punt van het eiland en hadden een fotoboek gemaakt. Dit
oude boek kwam op tafel, niet de eerste keer vermoedde ik, want de bladzijden
hingen al aardig los. Maar wat we zagen maakte wel indruk, het waren foto´s van
direct na de orkaan en na een half jaar. Boten die geknakt op de kade lagen,
volgelopen straatjes en winkeltjes waarvan de vloer nu bedekt was met
ingestroomd zand. Eén foto trok vooral mijn aandacht. Een foto met een aap
midden op straat, recht in beeld. Een aap? Ik had zeker apen verwacht hier op
het eiland maar niet gezien. De eigenaar vertelde dat er zoveel apen op het
eiland woonden dat ze brutaal op de daken van de huizen en restaurants zaten en
mensen lastig vielen. De apen zijn dus gevangen en van het eiland gehaald.
Ergens jammer, maar als ik aan ons bezoek aan Gibraltar denk waar een aap bijna
onze paspoorten te pakken had uit de auto en een andere zo hard aan Maren´s
knuffel trok dat ze hem bijna wilde loslaten, dan is dit een goede oplossing.
In Zuid-Afrika haalde een brutale aap ons enige verse brood uit de voorraadlade
van de Defender waardoor we de volgende ochtend geen vers brood voor ontbijt
hadden. Op dat soort taferelen zit toch niemand te wachten? Isla Holbox - 2 april 2013